Het spoorwegongeluk te Namen WOENSDAG 11 DECEMBER 1929. DE BERUCHTE TOL TE HILLE- GERSBERG, een jarenlange plaag der automobilisten, is gedoemd te verdwijnen en wel met 1 Januari 1930. DE CHEF DER AMSTERDAM- SCHE VERKEERSPOLITIE, hoofdinspecteur C. Bakker, zal 1 Januari a.s. zijn zilveren ambts jubileum berdenken. OP HET STATIONSEMPLACEMENT TE NAMEN (BELGIE) is Dinsdagmorgen vroeg een arbeiderstrein in volle vaart ontspoord. De verwoesting, welke werd aangericht, was ontzettend. Het aantal slachtojfers is groot. Een overzicht van de plaats van de ramp tijdens het opruimingswerk. DE PAUSELIJK NUNTIUS TE MADRID, mgr. Tedeschlnl, die In het aanstaand Consistorie tot kardinaal zal worden benoemd. DE NOORSCHE VIERMASTER „MOGEN KOCH" Is tijdens den storm bij Eastbourne aan den grond geleopen. De bemanning Is door de reddingboot van New- haven behouden aan wal gebracht. Het schip hi de branding. DE GOEDKOOPSTE WIJZE OM AUTO'S TE VERZENDEN meent men in Amerika gevonden te hebben. Bi] honderden tegelijk werden ze op vlotten gebonden en langs de rivieren naar de havensteden gebracht, waar de Oceaanstoomers het werk overnemen. GEREED TER VERDEDIGING? Het zijn twee Engelsche matrozen, zich oefenend In de kunst, om, terwijl het schip vaart, robben in zee te dooden. Deze benadeelen n.l. de vischvangst zeer. KRANIGE REDDING. Tijdens den hevigen storm liep bet kleine Fransche stoomschip ..Canais" uit Trouville bij Penzance aan den grond. De bemanning heeft haar redding te danken aan een moedigen jongeman van 20 iaar uud, Lalty geheeten (inzet) die door de kokende golven naar het schip gezwommen is, om de reddinglijn over te brengen. CMiAtS Z

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1929 | | pagina 8