Gemengd
L
Voor de Huiskamer
I Het gestolen Luchtballonnetje
j OF DE GESCHIEDENIS VAN TWEE DEUGNIETEN
fSpringende
Handen
Kloosterhalsem J
BINNENLANDSCH NIEUWS
Ontslag van een gedetineerde
Vervoer van land- en tuinbouw
producten op de spoorwegen
Economische toenadering
ONZE OOST
Ernstig auto-ongeluk te Ambon
Het verkeer bi] Moentilan
RECHTSZAKEN
Overtreding Tariefbepaling in het
boekdrukkersbedrijf
FINANCIEN
Sodalitas Medicorum
LANDBOUW EN VEETEELT
Europa's grootste eiermijn
Katholiek Pacht-Reglement
,,Geen goud
zoo goed" I
Een bord bouillon
Hoog water
Incident bij een begrafenis
Auto tegen boerenwagen
Werkloozen-relletjes te Amsterdam
Inbraak
Binnendam doorgebroken te
Scheveningen
Bloedvergiftiging
In zieken toestand.
Uit het nader antwoord aan den minister
van Justitie op de beantwoording van vra
gen van het Tweede Kamerlid den heer Van
der Heide, in verband met den lichamelijker;
toestand, waarin een op 24 October j.l. uit
het huis van bewaring te Rotterdam ont
slagen gedetineerde verkeerde, blijkt dat in
derdaad op 24 Oct. jl., tegen 1 uur n.m. een
gedetineerde uit het huis van bewaring te
Rotterdam, die in zieken toestand verkeer
de, door den directeur is ontslagen op grond
van een op dien dag ontvangen last tot
onmiddellijke invrijheidstelling.
Laat in den namiddag is de patiënt in
zijn woning door een particulieren genees
heer bezocht, die opneming in het zieken-
htuis voorschreef, alwaar onverwijlde opera-
ratie noodzakelijk werd geacht.
Onder het bewakingspersoneel zijn geen
gediplomeerde verplegers, doch, wanneer de
omstandigheden dit noodzakelijk maken, mag
onverwijld tot indienstneming van een ver
pleger worden overgegaan.
De waarnemend geneesheer was, blijkens
zijn verklaring, dat transport naar het zie
kenhuis noodzakelijk was, van oordeel, dat
patiënt niet langer in het huis van bewa
ring moest blijven. Toen tot invrijheidstel
ling moest worden overgegaan en patiënt
deswege gevraagd, verklaard had, dat hij er
de voorkeur aan gaf, in stede van naar het
ziekenhuis naar zijn eigen woning te ver
trekken, kwam het transport te vervallen.
Getracht werd nog, per telefoon den ge
stichtsgeneesheer daarover te hooren, doen
hij was niet in zijn woning aanwezig.
Achteraf is echter door hem verklaard,
dat hij, als de vraag hem had bereikt, geen
bezwaar zou hebben gemaakt den patiënt
op eigen risico naar huis te laten vertrek
ken, toen deze vrij man zijnde, dat wenschte.
Schriftelijk beantwoorde vragen
Naar aanleiding van desbetreffende vra
gen van den heer Kampschöer deelt minis
ter Reymer mede, dat het ondoenlijk is het
juiste bedrag vast te stellen dat over 192B
door de Ned Spoorwegen is ontvangen ter
zake van het vervoer van Ned. land- en
tuinbouwproducten. Ruw geschat kan het
op ongeveer 8 mlllioen worden gesteld.
Voor het vervoer o.a. van buitenlandsche
land- en tuinbouwproducten gelden de spe
ciale tarieven no. 7 voor transietverkeer van
enkele Nederlandsche zeehavens met en via
Duitschland en no. 8 voor dergelijk vervoer
met en over België. Die tarieven gelden voor
doorvoer van goederen van allerlei aard en
beoogen slechts concurrentie met buiten
landsche havens mogelijk te maken. Indien
die tarieven niet bestonden, zouden de pro
ducten over buitenlandsche havens worden
vervoerd.
Dergelijke overwegingen hebben ook geleid
tot het speciaal tarief no. 6 voor het ver
voer bi) wagenlading uitsluitend van Am
sterdam en Rotterdam naar Maastricht en
Venlo van met name genoemde vruchten,
die in eerstgenoemde havensteden van over
zee zijn aangevoerd.
De tekst van het verdrag van Oslo
Het Ministerie van Buitenlandsche Zaken
heeft den inhoud medegedeeld van het op
22 December U. te Oslo gesloten Verdrag
tot Economische Toenadering.
Het Verdrag, dat ter goedkeuring aan de
Staten-Generaal zal worden aangeboden is
gesloten tusschen België, Luxemburg. Dene
marken. IJsland, Noorwegen, Nederland en
Zweden, en wenscht de beginselen, die aan
den economischen arbeid van den Volken
bond ten grondslag liggen in toepassing te
brengen en om daarbij zooveel mogelijk reke
ning te houden met hun wederzijdsche belan
gen. hebben partijen besloten 'n verdrag tot
economische toenadering te sluiten.
De partijen verbinden zich om niet over te
gaan tot verhooging van hare tnvoerr -iten
of tot de instelling van nieuwe invoerrechten
zonder aan de andere Hooge Verdragsluiten
de Party te hebben kennis gegeven van de
ontwerpen of de beslissingen die erop be
trekking hebben, ten minste 15 dagen vóór
den datum bedoeld voor de inwerkingtreding
van de verhoogde rechten of van de nieuwe
rechten.
Indien na ontvangst van de kennisgeving
bedoeld in artikel I, een der Hooge Verdrag
sluitende partijen de ontworpen verhoogingen
of nieuwe rechten van zoodanigen aard acht,
dat zij afbreuk doen aan hare belangen, zal
die Partij het recht hebben in den loop van
de 10 volgende dagen eventueel die verande
ringen voor te stellen, die zy voor de bevei
liging van hare belangen noodzakeiyk achi.
Een doode en een ernstig gewonde
Te Ambon heeft een ernstig auto-ongeluk
plaats gehad. De controleur P. T. T. Vene
man werd ernstig gewond; de echtgenoote
van den chef van het postkantoor werd ge
dood.
Het railverkeer van de N. I. S., over de
linkerhelft van de brug by Moentilan over
de Kali Amat is stopgezet, aangezien de
brug onderloopsch geslagen is door de
bandjirs.
Het asverkeer over de rechterhelft op
dezelfde brug gaat echter door, met uitzon
dering van dat van zware vrachtauto's.
Het railverkeer van de N. I. S. over alle
andere bruggen gaat normaal door.
Eisch tot boete door den Rechter
toegewezen
Twee boekdrukkers uit Heerlen hadden
meerdere transacties aangegaan beneden het
tarief van de bindende handleiding voor de
berekening van handelsdrukwerk en de
Rechtspraakcommissie vorderde tegenover
beide leden van de Fed. der Werkgevers-
Organisatie in het Boekdrukkersbedryt ze-
Ven disciplinaire maatregelen met even veel
geldelijke beboetingen.
Toen de leden taal noch teeken van leven
gaven, stelde de Federatie bij de Civiele
Kamer der Arrondissements-Rechtbank r,e
Maastricht een eisch tot betaling in.
Door de beide boekdrukkers werd betwist
hunne gehoudenheid om de boeten te beta
len, op grond, dat de bedoelde uitspraken
dier rechtspraak-commissie niet bindend
zouden zijn, omdat die commissie een orgaan
is van eischers, die daardoor rechter zou
zijn in eigen zaak en de desbetreffende de
bepalingen en de dientengevolge tusschen
partijen gesloten overeenkomst zou zijn in
stryd met de openbare orde en goede zeden.
De Rechtbank ging echter met deze ziens
wijze niet mee en oordeelde, dat bepalingen
en statuten en reglementen, waarby leden
van vereenigingen zich bij voorbaat verkla
ren te onderwerpen aan het oordeel en de
uitspraak b°tzij van het bestuur, hetzy van
een ingevolge de geldende statutaire voor
schriften door bestuurs of algemeene verga
dering aangewezen orgaan, niets bevatten
wat met goede zeden of openbare orde on-
vereenigbaar is, waar toch ieder lid door
zyn toetreden biyk geeft, daarmede genoe
gen te nemen.
De gedaagde boekdrukkers werden dan
c jk veroordeeld tot het betalen eener zij
het verminderde boete en de proceskos
ten.
Een brief van den bewindvoerder
De heer Leenes verzocht den navolgenden
brief, waarvan hy den Duitschen tekst uit
Boedapest ontvangen had, aan de Neder
landsche crediteuren bekend te willen ma
ken:
Boedapest, 2 Januari 1931.
Aan de Nederlandsche Crediteuren.
De ondergeteekende, door de rechtbank
aangestelde bewindvoerder bij de N.V. Eli
sabeth Zoutbad Bronnenonderneming heeft
kennis genomen van het voorgestelde sanee-
ringsplan en van de uiteenzetting omtrent
de opbrengst eener geleideiyke liquidatie der
eigendommen.
Ik acht het myn plicht de Nederlandsche
crediteuren de spoedige aanneming van dit
voorstel tot minneiyke liquidatie te moeten
aanbevelen, aangezien ik anders genood
zaakt wordt aan de Hongaarsche rechtbank
de mededeeling te moeten doen dat het be
drijf der N.V. momenteel passief werkt en
dat de schulden der N.V. volgens de boe
ken grooter zijn dan haar vermogen.
Het gevolg daarvan zou zijn, dat de Hon
gaarsche rechtbank niet anders zou overblij
ven dan het faillissement van de N.V. uit te
spreken.
Het zal u wel bekend zyn, dat een even
tueel faillissement een groot verlies voor de
crediteuren zou beteekenen.
Daarom raad ik, my volkomen bewust van
myn verantwoordelijkheid den crediteuren
aan, ten spoedigste het door de directie
voorgestelde saneeringsplan aan te nemen.
(w.g.) IMRE CSIMA,
bewindvoerder
Te Roermond werd in 1930 aangevoerd 22
millioen eieren, doch tegen een lageren prijs
dan in 1928
Aan de Coöp. Roermondsche Eiermijn, de
grootste zooals men weet van Europa, zijn
in het afgeloopen jaar aangevoerd 221.6
millioen kipeieren, tegen „slechts" 185.4 mil
lioen in 1929.
Het gewicht van den aanvoer bedroeg
130.4 millioen k.g., tegen 109.9 millioen k.g.
in 1929.
Méér.... voor die eieren werd uitbetaald
11.346.145 tegen 11.846.230 in het jaar
daarvoor, zoodat de prijs daalde van 6.39
tot 5.12 per 100 eieren of wel van 1.03
tot 0.87 per k.g.!
Het aantal geveilde eendeneieren daalde
van 1.4 tot 0.9 millioen stuks en de opbrengst
van 79.650 tot j 47.800, zoodat de gemid
delde prijs daalde van 80 cents tot 73 cents.
De omzet steeg dus met rond 20 pet., doch
niettemin dadlde de geldeiyke omzet, om
dat de gemiddelde prijs 21 pet. lager was.
Voorschriften voor het bisdom Roermond
In de Analecta van het Bisdom Roermond
deelt Z. D. H. Mgr. Schrijnen mede, dat om
tegemoet te komen aan de nooden van den
landbouwenden stand en om mede te helpen
aan het verkrij gen van goede toestanden in
het pachtwezen een Reglement is vastgesteld,
volgent, een concept van den Centralen
Pachtraad van den Kath. Ned. Boeren- en
Tuindersbond.
Van de R. K. Kerkbesturen, de parochiale
Armbesturen en alle andere aan het Bisdom
rekenplichtige lichamen, alsmede van de
kloosters en de overige Ka tholieke instellin
gen wordt verwacht, dat rekening zal worden
gehouden met dit reglement, dat wij hier
onder laten volgen.
Verpachting van geheel vrij
komende landerijen
1. Door het bestuur wordt zoo noodig
met behulp van een of anderen deskundige
het bedrag vastgesteld, dat het desbetref
fende land redelykerwyze kan opbrengen.
2. Hierbij wordt uitgegaan van de ver
onderstelling, dat de opkomende pachter de
noodige vakkennis en yver bezit om het land
behooriyk productief te maken.
3. By de vaststelling vaD de pachtsom
worden de omstandigheden van het oogen-
blik en de te verwachten vooruitzichten in
aanmerking genomen, zooals: de kwaliteit, de
toestand en de ligging van het land, de eco
nomische toestand van den landbouw in het
algemeen, enz.
4. Het aldus vastgestelde bedrag wordt
door het bestuur aan alle gegadigden of in
't openbaar bekend gemaakt.
5. Vervolgens wordt overgegaan tot open
bare inschrijving, waarby Katholieken de
voorkeur hebben boven niet-Katholieken,
parochianen en R. K. georganiseerden boven
niet R. K. georganiseerden.
De ingekomen inschryvingen worden door
het bestuur in een vergadering onderzocht.
Voor toewyzing komen niet in aanmerking
a. zy, die lager hebben ingeschreven dan tot
het door het bestuur vastgesteld bedrag: b.
zy die naar het oordeel van het bestuur
hetzy niet voldoende bekwaamheid of yver,
hetzij niet voldoende credietwaardigheia be
zitten. Tusschen de na deze schifting over-
bhjvende gegadigden wordt, indien deze naar
het oordeel van het bestuur in alle opzichten
geiyk staan, door het lot beslist, aan wien het
land in pacht zal worden toegewezen, tegen
den door het bestuur bepaalden prijs.
Duur der pacht
De zittende pachter heeft, indien hy ge
durende de voorafgaande pachtjaren naar
het oordeel van het bestuur heeft voldaan
aan de eischen, die men aan een goed pach
ter kan stellen, recht op verlenging der
pacht.
Bij het einde van den pachttijd wordt der
halve geen nieuwe inschrijving gehouden,
maar de pachter kan desgewenscht blijven
zitten op dezelfde voorwaarden als in de
voorafgaande pachtjaren gegolden hebben
met uitzondering der voor den nieuwen
pachttermijn te betalen pachtsom.
Deze som wordt overeenkomstig de rege
len, hierboven onder I (13) vermeld, op
nieuw door het bestuur vastgesteld.
Overlijden van den pachter
Bij het overlijden van den pachter heeft
diens weduwe, indien zy naar het oordeel
van het bestuur voldoet aan de eischen, die
men aan een goede pachteres kan stellen, het
recht de pacht over te nemen op dezelfde
voorwaarden als die, welke golden voor den
overleden pachter.
In geval niet de weduwe van den over
leden pachter maar wel een van diens eigen
of aangehuwde inwonende kinderen de pacht
wenscht over te nemen, heeft dit kind,
indien het naar het oordeel van bestuur vol
doet aan de eischen, die men aan een goed
pachter kan stellen, het recht de pacht over
te nemen op dezelfde voorwaarden als die
welke golden voor den overleden pachter, zyn
er meer kinderen dan één, die de pacht wen-
schen over te nemen, dan beslist het bestuur.
Doe het dit jaar beter dan den vorigen
winter. Zorg dat ge een pot Akker's
Kloosterbalsem in huis hebt, en bescherip
Uw huid tegen inwerking van koude en
vocht, door haar iederen avond voor het
naar bed gaan, in te smeren mei Akker's
welk dezer kinderen den overleden pachter
als pachter zal opvolgen.
Geschillen
Alle geschillen, voortvloeiende uit wet of
pachtovereenkomst, zullen met uitsluiting
van den burgerlijken rechter worden onder
worpen aan de uitspraak van eene byzondere
commissie, die als volgt wordt samenge
steld:
Het desbetreffende bestuur benoemt een
lid en de desbetreffende pachter benoemd er
een en zoonoodig benoemen de beide aldus
benoemde leden nog een derde onzydig lid.
Indien de twee benoemde leden het over den
derden prsoon niet eens kunnen worden,
wordt deze door den deken benoemd.
De leden dezer bijzondere commissie geven
een beslissing als goede mannen, oordeelende
volgens recht en blliykheid.
Partyen leggen zich onvoorwaardelyk by
de aldus genomen beslissing neer.
Louis Philippe, koning der Franschen, op
wiens leven meer dan twintig aanslagen wer
den gepleegd, had in de laatste jaren zyner
regeering de gewoonte aangenomen, vroeg te
gaan slapen. Eiken avond kwam dan zyn
kamerdienaar alles in de koninklyke slaap
kamer in gereedheid brengen.
Toen die bediende op zekeren avond door
ongesteldheid verhinderd was, droeg hij zijn
taak aan een Elzasser, met name Lermulle,
over. Deze, een reus van een kerel, was eerst
kort geleden te Parijs gekomen, en de ko
ning had hem op de dringende aanbeveling
van lieden, die hoog in de gunst by het hof
stonden, in dienst genomen.
Het was nu de eerste maal, dat Lermulle
de kamer van Z. M. binnentrad. Hij had er
echter weinig te doen: ziqn of de lamp goed
brandde en een bord kouden bouillon op
'skonings tafel te plaatsen. Hy draaide de
pit van de lamp wat in, om het walmen te
voorkomen en zette het bord met bouillon op
de nachttafel. De bouillon zag er smakeiyk
uit: er dreven glanzige kralen op en men zou
gezegd hebben dat er olie over gegoten was.
„Drommels," dacht Lermulle, „dat is nu
eens bouillon, zooals je nooit gehad hebt en
ook nooit krygen zult. Zou hy sterk genoeg
wezen?"
Hij nam een lepel, begon te roeren en
bleef aan het roeren. Maar hoe langer hy
roerde, des te sterker roerde zich ook z'n
lust om er van te proeven.
Ten slotte sprak hy tot zich zeiven: „Het
zou toch ook zoo'n groote zonde niet wezen.
Nooit zal er iemand iets van weten."
Lermulle begon met één lepel bouillon
naar binnen te slaan.
„Sakkerloot," zei hij, „die smaakt goed.
Misschien een beetje te vet. want hy heeft
een lichten nasmaak, 't Is vreemd, ik heb
dien smaak nog nooit by bouillon geproefd."
En als wilde hij meer van dien smaak we
ten, nam hy een tweeden lepel, een derden,
een vierden, kortom, een derde deel van de
bouillon verdween in z'n maag.
„Laat ik nu ophouden," mompelde hy.
„Men zou het anders merken; de koning zou
z'n gewone portie niet vinden en ik zou myn
straf niet ontgaan. Ik ga nu heen."
Het kon zoowat middernacht zyn, toen
de koning, die als een roos lag te slapen, eerst
zachtjes, vervolgens harder aan z'n deur
hoorde kloppen.
„Wie daar?" riep hy.
„Ik ben het sire," antwoordde een ordon
nans-officier; „mag ik binnenkomen? Ik heb
Uwe Majesteit iets belangrijks mee te dee-
len."
„Kom binnen, mynheer kom binnen."
De officier opende de deur. In de hand
droeg hy een lamp Op zyn gelaat stond ver
slagenheid te lezen. Z'n eerste blik was op
het nachttafeltje gericht. De bouillon stond
er nog.
„Goddank!" riep hy.
,Maar kapitein, wat is er toch te doen,
dat u op dit ongewone uur hier komt? Is
Parys in opstand? Werpt men barricaden
op? Staat het paleis in brand?"
„Neen sire, maar er is een ongeluk gebeurd.
Men heeft een poging gedaan om Uwe Ma
jesteit te vergeven."
„Onmogelijk."
„En toch is het waar sire; een van de ka
merdienaren van Uwe Majesteit, die z'n
snoeplust niet bedwingen kon, proefde van
den bouillon, die voor U was klaar gemaakt.
Hy is er het slachtoffer van geworden en
ligt nu in hevige pijnen te zieltogen.
„O God!" riep de koning. „En heeft men
alles gedaan om den ongelukkige te redden?
Heeft men hem tegengift ingegeven?"
„Ja sire, drie geneesheeren zijn by hem."
„En bestaat er hoop op redding?"
„Zë kunnen nog niets zeggen, sire. Eerst
moeten ze den aard van het vergift kennen.
Ze kunnen er maar niet achter komen. Ze
hebben den armen drommel sterk werkende
braakmiddelen ingegeven."
„Hoe heet hy?"
„Lermulle."
„Ik ken hem. Hy is een Elzasser, die me
dringend werd aanbevolen, een brave kerel,
m'n vertrouwen ten volle waardig. Maar welk
een, leven voor een koning! Ik kan geen
voet op straat zetten of er worden vuurwa
pens op my gericht; en thans tracht men
my in m'n eigen paleis te vergeven. Verdenkt
men niemand?"
„Neen sire; men verdiept zich in gissingen."
„Zou een van m'n huisgenooten dan de
schuldige zyn? Dat zou me erg spy ten. Maar,
wacht een oogenblikje. Ik zal opstaan en zelf
gaan zien hoe het met den ongelukkige Ler
mulle gaat."
Een minuut of tien later trad Louis Fhi-
üppe, gevolgd door zyn ordonnans-officier,
het dakkamertje binnen waar Lermulle lag.
Drie geneesheeren stonden aan het bed van
den lijder.
„De Koning, mijne heeren!" riep de kapi
tein.
„Wel heeren," vroeg Z. M., „hoe gaat het
met den armen jongen?"
„Iets beter, sire," antwoordde een der dok
toren. .We kunnen echter nog niets zeggen.
We hebben den aard van 't vergift, dat hh
heeft binnen gekregen, nog niet ontdekt, an
ons daarom moeten bepalen tot krachtig
werkende braakmiddelen."
„Met welk resultaat?"
„Ja, sire, een van beiden: óf het vergift
was by onze komst reeds doorgedrongen tot
het organisme, of niet. In het eerste geval
is de ongelukkige verloren.
„En in 't tweede geval?"
„Ja, sire, in 't tweede geval mogen we ho
pen hem te redden, want het vergift moet
dan door de braakmiddelen zyn uitgewor
pen. Tot m'n spijt geloof ik echter niet dat
dit het geval is."
„Waarom niet?"
„Omdat de buikkrampen voortduren, sire.
De arme kerel slaapt nu en dat is heel na-
tuuriyk. Hy is uitgeput. Maar beschouw hem
eens met aandacht, sire, en u zult zien, hoe
z'n gelaat nog krampachtig is saamgetrok
ken van de pyn."
„Vertel me eens, hoe de zaak zich heeft
toegedragen?"
„Omstreeks half elf, sire, kwam een der
nachtwachts me wekken met de boodschap,
dat Lermulle vergeven was. Ik ben direct ge
komen en vond hem worstelend met vreese-
ïyke krampen."
„Die arme jongen!"
„De ongelukkige leed zóó verschrikkehjk
en was zóó ontsteld, dat hy m'n vragen
slechts met onverstaanbare klanken kon be
antwoorden. Zooveel begreep ik er van, dat
hy gedronken had van een drank die voor
Uwe Majesteit bestemd was. Maar hy wordt
juist wakker, sire. Nu kunt u hem zelf on
dervragen."
De koning trad op den ïyder toe en vroeg,
deelnemend: „Wel, m'n arme vriend, hoe
gaat het? Heb je nu wat minder pyn?"
„O, sire, vergeef meik heb van uw
bouillon geproefd, maar het spyt. me niet
want stervend mag ik U het leven redden.
Heb echter medeiyden met m'n vrouw en
m'n twee kleine kinderen. Ze zyn broodeloos
als ik sterf."
„Alle hoop op redding is nog niet ver
loren, m'n vriend, en die heeren" hier
wees de koning op de geneesheeren „wan
hopen nog niet. Integendeel, ze zyn vol
hoop."
„God geve, dat ze gelyk hebben, sire."
„Zeg me nu eens, maar zonder je te veel
te vermoeien, hoe de zaak zich heeft toe
gedragen
„Uw kamerdienaar, sire, was dezen avond
ongesteld. Hy had vreeseiyke hoofdpijn. Om
streeks acht uur ging hij naar bed, na my
verzocht te hebben in zyn plaats de lamp en
het bord bouillon op uw slaapkamer te bren
gen. Ik heb dat gedaan
„En verder?"
„Toen, sire, heb ik de fout begaan waar
over ik geen spyt heb, omdat ik daardoor 't
leven van Uwe Majesteit mocht redden."
„Hoe zoo?"
„Ik heb van den bouillon gedronken, sire,
die voor U bestemd was.... ja, sire, bijna
de helft."
„Wat zeg je daar?" riep de koning, terwijl
hy in een schaterend gelach uitbarstte; „heb
je van m'n bouillon geproefd? Nu, dan is
alles in orde; die bouillon zal je zelfs zeer
goed doen." En zich tot de geneesheeren
wendend, sprak hij: „U hebt dus niet kunnen
raden, wat er in dien bouillon was?"
„Neen. sire"
„Nu. dan zal ik het U zeggen. Het was
wonderolie; ik wilde een purgeermiddel in
nemen."
En de oude koning barstte opnieuw in een
schaterend gelach uit in dien gullen, echt
Franschen lach, welke aan zijn gelaat de
goedige en tegelijk spottende uitdrukking
gaf, die hem eigen was.
De Maas overstroomt alle buurtwegen
en de dorpen aan den rechteroever
De Maas is sedert Zaterdagavond nog 52
c.M. gewassen. De stand was gisterenmorgen
3.82 M. of 45.85 M. boven N. A. P. Zy is
buiten haar oevers getreden en heeft alle
buurtwegen en gedeeltelijk de dorpen aan
den rechter Maasoever overstroomd. Er wordt
nog was verwacht.
De Waal zet een gedeelte der
kade te Nymegen onder water
De Waal voor Nijmegen is in de laatste
dagen zóó sterk gewassen, dat het lage ge
deelte van de kade weer onder water geloo-
pen is. De stand was gisterenmorgen 11.31 M.
boven N. A. P., met den was in het afgeloo
pen etmaal van 44 c.M.
Van den Boven-Rijn wordt overal was ge
meld, n.l. Kehl 19 c.M., Mannheim 63 c.M.,
Lohr 25 cM„ Costheim 28 c.M., Bingen 27
c.M., Caub 45 c.M., Ems 24 c.M., Trier 35
c..M, Coblenz 87 c.M„ Keulen 76 c.M. Ook de
zyrivieren zijn nog wassende. Constanz
meldde gisterenmorgen stilstand, waarom
verwacht mag worden, dat, onvoorziene om
standigheden voorbehouden, de hoogwater
periode van zeer langen duur zal zijn.
Intusschen moet voor Nijmegen in de
eerstkomende dagen nog sterke was ver
wacht worden, terwyl het te voorzien is, dat
de Waalkade zoo ver onder water komt, dat
de lager gelegen huizen daarvan overlast zul
len ondervinden.
De toestand van de Maas kritiek.
De Beersche overlaat gaat weer
werken
De toestand op de Maas wordt in water
staatskringen kritiek geacht. Voor Grave be
reikte de rivier gisterenmorgen een stand
van 10.42 boven N. A. P. (by de stuw 10.36
M.), met een was in het afgeloopen etmaal
van 28 c.M. Borgharen meldde een was van
53 c.M.
Eergisteren en ook nog gisterenmorgen
heeft het sterk geregend, terwijl België nog
was seinde. Onder die omstandigheden is het
aan geen twyfel onderhevig, of de Beersche
overlaat komt voor de tweede maal in zes
weken tyds in werking. Men verwacht, dat
dit Woensdag het geval zal zijn. Zooals be
kend, begint de overlaat te werken by een
stand van de Maas voor Grave van 10.80
boven N. A. P. De rivier wast thans ruim
een c.M. per uur.
Uit Gennep en omgeving wordt gemeld, dat
ook de Niers reeds buiten haar oevers ge
treden is. Uitgestrekte landerijen zyn voor
de vierde maal sinds October blank gezet.
De veerdiensten GennepOefelt en Boxmeer
Heyen zyn gestaakt. De snelle was duurt
nog onveminderd voort.
Roermond weer in 't water. Maas
en Roer blijven wassen
De Maas is in de omgeving van Roermond
weer sinds eergisteren zeer snel gewassen. De
rivier heeft den geheelen omtrek der stad
blank gezet, zoodat de bewoners der Roer
mondsche Weerd en het Hatenboer zyn ge
ïsoleerd. Ook de standplaats voor woon
wagens is opnieuw door het water ingesloten,
waardoor de menschen als op een eenzaam
eiland wonen. De Roer is gelijkertyd sterk
gewassen en heeft de loskade te Roermond
overstroomd. De schepen moeten thans de
rivier opvaren en lossen op de Roerkade.
Verschillende booten, die het niet raadzaam
achtten om met dezen waterstand te varen,
zyn te Roermond binnengeloopen.
De veerdienst
staakt
bij Gennep ge-
Tengevolge van den hoogen waterstand
van de Maas, is de veerdienst te Gennep ge
staakt. Voor voetgangers en rijwielen is het
verkeer opengesteld langs de spoorbrug.
De verbinding tusschen Noord-Limburg en
Noord-Brabant is thans alleen nog mogelijk
via het pontveer te Linden en Katwyk.
Door het op hol slaan van paarden
Gisterenmorgen te half elf zyn op den
Haarlemmerweg te Amsterdam, ter hoogte
van de fabriek der firma Boldoot, twee voor
een lijkkoets gespannen paarden, die schrik
ten van door de tram gegeven signalen, op
hol geslagen.
Van de lijkkoets, die deel uitmaakte van
een rouwstoet, welke op weg was naar de be
graafplaats „Vredenhof", werden twee ach
terwielen afgerukt, met het gevolg, dat de
kist met het stoffelijk overschot, dat zich
daarin bevond, op den weg terechtkwam,
zonder evenwel ernstig te worden beschadigd.
Een en ander verwekte uiteraard een
groote consternatie. De paarden konden
eenige honderden meters verder tot staan
worden gebracht.
Een veehouder zwaar gewond
Te Heerenveen is gistermorgen de heer
Topma aldaar met rijn auto tegen een boe
renwagen gereden, bestuurd door den fee-
houder Hoeksma te Gaast
Deze werd zoo zwaar gewond, dat hy di
rect naar het ziekenhuis is overgebracht; het
paard was zoo gekwetst, dat het afgemaakt
moest worden.
Vier arrestaties
Een groepje werkloozen heeft gisteroch
tend te Amsterdam, onder leiding van het
Werkloozen-agitatie-comlté, in de binnen
stad eenige onrust verwekt. In dp Raadhuis
straat kwamen zy samen en schoten daar
een paar maal met een z.g n. schrikpistooltje.
Een detachement agenten onder leiding van
een inspecteur verspreidde met behulp van
sabel en gummistok de groep manifestan
ten. Twee werkloozen, die b—den met op
schriften meedroegen, en niet aan de beve
len van de politie gehoorzaamden, werden
gearresteerd en naar het posthuis Wes ter-
markt overgebracht.
Daarna verzamelden de betoogers zich
weer op den Dam. Daar werden zy nogmaals
met de blanke sabel uiteengeslagen, één man
die weigerde door te loopen, werd onder ver
zet naar het bureau Warmoesstraat gebracht.
Even later trok een groep werkloozen den
Nieuwendyk op, onder het aanheffen van
allerlei kreten. De lieden werden naar den
Dam teruggedreven, waar Inmiddels per
politie-auto nog een sterk detachement agen
ten en eenige inspecteurs aangekomen wa
ren.
Nogmaals moest nu op den Dam een
troepje betoogers verspreid worden; één
er van, die weigerde door te loopen, werd
aangehouden en met de politie-auto naar 't
hoofdbureau vervoerd.
Kalverstraat en Nieuwendijk en omgeving
kregen speciale politiebewaking en nog tot
in de middaguren bleef het wat woelig op
den Dam.
De dader nog denzelfden nacht opgespoord
Zaterdagavond laat toen de landbouwer S.
uit Dorpsbuurt onder Winterswyk thuis
kwam ontdekte hy, dat er by hem tijdens
zyn afwezigheid was ingebroken. Het bleek,
dat uit een kast ruim 200 gulden aan bank
papier was ontvreemd, benevens een gouden
tientje. In verband hiermede is dienzejfden
nacht nog door de politie gearresteerd F. P.
te Winterswijk. Een groot gedeelte van het
ontvreemde geld werd door de politie ten
huize van P. in een beerput teruggevonden,
terwijl P. de rest van het geld zijn verloofde
had gegeven, die meende, dat hy dit van de
spaarbank had gehaald. Al het gestolen geld
is in beslag genomen, terwyl de verdachte ter
beschikking van de justitie is gesteld.
De tweede visschershaven stroomt vol
Gistermiddag te vier uur is de dam tus
schen de eerste en tweede visschershaven te
Scheveningen over een lengte van 30 meter
doorgebroken. Aanvankelyk stroomde het
water door een gat onder den dam in de
tweede binnenhaven. Eenigen tyd later be
zweek de geheele dam over de volle lengte
van 30 meter, zoodat de tweede binnenha
ven volstroomt. Onmiddellyk werden de
directeur der gemeentewerken, Ir. W. van
Vegt en de adjunct-directeur, de heer P.
Dekker, gewaarschuwd, die ter plaatse den
toestand in oogenschouw namen.
De heer N. te Dongen verwondde zich
dezer dagen met een mes aan de hand. Er
ontstond bloedvergiftiging, waaraan hy is
overleden.
/St
-A,'
117. De boer woest omdat Wim hem ontsnapte,
Was daarop naar zyn huis gesneld,
Had zyn vrouw die de deur opende,
Van Wims oneeriyke streek verteld.
„Geef mien, mien houvork, vrouw," zeide hij,
„Denk niet ik laot hum zoo maor gaan,
Ik prik hum an mien houvork, vrouw,
Voor wat die jongen of edaon."
118. Een oude stad moest Maastricht wel wezen,
Dat had hy reeds op school geleerd.
Dat zag hij ook aan poorten en torens,
Ze waren grijs en erg verweerd,
Hy zag ook een oude poort met torens,
En een stuk van een vestingmuur.
Maastricht was vroeger vaak belegerd,
En gehavend door het vuur.