Wereld tentooiisfellin, te Antwerpen 1 c.T)e 11^ ft I k Sport en Wedstrijden DERDE BLAD DONDERDAG 27 FEBRUARI 1930 BLADZIJDE 1 m WMÊmmm «SgH >u VOETBAL Junioren-Competitie District Leiden R.&.S.V. „Onze Gezellen" MOTORSPORT De elfde DumonceauBekerrit Pache ernstig ziek Het Italiaansche elftal tegen Duitschiand WIELRENNER De 23ste Berlijnsche „Zesdaagsche" DAMMEN Om de clubkampioenschappen der „Haarlemsche Damclub" Om de kampioenschappen van Haarlem en omstreken S MUZIEK Ledenconcert H. O. V. MUZIEK Openbare voordrachtoefening Coöp. Verbruiksvereeniging „Patrimonium" Kamer van Koophandel voor Rijnland aangeteekende stukken aan huis. „Ons Expositie" Nu de opening ervan nadert, wordt in het Antwerpsche over niets anders meer gesproken dan over de wereldtentoonstel ling van Koloniën, Scheepvaart, Vervoer, Land- en Hofbouw, en van Vlaamsche Kunst. De Antwerpenaar vat alles gemoedelijk samen in de uitdrukking: „ons" expositie. Eiken Zondag trokken honderdtallen naar de Jan van Rijswijcklaan om zich met „eigen oogen" te vergewissen van den stand van zaken; of de aanleg vorderde enz. Kortom, over het heele doen liet men zijn meestal welwillend-kritische blik ken waren. Kreten van ver- en bewonde ring ontsnapten den boezem en het geheel druk en met laaiend enthousiasme bespre kend werd de tocht stedewaarts onderno men. Wat of er opgegeven wordt van den „Dui zend en één Nacht" stijl, waarin de hoofd architect Smolderen de tentoonstelling heeft opgezet; wat of er gezwoegd wordt over de 50 H.A. grond, waarop de expositie komt, ln dien buitengewonen gunstigen vorm van een geltjkbeenigen driehoek, en over die uitstekende ligging op nauw twee kilometer van het centrum van de stad, waarmede de expositie langs alle kanten verbonden is door schoone lanen en vele tramlijnen! Het geheel laat zich inderdaad nu reeds aanzien als iets wonderschoons met de prachtige Oostersche paleizen, omringd van planten en bloemen, weerspiegeld in kristal-klare vijvers. Bij wijze van inleiding meenen wij goed te doen, reeds nu een en ander mede te deelen over wat aan den uitbouw vooraf gegaan is, en over de geweldige administra tie, welke het organiseeren mede brengt van een World's Pair. Men zal ons op ons woord gelooven, dat dit heel wat is. Dat we tot het verstrekken van deze gegevens in staat waren, danken wij den heer Diels, den koe nen en ijverigen secretaris van het uitvoe rend comité. De beurt was aan Antwerpen Het lijkt wel, alsof de Antwerpsche ten toonstelling alleen maar speciaal gehouden wordt om het Belgische Jubeljaar meer luister bij te zetten. Het is natuurlijk een gelukkig samenvallen en een bizondere at tractie. De zaak is echter, dat reeds vóél den oorlog besloten werd, zoo ongeveer rond 1930 een groote internationale tentoonstel ling te Antwerpen te organiseeren, hier bij werd gesteund op een traditie, die wil, dat België's vier grootste steden om beurten met zoo iets voor den dag komen. De laat ste wereldtentoonstelling te Antwerpen was in 1894. Dan kwam Luik in 1905, Brussel in 1910 en Gent in 1913. Dus wees de rol nu Antwerpen aan. Maar dan kwam de oorlog met zijn ellendigen nasleep en in 1920 kon er nog geen sprake van zijn dat de Rubens- stad een wezenlijk belangrijke wereldten toonstelling zou organiseeren. Was de ge drukte economische stemming een reden om definitief bil de pakken te gaan zitten? van handel, nijverheid en zeevaart. Zelfs arbeidersvereenigingen en volksmaatschap pijen brachten him steentje bij, in een vlaag van enthousiasme, opdat de ten toonstelling maar slagen zou, werkte heel Antwerpen meej van laag tot hoog. Die naamlooze vennootschap stelde een beheer raad samen, voorgezeten door M. van den Broeck, welke als ondervoorzitters kreeg de hh. Lebon, Cools, Sheid en Kreylinger. Nu kwam het er op aan, de zaak grondig en rationeel aan te pakken en daartoe stond de beheerraad al zijn macht af aan een uitvoerend comité, bestaande voor een groot gedeelte uit leden van den beheer raad zelf, waarbij anderen gevoegd wer den. Dit uitvoerend comité kreeg de leiding van het geheele, reusachtige werk op zich, het zorgde en zorgt voor de verwezenlijking. De ziel van dit comité is de heer Martougin, omringd door de algemeene bestuurders baron de Termagne en kolonel Delporte. Er zijn nog tal van ondervoorzitters en leden, allen met ijver en lust bezield, opdat de grootsche opzet zal slagen. Secretaris van dit uitvoerend comité is de hierboven ge noemde heer Diels. Aan dit uitvoerend co mité werden velerlei zorgen overgelaten, waarvan de voornaamste waren: 1. Het gekozen terrein bruikbaar maken (grondwerken, effenen, rioleering, wegen, enz.) 2. Het bouwen van de noodige hallen voor wat betreft de Belgische deelname. 3. De propaganda in binnen- en buiten land. 4. Er voor zorgen, dat de vreemdelingen behoorlijk gehuisvest worden, en dat zij zich te Antwerpen niet dóódvervelen! Daartoe worden allerlei feesten, sportmanifestaties enz. gehouden. Ook moet er gezorgd worden voor de behoorlijke vervoermogeljjkheden (trein, tram, autobusdiensten enz.) 5. De reusachtige finantieele verantwoor delijkheid. Zooals men ziet ging het comité metho disch te werk. Het pakte flink aan en kreeg zijn zetel in het mooie, oude heerenhuis Minderbroedersrui 27, waar vroeger de Conscience-tentoonstelling was gehouden. Dit comité men kan de wijsheid niet al leen in pacht hebben liet zich voorlich ten door raadgevende commissies: een voor technische zaken, onder leiding van hoofdingenieur Roelants, een voor de fi nantieele zijde onder leiding van Willy Free- ling; een voor propaganda, waar Gustaaf Laroche als voorzitter zetelt, een voor brandweer, waar kapitein Posch aan het hoofd van staat; een voor electriciteitswer ken, waar ingenieur Kimart leider van is en een laatste voor vergunningen aan men- schen, die op de tentoonstelling iets wen- schen te verkoopen en waar de heer Ber- naerts „voorzitter". Alles is tot in de puntjes voorbereid. De arbeid werd doelmatig verdeeld de kans op slagen is zekerheid geworden. De steun van de Regeering Het spreekt dat een dergelijke tentoon- ■- y' OP HET ALGEMEEN SECRETARIAAT. Tijdens een der talrijke besprekingen, van I. naar r.: de algemeene secretaris van het uitvoerend comité de heeren: E. Diels; Baron Raymond de Terwangne; Alfred Mautougin, voorzitter van het uitvoerend comité; Kolo nel Leon Delporte, algemeen bestuurder; en Robert Biestraeten, overste van de bestuur lijke diensten. Neen en neen. Want zie, nauwelijks was er eenige opleving te constateeren, of de eerste stappen werden gezet. In 1924 kon de heer Lebon, Antwerpsch schepen voor open bare werken, een initiatief-comité oprich ten, dat voor taak had zijn voelhorentjes uit te steken: of de tijd nu gunstiger werd voor zoo'n expositie? Dit comité had spe ciaal opdracht het terrein te effenen, naar geschikte gronden uit te zien, het pro gramma in groote lijnen vast te leggen en vooral: naar finantieele middelen uit te kij ken. Voorzitters van dit initiatief-comité waren de heeren Martougin, voorzitter van de nijverheidskamer en volksvertegenwoor diger Gustaaf van den Broeck. Dit comité werkte flink door en op 4 April 1925 kon definitief opgericht worden de naamlooze vennootschap „Wereldtentoonstelling 1930" Met andere woorden wil dit, precies uit gedrukt, zeggen, dat het kapitaal voor die naamlooze vennootschap gevonden was: 15 millioen! In korten tijd was dit bedrag bij eengebracht door bijdragen van Staat, Stad en Provincie, door omliggende gemeen ten, door banken en allerlei maatschappijen stelling, zoo breed en weidsch, zoo schitte rend en grandioos opgezet, den steun en de bescherming noodig had van wie in het maatschappelijke leven de allereerste ran gen innemen. Hunne majesteiten de Koning en de Koningin wilden de onderneming on der hun hooge bescherming nemen, terwijl hunne Koninklijke Hoogheden Prins Leo pold en Prinses Astrid het- eerevoorzitter- schap aanvaardden. Zelfs vormde Prins Leopold eén speciaal bescherm-comité. Eerepresidenten van het uitvoerend comité werden Baron Holvoet, gouverneur van de provincie Antwerpen en Frans Van Cauwe- laert, burgemeester van Antwerpen. De regeering liet het hierbij niet en vaardigde als haar vertegenwoordiger af graaf Adrien van der Burch, den bekenden Belgischen specialist op het gebied van we reldtentoonstellingen. Aan hem werd bijzon der overgelaten het inrichten van de Belgi sche afdeeling. Hij huurt het terrein en de gebouwen van de exposanten; hij moedigt en zet deze aan tot deelneming. (Deze deel name overtreft de stoutste verwachtingen). Het architectonisch werk De expositie moest er komen, de gronden ■y waren gevonden, de finantieele middelen bestonden, maar met dit alles was er nog geen tentoonstelling, als er geen archi tect was, die opdracht kreeg de gebouwen te ontwerpen. De man, die in deze het ver trouwen van de initiatiefnemers genoot, werd spoedig gevonden. Het was de heer Smolderen, leeraar aan het Instituut van Schoone Kunsten, en mede-ontwerper van het Torenhuis op de Schoenmarkt, die de vereerende maar delicate taak kreeg de tentoonstelling in haar groote lijnen archi tectonisch in te richten. De heer Smolderen ontwierp het algemeene plan, dat algehee- le goedkeuring wegdroeg en leverde te- l vens de plannen voor al de gebouwen, wel ke door de naamlooze vennootschap wer- den opgericht. Dsze zijn: de monumentale hoofdingang, het Eeuwfeestplein, het Feest paleis, de hallen voor de Belgische deelne ming en de kerk. Een reuzenarbeid! De heer Smolderen ging zijn inspiratie in net Oosten zoeken een witte, glanzende, Oos tersche stad is de tentoonstelling en het moet erkend, dat de heer Smolderen eenig- mooie effecten verkregen heeft. De Vlaamsche Kunst Een zeer bijzondere attractie van de we reldtentoonstelling zal ongetwijfeld de over zichtelijke tentoonstelling zijn van Vlaam sche Kunst, welke ondergebracht wordt in het kerkgebouw en in het schoolgebouw, dit laatste volgens het plan van architect Van Averbeke. Ook hiervoor werd een speciaal comité ge vormd, dat, met verschillende onderaf- deelingen, er alles op zet om van deze ten toonstelling iets werkelijk eenigs te maken. Tuin- en landbouwtentoonstelling Een speciaal comité werd ook gevormd om de wereldtentoonstelling in de bloemen te zetten met een tuin- en landbouwafdeeling! Als regeeringsvertegenwoordiger is hiervoor aangewezen de landbouwspecialist, volks vertegenwoordiger baron de Kerckhove d' Exaerde. De dagelijksche leiding berust bij ingenieur Casteels, terwijl de algeheele in richting van dezen stand toevertrouwd werd aan de Kon Tuinbouwmaatschapnij van Antwerpen met haar voorzitter, den heer Draps. Ook voor de Congoleesclie deelname werd een bijzonder comité samengesteld. Buitenlandsche deelname We zouden nog meer kunnen uitweiden over wat de tentoonstelling ons zal bren gen. Laat ons samenvattend zeggen, dat er in het geheel 22 afdeelingen zijn en 109 klassen. De buitenlandsche deelname is schitterend, zoo van Europa als van over zee. Ongeveer 30 landen zullen meestal met een eigen paviljoen vertegenwoordigd zijn. Zoo is de tentoonstelling een heusche „we reldtentoonstelling"; zóó is haar succes ver zekerd, terwijl zjj naar alle zijden uitstraalt. Het dapper comité heeft meer dan vijf jaar lang gewerkt. Overal en in alle standen wordt over de Antwerpsche tentoonstelling gesproken. Het buitenland ziet naar deze „show" met hooggespannen verwachting uit. Wij durven vertrouwen, dat deze ver wachtingen niet zullen beschaamd worden. De tentoonstelling is van einde April tot einde October 1930. Een toekomstbeeld! De monumental» ingang spoort der wereldtentoonstelling, zooals deze door den bouwmeester Jos. Smolderen ontworpen is, naar een teekening van denzelfden De uitslagen van de Zondag 23 Februari gespeelde wedstrijden zijn: Afdeeling A Lisse I—S. J. C. I Lisse II—O. V. V. 1-0 3—3 Voor Zondag 2 Maart a.s. is het volgende programma vastgesteld: Afdeeling A. Noordwijk, 2.30 uur: S. J. C. ILeiden. Lisse: Lisse ILisse II. Afdeeling B. Noordwijk: S. J. C. IIMeerburg. Waar geen aanvangsuur vermeld, vangen de wedstrijden om half één aan. AAN DE SCHEIDSRECHTERS Tot heden gaven nog niet veel heeren zich op voor het eventueel samen te stellen elftal van scheidsrechters. Gaarne zagen wij toe zeggingen nog uiterlijk einde dezer week te gemoet. D. HAVERKORN, Competitieleider. Leden en donateurs onzer vereeniging wor den herinnerd aan den intiemen feestavond te houden, heden-, Donderagavond om half 8 uur in het Bondsgebouw aan de Kerklaan. Door verschillende Gezellen-vrienden zijn zeer mooie prijzen beschikbaar gesteld. Reeds dit is de gang naar het Bondsgebouw overwaard. Een 40-tal flinke prijzen zullen dan ook verkiend worden. Zij, die nog geen kaarten hebben ontvan gen en toch recht op een kaart hebben, wor den verzocht dit even op te geven aan den secretaris, die dan zal zorgen, dat de fout hersteld wordt. Onder de aandacht wordt gebracht, dat personen beneden 17 Jaar n'et worden toe gelaten. t-t™, HET BESTUUR. Kempen, MeyerStübecke, CharlierDuray en FaudetLouet. Een sterke bezetting dus! Allereerst zijn te noemen Piet van Kempen en Buschenhagen, de winnaars van drie „Zesdaagschen", n.l. Stuttgart, Brussel en Breslau, en die zeker een uitstekende kans maken om wederom als winnaars uit den strijd te voorschijn te komen. Het Hol- landsch-Duitsche koppel is momenteel zeer sterk. Voorts is ook Pijnenburg weer van ae partij. Oorspronkelijk zou hij rijden met den Duitscher Junge, doch nu is zijn koppelge- noot Göbel geworden. Pijnenburg heeft zich als een uitstekend „Zesdagen"-renner laten kennen en we zijn benieuwd, wat hij er ditmaal van terecht brengt. steld: RiegerKroschel, Rauseh—Hürtgen, welk paar de „Zesdaagsche" van Dortmund won. in den laatsten wedstrijd te Breslau moesten deze Duitschers echter de meerder heid erkennen van Van Kempen en Buschen hagen. De winnaars van Keulen, de Belgen Goossens en Deneef zijn ook van de partij en voorts mag men als zeer sterke koppels aanmerken CharlierDuray, FaudetLouet en RiegerKroschel. Van Kempen en Buschenhagen zijn na tuurlijk weer favoriet en het zou ons niet verwonderen of een vierde ,,Zesdagen"-over- winning zal dit koppel behalen. O.i. als wé ons aan een voorspelling zouden wagen zal het eindklassement luiden: 1. Van KempenBuschenhagen, 2. Rauseh—Hürt gen, 3. RiegerKroschel. De bekende voetbalspeler Robert Pache, vroeger meermalen internationaal in het Zwitsersche elftal, thans lid van Rot Weiss te Frankfurt, is momenteel ernstig onge steld. Zijn toestand moet zorgwekkend zijn. Officieel is het Italiaansche elftal, dat Zondag a-s. te Frankfurt a. d. Main tegen Duitschiand speelt, nog niet samengesteld, doch officieus ziet het team er als volgt uit: Doel: Combi (Juventus Turijn); Roseeta en Calligaris (beiden Juventus Turijn) achter; Midden: Pitto (Bologna), Ferraris (Rome) en Barbieri (Genua); Constantino (Bari), Balon- cieri (Turijn), Meazzo (Milaan) of Schiavio (Bologna). Magnozü (Livorno) en Orsi (Ju ventus). Da Wereldtentoonstelling te Antwerpen, zicht op 't schitterende Congoleesche parit- joen, hetwelk reeds zijn voltooiing nadert De „Tweede Zesdaagsche" in dit seizoen, de 23ste in totaal te Berlijn. Vrijdagavond om lo uur is de start in het Sportpalast van de 15 koppels, die als volgt thans definitief zijn samenge steld: RiegerKroschel, RuaschHürtgen, Ehmer—Iïetz, Kroll—Miethe, Goosness—De- neef, ChouryFabre, KrügerFuhra, Gö belPijnenburg, Petri—Junge, PreussRe- siger, Manthey—Schon, Buschenhagen—Van Tevens een Hoiland-Duitschland wedstrijd Reeds eenige jaren geleden lag het in de bedoeling van de motorclub Zuid-Holland, den jaarlijkschen Dumonceau-bekerrit, wel ke geregeld in de Ardennen werd gehouden, eens naar ander terrein te verleggen, en met het oog daarop had de Sportcommis- sie van de club toen bespi'ekingen gehou den met officials in Dusseldorf en Keulen. Tengevolge van de moeilijkheden, welke toen nog ten opzichte van de grensoverschrijding bestonden, moest het plan worden opgege ven. Eenige maanden geleden echter heeft het bestuur der M. C. Zuid-Holland zich op nieuw met eenige Duitsche motorsportenthou siasten in verbinding gesteld, en het resultaat daarvan is, dat thans definitief bepaaid is, dat dit jaar de Dumonceau-bekerrit op 24 en 25 Mei e.k. geheel m Duitschiand zal worden gehouden en wel voor het grootste deel in den Eifel. De belangstelling uit de knngen van de Duitsche motorrijders voor dezen betrouw- baarheidsrit was na de eerste besprekingen reeds zóó groot, dat het bestuur van de M. C. Zuid-Holland op verzoek van de Automo biel Club Dusseldorf 1905 E. V., welke bij de organisatie behulpzaam. besloten heeft aan den rit zoodanige uitbreiding te geven, dat er een Hoiland-Duitschland wedstrijd aan toegevoegd zal worden. Dit zal voor de eerste maal zijn, dat er een dergelijke wedstrijd in den geest van de vroegere Holland-Engelandritten zal wor den gehouden. Ofschoon in een dezer dagen te Düsseldorf te houden bespreking definitieve reglemen ten zullen worden vastgesteld, kan thans reeds worden medegedeeld, dat de rit zijn toeristisch karakter van vroegere jaren vol komen zal behouden, en dat als groote at tractie zal worden ingelascht een uurwed- strijd op de beroemde wedstrijdbaan de Nür- burgring, waarbij de deelnemers aan een be paalde voorgeschreven snelheid moeten vol doen. Evenals vorig jaar zal de rit zoowel voor motorrijders als automobilisten worden open gesteld. Met het oog echter op de groote belang stelling welke er reeds van allen kant voor üen rit is getoond. "8' het in de bedoeling van de M. C. Zuid-Holland de deelneming te beperken tot 100 rijders van ieder land. De Duitsche autoriteiten doen al het mo gelijke om dit eerste sportieve contact tus- schen Hollandsche en Duitsche motorrijders zoo goed mogelijk te doen slagen. Zoo heeft de stad Düsseldorf reeds een grooten zilveren beker uitgeloofd, evenals de Allgemeine Deutsche Automobil Club, terwijl nog meerdere prijzen door gemeentebesturen en vereenigingen zijn toegezegd. Tegen eind Maart kunnen de reglementen worden tegemoet gezien en zal ook de in schrijving voor den rit worden opengesteld. In den wedstrijd om het clunkampioen- schap 1929/1930 der „Haarlemsche Dam club" heeft J. W. van Dartelen momenteel de leiding. De stand in dezen wedstrijd luidt thans J. W. van Dartelen 7 4 2 1 10 B. Dukel 7250 9 J. Poppen 8332 9 A. de Jong 4220 6 J. van Looij 4301 6 J. B. Sluiter Jr. 4 2 2 o 6 K. Leibbrandt 3120 4 P. G. van Engelen 5041 4 H. Greeuw 6042 4 J. P. van Eijk 4112 3 P. Mollema 5 1 1 3 3 F. A. Berkemeijer 3021 2 H. de Boer 3021 2 J. van Steenwijk x o x o 1 J. C. van Waard 6015 1 ln den wedstrijd om het kampioenschap van Haarlem en Omstreken heeft de titel houder J. B. Sluiter Jr. momenteel de leiding. Toch is zijne positie op de ranglijst lang niet onbedreigd, want Dukel, Van Engelen en Berkemeier zitten hem dicht op de hielen. Sluiter heeft thans nog te spelen tegen Poppen en van Berkum; Van Engelen tegen Greeuw, Berkemeier en Van Looij; Dukel tegen Poppen, Van Berkum en Lycklema en Berkemeier tegen Van Looij, de Jong, Van Eijk en Van Engelen. Sluiter heeft dus onge twijfeld de beste kansen. De stand in dezen wedstrijd luidt thans: J. B. Sluiter Jr. B. Dukel P. C. van Engelen F. A. Berkemeier J. Poppen J. van Looij A. de Jong H. de Boer J. W. van Dartelen J. P. van Eijk H. Greeuw W. Stroo J. J. P. Kraayer J. van Berkum J. Lycklema H.D.C. 12 6 5 1 17 11 5 5 I 15 99 11 5 5 1 15 f» 10 4 O 14 tr 11 4 5 2 13 99 10 4 4 2 12 •f 11 4 4 3 12 10 3 5 2 II 99 11 3 5 3 II 99 11 3 4 4 IO 99 9 4 1 4 9 D.C.H, 10 I 5 4 7 t 12 2 3 7 7 11 I 2 8 4 10 O 3 7 3 Soliste: Berthe Seroen. Sopraan Wederom een dier model-uitvoeringen, zooals we die van ons eigen Haarlemsch Orkest gewend zijn. Een fraai programma, met uitzondering van het openingsnummer, de Symphonie in bes gr. terts van Mozart, geheel uit de Fransche school. Want voor de Simfonietta van Guillaume Landré Jr., die verviel werden ons de „Prélude l'après- midi d'un Faune" van Debussy gegeven en „Viviane" (Poème symphonique) van Ernest Chausson. Als hoofdnummer voor de pauze zong Berthe Seroen de „Shéhérazade van Ravel, terwijl de heer van Beinum de meest fc» kende en meest gespeelde drie deelen uit .,La Damnation de Faust" van Berlioz als slotnummer had geplaatst. Beginnen we bij het begin: de 33ste Sym phonie van Mozart. Al behoort zij niet tot de drie meest beroemde Symphonieën van den grooten Weenschen meester, die in es, in g en in C (de Jupiter-symphonie), toch is ook ook'op deze het stempel van Mozart's genialiteit gedrukt, en is zij van een aller bekoorlijkste harmonie en melodiek. Vooral het tweede deel. dat als een lyrisch gedicht is van buitengewone dichterlijkheid, vormde een prachtig contrast met de geestigheid der beide laatste deelen, Minuetto en Finale. Het succes was hier voornamelijk door de strijkers verdiend, die de pittige, versierende figuraties speelden met zulk een blijmoedige elegance en lichtheid. Berthe Seroen die naar we meenden reeds voor de derde maal ons Ravel's Shéhérazade kwam voorzingen, werd bij haar binnen treden met luid applaus begroet. Welk een verlangen sprak reeds uit dien eersten uit roep AsieEn daarna met het steeds sterker en dringender herhaalde: Je voudrais voir. Dit zingende spreken, dit sprekende zingen, het werd een beitelen in noten, en uit het geheel, met de prachtig geaccen tueerde details, groeide een imposant beeld, dat u pakte en indruk op u maakte, ondanks het feit, dat de stem misschien wat minder groot en sonoor was dan men bij deze monumentale muzikale schepping wel zou wenschen. Van felle dramatische werking was hetJe voudrais voir mourir d'amour ou bien de haine, het hoogtepunt van deze eigenaardige dichtregels, onmiddellijk ge volgd door de phlegmatische rust: Et puis m'en revenir plus tard. En zoozeer waren de aanwezigen blijkbaar onder den indruk van deze groote zangkunst, zoo overrompelend krachtig en schoon was deze voordracht dat men enkele seconden noodig had om te bekomen van de snel opeenvolgende, diepe emoties, en dat eerst toen een geestdriftig applaus losbarstte. Zoo ging het ook bij het kortere: „La flüte enchantée" en bij „L'indifférent." Beide leefden voor onze geestesoogen op met haar magische, oostersche zinnelijkheid en ge heimzinnigheid. Berthe Seroen is een zange res die weet wat achter de noten ligteen sprekende, een zingende ziel. Een schat van bloemen in de Haarlemsche kleuren waren benevens het herhaald applaus de dank voor haar heerlijke uitbeelding. Te recht betrok zij den heer van Beinum hierin, en zelfs, na het tweede gedicht, den fluitist, en na het geheel het orkest. Inderdaad waren de door het ensemble gevormde muzikale achtergrond en illustratie van zeer sterk suggestieve werking en deze fijn afge wogen begeleiding moet de zangeres onge twijfeld in hooge mate tot haar schoone weergave hebben geinspireerd. De overige werken, welke wij reeds ter loops vermeldden, zijn ons van andere uitvoeringen bekend en behoeven wel geen nadere bespreking, gespeeld als ze werden met de gewone accuratesse en toewijding. Wanneer er iets zou zijn. dat een speciale vermelding zou verdienen, dan zouden het „Viviane" zijn van Chausson, en het Menuet des Follets uit Berlioz' „La Damnation de Faust". welke naar onze meening de meest karakteristieke en artistieke interpretatie ten deel viel. In de turnzaal van het Gemeentelijk Con certgebouw gaven de leerlingen van den vioolpaedagoog, den heer Joh. Steenman, met medewerking van het Kleine Orkest een voordrachtoefening. Na een reeks kleine voordrachtstukjes door zeer jeugdige instrumentalisten met tamelijk wisselvallig succes uitgevoerd, kwa men de meer artistieke vioolwerken aan de beurt en met de betere werken natuurlijk ook de betere spelers. In een Schubert-Sonatine constateerden we goede toon vorming, in de bekende Berceuse van Godard vrij, ongedwongen spel, in een Rondino van Beethoven losse, fiksche streek en in een Schülerconcert van Seitz correct samenspel met de pianiste. Hiermede waren we blijkbaar in eefl hoogere klasse beland, want nu volgde reeds de finale uit een Kreutzer-concert. Dit deel werd tamelijk beheerscht voorgedragen. De niet al te gunstige toonkwaliteit zal wel aan het instrument moeten worden toegeschreven. Het nog altoos geliefde Benedictus van Mackenzie werd smaak- en gevoelvol ver tolkt. Jammer dat aan de G-snaar geen vol lere toon was te ontlokken. Daarop volgde zoowaar een leerlinge, die het geheele H mineur-concert van Accolay uit het hoofd voordroeg. Ze deed dit zeer vrijmoedig en knap technisch, wel wat onbe wogen. Ook dit spel was een beter instrument waard. Onbegrijpelijk was ons de keuze van een Menuet van Paderewsky in een Kreisler- bewerking. Dit klatergoud-werkje paste met in dit milieu. Den speler hoorden wij liever in een serieus werk. Zijn spel had over de geheele linie goede eigenschappen. Tot slot van het solistisch optreden de „Prélude du Délugc" van Saint-Saëns voor viool, piano en orgel. De violist ontwikkelde een voldoend nobelen toon, doch beheerschte zijn taak rhythmisch niet. Als begeleidsters traden o.a. niet minder op dan de dames Emmy van Eden en Corry Koppen, die somwijlen zeer volgzaam moes ten zijn. Na de pauze het Klein Orkest met com posities van Mendelssohn, George, Haydn en Moszkowsky. De Suite van George be viel ons het meest. De onderdeden werden karakteristiek en met duidelijke contrast werking ten gehoore gebracht. Veel applaus en bloemen voor den be jaarden, met jeugdigen ijver bezielden leeraar. O. K. Dividend 7 pet. De Coöperatieve Verbruiksvereeniging „Pa trimonium" houdt haar jaarvergadering op Donderdag 6 Maart. Volgens de agenda zijn aan de beurt van aftreding de bestuursleden, de heeren J. D. Wijkhuizen, P. Bruyn en A Hoekema. Als commissaris is aan de beurt van aftreding de heer H. M. Abrahams. Allen zfjn herkiesbaar. Het jaarverslag vermeldt, dat de nieuwe ovens, die in 1928 werden gebouwd, in alle opzichten aan hun bestemming beantwoorden. Door de schommelende meelprijzen en de ver laging der broodprijzen, was het eindresul taat wel goed, doch niet zooals wel gewenscht werd. Ten opzichte van den omzet mogen wy echter volkomen tevreden zijn, aldus het ver slag, zoodat ook dit jaar kan worden voorge steld 7 pet. dividend uit te keeren. De op de vorige jaarvergadering naar voren gebrachte wensch tot verzekering van het personeel is door het bestuur in vervulling gebracht. Zoo wel het aantal leden als dat der verbruikers nam voortdurend toe. Uit het financieele overzicht blijkt, dat de Coöperatie ook in dit opzicht zich in een normalen en dus gezonden groei mag verheu gen. De balans wijst aan een totaal bedrag van f 48.701.92 en de exploitatierekening een van f 67.608.14. Aan arbeidsloonen is uitge keerd over het afgeloopen jaar een bedrag van f 16.498.74 54. Er is gemaakt een bruto winst van f 4856.14}!. Zooals uit de explota- tierekening en het statistisch overzicht der omzetcijfers blijkt is de rekening „onkosten" beduidend hooger dan vorige jaren. De dadelijk aanwijsbare oorzaken hiervoor zijn, zegt het bestuur: le. dat het bestuur voor het meerendeel van het personeel een pensioenverzékering heeft gesloten en 2e. dat de afsluitkosten eener nieuwe hypotheek hierop van niet onbeduidenden invloed zijn geweest terwijl ten slotte de overproductie der ovens een nadeeligen invloed uitoefende. Het bestuur hoopt, dat binnen afzienbaren tijd de voortgaande toeneming van leden en ver bruikers vooral, dit laatste zal nivelleeren. Optimistische visscher f® hef aqua rium „Kan ik het vischrtpht voor een jaar pachten?.^ Het werktijdenbesluit voor winkels. In de gistermiddag te Leiden gehouden vergadering van de K. v. K. voor Rijnland werd uitvoerig de vraag besproken, of in het internationale reglement voor koop en ver koop de bepaling moet worden opgenomen, dat zal gelden het recht van het land van den verkooper of dat van het land van den kooper. Besloten werd nadere adviezen in te winnen. De voorzitter der Kamer, de heer Ten Cate Brouwer, deelde mede, dat het ge meentebestuur van Leiden de toezegging heeft gedaan enkele secundaire toegangs wegen tot de gemeente te verbeteren. Voorts werd medegedeeld, dat de onderhandelingen over het bouwen van de Rooversbrug te Katwijk tot resultaat hebben gehad, dat er een beweegbare brug zal worden ge bouwd in verband met de doorvaart voor de loggers. Naar aanleiding van by de Kamer inge komen klachten over de diepte van het vaarwater te Leiden wordt besloten zich met het gemeentebestuur in verbinding te stellen. In verband met de weigering van de di rectie der Ned. Spoorwegen om verbete ring te brengen in den dienst Leiden— Woerden—Utrecht besloot de Kamer zich te wenden tot den Spoorwegraad, Naar aanleiding van een door de Ka mer ingestelde enyuête over het werktijden besluit voor winkels werd besloten aan B. en W. van Leiden te adviseeren: ten aan zien van de Zondagssluiting van winkels vooralsnog geen maatregelen te treffen; de sluiting op werkdagen te handhaven op acht uur, op Zaterdagen te bepalen op 10 in plaats van 11 uur en geen verplichte ochtend- of middagsluiting in de verorde ning op te nemen. Ten slotte besloot de Kamer te adviseeren tot definitieve invoering van bezorging van

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1930 | | pagina 9