MARIA-STICHTING ÜP HANDEL EN NIJVERHEID De officieele opening van bet Deutsch Niederliindische Instituut a. d. Universiteit Köin. GEMENGD NIEUWS Kapitein Feeiy IEDEREN MIDDAG VAN 2-3 UUR POLIKLINIEK D" onvindbare „Dresden' in het land van den dollar A: LANDBOUW EN VEETEELT Bloemkooloorlog in Frankrijk FAILLISSEMENTEN* BINNENLANDSCH NIEUWS Spoor wegpersoneel LUCHTVAART Een nieuw Britsch gevechtsvliegtuig Hij (na den onbewaakten overweg): „Nou vrouw, nu heb je Je zin, Je hebt altijd een tweepersoons autootje willen hebben." (Humori*. VRAGEN BUS Het luchtschip „Los Angelos" ONZE OOST Groote brand Brandstichting? Veertien personen gearresteerd Zware wervelwind KERKNIEUWS Retraite Derde Orde Gisterjniddag had de opening plaats van het Deutsch-Niederlandische Institut a. d. Universitat Köln. De plechtigheid had plaats in de Hansa-zaal van het Keulsche Raadhuis in tegenwoordigheid van een zeer groot aan tal belangstellenden, Duitsche en Nederland- sche autoriteiten op het gebied van handel en wetenschap. De Ober-Bürgermeister van Köln. de heer Adenauer, heette de aanwezigen hartelijk welkom. Spr. wees op de handelsbelangen, die Duitschland aan Nederland verbinden en verklaarde te behooren tot de groote bewon deraars van Nederland. Voor ons aldus spr. is deze opening niet slechts een zaak van het verstand, doch tevens van het hart. Spr. besloot zijn rede met het uitspreken van de hoop, dat het Duitsch-Nederland- sche Gezant te Berlijn en eere-voórzitter der bloeien en groeien. Hierna werd het woord gevoerd door den Oud-Minister Dr. J Th. De Visser, die de feestrede uitsprak en uitvoerig de cultureele betrekkingen tusschen Nederland en Duitsch land naar voren bracht. Steeds zullen zich de Nederlanders herinneren, zoo zeide de heer De Visser, dat Duit'chland hun Willem van Oranje gegeven heeft. Hiema sprak de voorzitter van het Frank- furt-Holland-Institut, waarna de leider van het nieuwgeopsnde Instituut Prof. Leyen, wees op de taak van het Instituut op eco nomisch en wetenschappelijk gebied. Het Zilveren Jubileum der Nederland- Sche Kamer van Koophandel voor Duitschland. Gistermiddag werd de feestvergadering van de jubileerende Nederlandsche Kamer van Koophandel voor Duitschland gehouden in het gebouw van de Kamer van Koophandel te Keulen. Nadat de voorzitter van de Kamer de openingsfede had gehouden, waarin hij een overzicht gaf van de ontwikkeling van de Kamer en de moeilijkheden waarmede zij in den aanvang te kampen heeft gehad in oor- logs- en naoorlogstijd, hield de Nederland sche Gezant te Berlijn en eere-vooriztter der Kamer, Graaf van Limburg Stirum een rede. Spr. wees op de enge banden, die bestaan tusschen Nederland en Duitschland. Voor Nederland is veel gelegen aan een economi- schen band met Duitschland. Nederland heeft dan ook een levendige belangstelling voor de Duitsche markt. Uitvoerig besprak spr. de kwestie van de Duitsche invoerrech ten. Onrust, aldus spr., wordt in Nederland gevoeld door de kunstmatige beperking van den invoer uit Nederland. Het handelsver keer tusschen beide landen kan hierdoor zwaar worden getroffen. Hiema hield Dr. P .Drooglever Fortuyn, Burgemeester van Rotterdam, een rede over de ontwikkeling van het Rijnverkeer, waar na vele autoriteiten en vertegenwoordigers van corporaties uit Duitschland en Nedei- land van de gelegenheid gebruik maakten de jubileerende Kamer geluk te wenschen. Des avonds gaf de stad Keulen naar aan leiding van beide plechtigheden een feest maaltijd. Een circusleven van 50 jaar Wie heeft nooit in de zacht-verlichte cir cus-arena de dierentemmers bewonderd, hoe zij schijnbaar met de grootste kalmte de ge temde beesten voor het geëerde publiek voerden?. Triomfator over hen is de mensch als dresseur, die zijn ijzeren wil in de hersenen van het dier boort, totdat hij, altijd nog knorrig en absoluut niet ongevaarlijk aan de gehate bevelen gehoorzaamt. En nog ge beurt het niet zelden, dat de instincten van het roofdier boven komen, waarvan de mensch dan het slachtoffer wordt. Het is nog maar enkele jaren geleden, dat een Duitsche dierentemmer door een leeuwin verscheurd werd. Een beroemd collega van den Duitschen temmer was de Schot Alexander Feely. Hij stamde van een artistenfamilie en trad op 9-jarigen leeftijd reeds op als „kapi tein Feely, de kleinste olifanten-temmer der wereld" in het circus Mijers, waar ook zijn broer als dierentemmer werkzaam was. Zijn toep bestond uit 7 groote olifanten, die zich heel geduldig richtten naar de lui men van hun heer, die voor hen niet meer was dan een kleine dwerg. Immers, de groote dieren koesteren een eigenaardige, haast aan schuwheid grenzende genegenheid voor kinderen. Dit feit, dat ieder circus-man, maar ook lederen zoöloog bekend is, was ze ker ook wel de reden, waarom de directeur Myers, de dikhuiden toevertrouwde aan den kleinen Feely, een broertje van den leeu wentemmer. Onder de olifanten bevond zich ook een bijzonder groot exemplaar, dat absoluut blind was en bovendien veel karakterfouten toon de, „Blind Bill" genaamd. Maar om het feit, dat het dier zoo uitstekend gedresseerd was, kon men hem moeilijk missen. Zijn gehecht heid ran den kleinen Feely was roerend om te zien. Toen het circus op zekeren avond men schreef het jaar 1882 —in de Schotsche stad Stirling een voorstelling gaf. brak er tijdens de voorstelling een geweldig onweer los. De donderslagen waren zóó zwaar, dat de olifanten zeer onrustig werden. Maar de tmemer heeft ook zijn eer en ondanks het zware weer, verschenen de olifanten toch met hun kleinen temmer in de arena. Alles ging naar wensch, tot men aan de slotacte kwam, waarin „Blind Bill" zich op de achterpooten moest plaatsen en den jon gen met den slurf omhoog heffen, terwijl deze onder begeleiding van het orkest een Engelsche vlag zwaaide. Deze scène was bijna in een noodlottige tragedie veranderd. De olifant pakte het kind, begon als een •azende de manege .'ond te dansen en te trappelen, zwaaide 't kind heen en weer en slin gerde het telkens in de lucht. Het publiek bemerkte aan het schreien van den jongen direct, dat het met den olifant niet in orde was en drong in groote paniek naar de uit gangen. Vier Indiaansche lasso-jagers, die ook tot het circus-Dersoneel behoorden, wier pen wel volgens alle regelen der kunst hun lasso's om de pooten van den kolos, maar toen zij trachten hem daardoor tegen te hou den. werden zij zelf als marionetten heen en weer geslingerd. Het gelukte den blinden olifant zelfs met het kind de straat te be reiken, achtervolgd door alle temmers, athle- ten. acrobaten, clowns en stalknechts van het circus. Door een welgemikt schot trof de directeur hem eindelijk zoo in den slurf, dat de olifant het kind moest laten vallen. Na dit incident werd „Blind Bill' door zijn eigenaar aan een Duitsch circus verkocht en moest later in Liverpool doodgeschoten wor den. Van de vele andere avonturen van Feely is wel het meest interessant een episode, die zich niet in het gele zand der menage, maar aan boord van een stoomschip afspeelde. Het circus bevond zich toen op weg naar Ierland. In den heerlijken, stillen zomernacht sliep het grootste deel der passagiers in ligstoelen op 't dek en ook Feely was door de weldoen de rust van dezen nacht in lichte sluimering gevallen. Plotseling werd hij gewekt door een zwarten staljongen, die hem mededeelde, dat een kooi open stond en leeg was. Feely kwam toen tot de vreeselijke ontdekking, dat het de kooi van een zeldzaam mooien panter was. Van alle roofdieren is de panter het meest wreedste en sluwste dier en niemand kan hem geheel en al temmen. Feely en de neger gingen weer naar het dek, waar alles nog in vredige sluimering lag. Alleen de eerste bootsman wandelde op zijn gemak over en weer en rooktezijn pijpje. Met enkele woorden stelde Feely hem met het voorval in kennis; om geen onnoodige ver warring aan te richten werd niemand gewekt. Met hun drieën doorzochten ze het heele schip, en werkelijk: in den maneschijn zag men de groote kat juist naar een groep sla pende passagiers sluipen. Bij een echtpaar, bij wie een baby van enkele maanden lag, aangekomen pakte de panter het kind met de tanden en verdween er met twee geluid- looze sprongen mee door een mangat. „Hij zal het wurmpje opeten", zei de boots man ontzet. In de kool pas", antwoordde Feely, „d.w.z. als wij hem niet te vlug af zijn." Enkele oogenblikken later was de temmer in de kooi. Bijna hetzelfde moment kwam de panter naar binnen geslopen en hield den kleine met de tanden aan zijn kleertjes vast. Feely commadeerde direct op bevelenden toon: „Loslaten!" De panter stiet een onheilspellend gebrom uitgehoorzaamde echter en liet het le vende bundeltje op den grond glijden. Feely streelde het dier als een gehoorzame hond, strekte toen het been rechtuit en liet het dier, dat aan deze oefening gewoon was, er over heen springen. Daarmee had de dres seur zichzelf tusschen het kind en het dier gebracht, nu kwam het er maar op aan om snel te handelen. Bliksemsnel greep hij het kind op en sprong door de deur uit de kool, die hij haastig achter zich dichtsloeg. De panter hief een geweldig gebrul aan van onmachtige woede en wierp zich tegen de ijzeren tralies. Feely bracht het kind weer naar het dek en legde het naast de slapende ouders, die niets van de heele gebeurtenis gemerkt had den. De bootsman deelde den kapitein het voor gevallene mede en enkele weken later kreeg Feely de zilveren reddingsmedaille met bege leidend schrijven, waarin hem dank gebracht werd voor de heldendaad van dien nacht. Herinneringen aan den „kaperoorlog" van Duitsche kruisers Weliswaar is de geschiedenis van de meeste der Duitsche kaperschepen reeds incidentel beschreven, doch tot nog toe was er geen boek verschenen, waarin de avon turen van deze moderne kaperschepen aan de hand van officieele gegevens en dus ontdaan van alle romantische en tendentieuze franje, was beschreven. Dit boek is thans in Enge land verschenen, getiteld „Raiders", en de naam van den schrijver: E. Keble Chatterton waarborgt den inhoud. Chatterton is n.l. geen beginneling op het gebied van dergelijke publicaties: reeds 32 boeken van zijn hand over maritieme en nautische onderwerpen zagen het licht. Voor de samenstelling van dit werk heeft hij gebruik mogen maken van de officieele rapporten en gegevens, die in de archieven van de Britsche Admiraliteit berusten. Wat in „Raiders" sterk naar voren komt, is de grondige voor-oorlogsche Duitsche organisatie, die met de mogelijkheid van individueel optreden van kruisers tegen handelsschepen rekening had gehouden en op tal van strategische punten maatregelen had genomen en onderzoekingen gedaan. Wij hoeven nog maar het optreden in onzen archipel van de „Emden" in herinne ring te brengen, waarbij bleek, dat tal van afgelegen baaien en schuilhoeken reeds tevoren als mogelijke rendez-vousplaatsen waren uitgekozen. Bij een bezoek van Duit sche oorlogsschepen aan onzen archipel eenige jaren voor den oorlog werd o.a. een baai bezocht (buiten voorkennis van het Dep. der Marine) die op de officieele zee kaarten slechts zeer onvolledig was aangege ven en als ontoegankelijk te boek stond. (De Marinestaf te Batavia had er echter een volledige geheime kaart van). Ge durende de eerste oorlogsmaanden bleek deze baai een geliefkoosde plaats van samen komst te zijn voor de Emden en haar kolenschepen I In de „Naval Mil. Record", waarin het boek van Chatterton wordt behandeld, wordt in het kort de merkwaardige loopbaan ge memoreerd van den Duitschen kruiser „Dresden", waar de Engelschen meer dan een half jaai naar hebben moeten zoeken. De Dresden, een lichte kruiser, behoorde tot het eskader onder Von Spee, dat in het begin van den oorlog een bezoek bracht aan het Paascheiland in de Stille Zuidzee en aldaar voor 12.000 vleesch kocht van een Engelsche firma, die nog niets van het uit breken van den wereldoorlog had gehoord. (Tevens gaf een Engelsche wetenschappelijke onderzoekster haar brieven „ter verdere doorzending" aan de Duitschers mede!) Het eskader van Von Spee kwam vervol gens op I November in contact met het Engelsche eskader onder Craddock, hetwelk werd verslagen (Slag bij Coronel). 8 December achterhaalde het noodlot Von Spee, toen hij de beide slagkruisers onder Sturdee ontmoette, die met grooten spoed uit Engeland waren gekomen. Na den voor Von Spee zoo noodlottigen slag bij de Falklandseilanden wist de Dresden echter te ontsnappen en zette koers naar Punta Arenas in de straat van Magellan. Aldaar trof zij een Duitsch kolenschip aan, waaruit zij haar brandstofvoorraad kon aanvullen. Vanaf dat oogenblik was het een spelletje van kat-en-muis voor de „Dresden". Eind December werden Duitsche matrozen van de Dresden in de Hewitt-baal gesigna leerd door een Fransch motorzeilscheepje, dat het bericht doorzond aan den dichtstbijzijn- den Engelschen consul. Telegrammen gingen haar Stodart, den commandant van het Engelsche eskader in die contrijen en naar de Britsche Admiraliteit. Doch Admiraal Stodart vreesde voor een valstrik en zag in het bericht slechts een poging om hem te lokken in onbekende en volgens de kaart zeef moeilijk te bevaren vaarwaters, terwijl de Admiraliteit het bericht nimmer ontving. Dank zij een Duitschen gids wist de „Dres den" toen een zeer goede schuilplaats te vinden tusschen Santa Ines en William eiland. Op de bestaande zeekaarten was deze schuilplaats als vaste land geteekend en zoodoende lag de „Dresden" hier als het ware in Abrahams schoot. Gebrek aan steen kool noopte haar tenslotte deze onvindbare schuilplaats te verlaten. Zij zag nog kans een Engelsch graanschp in te pikken en vulde haar kolenvoorraad aan uit een Duitsch kolenschip. Ten slotte vingen de Engelschen een telegram op, afkomstig van het D.T. station te Montevideo, waarin een Duitsche kolenboot order werd gegeven de „Dresden" 200 mijl bezuiden Mas-A-Fuera te ontmoe ten. Vier Engelsche kruisers waren reeds in touw om de „Dresden" te zoeken en na ont vangst van bovengenoemd telegram kreeg de Engelsche kruiser „Kent" opdracht zich naar de opgegeven plaats van samenkomst te be geven. Ter plaatse gekomen wachtte de „Kent" een dag en eindelijk werd de zoo lang ge zochte vijand gezien. Maar de scheepshuid van de Kent was sterk aangegroeid en niettegenstaande de enorme krachtsinspan ning van de stokers, die ongeveer 4000 P.K. méér uit de Kent haalden dan bi) haar proeftocht, wist de Dresden gedurende den nacht te ontsnappen. Met nog maar 89 ton steenkool in haar ruimen kwam de Dresden 9 Maart 1915 te Juan Fernandez, dat aan Chili behoort. Hier ontving de commandant van de „Dresden", Ltidecke, en telegram van den Duitschen keizer, waarbij deze hem ontsloeg van de verplichting langer weerstand te bie den. Maar Lüdecke, wilde het nog niet op geven. Hij zond draadlooze cijfertelegrammen uit naar de Duitsche kolenbooten, hen op roepend naar Juan Fernandez. Aan boord van de „Kent", waar men deze telegrammen natuurlijk had opgevangen, zag men geen kans deze te ontcijferen, doch eenige dagen later ontdekte een der offi cieren aan boord van den Engelschen krui ser „Glasgow" den sleutel van de code en men wist nu, waar men de „Dresden" kon vinden. 14 Maart werden de „Glasgow" en de „Orama" voor de haven van Juan Fernandez gesignaleerd en nu was er geen ontkomen meer mogelijk. Na gedurende zeven en een halve maand aan vele gevaren te zijn ontsnapt en de Engelsche vloot, die schepen moest afzonde ren om naar deze „naald in een hooiberg" te zoeken, veel ongemak te hebben bezorgd, eindigde de loopbaan van de .Dresden" in een episch gevecht tegen een overmachtigen vijand". 46 millioen werkloozen Hoc men helpen wiJ De werkloosheid heeft ook in de Veree- nigde Staten, dat tot dan toe in gezegenden welstand verkeerde, zoo'n omvang genomen, dat zij algemeen als een nationale ramp be schouwd wordt. President Hoover en zijn medewerkers hebben ter bestrijding van dit wereldeuvel, waarvan de resultaten vaak met die van een langdurigen oorlog vergeleken worden, een programma tot hulpverleening ontworpen, waaraan de commissie, die het Staatsopperhoofd hiervoor aangewezen heeft, met koortsachtige haast werkt. Deze commissie bestaat o.a. uit de staatssecreta rissen Lamont, Davis, Wilbar, Huiby, Hayde en Mellon, den gouverneur Meijer van de Federal Reserve Board en den alombekenden oud-chef der New Yorksche politie: kolonel Arthur Woods. Volgens de meening der commissie moet de Regeering, wil zij ten minste gunstige resultaten bereiken, haar werkzaamheid in drie verschillende richtin gen uitstrekken. Vooreerst dient naar samen werking gestreefd met de gouverneurs der afzonderlijke Staten en met de arbeidsbeur zen der Staten en gemeenten; ten tweede dient gelet te worden op de ontwikkeling van doelmatige methoden en nieuwe rege lingen in de Industrie. Ten derde moeten nieuwe publieke werkgelegenheden in 't le ven geroepen worden, waartoe vooral de staat het persoonlijk initiatief moet nemen. Het arbeidsprogramma komt in groote lijnen en over het geheel overeen met de richt lijnen, die kortgeleden bij een Congres der American Federation of Labour ter sprake kwamen en goedgekeurd werden. Deze bond wenschte vermindering der arbeidskrisis, verkorting van den arbeidstijd, rationalisee ring in de industrieele productie, organisa tie van een nieuw systeem van arbeidsbeur zen, die de heele natie omvat en het aanbe steden van publieke werken om de werkloos heid op te heffen. De president der Federatie, Mister Green richtte op de conferentie van Boston de volgende waarschuwing tot de industrieele wereld: Wij kunnen zulke perioden van werkloosheid niet achteloos voorbijgaan, daar de rust en vrede in dit land gevaar loopen. Wanneer het bij den tegenwoordigen socialen toestand, die overeenkomt met de voortschrijdende civilisatie zoo blijft, dan moeten de leiders der industrie, wanneer zü willen leven en beschermd willen zijn, ons helpen, om een middel tegen de werkloos heid te vinden. Het werpt een schril licht op onze civilisatie, dat er in dit land drie millioen werkwillige en bekwame menschen zijn, die geen werk hebben." Het getal werkloozen heeft zich intusschen weer sterk vermeerderd. Het ontbreken van betrouwbare, officieele gegevens omtrent de werkloosheid, maakt het moeilijk een over zicht te krijgen over den omvang van den noodtoestand en ook over de middelen, die eventueel aangewen 1 konden worden, om verbetering hierin te brengen. In dit opzicht is men enkel en alleen op schattingen aangewezen. In New York zou den b.v. 800.000 werkloozen zijn, voor wie het stadsbestuur een ondersteuning van een millioen op zijn begrooting heeft geplaatst. Bovendien heeft daar een groep bankiers on kooplui een fonds van 150.000 dollar per week voor geruimen tijd gesticht om tien duizend arbeiders in de publieke parken en op andere plaatsen werk te verschaffen, te gen een loon van 15 dollar per week. fn Illinois, waar naar schatting 400.000 werk loozen zijn, circuleerde een inteekenlijst, die 12 millioen dollar opgebracht heeft. Ook in den Staat Ohio en verder in den Staat De troit doen het Staats- en stedelijk bestuur alle moeite om werk voor honderdduizenden te verschaffen. In Boston werd uit particu liere giften een bedrag van millioenen dol lars samengebracht, eveneens in Philadelphia. Ook in vele andere steden zijn velen in de weer om hun sociale plichten te vervullen. Natuurlijk is deze hulp in de verste verte nog niet voldoende, om den vreeselijken nood uit de tienduizenden gezinnen van werkloozen te verbannen. Hierin zullen de groote plannen van Hoover's commissie tot werkverschaffing moeten voorzien. De win ter heeft den noodtoestand van het kolossale leger werkloozen en hun gezinnen, aanzien lijk doen toenemen. Tallooze instellingen van liefdadigheid hebben onder de meer behoef- tigen een uitdeeling van warme kleeding- stukken gehouden. De schattingen van het werkelijk aantal werkloozen varieeren tusschen 6 en 8 mil lioen. Volgens dit grondgetal kan men bere kenen, dat er in totaal ongeveer 15 millioen noodlijdenden zijn, met andere woorden, dat 10 pCt. van de heele bevolking door de natio nale ramp getroffen is. De regeering in Washington heeft reeds 'n milliard dollar voor het oprichten van nieu we gebouwen, het aanleggen van stTaten en bruggen beschikbaar gesteld, waarmee in dezen winter begonnen is. Een derde van dit geweldig bedrag zal besteed woraen aan arbeidsloon en 2/3 aan de aan schaffing van het materiaal, waarvan de aanmaak veel menschen. die lang tevergeefs naar werk zochten, voor geruimen tijd een nieuwe arbeidsgelegenheid zal verschaffen. Een ander plan tot werkverschaffing is de aanleg van een grooten autoweg over de heele breedte van het Noord-Amerikaansche con tinent, van den Atlantischen tot den Grooten Oceaan. Aan de uitvoering van dit plan wordt met koortsachtigen ijver gewerkt. Hierbij zal men met zware, zoo niet onover komelijke moeilijkhed ?n te kampen hebben. Maar lederen^dag brengt ook weer een overvloed van andere plannen, zoo b.v. de invoering van een 5 daagsche arbeidsweek, die in stemming gebracht werd door den be kenden leider van het nationaal comité, den demokraat Raskop. Deze Raskop, een der prominente persoonlijkheden van het publie ke leven en een speciale vriend van Hoover, verklaarde: „Wij moesten de algemeene 5- dagen werkweek hebben. Wanneer ons land 20 jaar geleden rijk genoeg was om van den Zaterdag 'n halven feestdag te maken, dan is het thans nog veel meer in de gelegenheid om van den Zaterdag een vollen rustdag te maken. Laat ons eens de economische zijde van een vijf-daagsche arbeidsweek beschou wen. Het eenige middel om de productie te vermeerderen is: het verbruik te doen toene men. Toen president Hoover gedurende den oorlog een hoog arbeidsloon voor de arbei ders vaststelde, dachten vele ondernemers, dat dit hun ondergang beteekende, en dat de daaruit voortvloeiende schade niet binnen de 10 jaren ingehaald kon worden. Het tegen overgestelde gebeurde echter in werkelijkheid. De werklust nam toe en de werkgelegenhe den werden grooter naar gelang grooter ver bruik, hetgeeij weer mogelijk gemaakt was door het verhoogde arbeidsloon. Het invoeren van de vijfdaagsche arbeidsweek zal het ver bruik van allerlei waren in hooge mate be vorderen. Economisch zou het algemeen grooter ver bruik op de basis der vijfdaagsche arbeids week en de daaruit voortvloeiende voordee- len voor de industrie het den fabrikanten mo gelijk maken, om voor een arbeidsweek van 5 dagen evenveel loon te betalen als thans voor een arbeidsweek van b'A dag." Ook heeft men het plan in overweging ge nomen, om in fabrieken met een zeker aan tal arbeiders, die volle dagen voor vol loon werken, een dubbel aantal arbeiders met hal ven werktijd tegen half loon te laten werken om zoo het aantal werkloozen te verminde ren. Deze vorm van werkverschaffing wordt echter door vele vaklui afgekeurd, omdat dit een algemeene zinking van den Ameri- kaanschen levensstandaard voor arbeiders zou beteekenen. Een ander plan stelt voor, dat ieder bur ger, die daartoe in de gelegenheid is, z'n be- noodigdheden voor het eerstvolgend half of heel jaar ineens bestelt, wat, naar men meent aan vele industrieelen zeer ten goede zal komen. Sceptisch aangelegde menschen hechten echter niet veel waarde aan dergelijke econo mische kunstmiddelen. De vraag naar goedkoope groenten.... Van aardappelen, kool en salade Ons land is niet het eenige land, waar de andbouw een crisistijd doormaakt. In Frankrijk woedt momenteel een groen- tenoorlog. Voorliopig nog maar in de pers ea op de markten, waar de vertoornde huis vrouwen haar verontwaardiging over de veel te hooge prijzen lucht geven. En al zal het ook niet tot bloedvergieten komen, menig afgevaardigde mag toch vreezen voor zijn zetel, want het zou niet de eerste maai zijn, dat een politieke loopbaan om dergelijke redenen te vroeg een einde nam. Wie weet, met wat een taaiheid en hardnekkigheid de Fransche afgevaardigde aan zijn mandaat hangt, waaruit hij n et alleen de gewone gel den, maar zeer vaak ook nog andere mater'eele voordeelen weet te trekken, zal de bezorgd heid van deze heeren zeer goed kunnen be grijpen. Nog nooit had men in Frankrijk zooveel bloemkool als verleden jaar, maar ook nog nooit was het onderscheid zoo groot tusschen dat wat de kweekex ontving en dat, wat de laatste kooper moest betalen. Een groot gedeelte van de schuld hieraan moet geweten worden aan den tusschenhandel en niet minder aan de hooge belastingen. En tegen deze laatste richt zich vooral de woede van het volk. Men zal dit eenigszins begrijpen, als men bedenkt, hoe dol de Franschen zijn op bloemkool. Dit is trouwens absoluut niet de eerste maal, dat een .lid uit het groentenrijk in zekeren zin het symbool en de uitdrukking der volksstemming werd. In de Middel eeuwen speelde de raap gedurende eenigen tijd dezelfde rol, zij het dan in omgekeerden zin. Men borduurde ze op vaandels, nam ze op in adellijke wapens als tee ken van waar deering, waarin zij zich toen mocht verheugen Tegenwoordig is zij een groente, die haast niet meer gevraagd wordt Van verstrekkenden invloed op de ont wikkeling van een land was een knolvrucht, de aardappel of beter gezegd, het gebrek aan aardappelen, dat zich deed gevoelen. Het totaal mislukken van den aardappelen oogst, de aardappel vormde het hoofd- voedsel van de bevolking van Ierland in 1846 werd aanleiding tot de emigratie der bewoners van het „groene eiland" naar Amerika. Dit mislukken van den oogst tezamen met de verkeerde politiek der Engel schen voerde tot een bijna algeheele ontvol king van het land. De waardeering der menschen tegenover de verschillende soorten groenten verandert opvallend. De artisjok, die tegenwoordig als „voor naam" beschouwd wordt, was bij de Romei nen in Zuid-Italië een volksvoeding en een voederartikel voor de dieren. Daartegenover genoot de kool, die tegenwoordig vaak met minachting beschouwd wordt, in het oude Egypte een haast, goddelijke vereering, Men richtte er een altaar voor op en zij vormde het voorgerecht bij iederen maaltijd. Pythagorus bezong deze groente in zijn werken. Catc beweerde zelfs, dat kool alle ziekten genas en 6 eeuwen lang de Romeinen iederen dokter bespaarde. Zou het waar zijn? Ook de sla speelde reeds vroegtijdig een groote rol. Bij de Joden hoorde zij bij het Paaschlam bij den uittocht uit Egypte misten de kinderen van Israël deze frissche groente buitengewoon, zooals trouwens ook de prei en de augurken. De Grieken hielden er van om iederen maaltijd met een salade-gerecht te besluiten, evenals de Romeinen tot den tijd van Dio- cletiaan, waar juist omgekeerd, salade met eieren het eerst werd opgediend. Van Aris- toteles den bekenden fijnproever, vermeldt de overlevering, dat hij iederen avond naar zijn tuin ging, waar de kroppen sla de jaloezie van zijn vrienden opwekten en hij begoot eigenhandig de groenten metwijn. Jammer van den heerlijken wijn 1 Antw. I en II. Het consultatie-bureau te Heemstede is hoofdzakelijk, dooh niet uit sluitend voor de gemeentenaren ingesteld. In Hillegom is echter eenige weken ge leden ook een consultatie-bureau opgericht, zoodat u daar zeker terecht kan. Ill en IV. Ons onbekend. Besprekingen tusschen de directie der Ned. Spoorwegen en den Personeelraad over de bezuin H«ngen In de jongste conferentie tusschen de directie der Ned. Spoorwegen en den Perso- neelraad werd de bezuiniging bij de spoor wegen ter sprake gebracht. Aan het daarom trent door den Personeelraad vastgestelde verslag ontleenen wij het volgende: De Raad heeft uitfng gegeven aan zijn misnoegen over de wijze, waarop nog maar steeds doorgegaan wordt te bezuinigen in de lagere rangen van het personeel, door intensi- veering van den arbeid en uitzending van de diensttijden. Afkeuring werd uitgesproken over .de pogingen om maar aldoor meer ran geerend personeel onder artikel 86 A. R. D./I» uit te halen én te brengen onder artikel 89, waardoor aan dit personeel twaalf uren pef veertien dagen meer dienst gegeven wordt, tijden van het treinpersoneel thans zoo uitge zocht worden, dat de rust op de stations, welke oorspronkelijk aanleiding is geweest of dit personeel meer dienst per veertien dage° te geven dan het locomotief-personeel, z°° goed als vervallen is, door dit personeel oP de stations te belasten met controle-diensten of werkzaamheden in de loodsen of op d® perrons. Ook zijn ter sprake gebracht de bezuini gingen door kaderwijzigingen, waardoor steeds meer lagere functies worden gemaakt voor werk, dat altijd door hooger betaald® beambten of ambtenaren is verricht en uit bezuinigingsmotieven veelvuldig samentrek king van werkzaamheden plaats heeft vooral op kleinere stations waardoor het betrokken personeel met werk overladen wordt en dientengevolge een behoorlijke uit voering van den arbeid onmogelijk wordt. De Raad heeft de directie erop gewezen, dat ten gevolge van deze maatregelen, welke bui ten den Raad of de organisaties om getroffen worden, een stemming onder het personeel wordt verwekt, welke met den dag slechter zal worden. De directie was van meening, dat vooral bi) den Dienst van het Vervoer kaderwijzigingen en wijzigingen in de dienst- en rusttijden al tijd in verband staan met de toeneming o' vermindering van het vervoer en daarom voorstellen tot herrubriceering zijn gedaan- Dit is steeds zoo gegaan en de directie meend® hierover den Personeelraad niet behoeven t® hooren. Als gevolg van de besprekingen werd be sloten het rapport betreffende de dienst- ®D rusttijden op 24 Febr. in een afzonderlijk® conferentie aan de orde te stellen. 19 Februari opgegeven door v. d. Graaf Co. N. V. (Afd. Handelsinformaties) Uitgesproken 18 Febr. S. Abram, koopman in oude metalen, Amsterdam, Karei du Jardinstraat 62 I. R.c. Mr. H. D. Feenstra. Cur. Mr. P. v. 't Hoff Stolk, Amsterdam, Heemstede straat 18. 18 Febr. P. J. Briejer, kleermaker, Amster dam, Adm. de Ruijterweg 491 III. R.c. Mr. H. D. Feenstra. Cur. Mr. P. v. 't Hoff Stolk, Amsterdam, Heems.tedestraat 18. 18 Fer. A. van Hagen, Amsterdam, Bloem gracht 37 I. R.c. Mr. H. D. Feenstra. Cur. Mr. P. van 't Hoff Stolk, Amsterdam, Heem stedestraat 18. 18 Febr. G. de Jong, schilder, Amsterdam, v. d. Hoopstraat 102 II. R.c. Mr. H. D. Feenstra. Cur. Mr. P. v. 't Hoff Stolk, Amsterdam, Heemstedestraat 18. 19 Febr. A. C. C. Aalderink, chauffeur, Amsterdam, Jacob v. Lennepstraat 11 I. R.c. Mr. C. .W Thöne. Cur. Mr. J. Thors, Amsterdam, Weteringschans 127. 19 Febr. J. Padberg, koopman en winkelier, Cabotstraat 1. R.c. Mr. C. W. Thöne. Cur. Mej. Mr. G. Veth, Amsterdam, Vondel straat 45. 19 Febr. G.J. Gobelens, eertijds wonende te Amsterdam, da Costakade 152, thans zonder bekende woon- of verblijfplaats. R.c. Mr. C. W. Thöne. Cur. Mr. C. Binnerts, Amsterdam, Keizersgracht 533. Opgeheven wegens gebrek aan actief de nalatenschap van wijlen W. Th. Geveke, overleden te Winschoten. 16 Febr. T. H. Verboom, Meppel. 18 Febr. H. Zantinge, den Hulst gem Nieuwleusen. 18 Febr. J. W. Keyzer, Amsterdam. 18 Febr. C. de Groot, Amsterdam. 18 Febr. D. Diesbergen, Amsterdam. 18 Febr. A. v. d. Burg, Utrecht. 18 Febr. P. G. Spee, Utrecht. 18 Febr. A. Hermanspann, Bodegraven 18 Febr. J. Kranenburg, Nieuwkoop. 18 Febr. C. Jetten, Woudenberg. 18 Febr. C. J. Lengers, Soest. 19 Febr. J. Postert, Amsterdam. 19 Febr. S. Vos, Amsterdam. 19 Febr. H. Druinvels, Amsterdam. ig Febr. J. S. Meewis, Amsterdam. 19 Febr. Ch. N. P. de Wolf, wed. G P. Fischer, Amsterdam. 19 Febr. A. J. Kabel, Amsterdam. Vernietigd na gedaan verzet 18 Febr. G. H. P. Hoolboon, Amsterdam Kan lk met een kind van 4 jaar op het ocnsultatie-bureau te Heemstede terecht? II. Zoo ja, wanneer? III. Zoo neen, wanneer is dat te Leiden >n geopend? V. Hóe luidt van beide het adres? Het doodelijkste wapen der luchtmacht Door het Britsche Luchtvaartministeri® worden sedert eenigen tijd proeven genome11 met een nieuw Interceptorvliegtuig, dat >s uitgerust met zes machinegeweren, die recht vooruit, achteruit, rechts en links, opzij e° naar boven en naar beneden zijn gericht eh alle zes tegelijk door den piloot bediend en i» werking kunnen worden gesteld. De machine heeft een zeer groot klimveT' mogen en is zeer snel, zoodat zij wordt b®' Britsche luchtmacht. Landing op een wolkenkrabber? De Amerikaansche Marine autoriteit®11 hebben toestemming gegeven, dat het Am®' rikaansche luchtschip „Los Angelos" eet1 landingspoging op het dak van een Netf' Yorker wolkenkraber onderneemt. Op een vraag van de Amrikaansche auto riteiten, heeft dr. Eckener verklaart, da* een poging om op het dak van een huis t® landen, uiterst gevaarlijk is. In de V®1"' eenlgde Staten is het bericht, dat de marm® een dergelijke poging onderneemt, dan ook met bevreemding ontvangen. Een groote brand verwoestte te Kisara® (Assahan, Oostkust van Sumatra) dertiS kedens en twee passarloodsen. De polit'e arresteerde den Chinees Tan Soei Poh, 111 wiens keden de brand ontstond, benevel1® eenige personen die in zijn dienst ware®' Voorts werd gearresteerd de Chinees Seb£ Eng Bie die tijdens den brand door kranten papier aan te steken brand stichtte in ZÜ11 eigen keden. Totaal worden veertien Per' sonen verdacht van brandstichting en dief' stal en deze werden alle gearresteerd. De schade wordt geraamd op twee toO' waarvan tot een bedrag van 150.00 is v®1" zekrd. Veel matereele schade Een zware wervelwind teisterde Donder' dagmorgen j.l. te 3 uur het nieuwe gedeeld van Pandjoengpriok. Boomen werden ontworteld, huizen be' schadigd en dakpannen afgerukt. Zware regens zetten de kampongs ond®' water. Naar aanleiding van gestelde vragen km1' nen wij met zekerheid mededeelen, dat de traite van 3 tot 6 Maart voor vrouwelijke 1®* den van de Derde Orde in het Retraitenhm® te Bergen zeker doorgaat en door een Paf®. Franciscaan zal gegeven worden. Het is d® aan te raden, dat degenen, die er nog a®tl willen deelnemen, zich spoedig opgeven 00 de Directie van het Retraitenhuis. Er zijn P°" enkele plaatsen beschikbaar.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 12