wat wil het ned. Indonesisch
a if#
i
COUPONS
VERBOND
PIJLTJES
F. Wisbrun Liffman j
A. Funke Zoon
Maandag
Dinsdag
Woensdag
TWFF.DE BLAD
ZATERDAG 3 MEI 1930
BLADZIJDE 1
STADSNIEUWS
Wollen, Zijden, Katoenen
en Kunstzijden stoffen
■Verwezenlijking der Rijkseenheidsgedachte in den zin van een
twee-eenheid Ned.-Indonesië
N.V. Algemeene Noord-Hollandsche
Maatschappij van Levens
verzekering
CÈDver verkeer gesproken
Concert R. K. Mandolineclub
„Santa-Lucia"
Een zestig-jarig huwelijksfeest
Haarlems Kinderkoor „Inter Nos"
Alliance Fran?aise
De stopzetting van de fabriek
Cohen en v. d. Laan
ELCK WAT WILS
Trekjes
De huisbaas weer bezuren."
In de bovenzaal van het „Gemeentelijk
Concertgebouw werd gisterenavond een bij
eenkomst gehouden voor alle belangstellenden
!n de organisatie van het Nederlandsch-In-
üonesisch verbond. De vergadering was druk
bezocht.
De heeren Frans en Raden Mas Uoto Soe
roto, die een tournee door Nederland maken,
ten einde interesse op te wekken voor de
Rijks eenheidsgedachte hielden ook in onze
stad hun voordrachten.
Mej. dr. v. Dorp opende de vergadering
met de mededeeling, dat zü daartoe geen
enkel voorrecht had, hoogstens haar lang
jarige en sterke belangstelling voor kolo
niale vraagstukken. Daar de feitelijke pre
sident verhinderd was, fungeerde spreek
ster als noodhulp. Zij ging de historie van
onze Oost na en noemde het een gelukkig
teeken, dat twee mannen als de lectoren
Van den avond, de overzeesche reis hebben
aanvaard, om de verhoudingen tusschen
Nederland en Indië grooter en beter te ma
ken en te vormen tot een eenheid. Wij heb
ben momenteel een taak te vervullen, aldus
spr. en deze mannen zullen u toonen. hoe
groot de taak is voor Nederland zoowel als
Indonesië.
Het Koloniale vraagstuk cn de
wereldvrede
Dan was het woord aan den heer C. Frans
(Timorees) die sprak over „Het Koloniale
vraagstuk en de wereldvrede." Het was een
ernstig woord voor Oost en voor West.
Het dreigt in het Oosten; men leeft in
Indonesië ook geestelijk op vele vulcanen en
er heerscht een crisis waartegenover onver
schilligheid niet mag blijven bestaan. Het
Bist in het Oosten, er wordt haat gezaaid en
gezag ondermijnd en aan beide kanten wordt
de samenwerkingspoltiek dood verklaard.
Deze critieke toestand moet voorkomen wor
den, maar daarbij moet men in het oog hou
den, dat verschillende fouten en misstanden
begaan worden. Daar is o.a. de superioriteits
waan van den blanke, de miskenning van het
C. Frans
rasgevoel, het neerhalen van het aanzien van
regenten, radja's en Inlandsche hoofden, de
onwetendheid van vele Nederlanders, waar
het Oostersche talen, adat en godsdienst be
treft en de geringe opvoedkundige waarde
van de altijd scheldende Indonesische pen.
De communistische organisaties brengen het
grootste gevaar en de leuze, die men in Ne
derland telkens weer propageert „Indonesië
los van Holland" voert de spanning ten top
De armoede en ontevredenheid in Indonesië
vormen het materiaal der wereldrevolutie.
Het probleem Nederland-Indonesië moet
uiterst snel worden opgelost.
Bewust blind blijven voor de dreigende
conflicten en op bloedvergieten aansturen,
noemt spr. misdadig en onmenschelijk in
deze verlichte eeuw.
Nog onheilvoller echter is de zienswijze der
Nederlanders, die Indonesië zoo spoedig mo
gelijk willen loslaten, want daar de eenheid
er nog niet is. zou slechts een andere vreem
de overheersching, hetzij blank, geel of bruin
met broederoorlog en onderdrukking door 'n
broedervolk het gevolg zijn.
Door inmenging der mogendheden zal ver
scheuring en wellicht een nieuwe wereldoor
log volgen. Ook de wereldoorlog van 1914
heeft een geringe aanleiding gehad, maar
de grond was tevoren gedrenkt met licht ont
vlambare vloeistoffen.
In Indonesië is thans de lucht bezwangerd
met ontdofbare gassen. Het grootste werk
van Nederland in Indonesië wordt thans be
dreigd.
De gekleurde rassen vragen medezeggen
schap.
Politieke medezeggenschap wagen enkelen;
mede te mogen doen op economisch gebied
vragen zeer velen; mede te tellen als geheel
gelijke menschen, eischen allen!
Het gevaar, dat het verzet zijn weg vindt
naar de goedwillende elementen moet be
streden worden door een methodisch onge
daan maken van destructieve invloeden van
buiten, en van het meerderheidsgevoel van
den Nederlander. R. M. Noto Soeroto heeft in
dit verband een aristo-democratisch regeer-
stelsel ontworpen, een stelsel, dat tegemoet
komt aan het racialisme of nationalisme. Het
is de duurste plicht van - eiken Indonesiër
aan deze grootsche taak mede te werken,
want wie blijft bij het ideaal der afscheiding
is blind voor de teekens des tijds.
Raden Mas Noto Soeroto
In het verlangen der koloniale volkeren
naar zelfstandigheid, juist nu, terwijl de heele
wereld naar eenheid en vrede smacht, ziet
spr. een vingerwijzing der Voorzienigheid, dat
de koloniën het uitgangspunt moeten vormen
voor den weg naar volkeren-verbroedering en
wereldvrede.
Het Nederlandsch-Indonesisch verbond
stelt zich voor het Koloniale vraagstuk in
den zin van wereld-eenheid en volkeren-ver
broedering op te lossen. Het Verbondsbestuur
zetelt in den Haag, groepen zijn in Neder
land en in de Koloniën.
Spreker verzocht moreelen en financieelen
steun van een ieder, te meer daar de re
geering zoo krachtig voorgaat.
Met een geestdriftige peroratie, eindigde
spr. zijn met den gloed der eerlijke overtui
ging uitgesproken rede, de Nederlanders op
wekkende aar hun gouden eeuw een briljan
ten eeuw toe te voegen, door op Nederland en
Indonesië de beginpunten te laten rusten van
een modernen regenboog; de vredesboog, in
welks zenith de synthese van Oost en West
culmineert tot één eenheid van hoogere orde,
als lichtend voorbeeld voor de verbroedering
der volken en den wereldvrede.
Hier heeft aldus eindigde spr. ieder
Nederlander zijn plicht te vervullen tegen
over het grootsche werk zijner vaderen in In
donesië en als mensch tegenover alle volke
ren der wereld (luid en langdurig applaus).
De Rijkseenheids-gedachte
De heer R. M. Noto Soeroto, de Javaan
sprak dan over de Rijkseenheidsgedachte; aan
deze gedachte zit onverbrekelijk verbonden 't
koloniale probleem, welk vraagstuk een on
derwerp van reëele politiek is. Buiten de po
litiek kan niemand staan, ook het N.I.V. niet;
het is eigenlijk de politiek, die naar het ver
bond is toegekomen.
Deze maatschappelijke orde wordt in wezen
slechts gedragen door het streven naar zelf
beperking en zelferkenning.
In de eerste plaats ten opzichte van het in
dividu, maar in hoogere instantie ook waar
het staten en naties betreft.
Naar sprekers meening is het mogelijk, dat
de instincten, die bij het nationalisme in het
spel komen, evenals in andere gevallen, door
loutering tot 'n stuwkracht ten goede worden
De bitterste vijanden van het nationalisme
vindt men echter onder de nationalisten zei
ven.
Zoolang elke staat de beslissing over on
derlinge aangelegenheden uitsluitend aan
zich wil houden, is er geen kans op slagen.
De Rijkseenheid van hooger orde kan 'n ver
kleind beeld vormen van die wereldorde;
echter alleen als zij zelf innerlijk harmonisch
is.
Het werk der ware Rijksbouwers moet zijn,
de nutteloosheid van deze leuzen aan te too
nen door redeneering, maar ook door arbeid
zaamheid. Het is dwaas, dwars tegen een be
staande verhouding, dat is de huidige verhou
ding: Nederland—Indonesië, in te gaan; in
tegendeel moet men die verhouding als uit
gangspunt nemen.
Het N.I.V. wil, door van onder af op te
bouwen meewerken aan het tot stand ko
men van de Rijkseenheid van hoogere orde,
d.i. de Rijkseenheid in den zin van een twee
eenheid NederlandIndonesië.
De beide deelen van die eenheid zijn op
zichzelf zelfstandig, maar staan onder één
gemeenschappelijk Rijksgezag.
Alleen dan echter zal de Rijkseenheid in
waren zin bestaan, indien zij naast een Rijks
gezag, Rijksleiding en Rijksgedachte in zich
bevat 'n Nederlandsche gedachtenleiding en
gezag en een zich ontwikkelende Indonesi
sche gedachtenleiding en gezag.
Spreker zette dan ook het doel en streven
van het N.I.V. uiteen en besloot met te zeg
gen, dat een goed Timorees en een goed
Javaan ook 'n goed Indonesiër kunnen zijn,
evenals een goed Idonesiër en een goed Ne
derlander een goed Rijksonderdaan kunnen
zijn.
Met een opwekking om het geloof, dat het
N.I.V. stelt in het genie van het Nederland
sche volk om richting gevende daden tot
stand te brengen, niet te beschamen, besloot
6pr. zijn rede.
Ook op de rede van den heer Noto Soeroto
volgde een hartelijk applaus.
Mej. dr. v. Dorp gaf haar blijdschap te
kennen over de verrassende wijze, waarop
sprekers het koloniale vraagstuk belicht
hadden, n.l. als een onderdeel van het
internationale vredesvraagstuk.
Een groot volk zoekt kracht bij macht en
geweld, een klein volk door invloed door
den geest. Nederland is klein, daarom staan
wij ook geestelijk zoo hoog en daarom zijn
wij in staat om den band met Indonesië op
de juiste wijze aan te halen en te verster
ken. Daartoe moeten wij allen medewerken,
niet alleen door het verleenen van sym
pathie, maar ook door het geven van gel-
delijken steun. Tot slot stelde mej. v. Dorp
de vraag; Zou Nederland niet gelukkig zijn,
als het in Indië vele mannen telde als de
heeren Frans en Noto Soeroto?
Het antwoord gaf de vergadering door
een hartelijk en langdurig applaus.
Na de pauze werd speciale Indische mu
ziek ten gehoore gebracht.
De vergadering werd even verstoord door
interrupties van enkele communisten, die
door de presidente tot kalmte gemaand wer
den, cp straffe verwijderd te zullen worden.
Onder het schreeuwen van de gebruikelijke
communistische HollandIndië-leuze ver
trokken de heeren op eigen gelegenheid.
Bovengenoemde Maatschappij, onder di
rectie van de heeren R. Baas Azn., mr. A.
R. Baas en H. G. de Jongh, hield Vrijdag
onder leiding van den president-commis
saris, den heer jhr. mr. D. E. v. Lennep, haar
jaarlij ksche vergadering van aandeelhouders.
Aan het door directeuren uitgebrachte
verslag ontleenen wij het volgende
Het verzekerd kapitaal vermeerderd met
de verzekerde rente, steeg tot f 16.902.755,77
op Ultimo December 1929.
De rekening „Premiën en Koopsommen"
wijst als saldo een bedrag aan van
f 550.127.45 !4, vergeleken bij het eindcijfer
op Ultimo December 1928 een vooruitgang
in premie-ontvangst van f 23.704,52
De sterfte onder de verzekerden had een
zeer gunstig verloopde waargenomen
sterfte bedroeg 69.2 pet. van die, welke be
rekend was.
Met inbegrip der lijfrente werd in 1929
een bedrag van f 171 164,12 uitgekeerd.
De premie-reserve moest een verhooging
ondergaan van f 224.620,03.
Door deze verhooging komt de premie
reserve op de Balans voor met een bedrag
van f 2.819.708,13, onder welk bedrag niet
begrepen is de premiereserve voor posten,
welke bij andere Maatschappijen in herver
zekering werden gegeven en die voor reke
ning van de herverzekeraars komt.
De rente-ontvangst bedroeg dit jaar
f 154.941,12, tegen een bedrag van f 141.
791,64 in 1928.
De gemiddelde gekweekte rente in 1929
bedroeg 5.22 pet., hetgeen aarynerkelijk
hooger is dan de voor de reserve-berekening
aangenomen rentevoet van 3 pet. en 4 pet.
De vergadering hechtte, na prae-advies
van Commissarissen, hare goedkeuring aan
de overgelegde Balans en Winst- en Verlies
rekening, welke door den accountant, den
heer G. Smits- waren gecontroleerd en ac-
coord bevonden, de directie dechargeerend
voor het gevoerde beheer.
De verschillende voorstellen omtrent bij
en afschrijvingen en winstverdeeling werden
aangenomen.
In de vacature, ontstaan door het over
lijden van den heer T. H. van Eeghen, werd
voorzien door de benoeming van den heer
Prof. Mr. Anne Anema, die zich deze be
noeming als commissaris liet welgevallen.
f- f.
Wb**mimÉtÈ
r*®*
jf z
x r-"#, r
Gezicht op „the Strand" te Londen, een ontzettenden drukken verkeersweg,
waar een onafgebroken file van auto's passage voor den voetganger bijna
onmogelijk maakt.
Woensdag 7 Mei a.s. zal bovengenoemde
vereeniging haar laatste concert in dit seizoen
geven. Dit concert zal dezen keer wederom
in de groote zaal van het Gem. Concertge
bouw gegeven worden.
Als solist zal medewerken de hier in Haar
lem zeer gunstig bekend staande cellist, de
heer Eduard Biele, met begeleiding van den
heer Jan Nibbering. Verder zal dien avond
optreden het bekende Haarlems R.K. Man
nenkoor onder directie van den heer Jan Nib
bering en zal de Mandolineclub zelf een ze
vental composities ten gehoore brengen.
Hieruit blijkt dat Santa-Lucia dus weder
om met een zeer afwisselend programma naar
voren komt.
Verzuimt dus vooral niet dit concert te be
zoeken, waardoor u zich een genotvollen
avond bezorgt, maar tevens Santa-Lucia in
haar werken en streven steunt, wat zij ten
volle verdient.
Voor verdere bijzonderheden verwijzen wij
naar de advertentie in dit blad van heden
avond.
KINDER HERSTELLING- EN VACAN-
TIE-KOLONIES
Onder voorzitterschap van dr. A. A. E. S.
Sluyterman, vergaderde de afdeeling Haar
lem en omstreken van het Centraal Genoot
schap voor Kinder Herstellings- en Vacantie-
kolonies.
Aan het jaarverslag over 1929 ontleenen
we het volgende
Het aantal leden bedraagt 712 tegen 705 in
1928, 440 in 1927 en 230 in 1926. Het aantal
uitgezonden kinderen bedraagt 190, tegen
194 in 1928, 156 in 1927 en 166 in 1926. De
gewichtstoeneming was 2.2 K.G. per kind
en per 5 weken of iets meer dan in 1928.
Als afgevaardigden naar de algemeene ver
gadering van het Centraal Genootschap te
Leiden werden benoemd mevrouw Robbers-
Ten Oever en mej. C. Westendorp.
Herbenoemd werden als leden van het be
stuur de dames mevrouw J. C. Op 't Eynde-
Stolp, mevrouw M. R. Robbers-Ten Oever
en mej. C. Westendorp.
Haarlem's Kinderkoor „Inter Nos" zal 27
Mei a.s. een concert geven in de Gemeente
lijke Concertzaal, Lange Begijnestraat.
O.m. zal worden gezongen, de cantate
„Een Wintredag" van Cor Kuiler, voor solo
en koor.
Den 12en Mei a.s. hopen Arie Tervoort en Geertruida Mul te Wijk aan Duin, den dag te
herdenken, waarop zij voor 60 jaar in den Echt werden verbonden. Zij zijn respectievelijk
92 en 81 jaar oud.
De heer André Bellessort, algemeen secre
taris van de Revue des deux Mondes, hield
gisteravond in de bovenzaal van de Kroon
voor een weinig talrijk publiek een lezing
over ae Reizen van Alex. Dumas père.
In de inleiding tot zijn eigenlijk onderwerp
behandelt spr. de verdiensten van Dumas
als romanticus in het algemeen, en zegt
daarbij zeer veel goeds van zijn capaciteiten
als zoodanig.
Ook als historicus moet deze schrijver
soms zeer juist zijn, zoo bijv. waar hij het
leven beschrijft van de bourgeoisie van eeni-
ge eeuwen geleden.
Het is waar dat het vaak moeilijk uit te
maken is, wat hij eigenlijk zelf van „zijn"
werken geschreven heeft, maar het is ge
bleken dat zijn medewerkers, w. o. de voor
naamste Maquet, in doorsnee weinig bijzon
ders gepresteerd hebben, wanneer zij geheel
op eigen gelegenheid een boek schreven.
Dumas vindt men in al zijn werken, maar
het best en volledigst vindt men hem in zjjn
minst gelezen, nergens te vinden en allang
niet meer gedrukte Mémoires, in zijn Voya
ges.
Hier gaf hij zich zooals hij was, zij het
dat we er rekening mee moeten houden, dat
niet alle Voyages zijn eigen voyages waren,
dat een gedeelte, die uit zijn eerste jeugd,
echt zijn, die uit zijn tweede idem, tot aan
zijn dood durend, zooals bijv. een reis naar
den berg Sinaï, door zijn romantisch brein
geproduceerd.
In hoofdzaak is het verdere verloop van
de lezing dan een voordracht pittige en
kostelijke voordracht van fragmenten uit
Dumas' werk. Spr. geeft hier bijzonder een
demonstratie van Dumas als enthousiast
verteller van allerlei reis-scènes, van het
leven langs den weg, in het milieu van
postiljons, koetsiers, herberghouders, stal
jongens, alles in het kort wat van de rei
zende en'trekkende wereld leeft.
Hoe jammer intusschen, dat wij Katho
lieken als regel op een behoorlijken afstand
hooren te blijven van de producten van een
schrijver, die zoo rijk is als Mr. Bellessort
hem toonde te zijn, en een gepast scepticis
me in acht dienen te nemen, als het gaat
om de werken van Alex. Dumas père.
De voorzitter, de heer J. Sauveur, dankte
op de geestige en beminnelijke manier, die
zijn specialiteit is, den spreker van den
avond en sloot hiermede het seizoen.
Fraaie mahonie slaapkamer eiken,
old Finish eetkamer salon, kapitale
bank en 2 fauteuils met damast,
deze 3 kamers slechts f 1450
MYER'S WONINGINRICHTING VAN 1887
Kinderhuisvest 19 Tel. 12167
Het bericht van de stopzetting der ma*-
garinefabriek Cohen en v. d. Laan voor
velen als het plotseling instorten van een
tribune, waarop zij het opvoeren van het
wereldgebeuren aanschouwden is een
voorbeeld van de ellende, die concentratie
van bedrijven in vele gevallen voor de ar
beiders kan beteekenen.
Door het overgaan van de fabriek aan de
Margarineverkoopcentrale te Rotterdam
wordt de productie der Haarlemsche fabriek
overbodig en daarmede de arbeidskracht
van 150 a 160 leden van het personeel. Er is
ook weinig kans dat zij, al is het maar voor
een deel, in Rotterdam aan het werk zullen
worden gesteld, want het doel der concen
tratie is natuurlijk juist de mogelijkheid van
bezuiniging en het feit, dat men in Rotterdam
nog wel de hoeveelheid, die in Haarlem wordt
afgeleverd, er bij kan fabriceeren.
Voor de werkloozenkassen, de instellingen
van weldadigheid en de arbeidsmarkt in Haar
lem Zou de stopzetting dus kunnen betee
kenen, dat zij met dat getal arbeidskrachten
worden bezwaard.
Als nu de stopzetting van een fabriek een
gevolg is van haar gebrek aan levenskracht,
dan zit er niet anders op dan dat de Haar
lemsche gemeenschap daarin berust, maar
nu in een geval als dit concentratie het
maken van winst beteekent voor de belang
hebbende aandeelhouders, is het niet billijk
de gemeenschap alleen te laten opdraaien
voor den schadelijken kant, die er aan con
centratie vastzit.
Men mag vragen, dat bij den verkoop van
een fabriek, vooral als winst maken het motief
daarvan is, niet alleen rekening wordt ge
houden met de belangen van de aandeel
houders, maar dat in nog sterker mate de
belangen der arbeiders in aanmerking komen,
die niet minder dan de aandeelhouders bij de
fabriek geinteresseerd zijn. Die arbeiders
vonden en vinden er niet zelden hun eenige
bron voor levensonderhoud, hun toewijding
en arbeidskracht hebben er wellicht toe
medegewerkt, dat een hoogere verkoopsprijs
kon worden bedongen. Hun arbeidskracht be
teekent „goodwill" van de fabriek. Het is
billijk, dat bij al de factoren, die den prijs
van een fabriek bepalen, ook rekening ge
houden wordt met de verzorging van hen,
die bij verkoop buiten hun schuld op straat
komen.
Dat kan natuurlijk op verschillende wijzen
gebeuren. De directie kan zorgen, dat er be
hoorlijke andere werkgelegenheid voor de
overtollige krachten komtzij kan den oude
ren arbeiders een behoorlijk pensioen ver
zekeren, en den anderen een redelijk wacht
geld waarborgen gedurende een tijd, die
ruim voldoende is om naar ander werk uit
te zien. Zij kan daarbij het te werkstellen
in andere betrekkingen bevorderen.
Wil men de voordeel en van concentratie,
dan moet men ook de lasten er van aanvaarden
In de meeste gevallen, zooals ook hier,
speelt het geld geen rol en zal zelfs een paar
millioen de transactie niet beinvloeden. Maar
ook al zou dat wel het geval zijn, dan gaat nog
boven alles de vraag, wat billijk en recht
vaardig is.
De mededeeling, die onze redactie gis
teren van de directie der firma Cohen en van
der Laan mocht ontvangen, en die wij in ons
nummer van gisteren publiceerden, de mede
deeling, dat het ontslagen personeel zal
schadeloos worden gesteld, heeft in tot oor-
deelen bevoegde kringen een uitstekenden
indruk gemaakt en met belangstelling volgen
wij de verdere ontwikkeling van deze zaak.
Misschien hangen de beslissingen in dezen
geheel van de tegenwoordige directie af,
misschien ook moeten er de groote bedrijfs
leiders van het concern aan te pas komen.
Maar hoe dan ook, wij hopen, dat wie be
slissen moet, ook bij de schadeloosstelling
aan de arbeiders een breed standpunt zal
innemen, mannen met een wereldkijk op
zaken waardig. Een dergelijke opvatting
strookt niet alleen met de opvattingen van
den nieuweren tijd, maar is, wij herhalen
het, bovendien billijk en rechtvaardig.
Mocht bij de uitwerking van een schema
van schadeloosstelling de hulp van ons ge
meentebestuur noodig zijn voor adminis
tratie of controle (wij denken aan onzen
dienst tot bestrijding der werkloosheid) dan
twijfelen wij niet, of die zal volop worden
verleend.
■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■mm
Mond-critiek
Het leven is
Een moeilijk ding,
Je moet op alles letten.
Je struikelt,
Vóór je 't zellef weet.
Steeds over nieuwe wetten.
Als men op straat
Geen oogen heeft
Van boven en beneden,
Van voren en
Van achteren
Men wordt tot zalf gereden.
Maar dat is nog
Het ergste niet.
Je kunt aan alles wennen
En tegen dat Je
Tachtig bent
Ga j' alle regels kennen.
Maar 't ergste is:
De mond-critiek
Van lui, die je „bekijken",
Secuur met hun
Opinie-kwast
Je heele „doen" bestrijken.
Die kijken, hoe
Je loopt en zit
En hoe je schoenen slijten
En of je echte
Tanden hebt,
Of met de „kunst" moet bijten.
Als vrouwlief, bij
Mooi voorjaarsweer,
'n Strooien hoedje op zet.
Men grijnst, omdat
„Dat malle wijf
De somer in d'r kop het."
En doet ze 't nog
Met winterdracht.
Dan hoor je spottend brommen;
„Ti Bleef liever thuis
As 'k nog geen hoed
Van 'n daalder kon bekomme."
Wanneer je pak
„Per ongeluk"
Wat licht is uitgevallen,
Dan smoest publiek:
„Kijk daardie knul
„Hè jakkegwat 'n malle!"
Wanneer je, na
'n Zware week,
Voor t kroost wat nieuws
Kon koopen,
En dan met heel
Het blijde stel
'n Straatje om gaat loopen..^.
De heele buurtschap
Kijkt je na
En „schat" van hoofd
Tot voeten
En zegt: ,,"k Snap niet
Waarvan die lui
Dat nou betalen moeten!"
Maar maakt je vrouw
Van 'n jas van Piet
'n Mantel voor Catootje,
Dan wordt er
Smalend vaak gezegd:
„Da's óók 'n nakend zoodje!"
Kon je, na jaren
Spaarzaamheid,
'n Radio bekomen,
Dan zeggen negen
Van de tien:
„Die's „op de maand" genomen.
Ga je dag
Es fijntjes uit,
Dan fluisteren de buren:
„Dat moet natuurlijk
D'and'r* week
Als je op 'n feest
In smoking komt,
Gauw mompelt
Deez" en gene:
„Dat pakkie heeft
Ie vast gehuurd
Of andersmoeten leenen."
Zit j' in den schouwburg
Schellinkie
In plaats van „in de stalles,"
Je mag 'n man
In bonis zijn,
Je zit toch „in de dalles."
Wanneer je zelf
Je schuurtje verft,
Je pak wascht in benzine,
Je bent ,,'n schraper,
Die geen mensch
'n Stuiver laat verdienen."
Doch geef je 'n ander
Het karwei,
De zaak is gauw bekeken
Je bent „te lui.
Om voor zooiets
Je pooten uit te steken."
Wanneer je buiten
Hardop lacht,
Het wordt je haast verweten,
Maar kijk je ernstig,
Je wordt gauw
Voor dooie Piet versleten.
Het heele rnenschdom
Is critiek,
Critiek in woorden, blikken,
Je weet niet hoe
Je loopen moet,
Hoe groeten, drinken, bikken.
Van elke honderd
Uit den mond
Zoo rap gekomen woorden,
Zijn er wel
Minstens zeventig,
Die in het mondje hoorden.
Critiek! Critiek
Op al je „doen",
Zelfs bij ,,'n kindje krijgen
Maar 't gekste is:
Geen sterveling
Becritiseert z'n eigen.
De splinters zwermen
Om je heen,
Het oor wordt staag „beroffeld",
Maar balken van
Tien meter lang,
Die worden weggemoffeld.
Men critiseert
Van Jong tot oud.
Men doet het grof of fijntjes,
Het heele leven
Is een spel
Van gluren door gordijntjes:.
Men vischt en speurt
Wat je verdient,
Men ruikt, wat je
Gaa- eten:
Tot op een
Milimeter wordt
Je boeltje uitgemeten.
Het kleinste puntje
Is genoeg,
Om uren aan te zuigen,
Zet asjeblieft
Geen stap verkeerd,
Je eer ligt zóó in duigen.
Het beste is:
Je nergens maar
'n Spaan van aan te trekker*
Je doet je plicht
En voor de rest
Kan Jan Critiek ver......
(Naar de maan loopen).
'n Raar gezicht
Zal 't anders zün
Als d'oordeelsdag
Eens dfULr is
En Petrus met
Z'n boeken komt
Voor „Balken-inventaris".
G. N.