(50.- i f 3000.- 1 750.- f 250.- f125.- f40.- oDE JONGEREN" VRIJDAG 28 MAART 1930 De kwestie- Fruytier-Huygens bij de Arbeidsinspectie REGEERINGSCRISIS IN DUITSCHLAND Dr. Breuning met de vorming van een kabinet belast Geen standbeeld voor Louis Bouwmeester Geweldige brand in Japan Een Fransche nocd- begrooting Diefstal in een vakschool te Utrecht Voornaamste cKieuws Telegrafisch Weerbericht BUREAUXNASSAULAAN49 D,T NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN DRIE EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 17422 AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL "flER EN TWINTIG HftEN NA HET ONGEVAL In de politiek WELKOMVREEMDELING W ereld-Tentoonstelling Barcelona 1929 De heer Huygens bluft te 's-Gravenhage Wie de schoen past, trekt hem aan Het geheele kabinet treedt af Zijn buste geplaatst in den Stadsschouwburg te Amsterdam 700 huizen verwoest Om te voorzien in de credieten voor April Ook diefstal in de Ambachtsschool te Haarlem gepleegd J. J. WEBER ZOON Barometers Thermometers Groote Houtstraat 166 Haarlem Telefoon No. 13866 (drie üjnen) Postrekening No. 5976. ABONNEMENTENvoor Haarlem en Agentschappen: per week 25 ct», per kwartaal 3.25, per post, per kwartaal 3.58 bij vooruitbetaling. NIEUWE HAARLEM ADVERTENTIEN 35 ct. p. regel VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN TIES. 1—4 regels 60 ct p. plaatsing: elke regel meer 15 ct_ bij vooruitbet Bij contract belangrijke korting. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN tusschen den tekst 60 ct per regel. leaen" om»" "i?" di' h'ad zi'n inKev"l,Je de verzekerinssvuorwaarden ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen Levenslange geheele ongeschiktheid tot werken <roor verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen bij een ongeva I met doodeliiken afloop bil verlies van een hand. een voet of een ooff bij verlies van een duim of wijsvinger bii een breuk van been of arm bii verlief van 'm anderen vrager SCP' oC 'el 1 i' I' f (Slot) Evenals in de kunst, zoo gedragen de kaamde „Jongeren" zich ook.in de Politiek. trachten er jevolutie te maken, 2°hder dat de noodzaak, of zelfs maar een aanleiding daartoe bestaat en het op positieve daden aankomt, stellen zij op ergerniswekkende wijze teleur. In de politiek staan zij nog schuldiger au in de kunst: In de kunst werden hunnerzijds al- hans eenige pogingen tot positief, cot ®Pbouwend werk gewaagd in de po- tiek hebben zij niets, heelemaal niets °t stand gebracht noch ook tot stand fachten te brengen; zij hebben in de Pnktiek alleen maar geentiseerd en af- ?fhroken en ge.vholden; en dat niet eens geniaal, maar grof, heel grof, 2°ncler eenige kennis van zaken, zonder Ceni6 inzicht in de politiek. daarom en waartoe trachtten de •.Jongeren" o, stuntelaars! revo ke in de politiek onzer gedegen Staatspartij te verwekken? Zijn de politieke en sociale toestan- ^en in ons land zco slecht? Staat Me erland b.v. in sociale wetgeving niet 5«n de spits in Europa? 1'.achten onr,.e Pontici voor de Katholieke zaak niet het uiterste te bereiken, dat in de hui- politieke constellatie nogelijk is? Niemand zai ontkennen dat er ook hooi onze politici fouten gemaakt wor- hen en dat ook in hun werken men-, ^helijke zwakheden zich openbaren, blaar de „Jongeren" maken in de po litiek fouten, zonder dat ze er in berken, om van daarbij bikkende men selijke zwakheden maar t3 zwijgen. Wat bereiken de „Jongeren" in ae Politiek? Niets! Wy mogen dat gerust neerschrijven: 8een enkele behoorlijke „Jongere" zal hit op zijn fatsoen trekken: zij zeggen loch immers zelf en zij gaan er Stoot op dat zij niets bereiken wii- len In het jongste nummer van „De Ge meenschap" nog laat Anton van Duin herken zich heel laatdunkend uit over he politiek als „de kunst van het be- reikbare"; wij vragen in alle beschei- henheid. of de politiek dan misschien de kunst van het onbereikbare zijn moet! Het tragische is, dat een Van Duin- herken blijkbaar zelf niet voelt, hoe hij *ich degradeert, als hij spreekt van ••het gemakkelijk hazardspel der bereik baarheden" en de politiek vergelijkt met een kienspel. ..Het gemakkelijk hazardspel. Waar de scherpzinnigste en geleerd- koppen zich moe op peinzen om 'timer onvoldaan zich opnieuw tot linzen te zetten! En dat wordt dan gezegd door iemand, hie in de politiek nog niets gepraesteerd heeft, die zelfs iak heeft aan „bereik baarheden".... Een enkel voorbeeld moge duidelijk bóg duidelijker maken, hoezeer deze „Jongeren" gespeend zijn van alle poli tieke wetenschap, van ieder politiek ihzicht. Het is - een hunner geliefkoosde hobby's (zij weten, dat daarmee „ge makkelijk" een goedkoop succesje be- 'eikt kan worden) te fulmineeren tegen het voortbestaan van art. 177 in het Itdisch ftegeeringsregiement, z.g. be merking der missievrijheid in Indië. Gerard Wijdeveld vergreep zich zelfs Mgr Nolens ais priester en staats man om van zijn overweldigende katho- hciteit en staatkundige wijsheid te ge tuigen en.... opzienbarend te doen. He neer Wijdeveld was zoo wijs, het Schanddicht te herroepen, maar de heer ®hgeiman betuigde zijn spij t over deze herroeping en „De Gemeenschap" ging een brochure zelfs een conflict aan met den bisschoppeiijken censor, om bat die censor een nadere verklaring van die allerdroevigste spijt-betuiging meende niet te mogen dulden; eerst op kerkelijk bevel hebben de heeren op hun beurt hun spijt betuigd. Maar.... wat is er nu waar van die missie-vrijheid in Indië? O zeker! Art. 177 van het Indisch ^■egeenngsregiement kan in de hand van een Gouverneur-Generaai een wa pen zijn tegen de katholieke en 'eüere andere missie, en daarom heeft ons katholiek program Achtereenvolgens geeischt „herziening "Wijziging" van de bedoelde verorde- ^hgen en tenslotte wegneming dei belemmering van de vrijheid van gods- menstuitoeiemng. Maar als de neeren „Jongeren" in de hoiitiek niet zoo nopelcos onkundig var. leiten en toestanden en niet zoo van Mie inzicht gespeend waren, zouden zij kweten hebben, dat er niet de minste reden bestaat om over deze aangele genheid (thans) zooveel kabaal te ma ken dan zouden zij geweten hebben, dat wij met den f e i t e 1 i j k e n toe stand integendeel heel tevreden mogen zijn. Onze katholieke Indische specialiteit, de heer A B. ten Berge, lid van het College der Gedelegeerden uit den Volks raad, heeft nog onlangs vóór zijn weder-vertrék naar Indië, in de pers verklaard: „U herinnert zich, dat er enkele jaren geleden een uit Nederland afkomstig voor stel tot wijziging van art. 177 bij den Volksraad in- behandeling is geweest. De redactie v.an het voorgestelde artikel was niet gelukkig Zij opende de deur voor mo gelijkheden, die wij niet konden aanvaar den. Zoodoende is over 't voorstel, mede door het toedoen der katholieke leden van den Volksraad, 'n ongunstig advies uitge bracht. Opheffing van het artikel is schijn baar de gemakkelijkste politiek. Maar op heffing zonder meer is niet gewenscht en wordt op het katholiek program terecht niet gevraagd. Het program vraagt het wegnemen van de belemmering uit bet ar tikel: maar de belemmering voor de ka tholieke missie zat met zoozeer in het ar tikel zelf, als wel in een onjuiste! toepassing ervan. Deze toepassing is thans bevredigend. De tegenwoordige Gouver neur-Generaal staat objectief en welwillend tegenover deze kwestie. Het gebeurde met de missie op Sibolga heeft aangetoond, dat de Regeering het gevaar voor verstoring van orde en rust niet als voorwendsel laat gebruiken om onze missionarissen dwars te zitten Men mag intusschen niet voorbij zien, dat het artikel in zijn algemeene strek king iets goeds bevat. Iïet geeft der Regee ring o.a. het middel in de hand om ongewenschte propagandisten, die een of andere „religie" beweren te verkondigen, te weren uit de gebieden, waar dergelijke pro paganda orde en rust 'zou verstoren. Wijzi ging van het artikel is gewenscht om even tueel misbruik te voorkomen, maar de juiste redactie van een nieuw artikel is nog niet gevonden." En als de heeren „Jongeren" niet al te kort van memorie zijn, dan moeten zij zich de jongste ministerieele verkla ring omtrent artikel 177 in de Tweede Kamerzitting van 28 Februari herinne ren, waarbij minister De Graaff, in debat met de bekende antipaapsche palstaanders (Lingbeek, Kersten, enz.), o.a. zeide: „De heer Lingbeek heeft den toestand van het eiland Soemba besproken met be trekking tot de toepassing van artikel j 77 van de Indische Staatsregeling. Het is mij bekend, Mijnheer de Voorzitter, dat het vorige jaar door den Gouverneur-Generaal te kennen is gegeven, dat geen bezwaar zou worden gemaakt tegen toelating van een R.K. geestelijke op dat eiland. Dit is ge schied op verzoek van een der radja's, die met de bevolking in zijn gebied een zooda nig geestelijk leider wenschte. Verdere bijzonderheden omtrent deze toe lating zijn mij voor het ocgenblik niet be kend: ik stel mij voor, dienaangaande na dere inlichtingen in te winnen. De kwestie of die toelating in strijd was met art. 177 nioet, naar ik meen. aldus worden beantwoord, dat geen tegenstrijdig heid is aan te wijzen. Art. 177 bakent geen bepaalde gebieden af, het een als voorbe houden aan de Protestantsche. het andere aan de Roomsch-Katholieke zending. Het bedoelt in dit opzicht alleen, dat, wanneer in eenige streek gevaar te vreezen is, met het oog op de openbare rust en orde. van toelating hetzij van een Katholiek, hetzij van een Protestantsch of van een ander Christen-leeraar of -zendeling, die toelating kan worden geweigerd." Toen interrumpeerde de heer Kersten: „In de Minahassa is een Christelijk Gere formeerd zendeling toegelaten. Hier drong een Roomsch onderwijzer in. Dat gat groote ontevredenheid en beroering." De minister vervolgde: „In vroegere ja ren heeft men we) voor enkele streken een regeling van den zooeven door mij bedoel den aard toegepast, maar een algemeene scheiding in Protestantsche en Katholieke kringen heeft nooit bestaan. Wanneer een bepaalde zendeling ergens gevestigd ie, san dus vestiging van een zendeling van andere richting worden tegengegaan, wanneer de Regeering daarvan schadelijke gevolgen vreest waarbij inderdaad zeer bepaald door het plaatselijk gezag moet worden uiteenge zet. welke schade te duchten is. Mij zijn gevallen bekend van weinige jaren geleden, waarin niet-toelating noodig was: het oc troi daarbij niet de Hervormde of de Ka tholieke zending. Een stelsel van bepaalde afbakening van arbeidsvelden ligt echter niet in de bewoordingen van art. 177." Hebben de „Jongeren" nu nog het recht, onze Katholieke Staatspartij te verwijten, dat zij niet anders handelt dan zij handelt? Moest daarvoor mgr. Nolens beleedigd worden? Mocht dat een der motieven zijn. waarom zoovele „Jongeren" de kolom men van een onzer Roomsche bladen dank zij een zeer laakbare hoofd redactie volkladderden en de anti katholieke pers wapenen tegen de ka tholieke zaak leverden? Het „Jongeren'-kabaal omtrent art 177 is kenmerkend voor héél hun poli tieke agitatie. Het is ondeskundig, wegens gebrek aan feitenkennis en inzicht; het is hol en op effect gericht; het is oneerlijk en öeieedigend. 't Is mogelijk, dat deze „Jongeren" het toch eigenlijk wei goed meenen maar dan moeten zij toch vreeselijk dom zijn. Of er dan geen „Jongeren'-vraagstuk oestaat? Zeer zeker wèl! Maar dan verstaan wij onder de „Jongeren" niet deze enkele excentrieke heeren, doch de groote jeugdmassa, welke thans, in zoo geheel nieuw modi- sche omstandigheden opgroeit, en door verschillende oorzaken, veelal wortelend in levensvervlakking, in andere dan ernstige ambities, zich afzijdig houdt van de politiek en onverschillig —-niet vijandig daar tegenover staat. Wanneer de komende „Politieke Re traite" te Amersfoort d i t vraagstuk aan een ernstig onderzoek zou onderwérpen, zouden wij ons van harte daarover ver heugen; wij zijn in dit opzicht stukken ten achter, b.v. bij de S. D. A. P., die dit vraagstuk alreeds wist op te lossen. Wil men zich in deze „Politieke Re traite" echter ernstig gaan bezig hou den met het handjevol artistieke en politieke onruststokers, waarmede wij in onze artikelen afrekenden, en wil men deze heeren daar een hoog woord laten voeren, dan hopen wij, ófwel dat de heele „Politieke Retraite" alsnog afge last wordt, ófwel dat alle ernstige poli tici zich hierbij onbetuigd zullen laten. Dat zijn woorden, welke men.in de zen tijd niet al te achteloos en niet al te gemakkelijk moet bezigen tegen hen, die onze grenzen willen overschrijden en hier gastvrijheid vragen. Naar aanleiding van het feit, dat de regeering heel terecht weigerde een pasvisum te verstrekken aan de Sovjet agente mevrouw Kollontay, ontvingen we uit Rome een brief, waarin ons de vraag gesteld werd, waarom de regee ring niet steeds zoo handelde, want dan zouden zeker de beide Russen, die als observators thans de conferentie voor de codificatie van het Volkenrecht bij wonen en uit Rome naar hier gekomen zijn, niet zijn toegelaten. Mogelijk is de regeering niet op de hoogte, maar dat zou op zichzelf al getuigen van een groote nalatigheid in deze tijden van communistische agita tie. Kurski, de eerste observator, is na een jeugd, waarin nogal het een en ander voorgevallen is, wat veroordee ling noodzakelijk maakte, uitgeweken naar Zwitserland, waar hij zich aan sloot bij Lenin. Met dezen heeft hij ook de propaganda voor de revolutie gevoerd aan het Oostfront en hij vergezelde hem later naar Rusland met het doel, de revolutie te doen uitbreken. Deze thans hier vertoevende gezant was de man van de Tsjeka, die hij omvormde tot de tegenwoordige Gepoe Hij was ook de man, die de processen liet voeren tegen de Duitsche inge nieurs en anderen processen, waar heel de wereldpers over geschreven heeft. Met den val van Trotzki en het optre den van Stalin daalde zijn macht en werd hij naar Rome gezonden als ge zant, waar hij nu nog is. B. Mirny, de tweede observator, is eveneens een Tsjeka-agent; als zooda nig was hij werkzaam op den Balkan en hij moet in die functie deel hebben genomen aan de bolsjewistische relle tjes en aanslagen, o.a. te Sophia. Vóór dien tijd was hij medicus in verdachte huizen te Odessa. Het is mogelijk, dat hij op grond daarvan te 's-Gravenhage verblijft, want als zoodanig zal hij zeker met kennis van zaken kunnen oordeelen over de nationaliteit van de gehuwde vrouw! Als men dit alles weet, dan moet het, dunkt ons, toch wel heel moeilijk zijn voor onze regeering om in dit geval een „welkom vreemdeling" over de lippen te laten komen. Eerdei moet zij verlangen naar het einde van de conferentie, waarbij een welge meend „vertrek vreemdeling" kan wor den gesproken. De „Grand Prix" voor Bensdorp Naar wij vernemen, zijn heden de bekro ningen van bovengenoemde tentoonstelling bekend gemaakt en is aan de Cacaofabriek Bensdorp. Bussum, voor haar inzending de „Grand Prix" toegekend. De begrooting' van Arbeid goedgekeurd In de hedenmorgen voortgezette vergade ring der Eerste Kamer heeft Minister Ver schuur toegezegd, dat de heer Huygens bij de Arbeidsinspectie te 's-Gravenhage werk zaam blijft en niet overgeplaatst zal worden naar Maastricht. Na deze verklaring trok de heer Slingen- berg zijn motie in, waarna de begrooting van Arbeid zonder hoofdelijke stemming goed- gelaeurd werd. De Minister werd van alle zijden geluk- gewenscht. De zitting werd verdaagd tot nadere bijeenroeping. Waarschijnlijk zouden zich veel liefhebbers voor deze schocntJ s melden, omdat de hakken met diamanten bezet zijn. Een der gelijke overdadige weelde, zullen zich maar weinig menschen kunnen veroor loven, zelfsin Amerika Het Duitsche rijkskabinet heeft gister avond te 7 uur 15 besloten in zijn geheel af te treden. De rijkskanselier begaf zich in verband daarmee naar den rijkspresident, die het ontslag aanvaardde en de regeering opdroeg de zaken voorloopig nog te blijven behartigen. De nieuwe kabinetsformateur Dr. Briining (Centrum) zal heden &p het middaguur door den Rijkspresident worden ontvangen en door dezen vermoedelijk wor den belast met het samenstellen van het nieuwe Kabinet. (Voor bijzonderheden zie men onder de rubriek Buitenlandsch Nieuws). De kansen voor een kabinet-Brünins Naar het Wolffbureau meldt, zullen de sociaal-democraten in het nieuwe kabinet niet .vertegenwoordigd zijn. Naar verluidt, ligt de oorzaak van het aftreden van het kabinet ook in den sterken druk, dis door dt vrije vakvereenigingen is uitgeoefend, Het kabinet-Brüning zal op de burger lijke middenpartijen steunen. Dr. Brüning zal bovendien probeeren een deel van de Duitsch-nationalen voor zijn kabinet te winnen. Zoo zou aan den afgevaardigde Schieie het departement van voedselvoor ziening worden aangeboden. Ook zal Brü ning waarschijnlijk een poging doen de ChristelijK-nationale arbeidsgemeenschap L zijn kabinet op te nemen. Voor de absolute meerderheid in den Rijksdag zijn 247 stemmen noodig. Centrum, Duitsche volkspartij, democraten en Beier- sche volkspartij hebben 148 mandaten. Als de oeconomische partij met 23, de christe- lijk-nationale arbeidsgemeenschap met 22 en bovendien de kleine partijen als Duit sche boerenpartij. Duitsch-Hannoveranen en volkrechtnartij met 14 afgevaardigden toe treden, zouden 207 mandaten bijeen zijn. Brüning zou dan dus nog den tseun van 40 Duitsch-nationalen noodig hsbben. Men heeft in politieke kringen den in druk, dat door de in aanmerking komende partijen reeds vosling is gehouden. De vooruitzichten voor een meerderheidskabi net worden echter nog niet zeer gunstig be oordeelt:. Kan het kabinet-Brüning geen meerder heid vinden, dan blijft de mogelijkheid om met art. 48 van de rijksgrondwet het finan- ciesle vraagstuk zoo snel mogelijk af te doen. Verwacht wordt, dat het kabinet Zaterdag zal zijn samengesteld. BERLIJN 28 Maart De Rijkspresident heeft den Voorzitter van de Centrum-fractie Dr. Bruening met de vorming van een nieuw kabinet belast. De officieele mededeeling over de opdracht aan Dr. Bruening luidt: „De Rijkspresident ontving hedenmorgen den Rijksdag-afgevaardigde Dr. Bruening, en gaf hem opdracht tot vorming van een nieuwe Rijksregeering. Hierbij deelde de Rijkspresident mede, dat het hem met. het oog op den moeilijken parlementairen toe stand niet doelmatig schijnt de toekomstige rijksregeering te vormen op de basis van een coalitie D. Dr. Bruening heeft de hem in dezen vorm gegeven opdracht, aangenomen. Bovendien ontving de Rijkspresident hedenmorgen den president van den Rijks dag Loebe voor een bespreking van den door het aftreden der Rijksregeering ontstanen politieken toestand. Het comité, onder voorzitterschap van jhr. A W. G van Riemsdijk, mevrouw Pos-van Amerongen secretaresse, en de heer J. E. Joachimsthal penningmeester, indertijd ge vormd om gelden bijeen te brengen voor de plaatsing "an een standbeeld van Louis Bouwmeester op het Leidscheplein te Am sterdam, is, naar wij vernemen, daarin niet geslaagd. De een die zegt: de riem zit ruim, Een ander dat hij knelt. En dat schijnt nu dan ook te zijn In Holland met het geld. Zoo zegt de Nederlandsche Bank: Het geld wordt niet gevraagd! En daarom is mijn rentevoet Tot drie procent verlaagd. Dat mc<et nu gelden als bewijs: Wij zwemmen in ons geld! Maar als je zoo eens rond je ziet, Dan sta je toch versteld. Heeft u te veel? Heb ik te veel? Bewegen wij ons ruim? Wie dit beweert, dat zeg ik hier. Die zuigt dit uit zijn duim. En vraag je nu waar is dat geld? Want wat ik er van zie Dan zegt men heel geleerd u weet Niets van economie! MARTIN BERDEN: Het benoodigde bedrag is in de verste verte niet bijeengekomen. Een onder toezicht van den beeldhouwer Toon Dupuis vervaardigd afgietsel van de buste van Louis Bouwmeester in de rol van Coriolanus staande in het Rijksmuseum, is thans voorzien van een fraai, door Theo van Rijn ontworpen voetstuk, door het gemeen tebestuur van Amsterdam aanvaard en ge plaatst in den stadsschouwburg te Amster dam. Eén doode en drie zwaargewonden Zevenhonderd huizen, waaronder het Stad huis, het Politie-commissariaat en scholen, zijn door een brand verwoest, te Komatsu- machi in het Noord-Westen van Japan. De schade wordt op 100.000 pond sterling geschat. Door een omvallende pomp is een brand weerman gedood en drie zwaar gekwetst. PARIJS, 28 Maart Aangezien de Fran sche regeering de zekerheid heeft gekregen, dat de behandeling van de begrooting voor 1930 niet meer voor I April as. gereed zal komen, heeft zij besloten bij de Kamer een wetsontwerp in te dienen, dat voorziet in een z.g. provisorische noodbegrooting, ten einde haar de credieten te verschaffen, die zij voor het einde van de maand April noo dig heeft. In verband met dit voornemen, vindt hedenmiddag een kabinetszitting plaats, waar de regeering den tekst van het nieuwe wetsvoorstel zal opstellen. Eenige dagen geleden is door de politie te Utrecht aangehouden de 27-jarige stuca- door P. M., zonder vaste woonplaats, die in Utrecht inbraak had gepleegd in een vak school, waarbij hij 2500 had ontvreemd. De man bekende aan die inbraak schul dig te zijn. In zijn bezit werden gevonden een revol ver en een insigne, waarvan bij onderzoek bleek, dat deze voorwerpen van de am bachtsschool te Haarlem afkomstig waren, en die sinds den diefstal in den nacht van 11 op 12 Maart vermist werden. Aan dezen diefstal ontkende de man schuldig te zijn. Hij is echter te Utrecht in bewaring gesteld. Het onderzoek wordt verder voortgezet. In de hedenmorgen gehouden vergadering der Eerste Kamer heeft Minister Verschuur verklaard, dat de heer Huygens tij de Ar beidsinspectie te 's-Gravenhage blijft. De be grooting van Arbeid werd daarna z.iu». goedgekeurd. Voor het oprichten van een standbeeld van Louis Bouwmeester is niet voldoende geld ingekomen. Zijn buste wordt geplaatst in den Amsterdamschen Stadsschouwburg. De Nederlandsche Paters Augustijnen zul len een Missie beginnen onder de Indianen in Bolivia. De arbeid in de diamantindustrie zal op nieuw gedeeltelijk stopgezet worden. Bij de behandeling in de Eerste Kamer van de begrooting van Arbeid, is door vele leden geprotesteerd tegen de plaatsing van Ir. Fruytier, ex-gouverneur van Curasao, bij de Arbeidsinspectie te 's-Gravenhage. Tegen een 58-jarigen havenarbeider is we gens moord door het O. M. bij de Rotterdam- sche Rechtbank 10 jaar gevangenisstraf ge eischt. Het Internationaal Congres voor Pluimvee teelt te Londen. De Arnhemsche vrouw, die haar kindje in een zeildoeken koffer verstikte, is door het Gerechtshof te Arnhem tot 3 jaar gevange nisstraf veroordeeld. De Tweede Kamer heeft aangenomen het wetsontwerp tot regeling van de arbeids overeenkomst van kapitein en schepelingen en dat in zake de nadere bestemming van de bezittingen van het Kon. Nat. Steun comité. De Tweede Kamer is tot 6 Mei op recès gegaan. Het Dnitsche kabinet is afgetreden. Een comité van deskundigen voor het on derzoeken van een Middellandsehe Zee-pact, De nieuwe Fransche ministeries en onder secretariaten door den Senaat goedgekeurd. Oproer in de staatsgevangenis van Mis souri. Braziliaansche stad door een storm weg gevaagd. De geruchten houden aan, dat Poincaré in Frankrijk weer het bewind in handen zal nemen. De autoriteiten schijnen in de actie van Gandhi te willen ingrijpen. Op IJsland is een vischkotter gestrand. Ne gen man omgekomen. Jan Pilsoedski zal den President van Polen voorstellen, het parlement te ontbinden. Volgens den Londenschen correspondent van de „Popclo di Eoma" is de Vlootconfe- rentie eigenlijk pas gisteren begonnen. Dr. Bruening is met de vorming van een nieuw Duitsch kabinet belast en heeft de opdracht aangenomen. Barometerstand 9 uur v.m.: 765, achteruit. LICHT OP. De lantaarns moeten morgen opgestoken worden om: 6.57 uur. Hoogste barometerstand: 766.3, te Vardö, Laagste barometerstand: 743.6 te Thors- havn. Verwachting: Matige, later krachtige Zui delijke tot Zuid-Westelijken wind. Toene mende bewolking, later betrokken met re gen. Iets zachter des nachts. Overdag wei nig verandering in temperatuur. Dr. BRÜNING, de leider van het Duitsche Centrum, aan wien hedenmorgen opdracht is gegeven, een nieuw Kabinet te vormen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1930 | | pagina 1