1
Uit het wetboek der Vreugde
Groote en kleine hoeden
He eerste teekenen van den
komenden winter
'm
Rand voor gebreide sprei
cRecepten voor
de Keuken
Hoe wasschen we onze hand
schoenen
Een werkdoos in groen met goud
DERDE BLAD
BLADZIJDE 2
Goedkoope Patronen
Overneming uit deze rubriek zonder schriftelijke toestemming verboden
HET GENEESMIDDEL,
II.
Benut de vreugde van 't oogenblik.
SchneUer Gang ist unser Leben,
Lasst uns Rosen a ui ihn streu'n:
Een snelle vaart is ons leven,
Laten we haar met rozen be
strooien!
(Herder).
Wie de onverbiddelijke levenscondities,
de harde noodzakelijkheden in 'n men-
schenleven niet kent, zal heel z'n leven
lang neerzitten aan den oever van z'n
leven en verlangend uitzien naar de
wijde verten vanwaar 't gulden schip
van z'n vreugde en z'n geluk moet ko
men opdagen; hij zal verlangend blijven
uitzien naar de ..gouden vloot" van
verre onbekende kusten die hem straks
ineens zooveel vreugde brengen zal, dat
hjj er heel z'n leven op kan teren, zoo
dat hij weldra vrij van alle zorgen de
geheimste wenschen van z'n hart in ver
vulling zal zien gaan om daarna als 'n
rijke koning van zijn overvloed mee te
deelei» aan zooveel arme vreugde-zoe
kers in z'n nabijheid.
Maar wie 't leven wat beter kent en
al menig jaar de donkere wateren van
de onstuimige levenszee heeft door
kruist. hij weet wel dat vreugde -en ge
luk hem niet in huis vallen als sneeuw
door den schoorsteen; dat ze hem niet
worden thuis bezorgd als 'n post-pakket
van een verren vriend dat ze hem
niet van zelf in handen vallen als 'n
twintigje uit de staatsloterij!
Hij weet wel heel goed dat hij de
vreugde slechts bij korte tusschenpoo-
zen mag zien opdagen zooals de zon aan
bewolkten hemel op 'n laten herfstdag.
Want vreugde en geluk is geen onver
wachts, plotseling opbloeiende wonder
bloem waarbij men zich droomend bi
oogenblik neerzet a!s 'n kind uit 'n lief,
schoon sprookje, tot wij plotseling ont
waken in den hemelschen lusthof van
het eeuwig paradijs.
Wij, koele nuchtere zaken-menschen.
gelooven niet meer aan zulke mooie
sprookjes al zijn wij alien meer of min
der bewust of onbewust zulke avontuur
lijke geluk- en vreugde-zoekers, die uit
trekken naar dat sprookjesland, op zoek
naar die wondere bloem, terwijl wij niets
anders dikwijls vonden dan wat distelige
doornen in 'n donker dal van balling
schap!
Neen, zoo zullen wij nooit de echte
gezonde levensvreugde vinden
Als wij op zoek gaan naar vreugde en
waar geluk, dan moeten onze oog en niet
doelloos ronddwalen ins Blaue hinein
in de blauwe verten r.een, wij moe
ten de vreugde en ons geluk niet zoe
ken in de lucht aan den blauwen he
melkoepel. niet omhoog, maar omlaag
op den stoffigen weg van het dagelijkscn
leven we moeten onze vreugde zoe
ken langs den weg als iemand die iets
verloren heett; alle dingen die daar
waardeloos en onbruikbaar blijven lig
gen tusschen stof en steenen een voor
een oprapen en nauwkeurig bekijken;
wij moeten als *t ware iederen grauwen
steen die ons voor de voeten valt, op
rapen en afkloppen of wij daaruit mis
schien niet den gulden klank der vreug
de kunnen slaan. Want geloof me. vreug
de en geluk krijgen wij niet ..gemaakt
en gedaan" thuis gestuurd als 'n con
fectiepak of 'n paar nieuwe schoenen.
Neen. we moeten ze zelf smeden, dag
in dag uit; als een ervaren edelsmid
moeten wij er aan werken heel den lan
gen dag, heel ons leven; we moeten t
weten te vormen tot een kunstig geheel
uit honderd, ja duizend kleine stukjes
samengevoegd.
Dit is 't juist wat zoovelen moedeloos
maakt. Ze zonden hun vreugde en geluk
ineens met één slag willen bemeesteren,
zooals bi kind met één gelukkigen slag
den veelkleurigen vlinder vangt, die van
de eene bloem op de ander fladdert. Ze
vergeten dat die blinkende parel vei-
scholen ligt op den stoffigen weg van
het gewone, dagelijksch bestaan, en dat
ze soms lang, heel lang moeten zoeken
voor ze die ontdekt hebben.
Neen. dit weten en ondervinden wij
toch wel haast allen vreugde en ge
luk gaan niet voor ons uit als een blin
kende vlieger in de hand van een spe
lend kind het heeft maar even te
trekken aan t vliegertouw en de vlie
ger daalt tn zbi hand. Neen zoo niet!
Onze vreugde en geluk bestaan haast
altijd uit vele kleinigheden die te zamen
ons blij en gelukkig maken. Ze bestaan
uit de vreugde en het geluk van 't
oogenblik dat we beleven en niet uit *n
ijdel verlangen naar 't geen nog komen
moet.
Dit is de groote teleurstelling van zoo
menig ontevreden geluk- en vreugde-
zoeker dat ze altijd hun vreugd en ge
luk van de toekomst verwachten dat
ze altijd maar verlangend uitzien naai'
dat gulden geluksbootje dat eens voor
hen zal opdagen met 'n volle lading le
vensvreugde, met 'n gouden vracht geluk
en ze laten de kleine vrachten die op
den oever liggen onaangeroerd.
Neen, we moeten 't tegenwoordige uit
buiten en niet altijd naar de toekomst
zien. Wat hebben we aan al die ijdele
toekomst-droomen als we niet eens z*r-
ker zijn van den dag van morgen. God
zorgt voor de toekomst, wü zijn mees
ter over het heden! Wat geeft 't hoogc
luchtkasteelen te stoffeeren met allerlei
mogelijke en onmogelijke gemakken, met
allerlei bekende en onbekende genoegens,
als we 't huis. waarin we onze dagen
slijten moeten, niet gezellig en vriende
lijk weten te maken?
Wat hebben we er aan, plannen te
maken, die misschien toch nooit verwe
zenlijkt zullen worden?
Wat verspeelt de ontevreden arbeider
'n echte levensvreugde die enkel zint op
de genoegens van den vrijen Zaterdag
middag en van den Zondag, als hij de
stille vreugde van de zes werkdagen
verjaagt met een somber gezicht en 'n
ontevreden gemor?
Wat verspilt het bruidspaar 'n zonnig
genot, dat enkel oog heeft voor de
vreugdte van den komenden huwelijks
dag en 't geluk van de stralende bruids
dagen onverschillig stuk laat vallen?
Wat geeft den jongeling 't brandenq
verlangen om man te zijn, vrij en on
afhankelijk, als hij de schatten van z'n
blijde jeugd verstopt in den grond?
Wat geeft den grijsaard 't heimwee
naar z'n kinderjaren, als hij de laatste
vreugde-bloemen, die bloeien in den
avond van z'n leven, stil laat verwelken
of door anderen laat plukken?
Wat heeft het meisje aan 't verlangen
om moeder te zfjn als ze weet dat nie
mand haar ten huwelijk zal vragen en
de getrouwde vrouw aan 't verlangen
weer vrij te zijn als ze zich weet gebon
den met onverbreekbaren band?
Wat geeft 't den armen drommel or
hij al millionnair wil zijn als hij geen
duit op zak heeft? Wat helpt het den
zieke of hij telkens ziet naar de gezon
den die met frissche blozende wangen
langs 't venster van z'n stille zieken
kamer gaan, als hij weet dat z'n kwaai
ongeneeslijk Is?
Zijn we dan niet gelijk aan 'n spelend
kind dat al maar een mooien vlinder
naloopt zonder dien ooit te kunnen van
gen of aan iemand die grijpt naar een
schaduwbeeld dat de zon toovert op het
donkere muurvlak?
Laten wij ons liever verzoenen met
ons lot en bedenken dat de gouden
sleutel van het geluk is en blijft de te
vredenheid.
Laten we dan liever de vreugde van
iederen nieuwen dag plukken, al is ze
nog zoo schaarsch, zooals 'n hovenier de
frissche rozen knipt voor de tafel van
z'n meester.
Laten wij daarom de Vreugde van ie
deren dag die God ons van den hemei
zendt, de vreugde van ieder oogenblik
die ons tegenkiinkt in den blijden, reinen
lach van zuivere kinderlippen; die open-
bloeit in de teere kleurenpracht van een
zomersch morgenrood of aanzwelt uit de
frissche bloesem van een bloelenden len-
tetuin; laten wij die behoedzaam ver
zamelen in de ruime kamers van ons
hart, zooals de landman iederen zomer
het rijpe graan bergt in de leege voor
raadschuren voor den komenden winter.
Laten wij dat heerlijk Godsgeschenk
verzamelen in de schatkamers van onz»
open ziel zooals 'n schatbewaarder z'n
kostbaarheden, de parelvisscher z'n dure
steenen en de jager 't geschoten wila
bergt in z'n geurige wijtasch!
Laten wij met klesche zorg de vreug
de van ieder oogenblik zorgvuldig ver
zamelen. gelijk 't spelend kind de rijpe
braambessen die 't plukt tusschen doot-
nige struiken behoedzaam rangschikt in
biezen korfjes en de blinkende koralen
van haar gebroken halsketting die ze
één voor één haastig opraapt, met ang
stige zorg weer aaneensnoert!
Alkmaar.
C. VIS, Rector.
In de modewereld kan men het er
maar niet over eens worden, wat mo
derner is: de groote of de kleine hoed.
Sommigen zeggen, dat bij de lange
japon, welke weer in eere is hersteld,
een breedgerande capeline behoort,
terwijl weer anderen beweren, dat in
dezen tijd, waarin sport en reis zulk
een groote rol spelen, het praktische
kleine dopje de voorkeur verdient. Het
is dan ook heel moeilijk te zeggen,
welke van de twee het zal winnen.
Intusschen raden wij onzen lezeressen
te dragen, wat haar het leukst staat en
verder maar rustig af te wachten, wat
de as. herfstmode brengen zal.
MARGUERITE.
Zooals we de kopjes der sneeuwklokjes
en crocusjes boven den nog harden grond
zien uitsteken, zoo zien we in deze
warme zomerdagen de eerste schuchtere
verschijnselen van de wintermode voor
zichtig hun entrée in de wijde wereld
doen. Kleine zwarte vilthoedjes met hier
en daar 'n versiering van wit of grijs,
wollen shawls met een eenvoudige geome
trisch dessin en natuurlijk hierbij passen
de tasschen. Die moderne tasschen zien
er uit of we ze voor de zuinigheid koopen,
zoo solide, met hun zware houten hand
vat, of 'n slot dat eerder aan de hand-
kluizen van de Nederlandsche Bank doet
denken dan aan 'n berging van alleen
maar 'n poederdoosje en 'n poeder
kwastje
Handschoenen. Ook daarbij zagen we
eenige nieuwigheden, zoo b.v. golfhand-
schoenen, die we eenige malen om en om
hebben gedraaid om tot de ontdekking
te komen, dat de versiering in den vorm
van strepen en gaatjes werkelijk aan den
kant van de sluiting was. Zeer mooi wa
ren de witte handschoenen met een groote
blauw- of roodlederen kap. Deze zullen bij
'n eenvoudig mantelcostuum zeer chique
staan. Dan die handschoenen, waarvan
we de kap niet meer terug slaan, maar
die over de mouw van het costuum ge
dragen worden en op de hoogte van de
pols ingehaald door 'n fijn metalen
bracelet.
Zoo zouden we kunnen doorgaan, om
den invloed van de mode tot in de klein
ste bijzonderheden van ons toilet terug te
vinden.
POLA
»ao tl onze modellen die genummerd ziin boven 4000,
zi« verkrijgoazr un ..Hel Pzironenkantoor". Post
bus no. t. Haarlem Onberispelijke coupe. Dames-
kleedingmde malen 88, 96, ios bovenwijdte, a 0.55.
Kinderkleding, alleen voor den in de beschmving
genoemden leeftijd a o.js. Bil elk patroon handlei
ding voor Het knippen en naaien, benevens een ver
kleinde pagroonscheis
Franco toezending, direct na ontvangst van bestel
ling. met het verschuldigde bedrag aan postzegels
ingesloten, waarbn vermeld naam en adres, nummer
van hei model en het blad. waarin hei voorkomt, en
bovenwijdte. Men meet deze maai rondom hei lichaam,
recht onder de armen doer, gewoon glad zonder extra
toegift.
AARDBEIENJAM
(voor 3 jampotjes)
1 K.G. aardbeien.
600 Gram suiker.
A d.L. gezeefd citroensap.
Bereiding: Verwijder van de aard
beien de groene blaadjes en het steeltje,
wasch ze en breng ze aan de kook. Laat
ze onder roeren inkoken» Voeg de sui
ker toe en laat de aardbeien met de
suiker inkoken tot gelei-dikte, d.i. tot een
druppel, op een bord afgekoeld, dik
vloeibaar is. Voeg, als dit het geval is,
het citroensap toe. Zorg, dat de potjes
intusschen uitgekookt zijn. Leg ze hier
na in een pan, waarin men op den
bodem een treef of een doek heeft ge
legd om 't springen van de potjes te
voorkomen. Zet' ze op met koud water
en laat ze minstens 10 minuten zachtjes
koken. Neem ze, één tegelijk, uit het
water, zet ze op een plank en vul ze
zoo vlug mogelijk met de kokende mar
melade. Neem de potjes eerst uit het
water als ze gevuld moeten worden.
Sluit de potjes direct met een stukje
vochtig perkamentpapier.
Plak op de potjes een etiquette met
naam en datum.
AARDBEIENGELEI.
Maak de vruchten, een willekeurige
hoeveelheid, schoon, wasch ze en ver
warm ze op een matig vuur tot ze veei
sap verloren hebben. Laat de vruchten
uitlekken door een ouden doek tot het sap
er uitgedropen is. Meet dan het sap en
bereken 2/3 van het gewicht aan sui
ker. Reken voor het gewicht van A L.
sap 500 gram. Heeft men dus 1)4 L sap,
dan rekent men 1500 gram te hebben.
De benoodigde suiker is dan 2/3 x 1500
1000 gram of 1 K.G.
Kook het sap op een zacht vuurtje in,
tot het 1/3 van de hoeveelheid heeft
verloren. Voeg dan de suiker toe en laat
dit samen zóó lang koken, tot ze geleiig
is geworden. Doe hiervoor wat van de
gelei op een bord, laat dit vlug koud
worden en zie of de dikte goed is.
Verwijder na het koken het schuim,
dat zich aan de oppervlakte verzameld
heeft. Vul de gelei zoo heet mogelijk m
de potjes en sluit deze af met vochtig
perkamentpapier.
Plak op de potjes een etiquette met
naam en datum.
AARDBEIEN- EN RABARBERJAM.
(pl.m. 6 potjes).
1 K.G. aardbeien.
1 K.G. rabarber (zonder bladeren ge
wogen).
1 K.G. en 3 ons suiker.
Bereiding: Maak de aardbeien schoon
aLs in het vorige recept is opgegeven.
Breng ze aan de kook. Maak ook de
rabarber schoon, snijd ze in kleine stuk
jes en voeg ze bij de aardbeien als er
voldoende vocht gevormd ls. Laat deze
massa inkoken, voeg de suiker toe en
laat ze onder af en toe roeren zoolang
koken, tot ze gelei-ig is geworden. Giet
ze zoo heet mogelijk in de potjes, die
uitgekookt moeten zijn en sluit deze af
met vochtig perkamentpapier.
Plak op elk potje een etiquette met
naam en datum.
KERSENMARMELADE.
1 K.G. kersen.
750 Gram suiker.
Pl.m. 2 d.L. gezeefde bessensap.
Bereiding: Neem van de kersen de
steeljes af, wasch ze, verwijder de pit
ten met een nieuwe haarspeld. Breng
het bessensap aan de kook. doe de ker
sen er bij en laat dit een tijdje inkoken.
(Het sap van de kersen mist de eigen
schap te geleeren, waardoor het sap al
tijd dun blijft. Bessensap, vooral eigen
gemaakte, bezit deze eigenschap in hoo-
ge mate; daarom wordt aan deze jam wat
bessensap toegevoegd). Voeg de suiker na
een tijdje toe en laat dit samen koken
tot de massa geleiig wordt. Leg een
weinig van de marmelade op een bord,
laat dit vlug bekoelen en zie, of de dikte
goed is. Vul er dan de uitgekookte pot
jes mee en sluit deze met vochtig per
kamentpapier.
Plak op de potjes een etiquette met
naam en datum.
CATHARINA.
In een vorig artikel werd u een blok
voor een gebreide sprei gegeven, waarbij
u hier een patroon hebt voor den bij
passenden rand. De rand wordt gebreid
met 2 naalden, dus in heen- en terug
gaande toeren: x is steeds twee steken
recht te zamen breien.
Men begint 20 steken op te zetten.
lste toer: 10 recht, omsl. x, één recht,
omsl., x, één recht, omsl.. ribje (d.i. één
steek recht breien, maar op de naald
laten, dan met den volgenden steek nog
eens samenbreien, zoodat er toch 2 steken
blijven) omsl., x, omsl.
2de toer: één steek afhalen, x, omsl., x,
één aver., 2 recht, één aver., 2 recht, één
aver., overhaling, 8 recht.
3de toer: 9 recht, omsl., x, één recht,
omsl., x, één recht, omsl., ribje, omsl., x,
omsl., x, omsl.
4de toer: één steek afhalen, x, omsl., x,
omsl. x, één aver., 2 recht, één aver, 2
recht, één aver., overhaling, 7 recht.
5de toer: 8 recht, omsl., x, één recht,
omsl., x, één recht, omsl., ribje, omsl., x,
omsl., x, omsl., x, omsl.
6de toer: één steek afhalen, x, omsl., x,
omls., x, omsl., x, één aver, 3 recht, één
aver 2 recht, één aver, overhaling, 6 recht.
7de toer: 7 recht, omsl., x, één recht,
omsl., x, één recht, omsl., ribje, omsl., x,
omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl.
8ste toer: één steek afhalen, x, omsl. x,
omsl., x, omsl., x, omsl., x, één aver., 2
recht, één aver 2 recht, één aver, over
haling, 5 recht. v
9de toer: 6 recht, omsl., x, één recht,
omsl., x, één recht, omsl., ribje, omsl., x,
omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl.
10de toer: één steek afhalen, x, omsl. x,
omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl., x, één
aver, 2 recht, één aver., 2 recht, één aver,
overhaling, 4 recht.
11de toer: 5 recht, omsl., x, één recht,
omsl., x, één recht, omsl., ribje, omsl., x,
omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl. x, omsl.,
x, omsl.
12de toer: één steek afhalen, x, omsl.,
x, omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl., x.
omsl.. x, één aver, 2 recht, één aver., 2
recht, één aver., overhaling, 3 recht.
13de toer: 4 recht, omsl-, x, één recht,
omsl., x, één recht, omsl., ribje, omsl.. x.
omsl., x, omsl., x, één aver. 3 recht, één
omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl., x, om
sl., x, omsl., x. omsl., x, omslaan
14de toer: één steek afhalen, x, omsl..
x, omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl., x,
omsl., x, omsl., x, één aver, 2 recht, één
aver, 2 recht, één aver, overhaling, 2 recht.
15de toer: 3 recht omsl., x, één recht,
omsl., x, één recht, omsl., ribje, omsl., x,
omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl.,
x, omsl., x, omsl., x, omsl.
16de toer: één steek afhalen, x, omsl., x,
omsl., x, omsl., x. omsl., x, omsl., x, omsl..
x, omsl., x, omsl.. x, één aver,
2 recht, één aver, 2 recht, één aver, over-
haling, één recht.
17de toer: 3 recht, omsl.. overhaling, één
recht, omsl., overhaling, één recht, omsl.,
x, omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl., x.
omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl.
18de toer: één steek afhalen, x, omsL,
x, omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl., x,
omsl., x, omsl., dubbel rnind., één aver,
2 recht, één aver, 2 recht, één aver, 3
recht.
19de toer: 4 recht, omsl., overhaling,
één recht, omsl., overhaling, één recht,
omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsL,
x, omsl., x, omsl., x, omsl., x. omsL
20ste toer: één steek afhalen, x, omsl.,
x, omsl., x, omsl., x, oml., x, omsl-, x
omsl., dubbel mind., één aver., 2 recht,
één aver., 2 recht, één aver., 4 recht.
21ste toer: 5 recht, omsl., overhaling,
één recht, omsl., overhaling, één recht,
omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl..
x, omsl., x, omsl., x, omsl.
22ste toer: een steek afhalen, x, omsl.,
x, omsl., x, omsl., x, omsl., x, omsl., dubbel
mind., één aver., 2 recht, één aver., 2
recht, één aver., 5 recht.
23ste toer: 6 recht, omsl., overhaling,
één recht, omsl., overhaling, één recht,
omsl., x, omsl.. x, omsl., x, omsl., x, omsl,
x, omsl., x, omsl.
24ste toer: een steek afhalen, x, omsl,
x, omsl.. x, omsl, x, omsl, dubbel mind,
één aver, 2 recht, één aver, 2 recht, één
aver, 6 recht.
25ste toer: 7 recht, omsl, overhaling,
één recht, omsl, overhaling, één recht,
omsl, x, omsl, x, omsl, x, omsl, x, omsl,
x, omsl.
26ste toer: één steek afhalen, x, omsl,
x, omsl, x, omsL, dubbel mind, één aver,
2 recht, één aver, 2 recht, één aver, 7
recht.
27ste toer: 8 recht, omsl, overhaling,
één recht, omsl, overhaling, één recht,
omsl, x, omsl, x, omsl, x, omsl, x, omsl,
28ste toer: een steek afhalen, x, omsl,
X, omsl, dubbel mind, één aver, 2 recht,
één aver, 2 recht, één aver. 8 recht.
29ste toer: 9 recht omsl, overhaling, één
recht, omsl, overhaling, één recht, omsl,
X, omsl, x, omsl, X, omslaan.
30ste toer: één steek afhalen, X, omsl,
dubbel minderen, één aver, 2 recht, één
aver, 2 recht, één aver, 9 recht.
31ste toer: 10 recht, omsl, overhaling,
één recht, omsl, overhaling, één recht,
omsl, x, omsl, x, omsl.
32ste toer: één steek afhalen, dubbel
minderen, één aver, 2 recht, één aver, 2
recht, één aver, 10 recht.
Na den 32en toer begint men weer bü
den len toer en herhaalt dit tot de kant
de gewenschte lengte heeft verkregen. Het
aan elkaar zetten van blokken ge
schiedt met een overhandschen naad. het
geen precies kan, omdat aan de zijden de
recht afgekante steken zitten. De hoe
veelheid der blokken ls afhankelijk van
het lossere, of vastere breien, en ook van
de grootte van het bed.
De rand wordt op dezelfde manier als
de blokken aan de sprei verbonden, ter
wijl de hoeken eenigszins ruim worden
gelegd.
DINY.
Katoenen handschoenen
kunnen in warm zeepsop gewasschen
worden en in koud water nagespoeld.
Zeemleeren handschoenen
wasschen we tei-wijl we ze aan de han
den hebben. We maken er twee zeep-
sopjes voor klaar, die slechts lauw
warm mogen wezen, wasschen ze schoon
in het eerste sopje en wasschen dan nog
eens na in het tweede, cm ze goed
helder te krijgen.
Zeemleeren handschoenen worden niet
in schoon water uitgespoeld, doch moe
ten dadelijk uit het zeepsop, liefst in
den wind en nooit in de zon, worden
opgehangen om te drogen.
Evenals kousen moeten handschoe
nen altijd links worden gekeerd, eer ze
voor het drogen worden opgehangen.
Pean de suède of glaeé
handschoenen
kunnen we het beste schoonmaken met
benzine.
We kunnen ze in een badje van ben
zine flink spoelen en dan voorzichtig uit
knijpen; we kunnen ze ook met een lapje
met benzine schoon boenen; de eerste
methode is echter de gemakkelijkste en
de meest doeltreffende. De benzine kan
meermalen worden gebruikt.
Gummi huishoudhandschocnen
kunnen in zeepsop gewasschen worden
en met een zeemleeren lap worden ze,
zoo goed mogelijk, droog gewreven en
dan opgehangen.
Sommige vlekken, die er niet uitgaan
bij het wasschen, kan men gewoonlijk
wel verwijderen met een in benzine of
tetra gedrenkt doekje. MARJOLIJN.
We hebben allen van die be-
noodigdheden, zooals naalden,
spelden, garen, knoopjes, enz.
die ergens een plaatsje moeten
hebben.
Nevenstaande teekening geeft
een voorbeeld voor een luxe
doos voor naaigereedschap,
een handwerkdoos, of ook
wel voor bijouteriedoos. Zij
voldoet op de mooiste toilet
tafel.
Het gebor
duurde dek
sel is een
opgevuld
speldenkus
sen.
Voor deze
doos kun
nen we een
dun houten kistje met deksel
gebruiken, doch ook een ge
wone kartonnen doos kan
veranderd worden in deze
aantrekkelijke werkdoos.
De doos wordt beplakt met
een groen .iaspé
meubelstof; dit is
stevig en mooi.
Een aardig bor
duurwerk maken
we op het midden
van net deksel, van
heldere kleuren wol of zijde.
Willen we bijgaande teekening gebrui
ken, dan trekken we deze met behulp van
cartonpapier over.
Het deksel wordt opgevuld met zeme
len, en daarna afgewerkt met een
rand van goudgalon van 2A c.M.
breedte, aan de hoeken ingevouwen.
Het borduurwerk beginnen we
met de middelste bloem van de
teekening. We maken lange dubbele
steken (zoogenaamde madeliefjes-
steken) van 1A tot 2 cM- lengte in
oranje. Vervolgens beginnen we van
het midden ringen van violet, steken
over en onder de dubbele lange steken.
De kleinere bloemen maken we afwis
selend oranje, licht en donker lila en
vleeschkleur. Deze worden rondom met den
knoopsgatensteek gewerkt. De groote bloemen aan iederen kant worden
enkel in langen dubbelen steek gewerkt, in chroinaatgeel en de
bladertakken in hard groen aan den éénen en donkerder groen aan
den anderen kant. De bloemen hebben hartjes van gouddraad.
Een enkel speldenkussen op deze manier gemaakt is ook aardig.
G. IX-L.