DE NIEUWE SLUIS TE
IJMUIDEN
EEN GROOTSCH WERK
DE WERELDTENTOONSTELLINGEN
TE ANTWERPEN EN LUIK 1930
DERDE BLAD
DONDERDAG 24 APRIL 1930
BLADZIJDE 1
W -
Te Antwerpen
Te Luik
RADIO-NIEUWS
Radio-signalen bij de spoorwegen
*De dCsderlandsche deelneming
„Zou jij je boord en dassie niet eens omdoen? Het is vandaag jou
beurt om aan de deur te vragen." (Smith's Weekly)
Overtuigd van het groote belang, dat er
in was gelegen dai Nederland ook op waardi
ge wijze aan deze tentoonstelling zou deelne
men, werd bij Koninkl.k Besluit van 23
Augustus 1929 Np 23 ingesteld een Centrale
Commissie en een Uitvoerend Comité voor de
deelneming van Nederland aan deze ten
toonstelling, beide onder Voorzitterschap van
den beei Dr E. E. Posthuma, Oud-Minister
van Landbouw en Nijverheid en Handel,
Voorzitter van den -Nijverheidsivad, die te
vens werd benoemd als Commissaris-Gene
raal.
Verder werden als leden van het Uitvoe
rend Comité benoemd: de heer Ir. W. H.
van Leeuwei.. Onder-Voorzitter; de heer Ir.
C. J. van Dusseldorp, Penningmeester; de
heer H E' R. Snoek. Secretaris; de heer Ir.
E. de Kruyff. lid, welke laatste tevens werd
benoemd ali gedelegeerde in België van het
Uitvoerend Comité.
Als vertegenwoordiger van den Minister van
Arbeid, Handel en Nijverheid werd benoemd
de heer F K J Heringa, administrateur.
Chef van de afd. Handel en Nijverheid van
het Departement van Arbeid, Handel en Nij
verheid en als vertegenwoordiger van den
Minister van Koloniën werd benoemd de
beer Dr. L. J v d. Waals. Referendaris, Chef
der IVde afdeeling van het Ministerie van
Koloniën.
Het ontwerpen van het Nederlandsche pa
viljoen werd toevertrouwd aan den heer H.
Th. Wijdeveld architect B. N. A. Was het
aanvankelijk de bedoeling de totale opper
vlakte van het Nederlandsche paviljoen pl.m.
6000 M2 te doen zijn. later bleek het, dat
deze ruimte niet voldoende was in verband
met de daadwerkelijke belangstelling die van
Nederlandscne officieele en particuliere zijde
werd getoond, zoodat tenslotte het Neder
landsche pavilioen een oppervlakte kreeg
van meer dan 12000 M2. dus een van de
grootste buitenlandsche paviljoens op deze
tentoonstelling is geworden. De lengte van
het gebouw is 250 M
Bij den hoofdingang bevindt zich een sterk
contrast met de laaggehouden architectuur
van het gebouw, een pylonen-partij, die on
geveer 30 M hoog is, waardoor bereikt wordt
dat de Nederlandsche inzending van verre
reeds opvalt als tets bepaalds tusschen de
vele, meest in lichte kleur gehouden, gebou
wen van de tentoonstelling.
Door het zeer tijdelijke karakter van den
bouw was een uitvoering in houtconstructie
met zeer goedkoop materiaal noodzakelijk.
De duur der tentoonstelling zal ongeveer
ees maanden zijn. Na afloop wordt het ge
bouw onmiddellijk weer afgebroken.
De langgerekte vorm van het paviljoen,
dat aan de twee uiteinden afgesloten wordt
door de Groote Receptiezaal eenerzijds en
door het paviljoen van de gemeente Rotter
dam anderzijds, is over twee verkeerswegen
van het tentoonstellingsterrein heen gepro
jecteerd zoodat de onder-verdieping twee
maal onderbroken wordt door een doorgang
die overdekt wordt door een verdieping,
waarin de afdeeling Nederlandsche Koloniën
gehuisvest is.
De overgang van den beganen grond naar
hoogerjiggende galerijen en naar de afd. Ko
loniën is zeei geleidelijk bijna ongemerkt
door telkens eenige treden tegelijk.
Het interieur werd in hoofdzaak met tri
plex en celetex afgewerkt, waarbij zooveel
mogelijk partp getrokken werd van de spe
cifieke kleurwerking van deze materialen.
De werkzaamheden verbonden aan het
toezicht op den bouw en alles wat hier
mede samenhangt werden door het Uitvoe
rend Comité toevertrouwd aan het Ingeni
eursbureau G. J. Langhout. terwijl de bouw
zelf m handen werd gesteld van de N. V.
Nederlandsche Aanneming Maatschappij v.h.
Firma H. F. Boersma.
De hepr H. Th. Wijdeveld, het Ingenieurs
bureau G. J. Langhout en de N. V. Neder
landsche Aanneming Maatschappij v.h. fir
ma H. F. Boersma zagen zich voor een zwa
re taak geplaatst maar dank zij onderlinge
samerwerking ook met net Uitvoerend Co
mité is het resultaat, dat Nederland op deze
tentoonstelling zal verschijnen met een pa
viljoen van moderne architectuur, dat onge
twijfeld door opzet, bouw en uitwendige en
inwendige decoratie de internationale aan
dacht zai trekken.
Voor wat betreft den tuinaanleg rondom
het gebouw werd de medewerking verkregen
van een sub-commissie uit den Nederland-
schen tuinbouw, onder voorzitterschap van
den heet Ernst Krelage.
Bij den tuinaanleg, die door den heer H.
de Lange, tuinarchitect te Rotterdam ont
worpen is, is er naar gestreefd, tijdens den
ganscnen duur van de tentoonstelling volop
bloemen te kunnen toonen. Aanvankelijk
was het zwaartepunt gelegd in groote hoe
veelheden potplanten, in breede strooken in
het gazon maar naarmate het paviljoen
grooter afmetingen kreeg, moesten ook aan
den tuinaanleg andere eischen worden ge
steld.
De bloeiperiode wordt geopend door 30.000
Darwin en andere late tulpen in verscheiden
heid. ingezonden door 't Centr. Bloembollen
Comité Haarlem. Deze worden opgevolgd
door een uitgebreide perkbeplanting met Pe
largonium Zonale. Regonia Erfordia en knol
begonia's, van de Nijmeegsche Veilingmaat-
schapoij en van de N. V. v.h. M. van Wave-
ren en Zonen te Hillegom. Twee zeer uitge
strekte boordbedden zullen doen zien, wat de
Nederlandsche tuinbouw op het gebied van
vaste planten vermag; het zijn inzendingen
van de Koninklijke Kweekerij Moerheim te
Dedemsvaart en van de firma G. Lubbe en
Zoon te Oegstgeest.
Fen bijzondere merkwaardige en uitgebrei
de verzameling Lelies is geplant door den
heer S J. Schoon, bloembollenkweeker te
Akersloot
Niet minder dan 5000 struikrozen zullen de
Nederlandsche rozenteelt vertegenwoordigen,
ingezonden door de firma's G. A. H. Buis
man en Zoon te Heerde. M. Leenders en Co.
te Steyl en J. H. Faassen Hekkens te Tege-
len. Talrijk zullen in den zomer en den herfst
de Dahlia s zijn, waarbij vooral de Mignon-
dahlias hare voortreffelijkheid voor perkbe
planting zullen aantoonen, inzenders zijn de
heer J A Dominicus te Schiedam en de
firma's J G. Ballego en Zoon te Leiden en
W. Topsvoort te Aalsmeer, terwijl de Neder
landsche Dahliavereeniging voor perken met
3500 otuks zorgt.
Het Nederlandsche paviljoen is door door
gangen verdeeld in 3 gedeelten. Wanneer
men het gebouw bij den hoofdingang bin
nentreedt bevindt men zich in een reus
achtige ontvangzaal. De aandacht van de
bezoekers zal ongetwijfeld het eerst worden
getrokken door een wandbeschildering van
de Zuiderzeewerken, waardoor' duidelijk en
op zeer kunstzinnige wijze een beeld wordt
gegeven van hei ontstaan van onze twaalfde
provincie Deze zaal, die dienst doet als
ontvang- en receptiezaal, bevat de inzen
dingen op het gebied van Nederlandsche
kunstnijverheid, voor welke afdeeling een af
zonderlijke subcommissie is ingesteld onder
leiding van den heer Ir. J. de Bie Leuve-
link Tjeenk.
In de daarnaast gelegen zaal treft men de
verschillende inzendingen van Rijkswege
aan, zooals de uitgebreide inzending van het
Departement van Waterstaat, gevende een
overzicht van de Nederl. Internationale
waterverbindingen en van de Zuiderzeewer
ken, terwijl verder de aandacht wordt ge
vestigd on het aandeel, dat Nederland heeft
in het verkeer door het Suez-kanaal.
De afdeeling luchtvaart van het Departe
ment van Waterstaat toont, wat o.a. op
radiogebied van Nederlandsche zijde ge
schiedt in verband met de Luchtvaart, ter
wijl de afdeelingen Kustverlichting en Hy-
drographie van het Departement van De
fensie naar vuren brengen, op welke moder
ne wijze deze twee rijksinstellingen werken
ter beveiliging van het internationale zee-
vaartverkeer.
Tenslotte is in deze zaal nog opgesteld een
diorama, betrekking hebbende op het Neder-
landsch Scheepsbouwkundig Proefstation.
Dit proefstation, tot den bouw waarvan,
zcoals men weet, onlangs werd besloten, heeft
ten doel het verrichten van proefnemingen
met modellen v« scnepen en voortstuwers.
Wanneei men deze afdeeling verlaat gaat
men door een overdekten doorgang naar de
2de afdeeling, waarin in hoofdzaak de Ne
derlandsche particuliere deelneming is op
gesteld.
Aansluitend aan deze afdeeling komt men
in de zaal. waarin men de Dordrechtsche en
Vlissingsche collectieve deelneming vindt op
gesteld, terwijl men vervolgens de zaal be
treedt, waarin de Amsterdamsche collectieve
inzending is ondergebracht. De leiding van
deze collectieve afdeeling berust bij het Am
sterdamsche Gemeentebestuur en rondom
de inzending van Gemeentezijde, betrekking
hebbende op het havenbedrijf en alles wat
hiermede samenhangt, vindt men opgesteld
de inzendingen van de particuliere Amster
damsche bedrijven welke zich in een of ander
opzicht op zeevaartkundig terrein bewegen.
By deze afdeeling sluit zich aan de bij
zonder uitgebreide collectieve Rotterdamsche
afdeeling. Op dezelfde wijze als ook te Am
sterdam is geschied neeft ook voor wat be
treft Rotterdam het gemeentebestuur de lei
ding van een collectieve inzending op zich
genomen en ook hier zijn, rondom de Ge
meentelijke inzending op havengebied, ver
schillende van de .ooraanstaande particu
liere bedrijven vertegenwoordigd. In het bij
zonder is hierbij nog de medewerking ver
kregen van de afdeeling Rotterdam van den
Metaalbona
Teruggaande in het Amsterdamsche ge
deelte bestijgt men met een monumentale
trap de bovenverdieping, die zich over het
geheele gebouw (met uitzondering van het
Rotterdamsche gedeelte) uitstrekt. Deze ver
dieping is geheel gewijd aan overzeesch Ne
derland Daar, zooals bekend is, in 1931 een
groote Internationale Koloniale Tentoonstel
ling in Parijs zal plaats vinden, bleek van
particuliere zijde weinig belangstelling, maar
desalniettemin, zal deze afdeeling groote
aanaacht van de bezoekers trekken, omdat
op bijzonder aantrekkelijke wijze in beeld is
gebracht, wat Nederlandsch Oost-Indië, Su
riname er Curacao beteekenen.
Bij alle inzendingen van overheidswege is
er naai gestreefd, de voorstelling, waarop de
aandacht werd gemeend te moeten worden
gevestigd zoo te doen zijn, dat zij de meest
mogelijke aandacht zouden kunnen trekken
met behulp van verlichte of bewegende voor
stellingen, fraai uitgevoerde maquetten en
modellen. Er mag dan ook worden gezegd,
dat dit doel volkomen is bereikt.
Bij den ingang van het gebouw treft men
nog een afzonderlijke ruimte aan, waarin de
afdeeling Handel en Nijverheid van het De
partement van Arbeid. Handel en Nijverheid
en de Algemeene Nederlandsche Vereeniging
voor Vreemdelingenverkeer haar inzendin
gen hebben opgesteld.
De daadwerkelijke belangstelling van het
Nederlandsche bedrijfsleven was van dien
aard, dat bet onmogelijk was aan alle wen-
schen tot plaatsruimte te voldoen, waarvan
het gevolg is geweest, dat verscheidene Ne
derlandsche particuliere bedrijven elders in
de internationale afdeeling onderdak ge-
De 29ste April van dit jaar zal in onze ge
schiedenis ongetwijfeld als een belangrijke
datum worden opgeschreven. Op dien dag
toch wordt de nieuwe schutsluis te IJmui-
den, de grootste van het vaste land, een mil-
lioenenwerk, officieel geopend door H.M. de
Koningin.
Met een „eenvoudige handbeweging"
zooals het programma vermeldt zal onze
Vorstin deze nieuwe toegangspoort naar de
zeehaven van de hoofdstad openstellen en
daarmede dit geweldige waterbouwkundige
werk, waaraan de namen van onze Neder
landsche ingenieurs met groote eere verbon
den zijn, voegen bij de andere bouwkundige
monumenten, welke Nederland voor zich en
zijn nageslacht opricht.
Van welk een omvang dit werk is geweest,
valt uit de voltooide sluis niet op te maken.
Men ziet de groote schutkolk en bewondert
de enorme roldeuren, zonder te weten, wat
aan de totstandkoming voorafgegaan is, hoe
veel studie de bouwers zich getroost hebben,
hoeveel arbeid er ligt onder het wateropper
vlak en onder den grond, waarover men thans
loopt.
De bouwers en zij, die het werk van nabij
gevolgd hebben weten dit wel.
Zij hebben vijftien meter onder het tegen
woordige wateroppervlak gewandeld, over
den bodem van den bouwpunt, tusschen
zandtreinen en excavateurs, tusschen hei
stellingen met den ratelenden Mc. Kiernan
bracht moesten worden. Verschillende Ne
derlandsche ondernemingen hebben eigen pa
viljoens opgericht in de onmiddellijke nabij
heid van het Nederlandsche gebouw.
De Nederlandsche Land- en Tuinbouw zul
len op verschillende tijdelijke tentoonstel
lingen vertegenwoordigd zijn.
Bij het organiseeren van de deelneming van
Nederlandsche zijde aan de Internationale
tentoonstelling te Luik heeft het Neder
landsch Uitvoerend Comité zooveel mogelijk
getracht voor wat betreft de wijze van deel
neming collectiviteit te bevorderen.
In de eerste plaats kan in dit opzicht wor
den gewezen op de gelukkige samenwerking,
waardoor het mogelijk is de Maaskanalisa
tie in beeld te brengen. Hierbij wordt samen
gewerkt door alle vier de Kamers van Koop
handel en Fabrieken in Limburg dus: Maas
tricht, Heerlen. Roermond en Venlo, de Ka
mers van Koophandel en Fabrieken te Nij
megen, Amsterdam en Rotterdam, terwijl de
gemeentebesturen van deze verschillende ge
meenten eveneens van him belangstelling
blijk hebben gegeven en tevens het Gemeen
tebestuur van Dordrecht en Rijkswaterstaat.
Met behuln van maquetten, lichtkaarten,
al dan niet bewegend en foto's zal de bezoe
ker zich een duidelijk denkbeeld kunnen vor
men van hetgeen op waterstaatkundig gebied
tot stand is gebracht en een beeld krijgen
van de economische beteekenis van deze
nieuwe waterveroinding op Nederlandsch ge
bied, iii internationaal opzicht.
De directies van de verschillende steen-
kolenmijnbedrijven in Heerlen hebben zich
onder leiding van het Siaatssteenkolenmijn-
bedrijf vereenigd en in de gemeenschappelijke
Terry-hamer en reusachtige beton-stortin-
stallaties. Langzaam hebben zij dit enorme
bouwwerk op zijn palenfundament zien
groeien, het eene blok na het andere, totdat
water en aarde het grootste deel aan het oog
onttrokken.
Wij reproduceeren hierbij een foto, welke
door ons gemaakt is tijdens den bouw van
het buitensluishoofd. Het is bedoeld als een
herinnering aan den bouw en de kiek geeft
daardoor een interessant beeld. Toen wij des
tijds men over den bodem van de kolk wan
delden, langs de deurkassen en de riolen, kre
gen we den indruk, alsof er een complex
reusachtige gebouwen in wording was. Onbe
schrijfelijk was de indruk, welken men kreeg
bij het zien van dat netwerk van wapeningsij
zer, waartusschen de Monjé-werkers met
hun aan flarden gereten kleeren, de verbin
dingsijzers vlochten of bij de beschouwing
van de geweldige bekistingen, waarboven de
kabelbanen hun beton-bakken lieten zakken,
dag in, dag uit, totdat de tienduizenden ku
bieke meters afgestort waren. En hoevelen
zullen zich nog den 78 meter hoogen dubbelen
beton-toren herinneren, die gebruikt werd
bij het storten van het binnenhoofd?
Nu dit alles voorbij is en het resultaat van
den arbeid er ligt, is het de herinnering aan
dat buitengewone bouwproces, dat het sluis-
werk aan hen, die het van nabij gevolgd heb
ben, blijvend interessant maakt, méér dan
voor anderen.
De geschiedenis van den sluisbouw gaat
terug tot 1909, in welk jaar een Staatscom
missie werd ingesteld, voor een onderzoek
naar de wenschelijkheid voor het nemen van
maatregelen, om op den duur een geregelden
toegang tot Nederland door het Noordzee
kanaal te verzekeren. Besloten werd o.m. tot
den bouw van een nieuwe sluis, die eerst een
lengte zou hebben van 360 M. bij een breedte
van 40 M. en een diepte van 14 M. Later zijn
deze afmetingen gewijzigd en werd besloten
tot den bouw van een sluis, 400 M. lang en 50
meter breed, met een diepte van 15 meter.
De wet, tot het bouwen van deze sluis,
werd 2 Januari 1917 afgekondigd.
Het spreekt zelfs voor leeken vanzelf,
dat een dergelijk werk maar niet zonder meer
aangevangen wordt. Onze Nederlandsche in
genieurs zetten zich aan den arbeid en na een
intensieve bestudeering van alle vraagstukken,
welke met dit buitengewone werk verband
houden, werd in 1924 met den bouw van de
schutkolkmuren begonnen.
Interessant in het intusschen te weten,
dat de bemaling van den bouwput, welke
droog gehouden moet worden, een aanzien
lijke hoeveelheid water opleverde, hetwelk
aan het Provinciaal Waterleidingbedrijf van
Noord-Holland geleverd werd. Millioenen
kubieke meters water heeft de sluisbouw
aan de provincie geleverd.
Zooals bekend, is de sluis gefundeerd op
betonpalen, waarvan een duizenden in den
grond geheid zijn.
De bouw van de schutkolkmuren was in
Maart 1925 voltooid. Daarna werd begonnen
met den bouw van het binnenhoofd. Het
buitensluishoofd vormde de laatste phase
van den bouw.
Een onderwerp van bijzondere studie
vormde de methode van vulling der schut
kolk. In de oude sluis is daartoe in de kolk-
muur een riool aangebracht met zijwaartsche
spruiten, waardoor het water in en buiten de
sluis op gelijk peil gebracht wordt.
In een waterbouwkundig laboratorium te
Berlijn werden langdurige proeven genomen,
Waarvan het resultaat was, dat besloten werd
de vulling van de kolk te doen plaats hebben
door z.g. omloopriolen in de sluishoofdeo.
Dientengevolge was het mogelijk, den bouw
van de schutkolkmuren,, waarin nu Seen
Een interessante foto, genomen tydens den bouw van het buitensluishoofd in
1937
opstelling zal duidelijk en zeer overtuigend
naar voren worden gebracht wat het Neder
landsche steenkolenmijnbedrijf beteekent en
hoe reusachtig snel dit zich heeft ontwikkeld.
Verder wordt een zeer belangwekkende
ruimte ingenomen door een collectieve stand
van hei. Coöperatieve Zuivelbedrijf in Ne
derland, welke inzending wordt verzorgd
door den Aigemeenen Nederlandschen Zui-
velbond. In dezen stand zal, met behulp van
de zeei belangwekkende film van deze orga
nisatie nader worden getoond, hoe ontzag
lijk het Coöperatieve Zuivelbedrijf in Neder
land zich heeft ontwikkeld.
Verder de zaal doorgaand komt men aan
'n eveneens buitengewoon belangwekkende
collectie- e inzending, en wel de inzending
van de Nederlandsche electrotechnische in
dustrie en wat hiermede verband houdt.
Deze collectieve groep staat geheel onder
leiding van de Stroomverkoop Mij. te Maas
tricht er het is een verheugend verschijnsel
dat bijna alle vooraanstaande Nederland
sche ondernemngen op dit gebied van hun
daadwerkelijke belangstelling blijk hebben
gegeven
De opstelling en indeeling van deze groep
zal ook ongetwijfeld grooten indruk maken
op den bezoeker en hem toonen hoe ontzag
lijk de Nederlandsch electrotechnische indus
trie zich in de laatste kwart-eeuw heeft ont
wikkeld Dat in verband hiermede de elec-
trificatie van Nederland ook zeer snelle vor
deringen maakt wordt op bijzonder gelukkig
gevonden wijze in beeld gebracht, in de stand
van de Stroomverkoop Mij.
Als vertegenwoordigers van de Limburg-
sche Nijverheid vindt men een zeer groote
inzending van de N. V. Kristal-, Glas- en
Aardewerk Industrie ,De Sphinx" te Maas
tricht, een uitgebreide inzending van de
Eerste Nederlandsche Cementindustrie te
Maastricht terwijl verder uit Limburg deel
nemen de N. V. Kristal Unie, te Maastricht
en de Swalmer Dakpannenfabriek te Swal-
men.
Maar ook de andere inzendingen zullen
het bewijs leveren, dat Nederland uit In
dustrieel oogpunt met volle gerustheid een
vergelijking met het buitenland kan door
staan.
Een afzonderlijke groep vormen de Afdee
lingen Wetenschappen en Muziek. Voor het
organiseeren var deze twee afdeelingen zijn
twee subcommissies ingesteld, die voor de
Wetenschappen onder leiding van Prof. J. v.
d. Hoeve en a ie voor wat betreft de Muziek
onder voorzitterschap van den heer Dr. Joh.
Wagenaai.
Het zou ons te ver voeren hier verder op
deze afdeelingen in te gaan, nog zij gewezen
op een afzonderlijke afdeeling behoorend tot
de groep Wetenschappen, waarin de aan
dacht wordt getrokken door de Nederlan
ders die in der loop der jaren de onderschei
ding van den Nobelprijs hebben verworven,
de inzendingen op 't gebied der natuurwe
tenschappen zijn tot stand gekomen door sa
menwerking der Universiteiten te Amsterdam
Delft, Groningen, Leiden, Utrecht. De be
langstelling voor deelneming, eerst aarze
lend, bleek later van dien aard te zijn, dat
verschillende aanvragen tot deelneming ln
het Nederlandsche paviljoen moesten worden
afgewezen Het Nederlandsche gebouw heeft
een totale oppervlakte van meer dan 3000
M2., is gebouwd dcor het tentoonstellings-
bestuur terwijl de heer Denijs 'de uitwendige
en inwendige decoratie verzorgt.
De tuinaanleg rond het gebouw wordt ver
zorgd door een speciale subcommissie onder
voorzitterschap van den heer Ernst Krelage,
terwijl de heer H. de Lange tu in - architect,
dezen tuinaanleg heeft ontworpen.
De Algemeene Nederlandsche Vereeniging
voor Vreemdelingenverkeer en de Exploita
tie Mij „Scheveningen" zullen met haar in
zendingen het bewijs leveren, dat als toe-
ristenland Nederland ook alle aandacht ver
dient. terwijl de afdeeling Handel en Nijver
heid van het Departement van Arbeid, Han
del en Nijverheid voor de noodige handels
voorlichting en wat hiermede samenhangt
zorg draagt.
Tenslotte zij vermeld, dat bij K. B. van
14 October 1929, no. 9. werden ingesteld een
Centrale Cofnmissie en een Uitvoerend
Comité voor de deelneming van Nederland
aan bovengenoemde tentoonstelling, beide
onder voorzitterschap van den heer Mr. Dr.
W. F J. Frowein, Directeur-Voorzitter der
Staatsmijn Limburg, die tevens is benoemd
als Commissaris-Generaal.
Het Uitvoerend Comité bestaat nit de
heeren:
Mr. Dr. W. F. J. Frowein, voorzitter.
P. H M. Regout, onder-voorzitter. v
Mr. E. E. Menten, Penningmeester.
H. F. R. Snoek, Secretaris.
Ir. E. de Kruyff, Lid en Gedelegeerde ttt
België.
F. K J. Heringa, Administrateur, Chef der
Afdeeling Handel en Nijverheid van het
Departement van Arbeid, Handel en Nijver
heid. Vertegenwoordiger van den Minister
van Arbeid, Handel en Nijverheid.
P. Visser, administrateur, Chef der Afdee
ling Kunsten en Wetenschappen van het
Departement van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen. Vertegenwoordiger van den
Minister van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen.
In Engeland en de Vereenigde Staten wor
den thans proefnemingen gedaan, om de
optische signalen bü de spoorwegen te ver
vangen door draadlooze teekens, hetgeen
vanzelfsprekend vele vcordeelen heeft.
Het nieuwe systeem berust hierop, dat op
verschillende emplacementen radiosignalen
gegeven worden, die door de machinisten
worden opgevangen en door middel van een
luidspreker worden weergegeven. Voorloopig
zal het systeem slechts als aanvulling van
het optische en acoustische signaalwezen
worden toegepast.
In 1927 werd de eerste sluiséfur, welke, zocals men weet, van Rotterdam nit over
zee naar IJmuiden is gebracht, in vertiea Ien stand gebracht. Hierboven een foto van
deze gebeurtenis
riool noodig was," belangrijk te vereenvoudi
gen. De muren konden nu aan beide zijden
als normale kademuren op paalfundeering
worden gebouwd, hetgeen een besparing
bracht van ruim 1 millioen gulden. Daarbij
is nu verkregen, dat de schepen in de kolk
tijdens de vulling „rustig" liggen, hetgeen bij
de toepassing van de z.g. spruiten niet het
geval is.
De bouw van de muren kostte n i-n f3000
per strekkenden meter cf in totaal f 1.576.000.
Alleen voor de schutkolkmuren waren 6100
betonpalen noodig. Het werk werd uitgevoerd
door de N. V. Aannemings Mij. v.h. Hillen
en Roosen en Betonbouw „Trio", uit Amster
dam.
Het binnenhoofd is gebouwd door de
Hollandsche Mij. tot het maken van werken
in gewapend beton voor f 2.976.000. Voor het
binnenhoofd moest ongeveer 70.000 M3
beton verwerkt worden.
In totaal is voor den sluisbouw ongeveer
200.000 M3 beton verwerkt.
Het buitensluishoofd is gebouwd door de
Fa. Broekhoven en v. Zuijlen. De kosten
hiervan hebben tusschen de 4 en 5 millioen
gulden bedragen.
Dj. ^5'j reustachtige sluisdeuren zijn ver
vaardigd door de N.V. Burgerhouts Scheeps
werf- en Machinefabriek, te Rotterdam, voor
f 965.000.Zij zijn ongeveer 20 meter hoog,
50 meter breed en 7% meter dik.
Voor de nieuwe sluis is een nieuwe toe
gangsweg naar zee gegraven en wel aan de
noordzijde van het fort, dat thans op een
eiland is komen te liggen. Hiervoor was het
noodig, dat het worteleind van de Noord-
pier omgelegd werd. Dit is ook geschied-
Ten slotte zij aan deze, uit den aard der
zaak zeer oppervlakkige mededeelingen, nog
toegevoegd de bijzonderheid, dat de nieuwe
sluis gelegenheid biedt voor massa-schuttin
gen. Een groot aantal schepen kan thans ge
lijktijdig geschut worden, hetgeen een groot
voordeel is.
Kon in den oude sluis slechts één schip
van 20.000 ton geschut worden, in de nieuwe
sluis kunnen gemakkelijk twee schepen van
deze afmetingen tegelijk geschut worden. Er
is dan zelfs nog plaats voor 2 schepen van
3000 ton.
De beteekenis van deze massaschuttingen
wordt duidelijk, wanneer men de stijgende
cijfers van het scheepvaartverkeer door de
sluizen ziet. En overigens kunnen wij thans
de grootste Oceaan-reuzen ontvangen. De
passage naar Amsterdam is_verzekerd l
Een totaal-overzicht van de nieuwe sluis