WAAROM
9
Franken's
f 750.-
f250.-
f125.-
f50.-
f40.-
het hollandsche arbeidersmeisje
Hollandscli meisje
Broodfabrieken
dit nummer bestaat uit drie bladen
I I
VRIJDAG 30 JANUARI 1931
DRIE EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 17679
AANGIFTE MOET,
STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG UREN NA HET DKGEVAL
UIT DE FABRIEK. EN IN HET HUISGEZIN!
GELUKKIGE MAATREGEL
Volkomen juist
Incident aan boord van een
Duitsch schip
Omdat FRANKEN's
Melkbrood het beste is
Het spoorwegongeluk
te Groningen
Het officieele onderzoek
Aftreden der Spaansche
regeering
Ontploffing in een
Engelsche kolenmijn
Waarschijnlijk 35 dooden
Griep en longontsteking te
New-York
De Griepepidemie
Uitbreiding in alle landen
Een aardschuiving
8 Februari een belangrijke dag?
Sodalitas Medicorum
Het Kerstartikel van de Tribune
Aanleg van een weg Schagen
Niedorper Verlaat
De actie tot behoud T
Zuiderzee
De ontploffing in een mijn
te Linton
Slechts twee overlevenden
VOORNAAMSTE cXIEUWS
J. J. WEBER ZOON
Groote Houtstraat 166 Haarlem
Telegrafisch Weerbericht
De chaos op de Russische
spoorwegen
BUREAUXNA8SAULAAN 49
Telefoon No. 13866 (drie lijnen)
Postrekening No. 5970.
ABONNEMENTEN: voor Haarlem en
Agentschappen: per weck 25 ct.; per
kwartaal 3.25; per post, per kwartaal
3.58 bij vooruitbetaling.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
ADVERTENTIEN 35 ct. p. regel
VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN
TIES. 14 regels 60 ct p. plaatsing;
elke negel meer 15 ct.. bij vooruitbet.
Bij contract belangrijke korting.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
tusschen den tekst 60 ct per regel.
Alle abonné's op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden f 3000.-
tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen
Levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door
verlies van beide armen, beide beenen of beide oogcn
bij een ongeval met
doodelijken afloop
bij verlies van een hand.
een voet of een oog
bij verlies van een
duim of wijsvinger
bij een breuk van
been of arm
bij verlies van 'n
anderen vinger.
De „Volkskrant" is er niet over te
spreken, dat wij den ministerieelen
Maatregel geen werkloozensteun aan
bouwen goedkeuren.
Het blad noemt de veronderstelling,
dat vrouwen niet werkloos behoeven te
sijn „lichtelijk naïef"; „als argument
Voor 'n politiek van loondruk met be
trekking tot huisarbeid kan zulks mis
schien opgeld doen," maar;
„Wanneer de meisjes zich bij honderden
zullen gaan aanbieden zal het met die
„behoorlijk betaalde" betrekkingen gauw
gedaan zjjn en ontneemt men vele arbei
der sgezinnen opnieuw een steun, dien z'j
bezitten, want 't is toch niet tegen te
spreken, dat meisjes al heel gauw geneigd
zijn „iets aan het huishouden te doen".
Het blijft voor ernstige betwisting vat
baar dat alle a r be i d e r seimsjes, die m.
fabrieksarbeid verrichten aan huisarbeid
kunnen geholpen worden."
Het blad spot, dat wij meisjes met
deze vorming promoveeren tot juffrou
wen van gezelschap, kindermeisjes, kin
derjuffrouwen, gouvernantes, enz., en
dat wij blijkbaar alléén maar kennen
..dametjes hoe armoedig ook! op"
kantoren en in winkels."
Wij moesten toch weten aldus de
..Volkskrant"
„dat er streken zijn waar in dezelfde
industrie door duizenden meisjes arbeid
wordt verricht en het geheele gezin; vader,
zoons en dochters, in dezelfde industrie
werkzaam zijn; de textielindustrie, de
tabaksindustrie, enz. Als die gezinnen van
nijvere menschen door de crisis worden
gedupeerd, is 't dan verdedigbaar die eet-
grage magen te laten mee-teren op 'n
sobere uitkeering die men aan het gezins
hoofd verstrekt?
Hoe zullen de werkgevers er over denken
uit bedoelde centra, dat de minister de
meisjes nu prest door hen van allen
steun uit te sluiten bij honderden hun
industriegebied te verlaten.
Zijn aan dien uittocht naar „de groote
stad" voor zeer velen geen geweldige
moreele gevaren verbonden; lang
niet elk meisje kan men in den vreemde
sturen.
En dan praten we nog niet eens van
het volmaakt onbegrijpelijke, dat de mi
nister niet eens onderscheid heeft gemaakt
tusschen het meisje dat in een gezin waar
behoorlijk verdiend wordt „voor zich zelf
kan zorgen", zooals dat heet, en het
meisje mede-kostwinster en uitsluitend-
kost winster.
Het arbeidende meisje-kost-
winster wordt niet geholpen door den
minister, het wordt verwezen naar „armen
zorg" ofwel het kan op den vreemde den
ouden, zieken vader of moeder misschien
nog met broertjes of zusjes voor wie men
voor de crisis een boterham verdiend',
een paar vette guldens overmaken en hen
verder verwijzen naar „armenzorg".
Om meerdere redenen verbaast ons
deze tegenspraak in de „Volkskrant";
het blad toont, dat het ons artikel
voor zoover het dit zelf citeert niet
goed gelezen heeft en bovendien neemt
het slechts een gedéélte van ons artikel
in aanmerking bij zijn beschouwing;
juist dat gedeelte, waarin wij het bewijs
leverden voor de juistheid van onze be
wering dat vrouwen en meisjes niet
Werkloos behoeven te zijn wordt
geheel buiten beschouwing gelaten.
Waar haalt de redactie de wetenschan
vandaan, dat wij de „meisjes met de?e
Vorming" (fabrieksarbeidsters) promo
veeren tot juffrouwen van gezelschap,
kindermeisjes, kinderjuffrouwen, gou
vernantes, enz.
Wij schreven juist;
„Voor vrouwen en meisjes van vrijwel
lederen stand en leeftijd en ontwikkeling
zjjn er behoorlijk betaalde huishoudelijke
betrekkingen te krijgen; we kennen nood
hulpen, werksters, meisjes voor heele en
halve dagen, dienstboden voor dag en
nacht, hulpen in de huishouding, juffrou
wen, van gezelschap, kindermeisjes en
-juffrouwen, gouvernantes, enz., enz."
Wij hebben dus wel degelijk ondei-
scheid gemaakt, en er was dan ook
totaal geen aanleiding om het spottend
voor te stellen, alsof wij fabrieksmeisjes
b.v. ook gouvernantes wilden laten wor
den.
Dit grapje zij onzen collega echter
gaarne gegund.
Erger is het intusschen, dat hij niet
in het minst rekening hield met onze
bewijsvoering: dat vrouwen en meisjes
behoudens misschien een hoogst zeld
zame uitzondering niet werkloos be
hoeven te zijn.
Van alles wat wij schreven over de
aanwezigheid in Holland van Duitsche
dienstboden en de nog steeds voortdu
rende invasie heeft hij niet de minste
notitie genomen.
Had hij onze argumenten laten gel
den, dan zou hij de veronderstelling, dat
vrouwen over 't algemeen niet werkloos
behoeven te zijn, niet zoo maar „lichte
lijk naïef" genoemd hebben en dan had
hij daarin minder fair! ook geen
„argument voor 'n politiek van loondruk
met betrekking tot huisarbeid" kunnen
aanduiden.
Weet onze collega wel, hoeveel duizen
den Duitsche meisjes in Holland de
plaats innemen van Hollandsche vrou
welijke werkkrachten, enkel en alleen
doordat de Hollandsche meisjes liever in
fabrieken, winkels en kantoren gaan
werken dan in de huishouding?
Het secretariaat der Verein für
Deutsch-sprechende Katholiken te Am
sterdam deelde ons mede, dat er alleen in
Amsterdam ongeveer10.000 Duitsche
dienstboden in betrekking zijn!
In Haarlem en omstreken taxeert men
het aantal op ongeveer 4000.
Ook in Den Haag loopt het aantal in
de duizenden.
En in andere streken des lands is het
navenant, al zijn er dan bijzondere cen
tra aan te wijzen.
Zoolang er nu nog zooveel duizenden
Duitsche vrouwelijke werkkrachten in
ons land betrekkingen waarnemen,
welke door Hollandsche vrouwen en
meisjes vervuld (hadden) kunnen wor
den, kan en mag men niet beweren,
dat Hollandsche vrouwen en meisjes
geen betrekking kunnen krijgen, en zóó
lang kan men dengene, die bovenstaan
de feiten als juist aanvaardt, ook niet
verdenken van de booze bedoeling, loon
druk te willen beproeven.
De Hollandsche huismoeders nemen
niet bij voorkeur Duitsch personeel
neen, zij nemen daarmede genoegen,
omdat de Hollandsche meisjes voor
huishoudelijk werk bedanken.
En nu zegge men niet, dat de
markt overvoerd is: ook thans komen
voortdurend nog Duitsche meisjes over
de grens ook thans nog zijn er geen
of bijna geen Hollandsche dienstboden
te krijgen.
Nu wijst de „Volkskrant" in het bij
zonder op zekere industriegebieden,
„waar in dezelfde industrie door dui
zenden meisjes arbeid wordt verricht en
hei; heele gezin: vader, zoons en doch
ters, in dezelfde industrie werkzaam
zijn" maar zie, dat zijn nu juist de
wantoestanden: zulke dochters, die
vader en broers hebben om den gezins-
kost te verdienen, hooren in de fabriek
niet thuis, en het verwondert ons lich
telijk, dat de „Volkskrant" dergelijke
wantoestanden nog min of meer éért
door te spreken van „gezinnen van nij
vere menschen".
O. i. zijn dit gezinnen, welke alles op
alles zetten en héél hun toekomst wagen
aan één onderneming, althans aan
één industrie, omzooveel moge
lijk geld te verdienen, waarvan de doch
ters dan ook zooveel mogelijk voor
zichzelf besteden aan luxe en vermaak:
deze dochters hadden, voorzoover z'j
thuis niet noodig waren, tijdig in een
huishoudelijke betrekking moeten gaan;
voor haar opvoeding ware dit veel betor
geweest, en in krisistijaen ware het ge
zin niet opeens zoo diep in den put ge
raakt.
Wij hadden verwacht, dat ook de
„Volkskrant" deze meening toegedaan
zou zijn, vooral ook met het oog op den
wantoestand: de vrouw in de fabriek.
Het medelijden met de werkgevers, die
de meisjes nu naar andere gebieden
zouden moeten zien vertrekken, doet 'n
beetje vreemd aan: moeten omwille van
de werkgevers de meisjes en de vrouwen
fabrieksarbeid blijven verrichten on
danks de verderfelijkheid daarvan en
wat nog zotter is moeten die meis
jes en vrouwen, ook als er geen werk
voor haar is, zich beschikbaar houden
en in de buurt blijven omwille van het
lieve fabriekswerk!?
Ontegenzeglijk zijn er voor vele
meisjes groote moreele gevaren verbon
den aan het verblijf in „de groote stad",
maar ten eerste zijn er ook in kleinere
plaatsen Hollandsche dienstboden noo
dig, en ten tweede zal o.i. een meisje m
de fabriek eerder zedelijk verloren gaan
dan in een nette huishouding in de stad.
„Lang niet elk meisje kan men in den
vreemde sturen," zegt de „Volkskrant",
maar zoo zouden wij willen vragen
wél naar ce fabriek?
Dat er zich gevallen kunnen voordoen,
waarin krisissteun aan werklooze meis
jes of vrouwen gewettigd zou zijn, ont
kennen wij niet, en daarom gewaagden
wij in ons artikel dan ook van „behou
dens misschien een hoogstzeldzame uit
zondering."
Natuurlijk, wanneer een meisje wer
kelijk alleen-kostwinnend zou zijn en z\j
zou een huishoudelijke betrekking bui
tenshuis niet kunnen aanvaarden, dan
zou krisissteun gegeven behooren tc
worden; maar men zou zoo zeggen: als
een meisje geen acht uur van huis kan
om elders huishoudelijk werk te verrich
ten, dan kan zij ook geen acht uur naar
de fabriek.
In het algemeen is dit zeker waar.
.Zou het niet goed zijn, als de „Volks
krant" haar onjuist verzet tegen den
o.i. zeer juisten maatregel van den minis
ter liet varen (voor een enkel steun-
geval zou de minister misschien nog wel
een uitzondering willen maken) en mét
ons krachtig ging ijveren voor: het Hol
landsche arbeidersmeisje in het gezin!?
Men heeft kunnen lezen, dat de
Radio-Omroep-Cötrole-Commissie
natuurlijk met instemming, zoo niet op
instigatie van den minister een nieu
wen maatregel heeft getroffen ten aan
zien van uit te zenden redevoeringen.
In het vervolg zullen niet meer wor
den toegelaten:
1. Uitzendingen, die een bespreking
inhouden van het beleid der Regeering
en van Regeeringscolleges inzake den
radio-omroep;
2. uitzendingen, waarbij critiek wordt
uitgeoefend op andere omroepvereeni-
gingen.
Bij niet-inzending van den tekst of
indien op dezen tekst niet de goedkeu
ring van de commissie is verkregen, zul
len de artikelen 8 en 11 van het radio-
contröle-reglement worden toegepast
zal n.l. afsluiting plaats hebben.
Wij aarzelen niet dit een gelukkigen
maatregel te noemen:
er is nu werkelijk genoeg getwist en
gescholden in den aether, zoowel ten
koste van de regeering als ten koste van
radio-omroepen onderling.
Het algemeen belang kan er slechts
mee gediend zijn en de onderlinge ver
standhouding, zoowel onder de omroe
pen als onder de bevolkingsgroepen, kan
er slechts wél bij varen, als de aether
niet langer misbruikt wordt tot het de-
biteeren van tot niets dienende hatelijk
heden.
Dankbaar moet echter erkend worden,
dat onze K. R. O. zich nooit aan politiek
of aan hatelijkheden te buiten gegaan
is en in deze steeds het goede voorbeeld
heeft gegeven, evenals trouwens de
N. C. R. V.
Slechts wanneer een onrechtvaardige
aanval moest worden afgeweerd, moes
ten sprekers voor beide genoemde om
roepen een soms minder aangename
taak op zich nem en:tot zelfverdediging,
tot weerlegging van onwaarheden.
Nu zal er aan al dat gekrakeel in den
aether een einde zijn.
Gelukkig!
Naar wij vernemen, heeft Woensdag het
officieele onderzoek plaats gehad naar de
spoorwegramp van Maandagavond j.l. by het
viaduct te Groningen.
In de commissie van onderzoek haden zit
ting: Ir. E. F. Baron van Haersolte, inspec
teur voor vervoer der Nederlandsche Spoor
wegen, Ir. B. S. van Zanten, inspecteur der
Tractie, te Groningen en nog enkele andere
leden uit Utrecht. Over de resultaten van
dit onderzoek wordt het stilzwijgen bewaard.
Wel kunnen wy mededeelen, dat by dit on
derzoek verschil van gevoelens bestaat om-
itruit .ilf voor de ramp verantwoordelijke
personen.
„De Maasbode" schreef dezer dagen:
,,In De Tribune van Maandag 26 Ja
nuari vonden wy een advertentie van de
gemeente Amsterdam, wy begrijpen en
voelen volkomen, dat er zeer gewichtige
redenen aanwezig moeten zyn voor een
openbaar lichaam om een bepaald orgaan
met opzet voorbij te gaan. Toch gelooven
wü, dat deze in dit geval aanwezig zen.
Een openbaar lichaam geve geen steun, in
welken vorm ook, aan een blad, dat na
genoeg de geheele bevolking met opzet in
haar heiligste gevoelens kwetst. De Tri
bune introduceert nieuwe praktijken van
de allerbedenkelijkste soort.
zy kan er dan ook geen bezwaar tegen
hebben, dat daartegenover maatregelen ge
nomen worden, die in normale omstandig
heden niet onbedenkelijk zouden zijn."
Ook wij zijn van oordeel, zoo schrijft nu
de liberale „Avondpost", dat officieele, van
de Overheid uitgaande advertenties in een
blad als De Tribune niet thuis hooren.
Uit het toezenden van die advertenties
spreekt een zekere moreele erkenning; bij
ons ryst de vraag of de Overheid een der-
geiyke handeling mag verrichten ten aan
zien van een communistisch orgaan.
Het communisme is een felle bedreiging
voor orde, samenleving en staat. Tegenover
iets van zoodanigen aard behoeft de over
heid niet neutraal te zün. Wat De Maas
bode opmerkt is dan bovendien nog een
extra-verzwarende omstandigheid.
Hofmeester wil zich van het leven berooven
Gisterenmorgen werd van het Duitsche
stoomschip „Kellerwald" van de Hamburg
Amerikanische Packet Aktien Gesellschaft
welk schip op reis was van Zuid-Amerika
naar Hamburg, per draadlooze een tele
gram naar IJmuiden gezonden, waarin de
hulp van een geneesheer werd gevraagd voor
den hofmeester van het schip, die getracht
had zich door een revolverschot van het
leven te berooven. Bij het eerste schot, dat
hij op het hoofd richtte ketste de revolver.
Vervolgens richtte de ongelukkige de revol
ver op zijn borst en trof zichzelf met twee
kogels In de linkerlong.
Vcorgaats IJmuiden is de geneesheer aan
boord gekomen, waar hij den zwaar gewonde
voorloopig heeft behandeld. Het werd niet
wenschelijk geacht, den man van boord te
halen, zoodat het schip met den patiënt aan
boord naar Hamburg is doorgestoomd.
Koken vindt ze minderwaardig,
Stof-afnemen vindt ze vies
Bed-opmaken, luiers wasscnen
Vindt ze, noubepaald onkiesch;
Vaat-omwasschen, ramen lappen.
En de pui en straatdeur doen....
Dat is bij een Hollandsch meisje
Toch in strüd met haar fatsoen.
En misschien verlangt mevrouw nog
Ook het dragen van een schort.
Nou, dan doen ze je aan eerbied
Allemachtig veel te kort!
Neen, dan gaan ze liever werken
Op.kantóór «met schraal menu),
Want daar noemen ze haar „juffrouw"
En daar spreken ze met „u"!
Of ze gaan naar de fabrieken,
's Avonds vrij en veel meer geld.
En dan zijn ze by de jongens,
Naar ze meenen, meer geteld.
Komt er dan eens weer malaise
En ze komen op de straat,
Dan verlangen ze als „werkloos"
Ondersteuning van den Staat!
Gaan ze echter toch eens trouwen
Ja, dan staan haar handen scheef
En het geld schiet door haar vingers
Als het poeder door de zeef.
En de man zal dra verzuchten,
Als hem dan zijn stap berouwt:
„Had ik niet een Hollandsch meisje,
Doch het Duitsche maar getrouwd!"
MARTIN BERDEN.
Haarlem - Heemstede - Bloemendaal
Adv.
Te White Haven (Cumberland) heeft in
een onder den zeespiegel gelegen kolenmyn
een ontploffing plaats gehad.
Gevreesd wordt, dat ten gevolge van deze
ramp 35 personen om het leven zyn geko
men.
Acht lijken gevonden
Om half een 's nachts waren te White
haven acht dooden te voorschijn, gebracht.
Men vermoedt, dat er nog 20 in de
schacht zijn.
Verdere büzonderheden.
Nader wordt gemeld:
De ontploffing in de Haig-schacht van de
Whitehaven-mijn in Schotland in het graaf
schap Cumberland had Donderdag tusschen
8 en 9 uur plaats.
Juist voordat de nachtploeg in de mijn
zou afdalen werd de ontploffing gehoord. Zo
heeft plaats gehad in de onmiddellyke na
bijheid van de platas, waar in Februari 1923
bij een ontploffing 13 personen het leven
verloren. De ontploffing was zoo hevig, dat
een steenen muur werd weggeslagen, welke
een afscheiding vormde van de plaats waar
de vroegere ontploffing heeft plaats gehad.
Onmiddellijk na het bekend worden van
de ramp snelden van alle kanten verpleeg
sters en Roode Kruis-personeel toe. Binnen
een half uur hadden zich ongeveer 2000
menschen voor den ingang van de mijn ver
zameld, waaronder veel vrouwen en kinde
ren.
Een dokter, die de mijn wilde binnengaan,
kon, tengevolge van de groote hoeveelheid
gas niet tot de plaats van de ontploffing
doordringen.
Uit de Heiz-mijn en de Wellington-mijn,
uit welke men ook in de ongeluksmijn kan
komen, werden daarop reddingsbrigades naar
de plaats des onheils gezonden.
30 a 40 slachtoffers?
Tot nu toe zijn 8 lijken uit de Whitehaven-
mijn geborgen. Een aantal gewonde mijn
werkers is in de ziekenhuizen opgenomen.
Op het oogenblik van de ontploffing werk
ten in de mijn ongeveer 200 man. Het red
dingswerk is buitengewoon moeilyk.
Men vreest, dat de nog ingesloten mijn
werkers niet tijdig kunnen worden bereikt en
dat de nog in de mijn aanwezige 30 a 40
mijnwerkers verloren zijn.
In de afgcloopen week zijn te Madrid 120,
te Barcelona 100 en te Valencia 40 personen
ten gevolge van de griep overleden. De epi
demie heeft zich over gèheel Spanje uitge
breid, zoodat het totaal aantal slachtoffers
waarschynlijk nog zal stygen.
In de Iersche stad Cork heeft de griep
epidemie een zoodanigen omvang, dat alle
scholen, bioscopen en andere openbare ge
bouwen moesten worden gesloten.
Te Londen zyn 242 personen aan de griep
gestorven, hetgeen 96 meer is dan de vorige
week.
2200 dooden in Januari.
Te New-York zyn in de maand Januari
rond 3000 personen door griep aangetast. 384
gevallen waren met doodeiyken afloop. In
denzelfden tyd werden meer dan 4000 per
sonen door longontsteking aangetast. Onge
veer 1800 personen zijn aan longontsteking
gestorven.
„Mataram" meldt, dat Woensdagavond
door een aardschuiving het treinverkeer tus
schen Kerteg en Boemiajoe werd gestremd.
Men hoopte de stremming gisteren te kun
nen opheffen.
De regeering overweegt, om op 8 Februari
a.s. den dag, waarop het verkiezingsdecreet
zal worden uitgevaardigd, af te treden, daar
de meeste partijen niet aan de verkiezingen
willen deelnemen.
De poging van Berenguer, om tot normale
oonstitutioneele toestanden terug te keeren is
dus mislukt.
Faillissement Burgers Co.'s Bank
afgewezen
De rechtbank te Den Haag heeft gisteren
behandeld de door mr. Van Velzen namens
de trustee van de obligatiehouders der Soda
litas Medicorum Oblatorum Sancti en Co.'s
Bank alhier in staat van faillissement te ver
klaren.
Nadat mr. Kunkeler het verzoek had be
streden, heeft de rechtbank de faillissements
aanvraag afgewezen.
Een adres der Christenvrouwen
De Ned. Christenvrouwenbond, tellende
7500 leden, heeft aan den Minister van Jus
titie een adhaesie-betuiging gezonden, in
zake de door de Federatie van R. K. Vrou
wenbonden in Nederland ingediende motie
by Regeering en Volksvertegenwoordiging,
betreffende het strafbaar stellen van Gods-
lasteriyke meeningsuitingen, als die, vervat
in het artikel van ,Ds Tribune", getiteld
„Weg met het Kerstfeest".
Onteigeningswetsontwerp
By de Tweede Kamer is een wetsontwerp
ingediend tot verklaring van het algemeen
nut der onteigening van perceelen, erf-
diestbaarheden en andere zakelijke recht
ten, noodig voor den aanleg en de verbete
ring van een weg van Schagen naar het
Niedorper Verlaat, in de gemeenten Scha
gen, Barsingerhorn, Harenkarspel en Oude
Niedorp.
Een verstandig woord van een visscher
In de gisteren te Huizen gehouden raads
zitting kwam de actie tot behoud der Zui
derzee in bespreking. Tegenover een der
leden, die het wenschelijk vond dat het ge
meentebestuur die actie zou steunen, stelde
een lid, visscher van beroep, een andere
meening. Dat er thans op de Zuiderzee door
de visschers een boterham werd verdiend,
was z. i. het gevolg van de enorme inkrim
ping van het visschersbedrijf. In normale
omstandigheden gaf de visscherij vroeger
nooit anders dan een schamele broodwin
ning, met een armoedigen ouden dag. De
overgang van zout- naar zoetwatervisscherij
zou een zwaren tyd brengen, maar op het
IJselmeer kan in de toekomst het visschers
bedrijf weer tot bloei worden gebracht.
Slechts twee der na de ontploffing in de
myn te Linton opgesloten mynwerkers zijn
levend ontsnapt. Gelukkigerwyze had het
meerendeel der 115 mynwerkers, die tot de
dagploeg behoorden, juist de mijn verlaten
toen de ontploffing geschiedde.
Men wijt de ontploffing thans aan de
ontbranding van gas, dat zich in een mijn
gang had verzameld.
Nog 7 mijnwerkers levend geborgen
Uit Linton wordt nog gemeld, dat van de
door de ontploffing in de mijn aldaar be
dolven mijnwerkers er nog zeven, die men
reeds had opgegeven, levend zijn gebor
gen.
Er worden, volgens latere berichten, tus
schen de 40 en 50 personen vermist.
Tot dusver zyn er slechts drie gered.
Britsche onderscheidingen voor de opva
renden van de „Hofplein".
(blz. 1, 1ste blad)
Een nieuwe mijnramp, thans in Engelandi
heeft 35 slachtoffers geëischt.
(blz. 1, 1ste blad)
Te New-York zijn in Januari 2200 perso
nen aan griep en longontsteking overleden.
(blz. 1, 1ste blad)
Bij de mijnontploffing te Linton zün
slechts twee personen gered.
(blz. 1, 1ste blad)
Mgr. Kaas over het Duitschland van 1931.
(blz. 1, 3de blad)
Geen voorstel der Engelsche regeering te
wachten in zake de afschaffing der dood
straf.
(blz. 1, 3de blad)
De Amerikaansehe generaal Butler zal we
gens zijn onbehoorlijke uitlating over Musso
lini voor den krijgsraad moeten verschijnen.
(blz. 1, 3de blad)
De radicalen zullen tegen het kabinet-La-
val stemmen.
(blz. 1, 3de blad)
Onzekere politieke toestand in Spanje.
(blz. 1, 3de blad)
Bespreking van de ontwapeningskwestie in
het Engelsche Hoogerhuis.
(blz. 1, 3de blad)
Starhemberg legt zijn mandaat als lid van
den Oostenrijkschen Nationalcn Raad neer.
(blz. 1, 3de blad)
Behandeling van de gemeentewet door de
Eerste Kamer.
(blz. 2, 3de blad)
De Maas blijft wassen.
(blz. 2, 3de blad)
Een circulaire van Minister Verschuur in
zake verlenging van den uitkeeringstermijn
voor werkloozenkassen.
(blz. 2, 3de blad)
Twee tramstoringen te Amsterdam.
(blz. 2, 3de blad)
Benoemd tot gewoon hoogleeraar in de
anatomie te Groningen dr. H. M. de Burlet,
lector te Utrecht.
(blz. 2, 3de blad)
Barometerstand 9 uur v.m.: 757. Stilstand.
OPTICIENS FABRIKANTEN
Licht op De lantaarns moeten morgen
worden opgestoken om 5.12 uur.
Hoogste barometerstand 772.6 m.M. te
Haparanda.
Laagste barometerstand 750.3 m.M. te
Toulon.
Verwachting: Zwakke tot matigen, Ooste
lijke tot Noordoosteiyken wind, nevelig tot
betrokken of zwaar bewolkt, weinig of geen
neerslag, temperatuur om het vriespunt.
De mobilisatie van gewezen spoorwegmannen
De volkscommissaris van arbeid van de
Sovjet-Unie heeft een decreet uitgevaar
digd, waardoor allen, die in vroegere jaren
aan een der Russische spoorwegen werk
zaam zyn geweest, verplicht worden zich bij
de spoorweg-administratie aan te melden,
om opnieuw te werk gesteld te worden. In
het decreet wordt nadrukkeiyk verklaard,
dat iedereen, die personen in dienst houdt,
welke vroeger tn het transportwezen werk
zaam zijn geweest, en hen belet aan den
oproep gehoor te geven, alsook allen die ar
beiders of ambtenaren helpen aan de ver
plichting, opgelegd door het decreet, te
ontsnappen, gerechteiyk zullen worden ver
volgd en door den strafrechter gestraft. Alle
gewezen spoorwegarbeiders en ambtenaren
zijn verplicht onmiddellijk ontslag aan te
vragen van hun tegenwoordige betrekkingen
en zich binnen 5 dagen by de plaatse'uke
afdeeling van het volkscommissariaat van
arbeid aan te melden, om er een benoeming
te krijgen. De volkscommissaris van arbeid
hecht bijzonder veel beteekenis aan de mo
bilisatie van de spoorwegmannen. Hy hoopt
op deze wyze den chaos op de spoorwegen,
die ongekende afmetingen heeft aangeno
men en de pjatiletka in de war dreigt te
sturen, te overwinnen. De mobilisatie vindt
plaats onder leiding van de volkscommissa
rissen van arbeid der afzonderlijke repu
blieken en de chefs van de afdeelingen, die
persoonlijk verantwoordelijk zijn voor den
goeden afloop van de mobilisatie, aldus de
„Izwestia".