Brieven uit Frankrijk Buitenlandsch Nieuws FEUILLETON RADIO-OMROEP DE GEHEIMZIN!!!-E WRAAK DERDE BLAD WOENSDAG 18 DECEMBER 1929 BLADZIJDE 1 JDaèboekèeschryf van Jan •r. IET ONDERZOEK IN DE SKLAREKZAAK "4 z-' u zelf even uw hut wijzen, t Is Verkeersmoeilijkheden Op een vergadering van het „Syndicat de la Presse Etrangère" heb ik kennis ge maakt met een Amerikaanschen journalist. Het gesprek kwam op de aanstaande kolo niale tentoonstelling en het feit, dat Enge land ten slotte toch bereid was ie vonden aan deze wereldtentoonstelling mede te doen. „Ik ben benieuwd, zei hij, hoe de ver- keersautoriteiten de geweldige drukte straks zullen regelen, want meer nog dan ooit te voren zal, tijdens die tentoonstelling, Parijs overstroomd worden door bezoekers en. naar ik gehoord heb, veroorzaakt het ver keer thans al reeds heel wat moeilijkheden." „Wat dat betreft, antwoordde ik, zal het in Parils wel niet zoo veel erger zijn dan in de andere wereldsteden. Den laatsten keer. dat ik in Londen was bijvoorbeeld, was het er ook niet bepaald zoo rustig als in een provinciestadje en wat Berlijn betreft, er is een behoorlijke dosis moed toe noodig om daar een straat over te steken. Het is waar, zoo razend druk als het in Parijs is, was het in Londen en Berlijn niet. maar het is bijna vier jaar geleden, dat ik in die steden ben geweest en juist gedurende de laatste drie, vier jaar is het aantal auto's het meest toegenomen. „Ik heb den laatsten tijd veel gereisd, zei de Amerikaan en ik l.en niet alleen de voornaamste steden van Amerika, doch ook die van Europa, maar nergens heb ik zoo lang moeten wachten voordat ik van het eene trottoir op het andere kon komen ais hier en nergens ook zijn taxi's zóó vaak verplicht te stoppen. Maar dat is heel begrijpelijk, ging hij voort, want indien men Parijs vergelijkt met een stad in Duitsc^'ard. of bijvoorbeeld, om van Amerika niet eens te spreken, dan lijkt Parijs eng en ouder- wetsch, of wel: de stad heeft iets dat onver- eenigbaar is met de eischen, die het moderne verkeer stelt." „U wilt toch niet beweren, wierp ik tegen, dat de groote opera, Le Grand Palais en al die andere prachtige gebouwen eng en ouderwets aandoen!" „Natuurlijk niet, antwoordde hij, men Vindt nergens mooiere gebouwen en monu menten dan in Parijs; nergens zijn de vrou wen eleganter en nergens zijn zoo veel ware artisten. Parijs regeert nog steeds opper machtig door zijn traditie, zijn charme en zijn kunst. Maar zoomin de mensch zich met poëzie kan voeden, zoomin kan 'n stad bestaan van charme en van kunst". Toen ik thuis kwam, herinnerde ik me, dat ik eenige dagen geleden in „Paris Soir" een artikel gelezen had over het met den Amerikaan besproken onderwerp. Daar de zaak me interesseerde, sloeg ik er het be wuste artikel op na en las ongeveer het vol gende: „Parijs heeft geen groote huizen genoeg om zijn bewoners te herbergen en niet ge noeg plaats voor t verkeer van zijn a':o's. Maar niets is eenvoudiger dan deze dubbele moeilijkheid op te lossen. Wij moeten be sluiten Parijs „uit te breiden" '"menter) zoowel naar boven als naar beneden j Naar beneden wil zeggen: het bouwen van talrijke ondergrondsche garages en wagen parken, met verscheidene verdiepingen en voorzien van liften Naar boven beteekent: onze huizen drie en, 'nd'en noodle, zelfs viermaal zoo hoog bouwen, met meer ruimte tusschen de huizen onderling, waardoor er veel verkeers ruimte vrij komt en de bewoners geen ge brek aan lucht en licht hebben, wat nu het geval is. Er bestaat een gemeentereglement, dat verbiedt bij het bouwen een zekere hoogte te overschrijden. Het is meer dan noodig, dat dit reglement belangrijk veranderd wordt. Zy, die pleiten voor het handhaven er van, geven blijk van een totaal gebrek aan inzicht en zy, die het nog toepassen, zyn dwazen, i die door het vasthouden aan verouderde be palingen, lederen vooruitgang in den weg I staan. Inderdaad, dit reglement heeft ten doel den grond der stad niet te zwaar te belasten, wat vooral in verband met de vele onder grondsche werken natuuriyk ernstige ge varen zou kunnen opleveren. Het is dan ook in evenredigheid aan het gewicht der bouw stoffen samengesteld. Welnu, de nieuwe bouwmaterialen stellen ons in staat de ge bouwen viermaal zoo liuht te maken als met de oude materialen mogelijk was. Laat dus tusschen de huizen tweemaal zoo veel plaats als tot nu toe voorgeschreven j was en maak ze viermaal zoo hoog (waar door het reglementaire gewicht niet over schreden wordt). U zult dan krijgen een Pa- rys dat aan alle moderne eischen voldoet; waar ieder een woning kan vinden en waar de overvolle straten zullen verdwenen. Natuuriyk kan dat alles niet in één dag geschieden, maar het zou toch wel heel nut tig zyn, indien men besloot er aan te begin- nen, waardoor tevens een einde zou gemaakt J zijn aan de nuttelooze gesprekken en artike- len, zoowel als aan de onuitvoerbare verorde- j ningen". Tot zoover „Paris Soir". Het blad heeft natuuriyk volmaakt geiyk, I zooals ook de Amerikaansche journalist vol maakt geiyk had, maar als ik bedenk, dat die nauwe, oude straatjes, die ongetwyfeld nog uit den tyd der omnibussen en crinolines dateeren en die ondanks de moeiiykheden, die ze het moderne Parijs veroorzaken, of misschien juist wel daardoor, den Paryze- naars zoo lief zyn, zullen moeten verdwenen, dan kan ik me toch voorstellen dat er nog I heel veel „dwazen" zyn, die niet dan aarze lend de yzeren wetten van den vooruitgang j erkennen H. d. J. Weenen, 9 Dec. 1929 Toen ik, na mUn laatste vacantie, op 'n Somberen Donderdagmorgen te Arnhem den D-trein pakte en na enkele minuten mijn lieve landje weer uit was gesneld, had ik echt- waar geen puf om weer gauw met correspon dentie te beginnen. Je moet denken: 't was nog vroeg in den morgen, 't weer was mistig-nat en ik was koud geworden door een rit van circa twee uren in 'n ouderwetsche kapkar; en dan na 'n zonnige vacantie heelemaal alleen weer den vreemde in te moeten, van al 't mooie, al 't goede in 't vaderland te moeten scheiden; dat zijn zoo allemaal dingetjes, die nou juist niet „in stemming brengen", ge loof ik Doch stemmingen worden heengestuwd door den stroom van 't werkeiyke leven; an dere stemmingen dry ven aan en nieuwe plannen zetten zich vast. En zoo kwam daar ook 't plan om myn oude gewoonte toch niet heelemaal vaarwel te'zeggen en myn vele vrienden in Holland zoo af en toe in contact te brengen met de buitenwereld, en nu met „Wien" de groote roode stad, waar de oogen van Jan Politiek zoo koortsig bezorgd soms heensehouwen. In den warmen coupé, waar ik dien morgen koud binnenstapte, kreeg ik als reisgenooten twee Engelschen, op weg naar Praag. De een vertelde me, dat hy Katholiek-socialist was en gaf me zeer vriendeiyk de hand toen ik zei: „Ik ben Katholiek". De andere heer, in hoekje gedoken, sprak geen beiydenis uit; maar op z'n uiterlijk lag dik te lezen dat hij nóch katholiek, nóch Katholiek-Socialist, doch vlakweg Socialist was Toch leek 't me toe, dat hy zich vèr- verwant met mij gevoeiae, daar toch zijn vriend al Katholiek-Socialist was. Stil droomde hy voor zich uit, misschien over zyn bekeeringen ik durfde hem dus niet storen Maar Katholiek-Socialist Ik had willen zeggen, dat dit in Holland ónvereenbare begrippen waren; dat ons Roomsche volk dit al lang had ingezien en overtuigd was, dat 't Socialisme pure be- driegery is, vol haat tegen alles wat R.K. heet, zooals dat vaak genoeg tot uiting komt, als een of ander Rood nummer zich in z'n passie verspreekt. Doch mijn Katholiek-Socialist zweeg er verder over, en ik houd er niet van om iemand ongevraagd 'n zedepreek te geven. Ik was op reis naar Wien en zou nog aan vele dingen moeten gewennen Op m'n reis ben ik menig Duitsch indus triegebied gepasseerd. Overal de groote strijd: aan den eenen kant 't Socialisme, nu lokkend met paradysbeloften, dan dreigend met pood en verderf (Laag dubbelspel!); aan de andere zyde het Katholicisme, dat zich lokken noch bedreigen laat en nooit de Roode vanen zal volgen Roode vanen! Die worden in Wien wel hoog en stout door de stad gedragen! Dat zou ik er zien op 12 November Staatsfeier- tag, nameiyk herdenkingsdag der stichting van de Republiek. Langs mijn venster kwam een optocht die 'n paar uren aanhield; tel kens nieuwe scharen: mannen, vrouwen en kinderen, allen Rood gedecoreerd; aan 't hoofd van iedere groep 'n tiental vaandrigs met Roode vlaggen hoog in de lucht aan me terslange staken; en tot sluiting van ieder regiment een vervaartijk schallend fanfare korps, „bouwend straten van muziek". Met een taxi moest ik toevallig dien dag de stad door. Maar telkens en telkens moesten we stoppen, om de Roode Legers door te laten Op ieder plein en kruispunt ryen politie om 't verkeer te regelen; op ieder kruispunt ook weer nieuwe scharen Roode Manifestanten. En van vele, vele gebouwen wimpelde hoog, triomphanteiyk, het lange Roode vlaggedoek. Alsof in deze miljoenenstad geen andere kleur bestond dan alleen de bloedkleur Doch dit is de Roode tactiek: vertoon ma ken, brutaal vertoon, om de massa te mis leiden. En is dit bereikt, dan hebben ze weer an dere tactiek, bolsjewistische tactiek: vinnig aanvallen wat ons, Roomschen, dierbaar en heilig is. Willen de Roode leiders in Holland dit nog verbloemen, in Oostenrijk slaan ze 'oruut de schennende handen uit naar d: rechten van Kerk en Staat en gezin, en zelfs van 't schuldelooze kind. Ja, 't socialisme laat zich wel 't beste kennen aan z'n vruch ten Z'e naar naar het kind, dat socialis tische opvoeding „genoot"; hoe 't op aanval- ligen leeftijd al oproerig is geworden; hoe 't al durft spotten met priesters, al weet te protesteeren tegen Christelük schoolonder richt: ja hoe 't in school het kruisbeeld van den wand durft rukken om het te onteeren... zooals dat te Innbrück gebeurde. En van „op voeding" getuigen de „stichtende" liederen ook, die men kinderen hier hoort zingen, zoo b.v.: „Ons vaandel is rood; Rood, rood, bloedig rood! Véél bloed moet vloeien Waariyk! 't Is niet te verwonderen dat het goede Oostenryksche volk zie'- -kker 'egint te weren tegen 't Roode geva^i, dat zóó brutaal hun vredig land bedreigt. De Heimwehr-beweging heeft stevig stelling ge nomen; 't Katholieke volksleven belooft op bloei; tegen de^s twee factoren vermag het Roode vertoon toch wezeniyk niet veel, ook liet met bedreiging of bolsjewisten-tactiek, bit vooral maakt immers de kloof tusschen ',ood en Roomsch nog breeder. En juist het sterk reageeren van Roomsch Oostenrijk is een lichtbaak, getuigend van inneriyk vuur; vuur en liefde voor 't heilig Geloof der Vaderen. Een volk zóó gestemd, is zeker nog te edden." DE A.S. VLOOTCONFERENTIE. Het Engelsche standpunt. Te Londen wordt groote beteekenis ge hecht aan de Amerikaansch-Japansche be sprekingen, die gisteren te Washington aan vingen, te meer nu ook uit Parys en Rope nadere berichten worden ontvangen. Het resultaat is echter naar de diplo matieke medewerker van de „Daily Tele graph" meent te weten weinig bemoe digend Volgens de te Londen ontvangen berichten, zou Frankry'k niet alleen vast houden aan zyn eisch inzake het handha ven van te groote duifcbocttn, doch zou ook weigeren tegemoetkoming te toonen in zake de groote kruisers. Frankryk zou toswyzing verlangen van tien schepen met een wa terverplaatsing van tien duizend ton en een bewapening van 8 stukken van 29 c.M. tegen vyftien Engelsche kruisers van hetzelfde type. De verhouding tusschen de vloten van Engeland en Frankrijk zou op dit onderdeel hierdoor op ongeveer 10 6,7 gebracht wor den inplaats van 10 3,35, zooals oorspron- keiyk op de Conferentie te Washington in het jaar 1921 werd vastgesteld. Deze Fran- sohe eisch wordt door Engeland afgewezen. Daar bovendien Japan verhooging van krui serquota eischt, zal deze kwestie zeer groote noeilijkheden op de conferentie veroorzaken. Aan den anderen kant is men te Londen zeer voldaan over de tegemoetkomende hou ding van de regeering der Vereenigde Sta ten en van Italië. Vooral de gunstige voor uitzichten voor een voorloopige Engelsch- Italiaansch-Amerikaansche overeenkomst inzake de duikbooten, hebben groote vol doening veroorzaakt. Men verwacht, dat ook verdere besprekingen te Washington tusschen de Amerikaansche regeering en de Italiaamsche en Engelsche ambassadeurs goede resultaten zullen hebben. De En- gelsch-Italiaansche betrekkingen worden door deze besprekingen gunstig beïnvloed. LORD CECIL EN DE REGEERING. Adviseur op de vlootconferentie. De Britsche minister van buitenlandsche aken Henderson heeft in het Lagerhuis me degedeeld, dat Lord Robert Cecil in niet- officieele functie in den Britschen buiten- landschen dienst werkzaam is. In deze functie is hy niet gerechtigd de regeering in een van beide huizen van het Parlement te vertegenwoordigen. Deze verklaring in het Lagerhuis heeft in verband met de omstandigheden byzondere beteekenis. Lord Robert Cecil heeft zoo als bekend onder de vorige conservatie ve regeering zyn functie als vertegenwoor diger van Groot-Brittannië by den Volken bond neergelegd, zyn meening ten opzichte van de betrekkingen tusschen Engeland en de Vereenigde Staten in het algemeen en de beperking van de bewapening ter zee in het byzonder heeft hem er destüds toe ge bracht zyn functie neer te leggen, zoodat zqn terugkeer in officieelen dienst onder de arbeidersregeering thans byzonder op valt. Als vertegenwoordiger van de Britsche egeering in de voorbereidende ontwape ningscommissie van den Volkenbond is een zekere relatie met het ministerie van bui tenlandsche zaken vanzelfsprekend, doch de gisteren door Henderson afgelegde ver klaring wordt in politieke kringen aldus op. gevat, dat Lord Robert Cecil by de aan staande vlootconferentie een zeer belang, ryke adviseerende functie zal vervullen. DE KOLENWET Graham, de minister van Handel, bracht gisteren de Kolenwet in tweede lezing voor het Lagerhuis. Hy zeide voldaan te zyn ver nomen te hebben, tydens besprekingen met vele der hoogste deskundigen in de kolen- industrie, dat wanneer er eenigerlei orde bestond in plaats van een chaos, dat dan dit land opnieuw zyn plaats zou heroveren op de Europeesche markten, misschien niet in die mate als voor den oorlog, maar toch tot op zekere hoogte. De wet voorziet In een nationaal of over de verschillende districten verdeeld schema voor het op de markt bren gen van kolen, ten einde de districtssche ma's met elkaar in overeenstemming te brengen. Dit nationale schema vertegen woordigde de eigenaren in alle streken van Engeland. Het is de plicht van dit nationale lichaam te komen tot wat naar zyn mee ning het totaal was van de Britsche vraag naar steenkool of de hoeveelheid steenkool over een redeiyk tydperk, die naar zyn meening tegen loonenden prijs kon worden verkocht. Vervolgens zouden zy de verschil lende districten van het land toewyzen, wat deze districten noodig hadden. Een gedeelte van de op deze wet uitgeoefende critiek be- Graham trof de heffing, die volgens de wet zou kun nen worden opgelegd door het centrale lichaam op de districtsbesturen, ten einde den verkoop van steenkool voor den export te vergemakkeiyken. Het doel hiervan was in staat te stellen te concurreeren tegen den wereldprys, die in dit geval de Europee sche prijs was; het lag niet in het voorne men de steenkoolindustrie in den gewonen zin te subsidieeren. Met betrekking tot de beperking van den werktyd der mynwerkers van acht tot zeven en ene half uur, zeide hy, dat dit met goe den wil geschieden kon zonder verminde ring van loonen. Sir Philip Cunliffe Lister, de vroegere minister van Handel, bepleitte verwerping van de wet. DE F3ANSCH-DUITSCHE BETREKKINGEN Fransche Katholieken naar Beriyn Den 19den December vertrekken ongeveer 35 Fransche katholieke parlementsleden, mannen der wetenschap en dagbladschry- vers, naar Berlijn tot het voeren van bespre kingen over de betrekkingen tusschen Frank rijk en Duitschland met Ryksdagleden van het Centrum, katholieke vertegenwoordigers der wetenschap en publicisten. TEGEN TARDIEU. D« interpellaties der oppositie over zyn Senaatsrede ingetrokken. Wii hebben melding gemaakt van de rede die Tardieu in den Senaat had gehouden en de daarop gevolgde protesten der linkerzij - de. Het was de eerste keer dat Tardieu se dert het aanvaarden van het minister-pre sidentschap in den Senaat verscheen, zoodat zyn rede min of meer de beteekenis eener regeeringsverklaring had. V Havas meldt thans uit Parys, dat de Ka mervoorzitter Maandag aan het einde dei zitting, mededeelde dat de socialisten en radicaal-socialisten interpellaties over Tar- dieu's rede hadden ingediend en dat Tar dieu uitstel van behandeling voor onbe- paalden tyd had gevraagd. De socialistische zoowel aJs de radicaal- socialistische woordvoerders verklaarden echter dat Tardieu, wiens politiek tegen de oppositie is gericht, het regime dreigt aan te tasten en dat hy de kritiek, welke en kele dagen tevoren door de oppositie in de Kamer was geuit, voor den Senaat ter spra ke had gebracht. Tardieu antwoordde, dat hy in den Se naat zeer gematigd was geweest, en dat hy gedurende de drie Jaren die hy aan het be wind is (eerst als minister) een liberale po litiek, d.w.z. de politiek der Republikeinsche Unie heeft gevoerd. Hij deed opmerken, dat de socialisten en radicalen hebben gewei, gerd het bewind te aanvaarden, en zeide; Ik ben niet de man, die het bewind heeft „gestolen". Hy verzocht den splreker hun interpel laties in te trekken, waarin deze toestem den. KARDINAAL VERDIER. De meening van den nieuwen aartsbisschop van Parys over het communisme. In een onderhoud, dat mgr. Verdier, de nieuwe aartsbisschop van Parys, die giste ren in het door den Paus gehouden geheim consistorie tot kardinaal is verheven, vóór zyn vertrek naar Rome met een medewer ker van de „Figaro" heeft gehad, heeft hy met betrekking tot het communisme ver klaard, dat men nooit genoeg alle afbreken de theorieën en bewegingen kan bestrijden i en laken, gelyk de Kerk ook doet. Het is een noodlottig en gevaarlyk werk, zeide hy, om de sociale orde te ondermy- nen, revoluties voor te bereiden en anarchie te verbreiden. Want na een negatief pro gram dient op een goeden dag een positief program te worden opgesteld. En dan zou den de communisten, stel het onmogeiyke geval dat ze eens de overhand in Frankryk zouden krygen, zich er van bewust worden dat er tradities, krachten en elementen be staan, waar ze nooit buiten kunnen en die, wat ze ook beweren mogen, onmisbaar zijn. Op een vraag of mgr. Verdier is aange wezen om over een concordaat met den Hei ligen Stoel te onderhandelen, antwoordde de geestelyke, dat daarvan, voor het oogenblik althans, geen sprake is. Waarom zou er ver andering in het tegenwoordige regime moe ten komen? De Kerk van Frankryk geniet /rijheid. De materieele positie der geestely- ken evenwel is vaak allerdroevigst, schan- delyk zelfs voor een land als Frankryk. An- derzyds bestaat de beangstigende kwestie van het onderwys. Het onderwijspersoneel toont groote toewyding, doch er is gebrek aan onderwijskrachten en aan geld. En dan is er nog Elzas-Lotharingen. Wij kunnen den Elzassers, aldus mgr. Verdier, ons re gime niet opdringen. Wat zou een nieuw concordaat tusschen Frankryk en den Hei- gen Stoel een kwesties en problemen op werpen! Later misschien. Maar nu? Waar toe zou het noodig zijn? BANKLOOPER OVERVALLEN Gisteren is te Marseille een banklooper die een bedrag van 73800 francs vervoerde, overvallen door drie jonge lieden, die hem onder bedreiging met een revolver dwongen in een auto te stappen, waarin zy hem van het geld beroofden, waarna zy hem uit den wagen zetten. De beroofde banklooper heeft onmiddellyk aangifte gedaan by de politie. Hy was in staat het signalement op te geven. De commissie van onderzoek in de zaak Skla- ek van den Pruisischen Landdag moest van het gisteren voorgenomen verhoor van den voorzitter van de credietcommissie van le Stadtbank wethouder Busch, afzien, daar Busch had laten weten dat hy ziek is en zich in een kliniek bevindt. Ook het Duitschnationale gemeenteraads lid Bunge kon niet gehoord worden tenge volge van een korten tyd geleden gekregen ongeval. De Commissie ging daarom voort met het verhoor van de directeuren van de Stadtbank Schmidt, Hoffman en Dr. Lehmann. Tegelij- kertyd worden de gemeenteraadsleden Huehlman (Soc. dem.), Rosenthal als lid van de credietcommissie en Lange aan de getuigentafel geroepen om mogelijke onjuist heden direct recht te zetten. De directeur van de Stadtbank, Schmidt, begon met een overzicht te geven van de ontwikkeling van de credieten aan de Skla- reks. De hoogte dezer credieten is te ver klaren uit den grooten omvang der zaker met de stad. De bank heeft de nog niet be haalde rekeningen gecrediteerd, daar zy niet direct betaald Konden worden. De overleden handelsraad Bamberger en Rosenthal hebben de credietwaardigheid van de Sklareks zeer gunstig beoordeeld. Zijn, Schmidt's, persoon- iyke omgang met de Sklareks heeft het ver trouwen in de firma versterkt, daar hij bi hen vooraanstaande personen van het stads bestuur ontmoet heeft. Ook het feit van de monopolie-overeenkomst heeft het ver trouwen der bank in de Sklareks versterkt. Noch de stedelijke autoriteiten, noch de credietcommissie hebben zich tegen de cre dieten aan de Sklareks uitgesproken. De •ekeningen en credieten van de Sklareks zyn onderzocht op dezelfde wyze als alle andere credieten. BRUTALE DIEFSTAL IN EEN JUWELIERSZAAK Een ongewoon brutale inbraak is gister middag gepleegd in de juwelierszaak der firma Schell in de kleine Donstrasse te Stet tin. Een onbekende man sloeg voor de oogen van een aantal voorbygangers met een steen de glazen van de étalage in, greep eenige sieraden en sprong op een vrachtwagen. Een oogenblik later was hy met zyn buit verdwe nen. Er worden briljanten en andere edelge steenten ter waarde van 50.000 Mark vermist. De vrachtwagen, dien de man eveneens bleek gestolen te hebben, werd later onbeheerd te ruggevonden. ERNSTIG MIJNONGELUK In de Skarboferm-myn van Königshütte heeft een ernstig ongeluk plaats gehad. Ten gevolge van het breken van een kabel zyn verscheidene arbeiders, die met het laden van kolen bezig waren, bedolven werden. De lyken werden later onder de brokstukken van den wagen te voorschyn gehaald. In de vroegere Leopoldgroeve te Birken- thal werd een jeugdige arbeider door aard- massa's bedolven en na vele vergeefsche po gingen, levensloos geborgen. TWEE DOODEN EN TWINTIG GEWONDEN BIJ EEN AUTO-ONGELUK Men meldt ons uit Brussel: Een vrachtauto met arbeiders is in de na- byheid van Tirlemont omgeslagen. Twee ar beiders werden gedood en twintig werden ge wond, van wie zes ernstig. DONDERDAG 19 DECEMBER HUIZEN 1875 M. Uitsl. N.C.R.V.» Uitz. 8.159.90 Concert 10.00—10.30 Zang door Dameskoort-e 10.3011.00 Ziekendienst 11.0011.30 Lezen van Christ. Lectuur n.30—11.45 Gramo- toonmuziek 11.4512.30 Uurtie voor de landbouwers 12.302.00 Concert. Piano, orgel, fluit en vtoo 2.00^—2.35 Uitz. voor scholen 2.453.45 Cursus fraaie handwerken 4.005.00 Zieken- uurtje 5.006.00 Lezing over- Over zielkundige invloeden op het proces van de ziekte" (IV) 6.007.00 Orgelconcert 7.007.30 Lezing over: „Kristiik tryske dichtkinst" 7.30—8.00 Cursus Mateisch 8.008.30 Lezing over: „Mijn lordaner- ties" 9.00 Uitvoering van een Oratorium. Koor. orkest en vocaie solisten. Daarna: Persberichten. HILVERSUM. 1071 M. (Van 12.00— 6.00: 298 M.) 10.0010.15 Morgen wijding 12.152.00 Concert dooi het A.V.R.O.-kwartet 2.003.00 Gramo- foonmuziek 3.003.30 halfuur voot de Ned. Ver. van Huisvrouwen. Lezing door mei. F. Meijboom over Wat iedere vrouw moet weten van practische ziekenverpleging 3.304.00 Gramofoonmuziek 4.00— 5.00 Ziekenuurtje 5.306.30 Concert door het A.V.R.O.-kwartet 6.30 Vaz Dias Koersen 6.457.15 Landbouw- halfuurtje. Spreker: W. Th. Zwart 7.15— 7.45 Fransch: Gevorderden en conversatie 8.01 Praatje door G. Pater over: De P-T. T.-dienst in verb, met het Kerst- en Nieuw jaarsfeest 8.15 Aansl. van het Concert gebouw te Amsterdam. Het Concertgebouw Orkest o.l.v. Pierre Monteux. Walter Giese- king (piano). In de rustpoos: Vocaai con cert door het „Quintet classique des Cosa ques du Terek" o.l.v. Pierre Svettanoff. Solo-tenor: Fedenco. Na afloop van het concert: Persber. Daarna: Voortzetting Vo caal Concert 10.45 ca- Gramofoonmuziek 12.00 uur Sluiting. DAVENTRY. 1554 4 M. 10.35 Mor genwijding 11.05 Lezing 11.20 Gra mofoonmuziek 12.20 Concert. E. Simp son (sopraan). G. Heather (bas-bariton). O. Cloke (piano) 1.202.20 Concert op cinema-orgel 3.20 Vesper uit de West minster Abbey 4.05 Lezing 4.20 Concert W. Ransom (sopraan). E. Nichol (tenor). Harp-Kwintet 5.35 Kindei uurtje 6.35 Nieuwsber. 6.50 Marktprijzen 7.05 Piano-recita! 7.20 Lezmg 7-45 Lezing 8.05 Concert N. Walker (alt) T, Jones (tenor). Militair Orkest 8.20 Nieuwsber. 9.40 Lezing 9.55 Duitsch Nationaal Programma. Mannenkoor, dans- orkest en sprekers 11.2012.20 Dans muziek. PARIJS „RADIO PARIS", 1725 M. 12.502.20 Gramofoonmuziek 4.05 Dansmuziek 4.35 Kinderuurtje 6.55 Gramofoonmuziek 7.40 Gramofoon muziek 8.20 Tooneeluitz., zang en kamer muziek. LANGENBERG, 473 M. 6.207.20 Gramofoonmuziek 9.3510.00 Gramo foonmuziek 11.30 Phonola-concert 12.251-50 Concert. Orkest en bas 4.505.50 Orkestconcert 7.208.05 Or kestconcert 8.05 Wederopvoering van „S.O.SRao. rao.... Foyn". „Kras- sin" rettet „Italia." Hoorspel van Friedrich Wolf. Daarna tot 10.50 Dansmuziek 10.5011.50 Dansmuziek (Gramofoon- platen). Vervolgens tot 12.50: Dansmuziek. ZEESEN, 1635 M. 6.1510.05 Le zingen 11.2012.15 Gramofoonmuziek 12.1512.50 Berichten 1.201.50 Gra mofoonmuziek 1.503.50 Lezingen 3.504.50 Concert uit Berlijn 4.50 7.20 Lezingen 7.20 Orkestconcert 8.25 Lezing 8.35 Concert dooi Strijk orkest 9.50 Dansles. Daarna tot 11.50: Dansmuziek. KALUNDBORG, 1153 M. 10.35— 11.05 Uitzending voor scholen 11.20— 1.20 Orkestconcert 2.004.00 Concert. Orkest en Operazanger 7.358 10 Con cert door hei Heger-Terzet 8.108.55 Voordracht met muzikale illustratie 9.3510.30 Orkestconcert 10.3012.20 Dansmuziek. BRUSSEL, 508.5 M. 5.20 Orkest- concert 6.50 Gramofoonmuziek 8.20 Her-uitzending van het concert in het Con certgebouw te Amsterdam. DE TAALKWESTIE IN BELGIë Wetsvoorstel der liberalen tot wUziging der lager onderwyswet De liberale parlementsfractie deponeerde by het bureau van de Kamer een wetsvoor stel tot algeheele wyziging van de organieke wet op het lager onderwys. Het voorstel be helst o.m., dat de moedertaal of de gebrui- keiyke taal wordt vastgesteld door een ver klaring van het gezinshoofd. Indien echter de resultaten van het onderwys uitwijzen, dat een kind de aangegeven taal niet vol doende kent om met vrucht de lessen te vol gen van de klasse waarin het zich bevindt, schrijft het schoolhoofd zyn overplaatsing naar een andere taaiklasse voor. BOTSING TUSSCHEN TWEE LOCOMOTIEVEN Twee dooden, twee zwaargewonden Naby Ottmachan zyn twee locomotieven in volle vaart op elkaar geloopen. Een ma chinist en een stoker liepen zware verwon dingen op, terwyl een begeleider eveneens ernstig gekwetst werd. Een vierde persoon werd met zware brandwonden en een gebro ken been opgenomen. Twee der zwaar ge wonden zyn inmiddels aan hun bekomen ver wondingen overleden. Een der machinisten moet het ongeluk hebben veroorzaakt door op verkeerd spoor te ryden. 20. Janet lachte, toen vertrouweiyk fluiste rend: Maar wij hebben ook zooveel avon turen gehad. Voordat Sherrington iets kon vragen, verscheen er op het bordes boven aan trap een koelie, beladen met een paar zware pakken, welke hy met een Dons op het dek neergooide. Achter den man aan kwam Husky Cradon met een vrij grooten handkoffer. Zonder van Sherrington notitie te nemen, gooide hy zyn bagage neer en ging met zijn hand boven zijn oogen stroom opwaarts staan turen. De motorboot voer tuffend weg, de Soochow" floot voor de allerlaatste maal; het anker werd met een gekiink-klank van yzer op yzer opgehaald, druipend van de rood-bruine modder kwam het boven wacer uit en net volgende oogen blik begon de schroef in een zich steeds versnellend tempo het okerkleurige water tot. vuil-geel-bruin schuim te geeselen. Janet Craydon draaide zich om en monsterde dat gedeelte van de rivier waar üe „Soochow" recht op af stevende. Cray don zelf stond nog steeds in de houding, die hy by zyn aan-booird-komen aangeno men had. Sherrington volgde hun voorbeeld, vlug zocht hy het breede vlak van grauwig-bruln woest stroomend water af toen keerde hij zich tot het meisje naast hem en vroeg kortaf: Zoekt u naar iets verwacht u daar iets te zien? Ja, vanmorgen van Shanghai af heb ben we gevolg gehad. Daarom hebben we die motorboot genomeneen poging om te ontsnappen. Anders waren we niet zoo laat geweest. Zoo! En denkt u, dat u den spion zou herkennen? Spion? Spionnen, verbeterde Janet Craydon hem. Er waren er minstens drie. Een er van zou te herkennen zyn, een man met een opvallend uiterlijk, groot met een rond glad gezicht en stille oogen, zooals je wel m een afgodsbeeld ziet. Voor ons weg gaan vanmorgen uit Shanghai was 't ons al opgevallen, hun teveel aan belangstel ling bedoel ik en na onze aankomst in Nanking, toen we die boodschappen, die u ons opgedragen had deden, merkten we, dat we ons niet vergist hadden. Voor eiken winkel, waar we uit kwamen, stond een van de drie op ons te wachten. Daarom zyn we na afloop van het winkelen naar de kade gegaan en hebben een motorboot gehuurd. We werden wel achtervolgd, maar in een sampan, die kon ons natuuriyk niet bij houden. Maar toen moest u weer terug. Ja. Daarom wilde Husky, dat we weer stroomopwaarts op u zouden bhjven wach ten ,maar toen zei ik: als we dat doen, loo- pen we de kans, dat mr. Sherrington, als hy ons niet ziet verschynen in Nanking aan wal gaat. Dat zou ik ook gedaan hebben. Ik had al een sampan aangeroepen. Met het oog op die mogeiykheid zyn we toen teruggegaan. We hebben goed uit gekeken, maar de sampan was verdwenen. Dus waarschynlyk hebben we hun een rad voor oogen gedraaid; hebben ze het be- spionneeren opgegeven. Ik hoop 't ook, lachte Janet Craydon. woord op een toon, waarin zyn twyfel aan die mogeiykheid duideiyk weerklonk. Ik hoop 't ook .lachte Jane tCraydon. Want ik moet zeggen, dat ik noch voor dr. Stargard, noch voor zyn afgezanten be paald veel voel en daarby vond ik het niet bepaald aangenaam om als een wild dier opgejaagd te worden ofschoon, aan den anderen kant is dat toch ook wel weer een opwindende sensatie. Maar ten slotte ben ik lieVer jager dan wild. Ze keek Sherring ton een ietsje behaagziek aan toen, alsof ze spyt had van haar manier van doen, ging ze opeens weer gewoon door: Nu ga ik eerst naar myn hut om me wat op te knappen. Is er hier een hofmeester of hoe de man, die dat somt werk doet, hier aan boord heel an mag. hier alles nogal primitief, maar daar is niets aan te doen. De „Soochow" is geen mailboot. Hfj hielp haar de campagne af, wees haar haar hut, de tweede van het halve dozyn passagiershutten, waarop de „Soochow" kon bogen. Nadat hy haar met haar bagage geholpen had, keerde hy weer naar dek terug. Husky Craydon stond nog steeds van af dezelfde plaats de rivier te inspecteeren. By het naderen van Sherrington draaide hy zich half om. Ik sta nog op den uitkyk, naar die sampan! We hebben haar wel niet gezien op de terugvaart, maar dat hoeft niet te be- teekenen, dat ze al eerder teruggegaan is... Zou u haai herkennen? Ja, aan de kleurzalmkleurig met een opvallend lage kajuit. Samen bleven ze staan kyken. Er waren genoeg sampans op de rivier, maar niet één onder de vele vaartuigjes beantwoordde aan Craydon's Deschrijving. Een minuut of tien ging zoo voorby toen werd hun aan dacht afgeleid door een groote jonk, die met een aantal pratende en ginnegappende koe lies als bediening voor de lange riemen wanhopige pogingen deed om in het mid den van de rivier te biyvenen toen op eenseen helkleurige vlek op het grys- bruine waterde langgezochte sampan! Met den stroom mee kwam het vaartuig de rivier af dryven. bemanning was er niet te zien, maar op de lage kajuit stond een groo te, krachtig geschouderde man, met zyn gezicht naar de „Soochow" toegekeerd, die hy, te oordeelen naar zyn houding, scherp monsterde. „Alle goden van Chinabegon Cray don verder kwam hy niet. De rest van hetgeen hy zeggen wilde slikte hy in. ter- wyi hy achter de verschansing wegdook en zoo in gebogen houding, naar de campagne toeliep. Sherrington begreep, dat hy zich voor aen man op de sampan wilde verber gen. Zelfs voelde hij niets voor die taktiek; hy bleef kalm staan kykenterwül de sampan, met haar eenzamen passagier, die nog steeds veel belang in het dek van de „Soochow" scheen te stellen, aan bakboord- zyde voorbydreef. Recht tegenover den val reep kwam er verandering in het onbe- weegiyk staan kyken van den man; hy hief zyn armen op, alsof hy iemand aan boord een signaal gaf. Sherrington draaide zich half om. Zonder naar de brug te kyken zag hy, dat de loods door een armgebaar het signaal beantwoordde. Weer draaide hy zich om, nu met het doel om den man in de sampan goed op te nemen. Dit lukte hem echter niet; het kleine vaartuig was al op te grooten afstand. Met een strak gezicht liep hy naar de campagne en wenkte Craydon weer aan dek te komen. Ja, zei hy, in antwoord op een vra- genden blik. Hy is weg. Met den stroom mee. Craydon kwam de campagne op en keek voorzichtig over de verschansing. Toen keerde hy zich tot Sherrington. Ik was niet bangbegon hy. Neen, vroeg Sherrington. Heusch niet? Neen, absoluut niet. Ik wou niet, dat die styve hark van een Chinees me zag. Kosteloos informaties geven hoeft niet. Neen, dat hoeft niet, herhaalde Sher rington werktuigiyk ondertussehen over- pii asde hy hoe de man zich in een werkelyk gevaarlijke situatie gedragen zou. Niet iemand om mee op de tygerjacht te gaan, dacht hij. Zoolang de lui op die gele sampan maar niet weten, dat wy aan boord zijn, is de zaak in ordeen hy heeft me niet gezien, daar ben ik reker van ik was hem te vlug af. Triomfantelijk grinnekend heesch Craydon zijn flanellen broek wat hooger op. Toen draaide hy zich om, riep een koelie, duidde met zyn voet op de rest van de bagage en verdween in de richting van de passagiers hutten. Met zijn handen diep in zyn zakken en zyn oogen telkens als hy zich met zyn gezicht naar den voorsteven keerde, op den smallen rug van den loods gevestigd, begon Sherrington heen en weer te loopen. Al had hjj zich, wat de laatste bewering van Cray don aanging, onthouden van tegenspreken, toch was hy 't niet met hem eens. Dat met gebaren seinen van den man op de sampan naar den loods en vice-versa was te opvallend geweest, dan dat niet naar de bedoeling er van gezocht moest worden, (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1929 | | pagina 9