Gemengd L Voor de Huiskamer I Het gestolen Luchtballonnetje j OF DE GESCHIEDENIS VAN TWEE DEUGNIETEN fSpringende Handen Kloosterhalsem J BINNENLANDSCH NIEUWS Ontslag van een gedetineerde Vervoer van land- en tuinbouw producten op de spoorwegen Economische toenadering ONZE OOST Ernstig auto-ongeluk te Ambon Het verkeer bi] Moentilan RECHTSZAKEN Overtreding Tariefbepaling in het boekdrukkersbedrijf FINANCIEN Sodalitas Medicorum LANDBOUW EN VEETEELT Europa's grootste eiermijn Katholiek Pacht-Reglement ,,Geen goud zoo goed" I Een bord bouillon Hoog water Incident bij een begrafenis Auto tegen boerenwagen Werkloozen-relletjes te Amsterdam Inbraak Binnendam doorgebroken te Scheveningen Bloedvergiftiging In zieken toestand. Uit het nader antwoord aan den minister van Justitie op de beantwoording van vra gen van het Tweede Kamerlid den heer Van der Heide, in verband met den lichamelijker; toestand, waarin een op 24 October j.l. uit het huis van bewaring te Rotterdam ont slagen gedetineerde verkeerde, blijkt dat in derdaad op 24 Oct. jl., tegen 1 uur n.m. een gedetineerde uit het huis van bewaring te Rotterdam, die in zieken toestand verkeer de, door den directeur is ontslagen op grond van een op dien dag ontvangen last tot onmiddellijke invrijheidstelling. Laat in den namiddag is de patiënt in zijn woning door een particulieren genees heer bezocht, die opneming in het zieken- htuis voorschreef, alwaar onverwijlde opera- ratie noodzakelijk werd geacht. Onder het bewakingspersoneel zijn geen gediplomeerde verplegers, doch, wanneer de omstandigheden dit noodzakelijk maken, mag onverwijld tot indienstneming van een ver pleger worden overgegaan. De waarnemend geneesheer was, blijkens zijn verklaring, dat transport naar het zie kenhuis noodzakelijk was, van oordeel, dat patiënt niet langer in het huis van bewa ring moest blijven. Toen tot invrijheidstel ling moest worden overgegaan en patiënt deswege gevraagd, verklaard had, dat hij er de voorkeur aan gaf, in stede van naar het ziekenhuis naar zijn eigen woning te ver trekken, kwam het transport te vervallen. Getracht werd nog, per telefoon den ge stichtsgeneesheer daarover te hooren, doen hij was niet in zijn woning aanwezig. Achteraf is echter door hem verklaard, dat hij, als de vraag hem had bereikt, geen bezwaar zou hebben gemaakt den patiënt op eigen risico naar huis te laten vertrek ken, toen deze vrij man zijnde, dat wenschte. Schriftelijk beantwoorde vragen Naar aanleiding van desbetreffende vra gen van den heer Kampschöer deelt minis ter Reymer mede, dat het ondoenlijk is het juiste bedrag vast te stellen dat over 192B door de Ned Spoorwegen is ontvangen ter zake van het vervoer van Ned. land- en tuinbouwproducten. Ruw geschat kan het op ongeveer 8 mlllioen worden gesteld. Voor het vervoer o.a. van buitenlandsche land- en tuinbouwproducten gelden de spe ciale tarieven no. 7 voor transietverkeer van enkele Nederlandsche zeehavens met en via Duitschland en no. 8 voor dergelijk vervoer met en over België. Die tarieven gelden voor doorvoer van goederen van allerlei aard en beoogen slechts concurrentie met buiten landsche havens mogelijk te maken. Indien die tarieven niet bestonden, zouden de pro ducten over buitenlandsche havens worden vervoerd. Dergelijke overwegingen hebben ook geleid tot het speciaal tarief no. 6 voor het ver voer bi) wagenlading uitsluitend van Am sterdam en Rotterdam naar Maastricht en Venlo van met name genoemde vruchten, die in eerstgenoemde havensteden van over zee zijn aangevoerd. De tekst van het verdrag van Oslo Het Ministerie van Buitenlandsche Zaken heeft den inhoud medegedeeld van het op 22 December U. te Oslo gesloten Verdrag tot Economische Toenadering. Het Verdrag, dat ter goedkeuring aan de Staten-Generaal zal worden aangeboden is gesloten tusschen België, Luxemburg. Dene marken. IJsland, Noorwegen, Nederland en Zweden, en wenscht de beginselen, die aan den economischen arbeid van den Volken bond ten grondslag liggen in toepassing te brengen en om daarbij zooveel mogelijk reke ning te houden met hun wederzijdsche belan gen. hebben partijen besloten 'n verdrag tot economische toenadering te sluiten. De partijen verbinden zich om niet over te gaan tot verhooging van hare tnvoerr -iten of tot de instelling van nieuwe invoerrechten zonder aan de andere Hooge Verdragsluiten de Party te hebben kennis gegeven van de ontwerpen of de beslissingen die erop be trekking hebben, ten minste 15 dagen vóór den datum bedoeld voor de inwerkingtreding van de verhoogde rechten of van de nieuwe rechten. Indien na ontvangst van de kennisgeving bedoeld in artikel I, een der Hooge Verdrag sluitende partijen de ontworpen verhoogingen of nieuwe rechten van zoodanigen aard acht, dat zij afbreuk doen aan hare belangen, zal die Partij het recht hebben in den loop van de 10 volgende dagen eventueel die verande ringen voor te stellen, die zy voor de bevei liging van hare belangen noodzakeiyk achi. Een doode en een ernstig gewonde Te Ambon heeft een ernstig auto-ongeluk plaats gehad. De controleur P. T. T. Vene man werd ernstig gewond; de echtgenoote van den chef van het postkantoor werd ge dood. Het railverkeer van de N. I. S., over de linkerhelft van de brug by Moentilan over de Kali Amat is stopgezet, aangezien de brug onderloopsch geslagen is door de bandjirs. Het asverkeer over de rechterhelft op dezelfde brug gaat echter door, met uitzon dering van dat van zware vrachtauto's. Het railverkeer van de N. I. S. over alle andere bruggen gaat normaal door. Eisch tot boete door den Rechter toegewezen Twee boekdrukkers uit Heerlen hadden meerdere transacties aangegaan beneden het tarief van de bindende handleiding voor de berekening van handelsdrukwerk en de Rechtspraakcommissie vorderde tegenover beide leden van de Fed. der Werkgevers- Organisatie in het Boekdrukkersbedryt ze- Ven disciplinaire maatregelen met even veel geldelijke beboetingen. Toen de leden taal noch teeken van leven gaven, stelde de Federatie bij de Civiele Kamer der Arrondissements-Rechtbank r,e Maastricht een eisch tot betaling in. Door de beide boekdrukkers werd betwist hunne gehoudenheid om de boeten te beta len, op grond, dat de bedoelde uitspraken dier rechtspraak-commissie niet bindend zouden zijn, omdat die commissie een orgaan is van eischers, die daardoor rechter zou zijn in eigen zaak en de desbetreffende de bepalingen en de dientengevolge tusschen partijen gesloten overeenkomst zou zijn in stryd met de openbare orde en goede zeden. De Rechtbank ging echter met deze ziens wijze niet mee en oordeelde, dat bepalingen en statuten en reglementen, waarby leden van vereenigingen zich bij voorbaat verkla ren te onderwerpen aan het oordeel en de uitspraak b°tzij van het bestuur, hetzy van een ingevolge de geldende statutaire voor schriften door bestuurs of algemeene verga dering aangewezen orgaan, niets bevatten wat met goede zeden of openbare orde on- vereenigbaar is, waar toch ieder lid door zyn toetreden biyk geeft, daarmede genoe gen te nemen. De gedaagde boekdrukkers werden dan c jk veroordeeld tot het betalen eener zij het verminderde boete en de proceskos ten. Een brief van den bewindvoerder De heer Leenes verzocht den navolgenden brief, waarvan hy den Duitschen tekst uit Boedapest ontvangen had, aan de Neder landsche crediteuren bekend te willen ma ken: Boedapest, 2 Januari 1931. Aan de Nederlandsche Crediteuren. De ondergeteekende, door de rechtbank aangestelde bewindvoerder bij de N.V. Eli sabeth Zoutbad Bronnenonderneming heeft kennis genomen van het voorgestelde sanee- ringsplan en van de uiteenzetting omtrent de opbrengst eener geleideiyke liquidatie der eigendommen. Ik acht het myn plicht de Nederlandsche crediteuren de spoedige aanneming van dit voorstel tot minneiyke liquidatie te moeten aanbevelen, aangezien ik anders genood zaakt wordt aan de Hongaarsche rechtbank de mededeeling te moeten doen dat het be drijf der N.V. momenteel passief werkt en dat de schulden der N.V. volgens de boe ken grooter zijn dan haar vermogen. Het gevolg daarvan zou zijn, dat de Hon gaarsche rechtbank niet anders zou overblij ven dan het faillissement van de N.V. uit te spreken. Het zal u wel bekend zyn, dat een even tueel faillissement een groot verlies voor de crediteuren zou beteekenen. Daarom raad ik, my volkomen bewust van myn verantwoordelijkheid den crediteuren aan, ten spoedigste het door de directie voorgestelde saneeringsplan aan te nemen. (w.g.) IMRE CSIMA, bewindvoerder Te Roermond werd in 1930 aangevoerd 22 millioen eieren, doch tegen een lageren prijs dan in 1928 Aan de Coöp. Roermondsche Eiermijn, de grootste zooals men weet van Europa, zijn in het afgeloopen jaar aangevoerd 221.6 millioen kipeieren, tegen „slechts" 185.4 mil lioen in 1929. Het gewicht van den aanvoer bedroeg 130.4 millioen k.g., tegen 109.9 millioen k.g. in 1929. Méér.... voor die eieren werd uitbetaald 11.346.145 tegen 11.846.230 in het jaar daarvoor, zoodat de prijs daalde van 6.39 tot 5.12 per 100 eieren of wel van 1.03 tot 0.87 per k.g.! Het aantal geveilde eendeneieren daalde van 1.4 tot 0.9 millioen stuks en de opbrengst van 79.650 tot j 47.800, zoodat de gemid delde prijs daalde van 80 cents tot 73 cents. De omzet steeg dus met rond 20 pet., doch niettemin dadlde de geldeiyke omzet, om dat de gemiddelde prijs 21 pet. lager was. Voorschriften voor het bisdom Roermond In de Analecta van het Bisdom Roermond deelt Z. D. H. Mgr. Schrijnen mede, dat om tegemoet te komen aan de nooden van den landbouwenden stand en om mede te helpen aan het verkrij gen van goede toestanden in het pachtwezen een Reglement is vastgesteld, volgent, een concept van den Centralen Pachtraad van den Kath. Ned. Boeren- en Tuindersbond. Van de R. K. Kerkbesturen, de parochiale Armbesturen en alle andere aan het Bisdom rekenplichtige lichamen, alsmede van de kloosters en de overige Ka tholieke instellin gen wordt verwacht, dat rekening zal worden gehouden met dit reglement, dat wij hier onder laten volgen. Verpachting van geheel vrij komende landerijen 1. Door het bestuur wordt zoo noodig met behulp van een of anderen deskundige het bedrag vastgesteld, dat het desbetref fende land redelykerwyze kan opbrengen. 2. Hierbij wordt uitgegaan van de ver onderstelling, dat de opkomende pachter de noodige vakkennis en yver bezit om het land behooriyk productief te maken. 3. By de vaststelling vaD de pachtsom worden de omstandigheden van het oogen- blik en de te verwachten vooruitzichten in aanmerking genomen, zooals: de kwaliteit, de toestand en de ligging van het land, de eco nomische toestand van den landbouw in het algemeen, enz. 4. Het aldus vastgestelde bedrag wordt door het bestuur aan alle gegadigden of in 't openbaar bekend gemaakt. 5. Vervolgens wordt overgegaan tot open bare inschrijving, waarby Katholieken de voorkeur hebben boven niet-Katholieken, parochianen en R. K. georganiseerden boven niet R. K. georganiseerden. De ingekomen inschryvingen worden door het bestuur in een vergadering onderzocht. Voor toewyzing komen niet in aanmerking a. zy, die lager hebben ingeschreven dan tot het door het bestuur vastgesteld bedrag: b. zy die naar het oordeel van het bestuur hetzy niet voldoende bekwaamheid of yver, hetzij niet voldoende credietwaardigheia be zitten. Tusschen de na deze schifting over- bhjvende gegadigden wordt, indien deze naar het oordeel van het bestuur in alle opzichten geiyk staan, door het lot beslist, aan wien het land in pacht zal worden toegewezen, tegen den door het bestuur bepaalden prijs. Duur der pacht De zittende pachter heeft, indien hy ge durende de voorafgaande pachtjaren naar het oordeel van het bestuur heeft voldaan aan de eischen, die men aan een goed pach ter kan stellen, recht op verlenging der pacht. Bij het einde van den pachttijd wordt der halve geen nieuwe inschrijving gehouden, maar de pachter kan desgewenscht blijven zitten op dezelfde voorwaarden als in de voorafgaande pachtjaren gegolden hebben met uitzondering der voor den nieuwen pachttermijn te betalen pachtsom. Deze som wordt overeenkomstig de rege len, hierboven onder I (13) vermeld, op nieuw door het bestuur vastgesteld. Overlijden van den pachter Bij het overlijden van den pachter heeft diens weduwe, indien zy naar het oordeel van het bestuur voldoet aan de eischen, die men aan een goede pachteres kan stellen, het recht de pacht over te nemen op dezelfde voorwaarden als die, welke golden voor den overleden pachter. In geval niet de weduwe van den over leden pachter maar wel een van diens eigen of aangehuwde inwonende kinderen de pacht wenscht over te nemen, heeft dit kind, indien het naar het oordeel van bestuur vol doet aan de eischen, die men aan een goed pachter kan stellen, het recht de pacht over te nemen op dezelfde voorwaarden als die welke golden voor den overleden pachter, zyn er meer kinderen dan één, die de pacht wen- schen over te nemen, dan beslist het bestuur. Doe het dit jaar beter dan den vorigen winter. Zorg dat ge een pot Akker's Kloosterbalsem in huis hebt, en bescherip Uw huid tegen inwerking van koude en vocht, door haar iederen avond voor het naar bed gaan, in te smeren mei Akker's welk dezer kinderen den overleden pachter als pachter zal opvolgen. Geschillen Alle geschillen, voortvloeiende uit wet of pachtovereenkomst, zullen met uitsluiting van den burgerlijken rechter worden onder worpen aan de uitspraak van eene byzondere commissie, die als volgt wordt samenge steld: Het desbetreffende bestuur benoemt een lid en de desbetreffende pachter benoemd er een en zoonoodig benoemen de beide aldus benoemde leden nog een derde onzydig lid. Indien de twee benoemde leden het over den derden prsoon niet eens kunnen worden, wordt deze door den deken benoemd. De leden dezer bijzondere commissie geven een beslissing als goede mannen, oordeelende volgens recht en blliykheid. Partyen leggen zich onvoorwaardelyk by de aldus genomen beslissing neer. Louis Philippe, koning der Franschen, op wiens leven meer dan twintig aanslagen wer den gepleegd, had in de laatste jaren zyner regeering de gewoonte aangenomen, vroeg te gaan slapen. Eiken avond kwam dan zyn kamerdienaar alles in de koninklyke slaap kamer in gereedheid brengen. Toen die bediende op zekeren avond door ongesteldheid verhinderd was, droeg hij zijn taak aan een Elzasser, met name Lermulle, over. Deze, een reus van een kerel, was eerst kort geleden te Parijs gekomen, en de ko ning had hem op de dringende aanbeveling van lieden, die hoog in de gunst by het hof stonden, in dienst genomen. Het was nu de eerste maal, dat Lermulle de kamer van Z. M. binnentrad. Hij had er echter weinig te doen: ziqn of de lamp goed brandde en een bord kouden bouillon op 'skonings tafel te plaatsen. Hy draaide de pit van de lamp wat in, om het walmen te voorkomen en zette het bord met bouillon op de nachttafel. De bouillon zag er smakeiyk uit: er dreven glanzige kralen op en men zou gezegd hebben dat er olie over gegoten was. „Drommels," dacht Lermulle, „dat is nu eens bouillon, zooals je nooit gehad hebt en ook nooit krygen zult. Zou hy sterk genoeg wezen?" Hij nam een lepel, begon te roeren en bleef aan het roeren. Maar hoe langer hy roerde, des te sterker roerde zich ook z'n lust om er van te proeven. Ten slotte sprak hy tot zich zeiven: „Het zou toch ook zoo'n groote zonde niet wezen. Nooit zal er iemand iets van weten." Lermulle begon met één lepel bouillon naar binnen te slaan. „Sakkerloot," zei hij, „die smaakt goed. Misschien een beetje te vet. want hy heeft een lichten nasmaak, 't Is vreemd, ik heb dien smaak nog nooit by bouillon geproefd." En als wilde hij meer van dien smaak we ten, nam hy een tweeden lepel, een derden, een vierden, kortom, een derde deel van de bouillon verdween in z'n maag. „Laat ik nu ophouden," mompelde hy. „Men zou het anders merken; de koning zou z'n gewone portie niet vinden en ik zou myn straf niet ontgaan. Ik ga nu heen." Het kon zoowat middernacht zyn, toen de koning, die als een roos lag te slapen, eerst zachtjes, vervolgens harder aan z'n deur hoorde kloppen. „Wie daar?" riep hy. „Ik ben het sire," antwoordde een ordon nans-officier; „mag ik binnenkomen? Ik heb Uwe Majesteit iets belangrijks mee te dee- len." „Kom binnen, mynheer kom binnen." De officier opende de deur. In de hand droeg hy een lamp Op zyn gelaat stond ver slagenheid te lezen. Z'n eerste blik was op het nachttafeltje gericht. De bouillon stond er nog. „Goddank!" riep hy. ,Maar kapitein, wat is er toch te doen, dat u op dit ongewone uur hier komt? Is Parys in opstand? Werpt men barricaden op? Staat het paleis in brand?" „Neen sire, maar er is een ongeluk gebeurd. Men heeft een poging gedaan om Uwe Ma jesteit te vergeven." „Onmogelijk." „En toch is het waar sire; een van de ka merdienaren van Uwe Majesteit, die z'n snoeplust niet bedwingen kon, proefde van den bouillon, die voor U was klaar gemaakt. Hy is er het slachtoffer van geworden en ligt nu in hevige pijnen te zieltogen. „O God!" riep de koning. „En heeft men alles gedaan om den ongelukkige te redden? Heeft men hem tegengift ingegeven?" „Ja sire, drie geneesheeren zijn by hem." „En bestaat er hoop op redding?" „Zë kunnen nog niets zeggen, sire. Eerst moeten ze den aard van het vergift kennen. Ze kunnen er maar niet achter komen. Ze hebben den armen drommel sterk werkende braakmiddelen ingegeven." „Hoe heet hy?" „Lermulle." „Ik ken hem. Hy is een Elzasser, die me dringend werd aanbevolen, een brave kerel, m'n vertrouwen ten volle waardig. Maar welk een, leven voor een koning! Ik kan geen voet op straat zetten of er worden vuurwa pens op my gericht; en thans tracht men my in m'n eigen paleis te vergeven. Verdenkt men niemand?" „Neen sire; men verdiept zich in gissingen." „Zou een van m'n huisgenooten dan de schuldige zyn? Dat zou me erg spy ten. Maar, wacht een oogenblikje. Ik zal opstaan en zelf gaan zien hoe het met den ongelukkige Ler mulle gaat." Een minuut of tien later trad Louis Fhi- üppe, gevolgd door zyn ordonnans-officier, het dakkamertje binnen waar Lermulle lag. Drie geneesheeren stonden aan het bed van den lijder. „De Koning, mijne heeren!" riep de kapi tein. „Wel heeren," vroeg Z. M., „hoe gaat het met den armen jongen?" „Iets beter, sire," antwoordde een der dok toren. .We kunnen echter nog niets zeggen. We hebben den aard van 't vergift, dat hh heeft binnen gekregen, nog niet ontdekt, an ons daarom moeten bepalen tot krachtig werkende braakmiddelen." „Met welk resultaat?" „Ja, sire, een van beiden: óf het vergift was by onze komst reeds doorgedrongen tot het organisme, of niet. In het eerste geval is de ongelukkige verloren. „En in 't tweede geval?" „Ja, sire, in 't tweede geval mogen we ho pen hem te redden, want het vergift moet dan door de braakmiddelen zyn uitgewor pen. Tot m'n spijt geloof ik echter niet dat dit het geval is." „Waarom niet?" „Omdat de buikkrampen voortduren, sire. De arme kerel slaapt nu en dat is heel na- tuuriyk. Hy is uitgeput. Maar beschouw hem eens met aandacht, sire, en u zult zien, hoe z'n gelaat nog krampachtig is saamgetrok ken van de pyn." „Vertel me eens, hoe de zaak zich heeft toegedragen?" „Omstreeks half elf, sire, kwam een der nachtwachts me wekken met de boodschap, dat Lermulle vergeven was. Ik ben direct ge komen en vond hem worstelend met vreese- ïyke krampen." „Die arme jongen!" „De ongelukkige leed zóó verschrikkehjk en was zóó ontsteld, dat hy m'n vragen slechts met onverstaanbare klanken kon be antwoorden. Zooveel begreep ik er van, dat hy gedronken had van een drank die voor Uwe Majesteit bestemd was. Maar hy wordt juist wakker, sire. Nu kunt u hem zelf on dervragen." De koning trad op den ïyder toe en vroeg, deelnemend: „Wel, m'n arme vriend, hoe gaat het? Heb je nu wat minder pyn?" „O, sire, vergeef meik heb van uw bouillon geproefd, maar het spyt. me niet want stervend mag ik U het leven redden. Heb echter medeiyden met m'n vrouw en m'n twee kleine kinderen. Ze zyn broodeloos als ik sterf." „Alle hoop op redding is nog niet ver loren, m'n vriend, en die heeren" hier wees de koning op de geneesheeren „wan hopen nog niet. Integendeel, ze zyn vol hoop." „God geve, dat ze gelyk hebben, sire." „Zeg me nu eens, maar zonder je te veel te vermoeien, hoe de zaak zich heeft toe gedragen „Uw kamerdienaar, sire, was dezen avond ongesteld. Hy had vreeseiyke hoofdpijn. Om streeks acht uur ging hij naar bed, na my verzocht te hebben in zyn plaats de lamp en het bord bouillon op uw slaapkamer te bren gen. Ik heb dat gedaan „En verder?" „Toen, sire, heb ik de fout begaan waar over ik geen spyt heb, omdat ik daardoor 't leven van Uwe Majesteit mocht redden." „Hoe zoo?" „Ik heb van den bouillon gedronken, sire, die voor U bestemd was.... ja, sire, bijna de helft." „Wat zeg je daar?" riep de koning, terwijl hy in een schaterend gelach uitbarstte; „heb je van m'n bouillon geproefd? Nu, dan is alles in orde; die bouillon zal je zelfs zeer goed doen." En zich tot de geneesheeren wendend, sprak hij: „U hebt dus niet kunnen raden, wat er in dien bouillon was?" „Neen. sire" „Nu. dan zal ik het U zeggen. Het was wonderolie; ik wilde een purgeermiddel in nemen." En de oude koning barstte opnieuw in een schaterend gelach uit in dien gullen, echt Franschen lach, welke aan zijn gelaat de goedige en tegelijk spottende uitdrukking gaf, die hem eigen was. De Maas overstroomt alle buurtwegen en de dorpen aan den rechteroever De Maas is sedert Zaterdagavond nog 52 c.M. gewassen. De stand was gisterenmorgen 3.82 M. of 45.85 M. boven N. A. P. Zy is buiten haar oevers getreden en heeft alle buurtwegen en gedeeltelijk de dorpen aan den rechter Maasoever overstroomd. Er wordt nog was verwacht. De Waal zet een gedeelte der kade te Nymegen onder water De Waal voor Nijmegen is in de laatste dagen zóó sterk gewassen, dat het lage ge deelte van de kade weer onder water geloo- pen is. De stand was gisterenmorgen 11.31 M. boven N. A. P., met den was in het afgeloo pen etmaal van 44 c.M. Van den Boven-Rijn wordt overal was ge meld, n.l. Kehl 19 c.M., Mannheim 63 c.M., Lohr 25 cM„ Costheim 28 c.M., Bingen 27 c.M., Caub 45 c.M., Ems 24 c.M., Trier 35 c..M, Coblenz 87 c.M„ Keulen 76 c.M. Ook de zyrivieren zijn nog wassende. Constanz meldde gisterenmorgen stilstand, waarom verwacht mag worden, dat, onvoorziene om standigheden voorbehouden, de hoogwater periode van zeer langen duur zal zijn. Intusschen moet voor Nijmegen in de eerstkomende dagen nog sterke was ver wacht worden, terwyl het te voorzien is, dat de Waalkade zoo ver onder water komt, dat de lager gelegen huizen daarvan overlast zul len ondervinden. De toestand van de Maas kritiek. De Beersche overlaat gaat weer werken De toestand op de Maas wordt in water staatskringen kritiek geacht. Voor Grave be reikte de rivier gisterenmorgen een stand van 10.42 boven N. A. P. (by de stuw 10.36 M.), met een was in het afgeloopen etmaal van 28 c.M. Borgharen meldde een was van 53 c.M. Eergisteren en ook nog gisterenmorgen heeft het sterk geregend, terwijl België nog was seinde. Onder die omstandigheden is het aan geen twyfel onderhevig, of de Beersche overlaat komt voor de tweede maal in zes weken tyds in werking. Men verwacht, dat dit Woensdag het geval zal zijn. Zooals be kend, begint de overlaat te werken by een stand van de Maas voor Grave van 10.80 boven N. A. P. De rivier wast thans ruim een c.M. per uur. Uit Gennep en omgeving wordt gemeld, dat ook de Niers reeds buiten haar oevers ge treden is. Uitgestrekte landerijen zyn voor de vierde maal sinds October blank gezet. De veerdiensten GennepOefelt en Boxmeer Heyen zyn gestaakt. De snelle was duurt nog onveminderd voort. Roermond weer in 't water. Maas en Roer blijven wassen De Maas is in de omgeving van Roermond weer sinds eergisteren zeer snel gewassen. De rivier heeft den geheelen omtrek der stad blank gezet, zoodat de bewoners der Roer mondsche Weerd en het Hatenboer zyn ge ïsoleerd. Ook de standplaats voor woon wagens is opnieuw door het water ingesloten, waardoor de menschen als op een eenzaam eiland wonen. De Roer is gelijkertyd sterk gewassen en heeft de loskade te Roermond overstroomd. De schepen moeten thans de rivier opvaren en lossen op de Roerkade. Verschillende booten, die het niet raadzaam achtten om met dezen waterstand te varen, zyn te Roermond binnengeloopen. De veerdienst staakt bij Gennep ge- Tengevolge van den hoogen waterstand van de Maas, is de veerdienst te Gennep ge staakt. Voor voetgangers en rijwielen is het verkeer opengesteld langs de spoorbrug. De verbinding tusschen Noord-Limburg en Noord-Brabant is thans alleen nog mogelijk via het pontveer te Linden en Katwyk. Door het op hol slaan van paarden Gisterenmorgen te half elf zyn op den Haarlemmerweg te Amsterdam, ter hoogte van de fabriek der firma Boldoot, twee voor een lijkkoets gespannen paarden, die schrik ten van door de tram gegeven signalen, op hol geslagen. Van de lijkkoets, die deel uitmaakte van een rouwstoet, welke op weg was naar de be graafplaats „Vredenhof", werden twee ach terwielen afgerukt, met het gevolg, dat de kist met het stoffelijk overschot, dat zich daarin bevond, op den weg terechtkwam, zonder evenwel ernstig te worden beschadigd. Een en ander verwekte uiteraard een groote consternatie. De paarden konden eenige honderden meters verder tot staan worden gebracht. Een veehouder zwaar gewond Te Heerenveen is gistermorgen de heer Topma aldaar met rijn auto tegen een boe renwagen gereden, bestuurd door den fee- houder Hoeksma te Gaast Deze werd zoo zwaar gewond, dat hy di rect naar het ziekenhuis is overgebracht; het paard was zoo gekwetst, dat het afgemaakt moest worden. Vier arrestaties Een groepje werkloozen heeft gisteroch tend te Amsterdam, onder leiding van het Werkloozen-agitatie-comlté, in de binnen stad eenige onrust verwekt. In dp Raadhuis straat kwamen zy samen en schoten daar een paar maal met een z.g n. schrikpistooltje. Een detachement agenten onder leiding van een inspecteur verspreidde met behulp van sabel en gummistok de groep manifestan ten. Twee werkloozen, die b—den met op schriften meedroegen, en niet aan de beve len van de politie gehoorzaamden, werden gearresteerd en naar het posthuis Wes ter- markt overgebracht. Daarna verzamelden de betoogers zich weer op den Dam. Daar werden zy nogmaals met de blanke sabel uiteengeslagen, één man die weigerde door te loopen, werd onder ver zet naar het bureau Warmoesstraat gebracht. Even later trok een groep werkloozen den Nieuwendyk op, onder het aanheffen van allerlei kreten. De lieden werden naar den Dam teruggedreven, waar Inmiddels per politie-auto nog een sterk detachement agen ten en eenige inspecteurs aangekomen wa ren. Nogmaals moest nu op den Dam een troepje betoogers verspreid worden; één er van, die weigerde door te loopen, werd aangehouden en met de politie-auto naar 't hoofdbureau vervoerd. Kalverstraat en Nieuwendijk en omgeving kregen speciale politiebewaking en nog tot in de middaguren bleef het wat woelig op den Dam. De dader nog denzelfden nacht opgespoord Zaterdagavond laat toen de landbouwer S. uit Dorpsbuurt onder Winterswyk thuis kwam ontdekte hy, dat er by hem tijdens zyn afwezigheid was ingebroken. Het bleek, dat uit een kast ruim 200 gulden aan bank papier was ontvreemd, benevens een gouden tientje. In verband hiermede is dienzejfden nacht nog door de politie gearresteerd F. P. te Winterswijk. Een groot gedeelte van het ontvreemde geld werd door de politie ten huize van P. in een beerput teruggevonden, terwijl P. de rest van het geld zijn verloofde had gegeven, die meende, dat hy dit van de spaarbank had gehaald. Al het gestolen geld is in beslag genomen, terwyl de verdachte ter beschikking van de justitie is gesteld. De tweede visschershaven stroomt vol Gistermiddag te vier uur is de dam tus schen de eerste en tweede visschershaven te Scheveningen over een lengte van 30 meter doorgebroken. Aanvankelyk stroomde het water door een gat onder den dam in de tweede binnenhaven. Eenigen tyd later be zweek de geheele dam over de volle lengte van 30 meter, zoodat de tweede binnenha ven volstroomt. Onmiddellyk werden de directeur der gemeentewerken, Ir. W. van Vegt en de adjunct-directeur, de heer P. Dekker, gewaarschuwd, die ter plaatse den toestand in oogenschouw namen. De heer N. te Dongen verwondde zich dezer dagen met een mes aan de hand. Er ontstond bloedvergiftiging, waaraan hy is overleden. /St -A,' 117. De boer woest omdat Wim hem ontsnapte, Was daarop naar zyn huis gesneld, Had zyn vrouw die de deur opende, Van Wims oneeriyke streek verteld. „Geef mien, mien houvork, vrouw," zeide hij, „Denk niet ik laot hum zoo maor gaan, Ik prik hum an mien houvork, vrouw, Voor wat die jongen of edaon." 118. Een oude stad moest Maastricht wel wezen, Dat had hy reeds op school geleerd. Dat zag hij ook aan poorten en torens, Ze waren grijs en erg verweerd, Hy zag ook een oude poort met torens, En een stuk van een vestingmuur. Maastricht was vroeger vaak belegerd, En gehavend door het vuur.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 7