Stadsnieuws J. LOTTGERING cDeLeidsche Courant '1 DERDE BLAD WOENSDAG 13 NOVEMBER 1929 Bual>z,ij DE 2 VAN ONZE RECHTBANK Vederl. Roomsche Reisvereeniging Geloof en Wetenschap Schoolvereeniging „De Raeckse" Personalia TOONEEL Tentoonstellingsciub Kennemerland Gunning MUZIEK Baanbrekend werk der H. O. V. R. K. Openbare Leeszaal en Biblio theek voor Haarlem en omstr. „Het groot A.B.C." ï/ervsn Steoaiea Stoppage Hssdsavsrmen GROOTE HOUTSTRAAT 5 A BILJARTEN Massakamp D. E. S.Vriendenkring LUCHTVAART Verewiging Oost en West Herwonnen Levenskracht Linkerbeen gebroken Burgerlijke Stand De gevraagde uitbreiding der Haarlemsche Rechtbank MUZIEK HAARLEMSCHE BACHVEREENIGING Kookdemonstratie en Showroom bezichtiging De „bewerking" van de luchtpost is voor LEIDEN en OMSTREKEN het aan- gewezen DAGBLAD voor ADVERTENTIEN VRAAGT PROEFEXEMPLAAR De Arrondissements Rechtbank te Haar- em vergaarde den I2en November in staat van faillissement: F .J. Hendriks, electricien te Haarlem, Geweerstraat 33. Curator Mr. P. Tideman. Haarlem D. J. Zoet, scheepsmaker, wonende te Haarlemmermeer, Kiliegommerdijk, Nieuw- Vennep. Cur. Mr. G. E. Mellema, te Haar lem. G. Th. Steentjes, vertegenwoordiger eener roliuikenfabriek te Haarlem, Borsuistraat no. 13. Cur. Mr. A. A. Huizenga, te Haar lem. J. Don;a, thans kwitantielooper, vroeger winkelier in comestibles, te Heemstede, Laan van Insulinde no. 30. Cur. Mr. L. J. Venhuizen, te Heemstede. F. Somers, chauffeur, te Lisse, Kanaal straat 203. Cur. Mr. F. J. Gerritsen te Haai - lem. Rechter-Commissaris in al deze faillisse menten Jhr. Mr. E. J. Strick van Linscho- ten. Opgeheven werden de faillissementen van: 1. J. W. Kleinhout, koopman in radio- artikelen te Haarlem. Cur. Mr. F. A. Da vidson te Haarlem. 3. J. Vos, autobushouder te Velsen. Cur. Mr. J. A. B. Sanders te Beverwijk. Vai-nietigd werd het faillissement van: 1. Jac. Borstlap, reiziger te Zand voort. Cur. Mr. F. M. Hagemeijer te Haarlem. FEESTAVOND De groote zaal van den Haarlemschen Kegelbond aan de Tempeliersstraat mocht zich er gisteravond op beroemen een uitge lezen schare Haarlemmers te herbergen. Het gegichel en druk gepraat deed cns van bui ten al vermoeden, dat er vele dames in den H. K. B. vereenigd moesten zijn. En inder daad was aan de verschillende tafeltjes een keur van voor- of najaarsbloemen geëxpo seerd, om tot streeling van het oog te die nen van den argeloozen man, die zijn drie kwartjes geofferd had om een gezellig avondje te hebben. In den beginne was de toestand vrijwel hopeloos85% dames de rest heeren. Tegen tien uur, ha f elf werd het iets beter, maar de bloemen bleven nog in al haar glorie schitteren. De Roomsche Reisvereeniging had een feestavond belegd en daar een reisvereeni ging, een uitgelezen toevluchtsoord is voor dames, die een chaperonne missen, waren er gisteravond veel, alle gewapend met danslustige beenen. Het programma was doodeenvoudig, heel huiselijk; de verschil lende nummers pasten goed bij elkaar en waren in één lijn gehouden. Er werd g danst, nogmaals gedanst, op de muziek van een voortreffelijke „band", met een bewon derenswaardig uithoudingsvermogen. Toen kwam er een humorist op de plan ken, Paul Ostra. Werkelijk, de gezellig: moppen en aardige liedjes van dezen be roeps-grappenmaker brachten ons in een betere stemming. Vooral zijn woorden op „In einer kleinen Konditoxi", omgezet in „In een klein café" waren geestig en goed gevonden. Paul Ostra trad driemaal cp en driemaal hebben we genoten. Doch we moe ten eerlijk zeggen, dat het programma, dat de groote Roomsche Reisvereeniging. af- deeling Haarlem, gisteravond aan haar leden geboden heeft, onvoldoende was. Mooie Schouwburgavonden heeft de ver- eeniging geboden, zelfs kunstzinnige avon den, waaraan dan een dansje gerust ge maakt kon worden. Maar een heele dansavond, afgewisseld door een paar liedjes van één humorist heusch dat is niet veel bijzonders De schuld ligt bij het publiek, zegt het bestuur. Dan géén feestavondentrou wens een reisvereeniging is toch omoch ja, maar dat is al zoo dikwijls gezegd. zaam schoone verdrooming van het Vlaam- che landschap. Catholic Emancipation Een reeks arti kelen van Engelsche vooraanstaande katho lieken over de emancipatie onzer gelcofsge- ncoten in Engeland. de plano Is echter volkomen solistisch be handeld. Bij het eerste deel vivo brengen de lste fluit, 2 clarinetten en 1ste fagot hst hoofdthema, begeleid door strijkers, slag werk en ondersteund door 2 hooitas. De piano vervolgt dit thema, terwijl de begeleidingsfiguur der strijkers doorgaat, en na een kort verbindingsmotief in de piano brengen de houtblazers de inleiding van het tweede thema, rhythmisch gelijk aan het verbindingsmotief. Nadat de strijkers dit herhaald hebben komt het tweede thema, door het solo instru- ment gebracht, doch niet geheel afgesloten Belloc Survivals and new arrivals, het orkest neemt het thema over en beëin- standaardwerk van den grooten En- digt het met een verlengden nazin, tot de historieschrijver en apologeet over piano met het rhythme en het motief van 1 H. Het gelschen de gevaren die de Kerk vrceger bedreigden, het eerste thema inzet. eek over de gevaren die de Kerk bedreigen in de naaste toekomst. Dit is het begin van een korte doorwer king: orkest en soloinstrument brengen af wisselend, zeer verschorend in maat en Clotilde de Ste Julienne Saints Julienne rhythme, de beide thema's geheel of gedeel de Cornilcn et l'établlssement dela Fête telijk ten gehoore, tot het hoofdthema m Dieu. De levensbe chrijving van de vrome zijn geheel door het orkest fortissimo ge- vrouw die ijverde voor de instelling van het bracht wordt, in de houtblazers, eerste De bijeenkomst van de leden van de ver- eenlging „Geloof en Wetenschap" vindt plaats Donderdag 14 November a.s. 's avonds te kwart over 8 uur In den Schouwburg aan den Jansweg en niet te half 3, zooals wij gisteren meldden. Maandagavond heeft voor bovengenoemde Schoolvereeniging de heer H. C. Verkruysen, directeur van de voormalige Kunstnijver heidsschool en school voor beeldende kun sten alhier, zijn, het vorig seizoen uitgestel de, lezing met film over Parijs gehouden. De heer Verkruysen verhaalde de ge schiedenis van het oude en nieuwe Parijs sacramentsfeest. J. P. Nuyens Het Vaticaansche Concilie, een terugblik. Een historisch overzicht van het va.icaansch concilie onderbroken in 1870. J. M. Barrie Peter and Wendy Een der mooiste sprooklees van den greoten En- gelschen dichter van Peter Pan. J. A. Veraart Opstellen over politiek Een reeks opstellen van den bekenden eco- noom-politicus over R. K. Staatspartij, pu bliekrechtelijke bedrijfsorganisatie, coalitie en uiterste noodzaak e.d. 1 December a.s. begint het nieuwe vereeni- gingsjaar van de grootste katholieke Bibli otheek van Haarlem. Degenen, die zich nu reeds als lid opgeven, genieten den vooraf- gaanden tijd alle voorrechten, aan het lid maatschap verbonden. Opgave en inlichtin gen: Nieuwe Gracht 70. Desgewenscht worden boeken aan huis be zorgd tegen bijzondere voorwarden. De inschrijving op de leesportefeuille, .an 60 i af heden geopend. De onderstaande gediplomeerden van de Middelbare Technische School te Haarlem zijn geplaatst in de navolgende betrekkin gen: Afdaeling Bouwkunde: de heer H. van 't Hag als technisch ambtenaar 2e klasse bij Bouw- en Woningtoezicht te Leiden. Afdeeling Electrotechniek: de heer Ch. L. van Berkel als bedrijfstechnicus bij de N.V. Hazemeyer's Signaalapparatenfabriek te Hengelo (O)de heer W. Marsman als be- d-ijfsassistent bij de Heemaf ta Hengelo (O.) Afdeeling Scheepsbouwkunde: de heer Meeuwisse als schee pst: ekenaar bij da N.V. Scheepswerf en Machinefabriek De Liesbosch te Jutphaas. De heer J. J van Dijk, alhier, is bestemd voor uitzending naar Ned. Oost-Indië als onderwijzer bij het openbaar lager onder wijs. en tweede v'o'en in r>, door fa<ro'fen kon-m en bassen in A. Dit is 't eerste hoogte punt in het eerste deel. Nadat de piano bijna onmiddellijk hierna het tweede thema heeft laten hooren, beknopter dan de eerste maal en veranderd van uitdrukking, volgt een Coda, waarin het eerste themamotief een groote rol speelt, en, door de verschil lende Instrumenten gebracht, een tweede hoogtepunt vormt, met de piano, t-ompetten en bazuinen in B. en de hoorns, fagotten en bassen in C. Het tweede deel, andante r-olto mod. al'egro andante mc'to mod. (dus op zichzelf in drieën verdeeld) begint met een solo voor de piano, waarvan de slotmaat tevens het begin is van een neventhema door strijkers en clarinetten gesoeeld. Thema en neventhema worden afwisselend door solo Instrument en orkest gebracht, met een in de t)iano Ip'd,rd naar het allegro Dit heeft een scherzando karakter; het thema-motief heeft eenige overeenkomst met het moderato-thema van de piano, v/aar maatsoort en karakter verschil'en. Tweemaal wordt dit dansachtige midden deel onderbroken door eenige maten voor j plano solo (molto piü lento) dit is reeds j I een voorbereiding van de solo voor piano uit het derde gedeelte van het suk. Met een herhaling van de lste piano-solo I (andante molto mod.) vormt dit tweede 1 deel den overgang naar het derde; de slot maat in de piano-solo wordt overgenomen door twee hoorns en voortgezet door celli en I bassi als ostinato. Tegen dit ostinato speelt de piano een thema wat ontstaan is uit de reeds in het vorige deel aangeduide maten (molto piü lento) maar hst eigen- lijke hoofdthema van dit deel is het ostinato waarmee ook de climax gemaakt wordt en dat, na het hoogtepunt (waar het orkest het piancthema heeft) door piano en orkest rhythmisch wordt veranderd, en, na een stretto in 't orksst, in de finale optreedt voor het solo-instrument. Terwijl de piano dit thema vervolgt, heb ben de fluiten en clarinetten een tegen- thema, dat naderhand door het geheels orkest als hoofdthema, tegelijk met het andere gespeeld wordt. Na een korten tusschenzin brengen de violen een geheel nieuw tweede thema, aan gevuld door begeleidingsfiguren in do plano en de andere instrumenten. Van de verschillende thema's ontwikkelt zich het eerste piano-thema het meest, en de beweging wordt vlotter en na de korte, tweede cadens zet het laatste deel in. VÏI. Is een uiterst beknopt Rondo van ruim 100 maten. Orkest en piano concer teeren met gebruikmaking van alle vroeger geëxponeerde motieven. Na pl.m. 90 maten stijgen de expressie en de dynamiek snel tot het hoogtepunt (orkest-lento, piano-allegro). In vijf fortissimo-maten zijn hier de voor naamste gegevens gecomprimeerd. Hierna: negen maten allegro assai, het stretta. Met de rhythmische beweging van III, harmonisch ontstaan uit het begin accoord van hst concert (ais, fis, b, a, c, e) maar dit maal scherzando, eindigt het werk. Het slot van VII is identiek met het slot van V; even als de climax vóór dit stretta gelijk is aan den inzet van III. „Ik ben er mij van bewust", besluit Wil lem Py'per, „dat bovenstaands analyse niet gebruikt kan worden om de „bedoelingén" van het werk te „begrijpen". Voor de mu ziekminnaars, die nog altijd gelooven, dat een componist, dieper-in, ooit buitenmuzi kale bedoelingen met het schrijven van een compositie zou kunnen hebben, zij het vol gende, nog eens weer, vastgesteld: Een com ponist componeert alleen, dat wat hij niet op andere wijzen uiten, msdedeelen kan. Het componeeren geschiedt alleen tsrwille van het resultaat van het componeeren; ter- wille van den klank als men wil. Eik litte rair of picturaal apercu, gegeven met de beste bedoelingen, raakt ten slotte, slechts bijzakelijkheden van een muzikaal opus. Ik onthoud mij dus van het geven van ver klarende toelichtingen; de „stemm'ng" van het werk moge een ieder aan zijn eigen ervaringen afmeten. Waaraan wij meen en, dat we niets be hoeven toe te voegen. J. 8. Men schrijft ons: Bovengenoemde vereeni- ]aat de piano nog eens een herinnering aan i vormt een hoogtepunt in het orkest. Hisrna ging houdt haar jaarlijksche Nationale Duiven-show op 21 en 22 December a. s. in de groote zaal van het Brongebouw. Voor deze tentoonstelling zijn reeds enorme eereprijzen geschonken, o.a in de 70 klas sen, die er zijn, in elk er van als extra prijs voor de schoonste 1.25 plus hun klasseprljs verder nog 19 maal 2.50 uitgeloofd door het Ned. Merkenbureau, welke alleen kun- het tweede thema hooren, en gaat dan over in een combinatie van het finale-motief en het thema-motief uit het begin van Concer tino, waar de solo-violoncel, afwisselend met de piano, een tegenmelodie heeft, als herinnering aan het zangthema uit d finale. Na de cello-solo houdt de piano het thema-motief van het eerste deel nog eenige maten vast en voert dan naar het Coda nen behaald worden door de jonge duiven net finale thema, met als tegenmotieven, (broed 1929). Als keurmeesters fungeeren de heeren C. Goetzee en B. Boogaart. Het sloopen van de bestaande en het maken van een nieuwe brug, van gewapend beton, ter vervanging van de Groote Hout- brug, waarvan de openbare aanbesteding heeft plaats gehad op 14 October j.l., aan ,Van Herwaarden's Betonbouw" te Haar lem voor 57.C00 (met doorgaand tramver keer) Reeds meer dan eens is er door ons op ge wezen, welk een vooraanstaande plaats onze Haarlemsche Orkestvereeniging, welke thans en vertoonde aan de hand daaVvan eenige reeds twee jaar onder leiding staat van den films, die hij voor het grootste gedeelte zelf heeft opgenomen, met een klein handfilm- toestelletje, want hij wilde vele opnamen van het echte typische straatleven maken. Het auditorium was enthousiast. Nieuwe boeben van de maand G. Bernanos La joie. Een diepvoelend boek van den katholieken schrijver wieno naam bekend is door zijn eigenaardigen ro man Sous le soleil de satan. P. van Meer de Walcheren Het witte paradijs. Een boek van innige religiositeit; de beleving van het strenge leven der karthui- zers in Zwitserland. A. van Cauwelaert Het licht achter den heuvel. Een na-oorlogsroman over het boe renleven in Vlaanderen. C. van Mandere Spanje. Een onmisbaar boek voor allen die Spanje willen le eren ken nen. Rijk geïllustreerd. P. N. M. Kooien Het crediet In de volks huishoudkunde Een boek over credietwe- zen, bankwezen, verhouding tusschen ruil middelen en goederen, buitenlandsche wis selkoers enz. J. L. Cohen Dante in de Nederlandsche letterkunde. Schets van den invloed van den grooten Italiaanschen dichter op de Neder landsche letteren. E. A. Klelstra De vestiging van het Ne derlandsche gezag in den Indischen archipel Een overzicht van de wijze waarop het Ne- derlandsch-Indische rijks is ontstaan, van de redenen die tot de Ncderl. vestiging m ver schillende streken van den archipel hebben geleid. A. Thiry Wind op de molens Wie net land van Buysse en van de Woestijne, de Leiesneek wil leeren kennen leze die zeid- eminenten musicus, die Ed. van Beinum is gebleken te zijn, in het muziekleven onzer stad en der provincie bekleedt. Een blik op de maandelijksche thans veertiendaagsche - programma's is voldoende j phcme) om u daarvan te overtuigen. Behalve toch het klassieke werk, dat terecht 'n eereplaats blijft behouden, en in de uitvoering door het orkest steeds met veel liefde en steeds groo- tere perfectie wordt behandeld, gebeurt het meer dan eens, dat meer modem werk, werk van de jongere generatie, niet alleen uit het buitenland, maar ook uit het eigen land en eigen omgeving ten doop wordt gehouden, of althans het muziekminnende publiek ter kennismaking wordt aangeboden. Er zijn in ons land groote orkesten, die daarvoor terugschrikken, al heeft men ook in dezen de laatste jaren wel eenige ver betering kunnen constateeren. En zoo blijkt ook wederom uit het nieuw verschenen programma der H. O. V. voor de uitvoering van 13 November dat er in dit opzicht door de Haarlemsche Orkestvereeni ging baanbrekend werk wordt verricht, en een voorbeeld gesteld, waaraan allen, die het wel meenen met het Nederlandsche muziekleven, zich kunnen spiegelen. Een onzer weinige vrouwelijke componis ten, Henriëtte Bosmans, zal op dit concert haar Concertino voor piano en orkest voor dragen, benevens, onder leiding van Willem Pijper zelf, diens Concert voor piano en orkest. Het programma geeft omtrent deze beide nog jonge werken, het Concertino rerd ge componeerd in 1928, en het concert van Wil lem Pijper in 1927, een uitvoerige uiteen zetting, welke beide composities ongetwijfeld beter verstaanbaar maken, zal voor hen, die ze morgenavond voor het eerst zullen hooren. Aan deze toelichting ontleenen wij de volgende bijzonderheden, door de beide componisten zelf genoteerd: korte zinnetjes uit de andere thema's, in de houtblazers. Het stuk eindigt met b, dis, fis in de flui ten, een hobo en drie gestopte trompetten en met het finale-motief op cis in het solo instrument waardoor een parallel ontstaat tusschen de sluiting C en B van het eerste en Cis en B van het laatste deel. Het werk van Willem Pijper; Concert voor I Piano en Orkest, ls geschreven Maart Augustus 1927. Duur pl.m. 16 minuten Or kestbezetting: Strijkorkest, 2 fluiten, 2 hobo's, 3 clarinetten, alt saxophone, 2 fagotten, 3 hoorns, 3 trompetten, 3 trombones, 4 trom men, tambourijn, bekken en castagnetten. Structuur en bewerking: Het concert is ééndeelig, de zeven korte onderdeelen gaan zonder onderbreking In elkander over. Met geringe wijzigingen wordt ook het zelfde hoofdtempo volgehouden. Voor de orkestpartij ls dit ongeveer y, pl.m. 50 (Lento); voor de solo-instrument 1/8 pl.m. 100 (Allegro). Het concert bestaat uit vier symphonische stukken, waartusschen drie soli liggen: 1, 3, 5 en 7 is tutti: 2, 4 en 6 is soli. 1. Is de expositie van het geheele werk (28 maten). Soloinstrument en orkest bren gen alle gegevens, die in het yerloop van het concert tot ontwikkeling gebracht zul len worden. Een aantal duidelijk herkenbare complexen (in de violen en later In de Saxo en een rhythmisch pianothema worden reeds dadelijk contrapunctisch ver werkt. Deze expositie leidt naar een forte (inzet trombones) waaruit zich een korte plano-cadens ontwikkelt. Deze cadens gaat over in n. de eerste solo. Het rhythmische hoofd thema wordt verder bewerkt en er ontstaan twee nieuwe melodische fragmenten, waar uit later het zesde deel zich ontwikkelen zal. De eerste solo duurt 40 maten en wordt op het hoogtepunt onderbroken door den Inzet van III. het grootste symphonische deel (ruim 60 maten). De piano is hier niet concer- teerend behandeld. Deel 3 begint alla mar- cia funèbre en gaat na een hoogtepunt over in een tango. Daar komt het solo-instru ment weer meer op den voorgrond, onmerk baar verdwijnt de beweging uit het orkest. IV. De piano verwerkt de dansrhythmen uit het slot van het vorige tutti, gecombi neerd met elementen uit het rhythmische hoofdthema. Deze tweede solo ls veel korter dan deel 2; het is een tweedeelige vorm van bijna 30 maten. V. Het volgende, precies even korte deel heeft de beteekenis van een orkestraal in termezzo. De piano is hier concertanter dan in 3. De deelen 4 en 5 behooren bij eikan der, het zijn twee tweedeelige constructies, welke tezamen het centrum van het heele concert vormen. VI. Het solo-instrument brengt het lang zame deel. In het begin neemt de piano de rustige orkestbeweging van I over; uit reeds vroeger voorbereide themacomplexen ont staat het grootste solistische fragment (77 maten). Op het hoogtepunt zetten de hoorns Saiyre door Marcel Pagnol, vertaling van Cor Ruys. Het Nederiandsch-Indisch f ooneel. Stadsschouwburg £r zijn enkele redenen aanwezig om deze geschiedenis van monsieur Topaze in het geheel niet ernstig te nemen. Als dit spel van corruptie indruk op ons gaat maken, kunnen we ons troosten met de gedachte' dat het zich binnen de Fransche grenzen alspeelt, waar méér dan ten onzent de eer lijkheid in het maatschappelijke, politieke en commercieele leven erg lang schijnt te vallen. Daarbij is het een product van Gal- hschen geest en ten slotte ter geruststelling „satyre" geheeien. Al zouden we niet durven zeggen, dat niets van de in dit stuk ge schetste of aangeduide toestanden hier bur gerrecht heeft verkregen, de overdrijving ligt er tamelijk dik op, de onwaarschijn lijkheid leeft haar luchtig spel en het geheel draagt het karakter van de klucht Een amusante klucht. Is het geen genot mijnheer Topaze voor de klas te zien staan, oen onzelfstandigen onderwijzer, die niets van het leven begrijpt, omdat hij uiterlijk en innerlijk is opgevoed door de ziellooze gewoonte? Zijn siaafsche toewijding, zijn onnoozele eerlijkheid, de ernst, waarmee hij zijn leer *rgen een in zich gezonde moraal in belachelijke en schijnheilige vormen do ceert, 't is alles grenzeloos oppervlakkig. En dat wordt zóó gevoeld in de zaal, dat Lor Ruys, die het schoolmeesterstype heer lijk caricaturaal had uigtebeeld, mijnheer opaze's ontslag aan de school en zijn mis moedig afscheid van het leege lokaal met tot een ontroerend feit kon maken. De ex-onderwijzer wordt het slachtoffer van een paar oplichters. Ze gebruiken hem als strooman bij hun onfrissche ondernemin gen en buiten zijn even ondiepe als onnoo- zQie rechtschapenheid uit# Topaze vliegt er in en kan er niet meer uit komen, omdat zijn moraal van voor de klas voortdurend éebec lijdt. De man immers, die zich op schandelijke wijze verrijkt, wordt niet ver acht, maar geëerd. Topaze leert de over macht van het geld in een bedorven maat schappij^ kennen en als hij door zijn eerlijk heids-crisis heen is, danst hij mee om het gouden kalf en wel zóó goed, dat hij den man, die hem exploiteerde, eruit danst, m-rtj ?'ra^s is het ongeschreven vijfde bedrijf zal hij er zelf weer uit dan sen, omdat hij „stom" genoeg is gebleven, om te hechten aan den glimlach van een mooie bedriegster. Het stuk met zijn uitstekende speelscènes schenkt ook hierdoor genoegen, dat we den ar™fn Topaze eerst beklagen in zijn kin derlijke argeloosheid, dan sympathiseeren met zijn vertoon van eerlijkheid, vervolgens met voldoening hem zien triomfeeren over zijn valsche uitbuiters, om ons ten slotte te vermaken met zijn grappige metamorfo se in het zakenleven. Maar in ons binnen- ste is een beetje spijt, omdat hij, de opper vlakkige goeierd - maar 'n goeierd tóch! ten ondergaat in de corruptie en daar aan zelfs zijn verleden in den persoon van een oud-collega opoffert, We moeten van dit stuk geen moraal verlangen, maar 't zou deze kunnen zijn: er zijn betere beginselen dan die van Topaze noodig, om verleiding en valschheld te overwinnen. Van Cor Ruys hebben we den ganschen avond genoten: hij leverde de eene koste lijke caricatuur na de andere en gaf de evo lutie van den „zakenman" zoo overtuigend vveer als in deze onwaarschijnlijke omstan digheden maar mogelijk was. Hij kreeg goed tegenspel van M:en van Kerckhoven Kling als Suzy Courtois. Het type van de uiterlijk bevallige klaploopster teekende zij zeer aannemelijk, zooals ook Louis de Bree in de rol van gewetenloos handelsman den juisten toon trof. Willem Ruys, de kostschooldirecteur, was niet kwaad, maar verdween in de schaduw van zijn naamge noot, wat in het eerste bedrijf even hin derde: hii was daar niet de meerdere van Topaze. De andere rollen beteekenden niet veel, maar werden goed vertolkt. 't Was een volksvoorstelling en de schouwburg vertoonde geen leege plekken. Het spreekt vanzelf, dat een spel met zoo veel komische momenten en met zoo'n uit nemend acteur in de hoofdrol, in den smaak viel en dit werd den tooneélisten door veel hartelijk applaus bewezen. De wüze waarop monsieur Topaze het groot A.B.C. leert, brengt hem in bedenke- liike verhouding tot het zwakke geslacht en dit noopt ons, trots de prijzen-.waardige ma nier. waaron het aanstootelijke wordt ge weerd, voorbehoud te maken voor volwas senen, v, d.S. zijn „Journal in 1927 aan boord van de „Provence". Het werk wordt door hem een Symphoinsche Suite genoemd. Volgens de titels der onderdeelen, welke ontleend zijn aan een pagina van het scheepsjournaal der „Provence" verklaart deze muziek een reeks zeetafereelen. De nadere aankondiging van het werk in het tekstboekje sluit af met de verklaring: in harmonisatie, orkestcoloriet en rythme herkent men den „moderne", maar degenen, die het begrip „modern" met eindelooze reeksen dissonanten vereenzelvigen, kunnen hier gerust zijn. Modern in dien zin, dat het werk waarde voor de toekomst bezit, is dit „Journal" niet. Het is een nabootsing van Debussy. Nieuwe iaden worden er niet bewandeld. Daarom is de betiteling: actueel, in plaats van modern, beter. Maar al opent dit werk geen nieuwe ge zichtspunten; in het genre-Debuosy toch is het ten zeerste de aandacht waard. Ni:t al- oen de middelen van den nieuwen Franschen stijl zijn knap technisch aangewend doch :r spreekt ook een ziel uit. AI is ons het „hoogtepunt" (een geweldige klankuitbarsting)' in het tweede deel „Clair de lune" een weinig onverklaarbaar, al deed het melodisch motief bij den aanvang: „Haute du large" wat poover aan en be vreemdde het scherpe rythme en het bijna geagiteerde karakter van het slotdeel: „lg terra en vue droit devant", toch heeft het werk ln zün geheel ons geboeid. Ër zit een ctijl-eenheidin en het is goede impressie kunst, Dr. Peter van Anrooy liet het meesterlijk spelen, het orkest-coloriet was bewonde renswaardig. Hii behaalde er echter niet veel succes mede. Elisabeth Schumann zong op sublieme wij ze een motes van Mozart: „Exsultate, Ju bilate" en eenige Strauss-liederen. In het motet bewonderden wij bijzonder het prach tig stern-materiaal en de gemengde zang techniek. In de Strauss-liederen viel vooral de schitterende tekstuitbeelding on. Zelden hoorden we het „Wiegenlied" zco teer en naïef, een „Freundliche Vision" in zulk een verheven sfeer. De bezoekers betoonden zich verrukt over deze praestatie. Het programma werd hier na besloten met de Symphonische Dichtung. Till Eulenspiegel neemt met Don Quichctte een geheel aoarte plaats bij Strauss' Sym phonische Dichtungen in. Na de tragiek, die Strauss in zijn andere Dichtungen en bijzonder in het muziekdrama „Guntram" heeft verklankt, werd plotseling, in groot -ontrast hiermede, de humor tot onderwerp gekozen. De componist beeldt hier op schitterende wijze Tijl's ..Konterfei in Tonen" uit. Op de meest geestiue wijze worden de thema's, die de karaktertrekken van den aartsschelm aanduiden. verwerkt. Strauss voert de muzi kale schildering zelfs zoo hoog op, dat er -ens terecht gesproken werd van: het gelijkt "■el of de scherven door het vertrek vliegen. Het orkestkoloriet is fraai, dikwijls zeer -i-ecifiek. Het individueel karakter der in strumenten kent Strauss tot in de kleins'e "messes. Hij behandelt het uiterst geraffi neerd. bijzender dat der clarinetten. Dit, zeer géfcompliceerde werk eischt ont zaglijk veel van de uitvoerenden, zoowel technisch als muzikaal. Het Residentie orkest gaf blüken boven de techniek te -taaiwen de juiste typeering te kunnen ge ven. Het was een verbluffend staaltje van -'aavaardmbeid inzake orkestroutine. Fen bijzondere vermelding verdient de 'uiste, evenredige klankverhouding tusschen de verschillende Instrumenten. Toch zeker niet een kwestie van opstelling! O. K. showroom, die gevestigd is in het voormalig postkantoor, Zijlstraat 70, te komen nemen, opdat zij zouden kunnen zien, wat er zoo al was, of wat er nog bij moei komen. De firma Uylenhoed gaf daarbij op een der bovenzalen een kookdemonstratie. De dames waren ook uitgenoodigd, omdat deze voor alle mogelijke apparaten dikwijls de verkoop sters waren, ofwel de beste propagandisten in- en buiten de zaken. Voordat de eigenlijke demonstratie begon, hield de heer Bos, lid der Showroom-commis sie, een speech, waarin hij het doel van de showroom uiteenzette, waarna hij de leden verzocht hun belangstelling voor deze show room te toonen, daar zij van zoo groot be lang is. Vervolgens wekte hij de dames op om de maandelijksche vergaderingen trouw, te bezoeken, opdat de beide vereenigingen nog meer tot stand zouden kunnen bren gen. Ten slotte besprak spr. nog de nood zakelijkheid, om reclame te maken, waar door bij het publiek een grootere vraa,g naar electrische artikelen zou worden opgewekt en waardoor de leden-winkeliers een grooteren omzet krijgen. Vervolgens werd de kookdemonstratie ge houden door Mevrouw Roersch, welke met groote aandacht werd gevolgd, waarna gele genheid werd gegeven om vragen te stellen en alles van nabij te bezien. Donderdag as. wordt in café-Restaurant „Hoi van Holland" wederom gespeeld voor bovenbedoelde ontmoeting, terwijl Vrijdag 15 dezer de laatste partijen zullen plaats hebben in „Centraal-Bar" aan den Kruis weg. I Vrijdag 22 November a.s. zal voor de af deeling Haarlem van de vereeniglng Oost en West, de heer C. Frans, voorzitter der „Perserikatan Timor", oen lezing houden over „Land en volk van Timor" en met een Timoreesch gezelschap een demonstratie geven van sesando-muziek en koorzang in Nationaal costuüm. Feestavond De R.K. Vereeniging tot bestrijding der tuberculose „H"rwonnen Levenskracht", houdt Zondag 17 November a.s. In gebouw „St. Bavo" een feestavond. Welwillende medewerking wordt verleend door de muziekvereniging „Utile Dulci", directeur de heer A. C. Jutjens en door de Rederij kerskamer „St. Genesius", regisseur de heer Ger. Kruyver. De laatste vereeniglng zal opvoeren ,,'t Gelukskantoor" en „Hans en Rieks op Bruidsinspectie". Gisteravond gleed E. M., wonende Nieuwe Gracht 62, bij het verlaten van het Concert gebouw, uit, viel van de stoep en brak het linkerbeen. Door een dokter werd zij behandeld, waar na zij naar haar woning werd vervoerd. Geboren: lo Nov. F. FranseHuizenga, z. Overleden: 10 Nov. A. MöhrlngsrTib boel, 83 jaar, Leidschestraat; E. v. Brakel— Nagtegaal, 44 jaar, Kloosterstraat; 12 Nov. H. M. v. Eeghen, 74 jaar, Hazepaterslaan. De aandacht van den Minister blijft er op gevestigd In het voorloopig verslag der begrooting van Justitie was gevraagd, of het niet wen- schelijk moest worden geacht, de rechtbank te Haarlem met één rechter uit te breiden. De Minister van Justitie heeft thans ge antwoord, dat hij zijn aandacht er op ge vestigd houdt. Het Concertino voor piano en orkest, j in met een thema, dat tot nu toe slechts be- zoo schrijft Henriëtte Bosmans zelf, be-j geleidingsformule was gebleven, doch dat staat uit vier korte, zonder onderbreking in van hier af een zeer groote beteekens gaat elkaar overgaande deelen. Het orkest, waar- j krijgen. Na dit hoogtepunt het thema eerst van de bezetting is: 2 fluiten, 2 hobo's, 2 in de hoorns, daarna melodisch uitgebreid clarinetten, 2 fagotten, 4 hoorns, 3 trompet- in het strijkorkest, komt de expositie van ten 2 bazuinen, slagwerk, harp en strijkers, het „piü grave" eenigszins gewijzigd terug heeft over 't algemeen een belangrijke rol; het Grave is een strenge driedeelige vorm Het tweede concert der Bachvereeniging gegeven door het Residentieorkest, was ir oooge mate belangrijk door de uitvoering lc van twee standaardwerken uit de vorig- oeuw: Italienische Symphonie van Mendels sohn en „Till Eulenspiegel's Lustige Strei- che" van Richard Strauss 2e van eer ictueel werk: „Journal de Bord" van den Franschen zeeofficier Jean Cras en 3e doo de medewei king van de sopraanzangeres Elizabeth Schumann. Cras, leerling van Henri Duparc, schreef De showroom-commissie der afdeelingen Haarlem van den R. K. Nationalen Bond van Electro-Techn. Werkgevers en de Ned. Ver eeniging van Electro-Techn. Werkgevers, hadden dé leden-installateurs gisteravond uitgenoodigd om eens een kijkje in hun Over hetgeen er met de Indische lucht postbrieven gebeurt, nadat zij in de bus zijn geworpen, is gisteren in de radio het een en ander medegedeeld door den heer J. G. Pater, chef van den Persdienst van het P. T. T.-bedrijf. De brieven gaan allereerst in de gewone buslichtingen naar het postkantoor ter plaatse. Daar worden zy uitgesorteerd, waarbij de bijzondere aanwijzing ,per luchtpost" hen gemakkelijk van andere stukken doet onderscheiden. Daarna wor den zij per eerste gelegenheid door de zorg van het plaatselijke postkantoor naar Am sterdam verzonden, alwaar op het bureel expeditie aan het Centraal Station de ge reedmaking plaats vindt voor Indië. De groote stroom brieven komt aldaar in den loöp van den Woensdag uit alle deelen van het land binnen; de drukte begint eerst recht des avonds, omdat de avondtreiren de grootste hoeveelheden aanbrengen. Het j z.g. luchtmailbureel wordt dan een en al leven. In groote manden worden de brieven daar binnen gebracht en eenige speciale mailambtenaren zorgen voor de sorteering, welke geschiedt naar een bapaald aantal grocte plaatsen: Medan, Batavia, Bandoeng, Soerabaja, Solo, enz., die dus zoowel de brieven krijgen, bestemd voor die plaatsen zélf ,als die ter doorzending naar een groot aantal omliggende kleinere plaatsen: de z.g. passecorrespondentie. Zoo'n mailambtenaar is een zeer bijzon der mensch. Behalve een ongelooflijke aardrijkskundige kennis van den Archipel, heeft hij een soort 6de zintuig in de toppen van zijn vingers, waarmede hij, al sortee- rende onmiddellijk een eventueele gewichts overschrijding van een brief vaststelt. Deze brieven schiet hij uit, zij worden zoo noodig nagewogen en komen, indien zij van een te laag luchtrecht zijn. voorzien onherroepe lijk in den bak „landmail" terecht: Worden „in de landmail gemikt" zooals de vakterm luidt. Het kan natuurlijk ook zijn, dat er voldoende luchtrecht op zit, maar het ge wone port niet toereikend is; de gevolgen zijn dan minder ernstig: de brief gaat dóór met de luchtmail, doch wcrdt met straf port belast. Nu moet men echter niet denken, dat die maüambtenaar aan mug genzifterij doet; voor een brief, die bijna 21 gram weegt en naar 20 gram gefran keerd is, doet hij zijn eene oog wel dicht: alle hout ls geen eikenhout, en elke parti culiere weegschaal ls nog geen rijksweeg schaal. m.a.w. dat grammetje „droogt on derweg wel in", het wordt warm aan boord na Aleppo! Maar toch blijkt steeds weer hoe bet pu bliek nog met de 10 gram met 75 cent luchtrecht gefrankeerd; op een brief van ruim 30 gram zit moederziel alleen één luchtpostzegel van 40 cent, zonder meer; een drukwerk van 70 gram idem, enz. De zware stukken met hooge porten, er zijn er bij, waarop alleen over de 100 aan lucht recht zit, zijn ln den regel goed gefrankeerd. Inmiddels bundelen ar.dére rappe handen de gesorteerde brieven op, de bundels wor den ln zakken gesloten voor de plaatsen, waarvoor zij bestemd zijn, verzegeld en ge wogen en de post is gereed. De nachttrein brengt te ongeveer half vijf 's morgens de laatste stukken aan uit Rotterdam en Den Haag en een uur later komt de K. L. M.- auto voor, die de post onder geleide van een postambtenaar naar Schiphol brengt. Om half zeven Donderdag 's morgens is de brief op weg naar Indië en de mailambte naar kruipt onder de wol. Het luchtrecht bedraagt bovta de ge wone porten en rechten, voor briefkaarten en postwisels 40 cent ,voor alle andere stukken tot en met 10 gram 40 cent, van 10 tot en met 20 gram 75 cent en verder 75 cent voor elke 20 gram. Op de brief etiquet plakken of schrijven :„per lucht post'.'

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1929 | | pagina 10