drie groote problemen der
f 3000.-
f 750.-
f 250.-
f125.
f50.-
f40.
WERELDPOLITIEK
dit nummer bestaat uit drie bladen
DINSDAG 4 NOVEMBER 1930
Brutale overval onder Oss
Benoemingen
De ongelukkigste
uitlegging
Het noodweer boven
Europa
Brutale diefstal in een
juwelierszaak
Aanvaring in volle zee
Voornaamste cKieuws
Telegrafisch Weerbericht
BUREAUX NA8SAULAAN 49
I I
ADVERTENTIEN 35 ct.p.regel
DRIE EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 17607
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL
bun
Vijf bandieten dringen een boerderij
binnen
De staking in de Wieringermeer
geëindigd
De postvluchten op Indië
De gevaarlijke luchtacrobatiek
De heer Albarda onder handen
genomen
In Engeland Fransche se' cener
vergaan
Typhoon boven de Philippijnen
Een buit van I 20.000
Prof. dr. A. Sraijers naar Rome
Autobusdienst HaarlemI.Tmuiden
Duitsche treiler geramd door
een stoomschip
De ramp der R 101
Nog net gesnapt
r-ÊÈmMtèmtm*
J. J. WEBER ZOON
Pastoor D. van der Geest O.P.
Slapte
R. K. Universiteit
Telefoon No. 13866 (drie ljjnen)
Postrekening No. 5970.
ABONNEMENTEN: voor Haarlem en
Agentschappen: per rveek 25 ct.; per
Kwartaal 3.25; per post, per kwartaal
3.58 by vooruitbetaling.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN-
TIES. 1t regels 60 ct p. plaatsing;
elke regel meer 15 ct, bi) vooruitbet.
Bij contract belangrijke korting.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
tusschen den tekst 60 ct. per regel.
abonne's op dit b'ad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden
^gen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen
Levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door
verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen
bij een ongeval met
doodel ijken afloop
bij verlies van een hand,
sen voet of een oog
bij verlies van een
duim of wijsvinger
bij een breuk van
been of arm
bij verlies van 'n
anderen vinger.
door Dr. Iènaz Se:pel
Oostenrijksch Minister van Buitenlandsche Zaken
Bij een blik op de wereld van onze
^agen dringt als het eerste groote feil
°aar voren: de economische nood. Wan-
0eer men verschillende landen bereist,
Jo°als Hongarije, Duitschland, de eco
nomisch zoo goed onderlegde landen
Van de Tsjechoslowaaksche Republiek,
*talië, Frankrijk, enz, dan hoort men,
^at het overal even slecht gaat. In hel
agrarische Hongarije zijn de prijzen der
kndbouwproducten nog slechter dan in
Oostenrijk. De voorraadschuren zijn
overvol en een vooraanstaand staats-
toam van Hongarije heeft onlangs tegen
"Ui gezegd: We kunnen ons zelf niet
^ns, zooals u, met beschermende rech
ten helpen; we zijn een export-land. In
Ouitschland drijft in sommige streken
de nood van het landvolk al bijna tot
tevolutionnaire bewegingen. En als
Amerika zulke hooge beschermende
échten invoerde, dat de heele wereld
®rvan ontsteld was, dan was dit een ge
arceerde actie, om de kwijnende pros-
Periteit te redden. Een uitstekend geld
en uit Londen zeide me in een gesprek
°mtrent de noodlottige economische
®tuatie: Het kan niet goed worden, zoo-
ktig Rusland, China en nu ook Indië
Uitgeschakeld zijn van het internatio
nale verbruik. Dat zijn minstens 800
•nillioen menschen. Hier ligt inderdaad
eeh der belangrijkste problemen der
Wereldpolitiek. Zoolang er zóó'n gat in
•te economische globe is, moet het slecht
&aan.
In ieder geval schreeuwt de econo
mische situatie naar een stabilisatie in
öe politiek. Maar elke, ook slechts voor
i°opige stabiliteit is altijd weer door een
Sloot gevaar bedreigd, zoolang het
bolsjewisme in Rusland bestaat. Da
techtsstaande politici in alle landen zien
bet bolsjewisten-gevaar steeds en overal
Neigen. Natuurlijk, de radenregeering
tel niet onmiddellijk bij ons komen; nc
^Ussen zullen ook Bessarabië niet van de
Roemenen wegnemen en daardoor een
Eeuwen oorlog doen ontbranden; maar
buitengewoon bedenkelijk is hun voort-
burende woelerij zoowel in Europa als in
Enkele jaren geleden, ter gelegen
heid van een bezoek aan Den Haag.
J^oeg me de toenmalige minister var,
buitenlandsche zaken naar mijn mee-
hüïg omtrent het bolsjewiken-gevaar
pij was het volkomen met me eens, toen
'h den afweer van het bolsjewisme door
Oostenrijk, in den tijd, dat Bela Kun m
Hongarije woedde, met de prestatie van
°Uze voorvaderen in de Turken-oorlogen
j^rgeieek. Maar dan wees hij me op het
b°lsj ewiken-gevaar, dat van het Oosten
breigt. En met recht. Er heerschen
jtefler de staatslieden der Sowjetrepu-
rjtek twee verschillende meeningen,
^aar ze stemmen daarin overeen, dat
mieen de wereld-revolutie de laatste
fading van het bolsjewisme kan zijn.
e poging, om deze aan te stichten, zal
ban ook heel zeker aan den ondergang
er radenrepubliek voorafgaan. Maar de
j^Ue richting staat, in tegenstelling tot
6 andere, op het standpunt dat de
ereldrevolutie haar weg naar Europa
ter het Oosten moet nemen en deze
J®hting schijnt de overhand te hebben
en weg over het Oosten vreezen de
?°Handers, die over een reusachtig
°loniaal rijk in Indië heerschen en van
,aar hun rijkdom putten. Misschien
*°öien we er eenmaal toe, de redding
°°r het bolsjewisme den Chineezen te
^Uken. Wat ons nu een Chineesche
bUi
öe
rgeroorlog schijnt, is in werkelijkheid
reusachtige worsteling met het
°lsjewisme.
Eindelijk zien we in onzen tijd, dat.
Sezien van het bolsjewistische gevaar
C6** koloniaal rijk op den duur kan
°rden gehandhaafd. De volkeren in ue
eenide werelddeelen ontwaken en
°rden geciviliseerd in Europeescher.
®st. en hierbij verliezen ze hun oude
buur. De wereldoorlog heeft hen -n
stormpas op dezen weg verder ge-
acht. Het verlies der koloniale bezit-
8en zou natuurlijk voor Engeland of
rijk heel wat minder beteeken-m
bijvoorbeeld voor Holland, dat dai:
z n ZW economischen val aangren-
8] be economische gebieden zou mee
Set>en.
ty^b zijn de drie groote problemen der
Verpolitiek van onze dagen. Alle drie
f'Schen ze de aaneensluiting van alle
polken der wereld. Maar hoe
is) het hiermee? Een groot beletsel
Uer at de gedachte van een herziening
hiet Vr.ebesverdragen bij de overwinnaar
°Ui doordringen. Het gaat hier nis.:
v0or butionalistische of imperialistische
-rUsu0ldesIen er speelt een werkelijk
tey 'Se 2or§ mee- Toen ik'in den loop
betjw?n groote discussie over de min-
j u-kwestie op de Volkenbond-ver-
h^g in Genéve over dit onderwerp
sprak, kreeg ik van politici, die werke
lijk vóór een toenadering zijn, ten ant
woord, dat dit alles heel mooi en waai
is, maar dat de vrede een nog grooter
goed is, dan de rechtvaardigheid tegen
over de minderheden; en terwille van
den vrede kan men niet verder gaan
dan wat bij de vredesverdragen is be
paald. Aan den anderen kant ziet men
na den wereldoorlog tenminste in, dat
er nu een aanhoudende vredesperiode
moet worden geschapen, omdat anders
noch het Europeesche statensysteem,
nóch de Europeesche economie verder
kunnen blijven bestaan. Uit dit inzicht
zijn bij de, voor ons overwonnenen anders
wel heel onsympathieke, verdragen van
de voorsteden van Parijs hoofdstukken
toegevoegd, die ook wij moeten waar-
deeren: de hoofdstukken omtrent den
Volkenbond en den arbeid. Dit is ten
minste een begin van de toekomstige
verzekering des vredes; de Locarno-
verdragen en het Kellogg-pact zijn
hierop als verdere teekenen van goeden
wil gevolgd.
Geheel in dezelfde lijn ligt het, dat
men er in de wereldpolitiek nu ook mee
begint, de politieke verschijnselen in de
afzonderlijke staten onder een gemeen
schappelijk oogpunt te beschouwen
Sedert de groote Fransche revolutie
heeft men er zich aan gewend, het
wezen der democratie daarin te zien.
dat de individuen in de maatschappij
volkomen gelijk zijn. Nu begint men ook
in deWestelijke landen erover na te
denken, of deze grondslag ook de juiste
is. Dat bij ons, in de landen met een
jonge, van buitenaf overgenomen demo
cratie, de kritiek scherper en stormach
tiger is, Is niet te verwonderen. Er is
ook langzamerhand een ontnuchtering
ingetreden, die daaruit blijkt, dat de
kwestie van den staatsvorm niet meer
zóó belangrijk schijnt, dat er harts
tochtelijk om gestreden zou moeten
worden. We zijn in dit opzicht al vrijer
geworden en kunnen daarom nu weer
aandacht gaan wijden aan de werkelijk
grooter problemen.
Ruim 5000 meegenomen
In het Zevenbergsche Veld onder Oss
heeft in den vroegen morgen van Zondag
in de boerderij van H. K. een brutale roof
overval plaats gehad. Te ongeveer vijf uur,
haar man was juist ter kerke gegaan, hoor
de de boerin gerammel aan de deur, terwyi
een man vroeg om te worden binnengelaten.
Zij weigerde zulks. Eenige oogenblikken later
drongen aan den achterkant van het huis
vijf gemaskerde kerels door den stal binnen
en grepen de boerin aan eischende, dat zij
zou zeggen waar het geld geborgen was.
Toen zij hierop geen antwoord wilde ge
ven, werd de vrouw door twee der mannen
vastgehouden, terwijl de drie anderen de
kasten openbraken. Na eenig zoeken vonden
zij het geld een bedrag van ruim vijf dui
zend gulden in de linnenkast. Daarmee
waren de boeven blijkbaar tevreden, want
terstond daarop zijn zij, zonder de boerin
verder leed te doen, vertrokken.
Van de daders, die ter plaatse bekend
moeten zijn geweest, is nog geen spoor ont
dekt.
Vele arbeiders niet bevredigd
De staking onder de 158 arbeiders in den
Wieringermeerpolder, werkzaam bij de Ne-
derlandsche Heidemaatschappij is geëindigd.
Doordat de gevraagde loonsverhooging niet
is toegestaan, heeft een groot gedeelte der
arbeiders het werk laten liggen en is ver
trokken, terwijl de overigen het werk op de
oude voorwaarden hebben hervat.
Het vierde postvliegtuig
Volgens bij de K. L. M. ingekomen bericht
is het. vierde postvliegtuig gisteren te 5.35
uur uit Cairo vertrokken, te 7.55 uur teGasa
aangekomen, te 8.46 uur vandaar vertrokken
en te 15.17 uur te Bagdad gearriveerd.
Alles is wel aan boord. Heden verder.
Drie dooden
Een vliegtuig, dat acrobatische toeren
verrichtte is te Toronto van een hoogte van
150 M. nee: gestort. De inzittenden, een man
en twee vrouwen verkoolden in tegenwoor
digheid van vele toeschouwers, a'ie geen hulp
konden verleenen.
Z. D. H. de Bisschop van Haarlem heeft
de volgende W.W. E.E. Heeren benoemd tot
K!&p6ld'd n l
te Helder (H.H Petrus en Paulus): fr. G.
Verhaar O.F.M.;
Sassenheim: J. Velthuyse;
Dordrecht (H. Antonius van Padua): W.
Nijssen;
Noordwijk: G. Heemskerk, die Kapelaan
was te Helder (H.H. Petrus en Paulus).
Gelijk bekend, heeft de heer Albarda in
de Tweede Kamer beproefd zijn dubbel
zinnig woord in een Haagsche rede:
„als de regeeringen de misdaad van een
nieuwen oorlog ontketenen, zal dg arbei
dersklasse zich daartegen met ieder doel
matig middel mosten verzetten, ook al
vallen ze ver buiten de wettelijk geoorloof
de", goed te praten met de bewering, dat
die uitspraak niet op ons land betrekking
had, aangezien de Nederlandsche regee
ring er niet aan denkt een oorlog te ont
ketenen.
Met dezen uitleg wordt zoo maar geen
genoegen genomen en zoo schrijft de „So
cialist" (het orgaan der linksche S. D.
A. P.'ers) dan ook:
„Dit was onder de gegeven omstandig
heden toch wel de ongelukkigste uit'eg-
ging, die Albarda aan zijn woorden kon
geven.
Wat beteekent dit alles?
Waarom moet men bij de behandeling,
nota bene, van de vioot-uitbreiding, in het
bijzonder voor Indonesië, een ongevraagd
votum van vertrouwen aan een burgerlijke
regeering geven juist t. o. v. het punt waar
op het diepste wantrouwen van den kant
der Nederlandsche socialistische arbeiders
beweging geboden is?
De Partij heeft recht op een duidelijk ant
woord.
De Kamerfractie is voor een dergelijke uit
legging van haar houding in geval van oor
log verantwoording schuldig aan de Partij,
aan de Vakbeweging, aan de arbeidersklasse.
We staan opnieuw voor de jammerlijke
„ja-noch-neen"-politiek van 1928.
Zullen wij de Nederlandsche arbeidersklas
se in geval van. mobilisatie in Nedelland op
roepen om die mobilisatie te sabotteeren en
oorlog te verhinderen met alle middelen, wet
tige op onwettige, ja of neen?
Aan alle verwarring stichtende aarzeling
en halfslachtigheid op dit punt moet nu ein
delijk eens een einde komen.
Onze actie moet voor de Nederlandsche
bourgeoisie wèl „gevaar beduiden".
De Partij zal moeten doen wat Albarda
en de Kamerfractie verzuimden te doen: een
duidelijke uitspraak geven, die geen ruimte
voor eenig „misverstand" laat en tegelijker
tijd met alle ernst en kracht gaan werken aan
de voorbereiding van de resoluties van Rome
en Den Haag, waarbij revolutionnaire acne
van de arbeidersklasse in geval van oorlog
wordt geëischt."
De heer Albarda zal dus openlijk voor
den dag moeten komen. Zijn eigen partijge
noten zullen hem ertoe dwingen.
De orkaan, die gisteren over Engeland
woedde, hield heden boven Wales aan.
In het Kanaal van Bristol heeft men
wrakstukken gevonden, die doen vreezen
dat de Fransche schoener „Commandant
Marchand" is vergaan, waarbij de vijf leden
der bemanning zouden zijn omgekomen.
In Frankrijk
De „Intransigeant" meldt dat de Grand
Morin bjj Caulommiers buiten haar oevers
is getreden. Bij het aanbreken van den dag
had het water het peil van 1910 bereikt,
om acht uur 's ochtends reeds dat van 1876.
Tal van straten in de stad en de weg naar
Parijs zijn ondergeloopen.
De schade is aanzienlijk, daar in verschei
dene fabrieken het water is binnengeloopen.
Door den aanhoudenden storm en regen
is de Dender bij Denderleeuw buiten haar
oevers getreden. Groote oppervlakten land
staan onder water: de scheepvaart op de ri
vier is gestremd. Bij Lebeeke zijn de wegen
en bruggen ernstig beschadigd. Ook in het
land van Waes is de toestand critiek.
Te Ostende is gisteren de visschersvloot
niet uitgevaren. Tengevolge van den storm
stortte te Ostende een huis in. Het telefoon
net langs de kust is zwaar beschadigd.
Ook te Luik heeft de storm veel schade
aangericht. De ingang van de Tentoonstel
ling is tendeele ingewaaid.
Hoog water van de Moezel en
de Saar
De laatste dagen is het water in de ri
vieren Moezel en Saar opnieuw gestegen.
Zondagmiddag toonde het peil te Trier
nog een stand van 2.50 Meter; Maandag om
8 uur 's avonds bedroeg de stand reeds 4.53
Meter. Het water komt uit de Vogeezen,
waar ten gevolge van een temperatuur van
12 a 15 graden, sneeuwmassa's zijn gesmol
ten.
De veren over den Moezel zijn heden
weer gestaakt.
De Philipijnen znij door een hevigen ty
phoon geteisterd. De bevolking heeft hulp
gevraagd; het aantal slachtoffers moet vrij
groot zjjn.
Nadere bijzonderheden ontbreken.
Gistermiddag te ongeveer half een is in
een groote juwelierszaak aan de Plaats te
Den Haag een brutale diefstal gepleegd. Op
dat uur kwamen twee dames en twee hee
ren den winkel binnen en vroegen aan den
bediende, die hen te woord stond, eenige
colliers te zien. Deze voldeed aan hun ver
langen en toonde hun een tableau met een
groot aantal colliers. De dames en heeren
zochten langen tijd Zij konden echter geen
keus maken. De bediende legde het tableau
toen weer op zjjn plaats. Op dat moment
vroeg een der heeren iets aan den bediende
en leidde diens aandacht enkele oogenblik
ken af. Direct daarop vertrokken alle vier.
Eenigen tijd later eerst bemerkte de be
diende, dat hij met dieven te doen had ge
had, want terwijl een der heeren de aan
dacht van den bediende afleidde, had de
ander kans gezien van het tableau vier
paarlencohiers, twee losse briljanten en een
paar paarlen oorknoppen, in wit goud gevat,
tezamen vertegenwoordigende een waarde
van omstreeks f 20.000.te stelen.
De bediende kon niet nagaan hoe de dief
stal heeft plaatsgehad. De eenige mogelijk
heid is, dat zij de sieraden van het tableau
hebben afgenomen, terwijl hij met een
vierde persoon stond te praten. Slechts een
vaag signalement kon hij van de dieven
verstrekken. Zij waren allen van een donker
type en ongeveer 40 jaar oud, de dames iets
jonger. Zij spraken met een Duitsch accent.
De heeren waren gekleed in lange donkere
ulsters en droegen donkere deukhoeden; zij
hadden gladgeschoren gezichten.
De dames waren opvallend gepoederd en
hadden rood geverfde lippen.
De politie stelde dadelijk een onderzoek in,
dat tot nu toe nog niets heeft opgeleverd.
Hoe de slag geslagen werd
Van de zijde der bestolen firma wordt nog
medegedeeld, dat er twee ineenloopende win
kels in betrokken zaak zijn. De 2 dames en 2
heeren kwamen den eersten winkel oilmen
en vroegen een in de étalage staand oakje
met colliers te mogen zien. Toen hierbij niets
van hun keuze was, verzochten zij ziiveren
werken te toonen. De bediende sloot daarop
het bakje met colliers weer in de étalage en
ging met de beide dames naar den 'weeden
winkel, van waaruit men echter geen vol
doend overzicht op het eerste gedeelte neeft
De beide heeren bleven achter en zagen
kans om de étalage te ontsluiten en uit het
bakje de colliers weg te nemen. Daarop slo
ten zij de étalage weer. en vertrokken met de
dames, die waarschijnlijk van hen een :eeken
hadden gekregen, dat de slag geslagen was.
In opdracht der regeerïng
Naar het „Nieuwsblad van het Zuiden"
verneemt, zal de Zeereerwaarde Hoogge
leerde Professor dr. A. Smijers, buitenge
woon hoogleeraar aan de Un.vsrsitsit te
Utrecht, de volgende week een studiereis
nar.- Rome ondernemen.
Prof. Smijers heeft van de Nederlandsche
Regeering opdracht gekregen een onder
zoek in te stellen naar de zich te Rome
bevindende handschriften van componisten
uit de Dederlandsche school uit de 15e en
16e eeuw.
Proef Smijers zal ter voldoening aan
deze vereerende opdracht tot het einde van
difc jaar te Rome verblijven.
Beroep ongegrond verklaard
Bjj K. B.' is ongegrond verklaard het be
roep, ingesteld door M. C. van der Wal,
directeur van de N. V. Nederl. Brockway
Bus Mij. te Amsterdam, welke is directrice
van de N. V. Haarlemsche Brockway Bus
Mij. te Heemstede, tegen de beschikking
van Ged. Staten van Noord-Holland van 29
Jan. j.l., waarbij afwijzend is beschikt op
verzoeken van laatstgenoemde maatschappij,
onderscheidenlijk over wijziging van de haar
bij besluit van Ged. Staten van 20 April
1927 verleende vergunning tot het onder
houden van een autobusdienst tusschen
Haarlem en IJmuiden over Bloemendaal en
om vergunning tot het in werking brengen
van een autobusdienst tusschen Haarlem en
Jan Gijzenvaart.
Een onderhoud met de geredden
De treiler Langeoog van de firma Beucker
te Wesermiinde is eergisteren in den vroegen
morgen op de Noordzee aangevaren door
het ss „Wahehe" van de Woermannlinie.
De treiler is onmiddellijk gezonken. De ka
pitein, le en 2e machinist, 2e stuurman, kok
en een der matrozen zijn verdronken, zes
anderen konden worden gered.
De Wahehe is opgestoomd naar de Jobs
haven te Rotterdam.
In een van de verblijven van de beman
ning hebben de zes geredden van de Lan
geoog het één en ander over de aanvaring
verteld.
Twee van hen, een stoker en een der
matrozen, bleken te zijn gewond; de stoker
had brandwonden aan beide armen, de ma
troos een gebroken arm opgeloopen.
De le stuurman, F. Netzmacher, vertelde
het volgende:
Wij kwamen van IJsland, waar wij had
den gevischt. De Langeoog, die 250 ton meet,
had heel wat visch in en welgemoed voe
ren we huistoe. Er stond een vrij hooge
zee, de windkracht was 4/5 en met drie man
bielden we op de brug de wacht.
Te 5.07 uur zagen we plotseling aan stuur
boord de lichten van een groot schip, dat
ook ons scheen op te merken, want het
gaf twee stooten op de fluit. Ik dacht di
rect „Das geht nicht klar" en dat kwam
wel uit ook. want op hetzelfde oogenblik
werden we al geramd.
Het groote stoomschip, dat later de „Wa
hehe" bleek te zijn, trof ons in de mid
scheeps, ter hoogte van de machinekamer.
Het water golfde met groote kracht naar
binnen, de machinekamer stroomde het
eerst vol. de vuren werden gedoofd en de
ketel sprong met donderend geweld. Het
schip zonk spoedig en was binnen 2 of 3
minuten geheel verdwenen, wy, die op de
brug stonden, hebben luid om hulp geroepen
en zijn naar den bak gerend. Vandaar kon
den we op het anker van de „Wahehe"
overspringen en zoo werden we gered.
Vier anderen, die beneden waren, wisten
ook op het dek te komen en de zwemvesten
te bereiken.
De kapitein, de tweede machinist, de twee
de stuurman de kok en een der matrozen,
die in de kooien sliepen, zijn echter met
het schip in de golven verdwenen.
De vier mannen, die het dek bereikten,
sprongen met de zwemvesten om overboord.
Een van hen is door de zuiging van het
schip meegetrokken en niet meer bovenge
komen, de andere drie, waarvan er twee ge
wond waren zijn weer boven gekomen en
na bjjna twee uur te hebben rondgedreven
door de „Wahehe" gered.
Dit schip heeft n.l. ondanks het ongun
stige weer een boot uitgezet om de omgeving
af te zoeken; de drie mannen, die zich aan
wrakhout hadden vastgeklemd, werden op
gepikt en met ons in een der verblijven
ondergebracht.
De gewonde stoker W. Warenholz vertelde
nog, dat hy met den machinist in de ma
chinekamer werkte, toen het schip werd
geramd. Het water overrompelde hen vol
komen. Er ontwikkelde zich een geweldige
stoomkolom, de ketel sprong en hij zag niets
dan een visioen van vlammen en water. Hy
hoorde den machinist nog schreeuwen van
pijn. maar worstelde zelf door het aan-
stroomende water naar boven. Als door een
wonder, zoo zeide de man, ben ik gered.
Het onderzoek naar de oorzaken
Het Hof van Onderzoek naar de oorzaken
van den ondergang van de R 101, heeft
gist ren de Fransche getuigen uit Beauvais
gehoord.
Onder deze getuigen bevond zich ook Al-
bert Rabouillet, de strooper, die vlak bij
was, toen het ongeluk geschiedde.
Het voornaamste punt van zijn getuige
nis was, dat het luchtschip, na tweemaal
gedoken te hebben, den grond raakte en
niet brak voor het op den grond terecht
kwam.
In verband met een verzoek der Leidsche
politie is op het station Staatsspoor te Den
Haag aangehouden het 17-jarige Duitsche
dienstmeisje E. W„ die verdacht wordt van
diefstal van twee koralen halskettingen te
Leiden gepleegd. Zy wilde Zondagmorgen
per eersten trein naar Duitschland vertrek
ken.
Een j'uwelier te 's-Gravenhage voor een
waarde van 20.000 bestolen.
Een ernstige aanvaring op de Noordzee.
Zes menschen verdronken. Een onderhond
met de geredden.
16e Diocesane Liturgische dag tc Leiden.
Eervol ontslag verleend aan Prof. Banm-
stark te Nijmegen.
Brutale roofoverval te Oss.
Oprichting van een nieuwe Reisvereeni-
ging.
Het drama in een toren te Amsterdam.
Vergadering Raad van afgevaardigden van
„St. Raphael."
Voorioopig Verslag der Tweede Kamer
Waterstaatsbegrooting.
Prins Hendrik gaat voor eenigen tjjd naar
Mecklenburg.
Een Nederlandsche onderscheiding voor
den keizer van Ethiopië,
Weer een aardverschuiving in het Soeka-
boemische, vele slachtoffers.
Het communisme in China. 10.000 man
naar het Zuiden.
Een zoon van Dr. Borms door misdaad
krankzinnig gemaakt.
mUlHii»!
Hierboven een foto van het krasse echtpaar Jac. Bimmerman en Petronella Romijn
te Lutjebroek, dat heden zjjn gouden echtvereeniging viert
Barometerstand 9 uur v.m.: 751. Vooruit.
OPTICIENS FABRIKANTEN
Groote Houtstraat 166 Haarlem
LICHT OP. De lantaarns moeten morgen
worden opgestoken an: 4.52 uur.
Hoogste barometerstand 765.6 m.M. te
Lacoruna.
Laagste barometerstand 734.2 mJJ. te
Skagen.
Verwachting: Matige tot krachtigen, later
afnemende, Noord-Westelijke tot Westelijken
wind, afwisselende bewolking, aanvankelijk
nog regen- of hagelbuien en kouder.
De Zeereerw. Pater Dalmatius van der
Geest O.P., pastoor van de St. Dominicus-
parochie te Rotterdam, heeft gisteren een
maag-operatie ondergaan. Deze operatie
is goed geslaagd.
De toestand van den pastoor is bevredigend.
Verkorting van den werktijd
By de N. V. motorenfabriek Thomassen te
De Steeg zal ingaande deze week de werk
week tot vier dagen worden verkort Op
Maandag en Dinsdag zal niet gewerkt wor
den.
Prof. Baumstark treedt af
Het bestuur der St. Radboud-Stichting
heeft met ingang van 1 December 1930 aan
prof. Baumstark op diens verzoek eervol
ontslag verleend als buitengewoon hoog.
leeraar aan de R. K. Universiteit te Nijme
gen.
In Anton Baumstark verliest de Carolina
een hoogleeraar van Europeesche vermaard
heid. Hy geldt voor den allerbesten kenner
der historische liturgie en heeft vooral naam
geaakt als Oriëntalist.
Anton Baumstark werd 4 Aug. 1872 te
Konstanz geboren. Na zijn voltooide studies
werd hy privaat-docent te Heidelberg en
leeraar van het Gymnasium aldaar tot 1898.
Van 1899 tot 1904 woonde hy te Rome,
waar hij hoog aanzien genoot. Daarna
maakte hij een reis door Palestina.
In 1905 werd hy docent aan het Instituut
van Mgr. Lender te Sasbach. In 1920 werd
hy benoemd tot hoogleeraar aan de Univer
siteit te Bonn in de geschiedenis der litur
gie en de Semitische talen.
Naast zijn hoogleeraarsfunctie te Bonn en
Nijmegen werd hem eenigen tyd geleden
ook een professoraat te Münster in Westfa-
len opgedragen, waar hjj reeds lang ver
toefde. Aanvankelijk werd nog verwacht,
dat hij zyn colleges in de Semitische taal
en letterkunde en in de vergelykende litur
gie-geschiedenis aan de Nymeegsche Uni
versiteit zou kunnen blyven geven.
De Carolina verliest in hem een grooten
geest en een typischen hoogleeraar.