Buitenlandsch cdCieuws FEUILLETON de droomer Von Bülow en Wilhelm II DERDE BLAD ZATERDAG 28 MAART 1931 BLADZIJDE 1 BRIEVEN UIT DUITSCHLAND Het Douane-accoord De Britsch-Indische beweging De overeenkomst tusschen Gandhi en den Onderkoning De indruk in Volkenbondskringen Tusschentijdsche verkiezing in Sunderland Intern. Graanconferentie Geen hulp aan Oost-Europa De Russische Dumping Indisch Congres te Karatsji Handelsverdrag tusschen Zuid- Slavië en Tsjecho Slowakije Gemengde (Buitenlandsche Berichten W eerzin wekkende godsdiensthaat Communisten overvallen een bedevaart De Goddeloozenbetooging op Paaschdag te Berlijn Geweldige brand te Pakakkoe GEMENGD NIEUWS Begrafenis N. Brugma Doodelijk ongeval KERKNIEUWS Retraite Jonge Middenstand STOOMVAARTLIJNEN (Wordt vervolgd). Berlijn, 25 Maart 1931 Het seniorenconvent van den Rijksdag heeft het voorstel der conservatieven, het portret van den vroegeren rijkskanselier ^orst von Bülow uit het gebouw van den Rijksdag te verwijderen, afgewezen. Het voorstel was ingediend, nadat de "Uitsch-nationalen en bloc den Rijksdag demonstratief hadden verlaten met de na- «onaal-socialisten, om daarbuiten oppositie 'e voeren vrijwel samen met deze nationaal- revolutionnairen in vergaderingen, kranten pamfletten tot redding van het vaderland ter voorbereiding van het derde Rijk. Ze ^uden, in scherp contrast met hun radicale 'fa wan ten, het voorstel der anderhalve man sterke conservatieve fractie, hebben moeten steunen. VON BÜLOW Ofschoon het een kwestie gold van onder geschikt belang, zou hun onvermijdelijke deelname aan het debat over het conserva tieve voorstel heel wat stof hebben opge laaid. De Duitsch-nationalen gaan met de dationaal-socialisten mee, deze niet met de ^uitsch-nationalen, wier partij zij reeds half doodgedrukt hebben. De „indrukwekkende Eendracht", waarmee dezj nationale demon stratie ten aanschouwe van heel de mensch- deid moest worden afgespeeld, zou gevaar hebben geloopen. Wat bekommeren zich de dazi's om Bülow en Wilhelm. Von Bülow heeft in zijn „Denkwürdigkeiten", wier uit gave de firma Ulstein bezorgde, den laatsten keizer beleedigd. De charmante vriend des keizers, zijn „lieber Bernhard", heeft zijn keizerlijken weldoener, die hem het hoogste dtJibt in zijn rijk toevertrouwde, den alge- •deenen spot prijsgegeven op een wijze, die Jtin nagedachtenis niet tot eere strekt. Die hem in zijn leven politiek het naast stonden, heeft hij Jiet meest getroffen door de ver heffing zijner eigen daden ten koste van hun keizer. Zijn politieke tegenstanders van diin en meer links, is zijn klappen uit de school natuurlijk koren op den molen, maar Slj achten er den keizer geen haar minder °m dan ze al deden, zonder dat de schrijver hi waardeering steeg. Zelfs geen soci denkt Sf aan, het portret van dezen brillanten fi- 8uur uit den glansvollen keizerstijd weg te demen. De elegante staatsman met den dooien kop, die zijn heer zoo'n plompen schop gaf, kan blijven hangen, als een staaltje van dit en van dat: een beduidend staatsman, een mensch in wiens stralende beminnelijkheid men zich heeft vergist, een Aristocraat, strooplikker en diplomaat van het oude regime. Hij schrijft o.a. „de onbehaaglijke en onte- vreden stemming, die in Duitschland sedert het ontslag van Bismarck heerschte, werd Gedurende de eerste helft van het jaar 18.97 °Dnieuw gevoed. De keizer had op een banket ''Sn den Brandenburger Landdag op 26 februari 1897 een meer dan excentrieke rede behouden. Toen de keizerlijke redenaar had Uitgesproken, waren bezorgde en consciën tieuze vleugeladjudanten van stoel tot stoel Sejjid, om de aanwezigen te verzoeken over he krachttermen der rede te zwijgen. Aan hit verzoek was ook door bijna alle aanwe- Sigen voldaan, maar een indiscrete gast, een 'bierale afgevaardigde, had de drastische hhrasen van den monarch bekend gemaakt. algemeene indruk was betreurenswaar- hig, deplorable. Van vele zijden verhief zich de klacht, hat „als 't op deze wijze voortging, het rijke Sffgoed, dat Wilhelm IX aanvaard had, in Afzienbaren tijd verspild zou zijn, dit gewel- hige erfgoed aan vertrouwen, aanzien en Populariteit, dat een lange rij Pruisische koningen en vooral Wilhelm I, den nu re geerenden jongen heerscher hadden nage laten, wat onder Wilhelm I zoowel als Onder zijn zoon Friedrich nooit het geval is Geweest: de spot maakte zich meester van he keizerlijke rede." Men vergelijke daarmee wat von Bülow Schreef in een brief aan den intiemsten Vriend des keizers. Vorst Eulenburg, wel Wetend dat deze zeker niet zou verzuimen, Aijn keizerlijken vriend dezen brief voor te leggen. Bülow was staatssecretaris en zag Aich graag verheven tot het hoogste ambt, Wat toen nog uitsluitend afhankelijk was van hen keizerlijken wil, in tegenstelling met het "S - -- - HOOFDSTUK XII „Dus je wilt er mij niet bij helpen?" „Neen, het spijt mij, Maud, maar dat kan ht niet," klonk het beslist van Fay. Het stond bij Maud vast dat Miss West biet was, waarvoor .zij zich uitgaf. Maar toch hurfde zij nog niets zeggen tot Mrs. Hastings, eer zij voldoende bewijzen daarvoor had. Daar zij nu wist, dat Fay en Miss West heel was Samen waren, had zij getracht, zich van de hulp van Fay te verzekeren bij haar-onder- hemen en zij had er ook niet aan getwijfeld. °f Fay zou zich daartoe wel leenen, al Was dit a'leen maar, om Ronalds zuster ter Wille te zijn. Daarom had ze Miss Ferrol met 'tl rijtuig laten halen: maar Fay had beslist ëeweigerd, zoowel om haar raad te geven, wat betreft de beste stappen, die zij kon doen. Als ten opzichte van de vragen, die Maud graag wilde, dat zij Miss West zou stellen. „Het is dwaas van je, Fay, dat je mij niet helpen wilt. Me dunkt, je hoeft toch heusch geen gewetensbeswaren te hebben, als ik je Voor vast kan vertellen, dat ze ons allen bedrogen heeft, wat betreft haar vader, over tegenwoordig democratische principe: op dracht van het Rijkshoofd met inachtne ming van de partijverhoudingen in den Rijksdag. Evenals in zijn „Denkwürdigkei ten", had ook reeds in die dagen von Bülow de vraag opgeworpen, of Wilhelm II wel geestelijk normaal was, wat eerst veel later aan het licht is gekomen, evenals de brief, die nu gepubliceerd werd in het politiek weekblad „Der Staat seid Ihr!" een variant op „L'état c'est moi". In zijn brief aan Phil, von Eulenburg zegt van Bülow „hoe zijn guter geliebter Phili hem geroerd en bewogen heeft door zijn woorden". Hij beklaagt zich over haat en afgunst „omdat ze hem niet vergeven willen, dat hij getreden is tusschen den dierbaren aangebeden keizer en zooveel ongerechtig heid, boosheid, leugen en laster en den kwaadwilligen de wapens ontrukt heeft, waarmee ze den edelsten en grootsten aller vorsten bedreigden". Men wil natuurlijk het vertrouwen „des lieben Herrn" in hem schokken. Hij gaat echter rustig zijn weg. Zoolang hij het vertrouwen heeft van zijn keizer, vreest hij voor niemand en voor niets en voor heelemaal niets. Dan wijst hij op „de door Zijne Majesteit zoo geniaal bedachte en met zooveel energie doorgevoerde Kiautschou-actie" en andere gunstig verloopen acties, waaraan hij zijn bescheiden hulp had verleend. „Non nobis, Domine, non nobis sed tibi" roept hij uit en zegt, dat hij nog nooit innerlijk zoo dee moedig was. Zijn eenige werkelijke verdien ste ziet hij hierin „dat hij doel en intenties van zijn dierbaren Heer begrijpt, hoewel bij de uitvoering zijn krachten tekort schieten bij de macht der ideeën van den genialen heerscher", Maar hij gelooft „dat God, wiens wegen zoo wonderbaar, wiens middelen zoo geheimnisvol zijn, hem „armen kerel, aan den lieven keizer als een soort talisman gegeven heeft." Omdat, zegt hij, sedert ik daar ben bijna alles gelukte, eigenlijk zonder mijn toedoen. Hoe hebben dikhuidige retinente, soms sa menzwerende ministers zich veranderd in oorwurmpjes. Waar zijn alle spookverschij ningen gebleven en hoeveel groote reëele ge varen zijn met Gods hulp uit den weg ge ruimd. Zoo wil ik dan rustig mijn weg ver der gaan, den blik naar boven gericht en met niets in den zin dan het wel van den goeden keizer en de macht van de Pruisi sche kroon. „De Koning in Pruisen vooraan, Pruisen in Duitschland vooraan, Duitschland in Europa vooraan und über Alles in der Welt", zooals ik als jongen van 16 jaar in mijn bijbel schreef. Steeds meer hecht zich mijn hart aan den keizer. Hij is zoo bedui dend! Hij is met den grooten koning (Fre- derik) en den grooten keurvorst, verreweg de grootste Hohenzoller, die ooit geleefd heeft. Hij vereenigt in zich op eene wijze, zooals ik het nooit gezien heb, de echtste en oorspronkelijkste genialiteit met den helder- sten bon sens. Hij bezit een fantasie, die mij met den vleugelslag eens adelaars verheft boven alle kleinigheden en daarbij den nuch- teren blik voor het mogelijke en bereikbare. En daarbij wat een energie! Wat een geheu gen! Wat een vlugheid en zekerheid van be grip! Vanmorgen in den Kroonraad was ik gewoonweg overweldigd! Hij gaf exposés over ingewikkelde kwesties, zoo duidelijk en juist, als geen vak-minister het had kunnen ver beteren, maar met een frischheid, aan schouwelijkheid, verhevenheid van den alge- meenen overblik, kortom genialiteit, als geen minister ook maar in de verste verte bereikt. God behoede voor ons den grooten Monarch en edelsten mensch." Dan volgen nog enkele hoogst vleiende complimentjes aan het adres van Eulenburg, dien hij ten slotte „mit ganzem Herzen umarant." Janus! Zijn beminnelijkheid in het dagelijksch verkeer was er eene, waarmee je anderen buiten gevecht kunt stellen. Men vertelt van hem, dat hij kort na de revolutie in de hal van een Berlijnsch hotel den soc. dem. rijkskanselier Scheidemann trof, wien hij na een kort onderhoud met alle geweld liebenswürdig geweld! wilde helpen bij het aantrekken van zijn jas. Met spanning is de uitgave zijner mémoi res tegemoet gezien. Hoewel vele belangrijke dingen verteld worden, is het geheel toch een teleurstelling. Wat er al ten nadeele van zijn dierbaren keizer en koning gezegd en geschreven is, heeft hij plomp aangedikt, meer ten nadeele zijner eigen nagedachtenis dan van den onttroonden monarch. H. L. stap is in de richtng van de door de Euro- peesche Commissie en in 't bizonder door haar voorzitter Briand met grooten nadruk aan bevolen bevolen rechtstreeksche overeenstem ming en regionale verdragen tusschen de af zonderlijke staten. Na onderzoek der situatie is men hier tot de opvatting gekomen dat geen juridische gronden aanwezig zijn voor een politieke be handeling van het- Duitseh-Oostenrijksche accoord voor den Volkenbondsraad. Hierbij wordt er op gewezen, dat de Volkenbonds raad zich reeds herhaalde malen ondubbelzin nig op het standpunt heeft gesteld, dat een inmenging van den Volkenbondsraad in die aangelegenheden, die onderworpen zijn aan de onmiddellijke soevereiniteit der staten niet toelaatbaar is, en slechts daar kan geschieden, waar het Volkenbondspact uitdrukkelijk de souvereiniteit der staten beperkt. Dit laatste is echter buiten,eenigen twijfel niet het geval, bij overeenkomsten van zui ver economischen aard, gelijk het Duitsch- Oostenryksch accoord. Men verwacht dan ook niet dat de Volken bondsraad er toe zal kunnen overgaan de Diiitsch-Oostenrijksche overeenkomst van al gemeen politiek standpunt te behandelen. Immers om de kwestie op de agenda te kunnen plaatsen van de Mei-conferentie van den Volkenbondsraad, moet een gemotiveerd voorstel van een regeering aanwezig zijn, ge baseerd op bepalingen van het Volkenbonds pact of een internationale overeenkomst, waarin uitdrukkelijk de bevoegdheid van den Volkenbondsraad wordt vastgesteld. De Executieve Commissie van het Indisch Nationaal Congres heeft besloten het accoord tusschen Gandhi en den Onderkoning van Indië goed te keuren. In een desbetreffende resolutie wordt erop gewezen, dat het doel van de Indische na tionalistische beweging de onafhankelijkheid van Indië blijft. Indië dient de volledige controle te heb ben over de buitenlandsche betrekkingen en de financieele- en douanepolitiek. Alle poli tieke gevangenen, zonder onderscheid, moe ten uit de gevangenissen worden ontslagen. Burma dient het zelfbestemmingsrecht te verkrijgen, doch de openbare meening al daar moet eerst geraadpleegd worden, eer tot afscheiding van Indië kan worden over gegaan. Gandhi verkreeg van de Executieve Com missie een motie van vertrouwen en werd benoemd tot leider van de delegatie van het Congres, die aan de nieuwe Engelsch-Indi- sche conferentie zal deelnemen. Het zal Gandhi's taak zijn het Nationale Congres te bewegen tot aanneming van deze besluiten, hetgeen met het oog op de toenemende op positie tegen hem met tal van moeilijkheden gepaard zal gaan. Afscheid van lord Irwin In een rede aan een afscheidsfeestmaal gewaagde de onderkoning, lord Irwin, van de critiek, den laatsten tijd op zijn politiek geoefend. Hij zeide jdaarby dat de diagnose der huidige beweging in Indië als zou deze slechts het werk zijn van een te verwaar- loozen minderheid die gemakkelijk kon wor den onderdrukt, oppervlakkig en niet met de werkelijkheid in overeenstemming was. Brittannië zou zichzelf om den tuin lei den als het niet erkende dat er onder alle verschillen van godsdienst, klasse en maat schappelijke omstandigheden een intellec tueel bewustzijn aan het opkomen was nauw verwant aan nationalisme, dat een groeiende potentieele macht was. In toonaangevende kringen van den Vol kenbond wordt het afsluiten van een Duitsch- Oostenrijksche Tolunie, in tegenstelling met de verwachting der Fransche en Engelsche openbare meening, met groote kalmte beoor deeld. Algemeen is men van opinie, dat na het blijkbare mislukken van de jarenlange po gingen van den Volkenbond om tot een alge meene economische verzoening van de Euro- peesche Staten en een verlaging van de Euro- peesche tarieven te komen, het Duitsch- Oostenrijksch accoord een veelbeteekenende wien zy altijd met zooveel trots spreekt. Ik heb mij de moeite gegeven, om een heelen stapel oude kranten na te kijken, waarin de datum vermeld staat van den slag, waarin hy gesneuveld moet zijn: de naam van West staat niet vermeld in de officierslyst; wel werd er een soldaat van dien haam doodelijk gewond: dus dan zou zij een gewoon sol- datenkind zijn!" „Nu, je hebt het recht, om trotsch te zijn op' je vader, of die nu officier, of so'daat mocht zijn, als hy voor zyn vaderland gestorven is!" „Maar zy is dan toch geen dame! En ze heeft nicht Annette maar wijs gemaakt, dat zy een officiersdochter is." „Ben je dan van plan, nicht Annette te gen Miss West op te zetten, waardoor het arme kind nog haar betrekking verliezen kon?" „Als zij een bedriegster is, dan zou ik hard lust hebben, om haar onmiddellijk met pak en zak te laten wegsturen! Ronald zegt ook „Is Ronald vandaag hier?" „Hy is hier dikwyls," zei Maud, die gre tig deze gelegenheid aanvatte, om Fay pyn te doen. „Hij is op het oogenblik aan het biljarten met Vera, als ze tenminste geen liefdesgesprekken houden." Fay hield zich goed en zei na een tydje: „Ik geloof dat ik beter doe, met niet voor de thee te biyven. Vader kon mij eens noo- dig hebben." „Onzin!" zei Maud. "Je kunt het rijtuig niet krijgen voor na de thee." schappen in Indië bleven, maar Indië zou zyn verdediging nooit onder Britsche con trole stellen en evenmin kon Indië de finan cieele controle met de Britsche regeering deelen. Ten aanzien van het accoord van Delhi verklaarde Patel dat daar het werkcomité het accoord had aanvaard, de geaccrediteer de vertegenwoordigers van het congres het niet van de hand kunnen wyzen maar het stond hun vry een motie van wantrouwen aan te nemen tegen het huidige bestuur en betere vertegenwoordigers te benoemen Patel twyfelde er echter niet aan dat het congres de regeling zou bekrachtigen die voor beide partyen eervol was. Indië zou steun van buiten moeten zoeken die het gaarne van Brittannië zou aannemen. Er was geen reden waarom Indië geen Engelschen steun zou ontvangen op het gebied van militaire opleiding. Gandhi naar de nieuwe ronde tafelconferentie Het bestuur van het congres heeft een motie aangenomen, welke aan het congres zal worden voorgelegd, waarby het accoord Irwin-Gandhi wordt bekrachtigd, opnieuw wordt verklaard, dat het doel de onafhan- kelykheid van Indië is, volledige controle wordt gevraagd over leger, buitenlandsche betrekkingen, financiën en fiscale politiek en Gandhi benoemd wordt tot leider der dele gatie naar de nieuwe ronde-tafel-conferen tie. Aanbevolen wordt de politieke gevange nen te bevryden, zoowel zy die wel als die geen geweld gepleegd hebben! Winst voor de conservatieven Donderdag hebben in Sunderland tusschen- tydsche verkiezingen plaats gehad v. d. vry- gekomen zetel van het Engelsche lagerhuislid dr. Marion Philips. De zetel, die tot nog toe door een labourafgevaardigde bezet werd, is bij deze verkiezingen door de conservatieven veroverd. De uitslag luidt: L. Thompson (cons.) "0 493 stemmen, J. T. Brownlie (labour) 30.075; Betty Morgan (liberaal) 15.004. By de vorige verkiezingen waren de cyfers respectievelyk 28.927, 31.794 en 21.300. By de heden gehouden algemeene be schouwingen op de internationale graan conferentie, spraken zich de vertegenwoor digers van Polen, Zuid-Slavië en Roemenië voor het stelsel der prefentieele rechten uit, als een der doeltreffendste middelen ter bezwering van de agrarische crisis in Oost- Europa. Als vertegenwoordiger van de belangen van den overzeeschen graanuitvoer ontwikkelde Perez, de Argentijnsche gezant te Parys, de theorie der vrije concurrentie. Voor de over- zeesche graan-exportlanden viel eenvoudig niet te praten over den eisch der Oost-Euro- peesche graanlanden tot hulp van de geheele wereld. Oost-Europa had zyn landbouw na den oorlog weer kunnen opbouwen en eischte thans dat de overzeesche graan-exportlan den daarvoor het gelag betalen. Het antwoord zou slechts negatief zyn. Argentinië en Australië weigerden met groote beslistheid, thans de verantwoording voor alle na-oor- logsche verschijnselen te aanvaarden. Een tweede belangrijke reden was de Rus sische graandumping. Argentinië hield onder alle omstandigheden vast aan de door de handelsverdragen geschapen ordening en aan de meestbegunstigingsclausule, die zijnerzijds met de preferentieele rechten niet in over eenstemming waren te brengen. De aankoop van Russisch graan door Europeesche landen kon de crisis in Oost-Europa slechts nog er ger maken en de internationale graanmarkt nog verder ontwrichten. Als laatste sprak de Russische delegatie leider Kritzman, die zich ten stelligste tegen elke beperking van de met graan bebouwde oppervlakte uitsprak en het stelsel van pre ferentie afwees. Voorts wees hij de opmerkin gen over de Russische dumping af. Rusland was tot het doorvoeren van zyn vijfjaren plan op zijn graartexport aangewezen. Ove rigens was het belachelyk, te meenen dat het graanvraagstuk zonder de medewerking van Rusland viel op te lossen. LORD IRWIN Sprekend over de waarborgen deed lord Irwin opmerken, dat de Britsche regeeriug niet het recht der Indiërs zou beperken om andere financieele waarborgen in overwe ging te geven dan die besproken op de ronde-tafel-conferentie en bereid zou zyn ze zorgvuldig te overwegen. In zijn openingsrede op het congres zeide de voorzitter Vallabhai Patel dat de waar borg ten aanzien van de verdediging door Brittannië gevraagd, zou kunnen beteekenen dat er Britsche officieren of zelfs man- „Maar ik kan best loopen!" „Met zulke dunne schoentjes en zonder regenmantel?Wees toch niet zoo dwaas, Fay! Je moet er tóch doorheen, om Ronald en Vera samen te zien, want het is zeker enkel om hém te ontloopen, dat je weg wilt?" Nauwelyks had Maud dit gezegd, of de jongelui traden binnen. Na een oogenblik aarzelen ging Ronald naast Fay zitten, en, toen hy zeker was, dat de anderen hem niet verstaan konden, boog hy zich naar haar over en zei teeder: „Dus daar zien wij elkaar dan toch ein- delyk eens weer! Je moet niet denken, dat ik je vergeet, jou kleine, bruine Muis! Maar ik heb niet veel tydnicht Annette legt druk beslag op my en Vera heeft altijd een ca valier noodig, om haar hier of daar mee naar toe te nemen. Maar laten wy ook oiet zulk een sentimenteeïen onzin spreken," besloot hij ongeduldig. Nog een oogenblik bleven zy naast elkaar zitten; toen stond Fay op en verliet het vertrek. Neen, zy wilde niet wachten op het rij tuig; ze zou maar liever weggaan, daar waar haar gezelschap niet langer was ge- wenscht. De somberheid van de natuur om haar heen was niet precies geschikt, om haar op gewekter te stemmen en ze zag er met recht tegenop, om thuis te komen: gewooniyk was haar vader nog ééns zoo humeurig, als hy wat langer op zfjn thee had moeten wachten. Toen zy de zitkamer binnentrad, vond ri) Interpellatie in het Zwitsersch parlement In den nationalen raad is van liberaal- conservatieve zyde een interpellatie inge diend over de Russische dumping. Aan de regeering werd gevraagd, welke maatregelen zy tot dusver genomen had, of dacht te ne men tegen dit Moskousch gevaar. Schulthess, de leider van het departement voor economische zaken, antwoordde namens den bondsraad: Wat de voornaamste importartikelen be treft heeft Rusland slechts een gering aan deel in den totalen invoer van Zwitserland. Van de lage prijzen dezer Russische waren ondervond de Zwitsersche productie geener lei nadeel. Van internationale maatregelen is voorals nog geen sprake; integendeel vele concurren ten van Zwitserland, vooral ook de groote mogendheden zyn er op bedacht, hun eco nomische relaties met Rusland verder uit te breiden. Tot dusver is door geen enkele Zwitsersche Mr. Ferrol in groote opgewondenheid. „Hoor toch eens, Fay, wat een nieuws ik voor je heb!" riep hij haar toe. „Heeft u uw roman af?" vroeg zij gretig. „Neen, en ik denk ook niet, dat ik mij daarover meer heel druk zal maken! Ik heb een brief gehad uit Australië, van oom Harry; die stelt voor, dat wy alle twee een paar jaar by hem komen. Hy zendt geld voor den overtocht eerste klasse." „Wanneer moeten wy dan gaan?" „De volgende maand: we hoeven nergens op te wachten." Fay schrikte: Engeland verlaten en Ro nald?En misschien voor een paar jaar wegblyven? „O, Vader, ik zou liever niet gaan! „Dat dacht ik welNu, misschien is het ook maar beter, dat je de maand No vember nog hier bleef, om te zien hoe Mrs. Hastings over het legaat beschikt." „Ik heb geen kans." „Och, dat weet je niet. Maar, als je nu liever niet gaat, je bent hier in ieder geval veilig, te midden van vrienden en familie en dan houdt jy meteen het huis aan. Als ik alleen ga, zal ik niet veel langer dan een half jaar wegblyven." „Ziet u er niet tegenop?" „Zeker niet. Die paar maanden zal ik mij best weten te redden." Als Fay niet meeging, dan spaarde dit alweer het geld van haar overtocht uit, dacht Mr. Ferrol en dit zou hém ten goede komen. industrie beperking van den Russischen in voer geëischt. De zitting van het parlement werd hierna gesloten. Volgens een officieele mededeeling zijn de onderhandelingen tusschen Tsjecho Slowa- kye en Zuid-Slavië over een Handelsverdrag tot een gunstig einde gekomen. De Zuid Slavische Minister van Handel zal Zaterdag naar Tsjecho Slowakye vertrekken om het verdrag te teekenen. Het sluiten van het Handelsverdrag heeft onverwacht plaats gehad en heeft groot op zien gebaard, aangezien de onderhandelin gen korten tyd geleden op onoverwinnelyke moeilykheden waren gestuit. Het is een eerbiedwaardig, overoud gebruik by ons katholieke volk om voor een ernstige zieke waarvoor menschelijkerwyze geen hulp meer te verwachten is een z.g. „knieval" te laten verrichten. Deze godvruchtige oefening bestaat daarin dat men vanaf de woning van den zieke naar een of ander heiligdom ter beevaart gaat en daar den kruisweg bidt. Ook de terugweg wordt biddend afgelegd. Het is een geheiligde traditie dat alleen meisjes van onbesproken levensgedrag deze oefening mogen verrichten. Het katholieke volk hoopt door deze godvruchtige oefening beterschap voor den zieke te verkrygen of anders een zalig sterfuur. Wanneer ergens een dergelyke bedevaart gehouden wordt, dan wil ieder fatsoenlijk mensch daar eenig aandeel Sn hebben en de deelnemende meisjes worden altyd zoo voor komend mogelijk behandeld. Gisteren werd in een van de voorsteden van Keulen, op den Rechter-Rynoever, weer een dergelijke bedevaart gehouden die door een troep jonge communisten onder aanvoe ring van volwassenen op weerzinwekkende wyze werd gestoord. Een groep jonge meisjes ging biddend ter bedevaart langs een bin nenweg. Eerst werden de meisjes door de communisten uitgelachen en nagejouwd. De meisjes wilden rustig gaan, maar zij werden zoo lastig gevallen en er werden zulke weer zinwekkende uitdrukkingen gebezigd, dat de leidster van de bedevaart aan de meisjes die zich onder den troep communisten be vonden beleefd verzocht te willen bedenken dat het hier toch ging in het belang van een ernstige zieke die op sterven lag. zy vroeg heel bedaard om met rust gelaten te worden. Als antwoord een onbeschryfelyk gejoel. Tenslotte vfkren er enkele dappere commu nisten die de jonge meisjes zoodanig met groote steenen begonnen te werpen dat het voor hen onmogelyk was om de bedevaart voort te zetten. Ieder commentaar is hier verder overbidig. De politiepresident heeft, naar verluidt, er van afgezien de communistische Goddeloo- zenbetooging, die op Paaschmaandag te Ber- lyn gehouden wordt, te verbieden. De com munisten hebben voor deze demonstratie reeds groote localiteiten gehuurd. Desgevraagd verklaarde de politie, dat het bestaande verbod van openbare betoogingen in de open lucht ook voor deze communisti sche demonstratie geldt. Meer dan duizend personen dakloos Een terrein van ruim anderhalve hectare met huizen en winkels is te Pakakkoe, aan de Irawaddy-rivier, door een noodlottigen brand vernield. Meer dan duizend personen zyn dakloos. De aangerichte schade wordt op 3 'A millioen gulden geschat. Het doodelyk vliegongeval op Waalhaven Onder zeer groote belangstelling heeft gistermiddag op de R. K. Begraafplaats aan de Kerkhoflaan te Den Raag de teraarde bestelling plaats gehad van het stoffelijk overschot van den heer N. Brugma, student aan de Technische Hoogeschool te Delft, die Maandag j.l. by een vliegtocht boven Waal haven verongelukt is. Vooraf hadden in de kerk aan den Sche- veningschen weg de uitvaartdiensten plaats gehad, waarna de stoet onder groote be langstelling zich opstelde. Ter zijde van den lykwagen gingen vier Delftsche studenten en in een groot aantal volgkoetsen volgde de Senaat van 't Delft sche Studentencorps. Voorts kwamen in den stoet mede depu taties van Phoenix, van de roeivereeniging HOOFDSTUK XIII. Dienzelfden dag had Simon voor net grootste deel doorgebracht op Westland, met oatalogiseeren. Urenltng had hy in de bibliotheek over zijn werk gebogen gezeten, toen hy ineens opschrikte, doordat hy den natten neus van Fuzbuz tegen zyn gezicht voelde. „Waar zit je zoo in verdiept?" vroeg Nancy, die met het hondje op den arm over zyn schouder keek. „O, allemaal titels! Bé, wat een saai werk! Kijk, Fuzbuz houdt er ook niet van." En, toen het beestje fa miliaar boven op het blad ging zitten, dat Simon ónderhanden had, riep zy: „O, kyk die kleine schelm, hij wil ook niet hebben, dat je voortwerkt. Foei, hoe koud is 't hier! Pook liever het vuur eens op, dat is vrij wat beter, dan al dat genummer en geschrijf!" Gedwee als altyd voldeed hij aan haar verzoek, en, toen hy weer zat, ging ze tegen over hem zitten en keek hem aan met smeekenden blik in de violet-blauwe oogen, terwyl ze vroeg: „Je moest my eens een gunst bewyzen." „Een gunst? Wat dan?" „Een gunst is een daad van edelmoedig heid. Maar, waar blyft nu die edelmoedig heid, als je je van te voren eerst overtuigen wilt, of het iets is, dat je graag doet of niet." „Ik kan toch zóó maar niet in den blinde beloven?" „Doe je my nu graag een genoegen, of niet?" De Laak, van de Delftsche Studenten Aero- club, van de Delftsche Studenten Motorclub en van de Roeivereeniging Laga. Ook hadden nog in een der volgrytulgen plaats genomen de heer H. M. Schmidt Crans, instructeur der Rotterdamsche Aero- club en luit.-generaal van Munnekrcde. Op de begraafplaats werd de stoet opge wacht door een groote schare belangstellen den. Onder hen waren oud-minister Staats raad Kooien, prof. ir. Dijxhoorn, hoogleer aar aan de Technische Hoogeschool, S, de Meul, 2e luitenant-vlieger, instructeur by de Luchtvaartschool te Sch'.pnol, 2e luitenant- vlieger M. Linthout namens commandant en officieren der' Luchtvaartaïdeeling Soester- berg, C. van der Boom, inspecteur voor de Scheepvaart, Amsterdam, notaris Sadée, pa ter dr. Daniëls, directeur der R K. Hoogere Burgerschool en voorts veie vrienden en stu denten. In de rouwkapel en pij de groeve werden de kerkelijke ceremoniën verricht door pas toor v. d. Ven. Een schat van bloemen en kransen dekte de kist. Daaronder waren er van den Senaat van het Studentencorps, van de verschillen de studentenvereenigingen, van de Lucht- vaartafdeeling Soesterberg en van de Rot terdamsche Aeroclub. Een broer van den ontslapene, luitenant Brugma, zegde ten slotte, mede namens zyn moeder en verdere familie, dank voor de belangstelling. Met het hoofd tegen een ijzeren pin gereden Op de Bredaschebaan, onder de gemeente Roosendaal is de 59-jarige timmerman F. Willemen, uit Zegge, tegen een plotseling stoppenden vrachtauto van de Bierbrouwerij Buys te Etten opgereden, waardoor de man met zijn hoofd tegen een pin achter aan den auto terecht kwam. In bewusteloozen toestand is de man naar het ziekenhuis Charhas overgebracht. Het bleek, dat de yzeren pin naby het oog eenige centimeters diep in het hoofd was gedrongen. Eenige uren later is de ongelukkige over leden. Van Zaterdag 25 tot Dinsdag 28 April wordt in het Retraitehuis „Loyola" te Vught een retraite gegeven voor Jonge Middenstanders. Men gelieve zich te wenden tot de Di rectie van genoemd Retraitehuis. KON. HOLL. LLOYD GELRIA (uitreis) 26 Maart van Bahia. FLANDRIA (uitreis) 26 Maart nam. 8 uur van Southampton. KON. NED. STOOMBOOT MAATSCH. ACHILLES 27 Maart van Amsterdam te Rotterdam. ARES (thuisreis) 26 Maart van Callao naar Manta. CRYNSSEN, 27 Maart van W.-Indlë 1. v. Havre te Amsterdam. DOROS, 26 Maart van Sevilla naar Ca- dix. FAUNA, 27 Maart van Amsterdam naar Rotterdam. IRENE, 27 Maart van Amsterdam te Rotterdam. MINERVA, 26 Maart van Valencia naar Rotterdam. ODYSSEUS, Amsterdam-Kopenhagen, passeerde 27 Maart Holtenau. ORION, 26 Maart van Rotterdam te Lis sabon. PLUTO, 27 Maart van Kopenhagen te Aarhus. STELLA, 26 Maart van Napels naar Tunis. TIBERIUS, 27 Maart van Amsterdam te Hamburg. TRITON, 26 Maart van Alicante te Bar celona. ULYSSES, 26 Maart van Smyrna naar Bourgas. VAN RENSSELAER (uitreis) passeerde 26 Maart Ouessant. VESTA, 27 Maart van LLissabon te Am sterdam. HOLLAND—AMERIKA-LIJN DELFDIJK, 25 Maart van Rotterdam te Portland (O.). ROTTERDAM, 27 Maart van Venetië te Messina. HOLLAND—AUSTRALIË-LÏJN ABBEKERK (uitreis) 27 Maart te Port Said. ALMKERK (thuisreis) passeerde 26 Maart Kaap Bon. HOLLAND—BRITSCH-INDIË-LIJN BOVENKERK, 27 Maart van Hamburg te Rotterdam. HOLLAND—OOST-AZIË-LIJN GEMMA, 26 Maart van Rotterdam te Antwerpen. OLDEKERK (thuisreis) 26 Maart van Port Said. ,Dat weet u zelf wel." „Nu, beloof my dan ook, dat je het doen zult." „Hoe kón dat nu, als ik niet weet, wat het is? Als u mij dat nu eerst eens vertelde, dan wil ik u wel op mijn eerewoord beloven, dat ik het, zoo eenigszins mogeiyk, zal doen." Ze kwam een beetje dichter naar hem toe en zei: „Nu, als jy my dan niet vertrouwen kunt, ik jou wél! De volgende week ga ik naar Londen, zoo schynbaar om een oude dame van mijn kennis op te zoeken. En dat doe ik ook wel, maar het eigenlijke doel van myn tocht is een bal." Met schitterende oogen vertelde zy verder: „En een mooie, witte japon, dat ik heb! Vorstelyk gewoon! Alleen heb ik geen juweelen om te dragen. Dat is droevig, hè? En ik zou zoo graag paarlen hebben. Denk je ook niet, dat die er het beste by zouden staan?" „Ja, zeker. Die zouden wel het mooiste staan by zoo'n wit toiletje." „Juist; dat vind ik ook. Maar waar zou ik nu paarlen vandaan halen?.... Het sa laris van een gezelschapsdame is in den regel niet zoo hoog, dat zy zich paarlen zou kunnen aanschaffen!" „Neen, dat ik ook zoo."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 9