Binnenlandsch Nieuws
Gemengd Nieuws
N euwe Haariemsche Courant
UIT DE POPPENKAST
KLAASSEN EN TRIJNTJE
DERDE BLAD
WOENSDAG 20 NOVEMBER 1929
BLADZIJDE 2
AAN ONZE LEZERS
Tweede Kamer
Vervoer van Dagbladen
Onderscheiding voor
Sir John de Villiers
De afzonderlijke verpleging
van lijders aan besmettelijke
ziekten
Het St. Elisabeth's Ziekenhuis
te Tilburg
Amsterdam-Rijnverbinding
Verbetering van woningen
ten plattelande
Amsterdamsche
W ethoudersverkiezing
Prinses Juliana
Binnenl. Zaken en Landbouw
De Volkenbond
Spoort al Uw kennissen aan
hun vraag- en aanbod-adver
tenties te plaatsen in onze eigen
Een liefhebber van horloges
Het vergaan van de „Adonis'
De alastrim te Rotterdam
„Gooi maar niet, juffrouw"
Gasverstikking te Schiedam
De Zigeunerplaag
Door den drank beneveld?
Overboord geslagen en
verdronken
HANDEL EN NIJVERHEID
Onderscheiding
Een nieuw modepaleis
te Amsterdam
UITLOTINGEN
Nieuw raadslid te Amsterdam
De wereldtentoonstelling
te Antwerpen
-
'«Mh«Pr-wU y
k ;i J§
Zitting van Dinsdag 19 November
Voorzitter mr. R. J. H. van Schaik
Bi) de regeling van de werkzaamheden,
wordt besloten Vrijdagochtend in de afdee-
lingen de begrooting van het Wegenfonds te
onderzoeken.
Op een vraag van den heer WIJNKOOï
(Comm.) deelt de voorzitter mede dat de
heer De Visser in zooverre hersteld is dat
hij wellicht de volgende week zijn interpel
latie zal kunnen houden.
Voortgezet worden de algemeene beschou
wingen over de
Justitie-begrooting
De heer SANNES (S.D.A.P.) bespreekt de
leekenrechtspraak en wenscht dat nu aan
gepakt te zien omdat men leeft in een over
gangstijd waarin tal van staatsfuncties wor
den overgebracht naar organisaties uit he.
bedrijf voortgekomen.
De heer DUYS (S.DA..P.) dringt aan op n
betere organisatie voor de opsporing van
misdrijven. Wie ziet, wat in de moordzaak
Lans te Rotterdam is gebeurd, vraagt zich
af, hoe het mogelijk is, dat in Nederland
nog misdrijven ontdekt worden? Inzake de
preventieve hechtenis wordt de nieuwe wet
van strafrecht op zij gezet. Spr. verzoekt in
dezen een krachtig ingrijpen van den mi-
Bister
De 'heer RUTGERS VAN ROZENBURG
(CH.) dringt er op aan de kwestie van het
monopolie inzake het muziekauteursrecht in
Nederland te houden.
Mej GROENEWEG (S.D.A.P.) wenscht
aan de vrouw beschikking te geven over
haar eigen inkomsten en in sommige geval
len ook over een deel der inkomsten van den
man. j
De heer BEUMER (A.R.) klaagt over de
ongepaste concurrentie van het Fransche
bureau inzake muziekauteursrecht.
Inzake nationaliteitskwestie vindt spr. dat
deze bij huwelijk moet blijven zooals die is.
Met betrekking tot de wijziging van het
huwelijksrecht hoopt hij dat de minister niet
met een feministisch ontwerp zal komen.
De heer WIJNKOOP (Comm.) betoogt,
dat de huwelijkswetgeving in Rusland in
geen enkel opzicht de zedelijkheid onder
mijnd heeft.
De betoogen in deze Kamer en m het
voorloopig verslag over de onzedelijkheid kan
spr. geenszins onderschrijven. De heeren v.
Wijnbergen en Zandt lijden aan fantas
tische voorstellingen.
De wetten die thans bestaan op het ge
bied der zedelijkheid worden misbruikt om
de vrije uiting en de cultuur van de massa
tegen te gaan.
Spr. moet zich ernstig verzetten tegen de
neiging om publicatie van bepaalde docu
menten tegen te gaan.
Ten slotte dient spr. een motie in vragende
intrekking onverwijld van de stakingswet-
ten 1903. De motie wordt tegelijkertijd be
handeld.
Mej. KATZ (C.H. houdt ook beschouwin
gen over het huwelijk. Zij meent dat de man
hoofd van het gezin moet blijven, doch dat
overleg met de vrouw noodzakelijk is.
De heer VLIEGEN (S.D.A.P.) komt op te
gen de voorstelling als zou ons land zoo ze-
delcos zijn, dat alles moreel op losse schroe
ven staat. We leven niet in een tijd van de
cadentie. maar van opleving.
Aan de hand van statistieken, zet spr. uit
een, dat wij een zeer sterke daling van de
criminaliteit zien. Men hoort wel veel van
zedenmisdrijven, doch de zedenwetten da
teeren van 1911, zoodat meer aan *t licht
komt dan vroeger.
Met den modernen geest heeft dit echter
niets te maken.
Wat de doodstraf aangaat betoogt spr.
dat deze niet den minsten invloed heeft op
de criminaliteit, hetgeen blijkt in de lan
den waar de doodstraf nog bestaat.
Trotski is een ziekelijke banneling, die
hier niets anders zoekt dan verzorging. De
weigering om hem toe te laten in ons land
acht spr. ongemotiveerd.
De minister aan het woord
De MINISTER VAN JUSTITIE, Mr. DON-
NER, zal eenigen tijd noodig hebben om de
20 sprekers te beantwoorden.
Den heer Drop antwoordt spr., dat een
algemeene regeling voor de hoofdarbeiders
moeilijk is, omdat niet aan te geven is wie
precies hoofdarbeider zijn. Daarom zal hjj
zich beperken tot een voorziening ten be
hoeve van handelsreizigers en handelsagen
ten. Het vraagstuk van de vergoeding we
gens mljnschade wordt nog eens bekeken
met den minister van Waterstaat.
De wet op de naamlooze vennootschappen
moet in de praktijk eerst doorwerken. Wan
neer er d3n bezwaren vaststaan, dan zal
spreker zijn aandacht daaraan zeker schen
ken.
Inzake de regeling der positie van het na
tuurlijke kind moet men zeer voorzichtig
zijn. Men mag niet eenzijdig zien naar 't
kind, maar men moet goed in 't oog hou
den de hoogheid van het huwelijk.
Het gemakkelijker incasseeren van kleine
vorderingen is in onderzoek.
De leekenrechtspraak komt ook weer aan
de orde bij de publiekrechtelijke regeling
van de collectieve arbeidsovereenkomst.
Ten aanzien van het vraagstuk in 't alge
meen wil spr. zich eerst eens beraden.
Een geheel apart kinderrecht, zooals d
heer v. d Heide wil, acht spr. niet moge
lijk. Bij herziening van het kinderrecht zou
men zich niet tot een technische kunnen
bepalen, maar zou men onvermijdelijk ook
tot een materieele herziening vervallen.
De minister breekt zijn rede af.
De vergadering wordt geschorst tot des
avonds.
AVONDVERGADERING
Luchtvaartdienst
Aan de orde is het wetsontwerp houdende
wijziging van de Waterstaatsbegrooting 1929
(Kosten instelling luchtvaartdienst)
De heer VAN DIJK (A.R.) constateert,
dat de bedoeling van dit onderwerp voor
namelijk is, het bureau Luchtvaart om te
zetten in een Luchtvaartdienst. Hij acht
deze zaak weinig organisatorisch doordacht.
Er wordt thans niets anders gedaan dan het
geven van een anderen naam met andere
titels Spr. zou den minister in overweging
willen geven het voorstel terug te nemen
en het geheele vraagstuk van de bestudee
ring van de Luchtvaart in onderzoek te ne
men, ten einde te zijner tüd met een afge
rond het geheel omvattend voorstel te ko
men.
De heer VAN DER BILT (V.É.) meent
evenals de heer Van Dijk, dat in het
onderhavige voorstel te weinig is opgeno
men, dat de omzetting wettigt. Deze dienst
beheerscht zoo goed als niets; wat than'
verlangd wordt zal veel meer geld gaan kos
ten, doch het is aan twijfel onderhevig of
het wel wenschelijk is, een dienst in te stel
len. die misschien remmend zal werken op
hetgeen zich in de vrije maatschappij ont
wikkelt op luchtvaartgebied.
Groote bewondering heeft spr voor het
geen de Rijksstudiedienst voor de Lucht
vaart totnutoe heeft gepresteerd. Het oor
deel van den directeur van dien dienst is
echter veeleer dat deze ontlast in plaats van
meer belast moet worden.
Het wil spr, voorkomen, dat, waar we op
het cogenblik nog geen stabielen toestand op
luchtvaartgebied hebben, het beter is met
de reorganisatie te wachten tot het een en
ander op meer klare wijze is te overzien.
Wellicht ware het oodeizoek op te dragen
aan de nog bestaande staatscommissie in
zake luchtvaart. Zij zou dan de geheele
kwestie van de luchtvaart-organisatie in
haar onderzoek kunnen betrekken. Zij, die
gelooven, haasten niet; haast acht spr. in
dit opzicht dan ook buitengesloten.
De minister van Waterstaat, de heer
REYMER, merkt op, dat hü dit voorstel
heeft overgenomen van zijn ambtsvoorgan
ger. Het verslag van de afdeelingen wekte
bij spr. niet den indruk, dat er priucipieele
bezwaren tegen dit voorstel zouden zijn. Hij
wijst er op dat zoowel de staa scommissie
van 1921 als de commissie van 1927 en an
dere colleges instemming met het voorstel
hebben betuigd en spr. ziet dan ook geen
aanleiding om nu zaak weer commisso
riaal te maken. Het werk van de afd. Lucht
vaart is voor het grootste deel geen depar-
tementsarbeid doch buitenwerk, overleg en
correspondentie met luchtvaartmaatschap
pijen in binnen- en buitenland enz.
Spr. geeft vervolgens een overzicht van de
verschillende werkzaamheden welke het bu
reau Luchtvaart zijn opgedragen en welke
zich meer leenen voor een afzonderlijken
luchtvaartdienst. De luchtvaart heeft in ons
land een groote beteekenis en zij is veelom
vattend. Het voorstel dat dan ook een wij
dere strekking heeft dan het toekennen van
positie- of titelverbetering aan een aantal
ambtenaren, brengt geenszins den Rijksstu
diedienst in het gedrang en het draagt een
positief karakter. Spr. is niet bereid, het
voorstel terug te nemen of aan te houden;
hij beveelt krachtig de aanneming aan.
Het voorstel komt heden, Woensdag in
temming.
Waterstaatsbegrooting 1930
Aan de orde is hoofdstuk IX der Rijks-
begrooting 1930 (Waterstaat).
De heer KRIJGER (C.-H.) brengt den
minister dank vooor de voorgenomen re
organisatie van den Rijkswaterstaat en voor
de instelling van een directoraat-generaal.
Het slagen van de reorganisatie is voor een
zeer groot deel afhankelijk van karakter en
persoon van den leider; spr. vertrouwt, dat
de thans aangewezen leider de kwaliteiten
in zich vereenigt, die voor een juiste func-
tiocneering van den Waterstaat noodig zijn.
Spr. verheugt zich zeer over diens benoe
ming en hij uit de verwachting, dat de
verdere reorganisatie van den Waterstaat
zal slagen.
Verder wijst spr. op de urgentie van ver-
keersstatistieken, weik vraagstuk ook de
Volkenbond neeft ter hand genomen.
De heer VAN DER WAERDEN (S. D.
A. P.) verheugt zich, evenals de heer Krij
ger, over de instelling van een eenhoofdige
leiding van den Rijkswaterstaat.
Spr. maakt eenige opmerkingen over de
collectieve contracten en haar regeling in
de bestekken van 's Rijks Waterstaat. Hij
zou gaarne een positief antwoord van den
Minister willen hebben op de VTaag, of deze
de collectieve contracten wil erkennen.
De positie der Waterstaats-ingenieurs ver
dient verbetering en hun salarissen zijn
niet in overeenstemming met de beteekenis
van hun arbeid.
Verbaasd heeft het spr., dat nog geen
beslissing is genomen inzake het Westfrie-
sche kanalenplan.
De heer VAN VOORST TOT VOORST
(R. K.) brengt de wenschelijkheid van fi-
nancieelen steun aan polders ter sprake.
Het versterken van rivierdijken, waartoe
de polders in veie gevallen verplicht worden
door Develen van Gedep. Staten, geschiedt
dikwijls voor een groot deel niet zoozeer in
't belang der ingelanden als in dat van han
del en verkeer m het algemeen. De inge
landen behocren ook meerendeels niet tot
de kapitaalkrachtigen; het gaat niet aan,
dat de Staat de hierbedoelde kosten uitslui
tend laat dragen door die categorie van
personen.
De heer VAN RAPPARD (V. B.) sluit
zich hierbij aan.
Voorts behandelt spr. het oponthoud bij
veren. Hij constateert, dat de minister geen
aanleiding heeft gevonden tot een regeling
van den onderlingen afstand van sleeptrei- j
nen in de nabijheid van rivierovergangen.
Spr, wijst op den hinder, die het landver- i
keer daarvan thans ondervindt en oij
hoopt, dat alsnog in overleg zal worden ge- j
treden met de andere tot de Rijnvaartakte j
toegetreden Staten.
Als men zoo nu en dan des morgens
slechts «en weinig Puroi even tus-
schen de nanden wrijft, dan «ordt dit Oij net
uitstrijken door dn naren, onmiddellijk daarin
opgenomen, en net gevolg niervan Is dal na
het kammen Uw naar den geltesisn dag keurig
i blijft zitten.
advies van de Spoorwegen opgevolgd, dat
tegen particuliere autobusdiensten is ge
kant. Spr. meent, dat de nadeelen van de
spoorwegen denkbeeldig zijn; veeleer voe
ren de autobusdiensten passagiers voor net
spoorwegverkeer aan. Spr. wil daarmee niet
zeggen, dat het autobuswezen ongebreideld
n. Goed gemotiveerde adviezen van
gewestelijke besturen zullen te allen tijde
haar waarde behouden.
De heer DUYMAER VAN TWIST (A.R.)
wijst op den onhoudbaren toestand van de
voeding der veenkoloniale wateren in Zuid
oostelijk Groningen. Mede dringt spr. nan
op de totstandkoming van een kanaal van
Meppel naar Westerbork.
De heer SMEENK (A.-R.) betoogt, dat het
Rijk niet bij particuliere werkgevers moet
achterstaan, waar het geldt de erkenning
van collectieve contracten. Hij sluit zich aan
bij den aandrang uitgeoefend op de totstand
koming van kanalen in Zeeuwsch-Vlaande-
ren.
De heer VAN BRAAMBEEK (S. D. A. P.)
acht het niet juist, dat de vergunningen aan
autobusdiensten nog langer worden verleend
door Gedep. Staten. Dit dient, na behoorlijke
voorlichting, door de Rijksoverheid te ge
schieden. Het autobuswezen hier te lande is
uiterst versnipperd en dat laat geen behoor
lijke verkeersregeling toe. De exploitatie is
daartoe te zeer verbrokkeld; behoorlijke aan
sluiting aan de treinen wordt aldus mede
belemmerd. Dat alles komt omdat alle ver
gunningen slechts een kléin stukje weg be
treffen, verleend meestal aan kleine onder
nemingen. Het einddoel zal moeten zijn. dat
spoorwegondernemingen en autobusdiensten
in één verband worden gebracht. Spr. her
innert hierbij aan het denkbeeld van instel
ling van een vervoerraad, welk denkbeeld da
minister echter heeft afgewezen. Hij hoopt
althans, dat de minister zal medewerken tot
verkrijging van meer eenheid.
De MINISTER VAN WATERSTAAT zal
Donderdagavond zijn antwoordrede houden.
De vergadering wordt te 12.25 uur verdaagd
tot hedenmiddag één uur, wanneer na ge
houden stemmingen wordt voortgegaan met
de behandeling der Justitiebegrooting.
Regeerings-vertegenwoordijgers
Als vertegenwoordigers van de Neder-
landsche regeering op de conferentie nopens
de maatregelen om het vervoer per spoor
van dagbladen en periodieken te verge
makkelijken, zijn benoemd: Ir. A. Heldring,
directeur van het „Algemeen Handelsblad",
de heer A. P. F. Duynstee, hoofdinspecteur
der P. T. T. en Ir. W F. H. van Ryckevor-
sel, hoofdinspecteur, chef van den goederen
dienst van de Ned. Spoorwegen.
De conferentie is door den secretaris-ge
neraal van den Volkenbond tegen 25 No
vember a.s. te Genève bijeengeroepen.
Gemeld wordt, dat Sir John de Villiers
te Londen benoemd is tot ridder in de Orde
van Oranje-Nassau.
Hij is de schrijver van het bekende boek
over Storm van 's-Gravesande, den gou
verneur van Essenquebo.
Dit boek verscheen in '20. Reeds vroeger
had hij over hetzelfde onderwerp lezingen
gehouden, o.a. voor H. M. de Koningin.
De Minister van Arbeid, Handel en Nij
verheid is voornemens zich zooveel mogelijk
persoonlijk op de hoogte te stellen van de
gelegenheid in de verschillende gemeenten
voor afzondering en verpleging van lijders
aan besmettelijke ziekten, zulks in verband
met een «ventiteele toepassing van art. 18
der besmettelijke ziekten-wet 1923.
De Minister zou voor dit doel heden met
den Directeur-Generaal van de Volksge
zondheid en den Hoofdinspecteur van de
Volksgezondheid (bestrijding van besmette
lijke ziekten), in Zevenaar bezichtigen de
pas-gebouwde afzonderings- en verplegings-
inrichtlng in het ziekenhuis.
Plechtige opening
door Z. D. H. Mgr. A. F, Diepen
Nadat in den voormiddag het gebouwen
complex voor het nieuwe St. Elisabeths-
ziekenhuis te Tilburg was ingezegend en
nadat Z. D. H. Mgr. A. F. Diepen, bisschop
van 's-Bosch tevens de kapel had geconsa
creerd, had gisterenmiddag de officiëele
opening plaats.
Deze geschiedde door Z. D. H. Mgr. A. F.
Diepen.
In een vaderlijke toespraak getuigde deze
van de hooge beteekenis die een zieken
huis heeft voor de geestelijke en tijdelijke
nooden van een volk.
Mgr. wenschte het bestuur geluk en sprak
de hoop uit, dat door samenwerking en edel
moedige liefde.dit ziekenhuis een parel zou
worden in de kroon der liefdadige werken
van Tilburg en van zijn bisdom.
Met dezen wensch verklaarde Mgr. het
ziekenhuis voor geopend.
Nog vele sprekers voerden het woord,
terwijl allerlei geschenken werden aange
boden.
De heer VAN DEN HEUVEL (A. R.) zou
den wensch willen uitspreken, dat bij de
vele takicen van dienst als post, telefonie,
en telegraaf, radio, wegenverbetering, lucht
vaart, enz., die reeds zyn aandacht vragen,"
de eigenlijke Waterstaat, waaraan het de
partement zijn naam ontleent, niet zal wor
den vergeten. Hij sluit zich aan bij den
aandrang uitgeoefend op verbetering der
kanalisatie van Westfriesland.
De heer VAN DER HEIDE (S.D.A.P.)
bepleit den aanleg van een kanaal in Dren
the van Meppei over Ruinerwoid en Ruinen
naar Westerbork. Dit kanaal zou dienstbaar
gemaakt kunnen worden aan de ontwate
ring van het gebied der Wolt-Aa en aan
systematische ontginning van woeste gron
den.
Mevrouw VAN ITALLIE—VAN EMBDEN
(V. B.) wenscht beveiliging van de voetgan
gers op de Rijkswegen; zy dringt aan op
den aanleg van voetpaden. Voorts wijst zij
op het gevaar van onbewaakte overwegen.
De heer BAKKER (C. H.) dringt even
eens aan op verbindend-verklaring van col
lectieve contracten m 's Ryks bestekken.
Wat het autobuswezen betreft, zal geen
verbetering worden verkregen indien de ver
leening van vergunningen voor autobus
diensten alleen aan de Kroon wordt over
gelaten. de gewestelijke belangen toch spe
len hierbij een groote rol. Huiverig is spr.
voor instelling van een nieuwen Raad voor
het autobuswezen.
De autobusdiensten zullen zich meer moe
ten richten naar de spoorwegen, meent spr.
De heer LOCKEFEER (R. K.) wenscht
totstandkoming van een kanaal Axel-Hulst.
De heer DROP (S.D.A.P.) zou in aan
sluiting hieraan willen opmerken, dat net
vraagstuk van de kanalen in Zeeuwsch-
Vlaanderen ook bij de interpellatie-Korten-
horst ls- ter sprake gekomen. Er zijn hierbij
inderdaad groote economische belangen oe-
trokken.
Verder dringt spr. aan op opruiming van
het weak „De Stier", dat een versperring
van het vaarwater bij Den Helder is, welke
nu reeds jarenlang wordt ondervonden.
De heer HERMANS (R. K.) zou even
eens de collectieve contracten erkend willen
zien, hetgeen in het belang van alle par
tijen zou zijn.
Hij betreurt voorts het nlet-doorbetalen
van loonen aan arbeiders, werkzaam aan
Waterstaatswerken in geval van vertraging
door vorst en andere dergelijke oorzaken.
Wat het autobuswezen betreft geeft spr.
eenige voorbeelden van geweigerde autobus
diensten in Limburg. Meermalen wordt net
De Wethouder van Publieke Werken te
Amsterdam, heeft in de raadsvergadering
van gisteravond eenige mededeelingen ge
daan over de verbinding van Amsterdam
met den Rijn.
Bij een bezoek bij den Minister van Wa
terstaat heeft hij den sterken indruk ont
vangen, dat het in het voornemen van den
Minister ligt, spoedig met een oplossing te
komen voor de verbinding van Amsterdam
met den Rijn. Ook de Burgemeester, die hem
vergezelde, is die meening toegedaan. De
Minister ziet echter geen kans met succes
met voorstellen bij de Kamer te komen zon
der dat het planMussert is onderzocht,
De Wethouder kon echter mededeelen, dat
de aanvankelijke bedoeling om hiervoor een
commissie te benoemen, niet doorgaat. Het
plan zal onderzocht worden door een paar
deskundigen, waartoe vermoedelijk zal be-
hooren de ingenieur Ringers, de aanstaande
secretaris-generaal van het Departement
van. Waterstaat.
De Minister van Arbeid, Handel en Nij
verheid heeft met verwijzing naar het rond
schrijven van zijn ambtsvoorganger van 7
Juni 1928 en in aansluiting op die circulaire,
voor zooveel noodig onder de aandacht van
de gemeentebesturen gebracht, dat desge-
wenscht ook toekenning alleen van voor
schot, dus zonder bijdrage, kan worden
overwogen ten behoeve van woningverbete
ring ten plattelande, waarvoor een bijdrage
niet nodig zou zijn.
Naar wij vernemen, zou bet in de bedoe-
ling liggen van den Burgemeester van Am
sterdam. om Vrijdag 29 November de ver
kiezing te doen plaats vinden van een
wethouder in de vacature, ontstaan door het
overlijden van den heer Von Fry tag Drabbe.
Een verloving?
Gelijk wij dezer dagen me'.doen zal Prinses
Juliana binnen enkelen maanden hare stu
diën aan de Leidsche Universiteit beëindigen.
In de kringen der vrouwelijke studenten
te loeiden zooals men weet is de Prinses
lid der Vrouwelijke Studentenvereeniging
loopt, volgens de „Msb.". nu het hardnekkig
gerucht, dat H. K. H. Zich daarna spoedig
zal gaan verloven. Een bevestiging van dit
gerucht kon het blad niet krijgen.
Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi
ging van Hoofdstuk V der Staatsbegrootmg
voor 1928. Het resultaat der verminderingen
en verhoogingen is, dat het enidcijfer wordt
verlaagd met f 258.316.
Onder meer wordt voorgesteld een ver-
hooging met f 11.500 van art. 60, veroor
zaakt door de vele werkzaamheden, weike
ten gevolge van het groote aantal gevallen
van mond- en klauwzeer moesten worden
verricht. Daarentegen houdt een verminde
ring van art. 164 met f 230.000 verband met
een aanzienlijk mindere behoefte aan mond
en klauwzeerserum dan waarop aanvankelijk
was gerekend.
In de Memorie van Antwoord inzake het
wetsontwerp tot goedkeuring van de toe
treding tot de Hoofdstukken 1, II en IV van
de door de Negende Volkenbondsvergade
ring op 26 Sept. 1928 vastgestelde algemee
ne akte nopens vreedzame regeling van
internationale geschillen komt de minister
van Buitenlandsche Zaken terug op een in
het Voorloopig Verslag (O. bi. 7 Nov.) ge
maakte opmerking. Mocht nl, de verdere
loop van zaken aantoonen, dat de bezwa
ren tegen aanvaarding van Hoofdstuk III te
hoog zijn aangeslagen, dan zal steeds de ge
legenheid openstaan om krachtens artikel
40 de draagwijdte van de toetreding uit te
breiden.
Hoofdstuk UI betreft arbitrage bij belan-
gengeschiilen.
Thans er in geloopen
Gistermiddag heeft de Haagsche politie
op de Prinsengracht te Amsterdam aange
houden een 35-jarigen Amsterdammer, die
op heeterdaad betrapt werd bij een poging
tot diefstal uit een dameshandtaschje. Hij
werd na zijn aanhouding in het bezit gevon
den van drie armband-horloges, n.l twee
kleine ovale gouden aan zwart zijden band
jes en een vermoedelijk van doublé met ra-
dium-cijfers en wijzers aan een lederen
band.
De kapitein gestraft
De Raad voor de Scheepvaart heeft uit
spraak gedaan inzake het scheef vallen en
zinken van het stoomschip „Adonis" in de
Middellandsche Zee
De Raad is van oordeel dat deze ramp aan
verschillende oorzaken is toe te schrijven,
doch dat onder deze oorzaken een voorname
plaats inneemt de onoordeelkundige bela
ding van het schip, waarbij de wettelijke
veiligheidsvoorschriften in den wind zijn ge
slagen, derhalve een daad van nalatigheid
van den kapitein, waardoor hem de aan
sprakelijkheid voor deze ramp treft.
De Raad beschouwt het vergaan van de
„Adonis" als een ramp van zeer bijzondere
beteekenis. Dat hier geen menschenlevens
te betreuren zijn geweest, is slechts een
zeer gunstig toeval. Wanneer de weersom
standigheden minder gunstig waren ge
weest, zou hoogstwaarschijnlijk geen der op
varenden deze ramp hebben overleefd.
De kapitein heeft de voorstelling ingang
willen doen vinden, dat de oorzaak van deze
ramp is terug te voeren tot het defect aan
het stuurgerei. Indien achter op de „Ado
nis" alles in goede orde ware geweest, zou
het defect aan de stuurmachine nooit tot
het vergaan van hel schip hebben geleid.
Ook de stabiliteit van het schip op zich
zelf kan, indien ook daaraan invloed op
het ontstaan van de ramp niet zou kunnen
worden ontzegd, den kapitein niet discul-
peeren".
Dat de Raad naar alle omstandigheden
van dit geval overwogen te hebben, ten
slotte een schorsing voor niet meer dan één
maand meent te moeten opleggen, vindt
hierin zijn oorzaak, dat de Raad ten volle
wil rekening houden met de moeilijke posi
tie, waarin de kapitein zich bevindt bij de
belading van dergelijke schepen en den
grooten spoed waarmede veelal gewerkt
moet worden. Ook hier echter is weer ge
bleken hoe noodig het is, dat de veiligheid
altijd en overal boven alle andere belangen
moet gaan.
De Geneeskundige Dienst \'s Rotterdam
deelt mede, dat in het tijdvak van 12 tot
18 November geen gevallen van variola mi
nor of major werden aangegeven. Er zijn
thans nog 10 patiënten. Sterfgevallen kwa
men niet voor.
Op heeterdaad betrapt
In den afgeloopen nacht, omstreeks half
drie, werd een bewoner van de Sint An-
thonie-laan te Arnhem gewekt door zijn
vrouw, die beweerde, dat het licht in het
sousterrain aan was. De man, die ging kij
ken, vond de deur open staan. De vrouw
begaf zich naar de tusschenkamer om te
kijken of daar mogelijk iets ontvreemd was.
Zij vermiste niets, doch toen zij zich om
keerde, zag zij in een hoek der tusschenka
mer een haar onbekenden man staan, die,
toen hij zag, dat de vrouw een vaas van
de tafel greep, tegen haar zeide: „Gooi
maar niet juffrouw, ik zal u niets doen".
Begrijpelijkerwijze was de vrouw hevig
geschrokken. Met haar echtgenoot, die on
middellijk ter hulp snelde, slaagde zij er in
den man vast te grijpen. De vrouw wilde
zich daarop naar de politie begeven, doch
toen zij de deur opende, zag de indringer
kans te ontsnappen.
De later gewaarschuwde politie kon de
vluchteling achterhalen. De man had een
paar schoenen en een pet achtergelaten.
Ook bij een tweeden bewoner van de Sint
Anthonielaan bleek ongewenscht bezoek te
zijn geweest. Ook hier vond men de deur
van het sousterrain geopend.
Oude j'uffrouw dood gevonden
Gistermorgen om elf uur is de 67-jarige
mejuffrouw Van Tos, wonende op nr 67 in
de Hofjes van Belois te Schiedam, dood in
haar woning gevonden. De buren, die een
sterke gaslucht ontdekten, zijn de woning
binnengegaan en vonden de oude juffrouw
dood op den grond liggen. Een medicus con
stateerde den dood door gasverstikking.
Afsluiting van de grens
Nadat enkele weken de Zigeunerbende
in Noord-België kalm was gebleven, pogen
thans de Belgische gendarmen hen weer
over de Nederlandsche grens te drijven.
Zoo poogde gisteren een groote groep on
der Zundert de grens te overschrijden. Dit
werd door de Nederlandsche marechaus
sees verhinderd.
In verband hiermede is thans het afzetten
van de geheele grensstrook van Tilburg
tot Zeeland gelast. Deze bewaking geschiedt
door marechaussee, Rijksveldwacht en Ge
meentepolitie uit de verschillende gemeen
ten, alsmede door een detachement van dn
militaire politie.
Te Haaksbergen is uit een drinkwater
put achter zijn kosthuis aan den Eibergschea
weg het lijk opgehaald van den ongeveer
40-jarigen ongehuwden fabrieksarbeider J.
H. Bolster. Daar de overledene veel mis
bruik maakte van sterken drank, is de mo
gelijkheid niet uitgesloten, dat hij in bene
velden toestand in den put is gestapt.
De beer J. Hofman, wonende te Maas
sluis, is in zee op het s.s. „Stad Vlaardis-
gen" over boord geslagen en verdronken.
Naar wij vernemen, is dr. A. Philips, di
recteur der Philips' Fabrieken te Eindho
ven, benoemd tot Groot-Officier in de Ordo
van „Merito Industrial" van Portugal.
Het bekende gebouw op het Damrak te
Amsterdam, waartoe de Beurspassage be
hoort en waar vroeger in hoofdzaak de Al
gemeene Maatschappij van Levensverzeke
ring was gevestigd, zal van bestemming ver
anderen. De Naaml. Venn. Algemeene Con-
fectiehandel C. en A. Brenninkmeyer heeft
van de Naaml. Venn, tot Exploitatie van
Onroerende Zaken met 1 Mei ajs. de volledige
beschikking gekregen over het complex, dat
zich uitstrekt tusschen Nieuwendyk en
Damrak. Het groote gebouw zal in een
modepaleis veranderd worden. De verbou
wing is in handen van den architect D.
Sickler. die met den Stichter van het ge
bouw, den architect Berlage, overeenstem-
min? heeft verier eg en. Zoo zullen de muur*
schilderingen van de hand van den schil
der Derkinderen gespaard blijven. De firma
Brenninkmeyer heeft met dit gebouw ver
kregen, waar zy jaren lang naar gezocht
heeft.
Jaren geleden zijn reeds pogingen aange
wend om op het Midden-Damterrein beslag
te leggen. Thans heeft zy met dit gebouw
een oppervlakte van ongeveer 2000 vierkante
Meter gekregen. Het ligt in de bedoeling
om de evenzyde van de Beurspassage voor
loopig' intact te laten.
Zooals men weet, zyn reeds de kantaren
der firma m het gebouw gevestigd.
De dameszaak, die thans gevestigd is in
het gebouw „Keizershof", zal naar dit ge
bouw worden overgebracht. De heerenzaak,
ook op den Nieuwendyk gevestigd, verhuist
dan naar het gebouw „Keizershof". Met Mei
zal begonnen worden met de verbouwing,
die men nog in het loopende jaar tot een
goed einde hoopt te brengen.
LEENING VAN BRUSSEL 1905
Trekking van 15 November 1929.
S. 100790 n. 20'betaalbaar met fr. 10.000
S. 122705 n. 3 met fr. 2500 S. 136792 n. 24
met fr. 1000 S. 133600 n. 13 met fr. 500
S. x27974 n. 1 met 500.
Betaalbaar met fr. 150 S. 37100 n. 4,
S. 115480 n. 25, S. 126370 n. 2, S. 97010 n.
10, S. 148027 n. 16. S. 11541X n. 19. S.
106694 n. 2, S. 99326 n. 8, S. 125137 a. 12»
S. i 2281 n. 15, S. 149310 20, S. 2335811.
16. S. 64781 n. 13, S. 34377 n. 20, S. 116315
n. 17, S. 170 n. 7, S. 19723 n. 12, S. 166811
n. 14, S. 1x9671 n. 11. S. 15285 n. 5.
De voorzitter van het Centraal-Stembureau
te Amsterdam, heeft wegens het overlijden
van den heer J. H. A. L. von Frytag Drabbe
in diens plaats tot lid van den Gemeente
raad benoemd verklaard den heer J. Gott-
schalk.
Het Nederlandsche Paviljoen
In opdracht van het uitvoerend comité
voor de Nederlandsche deelneming aan de
Wereldtentoonstelling van Koloniën, Zee
vaart en Vlaamsche Kunst te Antwerpen
1930, heeft de bekende architect H. Th.
Wijdeveld te Amsterdam het Nederlandsche
paviljoen ontworpen.
De lengte ervan is pl.m. 240 M. bij eeri
gemiddelde breedte van 25 en 40 M. De
hoogte is gemiddeld 12 k 14 M. Wegens de
groote lengte wordt een der tentoonstellings
boulevards overbouwd en zoo zullen dan ont
staan tweo doorgangen voor het publiek.
1 *1. - t
Kv* - _lt f;-
r:-,, TT
*i*i il«
55. Verlangend keerden zij nu weder, onze Jan zijn zwaard
weer droeg. Hard liepen zy naar de boot toe. 't ging nog
niet vlug genoeg. Doch bij de boot gekomen, zagen ze Piero
noch Tryn. „Waar," vroegen ze elkaar angstig, „zouden ze
gebleven zijn?"
56. O, welk 'n schrik, wat moesten ze ontwaren, Piero noch TriJn
waren in de boot, ze zochten tevergeefs naar alle kanten,
hun schrik en ontsteltenis waren greot. „Waar zouden ze
zyn," dacht de Lange p-.inzend rondkykend over t stille
strand. Toen begreep hij, het waren de wilden. Hun voet
stappen zag hij in 't strand.