Dingen van den Dag Van Alles en van Overal tweede blad De mondverzorging bij kinderen TENNISWEDSTRIJDEN IN NOORDWIJK NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT DINSDAG 11 JUNI 1929 BLADZIJDE 1 De gouverneur ontvoerd wordt op eenvoudige en aangename wijze bereikt door het dagelijks reinigen van den mond met Odol. Het reinigen moet vooral 's morgens en 's avonds, indien mogelijk ook 's middags na den maaltijd geschieden. Kinderen wennen gauw aan het spoelen met Odol, omdat Odol goed smaakt en een verkwikkend gevoel van frischheid in den mond geeft. De overval op Curacao KUNST EN KENNIS Sluiting bioscopen te Venlo De vee- en landbouwten toonstelling Bussum Een goed begin is het halve werk NED. ZWEMBOND 28 202 Uit Willemstad op Curacao wordt geseind, dat een bende vermoedelijk uit Venezuela de s'ad heeft bezet. De gouverneur van Curasao cn de commandant van het Garnizoen en 15 soldaten werden aan boord wan een Ameri kaansch stoomschip gebracht en weggevoerd. De Venezolanen namen allereerst een Amerikaansch schip, de „Maracaïbo" en be zetten daarna de gouvernementsgebouwen. De bende nationalistische zeeroovers staat onder leiding van generaal Urbina. Het ver luidt verder, dat het garnizoen nog getracht heeft de roovers terug te slaan en dat ver scheidene politie-officieren en manschappen f'prden gewond of gedood. Zoo luidden de eerste berichten, die be- Vestigd werden door de volgende verklaring öpr Regeering: Een gewapende bende van naar schat- 'ing 50Q personen uit Venezuela met blijk, baar tegen de Venezolaansche regeering ge richte bedoelingen heeft de militaire politie macht te Willemstad overvallen. Ondanks den tegenstand der mannen, werden deze door de ovennacht der rebellen overwonnen. De sergeant-majoor V. werd hierbij gedood rn sergeant M., zoomede grenadier v. Z. zwaar en een aantal personen licht gewond. Grenadier v. Z. is volgens nadere berichten aan de bekomen wonden overleden. De bende Plunderde het munitie-magazijn en de ka zerne en wist daarop een gezagvoerder van in de haven liggend stoomschip te dwingen hen daar Venezuela over te brengen. Zij slaagden er bovendien in, den gouverneur en den com mandant der politietroepen bij verrassing en met enkele militairen aan boord van den stoomer te brengen. De gouverneur der troe pen. de commandant en de militairen zijn intusschen naar Willemstad teruggekeerd." Wij willen er niet, veel van zeggen, maar deze geschiedenis wijst er toch op, dat er in •.Onze West" iets niet in den haak is. „De gouverneur ontvoerd". Het klinkt als 't smeuige hoofdthema van een operette, maar teoals bijna altijd in een operette het geval is, maakt ook hier de hoofdpersoon, Neder land, een tragisch figuur. Er zal om ons uit bundig gelachen worden. Laten we toegeven dat de Venezolanen '11 on gedurig volk zijn, analphabeten, onbeschaafden 5at de aanvallers kunnen vergeleken worden met roovers, dat de bende, die den overval Pleegde, een bende opstandelingen was, revo- Utionnairen, het uitvaagsel van de Vene- 'olanasche natie dus, maar de geraffi neerdheid, waarmede zij het Nederlandsche ^olk een slag in het bloote aangezicht hebben Segeven, is merkwaardig en uiterst pijnlijk. Zij doen een overval, bezetten de gouverne mentsgebouwen, plunderen de munitiedepots, dwingen den kapitein van een Amerikaansch schip, dat in de haven lag (en daar recht had 'P bescherming door de Nederlandsche tlag) hen naar Venezuela te voeren, over meesteren niet alleen het garnizoen, maar hemen bovendien, om te toonen hoezeer zij meester van den toestand zijn, den gouver. heur en den commandant van de politie macht gevangen en ontvoeren hen. Ook voe ten zij nog vijftien soldaten mede om te laten zien, zou men zeggen, dat het alléén aan hun Sfootmoedigheid te danken is, dat niet de ge- 'a«elc bevolking van Curacao in slavernij weg gevoerd wordt. Dat is de beleediging, die het Nederland sche Volk werd aangedaan. En ook al krijgt de Nederlandsche regee ring genoegdoening, dan blijven deze feiten staan. Wat leeren die? Het is op zichzelf niet zoo verbazingwek kend, dat vijfhonderd (de niet.regeeringsbe- 'iehten spreken van slechts tweehonderd) berriemakers er in slagen om op een gegeven Ogenblik de gouvernementsgebouwen te he etten en den gouverneur met den militairen :°mmandant gevangen te nemen. Wanneer 'onder, dat politie of regeering er iets van Weet, vijfhonderd communisten er in zouden slagen met minder goede bedoelingen in een buitenwijk van Amsterdam bijeen te komen, zouden zij er wel in kunnen slagen om het baleis op den Dam. liet Stadhuis het Cen traal Station en de gevangenis te bezetten en énigen tijd te houden. Dat is ook niet erg maar erger is het, als een dergelijke aanslag ban worden beraamd, zonder dat de betrok ken Commissaris van Politie er ook maar iets van af zou weten of van zou bevroeden. Want dan deugt zijn organisatie van den 'ewakingsdienst niet. Dat de Curagaosche Regeering, de Curacao- sche Politie, de Curagaosche commandant biet in de gaten hebben gehad, dat er iets in bet schild werd gevoerd tegen de kolonie, krijst op een toestand in „de West", die ten Goedigste schoon gebezemd moet worden. Wat zou men zeggen van een Rotterdam- 'phen commissaris van politie wiens organisa tie en inlichtingendienst zoo slecht zijn, dat bij niet tijdig op de hoogte is van een door '"'Jfhonderd man georganiseerden communis- bschen aanslag op het Rotterdamsche Stad huis b.v. en op de Mariniers kazerne in Rot- hrdam of van een Regeering die in 1918 en '®ter, niet precies op de hoogte zou geweest 'bh van de revolutionnaire woelingen in ^Uitschland en van de bedreigingen, die ze 'óor Nederland inhielden? Zoo'n commissaris zou ontslagen worden en teo'n regeering zou niet anders hebben ver eend dan te worden weggejaagd en door de Polking opgeknoopt. In „Onze West" is het pchter blijkbaar mogelijk dat er in een na burig land, met ®en verleden als Venezuela, ;en revolutie heerscht en niemand op het mee komt, dat er wel eens revolutionnairen zouden kunnen zijn, die zin krijgen in de voorraden van de munitiedepóts op Curasao. Niemand, did er aan denkt eens te gaan neu zen in Venezuela om op de hoogte te blijven, niemand die er aan dankt, dat een oorlogs. schip uit het moederland wel eens een goede preventieve uitwerking zou kunnen hebben op de booze begeerten van een rooverhoofdman. Wij spreken er maar niet van, dat men ons van uit de West ook zou moeten kunnen in lichten, wanneer er een naburige natie zou zijn, die zich met ons bezit zou willen be moeien. En over het feit, dat zeer waarschijn lijk de aanslag in Curacao zelf is uitgebroed, vlak bij Willemstad, zwijgen wij maar heele- maal. De onfortuinlijke heer Ir. Fruytier, de nog kersversclie gouverneur van Curacao, zal door deze geschiedenis wel een ontijdig einde aan zijn bewind zien gemaakt. Ook de comman dant van de militaire politie in Curacao doet maar het beste zijn biezen te pakken. Niet al leen is hun prestige in de tropen te veel ge knakt, maar het is ook noodig dat de Neder landsche Regeering door nieuwe mannen op die posten te plaatsen haar verloren invloed tracht te herwinnen. Slachtoffers zullen er gezocht worden. Om de eer van Holland nog zooveel moge lijk te redden. Maar zijn zij de schuldigen? Neen, zij hebben het alleen slecht getrof fen, dat juist „in hun tijd" de ontknooping van het drama kwam. De schuldigen zitten in den Haag. Jaren en jaren werden en worden er van uit „De West" smeekbeden gericht tót de Regeering, worden er jammerklachten geuit, Naar aanleiding van de uitspraak van Ged. Staten van Limburg tot handhaving van het schorsingsbesluit van B. en W. van Venlo, zullen alle theaters-bioscopen-varié- té's met ingang van Vrijdag 14 dezer door den Bioscoopbond worden gesloten en geen films meer worden vertoond. en landbouwtentoonstelling van De vee- de te Naarden gevestigde Gooisclie Land bouw- en Sportvereenigirig, zal dit jaar op 21 en 22 Aug. a.s. te Bussum gehouden wor den. In verband met een groote uitbreiding, welke aan de tentoonstelling gegeven is, was bij de verschillende gemeenten een verhoogde subsidie gevraagd. Aan Naarden 500. 111 plaats van 150, doch de gemeenteraad stemde in de verhooging niet toe. Het gevolg daarvan is geweest, dat de tentoonstellings commissie zich tot B. en W. van Bussum gewend heeft, evenals de financieele com missie. De gevoerde besprekingen hebben thans genoemd resultaat opgeleverd. Ook de aan de tentoonstelling verbonden hippische feesten, vroeger steeds in het Bosch van Bredius gehouden, zullen thans te Bussum plaats hebben. Als plaats voor de tentoonstelling is liet Wilhelminaplantsoen gekozen. Het aantal erupties is ontelbaar. Ecu groepje matrozen aan boord van de te Den Helder aan den wai liggende „Kortenaer", de gebeurtenissen besprekend. over dit en over alles en geen sterveling in Den Haag neemt er notitie van. Eenige jaren geleden werd 'n gouverneur, die, teneinde raad omdat hij tevergeefs binnenkamers op verbe tering aandrong, tenslotte de publiciteit te hulp riep, door de Regeering in zijn hemd ge zet en voor een lastig man, een querulant uit gekreten. Dat „De West" door Nederland stiefmoederlijk bedeeld wordt is een uitdruk king, die op niemand in ons vaderland meer eenifeen indruk maakt. Dat is de oorzaak van een wantoestand, die natuurlijk ook mee brengt, dat de politie in „De West" niet ge outilleerd is zooals het behoort. Waarlijk deze Regeering heeft met de ver dediging van Hollands naam in het buiten land geen geluk gehad. Integendeel. Eenige maanden geleden was het de Mi nister van Buitenlandsche Zaken, die Neder land in de kwestie van de publicatie der Utrechtschc documenten een minder glorieus figuur liet maken en dat gebaar met zijn af treden na de verkiezingen waarschijnlijk boeten zal. En nu is het 't Ministerie van Kolo niën, dat ons aanzien in het buitenland een zwaren slag toebrengt. Maar of deze zaak nu goed te maken is met het heengaan van den Minister van Koloniën is een vraag, die men ontkennend moet be antwoorden. Het is niet de Minister in de eerste plaats, die de schuld draagt. Als de Minister gaat, dan blijft er op het Departement in den Haag nog altijd de sfeer, de geest lieerschen, die alles, wat vooruit wil kapot maakt en die de oorzaak van alle ellende is. De oude plunje aan Haagsche ambtenarij moet grondig' worden opgeruimd op het Plein om plaats te maken voor menschen, die wat kunnen en wat kennen. Het was een genot om gisteren, den eer sten dag van de Internationale tenniskam pioenschappen, welke in Noordwijk gehou den worden, te verslaan. Niet zoozeer om de bijzondere interessante matches, die er ge speeld werden, als wel door de genoeglijke demminis en de heerlijke tempertüur. Er behoefde waarlijk geen emaille bordje aan de deur gehangen te worden met de bekende woorden: „Komt u nog' eens terug?" De vele toeschouwers zijn weldadig getroffen door de uiterst prettige sfeer bij deze wed strijden. Het was een goed begin, dus het halve werk. De Haarlemsche toeschouwers hebben zich kunnen verlustigen in het spel van diverse stadgenoten, leden van de Haarl. Lawn Tennisclub die hun wedstrijd-routine met deze matches hoopten te verrijken. Het lot had gewild, dat Modlich met Fre- mery samen in de eerste ronde tegen Jhr. B. W. F. v. Riemsdijk en Jhr. v. Kamebeek kwamen. Zoo'n partij had desnoods vriend schappelijk beslecht kunnen worden en bij na zeker was er dan beter getennist. On der den druk van de opwindende belangstel ling vanhonderden kijkers op de rondom oprijzende tribunes, speelde het viertal een wedstrijd, ver beneden de krachten. Frfe- mery had' daar in de eerste set erg van te lijden en ook Van Karnebeek scheen nog al overstelpt van de vreemde omgeving. Hoe het ook zij, het was een slechte wedstrijd, waaraan de Haarlemsche spelers zonder be vooroordeeld te zijn, nog de minste schuld hadden. Modlich bijvoorbeeld, bleef koe! voor de vreemde omstandigheden en werd in 't geheel niet afgeleid. In de drie sets, 6—4, 6—2, 62, wonnen Fremery en Modlich de match. In de derde set poogden v. Riems dijk en partner in een netpositie dé situatie meester te worden, maar Van Karnebeek bleek 't minst bestand tegen de oordeelkun dige lobs van de tegenpartij. Het opmerke lijkst was het, dat geen der beide doubles sloot, er was geen combinatie, er bleven steeds vier individueele spelers in het veld. die ver beneden hun kracht speelden. hand drive zoo geducht op los, dat de set met 97 voor Egypte werd. We plukken hier en daar een stukje uit de wedstrijden op de verschillende courts en verwijlen bij Feith, die Bela Halter bestrijdt. Ofschoon laatstgenoemde in de eerste twee sets telkens de leiding neemt, wint Feith ze beide. De derde gaat echter verloren met 6—4. In de vierde set lijdt. Feith aan een hevige inzinking en hij verliest ook deze. Maar in de finale set leeft hij weer op, vol leert uitstekend, komt met 5—2 voor en wint dc set met 62 en de match. Zandlaag komt Tilden the topic of the champronships en in de eerste ronde zal hij Th. v. Eek ontmoeten, 't Is verheugend, dat de Haarlemmer besloten heeft, geen walk over te geven, maar wel degelijk te spelen.- Er valt in zoo'n wedstrijd veel te leeren. De uitslagen van den eersten dag zijn als vo'.gt: HeerenenkelspelJ. W. H. Dambach si. E. Hoeke 6—2, 6—2, 8—6; B. Stom—L. Ray mond, Stom w. o.; L. Toussaint si. J. P. Slctemaker 6—2, 6—2, 9—2. Relecom. W. W. E. v. Hemert, Relecom w.o.; A. J. Feith si. B. Halter 7—5, 7—5, 3—6, 0—6. 6—4; H. Ramberg si. J. D. Pasteur 60, 61, 63; R. I xtterson si. J. Buys 62, 63, 61; W. Karsten si. J. Boen 63, 61, 16, 62; J. C. v. BlooisP. D. B. Spence, Bloois w.o., Grandguillot si. L. J. Nienaber 36, 62,62, 97; D. PrennM. v. d. Feen, Prenn w.o.; W. F. Coen Jr.H. H. Duurentijdt, Coen w.o. H. van Berkel si. H. Lütjens 63, 6—4, 62; E. Nefwan si. K. von Kirchmayr, 63, 36. 0—6, 6—4, 7—5; W. Korthals AltesC. Oest- burg, Korthals Altes w. o.; H. G^ Eilers si. C. W. Gregor 6—1, 6—2, 6—2; I. Nielsen si. G. F. Schoorel 6—3, 6—3, 6—4; J. D. v. Kar nebeek si. D. Breukeiman 6—2, 6—0, 6—2; J. van Olst si. H. Frenery 60, 61, 64 Heerendubbelspel: W. Modlich en H. Fremery si. J. D. van Karnebeek en B. W. P. van Riemsdijk 64, 62, 62; Grand guillot en Danon si. W. Metselaar en Th. v. Eek 97, 63, 63; W. Gregor en-W. W. E. v. HemertL. Raymond cn P. D. B. Spence, Gregor en v. Hemert w. 0. Neen, ik ben niet op Curagao geweest gis teren, maar toch wel zoo dicht mogelijk ex- bij, namelijk in Den Helder, vanwaar im mers hulp gezonden wordt, wat ze toch niet zouden doen, ais ze het van een dichterbij gelegen plaats en dus sneller hadden kun nen doen. Zoodra er dus bericht was van wat daar ginds had piaats gegrepen, ben ik in een auto gesprongen en naar Den Helder getuft, want als je wacht tot er een trein gaat, dan kom je er in den regel pas morgen. Alles weten is alles vergeven, zeggen ze wel eens, en als ik alles geweten had, dan zou ik met den trein gegaan zijn en het mezelf vergeven hebben, dat ik er wat later door zou zijn aangekomen. Ailemenschen wat een wegen! Er zijn goede stukken bij, da's waar, maar er zijn meer slechte gedeelten. En dan zijn ze overal de goede stukken aan het verbete ren, zoodat je telkens weer kilometers en kilometers moet omrijden, om je doel te kunnen bereiken. Naar Alkmaar rijd je in gewone omstandigheden gemakkelijk in drie kwartier; nu ik haast had nietwaar, je bent altijd graag zoo vlug mogelijk op het bedreigde punt moest ik er ruim een uur over doen. Ik kan me nu begrijpen, waarom ze me in Den Helder vertelden, niet te kunnen zeggen, hoelang de K o r t e n a e r, die zooals U weet„ gisteravond naar Curagao is vertrokken, over de reis zou doendat hangt er natuurlijk van af, of die ook zoo'n hobbeligen weg treft en omwegen moet maken. Enfin, ik ben er gekomen, net een mo mentje later dan de Hertog Hendrik en een uurtje eerder dan de beide onderzeeërs, die uit Amsterdam, waar ze in verband met het koninklijk bezoek vertoefden, onmiddellijk na ontvangst van het alarmeerende bericht, naar het bedreigde punt ik bedoel naar Den Helder opstoomden. Daar aan dc buitenhaven lag de Korte- n a e r, de torpedojager, die in eerste instan tie geroepen was, om onze belangen en ons recht daar in het verre Westen te gaan verdedigen en waarom zich dus in dc eer ste plaats de belangstelling concentreerde. Lang behield ze evenwel die belangstelling niet, want nauwelijks lag de Hertog Hen drik gemeerd, of heel de opgewonden me nigte, die in de nabijheid van de Korte- naer was samengedromd, verplaatste'zich naar den wal vóór de Hertog Hendrik, om daar de besprekingen voort te zetten. Daar hadden ze er nu zoo op gerekend, de vrouwen die altijd moeten achterblijven, als de zeeman vertrekt, dat ze haar man nen, zoodra de schepen uit Amsterdam te rug waren eveneens een poosje rustig zou den kunnen bezitten, en nu warempel moesten ze ineens weer weg. Was me dat even een tegenvaller! „Maar ze zullen toch nog wel even naar huis mogen komen, om goeiendag te zeg gen?" vroeg de een, waarop de ander met 'n bedenkelijk gezicht antwoordde, dat ze daar nog zoo heel zeker niet van was, want ziet u, als ze dan net weg zijn, d'an komt cr misschien bevel, dat ze direct moeten va ren en dan zouden ze niet aan boord zijn. Bij zoo'n oorlog kan je alles verwachten." Ja, heusch, bij sommige v?n die.men schen was het, al oorlog, oorlog met dat land, waarvan ze den naam haast niet konden uitspreken, maar. dat er tocli heusch scheen te bestaan, daar aan dén overkant. Opwinding was er, daar gaat niets van af aan den wal tenminste. Op de sche pen ging echter alles kalm z'n gang. Men had 't er druk, dat spreekt vanzelf, er moest olie worden ingenomenop de Korten a e r, er moesten kolen geladen worden op de H e r- tog Hendrik, er moest proviand aan boord gebracht worden en er moesten nog noodzakelijke kleine reparaties worden ge daan, maar dat ging allemaal zonder druk te en zonder zenuwachtigheid, zooals dat ook was te verwachten van zeelui, van menschen dus, d'ie wel eens meer voor ■plotselinge verrassingen komen te staan, al 4in het dan ook meer verrassingen door de grilligheid van de zee veroorzaakt, dan door enczuoiaansche bandieten. Ik wandelde zoo'n beetje tusschen de pratende menschen aan d'en wa! door, ving hier een woord op, hoorde daar een klacht uiten door een jonge vrouw ,die „nu al weer, zoolang alleen zou moeten zitten," en luisterde iraar de vraag van een paar klei ne kinderen, die hun vader aan boord van dc Hertog Hendrik zagen staan, af aan hun moeder, wier rokken zijhaar haast van het lichaam trokken, waarom of pappie nóu niet „naar beneden" kwam. ..De Heemskerk, die in Bordeaux ligt," wist er een te vertellen, „is ook terugge- j roepen en zal ook naar de West moeten," een mededeeling die weer aan anderen klachten ontlokte, wier mannen op dien bo dem zich bevonden. En ze hadden hen nogai zoo fijn Donderdag thuis verwacht! Nou gingen ze misschien wel regelrecht door naar Curagao en kwamen heeiemaal niet thuis. „Ben je mal, mensch, dat kan toch nie;, ze moeten toch zeker olie laden en pro viand, ze kunnen toch maar niet zoo op een droogje naar de West gaan!" merkte een matroos op. En het „mensch," dat zoo drastisch naai den toestand van haar hersenen gevraagd was, was weer een beetje gerustgesteld. „Ja, je bent nou eenmaal de vrouw van een zeeman," begon de matroos weer, „op zulke akkevietjes moet je eigenlijk altijd rekenen." En toen hij eenmaal aan het praten was, was hij ook niet meer zoo ge makkelijk aan het zwijgen te' krijgen en ratelde hij van alles achter, elkaar door. meestal met een grapje er tusschendoor. Maar opeens werd hij ernstig. „En nou zie je meteen eens, hoe noodig cf onze marine is. Net gisteren kreeg ik weer zoo'n papiertje van de socialisten in m'n handen gestopt, waarop gedrukt stond', dat het onzin was en geld verknoeien om een leger en een vloot op de been te hou den. Zoo'n onzin! Als we nou eens geen schepen gehad hadden, hoe zouden we dan die bandiet endaarginds d'r vet kunnen geven? Geen vloot," en de man begon wer kelijk verontwaardig te worden, „geen vlootwe hebben vloot te weinig, dat zeg ik je. D'r moest eigenlijk altijd een oorlogsschip in Willemstad zijn, zooals dat vroeger cok was, dan was cr nou niks ge beurd, want dan zouden die kerels zich nog wel eens even bedacht hebben. Maar nee, die anti-ieger-en-vioot schreeuwers hebben er wel voor gezorgd, dat we mach teloos tegenover die bende stonden. Was de Kortenaer maar daar geweest inplaats van hier. dan zouden we nu niet zoo'n belachelijk figuur geslagen hebben." Toen ik gisteravond laat weer thuiskwam en nog even de kranten inkeek, trof me daar in een van de groote kranten het woord „blamage" 's-middags had ik een gelijk waardig woord al uit den mond van een een- voudigen matroos gehoord, wel een bewijs, dat het gebeurde algemeen, ook onder het eenvoudige volk als een schade aan ons pres tige wordt gevoeld. Ik las ook van een operette-vertooning, van een blozende Nederlandsche Maagd en van meer dergelijke fraaiigheid, die me wel even kriegel maakte. Maar als je dan eens rustig nagaat, wat er eigenlijk is gebeurd, dan moet, je toch erkennen, dat zij die zoo spreken geen ongelijk hebben dat er werke lijk iets operette-achtigs in steekt, dat daar een gouverneur en een „troepen"-comman- dant zoo maar eventjes door een troep ban dieten kunnen worden weggevoerd, en dat in een Nederlandsche haven een Amerikaanscli schip wordt buitgemaakt, zonder dat net Nederlandsche „gezag" daar ook maar iets tegen kan doen. En iets blameerends tegen over Amerika en tegenover de geheele wereld ook, iets „belachelijks" zooals mijn matroo- zei, waarover onze goede oude Nederiandsch-: Leeuw moet blore' Misschien 'wel een beetje gekke beeld spraak, zoo'n blozende oude leeuw, gekker dan de blozende Nederlandsche Maagd van de Maasbode, die ik hierboven aanhaalde, maar als de kranten met ochtendbladen je al alle mooie beelden hebben afgesnoept, dan moet je je wel eens met een minder fraai vergenoegen. En het geeft in elk geval dui delijk genoeg weer, wat ik eigenlijk zeggen wilde. Waarom liet toch maar te doen was. Maar een les is het gebeurde ook geweest een harde les, weliswaar, miaar een die ver diend is. Als ze er nu maar toe leidt, dat de regee ring de dwalingen haars weegs inziet, dar zullen tenminste de dooden. die helaas t dit avontuur ook gevallen zijn, niet te ve geefs hun leven voor het Vaderland hebbe" geofferd. ARTHUR TERVOOREN. Slechts weinig wedstrijden hebben door gang kunnen vinden, daar door de vele plasregens en het gure weer het water beneden de minimum-temperatuur van 61 graden daalde. Door onze Haarlemsche vereenigingen 1 geen enkele wedstrijd gespeeld, uitgezonden, de wedstrijd der H. P. C.-reserves tegei L. Z. C. 3, welke wedstrijd door de Leidn, met een oneven goal werd gewonnen. Voor de eerste klasse dames trekt Zignea Woensdag naar Den Haag, om den strijd tegen de landskampioen H. Z. en P. C. aan te binden. Het H. Z. en P. C.-zevental heeft werke lijk een buitengewoon goed samenspel; de Haarlemsche dames kunnen dan ook vast, op een nederlaag rekenen. Een verrassing was in de 2de klasse afdee- ling a, waarin ook H. V. G. B. speelt, de groote overwinning van de H. Z. P. C. op de R. Z. C. Ingenhuyff was de gevaarlijke man der Haagsche voorhoede, een type speler als Braam, een onvermoeide sjiuwer. De H. V. G. B.-ers zuilen het a. s. Zondag dus ook hard te verantwoorden hebben in De Regentes, te, ren -' snelte H. Z cn P. C.-ers. In de andere tweede - tuueeung ont vangt H. P. C. de Zaahkanters, die schijn baar veel van hun vroegere kracht hebben ingeboet, tegen Nereus konden zij het dan ook niet verder brenger dan een geiijk spel. Gezien de resultaten op oen Utiechischen waterpoiodag, voorspellen we den Heemste de-naren een groote overwinning. In de derde klasse krijgt Haarlem Heden avond a. s. Zian op bezoek, zonder voorbe houd de sterkste der afdeeling. Deze eerste wedstrijd zal dan ook geen overwinning voor Haarlem opleveren. Daarentegen zal onze andere derde klas- ser, De Waterratten, wel weten te zege vieren over Dc Zijl. Voor de reserve derde kiaa.se moeten de H. P. C.-reserves naar Leiden, om daar de Zijl-dito's te bekampen. Over de kracht der jeugdige Zijlleden zijn wjj niet goed inge licht, maar in aanmerking genomen het spel van het Leidsehe eei'ste zevental, voor spellen we een overwinning voor H. P. C. H. V. G. B. 2 ontvangt Donderdagavond a. s. in de Kleverlaan het derde zevental van Nereus, als de H. V. G. B.-ers volledig kunnen uitkomen, is een overwinning geen onmogelijkheid. Van Eek en Wetselaar hadden het zwaar te verantwoorden tegen de Egyptische com bine GrandguillotDanon Foch, dank zij vooral het uitstekende spel van Van Eek, zijn harde service en zijn volleeren aan het net, wogen de partijen goed tegen elkaar op. Bij den stand' 54 voor de Haarlemmers miste Wetselaar, die blijkbaar geheel her steld is, twee winningstrokes voor de set en 't werd 6—5. Daarna misten de Egyptenarer. eenige strokes. Maar de service-game van Wetselaar werd verloren en daarop hakte Grandguillot er met zijn vliegende fore- De „Kortenaer" in de Buitenhaven van Den Helder, gereed om zee te kiezen Da mosenkelspel. Mevr. I. von Baittrick si. mej. M. Spit 64, 6—4; mej. J. Sigart si. mej. A. Heybrock 6C, 61; mej. V. Hef ting si. mej. C. v. d. Heid'e 64, 63; mej. E. Stöckel si. E. Swart 61, 61; mej. I. Kallmeijer si. mej. M. Stoeb 61, 6—6; mej. E. Brehm—mevr. Duurentijdt, mej. Brehm w.o.; mej. M. Canters mevr. I. Wetselaar, mej. Canters w. o.; mevr. E. Furnee si. mej. N. Bakker 3—6, 6—2, 6—2. Het proviandecren van de „Kortenaer", waarmee gisteren, onmiddellijk na ontvangst van de alarmeerende berichten uit West-Indië werd begonnen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1929 | | pagina 5