Binnenlandsch Nieuws Gemengd Nieuws N euwe Haariemsche Courant UIT DE POPPENKAST KLAASSEN EN TRIJNTJE DERDE BLAD WOENSDAG 20 NOVEMBER 1929 BLADZIJDE 2 AAN ONZE LEZERS Tweede Kamer Vervoer van Dagbladen Onderscheiding voor Sir John de Villiers De afzonderlijke verpleging van lijders aan besmettelijke ziekten Het St. Elisabeth's Ziekenhuis te Tilburg Amsterdam-Rijnverbinding Verbetering van woningen ten plattelande Amsterdamsche W ethoudersverkiezing Prinses Juliana Binnenl. Zaken en Landbouw De Volkenbond Spoort al Uw kennissen aan hun vraag- en aanbod-adver tenties te plaatsen in onze eigen Een liefhebber van horloges Het vergaan van de „Adonis' De alastrim te Rotterdam „Gooi maar niet, juffrouw" Gasverstikking te Schiedam De Zigeunerplaag Door den drank beneveld? Overboord geslagen en verdronken HANDEL EN NIJVERHEID Onderscheiding Een nieuw modepaleis te Amsterdam UITLOTINGEN Nieuw raadslid te Amsterdam De wereldtentoonstelling te Antwerpen - '«Mh«Pr-wU y k ;i J§ Zitting van Dinsdag 19 November Voorzitter mr. R. J. H. van Schaik Bi) de regeling van de werkzaamheden, wordt besloten Vrijdagochtend in de afdee- lingen de begrooting van het Wegenfonds te onderzoeken. Op een vraag van den heer WIJNKOOï (Comm.) deelt de voorzitter mede dat de heer De Visser in zooverre hersteld is dat hij wellicht de volgende week zijn interpel latie zal kunnen houden. Voortgezet worden de algemeene beschou wingen over de Justitie-begrooting De heer SANNES (S.D.A.P.) bespreekt de leekenrechtspraak en wenscht dat nu aan gepakt te zien omdat men leeft in een over gangstijd waarin tal van staatsfuncties wor den overgebracht naar organisaties uit he. bedrijf voortgekomen. De heer DUYS (S.DA..P.) dringt aan op n betere organisatie voor de opsporing van misdrijven. Wie ziet, wat in de moordzaak Lans te Rotterdam is gebeurd, vraagt zich af, hoe het mogelijk is, dat in Nederland nog misdrijven ontdekt worden? Inzake de preventieve hechtenis wordt de nieuwe wet van strafrecht op zij gezet. Spr. verzoekt in dezen een krachtig ingrijpen van den mi- Bister De 'heer RUTGERS VAN ROZENBURG (CH.) dringt er op aan de kwestie van het monopolie inzake het muziekauteursrecht in Nederland te houden. Mej GROENEWEG (S.D.A.P.) wenscht aan de vrouw beschikking te geven over haar eigen inkomsten en in sommige geval len ook over een deel der inkomsten van den man. j De heer BEUMER (A.R.) klaagt over de ongepaste concurrentie van het Fransche bureau inzake muziekauteursrecht. Inzake nationaliteitskwestie vindt spr. dat deze bij huwelijk moet blijven zooals die is. Met betrekking tot de wijziging van het huwelijksrecht hoopt hij dat de minister niet met een feministisch ontwerp zal komen. De heer WIJNKOOP (Comm.) betoogt, dat de huwelijkswetgeving in Rusland in geen enkel opzicht de zedelijkheid onder mijnd heeft. De betoogen in deze Kamer en m het voorloopig verslag over de onzedelijkheid kan spr. geenszins onderschrijven. De heeren v. Wijnbergen en Zandt lijden aan fantas tische voorstellingen. De wetten die thans bestaan op het ge bied der zedelijkheid worden misbruikt om de vrije uiting en de cultuur van de massa tegen te gaan. Spr. moet zich ernstig verzetten tegen de neiging om publicatie van bepaalde docu menten tegen te gaan. Ten slotte dient spr. een motie in vragende intrekking onverwijld van de stakingswet- ten 1903. De motie wordt tegelijkertijd be handeld. Mej. KATZ (C.H. houdt ook beschouwin gen over het huwelijk. Zij meent dat de man hoofd van het gezin moet blijven, doch dat overleg met de vrouw noodzakelijk is. De heer VLIEGEN (S.D.A.P.) komt op te gen de voorstelling als zou ons land zoo ze- delcos zijn, dat alles moreel op losse schroe ven staat. We leven niet in een tijd van de cadentie. maar van opleving. Aan de hand van statistieken, zet spr. uit een, dat wij een zeer sterke daling van de criminaliteit zien. Men hoort wel veel van zedenmisdrijven, doch de zedenwetten da teeren van 1911, zoodat meer aan *t licht komt dan vroeger. Met den modernen geest heeft dit echter niets te maken. Wat de doodstraf aangaat betoogt spr. dat deze niet den minsten invloed heeft op de criminaliteit, hetgeen blijkt in de lan den waar de doodstraf nog bestaat. Trotski is een ziekelijke banneling, die hier niets anders zoekt dan verzorging. De weigering om hem toe te laten in ons land acht spr. ongemotiveerd. De minister aan het woord De MINISTER VAN JUSTITIE, Mr. DON- NER, zal eenigen tijd noodig hebben om de 20 sprekers te beantwoorden. Den heer Drop antwoordt spr., dat een algemeene regeling voor de hoofdarbeiders moeilijk is, omdat niet aan te geven is wie precies hoofdarbeider zijn. Daarom zal hjj zich beperken tot een voorziening ten be hoeve van handelsreizigers en handelsagen ten. Het vraagstuk van de vergoeding we gens mljnschade wordt nog eens bekeken met den minister van Waterstaat. De wet op de naamlooze vennootschappen moet in de praktijk eerst doorwerken. Wan neer er d3n bezwaren vaststaan, dan zal spreker zijn aandacht daaraan zeker schen ken. Inzake de regeling der positie van het na tuurlijke kind moet men zeer voorzichtig zijn. Men mag niet eenzijdig zien naar 't kind, maar men moet goed in 't oog hou den de hoogheid van het huwelijk. Het gemakkelijker incasseeren van kleine vorderingen is in onderzoek. De leekenrechtspraak komt ook weer aan de orde bij de publiekrechtelijke regeling van de collectieve arbeidsovereenkomst. Ten aanzien van het vraagstuk in 't alge meen wil spr. zich eerst eens beraden. Een geheel apart kinderrecht, zooals d heer v. d Heide wil, acht spr. niet moge lijk. Bij herziening van het kinderrecht zou men zich niet tot een technische kunnen bepalen, maar zou men onvermijdelijk ook tot een materieele herziening vervallen. De minister breekt zijn rede af. De vergadering wordt geschorst tot des avonds. AVONDVERGADERING Luchtvaartdienst Aan de orde is het wetsontwerp houdende wijziging van de Waterstaatsbegrooting 1929 (Kosten instelling luchtvaartdienst) De heer VAN DIJK (A.R.) constateert, dat de bedoeling van dit onderwerp voor namelijk is, het bureau Luchtvaart om te zetten in een Luchtvaartdienst. Hij acht deze zaak weinig organisatorisch doordacht. Er wordt thans niets anders gedaan dan het geven van een anderen naam met andere titels Spr. zou den minister in overweging willen geven het voorstel terug te nemen en het geheele vraagstuk van de bestudee ring van de Luchtvaart in onderzoek te ne men, ten einde te zijner tüd met een afge rond het geheel omvattend voorstel te ko men. De heer VAN DER BILT (V.É.) meent evenals de heer Van Dijk, dat in het onderhavige voorstel te weinig is opgeno men, dat de omzetting wettigt. Deze dienst beheerscht zoo goed als niets; wat than' verlangd wordt zal veel meer geld gaan kos ten, doch het is aan twijfel onderhevig of het wel wenschelijk is, een dienst in te stel len. die misschien remmend zal werken op hetgeen zich in de vrije maatschappij ont wikkelt op luchtvaartgebied. Groote bewondering heeft spr voor het geen de Rijksstudiedienst voor de Lucht vaart totnutoe heeft gepresteerd. Het oor deel van den directeur van dien dienst is echter veeleer dat deze ontlast in plaats van meer belast moet worden. Het wil spr, voorkomen, dat, waar we op het cogenblik nog geen stabielen toestand op luchtvaartgebied hebben, het beter is met de reorganisatie te wachten tot het een en ander op meer klare wijze is te overzien. Wellicht ware het oodeizoek op te dragen aan de nog bestaande staatscommissie in zake luchtvaart. Zij zou dan de geheele kwestie van de luchtvaart-organisatie in haar onderzoek kunnen betrekken. Zij, die gelooven, haasten niet; haast acht spr. in dit opzicht dan ook buitengesloten. De minister van Waterstaat, de heer REYMER, merkt op, dat hü dit voorstel heeft overgenomen van zijn ambtsvoorgan ger. Het verslag van de afdeelingen wekte bij spr. niet den indruk, dat er priucipieele bezwaren tegen dit voorstel zouden zijn. Hij wijst er op dat zoowel de staa scommissie van 1921 als de commissie van 1927 en an dere colleges instemming met het voorstel hebben betuigd en spr. ziet dan ook geen aanleiding om nu zaak weer commisso riaal te maken. Het werk van de afd. Lucht vaart is voor het grootste deel geen depar- tementsarbeid doch buitenwerk, overleg en correspondentie met luchtvaartmaatschap pijen in binnen- en buitenland enz. Spr. geeft vervolgens een overzicht van de verschillende werkzaamheden welke het bu reau Luchtvaart zijn opgedragen en welke zich meer leenen voor een afzonderlijken luchtvaartdienst. De luchtvaart heeft in ons land een groote beteekenis en zij is veelom vattend. Het voorstel dat dan ook een wij dere strekking heeft dan het toekennen van positie- of titelverbetering aan een aantal ambtenaren, brengt geenszins den Rijksstu diedienst in het gedrang en het draagt een positief karakter. Spr. is niet bereid, het voorstel terug te nemen of aan te houden; hij beveelt krachtig de aanneming aan. Het voorstel komt heden, Woensdag in temming. Waterstaatsbegrooting 1930 Aan de orde is hoofdstuk IX der Rijks- begrooting 1930 (Waterstaat). De heer KRIJGER (C.-H.) brengt den minister dank vooor de voorgenomen re organisatie van den Rijkswaterstaat en voor de instelling van een directoraat-generaal. Het slagen van de reorganisatie is voor een zeer groot deel afhankelijk van karakter en persoon van den leider; spr. vertrouwt, dat de thans aangewezen leider de kwaliteiten in zich vereenigt, die voor een juiste func- tiocneering van den Waterstaat noodig zijn. Spr. verheugt zich zeer over diens benoe ming en hij uit de verwachting, dat de verdere reorganisatie van den Waterstaat zal slagen. Verder wijst spr. op de urgentie van ver- keersstatistieken, weik vraagstuk ook de Volkenbond neeft ter hand genomen. De heer VAN DER WAERDEN (S. D. A. P.) verheugt zich, evenals de heer Krij ger, over de instelling van een eenhoofdige leiding van den Rijkswaterstaat. Spr. maakt eenige opmerkingen over de collectieve contracten en haar regeling in de bestekken van 's Rijks Waterstaat. Hij zou gaarne een positief antwoord van den Minister willen hebben op de VTaag, of deze de collectieve contracten wil erkennen. De positie der Waterstaats-ingenieurs ver dient verbetering en hun salarissen zijn niet in overeenstemming met de beteekenis van hun arbeid. Verbaasd heeft het spr., dat nog geen beslissing is genomen inzake het Westfrie- sche kanalenplan. De heer VAN VOORST TOT VOORST (R. K.) brengt de wenschelijkheid van fi- nancieelen steun aan polders ter sprake. Het versterken van rivierdijken, waartoe de polders in veie gevallen verplicht worden door Develen van Gedep. Staten, geschiedt dikwijls voor een groot deel niet zoozeer in 't belang der ingelanden als in dat van han del en verkeer m het algemeen. De inge landen behocren ook meerendeels niet tot de kapitaalkrachtigen; het gaat niet aan, dat de Staat de hierbedoelde kosten uitslui tend laat dragen door die categorie van personen. De heer VAN RAPPARD (V. B.) sluit zich hierbij aan. Voorts behandelt spr. het oponthoud bij veren. Hij constateert, dat de minister geen aanleiding heeft gevonden tot een regeling van den onderlingen afstand van sleeptrei- j nen in de nabijheid van rivierovergangen. Spr, wijst op den hinder, die het landver- i keer daarvan thans ondervindt en oij hoopt, dat alsnog in overleg zal worden ge- j treden met de andere tot de Rijnvaartakte j toegetreden Staten. Als men zoo nu en dan des morgens slechts «en weinig Puroi even tus- schen de nanden wrijft, dan «ordt dit Oij net uitstrijken door dn naren, onmiddellijk daarin opgenomen, en net gevolg niervan Is dal na het kammen Uw naar den geltesisn dag keurig i blijft zitten. advies van de Spoorwegen opgevolgd, dat tegen particuliere autobusdiensten is ge kant. Spr. meent, dat de nadeelen van de spoorwegen denkbeeldig zijn; veeleer voe ren de autobusdiensten passagiers voor net spoorwegverkeer aan. Spr. wil daarmee niet zeggen, dat het autobuswezen ongebreideld n. Goed gemotiveerde adviezen van gewestelijke besturen zullen te allen tijde haar waarde behouden. De heer DUYMAER VAN TWIST (A.R.) wijst op den onhoudbaren toestand van de voeding der veenkoloniale wateren in Zuid oostelijk Groningen. Mede dringt spr. nan op de totstandkoming van een kanaal van Meppel naar Westerbork. De heer SMEENK (A.-R.) betoogt, dat het Rijk niet bij particuliere werkgevers moet achterstaan, waar het geldt de erkenning van collectieve contracten. Hij sluit zich aan bij den aandrang uitgeoefend op de totstand koming van kanalen in Zeeuwsch-Vlaande- ren. De heer VAN BRAAMBEEK (S. D. A. P.) acht het niet juist, dat de vergunningen aan autobusdiensten nog langer worden verleend door Gedep. Staten. Dit dient, na behoorlijke voorlichting, door de Rijksoverheid te ge schieden. Het autobuswezen hier te lande is uiterst versnipperd en dat laat geen behoor lijke verkeersregeling toe. De exploitatie is daartoe te zeer verbrokkeld; behoorlijke aan sluiting aan de treinen wordt aldus mede belemmerd. Dat alles komt omdat alle ver gunningen slechts een kléin stukje weg be treffen, verleend meestal aan kleine onder nemingen. Het einddoel zal moeten zijn. dat spoorwegondernemingen en autobusdiensten in één verband worden gebracht. Spr. her innert hierbij aan het denkbeeld van instel ling van een vervoerraad, welk denkbeeld da minister echter heeft afgewezen. Hij hoopt althans, dat de minister zal medewerken tot verkrijging van meer eenheid. De MINISTER VAN WATERSTAAT zal Donderdagavond zijn antwoordrede houden. De vergadering wordt te 12.25 uur verdaagd tot hedenmiddag één uur, wanneer na ge houden stemmingen wordt voortgegaan met de behandeling der Justitiebegrooting. Regeerings-vertegenwoordijgers Als vertegenwoordigers van de Neder- landsche regeering op de conferentie nopens de maatregelen om het vervoer per spoor van dagbladen en periodieken te verge makkelijken, zijn benoemd: Ir. A. Heldring, directeur van het „Algemeen Handelsblad", de heer A. P. F. Duynstee, hoofdinspecteur der P. T. T. en Ir. W F. H. van Ryckevor- sel, hoofdinspecteur, chef van den goederen dienst van de Ned. Spoorwegen. De conferentie is door den secretaris-ge neraal van den Volkenbond tegen 25 No vember a.s. te Genève bijeengeroepen. Gemeld wordt, dat Sir John de Villiers te Londen benoemd is tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Hij is de schrijver van het bekende boek over Storm van 's-Gravesande, den gou verneur van Essenquebo. Dit boek verscheen in '20. Reeds vroeger had hij over hetzelfde onderwerp lezingen gehouden, o.a. voor H. M. de Koningin. De Minister van Arbeid, Handel en Nij verheid is voornemens zich zooveel mogelijk persoonlijk op de hoogte te stellen van de gelegenheid in de verschillende gemeenten voor afzondering en verpleging van lijders aan besmettelijke ziekten, zulks in verband met een «ventiteele toepassing van art. 18 der besmettelijke ziekten-wet 1923. De Minister zou voor dit doel heden met den Directeur-Generaal van de Volksge zondheid en den Hoofdinspecteur van de Volksgezondheid (bestrijding van besmette lijke ziekten), in Zevenaar bezichtigen de pas-gebouwde afzonderings- en verplegings- inrichtlng in het ziekenhuis. Plechtige opening door Z. D. H. Mgr. A. F, Diepen Nadat in den voormiddag het gebouwen complex voor het nieuwe St. Elisabeths- ziekenhuis te Tilburg was ingezegend en nadat Z. D. H. Mgr. A. F. Diepen, bisschop van 's-Bosch tevens de kapel had geconsa creerd, had gisterenmiddag de officiëele opening plaats. Deze geschiedde door Z. D. H. Mgr. A. F. Diepen. In een vaderlijke toespraak getuigde deze van de hooge beteekenis die een zieken huis heeft voor de geestelijke en tijdelijke nooden van een volk. Mgr. wenschte het bestuur geluk en sprak de hoop uit, dat door samenwerking en edel moedige liefde.dit ziekenhuis een parel zou worden in de kroon der liefdadige werken van Tilburg en van zijn bisdom. Met dezen wensch verklaarde Mgr. het ziekenhuis voor geopend. Nog vele sprekers voerden het woord, terwijl allerlei geschenken werden aange boden. De heer VAN DEN HEUVEL (A. R.) zou den wensch willen uitspreken, dat bij de vele takicen van dienst als post, telefonie, en telegraaf, radio, wegenverbetering, lucht vaart, enz., die reeds zyn aandacht vragen," de eigenlijke Waterstaat, waaraan het de partement zijn naam ontleent, niet zal wor den vergeten. Hij sluit zich aan bij den aandrang uitgeoefend op verbetering der kanalisatie van Westfriesland. De heer VAN DER HEIDE (S.D.A.P.) bepleit den aanleg van een kanaal in Dren the van Meppei over Ruinerwoid en Ruinen naar Westerbork. Dit kanaal zou dienstbaar gemaakt kunnen worden aan de ontwate ring van het gebied der Wolt-Aa en aan systematische ontginning van woeste gron den. Mevrouw VAN ITALLIE—VAN EMBDEN (V. B.) wenscht beveiliging van de voetgan gers op de Rijkswegen; zy dringt aan op den aanleg van voetpaden. Voorts wijst zij op het gevaar van onbewaakte overwegen. De heer BAKKER (C. H.) dringt even eens aan op verbindend-verklaring van col lectieve contracten m 's Ryks bestekken. Wat het autobuswezen betreft, zal geen verbetering worden verkregen indien de ver leening van vergunningen voor autobus diensten alleen aan de Kroon wordt over gelaten. de gewestelijke belangen toch spe len hierbij een groote rol. Huiverig is spr. voor instelling van een nieuwen Raad voor het autobuswezen. De autobusdiensten zullen zich meer moe ten richten naar de spoorwegen, meent spr. De heer LOCKEFEER (R. K.) wenscht totstandkoming van een kanaal Axel-Hulst. De heer DROP (S.D.A.P.) zou in aan sluiting hieraan willen opmerken, dat net vraagstuk van de kanalen in Zeeuwsch- Vlaanderen ook bij de interpellatie-Korten- horst ls- ter sprake gekomen. Er zijn hierbij inderdaad groote economische belangen oe- trokken. Verder dringt spr. aan op opruiming van het weak „De Stier", dat een versperring van het vaarwater bij Den Helder is, welke nu reeds jarenlang wordt ondervonden. De heer HERMANS (R. K.) zou even eens de collectieve contracten erkend willen zien, hetgeen in het belang van alle par tijen zou zijn. Hij betreurt voorts het nlet-doorbetalen van loonen aan arbeiders, werkzaam aan Waterstaatswerken in geval van vertraging door vorst en andere dergelijke oorzaken. Wat het autobuswezen betreft geeft spr. eenige voorbeelden van geweigerde autobus diensten in Limburg. Meermalen wordt net De Wethouder van Publieke Werken te Amsterdam, heeft in de raadsvergadering van gisteravond eenige mededeelingen ge daan over de verbinding van Amsterdam met den Rijn. Bij een bezoek bij den Minister van Wa terstaat heeft hij den sterken indruk ont vangen, dat het in het voornemen van den Minister ligt, spoedig met een oplossing te komen voor de verbinding van Amsterdam met den Rijn. Ook de Burgemeester, die hem vergezelde, is die meening toegedaan. De Minister ziet echter geen kans met succes met voorstellen bij de Kamer te komen zon der dat het planMussert is onderzocht, De Wethouder kon echter mededeelen, dat de aanvankelijke bedoeling om hiervoor een commissie te benoemen, niet doorgaat. Het plan zal onderzocht worden door een paar deskundigen, waartoe vermoedelijk zal be- hooren de ingenieur Ringers, de aanstaande secretaris-generaal van het Departement van. Waterstaat. De Minister van Arbeid, Handel en Nij verheid heeft met verwijzing naar het rond schrijven van zijn ambtsvoorganger van 7 Juni 1928 en in aansluiting op die circulaire, voor zooveel noodig onder de aandacht van de gemeentebesturen gebracht, dat desge- wenscht ook toekenning alleen van voor schot, dus zonder bijdrage, kan worden overwogen ten behoeve van woningverbete ring ten plattelande, waarvoor een bijdrage niet nodig zou zijn. Naar wij vernemen, zou bet in de bedoe- ling liggen van den Burgemeester van Am sterdam. om Vrijdag 29 November de ver kiezing te doen plaats vinden van een wethouder in de vacature, ontstaan door het overlijden van den heer Von Fry tag Drabbe. Een verloving? Gelijk wij dezer dagen me'.doen zal Prinses Juliana binnen enkelen maanden hare stu diën aan de Leidsche Universiteit beëindigen. In de kringen der vrouwelijke studenten te loeiden zooals men weet is de Prinses lid der Vrouwelijke Studentenvereeniging loopt, volgens de „Msb.". nu het hardnekkig gerucht, dat H. K. H. Zich daarna spoedig zal gaan verloven. Een bevestiging van dit gerucht kon het blad niet krijgen. Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi ging van Hoofdstuk V der Staatsbegrootmg voor 1928. Het resultaat der verminderingen en verhoogingen is, dat het enidcijfer wordt verlaagd met f 258.316. Onder meer wordt voorgesteld een ver- hooging met f 11.500 van art. 60, veroor zaakt door de vele werkzaamheden, weike ten gevolge van het groote aantal gevallen van mond- en klauwzeer moesten worden verricht. Daarentegen houdt een verminde ring van art. 164 met f 230.000 verband met een aanzienlijk mindere behoefte aan mond en klauwzeerserum dan waarop aanvankelijk was gerekend. In de Memorie van Antwoord inzake het wetsontwerp tot goedkeuring van de toe treding tot de Hoofdstukken 1, II en IV van de door de Negende Volkenbondsvergade ring op 26 Sept. 1928 vastgestelde algemee ne akte nopens vreedzame regeling van internationale geschillen komt de minister van Buitenlandsche Zaken terug op een in het Voorloopig Verslag (O. bi. 7 Nov.) ge maakte opmerking. Mocht nl, de verdere loop van zaken aantoonen, dat de bezwa ren tegen aanvaarding van Hoofdstuk III te hoog zijn aangeslagen, dan zal steeds de ge legenheid openstaan om krachtens artikel 40 de draagwijdte van de toetreding uit te breiden. Hoofdstuk UI betreft arbitrage bij belan- gengeschiilen. Thans er in geloopen Gistermiddag heeft de Haagsche politie op de Prinsengracht te Amsterdam aange houden een 35-jarigen Amsterdammer, die op heeterdaad betrapt werd bij een poging tot diefstal uit een dameshandtaschje. Hij werd na zijn aanhouding in het bezit gevon den van drie armband-horloges, n.l twee kleine ovale gouden aan zwart zijden band jes en een vermoedelijk van doublé met ra- dium-cijfers en wijzers aan een lederen band. De kapitein gestraft De Raad voor de Scheepvaart heeft uit spraak gedaan inzake het scheef vallen en zinken van het stoomschip „Adonis" in de Middellandsche Zee De Raad is van oordeel dat deze ramp aan verschillende oorzaken is toe te schrijven, doch dat onder deze oorzaken een voorname plaats inneemt de onoordeelkundige bela ding van het schip, waarbij de wettelijke veiligheidsvoorschriften in den wind zijn ge slagen, derhalve een daad van nalatigheid van den kapitein, waardoor hem de aan sprakelijkheid voor deze ramp treft. De Raad beschouwt het vergaan van de „Adonis" als een ramp van zeer bijzondere beteekenis. Dat hier geen menschenlevens te betreuren zijn geweest, is slechts een zeer gunstig toeval. Wanneer de weersom standigheden minder gunstig waren ge weest, zou hoogstwaarschijnlijk geen der op varenden deze ramp hebben overleefd. De kapitein heeft de voorstelling ingang willen doen vinden, dat de oorzaak van deze ramp is terug te voeren tot het defect aan het stuurgerei. Indien achter op de „Ado nis" alles in goede orde ware geweest, zou het defect aan de stuurmachine nooit tot het vergaan van hel schip hebben geleid. Ook de stabiliteit van het schip op zich zelf kan, indien ook daaraan invloed op het ontstaan van de ramp niet zou kunnen worden ontzegd, den kapitein niet discul- peeren". Dat de Raad naar alle omstandigheden van dit geval overwogen te hebben, ten slotte een schorsing voor niet meer dan één maand meent te moeten opleggen, vindt hierin zijn oorzaak, dat de Raad ten volle wil rekening houden met de moeilijke posi tie, waarin de kapitein zich bevindt bij de belading van dergelijke schepen en den grooten spoed waarmede veelal gewerkt moet worden. Ook hier echter is weer ge bleken hoe noodig het is, dat de veiligheid altijd en overal boven alle andere belangen moet gaan. De Geneeskundige Dienst \'s Rotterdam deelt mede, dat in het tijdvak van 12 tot 18 November geen gevallen van variola mi nor of major werden aangegeven. Er zijn thans nog 10 patiënten. Sterfgevallen kwa men niet voor. Op heeterdaad betrapt In den afgeloopen nacht, omstreeks half drie, werd een bewoner van de Sint An- thonie-laan te Arnhem gewekt door zijn vrouw, die beweerde, dat het licht in het sousterrain aan was. De man, die ging kij ken, vond de deur open staan. De vrouw begaf zich naar de tusschenkamer om te kijken of daar mogelijk iets ontvreemd was. Zij vermiste niets, doch toen zij zich om keerde, zag zij in een hoek der tusschenka mer een haar onbekenden man staan, die, toen hij zag, dat de vrouw een vaas van de tafel greep, tegen haar zeide: „Gooi maar niet juffrouw, ik zal u niets doen". Begrijpelijkerwijze was de vrouw hevig geschrokken. Met haar echtgenoot, die on middellijk ter hulp snelde, slaagde zij er in den man vast te grijpen. De vrouw wilde zich daarop naar de politie begeven, doch toen zij de deur opende, zag de indringer kans te ontsnappen. De later gewaarschuwde politie kon de vluchteling achterhalen. De man had een paar schoenen en een pet achtergelaten. Ook bij een tweeden bewoner van de Sint Anthonielaan bleek ongewenscht bezoek te zijn geweest. Ook hier vond men de deur van het sousterrain geopend. Oude j'uffrouw dood gevonden Gistermorgen om elf uur is de 67-jarige mejuffrouw Van Tos, wonende op nr 67 in de Hofjes van Belois te Schiedam, dood in haar woning gevonden. De buren, die een sterke gaslucht ontdekten, zijn de woning binnengegaan en vonden de oude juffrouw dood op den grond liggen. Een medicus con stateerde den dood door gasverstikking. Afsluiting van de grens Nadat enkele weken de Zigeunerbende in Noord-België kalm was gebleven, pogen thans de Belgische gendarmen hen weer over de Nederlandsche grens te drijven. Zoo poogde gisteren een groote groep on der Zundert de grens te overschrijden. Dit werd door de Nederlandsche marechaus sees verhinderd. In verband hiermede is thans het afzetten van de geheele grensstrook van Tilburg tot Zeeland gelast. Deze bewaking geschiedt door marechaussee, Rijksveldwacht en Ge meentepolitie uit de verschillende gemeen ten, alsmede door een detachement van dn militaire politie. Te Haaksbergen is uit een drinkwater put achter zijn kosthuis aan den Eibergschea weg het lijk opgehaald van den ongeveer 40-jarigen ongehuwden fabrieksarbeider J. H. Bolster. Daar de overledene veel mis bruik maakte van sterken drank, is de mo gelijkheid niet uitgesloten, dat hij in bene velden toestand in den put is gestapt. De beer J. Hofman, wonende te Maas sluis, is in zee op het s.s. „Stad Vlaardis- gen" over boord geslagen en verdronken. Naar wij vernemen, is dr. A. Philips, di recteur der Philips' Fabrieken te Eindho ven, benoemd tot Groot-Officier in de Ordo van „Merito Industrial" van Portugal. Het bekende gebouw op het Damrak te Amsterdam, waartoe de Beurspassage be hoort en waar vroeger in hoofdzaak de Al gemeene Maatschappij van Levensverzeke ring was gevestigd, zal van bestemming ver anderen. De Naaml. Venn. Algemeene Con- fectiehandel C. en A. Brenninkmeyer heeft van de Naaml. Venn, tot Exploitatie van Onroerende Zaken met 1 Mei ajs. de volledige beschikking gekregen over het complex, dat zich uitstrekt tusschen Nieuwendyk en Damrak. Het groote gebouw zal in een modepaleis veranderd worden. De verbou wing is in handen van den architect D. Sickler. die met den Stichter van het ge bouw, den architect Berlage, overeenstem- min? heeft verier eg en. Zoo zullen de muur* schilderingen van de hand van den schil der Derkinderen gespaard blijven. De firma Brenninkmeyer heeft met dit gebouw ver kregen, waar zy jaren lang naar gezocht heeft. Jaren geleden zijn reeds pogingen aange wend om op het Midden-Damterrein beslag te leggen. Thans heeft zy met dit gebouw een oppervlakte van ongeveer 2000 vierkante Meter gekregen. Het ligt in de bedoeling om de evenzyde van de Beurspassage voor loopig' intact te laten. Zooals men weet, zyn reeds de kantaren der firma m het gebouw gevestigd. De dameszaak, die thans gevestigd is in het gebouw „Keizershof", zal naar dit ge bouw worden overgebracht. De heerenzaak, ook op den Nieuwendyk gevestigd, verhuist dan naar het gebouw „Keizershof". Met Mei zal begonnen worden met de verbouwing, die men nog in het loopende jaar tot een goed einde hoopt te brengen. LEENING VAN BRUSSEL 1905 Trekking van 15 November 1929. S. 100790 n. 20'betaalbaar met fr. 10.000 S. 122705 n. 3 met fr. 2500 S. 136792 n. 24 met fr. 1000 S. 133600 n. 13 met fr. 500 S. x27974 n. 1 met 500. Betaalbaar met fr. 150 S. 37100 n. 4, S. 115480 n. 25, S. 126370 n. 2, S. 97010 n. 10, S. 148027 n. 16. S. 11541X n. 19. S. 106694 n. 2, S. 99326 n. 8, S. 125137 a. 12» S. i 2281 n. 15, S. 149310 20, S. 2335811. 16. S. 64781 n. 13, S. 34377 n. 20, S. 116315 n. 17, S. 170 n. 7, S. 19723 n. 12, S. 166811 n. 14, S. 1x9671 n. 11. S. 15285 n. 5. De voorzitter van het Centraal-Stembureau te Amsterdam, heeft wegens het overlijden van den heer J. H. A. L. von Frytag Drabbe in diens plaats tot lid van den Gemeente raad benoemd verklaard den heer J. Gott- schalk. Het Nederlandsche Paviljoen In opdracht van het uitvoerend comité voor de Nederlandsche deelneming aan de Wereldtentoonstelling van Koloniën, Zee vaart en Vlaamsche Kunst te Antwerpen 1930, heeft de bekende architect H. Th. Wijdeveld te Amsterdam het Nederlandsche paviljoen ontworpen. De lengte ervan is pl.m. 240 M. bij eeri gemiddelde breedte van 25 en 40 M. De hoogte is gemiddeld 12 k 14 M. Wegens de groote lengte wordt een der tentoonstellings boulevards overbouwd en zoo zullen dan ont staan tweo doorgangen voor het publiek. 1 *1. - t Kv* - _lt f;- r:-,, TT *i*i il« 55. Verlangend keerden zij nu weder, onze Jan zijn zwaard weer droeg. Hard liepen zy naar de boot toe. 't ging nog niet vlug genoeg. Doch bij de boot gekomen, zagen ze Piero noch Tryn. „Waar," vroegen ze elkaar angstig, „zouden ze gebleven zijn?" 56. O, welk 'n schrik, wat moesten ze ontwaren, Piero noch TriJn waren in de boot, ze zochten tevergeefs naar alle kanten, hun schrik en ontsteltenis waren greot. „Waar zouden ze zyn," dacht de Lange p-.inzend rondkykend over t stille strand. Toen begreep hij, het waren de wilden. Hun voet stappen zag hij in 't strand.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1929 | | pagina 10