f58.- LEEKEPREEKEN 3000.- f750.- f 250.- f125.- f40. Vreemd geld. Credietbrieven. Assurantiën WINTERTIJD ZATERDAG 4 OCTOBER 1930 AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL De overval op Curacao DENKT OM DE KLOK De roofmoord te Rotterdar. Voornaamste cNieuws Ernstig spoorwegongeluk te Parijs Mr. W. C. Wendelaar naar 's-Gravenhage BUREAUX NA8SAULAAN 49 °IT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN EN HET GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD I I DRJE EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 17581 De eisch van den Advocaat-Fiscaal bij het Hoog Militair Gerechtshof Henry Ford in ons land De K. R. O. zendt de opera „Der Freischutz" uit De Zesdaagsche te Keuien Hedennacht, om 3 uur, eindigt de Zomertijd. Men denke er dus aan, de klok ken vanavond één uur achteruit te zetten. Het tweede postvliegtuig R. K- Universiteit Botsing van het s.s. „Nijkerk' de IJmuider sluis met Tweede verhoor van den moordenaar De vergiftigingsverschijnselen aan boord van de „Derika V" 1JM. 418 „Vragen des tijds" J. J. WEBER ZOON Zes dooden. Dertig ernstig gewonde Volkenbond en vrede Zijn benoeming tot burgemeester zou te wachten zijn Telefoon No. 13866 (drie lijnen). Postrekening No. 5970. ABONNEMENTENvoor Haarlem en Agentschappen: per week 25 ct.; per kwartaal 3,25; per post, per kwartaal 3.58 bij vooruitbetaling. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT ADVERTENTiElM 35 ct. p. regel VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN TIES, 1—4 regels 60 ct. p. plaatsing; elke regel meer 15 ct.. bü vooruitbet. Bij contract belangrijke korting. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN tusschen den tekst 60 ct. per regel. AHe abonné's op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen: Levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen bij een ongeval met doodelijken afloop bij verlies van een hand. een voet of een oog bij verlies van een duim of wijsvinger bij een breuk van been of arm bij verlies van 'b anderen infier. 359 VREES NIET! Wanneer wij als eerste der factoren die het levensgeluk ondergraven de Vrees, den angst, de kleinmoedigheid wil len bekijken, dan heeft het oppervlak kig den schijn, alsof wij den tijd niet bennen waarin wij leven. Zie het ge slacht van tegenwoordig, vooral de jeugd, die na den oorlog is opgegroeid. Moet gij die menschen, zelfbewust, op het brutale af, gaan bepreeken geen Vrees en angst te hebben, niet kleinmoe dig te zijn? Het is, alsof ge tot een oli fant zegt; wees niet zoo kleinzeerig! Wij weten, dat ons geslacht niet aan overgevoeligheid lijdt. Wie daaraan twij felen mocht, komt door het lezen van de dagelijksche berichten over moorden, Mishandelingen en brutale diefstallen Vel tot andere gedachten. Maar op de eerste plaats is de mis dadiger gelukkig nog niet het normale type onder ons en op de tweede Plaats zijn er tal van verschijn selen, die er op wijzen, dat ontelbare tijdgenooten achter een masker van on verschilligheid en zakelijkheid een klein menschenhart vol vrees en angst en kleinmoedigheid verbergen. Hoeveel sla- Pelcoze nachten zouden de kapitaal bezitters ae laatste jaren niet hebben doorgemaakt? Op ieder nieuw gerucht over wassend bolsjewisme in Europa Vordt met angstige zorg' de belegging Van het geld bekeken. Menigeen, die des avonds in schijnbaar opgewekte stem ming onder vrienden verschijnt, heeft eenige uren te voren met zijn adviseurs zitten wikken en wegen, wat hij zal doen, wanneer in Duitschland de revo lutie uitbreekt en zijn geld en goed hier hiet meer veilig kan worden geacht. En het zijn niet alleen de rijken die op doornen slapen. De onrust in heel de Wereld kwelt de kleine bezitters mis schien nog meer dan de groote. Zij kun nen hun vrij gering kapitaal niet ver doelen over verschillende risico's. Met één slag kunnen zij tot de armen be- hooren. Zijn dan de niet-bezitters de gelukki gen, die vrij van angst en zorgen le ven? Vraag het aan de tienduizenden Werkloozen; aan de honderdduizenden, die het bedrijf, waarin zij nog werk zaam zijn, zien voortsukkelen van den oenen dag in den anderen; aan alle ne ringdoenden, kooplieden, producenten en allen, die voor hun bestaan van dezen afhankelijk zijn; wie loopt er blijmoedig rond, zonder vrees en angst? Wie kan eerlijk getuigen in stille, een zame oogenblikken nooit bekropen te Worden door een angstig gevoel van onzekerheid tegenover een onheilspel- fenden gezichtseinder, waarin oorlog, bloed, vuur en verwoesting dooreen spoken? En wijzen de dagelijks in grooten ge tale opkomende toekomstprofeten, de drukke cliëntèle der helderzienden, het moderne bijgeloof in allerlei vormen hiet op een heimelijken angst, op onrust en zorg voor de toekomst, die ook in dit door den oorlog schijnbaar ruwe en on verschillige geslacht nog huizen? O, er is zoo weinig noodig om den hiterlijken overmoed van onze dansende en feestende tijdgenooten aan het wan kelen te brengen en in beschamende kleinmoedigheid te doen overslaan! En boe zou het ook anders kunnen? Die °vermoed is geen ware moed. Die bru taliteit, waarmede de moderne roover bet bankgebouw binnendringt en den kassier achter het traliewerk door mid del van een revolver bedreigt; de ijs koude onverschilligheid, waarmede een laaghartig individu een mes in een Vrouwenkeel steekt om een kistje geld te kunnen meenemen, is niet de onver schrokkenheid van den waarlijk moedi gen man, maar de drift van een roof dier. ware moed zetelt in een diepe overtuiging, in het beginsel, slechts God to vreezen en niet de menschen. Wie dezen moed niet door echte godsvrucht bij zichzelf heeft aangekweekt, die zal ^chzelf herhaaldelijk bij tegenslagen, bij een ongunstige wending van het Mt, onder de dreiging van onweerswol ken aan zijn gezichtseinder, angstig en kleinmoedig weten. En zijn levens- vreugde zal worden vergald. Op dezulken is het woord uit het Boek öer Wijsheid toepasselijk; „Omdat de boosheid vreesachtig is, verraadt zij zich door eigen getuigenis; en een angstig Scweten verwacht altijd weer zware sfraf. De vrees is niets anders dan het yerraden van een gevoel van hulpeloos- eid; en hoe minder men in zijn bin nenste hoop heeft op hulp, des te meer kroeit de onbekende kwaal, waaraan lijdt". Welk een diepe wijsheid ligt er in deze °üde spreuk! En hoe kan vooral in tijd de ware christen daaruit troost en bemoediging, kracht en lee ring putten! Er is inderdaad reden te over voor vrees en angst. Wij leven als op een vul kaan. De laatste oorlog heeft ons de smartelijke herinnering gelaten, wat er van de wereld, van onze vrijheid, van ons rustig bestaan, van onze bescha ving, in één woord van ons levensgeluk overblijft, wanneer de volkeren tegen elkaar opstaan en dood en vernieling, haat en moordlust aan de landgrenzen woeden. Geen wonder daarom, dat ieder nieuw oorlogsgerucht de wreede herin neringen van zestien jaar geleden wak ker roept. Bovendien realiseeren wij ons, dat intusschen het menschelijk geslacht er niet op is vooruitgegaan. De oorlogs techniek is meedoogenloozer geworden; giftige gassen en ziektekiemen worden opgezameld, vliegtuigen worden tot ge pantserde, beweegbare munitiedepóts gemaakt. Breekt eenmaal een nieuwe oonog los, dan zullen er tienmaal meer dooden vallen en de overblijvenden zullen honderd maal meer lijden dan in den laatsten krijg. En wat zal er van onze beschaving, van ons familieleven, van onze religie en eeredienst terecht komen, wanneer de wilde horden van het Oosten moch ten losbreken en zich als hyena's over de westersche wereld zouden uitstorten? En ook al zien wij deze verwoesting nog niet naast de deur staan, dan bekruipt ons bij het aanschouwen van de ontwik keling der hedendaagsche maatschappij heel dikwijls angst voor de toekomst onzer kinderen, die overal de plaatsen bezet zullen vinden, wanneer zij zich als volwassen werkers zullen aanbieden; voor hun en ons eigen geestelijk heil, dat door een steeds wassenden zond vloed van zedeloosheid en genotzucht wordt bedreigd; voor ons tijdelijk heil ook, dat met den dag onbestemder en zwakker schijnt te worden bij de ineen storting van een economisch stelsel, dat bij een onuitputtelijken rijkdom der natuur geen kans ziet om millioenen werkwilligen arbeid en daarmee brood voor hun gezin te verschaffen. Het is begrijpelijk, dat deze en tal van andere motieven ook het hart van den christen somtijds met angst en vrees vervullen. En toch klinkt ook over onze woelige levenszee de rustige stem van den Christus: wat zijt gij beangst, gij kleingeloovigen. Vreest niet! Vrees, voortkomende uit kleinmoedig heid en gebrek aan Godsvertrouwen, is een kille schaduw op onzen levensweg. Het is onze eigen schuld, wanneer wij in die kilheid huiveren. De boomen en struiken, de obstakels, die het doordrin gen van het gouden, blijde zonlicht ver hinderen, zijn onze eigen waandenk beelden, onze kleinmoedige zorgen, onze angstige voorgevoelens, die gebrek aan Godsvertrouwen verraden. Wanneer wij onze beangste ziel dwin gen in het volle licht van Gods altijd wakende voorzienigheid te treden, dan is er weinig noodig om ook de donkerste vrees te verdrijven. Met de prachtigste vergelijkingen heeft Christus-zelf op de meest over tuigende manier de onhoudbaarheid van onzen angst voor dreigende rampen en onze overdreven zorg voor ons tijde lijk heil aangetoond. Wanneer God de zorgelooze vogels voedt en de redelooze bloemen kleedt in kleur en pracht, zal Hij dan zijn eigen kinderen vergeten? En kunt gij met peinzen één el aan uw lengte toevoegen? Weet, dat gij in Gods handen geschreven staat! Deze weten schap moest voldoende zijn, om ons al tijd met opgeheven hoofd, vol levens moed, voorwaarts te doen gaan. Eén ding is er slechts noodig: een gerust ge weten. In het bezit daarvan is alle vrees en angst dwaas en onredelijk. Immers, de dood komt toch eenmaal, bij ons allen. Onze dagen zijn geteld en ons lot bepaald. Wij zijn in Gods hand en zon der Zijn toelating kan ons niets kwaads overkomen. Wat zullen wij ons dan be zorgd maken over dingen, die wij toch niet kunnen keeren? Wanneer wij den moed hebben te strijden voor de eere Gods en het onderhouden van Zijn wet, dan hebben wij zelf niets te vreezen, ook niet van de ergste vijanden. Dan geldt voor ons het woord, dat Jehova aan Isaias beval om tot het verdrukte Israël te spreken: zeg aan de kleinmoe- digen: weest getroost en vreest niet; ziet, uw God brengt wraak en vergel ding; God zelf komt en verlost U. Wie in deze overtuiging leeft zal zich door geen vrees voor een vijand laten overweldigen; door geen angstige zorg voor zijn tijdelijk heil laten ter neer drukken. „God leeft" zal de spreuk zijn. waarmee hij iederen dag opnieuw den gloed van zijn levensvreugde voedt. HOMO SAPIENS AARME BAIMK In den nacht van Zondagmorgen... Birr... dan lig ik in mijn bed! En men wil van mij verlangen, Dat ik dan de klok verzet! Want de zomertijd is henen En de wintertijd begint. Wat. voor ons tot resultaat heeft, Dat de duisternis liet wint. 't Wordt nu één uur vroeger donker, Dus weer één uur vroeger licht! Dat men zélf dan moet betalen, Zij het met een lang gezicht., 's Middags valt al reeds de avond, Als de zon haar dagtaak staakt. Dus je knipt al vroeg het licht aan, Wat je beurs ook lichter maakt. In den nacht van Zondagmorgen... Brrr. dan lig ik in mijn bed! Doch voor dit keer doe ik straff'loos Aan ontduiken van de wet! En ik zet de klok dus strakjes Reeds één uurtje achteruit. En wanneer ik morgen opsta, Is de winter ingeluid! MARTIN BERDEN 5 dagen gevangenisstraf De eisch van den advicaat-fiscaal bij het Hoog Militair Gerechtshof tegen kapitein Borren, luidde vijf dagen gevangenisstraf, wegens het feit, dat het als bevelvoerend militair aan zijn schuld te wijten is, dat een bezette plaats, alsmede een deel der krijgsmacht door den vijand overvallen is. De heer Ford bij Philips Gistermiddag arriveerde de heer Henry Ford per auto te Eindhoven en bracht een bezoek aan de fabrieken en laboratoria der N.V. Philips, onder leiding van den direc teur A, F. Philips. In het Philipsdorp werd de heer Ford op zijn verzoek in de gelegenheid gesteld een der aardige arbeiderswoningen te be zichtigen. Daarna werden de Philips-kleuterschool en het ontspanningsgebouw bezocht. Te Rotterdam Gisteravond is Henry Ford te Rotterdam aangekomen. Voor hotel Weimar was er reeds voor zijn aankomst zoo veel belang stelling, dat politiehulp werd verzocht. De burgemeester is den heer Ford komen bezoeken. Het stadsbestuur zal den automobiel koning hedenmorgen een boottocht door de havens aanbieden. De heer Ford zal hedenmiddag den eer sten steen leggen van de nieuwe fabriek aan het Marconiplein. Er is daartoe op het bouwwerk een spe ciaal podium gebouwd, benevens een plan kier, waarlangs men direct van het Mar coniplein de plaats kan bereiken, waar de plechtigheid zal geschieden. Het is het voornemen van don heer en mevrouw Ford nog hedenavond naar Lon den te vertrekken. Dinsdagavond 14 October a.s. heeft de op voering van de Opera „Der Freischütz" van Carl Maria von Weber uit het „Stadtthea- ter" te Aken plaats. Muzikale leiding: Paul Pella; Koorleiding: Peter Hammers; Spelleiding: Heinrich K. Strohm. Wie deze uitvoering wenscht te beluisteren stemt af op Huizen 1875 M. Tekstboekjes zijn verkrijgbaar bij de firma Holdert Co., Keizersgracht te Amsterdam. Van 28 November tot 4 December a.s. wordt te Keulen de Derde Zesdaagsche Wielerwedstrijd gehouden, welke zal plaats vinden in de Rheinlandhalle. tn ieder geval zullen deelnemen de Gebroeders Van Kempen en voorts het Belgische koppel Goossens en Van Nevele. Tc Sofia Bij de K. L. M. is bericht ontvangen, dat het tweede postvliegtuig, de PH-AEO te 6.35 uur uit Boedapest is vertrokken en te 11.50 uur te Sofia geland is. Alles is wel aan boord. Openbare les van Prof. Dr. Alph. Mulders In tegenwoordigheid van Z. D. H. Mgr. P. A. W. Hopmans, Bisschop van Breda, vele professoren der Keizer Karei-Universiteit, verscheidene officieele personen en tal van studenten en belangstellenden, aanvaardde Dr. Alph. Mulders, professor aan het Groot- Seminarie te Hoeven (N.-Br.) gistermiddag het Lectoraat in de Missiologie aan de R. K. Universiteit te Nijmegen door in de kleine aula een rede uit te spreken over „Kerk en missie in theologische en historische belich ting." Te weinig sleepboothulp de oorzaak? De Raad voor de Scheepvaart heeft giste ren een onderzoek ingesteld naar de oorzaak van het ongeval, op 8 Juni j.l. overkomen aan het stoomschip „Nijkerk", van de Ver- eenigde Nederlandsche Scheepvaart Mij. te 's-Gravenliage. Dit schip is nl. op genoem den datum tegen den sluismuur van IJmui- den gevaren, waardoor het belangrijke scha de heeft opgeloopen. De gezagvoerder van de „Nijkerk", die als getuige werd gehoord, verklaarde dat hy vanaf het vertrek van Amsterdam steeds op de brug was geweest. Er was een loods aan boord, terwijl gedurende de kanaalreis een kanaalstuurder aan het roer stond. Er stond een hevige bries uit het Noorden, kracht 4 tot 5, met vlagen. Na het passeeren van de Velserbrug liep de „Nijkerk" juist zooveel vaart dat zij kon worden bestuurd. Vóór de sluis is de kanaalstuurder vervangen door een kwartiermeester, een Lascaar. Terwijl de uit de voorkluis in den kuil aan bakboord kant uitgegeven spring reeds aan den wal was, werd door een plotselinge windvlaag het schip over zijn geheele lengte naar lij ge waaid, hierdoor botste het achterschip tegen de remming, waarna het, riiede door de vee- rende werking van de remming, naar stuur boord overschoor. Dadelijk gaf de loods drie stooten op de fluit, get. heeft de sleepboot er was er één, de „Lijster" van de K.N.S.M. niet hooren antwoorden, wel heeft get. de sleep boot daarop zien trekken, achter aan stuur boordkant Trots alle pogingen kon niet voor komen worden dat aan stuurboordkans het schip ter hoogte van luik I tusschen hoofd- dek en tusschendek tegen den slismuur aan stootte, waardoor 7 spanten en 3 huidplaten beschadigd werden. De sluis liep geen schade op. Alle schade van het schip was boven wa ter. Besloten werd, de reis naar Hamburg te vervolgen, waar de schade is hersteld. Get. verklaarde tenslotte dat het ongeval vermoedelijk niet geschied zou zijn, indien hij de beschikking over twee sleepbooten had gehad. Ook de loods, die vervolgens gehoord werd, oordeelde het beter, dat in dergelijke om standigheden twee sleepbooten assistentie verleenen. De Hoofdinspecteur voor de Scheepvaart vice-admiraal b. d. Fock, weet het ongeval eveneens aan te weinig sleepboothulp. In dit verband verklaarde hij het niet eens te zijn met de opvatting, die naar hij gehoord had te Amsterdam bestaat, dat zoo wei nig als mogelijk is. van sleepboothulp ge bruik moet worden gemaakt. Gisterochtend is de dader van den roof moord op mej. Maliepaard, de 22-jarige G. M„ naar het Huis van Bewaring te Rotter dam overgebracht. Inspecteur W. van den Berg, van den justitieelen dienst van het bureau Bergsin- gel, heeft hem eergisteren nog eens aan een verhoor onderworpen, waarbij hij op een bui tengewoon kalme en cynische wijze de vol gende verklaringen heeft afgelegd: Hij is naar Rotterdam gekomen zonder een vast plan om zijn broer te gaan bezoeken- Eerst toen hij weer in den familiekring ver keerde is dit voornemen, waarmee hij reeds geruimen tijd rondliep, bij hem opgekomen. De ontmoeting met zijn broers, die beiden in veel gunstiger omstandigheden verkeerden dan hij, is daartoe wel de voornaamste aan leiding geweest. Zelf verkeerde hij in vrij behoeftige omstandigheden, zooals bekend is hij getrouwd en heeft hij twee kinderen. Zün weekgeld bedroeg slechts twintig gul den, waarvan een aanzienlijk gedeelte iedere week bestemd was voor afbetalingen. Hij had zijn broer reeds enkele malen om ondersteu ning gevraagd, die hem echter geweigerd was en daarbij had hij zeer sterk den indruk gekregen dat zijn schoonzuster hem vooral tegenwerkte. Tegenover inspecteur v. d. Berg, heeft hij daarna nog eens zijn afschuwelijke daad tot in de kleinste bijzonderheden verteld. Veel nieuws is daarbij niet aan het licht gekomen. Hij heeft alvorens naar het huis van zijn broer te gaan, een paar borrels gedronken, waarna hij de bijl is gaan koopen. Omdat hij dacht dat het bevreemding zou wekken als hij, keurig gekleed als hij was, alleen maar een bijl zou koopen, heeft hij tevens nog vier koperen naamplaatjes besteld. Vervolgens is hij naar de Willebrordus- straat gegaan. Tegen zijn schoonzuster heeft hü toen gezegd dat hü een gramofoonplaat van Jan den echtgenoot van de vermoorde vrouw kwam terugbrengen. Juffrouw M. heeft een tydje met hem staan praten en heeft hem na verloop van tüd gevra-agd, waar hij die gramofoonplaat nu gelaten had. „Die heb ik al in de gramofoon gelegd", heeft hy toen geantwoord. Juffrouw M. heeft hem daarna een sigaar aangeboden en een handjevol in zün za,k gestopt. Daarna is zy zich en het kind gaan kleeden om uit te gaan. Terwyi zij het taschje met sleutels uit de kast haalde heeft G. M. toen zyn af schuwelijke daad gepleegd. Eerst nadat hij de schryftafel had opengebroken en zich de geldkistjes had toegeëigend, is hy het brood mes gaan halen, dat hy de vrouw in den mond gestoken heeft. Het was 10 uur toen dit vreeselijk drama zich afspeelde. De byl en de kistjes heeft 'hü daarna in een stuk papier gepakt. Met dit pak onder zyn arm heeft hy het huis verlaten, waarna hy het Fiber-koffertje is gaan koopen. In den winkel heeft hy het pak in het koffertje geborgen- Waarschijnlijk om zyn zenuwen tot beda ren te brengen, is hij daarna door de stad gaan trammen. Tegen 12 uur heeft hij het telegram aan zyn vrouw in Oss op het post kantoor aan den Coolsingel afgegeven en daarna is hij naar zyn schoonouders in de Hudsonstraat gegaan. Daar is hy tot half drie gebleven om vervolgens naar het station D. P. te gaan, waar hy het vertrekuur van de treinen naar Oss is gaan kijken. Oor- spronkelyk was het zyn plan den trein te nemen die om half zes vertrekt, maar door dat hij ten gevolge van de drukte by gele genheid van het bezoek van de Koningin is opgehouden, heeft hy dezen trein gemist. Hij is toen om half 7 vertrokken. By zyn aankomst in 's-Hertogenbosch zag hij vier politiemannen op zich afkomen en toen begreep hij wel dat er voor hem niet anders opzat dan maar onmiddellijk te be kennen. Dc begrafenis van het slachtoffer. Gistermiddag is onder groote belangstel ling van net publiek het stoffelyk overschot van mej. M. op de Algemeene Begraafplaats te Crooswyk ter aarde besteld. Uitspraak Raad voor de Scheepvaart. De Raad voor de Scheepvaart deed giste ren uitspraak inzake de vergiftigingsver schijnselen aan boord van het stoomvis- schersvaartuig „Derika V" IJM. 418, tenge volge waarvan de geheele bemanning onbe kwaam werd en het schip hulpeloos op zee ronddreef. De Raad is van oordeel, dat dit ongeval is te wyten aan vergiftiging door gebruik van bedorven voedsel. Hoewel het te betreuren is, dat niet door onderzoek van de uitwerpselen is vastgesteld, welk voedsel bedorven is ge weest, het vleesch of de groente, meent dc Raad toch als vaststaande te kunnen aanne men, dat het vleesch, en niet de groente al heeft dan het blik een weinig bol gestaan bedorven was. Overigens is de Raad van oordeel, dat uit het feit dat het vleesch bedorven was, in het geheel niet kan worden afgeleid, dat het vleesch niet volkomen versch was, toen het werd geleverd. Er be staat geen enkele reden om daaraan te twy- felen. Wel is de Raad van oordeel, dat aan het bewaren van het vleesch gedurende de reis, iets heeft gehaperd. Indien wat veelal het geval is het vleesch telkens moet worden verwerkt en het door smelten van het üs en doorwateren van de verpak king, in aanraking komt met verontreinigin gen van het fabrieksijs, kan allicht bederf optreden. Het is dus wel noodig dat de in perkament verpakte porties vleesch met de uiterste zorg worden behandeld, opdat het vleesch steeds op zooveel mogelyk dezelfde lage temperatuur wordt gehouden en niet in aanraking komt met gesmolten ijs of met de buitenlucht. De N.V. H. D. Tjeenk Willink en Zoon te Haarlem, bericht ons, dat de uitgave van het tydschrift „Vragen des tyds", niet Wggr wordt voortgezet. De vijfde Nederlandsche Katholiekenda. wordt gehouden te Amsterdam op 26 en 2" Mei 1931 Onderwerp: „Het Gezinsleven", De heer H. Colijn is benoemd tot voorzittr der economische conferentie van den Vol kenbond. De Nederlandsche Bank verlaagt de be leeningsrente met een half percent te 3 J4 Pet. De advocaat-fiscaal in het Hoog Militai Gerechtshof heeft tegen kapitein Borrel vijf dagen gevangenisstraf geëischt. Ernstig spoorwegongeluk te Parijs. 6 doa den, 30 ernstig gewonden. Plan van Lloyd George tot bestrijding val de werkloosheid in Engeland. De politieke opwinding in Cuba. Stresemann herdacht in de Volkenbond? vergadering. De begrafenis van prins Leopold va: Beieren. Barometerstand 9 uur v.m.: 766 achtenr OPTICIENS FABRIKANTEN Groote Houtstraat 166 Haarle: Licht op De lantaarns moeten morg- worden opgestoken om 6.57 en overmorgC' om. 6.55 uur. Op het station Saint Lazaire zijn giste avond om zes uur 59 twee treinen met e kander in botsing gekomen. Zes person- werden hierbij gedood. Dertig ernstig g wond. De oorzaak van het reeds gemelde spoo- wegongeluk, ten gevolge waarvan zeven pe sonen gedood en 30 zwaar gewond werde: was een verkeerde wisselstand. Ondanks de hevige botsing echter zoude er geen persoonlijke ongelukken hebbe plaats gevonden, wanneer niet onder de re zigers een paniek was uitgebroken, zooci. zij uit den trein vluchtten, waarbij versche- dène op de rails door een aankomende trein gegrepen werden. Van de zwaargewonden zijn er verscheidt nen zoo ernstig gewond, dat men voor bc houd van hun leven vreest. Het ongeluk had plaats vlak by den spoor wegbrug Gardinet. Het Eerste Kamerlid prof. mr. A. Anema t Haarlem is voornemens zijn functie als voor zitter van de Vereeniging „Voor Volkenbon en Vrede" neer te leggen. Aan de komena algemeene vergadering zal als zijn opvolgc ter benoeming worden voorgedragen jhr- mr dr. H. A. van Kamebeek, commissaris dt. Koningin in Zuid-Holland. Naar het „Volk" tnans verneemt, komt mr. W. C. Wendelaar, burgemeester van Alkmaar en voorzitter van de vereeniging van Neder landsche gemeenten, zeer ernstig in aanmer king voor het burgemeesterschap van de Residentie. Zyn benoeming zou weldra te verwachten aiin.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1930 | | pagina 1