Psychologie van de damestasch cTroost cDirectoir voor dames l.Win terman tels 1 m CisVfode en baby Wenken en raadgevin, \en Recepten voor de keuken Lits-jumeaux, een modern geheel OVERNEMING UIT DEZE RUBRIEK ZONDER TOESTEMMING VERBODEN Voor corpulente dames Op verzoek diny feil! r v/ Er is een tijd geweest, dat je de blouse pan een Hollandschen jongen maar be hoefde om te keeren, ten einde precies te weten wat voor een slag de bengel, of misschien was het geen bengel, eigenlijk was. Die blcuse kon al naar gelang van den tijd van het jaar, alles bevatten. Tegenwoordig zie je jongens met goif- broeken en blazers, al is dat nog geen teeken, dat het echte ras van de Hol- landsche jongens niet meer bestaat. Er zijn bovendien ook nog wel blouses, en goed beschouwd zal dikwijls een verplaatsing van de jcngensingrediënten moeten wor den geconstateerd. Wat eertijds onmiskenbaar bij een jon gen kon worden vastgesteld, geldt nu van de damestasch; van de groote dames tasch. Zoo heb ik eens een heer hooren beweren: „Laat me even een damestasch ïnspecteeren, en ik zal je zeggen, wie zij is!" Het was niet kwaad bedoeld. Hi) wilde er geenszins mee zeggen, dat hij er on aangename of onprettige karaktertrekken door zou willen vaststellen. Wat hij wel bedoelde was dit: Iedere dame heeft noodige, minder noodige en onnoodige dingen of snuisterijen in haar tasch. Het moet al heel vreemd zijn als er niet naaigerei in aanwezig is. De noe- veelheid naaigerei varieert evenwel. Waar het geheel ontbreekt, daar wil dat zeggen, dat de dame in kwestie niet op eventuali teiten bedacht wil zijn, of dat zij nooit voor langeren tijd van huis is, en dus het benoodigde tcch wel bij de hand heeft. Anders was het al met de schoonheids- pi toiletartikelen. Het percentage dames, die poeder in haar tasschen bergen, is aldoor grooter geworden. En daartegen over is minder geworden het percentage jïames, die daar haar neus voor optrekken. De waardeering van de ijdelheid is in dat opzicht minder geworden. Een kwaad ding is het, wanneer er een volledig garnituur voor sigaretten rooken in de damestasch gevonden wordt. Dat verraadt een gewoonte-rookster, en nu is het een feit, dat een gewoonte-rookster heel spoedig wordt een meisje of een vrouw, die aan sigaretten verslaafd is. En dat is betreurenswaardig, omdat het bij een vrouw zoo slecht past, en meer nog omdat het voor de vrouw zoo nadeelig is. Zoo af en toe een sigaretje vinden we zoo erg niet meer. Ook daarin zijn we veranderd. Maar een vrouw, die het siga- rettenrooken noodig heeft als een prikkel, die er al haar huiselijke bezigheden mee begint en eindigt en desnoods de vaat staat te doen met een sigaret in haar mond, dat is zoo iets onnatuurlijks, dat we er wel nooit aan zullen wennen. En toch, zij zijn er, die dat doen. De damestasch zei mijn kennis hierin heel veel, al behoeft men geen menschen- kenner te zijn om uit zulk een tasch ge volgtrekkingen te willen maken. Een damestasch is een onmsbaar ding. Er gaat zoo heerlijk van alles in en er kan zoo heerlijk van alles worden mee gedragen. Het heerlijkste is nog wel, dat we er alle dagen in laten wat we heele- maal niet en misschien wel nooit noodig hebben. Eén ding heb ik nog gemist. Het is mogelijk, dat ik me vergis. Maar waar reeds zooveel in zoo'n damestasch wordt meegedragen, zelfs een parapluis, een klokje enz., heb ik tot dusverre een in gebouwd radio-toestelletje nog niet aan getroffen. Voor op reis, en voor kleinere uitstapjes, wordt dat haast onmisbaar in onzen tijd. In een damestasch gaat immers van alles! CORRY UYTENDOORN. 'Hoo nu en dan gaan er geruchten, dat de slanke lijn niet heelemaal meer nieuw-modiseh is. Voor velen misschien een troost; voor de dames in kwestie althans. Toch zullen vele gezette dames haar gezetheid een ergernis vinden. Latei we trachten haar een troostwoord toe te sturen. Een galant geschiedvorscher is tot de conclusie gekomen, dat een imposante réêks historische schoonheden allen een Opvallende gezetheid vertoonden en «och door de eeuwen heen haar repu tatie als schoone, lieftallige en bevallige «rouwen hebben weten te hand haven. De indrukwekkende stoet wordt ge opend met Cleopatra, die eens het lot $an de wereld in handen had door den invloed, welke zij uitoefende op An- fionius. Zij was klein van gestalte en koo vet als een traditioneele Kerstgans. Maar een gansje was zij daarom alles behalve. Laura, de schoone Avignonsche, die Petrarca tot zijn heerlijke sonnetten inspireerde, en die èn voor zich zelf èn voor haar dichter de onsterfelijkheid verwierf, was blank en blond en meer dan gevuld. Koningin Elisabeth was schoon en dik. Margaretha van Parma bekoorlijk en dik. En dan denke men, als men corpulent is, maar eens aan de troos tende gedachte, dat de vrouwen, die door een Rubens en een Titiaan op her dcek werden gebracht, verre van mager waren. En toch zijn hun stukken be roemd geworden. Josephine Beauharnais was gezet en toch vond Napoleon dit geen bezwaar haar keizerin van Frankrijk te maken. Ook Marie Antoinette was groot van lichaamsomvang. Uit eigen omgeving zal ieder voor beelden kunnen aanhaleen, om te be wijzen, dat een vrouw, om lieftallig te zijn, niet per sé mager en slank be hoeft te wezen. M. H. (Heupwijdte 110 c.M., lengte 54 c.M.) Benoodigd: 2% el lingerie-katoen van pl.m. 86 cJVt., 2% el elastiek van één c.M. breedte. De heupwijdte ls genomen om het breedste gedeelte der heup, terwijl de lengte op de zijde is gemeten, vanaf de taille tot even boven de knie. Wanneer men deze directoir wil maken, dan teekent men eerst het patrooon op de aangegeven maten, waarna men het op de stof legt. Boven, en onder aan de pijpen knipt men 3 c.M. voor zoom bij, terwijl men voor- en achternaad, benevens den ronden kruisnaad met één c.M. naad uitknipt. Het naaien is heel eenvoudig. De voor- en achternaad worden gestikt, en platgestikt, tot op 3 c.M. vanaf den onderkant. Nu maakt men zoowel boven aan als onder in de pijpen oen zoom van 2 c.M. breedte, welke wordt ingestikt. Het Antwoord op een vraag, gesteld door een der lezeressen aangaande de onlangs geplaatste spreien •De toeren van den rand worden niet, zooals die van 't blok, recht overgebreid. De omslagen in een voorgaanden toer vallen steeds in steken in den te breien ^Bfedat de omslagen op deze manier kan mogelijk zijn, dat bovenaan bij den zijkant hiervoor even kleine knipjes ge geven moeten worden, voor het bijrekken. Belde zoomen worden vanaf de vouwen op y2 c.M. nogmaals gestikt, zondat de stiksels op 1% c.M. afstand van elkaar liggen. Hierdoor wordt het elastiek ge haald, waardoor men dan een aardig staand randje zoowel aan de pijpen als aan den bovenkant heeft. Het elastiek neemt men voor den bovenkant 72 cM. lang, voor de pijpen 48 c.M., terwijl men het even over elkaar naait. Het is sterk aan te raden het elastiek bij het wasschen er uit te halen, daar dit door het opengebleven naadje heel ge makkelijk kan, en bij veelvuldig wasschen lang zoo gauw niet slap wordt. DINY toch overgebreid worden. Ook wat een ribje breien is, wordt in den eersten toer medegedeeld; er staat n.l. tusschen haak jes (d.i. één steek recht breien, maar op den naald laten staan; dan met den volgenden steek nog eens samen breien, zoodat er toch 2 steken blijven). De twee steken blijven dus twee steken. Of we dezen winter evenveel bontjas sen zullen zien dragen als vorige jaren, is een vraag, die we nog niet met ze kerheid kunnen beantwoorden voor sneeuw en ijs hun intrede hebben ge daan. Toch is er alle reden om aan te ne men, dat wie zich niet de weelde kan veroorloven van een persianer, breit- schwanz cf nutria bontjas, liever een wol len mantel, versierd met kraag en manchetten van bent zal nemen, dan een goedkoopen namaakpels. De nieuwe wintermantels met de geaccentueerde taillelijn, den grooten op- staanden puntkraag en de ballonvormige manchetten zijn dan ook uiterst ele gant. Wat de kleuren betreft, hebben we wel niet die ruime keus als in den zo mer, maar seizoen en mode laten ona toch nog voldoende gelegenheid om er in harmonie met de natuur en met on zen leeftijd uit te zien. Zwart is nog steeds zeer gezocht door oude, zoowel als dcor jonge dames. Figuur 5267 b.v. is van zwart velours met lichtkleurige bóntgarneermg voor jongere en zwart persianer voor oudere dames. De geschulpte biezen zijn van dezelfde kleur als het bont. Figuur 5270 toont ons een gezellige jas, tailleurmcdel, van donker-beige velours anglais met origineele shawl van skunk. Bizonder chique is fig. 5272 dat wc ons in verschillende combinaties kun nen denken; zooals groen met petit- gris kraag en manchetten en paars rood, z.g. dahlia, dezen winter door Pa tau gelanceerd, met versiering van Ame- rlkaansch opossum. Natuurlijk zijn we heelemaal niet ver plicht om zulke „echte" bontsoorten te nemen. De imitaties zijn werkelijk zoo mooi en bedrieglijk „echt", dat menig een het verschil hoofdzakelijk in den prijs zal zien en waarschijnlijk ook wel in de duurzaamheid, maar wij vrouwen houden toch immers van wat afwisse ling! POLA. Ik geloof, dat onze eigen simpele, practische dracht van tegenwoordig nog lang niet zóó verschilt van de gemet selde massa's stof, die onze arme groot moeders, als overladen kapstokken, tor sten, als de hedendaagsche „beweegbare" baby afsteekt bij de ongelukkige baker mummie van vroeger, met z'n drie mutsjes op en z'n „putties", die 'm van z'n kin tot z'n teentjes omzwachtelden, en de hemel weet, wat nog meer! We zien tegenWoordig zooveel nieu wigheden op het gebied van baby-arti kelen, tot de ellendige en schadelijke gummibroekjes toe, dat we werkelijk bijna niet meer weten, wat te kiezen! Het gewicht en de beteekenis van doelmatige kleeding begint nog maar sinds kort 'tot de jonge moeders door te dringen. Misschien komt nog eens de dag, dat reeds de kinderen niets dau opvoedend speelgoed krijgen; dat pop pen volkomen correcte kleertjes zullen aan hebben, ter ruste zullen worden ge legd in strikt hygiënische wiegjes en ook overigens verzorgd zullen worden volgens de regels in de moedercursussen aangegeven. Gelukkig zijn we zoo ver nog niet. Maar intusschen moeten de jonge moeders toch verschil leeren ma ken tusschen hun kostbaren baby en het keurige porceleinen speelgoed-kind, dat zoo zoet kan zijn, nooit koud of lastig of hongerig is en nooit z'n kleertjes kreukt. Babies zijn nu eenmaal geen poppen, en bij het samenstellen van hun uitzetje moet de gezondheid aller eerst, het practische op de tweede plaats en de ijdelheid pas op de derde komen. Den functies van de huid en hun nauw verband met de gezondheid moeten we steeds onze aandacht schenken. De trai ning van de warmte-regelende centra, waardoor het kind een goede bloedsom loop verzekerd wordt' en waardoor het de temperatuurswisselingen ten slotte nauwelijks meer voelt, is van groot ba- lang, maar dikwijls wordt dit over het hoofd gezien. De vermoeienis en depressie, veroor zaakt door te zware, stugge kleeding, belet verkeerde stoffen het lichaam te verlaten, belet ook alle frissche lucht cf zonneschijn, het te bereiken; en ze is de oorzaak van méér zwakte, nervositeit en ongenietbaarheid, dan de meeste moe ders beseffen. Vóór we dus het vraagstuk van snit en versiering onder, het óog gaan zien, moeten we allereerst uitmaken of het materiaal, dat we op het oog hebben, poreus is, hitte en kou slechts geleidt, warmte geeft zonder dik en zwaar te zijn, en niet te licht kreukt, zoodat het voortdurend gestreken en gewasschen moet worden om baby er frisch te doen uitzien. De „wollen" baby is erg in gte mode en zeker valt er heel wat in zijn voordeel te zeggen. Zijn kleertjes passen zich aan bij zijn persoonlijke lichaams vormen en zitten hem daardoor behaag lijk en prettig; ze zijn licht en de losjes- gebreide mazen zorgen, dat de lucht goed kan circuleeren. De nadeelen van deze eenvoudige wijze van kleeding zijn: ten eerste, dat tocht en koude wind te gemakkelijk tot op het lichaam door dringen en ten tweede, de practische mogelijkheid, dat niet iedere moeder een goede breister is. Het eene kleedingstuk kan korter uit vallen dan het andere, van dunnere wol gebreid zijn, lean gekrompen of gerekt zijn bij het wasschen en zoo is het kind niet dag voor dag gelijkmatig gekleed. De verzoeking om de kleertjes te doen afdragen ook nadat ze te klein gewor den zijn, ls heel groot, en wanneer ze zonder veel kennis van zaken gewas schen worden, kunnen ze hard en vilt- achtig worden en zoo hun goede eigen schappen ten eenenmale verliezen. Gedurende de eerste maanden, wan neer baby zoo snel groeit, zoo teer is en neg niet gewend is aan wisselende tem peraturen, is het daarom beter, het uit zetje van materiaal te hebben, waarvan u snit en dikte volkomen in de hand hebt en dat voortdurend de kuip in kan, zonder dat tallooze voorzorgen bij het wasschen noodig zijn. Wanneer daarna de eerste jurkjes te klein geworden of versleten zijn zullen gebreide pakjes heel goed hun plaats kunnen innemen, als het ware „gevoerd" door de onderkleertjes: een lijfje van zacht flanel of dergelijk materiaal waarop een luierbroekje wordt geknoopt van dezelfde stof. Viyella, hoewel niet zóó warm, heeft het voordeel, dat het prachtig wit blijft, wat een gróót voor deel is, wanneer de witte bovenkleertjes het ondergoed eenigszins laten doorschij nen. De jurkjes verheugen zich bij de meeste moeders in de warmste belang stelling, en ze moet van te voren bij zichzelf uitmaken, of die gedurende het heele eerste jaar „mes moeten", of dat ze liever nieuwe wil maken als baby groeit. Het gewone model uitzet-jurkje, met stukje en afgepaste lintjes voor halsje en polsjes, houdt niet voldoende rekening met den groei; of, indien 't ge maakt wordt met 't oog op 'n baby van 'n maand of acht, zal de pasgeborene er eenvoudig in verdrinken. Wanneer we bovendien bedenken, dat baby's ge wicht bij zijn geboorte kan varieeren van vijf tot twaalf pond, zullen we zien, dat een eenvoudig los patroontje, dat zich gemakkelijk laat aanpassen, wel het beste is. Er is heel wat keuze van toelaatbaar materiaal. De moeder moet voor den jongen baby doorschijnende jurkjes die het dragen van een katoenen broekje daaronder noodig maken, vermijden en verder alle dichtgeweven stoffen, zooals katoen, keper dril enz. Ze moet goed onthouden, dat drie laagjes alles is, wat baby dragen mag (twee in den zomer is beter) en dat daarom elk van deze laagjes flink beschutting moet bieden en behaaglijk warm moet zijn. Visylka (viyella r^?t zij doorwerkt) is heerlijk in het dragen en krimpt niet. Celanese laat de ultra-violette stralen door en is opmerkelijk warm in spijt van zijn koel „uitzicht". NURSE. Afweeken van opgeplakt papier De vacantie-tijd ls weer achter den rug en de gebruikte koffers worden netjes gereinigd en opgeborgen. De oude adres sen en hoteireclames verwijdert men door er gedurende eenigen tijd een llink batten doflk op te laten liggen. De gom laat dan vanzelf los, en met eèa CROQUETTEN VAN ZWEZERIK IN CHAMPIGNONS 1 zwezerik 1 busje champignons 2% d.L. bouillon van den zwezerik en champignons met '6 d.L. room 3 blaadjes gelatine 20 gram bloem 25 gram boter y2 al eierdooier peper zout- ei om mee te paneeren paneermeel frituurvet Bereiding: Zet den zwezerik, zoodra men hem in huis krijgt, in een kom met koud water om hem blank te houden. Blancheer den zwezerik, d.w.z. zet hem op met koud water, breng hem aan de kook, giet hem af, overspoel hem met koud water, zet hem op met zooveel koud water, dat hij juist onderstaat en kook hem gaar in dit water met kruiden, gedurende y, a uur. Neem vervolgens den zwezerik uit het water, overgiet hem met koud water en ontdoe hem zorgvuldig van vet en vellen. Bewaar den zwezerik in het kooknat, tot het sausje voor de croquet- ten gereed is. Zet de gelatine in ruim koud water te weeken. Vermeng boter en bloem in een klein pannetje op het vuur; voeg wat zwezerikbouillon, ver mengd met champigncnsnat, toe, laat de massa onder goed roeren binden, voeg weer wat bouillon toe en ga zoo voort tot de saus gaar is en vrij dik gebonden. Voeg den room toe, laat dezen mee door halen en los er de geweekte en goed uit geknepen gelatine in op. Maak deze saus af met een eierdooier, peper en zout. Snijd den zwezerik en champignons in stukken en vermeng ze met de saus. Spreid de massa uit op een bord en laat ze stijf worden. Vorm van deze massa met twee lepels croquetten, wentel ze door fijn licht paneermeel; fatsoeneer ze met de hand en zorg dat alle barst jes er goed uit verwijderd zijn.' Wentel ze vervolgens weer op door paneermeel, wat water en slaolie is losgeklopt; rol ze vevolgens weer op door paneermeel. Herhaal deze bewerking desgewenschs nog eens. Maak het frituurvet heet, dat er een flinke blauwe damp afkomt. Laat in dis dampende vet eenige croquetten glijder» en bak ze in een paar minuten mooi goudbruin en knappend. Laat ze uitlek ken op grauw papier en doe ze op eea schotel met een gevouwen vingerdoekje bedekt, in den vorm van een pjrramida, versierd met gebakken peterseliè. HAM-CROQUETTEN 200 gram gekookte magere ham 200 gram gaar kalfsvleesch 2 d.L. Douiilon 2 y} d.L. melk 50 gram bloem 60 gram boter 4 blaadjes gelatine 2 lepels fijngehakte ui peper 1 i 2 eieren peterselie paneermeel frituurvet Bereiding: Ontdoe de ham van het vet en het kalfsvleesch zoo noodig van de velletjes; hak ze vervolgens beide zeer fijn. Fruit den gesnipperden ui in wat boter zacht gaar, maar niet bruin. Voeg de overige boter toe en roer er met de bloem en het vocht op de bekende wijze een sausje van, vrij dik. Los hierin de in koud water geweekte en goed uitgekne pen gelatine op. Maak de saus af r^efi 1 of 2 eierdooiers en peterselie. Roer hier door het fijngehakte vleesch en voeg zoo noodig nog zout en peper toe. Spreid de massa uit 'op een schotel, laat raar koud en stijf worden. Vorm van deze massa met 2 lepels op de boven „-sschre- ven wijze croquetten, paneer ze en bak ze als boven is aangegeven. CATHARINA. De dubbele bedden, lits-jumeaux, naast elkaar geplaatst, vormen vaak tegenwoor dig een goed ontworpen, modern, meubel schema. Pas in de laatste jaren leeren we de kunst kennen, om een slaapkamer zoo comfortabel mogelijk in te richten. In deze moderne dagen zouden we het ouderwetsche bed met zijn onhygiënische, stofverzamelende gordijnen, vallen en strooken, niet meer accepteeren. Een heden modern-ouderwetsch ledi kant in een goed geventileerd vertrek is natuurlijk geheel iets anders. Een enkele lichte ruche of strook zal ons thans niet hinderen, daar we bijna in ieder huis een stofzuiger vinden, die de stof opzuigt in tegenstelling met vroeger, toen we met schuier en blik bezig waren en alle stof opjoegen, welke juist in bedgordijnen en strooken een geliefkoosde verzamelplaats vond. We verstaan thans de kunst van gemak. We vinden In de slaapkamer één of twee gemakkelijke, bekleede armstoelen of een crapaud. een bijzettafeltje of boe kenplank, waar een paar lievelingsboeken op geplaatst worden, dicht onder bereik. Ónze teekeningen toonen een paar ont werpen door meubelkunstenaars. Een lits- jumeaux, één geheel vormend door het hoofdeindbord. Het effect is aesthetisch voldoende, 't maakt één groot voornaam geheel, een harmonisch verband. De bed den. nachtkastje en een handig tafe.tje worden alle tegen het groote hoofdbord geplaatst, hetgeen een idee geeft var. een enkel meubelwerk. De bedden en kas* iss zijn evenwel verplaatsbaar, voor het ge mak. We zien schitterende voorbeelden in verschillende vormen* van plataanhcut, en ingelegd wortelnotenhout, en ook mooi mahonie en donker en wit eiken. De donkere meubels, donker eiken, wortel noten en mahonie, staan bewonderens waardig tegen een effen lichten wand van beige. Een beige karpet met kleuren en een bedsprei van perzik- of abrikozen'inï Doch veelal zien we hiervoor mo derne bedspreien van z'jden ribstof ix iraaie kleuren, zooals beige, zee bruin goudkleur, zachtgroen, geweven in mo derne patronen. Dezelfde stof worar dan toegepast voor stoelbekleeding en poef kussens. ANEMOON. weinig warm water verwijdert men dan de gomresten met het papier .Dit voor komt krassen en beschadigen. Verlakte meubelen, theebladen enz. worden als nieuw en mooi ais tr.en ze opwrijft met een zacht wollen lapje, j waarop eenige druppels sia-oiie.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1929 | | pagina 9