Van Alles en van vera WAARIN DE RADIO-AMATEUR BELANG STELT JWEEDE BLAD NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT ZATERDAG 25 MEI 1929 BLADZIJDE 1 SPREKENDE FILM De derde Nederlandsche Radio-salon KERKNIEUWS St. Petrus Canisius-Genoot- schap tot behoud des Geioofs FINANCIËN N.V. Ned. Bank voor Buitenlandschen Handel K WAT WILS Trekjes No. 603 I 201 is misschien een jaar of clrie, ler geleden, dat ik ergens in Amster- am de eerste schuchtere pogingen heb ,1 gewoond, om de filn: te laten spre- e}h of beter gezegd, te laten zingen. at was toen al een heele gebeurtenis t°Ch.... een zingende film was net iet. Het. was een verfilmde operette en ^erwijl die afdraaide, stonden achter ECHTE FRIESCHE Jnplaa/s van gcwptte éi éaJif het witte doek eenige solisten en een °ortje te zingen, terwijl een orkest in gewone orkestruimte de muziek ten Sehoore bracht. Men had wel even de 'lusie, dat men daar die figuren op het d°ek hoorde zingen, maar als dan een er solisten, wat nogal eens gebeurde, at laat inviel, dan had men de man de juffrouw op het doek den mond zien openen en zing-bewegingen zien J^ken, alvorens er geluid kwam. Wat d&h de illusie weer leelijk verstoorde. ®n zingende film was het dus niet, heen maar een film waarbij gezongen ^erd. Langen tijd hoorde men niets meer 'an dergelijke experimenten zoo nu dan eens las je in de krant, dat Mijnheer zus of zoo bezig was aan een opzienbarende uitvinding, die de film helden zou kunnen laten spreken en 'ngen, maar dergelijke berichten kwa- en strijk en zet uit Amerika en daar- j?01':-- nou ja, de film-industrie had j}et in Amerika wel ver gebracht, maar ae humbug ook. bi den laatsten tijd namen die mede delingen evenwel steeds vaster vorm a*i, zoodat je er wel aandacht aan be dden moést en zelfs kwamen er uit •hherika berichten, dat daar het succes ah de sprekende film overweldigend ^as. Reclame?Humbug?Het was "toeilijk uit te maken. Want naast die Plichten waren er ook weer andere, die vertelden, dat die sprekende film °ch eigenlijk niets was en dat ze nooit öe zwijgende zou verdringen. Concurrentienijd?Vrees voor on- ?ergang van de zwijgende-film-ma- £era?Het was al even moeilijk te Peoordeelen. Maar nu heb ik de sprekende en zin gende film gezien en gehoord en nu *êét ik. Rank zij de voortvarendheid van den cper Tuschinsky, is in diens Amster- ^öisch theater, tegelijk met New-York j.P hog vóór Londen, de groote geluids- jRh „Broadway Melody" gedraaid, en 7le is voor mij een openbaring gewor den. Ik ging er heen, dat wil ik wel be- yehtien, met de gedachte: „Je moet d°iets nieuws gezien hebben, wil je je tijd meegaan, maar het. zal wel eer een teleurstelling blijken." ben opgetogen in Haarlem terug komen. ^at ik daar bij Tuschinsky gezien reb> heeft mij met één slag gemaakt ,ot een warmen verdediger van de ge- d'dsfüm. afAls je jaar in jaar uit films hebt zien •draaien en hebt zitten turen op de kksten" die tusschen de beelden door P het doek verschenen, om je te doen Pdppen, wat er eigenlijk vertoond v'erd, teksten, die dikwijls zoo kort blij - ,eh staan, dat je ze maar half uit kan 62eh, ofwel met zulke kleine letters pijn kap gedrukt, dat je ze heelemaal niet ontcijferen, en je ziet dan ineens Van film' waarbiJ die narigheid is ver- jh'®h, waarbij teksten geheel, of ten 1J1ste zoo goed als geheel overbodig otn'^an 's a^een reeds een reden "Lie te verheugen. Lhri r er is meer- de „zwijgende" bew 2ie je ook cp het doek de menschen ie-Weken en worden ze verondersteld *te zeggen, maar bij die veronder- hiet bhjft hetJe ziet de lippen v bewegen, die schijnen filmhelden 0 -heldinnen alleen maar te hebben hiirfCr mee te kussen. Hier, bij de ge- W- lm ls allenraal anders. Hier jo de menschen spreken en wat nog ee er is, je lioort ze ook spreken. Het is j Wondere sensatie! a- er- is verschil tusschen de echte hschelijke stem en de stem van de rep ek-menschen, je kunt het hoo- is dat er met die stem iets gebeurd jJ dat ze niet rechtstreeks uit den öo^ voortkomt, maar eerst nog een We Sj,e ergens anders bewaard is ge- hePi lïiaar ten slotte wen je daar al gauw aan. Zoo goed als de meeste menschen de gramofoon mooi vinden, die toch ook .het gesproken woord niet onberispelijk, zonder eenige afwijking, hoe klein d.ie dan ook mag wezen, weer geeft, zoo goed zal ook de sprekende film mooi gevonden worden. Die kléine onvolkomenheid betreft echter alleen de mensehelijke stem: zang en muziek komen al veel beter door en het is niet aan twijfel onder hevig, of, nu de zaak eenmaal zoover is, zal alles in het werk gesteld worden, om ook het weergeven van de stem te vervolmaken. Maar zelfs nü al is zooveel bereikt, dat ik ernstig ga vreezen voor het lot der tooneelspeelkunst, die nu al klaagt over de concurrentie van de zwijgende film en dat binnenkort waarschijnlijk met veel meer recht over die der spre kende zal gaan doen. Want waarlijk, of men nu de levende menschen ziet en hoort of deze ge projecteerde menschen, er is geen ver schil, men geniet er evenveel van, voor al wanneer bovendien de filmbeelden nog de natuurlijke kleuren laten zien. zooals een der nu bij Tuschinski loo- pende rolprenten. Er is ook een dansfilm te zien. Dat hoeft toch geen geluidsfilm te zijn, zou men zoo oppervlakkig zeggen, dansen gaat toch zonder geluid! Toch niet. Daar dansen op deze film ook een troepje Volendammerinnetjes. Of. je die in levenden lijve ziet of op een mooi gekleurde film, de bewegin gen zijn dezelfde. Zeker, de bewegingen, dat wat men ziet. Maar als je daarbij, zooals in deze geluidsfilm, ook het klik klakken der klompen op den houten vloer hoort, dan is de indruk toch wel heel veel volkomener. Als je op de ge wone film bij een juffrouw- de boezem ziet op-en-neer gaan, dan weet je, dat ze verdriet heeft, dat ze huiltin deze geluidsfilm hoor je haar ook snik ken, hoor je dus ook haar verdriet, wat den indruk minstens vertienvoudigt. Als in een gewone film een hond blaft, dan beweegt hij alleen den bek hier blaft hij werkelijk. Als in een gewone film een auto wegrijdt, dan doet hij dat altijd op een onnatuurlijk geruischlooze manier hier hoor je den motor aan slaan en het geluid van het wegrijden. En dat alles zoo natuurlijk, zoo echt, dat het haast volmaakt genoemd kan v/orden. Nu ik de geluidsfilm ja, wat moet ik eigenlijk zeggen, gezien heb, of ge hoord heb laat ik maar zeggen, ge zien èn gehoord heb, nu kan ik begrij pen, dat deze wondere uitvinding in plaatsen als Hollywood heel wat onrust heeft teweeg gebracht. Want zullen nu onze tot-nog-toe-afgoden-van-het-witte doek jiog afgoden blijven? Niet iedere stem is voor de sprekende film even geschikt en zoo is bijvoorbeeld Charles King, de vertolker van de hoofdrol in „Broadway-Melody", in één avond een beroemdheid geworden. Maar zullen de stemmen van een Mary Pickford, van een Douglas Fairbanks, van een Bébé Daniëls, van een Coleen More en van nog zooveel andere lievelingen van het publiek, in staat zijn, om hen lievelin gen te laten blijven? Er heerscht heel wat onrust onder de .sterren aan den film-hemel, maar ook zijn er heel wat anderen, die hopen, ca.t het nu hun beurt eens zal worden wie weet, hoe spoedig de tot nog toe bekende namen van onze programma's verdwenen en andere, tot op dezen dag nooit gehoorde, er voor in de plaats gekomen zullen zijn. Nu spijt me rtraar één -ding: Ik mag u niet aanraden naar Tuschinsky te gaan. om deze eerste geluidsfilm te gaan zien en hooren. Niet om den in houd van Broadway-Melody, niet om het erin verwerkte gegeven als zooda nig, want dat is niet alleen goed, maar zelfs zeer goed, doch om de aanklee ding, een woord, dat hier eigenlijk niet erg op zijn plaats is, daar het juist de weinige aankleeding der personen is, die me voorbehoud doet maken. Dat is jammer, doodjammer, want overigens is het een stuk, dat niemand kwaad zou doen, maar wel velen goed als het maar niet voor een deel speelde achter de coulissen en in de kleedkamers van een revue-theater. ARTHUR TERVOOREN. - V yf Een der reusachtige toestellen in de cabine van het Tuschinsky-theater te Amsterdam, waarmee de geluidsfilm wordt afgedraaid. Beneden links de kolossale gramofoonplaa.t, twee-en-een-half maal zoo groot als een gewone, die het geluid voortbrengt en volkomen gelijkmatig met het afloopen van de film meedraait, zoodat geluid en beeld steeds met elkaar kloppen. Er bestaat nog een ander systeem, waarbU geen gramofoonplaat wordt gebruikt, maar het geluid op de filmstrook zelf wordt opgenomen, op de wijze als op papieren rollen voor pianola's. Ook deze kunnen op het toestel van het Tuschi.nsky- Theater worden afgedraaid In Den Haag verstaat men bij uitstek de kunst om van een tentoonstelling een aan trekkelijk geheel te maken. Uit den aard der zaak exposeeren een aantal firma's in een even groot aantal gescheiden stands. Deze scheiding is nauw merkbaar. Het komt dan ook voor, dat men zich op een zeker moment onbewust in een stand bevindt: het „toon bank-systeem" is, en dit geldt vooral voor de stands in de Kurhaus concert-zaal, vrijwel prijsgegeven. De expositie vormt hier door een aantrekkelijk geheel en ook deze tentoonstelling draagt, evenals de beide voorafgaande, met recht den naam „Radio salon." Alle hulde aan de exposeerende firma's, die, om dit te bereiken, hun volle medewer king gaven aan hst tcntoonstellings-comité. In den „Gids" en in de Vakbladen zal men een gedetailleerde beschrijving van de stands kunnen aantreffen. En het zal daarbij op vallen. dat er maar weinig nieuws te zien zal zijn. Dit laatste is betrekkelijk. De alge meen e voortuitgang van de Radio-techniek wordt ook hier weer gedemonstreerd. Men moet dit echter voornamelijk zoeken in ver dere perfectionnéering van de onderdeden, die zoo langzamerhand ware voorbeelden worden van instrumentmakers-kunst. Voora! het „uiterlijk" van Radio-toestellen en luid sprekers heeft de volle aandacht, het „Radio-meubel" viert thans hoogtij. Het .'s een goede gewoonte van de Haag- sche comité's om te zorgen voor de noodige attracties. Deze bestaan, wij noemen slechts de voornaamste, uit demonstraties van de Photo-electrische cel (Philips) en uit demon straties van Televisie (Telefunken). Beide demonstraties zijn in hooge mate interessant, en wij kunnen dan ook ten volle verzekeren, dat deze alleen reeds een bezoek aan dc ten- toonsteTing rechtvaardigen. De Photc-electrische cel (nu ook een pro duct van onze groote nationale industrie) is een wonderlijk apparaat. Reeds hebben wij hieraan een uitvoerig artikel gewijd.' Het Hikt ons dan ook voldoende, als wij hier ter plaatse even in herinnering brengen, dat de werking van deze cel berust op het feit, dat onder invloed van lichtstralen een „electro- nenstroom" ontstaat. Men kan dus ook zeg gen, dat door doelmatige belichting de „weerstand" van de Photo-electrische cel afneemt, althans dit is het praktische resul taat. Philips noemt deze cel dan ook in de be treffende brochure een „licht-microfoón", omdat men met behulp van deze in een stroomkring geschakelde cel, den stroom- d oorgang kan regelen, door min of meer intense belichting hiervan. De werking van de Photo-electrische cel wordt in de muziektent op het terras gede monstreerd op een voor het publiek aantrek kelijke wijze. As men het Philips-hondje met een sterke lamp goed in een der „oogen" schijnt, komt er beweging in. Gedwee volgt het deze lamp. Het andere „oog" het booze oog, doet het beest grommen. Dan is er ook nog de brandkast. Zoodra de onwelkome bezoeker de brandkast met een lantaarn belicht dergelijk bezoek zal meestal in den nacht plaats hebben be licht hij op een gegeven moment door het sleutelgat een daarachter geplaatste photo- electrische cel, waardoor een waarschuwings bei overgaat. Als deze methode ingang vindt, worden er velen broodeloos of krijgen „on dersteuning van den staat." Philips maakt thans ook Neonlampen, „het oog" van het Televisie ontvang-apparaat. Hierop zullen wij later nader terugkomen. Telefunken demonstreert de „Televisie" (systeem prof. Karolus) en het gedemon streerde is van dien aard, dat dit de belang stelling hiervoor zal wakker roepen.' Wij hebben aan de Televisie reeds eenige artikelen gewijd, het systeem, dat hier toe gepast wordt is belangrijk afwijkend van het toen beschrevene. Het principe is echter het zelfde: aan de zendzijde wordt weer het ge laat van den te televiseeren persoon met een fijne lichtstraal „afgezocht," waarbij de relefctie van deze lichtstralen de opgestelde photo-electrische cellen beïnvloedt. Dit ge reflecteerde licht is, naar bekend mag wor den verondersteld, meer of minder sterk naarmate het gelaat van den geteleviseerden persoon, daar, waar het lichtstraaltje dit treft, lichter of donkerder gekleurd is, zoo dat ook de weerstandsverandering van de photo-electrische cellen varieert. Het „afzoe ken" van het gelaat van den geteleviseerden p.rsoon gebeurt thans niet door middel van de Nipkow'sehe schijf, de bekende schijf met gaatjes, maar door middel van een spiegel- rad, het Weyller'sche spiegelrad, dat bestaat uit een cylinder, waarop een aantal spie geltjes (strooken spiegelglas) aangebracht zijn, die, doordat zij onder een hoek op het rad zijn geplaatst, een hoek, die geleidelijk grooter wordt (tot den vereffenings-sprong) de lichtstraal uit den lichtbron onder een eveneens geleidelijk grooter wordenden hoek via een vasten spiegel op den te tele viseeren persoon werpt. Het voordeel hiervan is, dat het slacht offer geen last ondervindt van het televi seeren. Aan den ontvangkant maakt men even eens gebruik van het spiegelrad. Ook hier werpt een lichtbron hierop eén smalle ge concentreerde lichtbundel, maar deze licht straal is, wat de lichtsterkte betreft, afhan kelijk van de veranderlijke uitgezonden stroompjes, welke afhankelijkheid men be reikt door middel van de zoogenaamde Kerr- cel. Het door het ronddraaiende spiegelrad op een scherm ter (grootte van een klein schilderij teruggekaatste licht varieert dus van sterkte, welke ster!- dus uiteindelijk bepaad wordt door het gelaat van den ge- teliviseerden persoon. Het voordeel van deze methode ligt dus niet het minst aan de „ontvangzijde". Het behoeft wel haast geen betoog, dat het niet al te moeilijk zal vallen, om een grooter scherm te nemen, zoodat een groep van personen zonder hinder de uitzendingen zullen kunnen volgen, wat bij de andere methode, waarbij de glirnlamp toegepast wordt, verre van eenvoudig, zoo niet on doenlijk zou zijn. Maar ook hier moeten de beide cylinders, waarop de spiegeltjes ge monteerd zijn, synchroon draaien. De Farrand-inductor-dynamische luidspreker Het nieuwtje op deze tentoonstelling is, echter naast deze nieuwe en verbeterde Televisie-methode, pen geheel nieuw princi pe van luidsprekergestel-constructie, de Far- rand-Inauctor-dynamische luidspreker. Hierbij wordt weer toegepast een kleine permanente magneet, die door de spreek- stroompjes extra bekrachtigd wordt. Tus schen de polen van dezen magneet is ech ter een week-ijzeren plaatje aangebracht met twee verdikkingen, welk plaatje door middel van een stift een betrekkelijk kleine conus aandrijft. De conus heeft hierdoor een groote bewegingsvrijheid, al wordt ook hier, evenals bij den e. - d. luidspreker het spoel tje, het week-ijzeren plaatje geleid. Deze grootere bewegingsvrijheid stelt dit type luidspreker in staat de lage tonen goed weer te geven. Naar wat wij er op de ten toonstelling van mochten hooren. kunnen wij hier verklaren, dat de weergave in alle registers heel goed te noemen is. Als de kwaliteit van de weergave niet onderdoet voor die van den electro-dynam'sohen luid spreker, dan heeft J.eze luidspreker een niet onbelangrijke voorsprong boven den eerst genoemde, daar ingangstransformator en extra bekrachtiging vervallen. Wij zijn ge neigd vast te stellen, dal theoretisch de e. - d- luidspreker beter moet zijn: prakti sche resultaten moeten in deze echter den doorslag geven en daartoe zijn wij nog niet voldoende georiënteerd. Resumeerende: Voor den radio-expert- menteur èn voor den radio-luisteraar is deze tentoonstelling zéér belangwekkend. Trouwens voor iedereen, daar eenieder min of meer met de „radio" vertrouwd is. Dezer dagen had in het Canisius-College te Nijmegen de jaarüjlische aigemeene vergade ring der leden van het Genootschap plaats onder leiding van den voorzitter mr. dr. L. IT. Deckers. Na opening werden de notulen der jaar vergadering 1928, gehouden te Maastricht ge lezen en goedgekeurd. Rekening en verantwoording over 1928, door een daartoe aangewezen commissie ge- c roleerd, werd daarop vastgesteld. Beslo ten werd de rekening over 1929 aan de con trole der zelfde commissie toe te vertrou wen. Onder voorlichting van den penningmeester werd voorts de begrooting 1929 behandeld. Aan een 13-tal subsidies aan verschillende apologetische werken en instellingen werd op voorstel van het bestuur ditmaal toegevoegd -c u subsidie aan het z.g. Bijbelfonds alsmede een bijdrage aan het bekeeringswerk onder Javanen en Chineezen hier te lande. Bij de. vervulling der bestuursvacaturea werden door den voorzitter, eerbiedige woor den gewijd aan de nagedachtenis van den heer Jac. Oor te Roermond. Herkozen werd het volgens rooster aftre dende bestuurslid Jhr. T. van Grotenhuls van Oonstein te Amsterdam. Voorts werden gekozen de heeren S. W. N. Arntz te Nijmegen en mr. H. Kolfschoten te 's-Gravenhage. Daartoe gemachtigd door de statuten der verceniging besloot de vergadering het aantal bestuursleden uit te bereiden met prof. mr. W. Pompe uit Utrecht, terwijl de voorstellen van den heer A. G. Delen met betrekking tot eene intensieve en meer georganiseerde pro paganda voor het Genootschap verg. aan stonds deden besluiten den voorsteller in het bestuur op te nemen, ten einde met hem deze propaganda nader in overweging te nemen. Na een zeer belangwekkende en door de aanwezigen met groote belangstelling ge volgde causerie van den geestelijken adviseur prof. dr. Mulder S.J. over Rome en meer bijzonder over de Vaticaansche Bibliotheek en Archieven, waarin de hooggeleerde inlei der der wetenschappelijke relaties tusschen Nederland en het Vaticaan bestudeerde, werd deze geanimeerde jaarvergadering gesloten. In de op 7 Juni a.s. te houden buitengewo. ne vergadering der N. V. Ned. Bank voor Bui tenlandschen Handel zal een voorstel tot sta tutenwijziging aan de orde komen, welke o.a. het volgende behelst. De vennootschap draagt den naam Amster- damsche Investmenttrust N.V. Het doel der vennootschap is het verrichten van beleggin gen, net koopen en verkoopen van effecten en het doen van andere financieele operatiën, zoowel alleen als met anderen, waartoe zij zoowel haar eigen kapitaal als gelden, die zü heeft opgenomen en haar verstrekt zijn, zal bezigen. Deelneming of overneming van het bedrijf van anderen is met machtiging van den Raad van Commissarissen geoorloofd. Het maatschappelijk kapitaal bedraagt 10 miliioen, waarvan geplaatst en volgestort 4 millioen (onveranderd). Het Groot-Russisch Nationaal Orkest met mannenkoor en dansgroep (orkest-dirigent: A. Michailowskij; koor-dirigent: E. Emeljanoff), dat onder auspiciën der N.V. Inter nationale Concert-Directie Ernst Krauss van eind Mei tot half Juni een toumée door ons land zal maken. Het eerste concert van dit beroemd ensemble, dat dezer dagen te Parijs en Brussel geweldig succes had en a.s. Zondag zich voor 10000 bezoekers in Londen zal doen hooren, is vastgesteld op Maandag, 27 Mei, in Den Haag. Dinsdag 28 Mei zal Haarlem de eer te beurt vallen het beroemde orkest in den Stadsschouwburg te mogen aanhooren ..De drievoudige wijsheid" S.F.L. bij het "Miinhe vOor~v eer' u Selieve mij s.v.p. te zenden de ■•öe °Pv°ering benoodigde exemplaren van MisSje5 evoudiSe wijsheid van vader Wang". Ghf>r.„ -ma in vier bedrijven door Henri do0r0"- Het stuk is bestemd voor opvoering Lief(jfï®t Patronaat van het Sint-Franciscus- 'epq alhier. In afwachting, Hoogaeh- Wat?V moet 'k eer^f' ik dat nou goedof Ja '1' rn'n oogen es extra uitwrijven? r'ae stöhd erhéél duidelijk, in keu- die dat g&at toch niet? Wat bezielt ^erk ?ncc!1eider van het S.F.L., om zoo'n Vnlir\v\ Tmovan rl r\r\i- innffonc nif 'f t^^drïjlmachine-lettertjes v°lk.£.'aken opvoeren door jongens uit 't beetip e fher.eer wordt toch werkelijk 'n ja/,?Ve''m°edig, hoor! wist' wat ie voorheen had aange- veti'aa„ dat ie voor geen klein geruchtje Stiii? wasmaar die sprong? d li dacht aan de brieven, die 'k nog aihatefeen van leiders van werkelijk goede Nv £"-5ezelR°happendie me scbre ik vind Wang' Het spii' rie c, - stuk, maar voorloopig durf ik 't ik ben bang voor <1 S^^-stuk. .1 fjas noS niet aan n Stuurt u me voor dit seizoen 'Tzagp °S maar eens wat andere stukken ter dan kunnen we later wéér zien..." Enfin, de bestelling lag eren ik had ze slechts uit te voeren. Maar als je behalve uitgever van stukken, óók nog met hart en ziel tooneelman bent, dan hou je bij zoo'n gevalletje toch wel éven dat hart vast. En ik deed dat nóg eens, toen, na 'n maand of vijf, de uitvoeringen op til waren. Maar toen kwamen toch 'n paar. andere factoren 'n woordje meespreken, en we rede neerden zóó: 't Zijn opvoeringen in besloten kring, voor 'n publiek, dat reeds bij voorbaat 'n welwillende houding aanneemtboven dien wordt er van de S.F.L..acteurs niet dat geëisebt, wat men verwacht van 'n vereeni- ging, die verplichtingen heeft tegenover do nateurs, die speciaal voor de tooneelvoorstel- imven hun jaarlijksche bijdragen betalen. 'n Paar verzachtende omstandigheden dus. En tochal zouden deze er niet geweest -fjriwe zouden evengoed gesproken mo. "en hebben van een heel mooi succes en van 'n prestatie waarvoor men de hoed afneemt. 't Was werkelijk boven verwachting...... heel vèr daar bovenen verstomd hebben p gezeten bii de gedachte aan de geweldige n,,,>p!d d"*!- kunstzinnige leiding, die deze op voeringen haast tot 'n „gebeurtenis" heeft gemaakt. Het vrij eenvoudige en tóch, of misschien iulst daarom zoo suggestieve decor, bracht als bij tooverslag de vereischte sfeer. Daarna de karakteristieke opkomst der twee „gelet terden van het koor".!.... je was er meteen in. Dan het naïve, rustige spel van Vader "ene gevolgd door het schril contrastee- rende optreden van de Chineesche duivel, die de huichelachtige Tschang fou Tang in ziin strikken vangt'n Kort bedrijf, dat de ouverture is van 'n bloedig gebeuren van ramp en rouw. Listig in bijtende ironie weet de duivel Tchang fou Tang o, hij weet zoo precies, welke mensehelijke instrumenten hij kiezen moet er van te overtuigen, dat hier „een groote daad" te gebeuren staat, die voor Tschang een triomf zal worden en hem de weg zal openen naar roem en gezag. ..Al ben ik een bedrieger" stamelt de ontmaskerde huichelaar „hij is rechtvaar dig. Al ben ik slecht, hij is goed." „Dus" grijnst satan „hij is in ieder opzicht beter dan jij." En hitsend sart bij voort: „Je bent voor hem op je knieën geval lenje hebt z'n hand gekusthij doet met je. wat hij wilHU is zoo dom nog niet, die Vader Wang en hij weet z'n man netjes te kiezen, hoor! Nou! Nou!" Heel goed van miniek was hier die duivel., 'n Beetje jammer, dat z'n te zware mantel hem wat scheen te hinderenwellicht hadden we anders nog meer het slang-achti- ge gekregenen 't „pootje over", zooals schaatsenrijders dat doen, scheen z'n gelief koosde manier te zijn, om zich te verplaatsen n-Janou zijn we zoo ongemerkt toef K»gormen aan critiek En dat, terwijl we na afloop zeiden, dat critiek gezien ook de verzachtende en nog 'n paar andere omstandigheden hier eigen- '"k geen recht van spreken had. Maarals er van alle kanten niets dan 'of klinktals je denkt aan dingen, die nog komen kunnenals je wéét, dat Ie bent uitgenoodigd, om naar fouten te speu ren en dat de kranige S.F.L.-aeteurtjes mis schien nog wel eens 'zullen worden gevraagd voor 'n gastvoorstelling, waarbij mogelijk wél door'andere brillen gekeken zal worden als je wéét ook, dat er in deze jonge too- neeüsten 'n feu-sacré leeft naar daden, die een nog ruimere kring van belangstellenden (liefst gewapend met. 'n zware portemonnaie) moeten trekkenals je weet, ten slotte, dat het duiveltje der eigenliefde nergens met méér vrucht opereert dan achter de bedriegelijk gekleurde toóneelsehermen dan wordt het heusch „fouten bedekken met een nóg grootere" als je de meest in 't oog 'copende feiten verzwijgt. En dan zouden we ook de „twee geletter den" kranig, netjes, deftig, hoor! de raad willen geven niet al te geletterd te wil len zpnzoodat we dan géén lèttertjes n meer te hooren zullen krijgen op plaatsen, waar ze niets te maken hebben en dus kwaad doen. Op sommige momenten werd, inzonderheid door laatstgenoemden, 'n ietsje te veel van „de rust der zaal" gevergd door minder vlotte afwerking van hun taak. Vooral het jeugdige publiek (waaronder op ónze avond ook 'n paar bar-vervelend giechelende bakvischjes) maakt van dergelijke perioden 'n al te grif gebruik. De toeschouwers vast blijven hou dendat mag vooral bij 'n dergelijke op- ""sring niet vergeten worden. Vader Wang zelf was 'n waardige verschij ning. maar 'n enkele maal iets te tooneel- matig waar hü meer hartstochtelijk spel van binnen uit had moeten geven. Overigens alle lof voor de vertolking van deze zeer zware 'rel, eigenlijk te zwaar voor 90 procent der '"ooneel-amateurs. De houding van Tschang fou Tang, slot j'Wde bedrijf, waarbij hü het hoofd tusschen de armen van Wang liet wegduiken, kon ons niet bekoren. We gelooven ook zeker, dat 't schrüver's bedoeling is, dat hü hier met groote angst-oogen Vade- Wang aanstaart. En hoe kan Wang, zooals jn de tekst, staat aangegeven, hem recht in de oogen zien? 'n Veiligheidstrucje van de regie misschien? En bij 'n volgende gelegenheid moet Tchang probeeren, om in 't slot van IV wat meer de totaal gebroken boeteling te zün't-ja 't, is 'n heele opdracht, maar waar al zóó veel bereikt is. niewaar? 'n Extra complimentje voor de pater missio. naris. Voor 'n speler van hoogstens negen tien was dat onverbeterliik waardig, so ber, rustig en toch zoo expressief in zegging en gebaar. „Je bent christen, vader Wang. dus 1e schenkt vergiffeniswe behoeven over het geval niet verder te rrdeneeren Op het, oogenblik komen je gedach' - - den duivelje moet 'n gedachte van God in je opnemen en de andere zullen dan van zelf weggaan. Je bent christen en dus óf je bent géén christen" Hoe rustig, klaar eenvoudig, (zooals heel de taal van Ghéon in dit stuk) maar toch. hoe overtuigend werden deze alles omvatten de zinnetjes, gezegder was werkelijk niets tegen in te brengen. Zelfs by het lange ver haal, het wonder van de tien stralen-bundels, b« geen s"cende te veel van ons ge duld, zelfs met extra oor werd er naar ge luisterd. Nog wat oefening in spontaner ge laatsmimiek en deze speler wordt een der eerste krachten van dit wakkere, volgzame troepje. Heel goed 't aarzelende spel der catechisten in II, óók goed het zwijgend mee-leven en hun angst voor de verwachte explosie. Dat was niets te weinig en niets te veel. Best ook ce twee geletterden in hun starre neutraliteit en niet minder in hun kruiperige angst voor de duivel-dictator, die hen laat opteekenen wat enkel in zün belang is. 'n Voordeel van dit stuk is, dat Ghéon hier taal spreekt, die door ieder verstaan kan worden. Met z'n andere werken, o.a. „De goede reis" en „De opgeknoopte" is dat niet steeds het geval en krügen vele toeschouwers diepzinnige woorden voorgezet waarop te lang gekauwd moet worden, om ze te kunnen slikkenterwijl het spel ondertusschen z'n gang gaaten weer anderen snappen zijn bedoeling niet eens. nemen de zinnen ver. keerd op. meest als 'n grapje en storen hier door het rustig verloop der opvoering. „Va der Wang" is 'n gewillig stukgroot en klein, ontwikkeld of on-ontwikkeld, alles kan er met genoegen en ontroering naar luiste ren en iedereen neemt er iets van mee de een dit. de ander dat. maar ontkomen aan de rijke lessen, die schijnbaar zonder zich op te dringen worden gelanceerd, doet geen enkele aandachtige toeschouwer. Je reinste volkskunst dusen m de mees- goede be. teekenis. En de ferme Knapen van het S.F.L.-toonesl hebben deze sehcone brok op waardige wüzs bereid Deze opvoeringen waren een belofteen we zullen i)s dc üver niet verflauwt en de vaste wi) r blijft, om immer te si reven r aar nog beter ons hart niet meer vast houden! Moge met Gods hulp en die der ongeveer drieduizend enthousiaste toeschouwers, de penningmeester spoedig hetzelfde kunnen zeggen. G. N.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1929 | | pagina 5