Buitenlandsch cdCieuws
FEUILLETON
de droomer
Von Bülow en Wilhelm II
DERDE BLAD ZATERDAG 28 MAART 1931 BLADZIJDE 1
BRIEVEN UIT DUITSCHLAND
Het Douane-accoord
De Britsch-Indische
beweging
De overeenkomst tusschen Gandhi
en den Onderkoning
De indruk in Volkenbondskringen
Tusschentijdsche verkiezing in
Sunderland
Intern. Graanconferentie
Geen hulp aan Oost-Europa
De Russische Dumping
Indisch Congres te Karatsji
Handelsverdrag tusschen Zuid-
Slavië en Tsjecho Slowakije
Gemengde (Buitenlandsche
Berichten
W eerzin wekkende
godsdiensthaat
Communisten overvallen een
bedevaart
De Goddeloozenbetooging op
Paaschdag te Berlijn
Geweldige brand te Pakakkoe
GEMENGD NIEUWS
Begrafenis N. Brugma
Doodelijk ongeval
KERKNIEUWS
Retraite Jonge Middenstand
STOOMVAARTLIJNEN
(Wordt vervolgd).
Berlijn, 25 Maart 1931
Het seniorenconvent van den Rijksdag
heeft het voorstel der conservatieven, het
portret van den vroegeren rijkskanselier
^orst von Bülow uit het gebouw van den
Rijksdag te verwijderen, afgewezen.
Het voorstel was ingediend, nadat de
"Uitsch-nationalen en bloc den Rijksdag
demonstratief hadden verlaten met de na-
«onaal-socialisten, om daarbuiten oppositie
'e voeren vrijwel samen met deze nationaal-
revolutionnairen in vergaderingen, kranten
pamfletten tot redding van het vaderland
ter voorbereiding van het derde Rijk. Ze
^uden, in scherp contrast met hun radicale
'fa wan ten, het voorstel der anderhalve man
sterke conservatieve fractie, hebben moeten
steunen.
VON BÜLOW
Ofschoon het een kwestie gold van onder
geschikt belang, zou hun onvermijdelijke
deelname aan het debat over het conserva
tieve voorstel heel wat stof hebben opge
laaid. De Duitsch-nationalen gaan met de
dationaal-socialisten mee, deze niet met de
^uitsch-nationalen, wier partij zij reeds half
doodgedrukt hebben. De „indrukwekkende
Eendracht", waarmee dezj nationale demon
stratie ten aanschouwe van heel de mensch-
deid moest worden afgespeeld, zou gevaar
hebben geloopen. Wat bekommeren zich de
dazi's om Bülow en Wilhelm. Von Bülow
heeft in zijn „Denkwürdigkeiten", wier uit
gave de firma Ulstein bezorgde, den laatsten
keizer beleedigd. De charmante vriend des
keizers, zijn „lieber Bernhard", heeft zijn
keizerlijken weldoener, die hem het hoogste
dtJibt in zijn rijk toevertrouwde, den alge-
•deenen spot prijsgegeven op een wijze, die
Jtin nagedachtenis niet tot eere strekt. Die
hem in zijn leven politiek het naast stonden,
heeft hij Jiet meest getroffen door de ver
heffing zijner eigen daden ten koste van
hun keizer. Zijn politieke tegenstanders van
diin en meer links, is zijn klappen uit de
school natuurlijk koren op den molen, maar
Slj achten er den keizer geen haar minder
°m dan ze al deden, zonder dat de schrijver
hi waardeering steeg. Zelfs geen soci denkt
Sf aan, het portret van dezen brillanten fi-
8uur uit den glansvollen keizerstijd weg te
demen. De elegante staatsman met den
dooien kop, die zijn heer zoo'n plompen
schop gaf, kan blijven hangen, als een
staaltje van dit en van dat: een beduidend
staatsman, een mensch in wiens stralende
beminnelijkheid men zich heeft vergist, een
Aristocraat, strooplikker en diplomaat van
het oude regime.
Hij schrijft o.a. „de onbehaaglijke en onte-
vreden stemming, die in Duitschland sedert
het ontslag van Bismarck heerschte, werd
Gedurende de eerste helft van het jaar 18.97
°Dnieuw gevoed. De keizer had op een banket
''Sn den Brandenburger Landdag op 26
februari 1897 een meer dan excentrieke rede
behouden. Toen de keizerlijke redenaar had
Uitgesproken, waren bezorgde en consciën
tieuze vleugeladjudanten van stoel tot stoel
Sejjid, om de aanwezigen te verzoeken over
he krachttermen der rede te zwijgen. Aan
hit verzoek was ook door bijna alle aanwe-
Sigen voldaan, maar een indiscrete gast, een
'bierale afgevaardigde, had de drastische
hhrasen van den monarch bekend gemaakt.
algemeene indruk was betreurenswaar-
hig, deplorable.
Van vele zijden verhief zich de klacht,
hat „als 't op deze wijze voortging, het rijke
Sffgoed, dat Wilhelm IX aanvaard had, in
Afzienbaren tijd verspild zou zijn, dit gewel-
hige erfgoed aan vertrouwen, aanzien en
Populariteit, dat een lange rij Pruisische
koningen en vooral Wilhelm I, den nu re
geerenden jongen heerscher hadden nage
laten, wat onder Wilhelm I zoowel als
Onder zijn zoon Friedrich nooit het geval is
Geweest: de spot maakte zich meester van
he keizerlijke rede."
Men vergelijke daarmee wat von Bülow
Schreef in een brief aan den intiemsten
Vriend des keizers. Vorst Eulenburg, wel
Wetend dat deze zeker niet zou verzuimen,
Aijn keizerlijken vriend dezen brief voor te
leggen. Bülow was staatssecretaris en zag
Aich graag verheven tot het hoogste ambt,
Wat toen nog uitsluitend afhankelijk was van
hen keizerlijken wil, in tegenstelling met het
"S - -- -
HOOFDSTUK XII
„Dus je wilt er mij niet bij helpen?"
„Neen, het spijt mij, Maud, maar dat kan
ht niet," klonk het beslist van Fay.
Het stond bij Maud vast dat Miss West
biet was, waarvoor .zij zich uitgaf. Maar toch
hurfde zij nog niets zeggen tot Mrs. Hastings,
eer zij voldoende bewijzen daarvoor had. Daar
zij nu wist, dat Fay en Miss West heel was
Samen waren, had zij getracht, zich van de
hulp van Fay te verzekeren bij haar-onder-
hemen en zij had er ook niet aan getwijfeld.
°f Fay zou zich daartoe wel leenen, al
Was dit a'leen maar, om Ronalds zuster ter
Wille te zijn. Daarom had ze Miss Ferrol met
'tl rijtuig laten halen: maar Fay had beslist
ëeweigerd, zoowel om haar raad te geven, wat
betreft de beste stappen, die zij kon doen.
Als ten opzichte van de vragen, die Maud
graag wilde, dat zij Miss West zou stellen.
„Het is dwaas van je, Fay, dat je mij niet
helpen wilt. Me dunkt, je hoeft toch heusch
geen gewetensbeswaren te hebben, als ik je
Voor vast kan vertellen, dat ze ons allen
bedrogen heeft, wat betreft haar vader, over
tegenwoordig democratische principe: op
dracht van het Rijkshoofd met inachtne
ming van de partijverhoudingen in den
Rijksdag. Evenals in zijn „Denkwürdigkei
ten", had ook reeds in die dagen von Bülow
de vraag opgeworpen, of Wilhelm II wel
geestelijk normaal was, wat eerst veel later
aan het licht is gekomen, evenals de brief,
die nu gepubliceerd werd in het politiek
weekblad „Der Staat seid Ihr!" een variant
op „L'état c'est moi".
In zijn brief aan Phil, von Eulenburg zegt
van Bülow „hoe zijn guter geliebter Phili
hem geroerd en bewogen heeft door zijn
woorden". Hij beklaagt zich over haat en
afgunst „omdat ze hem niet vergeven willen,
dat hij getreden is tusschen den dierbaren
aangebeden keizer en zooveel ongerechtig
heid, boosheid, leugen en laster en den
kwaadwilligen de wapens ontrukt heeft,
waarmee ze den edelsten en grootsten aller
vorsten bedreigden". Men wil natuurlijk het
vertrouwen „des lieben Herrn" in hem
schokken. Hij gaat echter rustig zijn weg.
Zoolang hij het vertrouwen heeft van zijn
keizer, vreest hij voor niemand en voor niets
en voor heelemaal niets.
Dan wijst hij op „de door Zijne Majesteit
zoo geniaal bedachte en met zooveel energie
doorgevoerde Kiautschou-actie" en andere
gunstig verloopen acties, waaraan hij zijn
bescheiden hulp had verleend. „Non nobis,
Domine, non nobis sed tibi" roept hij uit en
zegt, dat hij nog nooit innerlijk zoo dee
moedig was. Zijn eenige werkelijke verdien
ste ziet hij hierin „dat hij doel en intenties
van zijn dierbaren Heer begrijpt, hoewel bij
de uitvoering zijn krachten tekort schieten
bij de macht der ideeën van den genialen
heerscher", Maar hij gelooft „dat God, wiens
wegen zoo wonderbaar, wiens middelen zoo
geheimnisvol zijn, hem „armen kerel, aan den
lieven keizer als een soort talisman gegeven
heeft."
Omdat, zegt hij, sedert ik daar ben bijna
alles gelukte, eigenlijk zonder mijn toedoen.
Hoe hebben dikhuidige retinente, soms sa
menzwerende ministers zich veranderd in
oorwurmpjes. Waar zijn alle spookverschij
ningen gebleven en hoeveel groote reëele ge
varen zijn met Gods hulp uit den weg ge
ruimd. Zoo wil ik dan rustig mijn weg ver
der gaan, den blik naar boven gericht en
met niets in den zin dan het wel van den
goeden keizer en de macht van de Pruisi
sche kroon. „De Koning in Pruisen vooraan,
Pruisen in Duitschland vooraan, Duitschland
in Europa vooraan und über Alles in der
Welt", zooals ik als jongen van 16 jaar in
mijn bijbel schreef. Steeds meer hecht zich
mijn hart aan den keizer. Hij is zoo bedui
dend! Hij is met den grooten koning (Fre-
derik) en den grooten keurvorst, verreweg
de grootste Hohenzoller, die ooit geleefd
heeft. Hij vereenigt in zich op eene wijze,
zooals ik het nooit gezien heb, de echtste en
oorspronkelijkste genialiteit met den helder-
sten bon sens. Hij bezit een fantasie, die mij
met den vleugelslag eens adelaars verheft
boven alle kleinigheden en daarbij den nuch-
teren blik voor het mogelijke en bereikbare.
En daarbij wat een energie! Wat een geheu
gen! Wat een vlugheid en zekerheid van be
grip! Vanmorgen in den Kroonraad was ik
gewoonweg overweldigd! Hij gaf exposés over
ingewikkelde kwesties, zoo duidelijk en juist,
als geen vak-minister het had kunnen ver
beteren, maar met een frischheid, aan
schouwelijkheid, verhevenheid van den alge-
meenen overblik, kortom genialiteit, als geen
minister ook maar in de verste verte bereikt.
God behoede voor ons den grooten Monarch
en edelsten mensch."
Dan volgen nog enkele hoogst vleiende
complimentjes aan het adres van Eulenburg,
dien hij ten slotte „mit ganzem Herzen
umarant." Janus! Zijn beminnelijkheid in het
dagelijksch verkeer was er eene, waarmee
je anderen buiten gevecht kunt stellen. Men
vertelt van hem, dat hij kort na de revolutie
in de hal van een Berlijnsch hotel den soc.
dem. rijkskanselier Scheidemann trof, wien
hij na een kort onderhoud met alle geweld
liebenswürdig geweld! wilde helpen bij
het aantrekken van zijn jas.
Met spanning is de uitgave zijner mémoi
res tegemoet gezien. Hoewel vele belangrijke
dingen verteld worden, is het geheel toch
een teleurstelling. Wat er al ten nadeele van
zijn dierbaren keizer en koning gezegd en
geschreven is, heeft hij plomp aangedikt,
meer ten nadeele zijner eigen nagedachtenis
dan van den onttroonden monarch.
H. L.
stap is in de richtng van de door de Euro-
peesche Commissie en in 't bizonder door haar
voorzitter Briand met grooten nadruk aan
bevolen bevolen rechtstreeksche overeenstem
ming en regionale verdragen tusschen de af
zonderlijke staten.
Na onderzoek der situatie is men hier tot
de opvatting gekomen dat geen juridische
gronden aanwezig zijn voor een politieke be
handeling van het- Duitseh-Oostenrijksche
accoord voor den Volkenbondsraad. Hierbij
wordt er op gewezen, dat de Volkenbonds
raad zich reeds herhaalde malen ondubbelzin
nig op het standpunt heeft gesteld, dat een
inmenging van den Volkenbondsraad in die
aangelegenheden, die onderworpen zijn aan
de onmiddellijke soevereiniteit der staten niet
toelaatbaar is, en slechts daar kan geschieden,
waar het Volkenbondspact uitdrukkelijk de
souvereiniteit der staten beperkt.
Dit laatste is echter buiten,eenigen twijfel
niet het geval, bij overeenkomsten van zui
ver economischen aard, gelijk het Duitsch-
Oostenryksch accoord.
Men verwacht dan ook niet dat de Volken
bondsraad er toe zal kunnen overgaan de
Diiitsch-Oostenrijksche overeenkomst van al
gemeen politiek standpunt te behandelen.
Immers om de kwestie op de agenda te
kunnen plaatsen van de Mei-conferentie van
den Volkenbondsraad, moet een gemotiveerd
voorstel van een regeering aanwezig zijn, ge
baseerd op bepalingen van het Volkenbonds
pact of een internationale overeenkomst,
waarin uitdrukkelijk de bevoegdheid van den
Volkenbondsraad wordt vastgesteld.
De Executieve Commissie van het Indisch
Nationaal Congres heeft besloten het accoord
tusschen Gandhi en den Onderkoning van
Indië goed te keuren.
In een desbetreffende resolutie wordt erop
gewezen, dat het doel van de Indische na
tionalistische beweging de onafhankelijkheid
van Indië blijft.
Indië dient de volledige controle te heb
ben over de buitenlandsche betrekkingen en
de financieele- en douanepolitiek. Alle poli
tieke gevangenen, zonder onderscheid, moe
ten uit de gevangenissen worden ontslagen.
Burma dient het zelfbestemmingsrecht te
verkrijgen, doch de openbare meening al
daar moet eerst geraadpleegd worden, eer
tot afscheiding van Indië kan worden over
gegaan.
Gandhi verkreeg van de Executieve Com
missie een motie van vertrouwen en werd
benoemd tot leider van de delegatie van het
Congres, die aan de nieuwe Engelsch-Indi-
sche conferentie zal deelnemen. Het zal
Gandhi's taak zijn het Nationale Congres te
bewegen tot aanneming van deze besluiten,
hetgeen met het oog op de toenemende op
positie tegen hem met tal van moeilijkheden
gepaard zal gaan.
Afscheid van lord Irwin
In een rede aan een afscheidsfeestmaal
gewaagde de onderkoning, lord Irwin, van
de critiek, den laatsten tijd op zijn politiek
geoefend. Hij zeide jdaarby dat de diagnose
der huidige beweging in Indië als zou deze
slechts het werk zijn van een te verwaar-
loozen minderheid die gemakkelijk kon wor
den onderdrukt, oppervlakkig en niet met
de werkelijkheid in overeenstemming was.
Brittannië zou zichzelf om den tuin lei
den als het niet erkende dat er onder alle
verschillen van godsdienst, klasse en maat
schappelijke omstandigheden een intellec
tueel bewustzijn aan het opkomen was nauw
verwant aan nationalisme, dat een groeiende
potentieele macht was.
In toonaangevende kringen van den Vol
kenbond wordt het afsluiten van een Duitsch-
Oostenrijksche Tolunie, in tegenstelling met
de verwachting der Fransche en Engelsche
openbare meening, met groote kalmte beoor
deeld.
Algemeen is men van opinie, dat na het
blijkbare mislukken van de jarenlange po
gingen van den Volkenbond om tot een alge
meene economische verzoening van de Euro-
peesche Staten en een verlaging van de Euro-
peesche tarieven te komen, het Duitsch-
Oostenrijksch accoord een veelbeteekenende
wien zy altijd met zooveel trots spreekt. Ik
heb mij de moeite gegeven, om een heelen
stapel oude kranten na te kijken, waarin de
datum vermeld staat van den slag, waarin
hy gesneuveld moet zijn: de naam van West
staat niet vermeld in de officierslyst; wel
werd er een soldaat van dien haam doodelijk
gewond: dus dan zou zij een gewoon sol-
datenkind zijn!"
„Nu, je hebt het recht, om trotsch te zijn
op' je vader, of die nu officier, of so'daat
mocht zijn, als hy voor zyn vaderland
gestorven is!"
„Maar zy is dan toch geen dame! En ze
heeft nicht Annette maar wijs gemaakt, dat
zy een officiersdochter is."
„Ben je dan van plan, nicht Annette te
gen Miss West op te zetten, waardoor het
arme kind nog haar betrekking verliezen
kon?"
„Als zij een bedriegster is, dan zou ik
hard lust hebben, om haar onmiddellijk met
pak en zak te laten wegsturen! Ronald
zegt ook
„Is Ronald vandaag hier?"
„Hy is hier dikwyls," zei Maud, die gre
tig deze gelegenheid aanvatte, om Fay pyn
te doen. „Hij is op het oogenblik aan het
biljarten met Vera, als ze tenminste geen
liefdesgesprekken houden."
Fay hield zich goed en zei na een tydje:
„Ik geloof dat ik beter doe, met niet voor
de thee te biyven. Vader kon mij eens noo-
dig hebben."
„Onzin!" zei Maud. "Je kunt het rijtuig
niet krijgen voor na de thee."
schappen in Indië bleven, maar Indië zou
zyn verdediging nooit onder Britsche con
trole stellen en evenmin kon Indië de finan
cieele controle met de Britsche regeering
deelen.
Ten aanzien van het accoord van Delhi
verklaarde Patel dat daar het werkcomité
het accoord had aanvaard, de geaccrediteer
de vertegenwoordigers van het congres het
niet van de hand kunnen wyzen maar het
stond hun vry een motie van wantrouwen
aan te nemen tegen het huidige bestuur en
betere vertegenwoordigers te benoemen
Patel twyfelde er echter niet aan dat het
congres de regeling zou bekrachtigen die voor
beide partyen eervol was. Indië zou steun
van buiten moeten zoeken die het gaarne
van Brittannië zou aannemen. Er was geen
reden waarom Indië geen Engelschen steun
zou ontvangen op het gebied van militaire
opleiding.
Gandhi naar de nieuwe ronde
tafelconferentie
Het bestuur van het congres heeft een
motie aangenomen, welke aan het congres
zal worden voorgelegd, waarby het accoord
Irwin-Gandhi wordt bekrachtigd, opnieuw
wordt verklaard, dat het doel de onafhan-
kelykheid van Indië is, volledige controle
wordt gevraagd over leger, buitenlandsche
betrekkingen, financiën en fiscale politiek en
Gandhi benoemd wordt tot leider der dele
gatie naar de nieuwe ronde-tafel-conferen
tie. Aanbevolen wordt de politieke gevange
nen te bevryden, zoowel zy die wel als die
geen geweld gepleegd hebben!
Winst voor de conservatieven
Donderdag hebben in Sunderland tusschen-
tydsche verkiezingen plaats gehad v. d. vry-
gekomen zetel van het Engelsche lagerhuislid
dr. Marion Philips. De zetel, die tot nog toe
door een labourafgevaardigde bezet werd, is
bij deze verkiezingen door de conservatieven
veroverd.
De uitslag luidt: L. Thompson (cons.)
"0 493 stemmen, J. T. Brownlie (labour)
30.075; Betty Morgan (liberaal) 15.004.
By de vorige verkiezingen waren de cyfers
respectievelyk 28.927, 31.794 en 21.300.
By de heden gehouden algemeene be
schouwingen op de internationale graan
conferentie, spraken zich de vertegenwoor
digers van Polen, Zuid-Slavië en Roemenië
voor het stelsel der prefentieele rechten
uit, als een der doeltreffendste middelen ter
bezwering van de agrarische crisis in Oost-
Europa.
Als vertegenwoordiger van de belangen van
den overzeeschen graanuitvoer ontwikkelde
Perez, de Argentijnsche gezant te Parys, de
theorie der vrije concurrentie. Voor de over-
zeesche graan-exportlanden viel eenvoudig
niet te praten over den eisch der Oost-Euro-
peesche graanlanden tot hulp van de geheele
wereld. Oost-Europa had zyn landbouw na
den oorlog weer kunnen opbouwen en eischte
thans dat de overzeesche graan-exportlan
den daarvoor het gelag betalen. Het antwoord
zou slechts negatief zyn. Argentinië en
Australië weigerden met groote beslistheid,
thans de verantwoording voor alle na-oor-
logsche verschijnselen te aanvaarden.
Een tweede belangrijke reden was de Rus
sische graandumping. Argentinië hield onder
alle omstandigheden vast aan de door de
handelsverdragen geschapen ordening en aan
de meestbegunstigingsclausule, die zijnerzijds
met de preferentieele rechten niet in over
eenstemming waren te brengen. De aankoop
van Russisch graan door Europeesche landen
kon de crisis in Oost-Europa slechts nog er
ger maken en de internationale graanmarkt
nog verder ontwrichten.
Als laatste sprak de Russische delegatie
leider Kritzman, die zich ten stelligste tegen
elke beperking van de met graan bebouwde
oppervlakte uitsprak en het stelsel van pre
ferentie afwees. Voorts wees hij de opmerkin
gen over de Russische dumping af. Rusland
was tot het doorvoeren van zyn vijfjaren
plan op zijn graartexport aangewezen. Ove
rigens was het belachelyk, te meenen dat het
graanvraagstuk zonder de medewerking van
Rusland viel op te lossen.
LORD IRWIN
Sprekend over de waarborgen deed lord
Irwin opmerken, dat de Britsche regeeriug
niet het recht der Indiërs zou beperken om
andere financieele waarborgen in overwe
ging te geven dan die besproken op de
ronde-tafel-conferentie en bereid zou zyn
ze zorgvuldig te overwegen.
In zijn openingsrede op het congres zeide
de voorzitter Vallabhai Patel dat de waar
borg ten aanzien van de verdediging door
Brittannië gevraagd, zou kunnen beteekenen
dat er Britsche officieren of zelfs man-
„Maar ik kan best loopen!"
„Met zulke dunne schoentjes en zonder
regenmantel?Wees toch niet zoo dwaas,
Fay! Je moet er tóch doorheen, om Ronald
en Vera samen te zien, want het is zeker
enkel om hém te ontloopen, dat je weg
wilt?"
Nauwelyks had Maud dit gezegd, of de
jongelui traden binnen.
Na een oogenblik aarzelen ging Ronald
naast Fay zitten, en, toen hy zeker was, dat
de anderen hem niet verstaan konden, boog
hy zich naar haar over en zei teeder:
„Dus daar zien wij elkaar dan toch ein-
delyk eens weer! Je moet niet denken, dat
ik je vergeet, jou kleine, bruine Muis! Maar
ik heb niet veel tydnicht Annette legt druk
beslag op my en Vera heeft altijd een ca
valier noodig, om haar hier of daar mee
naar toe te nemen. Maar laten wy ook oiet
zulk een sentimenteeïen onzin spreken,"
besloot hij ongeduldig.
Nog een oogenblik bleven zy naast elkaar
zitten; toen stond Fay op en verliet het
vertrek.
Neen, zy wilde niet wachten op het rij
tuig; ze zou maar liever weggaan, daar
waar haar gezelschap niet langer was ge-
wenscht.
De somberheid van de natuur om haar
heen was niet precies geschikt, om haar op
gewekter te stemmen en ze zag er met recht
tegenop, om thuis te komen: gewooniyk was
haar vader nog ééns zoo humeurig, als hy
wat langer op zfjn thee had moeten wachten.
Toen zy de zitkamer binnentrad, vond ri)
Interpellatie in het Zwitsersch parlement
In den nationalen raad is van liberaal-
conservatieve zyde een interpellatie inge
diend over de Russische dumping. Aan de
regeering werd gevraagd, welke maatregelen
zy tot dusver genomen had, of dacht te ne
men tegen dit Moskousch gevaar.
Schulthess, de leider van het departement
voor economische zaken, antwoordde namens
den bondsraad:
Wat de voornaamste importartikelen be
treft heeft Rusland slechts een gering aan
deel in den totalen invoer van Zwitserland.
Van de lage prijzen dezer Russische waren
ondervond de Zwitsersche productie geener
lei nadeel.
Van internationale maatregelen is voorals
nog geen sprake; integendeel vele concurren
ten van Zwitserland, vooral ook de groote
mogendheden zyn er op bedacht, hun eco
nomische relaties met Rusland verder uit te
breiden.
Tot dusver is door geen enkele Zwitsersche
Mr. Ferrol in groote opgewondenheid.
„Hoor toch eens, Fay, wat een nieuws ik
voor je heb!" riep hij haar toe.
„Heeft u uw roman af?" vroeg zij gretig.
„Neen, en ik denk ook niet, dat ik mij
daarover meer heel druk zal maken! Ik heb
een brief gehad uit Australië, van oom
Harry; die stelt voor, dat wy alle twee
een paar jaar by hem komen. Hy zendt
geld voor den overtocht eerste klasse."
„Wanneer moeten wy dan gaan?"
„De volgende maand: we hoeven nergens
op te wachten."
Fay schrikte: Engeland verlaten en Ro
nald?En misschien voor een paar jaar
wegblyven?
„O, Vader, ik zou liever niet gaan!
„Dat dacht ik welNu, misschien is
het ook maar beter, dat je de maand No
vember nog hier bleef, om te zien hoe Mrs.
Hastings over het legaat beschikt."
„Ik heb geen kans."
„Och, dat weet je niet. Maar, als je nu
liever niet gaat, je bent hier in ieder geval
veilig, te midden van vrienden en familie en
dan houdt jy meteen het huis aan. Als ik
alleen ga, zal ik niet veel langer dan een
half jaar wegblyven."
„Ziet u er niet tegenop?"
„Zeker niet. Die paar maanden zal ik mij
best weten te redden."
Als Fay niet meeging, dan spaarde dit
alweer het geld van haar overtocht uit,
dacht Mr. Ferrol en dit zou hém ten goede
komen.
industrie beperking van den Russischen in
voer geëischt.
De zitting van het parlement werd hierna
gesloten.
Volgens een officieele mededeeling zijn de
onderhandelingen tusschen Tsjecho Slowa-
kye en Zuid-Slavië over een Handelsverdrag
tot een gunstig einde gekomen.
De Zuid Slavische Minister van Handel zal
Zaterdag naar Tsjecho Slowakye vertrekken
om het verdrag te teekenen.
Het sluiten van het Handelsverdrag heeft
onverwacht plaats gehad en heeft groot op
zien gebaard, aangezien de onderhandelin
gen korten tyd geleden op onoverwinnelyke
moeilykheden waren gestuit.
Het is een eerbiedwaardig, overoud gebruik
by ons katholieke volk om voor een ernstige
zieke waarvoor menschelijkerwyze geen hulp
meer te verwachten is een z.g. „knieval" te
laten verrichten. Deze godvruchtige oefening
bestaat daarin dat men vanaf de woning van
den zieke naar een of ander heiligdom ter
beevaart gaat en daar den kruisweg bidt.
Ook de terugweg wordt biddend afgelegd.
Het is een geheiligde traditie dat alleen
meisjes van onbesproken levensgedrag deze
oefening mogen verrichten. Het katholieke
volk hoopt door deze godvruchtige oefening
beterschap voor den zieke te verkrygen of
anders een zalig sterfuur.
Wanneer ergens een dergelyke bedevaart
gehouden wordt, dan wil ieder fatsoenlijk
mensch daar eenig aandeel Sn hebben en de
deelnemende meisjes worden altyd zoo voor
komend mogelijk behandeld.
Gisteren werd in een van de voorsteden
van Keulen, op den Rechter-Rynoever, weer
een dergelijke bedevaart gehouden die door
een troep jonge communisten onder aanvoe
ring van volwassenen op weerzinwekkende
wyze werd gestoord. Een groep jonge meisjes
ging biddend ter bedevaart langs een bin
nenweg. Eerst werden de meisjes door de
communisten uitgelachen en nagejouwd. De
meisjes wilden rustig gaan, maar zij werden
zoo lastig gevallen en er werden zulke weer
zinwekkende uitdrukkingen gebezigd, dat de
leidster van de bedevaart aan de meisjes
die zich onder den troep communisten be
vonden beleefd verzocht te willen bedenken
dat het hier toch ging in het belang van een
ernstige zieke die op sterven lag. zy vroeg
heel bedaard om met rust gelaten te worden.
Als antwoord een onbeschryfelyk gejoel.
Tenslotte vfkren er enkele dappere commu
nisten die de jonge meisjes zoodanig met
groote steenen begonnen te werpen dat het
voor hen onmogelyk was om de bedevaart
voort te zetten.
Ieder commentaar is hier verder overbidig.
De politiepresident heeft, naar verluidt, er
van afgezien de communistische Goddeloo-
zenbetooging, die op Paaschmaandag te Ber-
lyn gehouden wordt, te verbieden. De com
munisten hebben voor deze demonstratie
reeds groote localiteiten gehuurd.
Desgevraagd verklaarde de politie, dat het
bestaande verbod van openbare betoogingen
in de open lucht ook voor deze communisti
sche demonstratie geldt.
Meer dan duizend personen dakloos
Een terrein van ruim anderhalve hectare
met huizen en winkels is te Pakakkoe, aan
de Irawaddy-rivier, door een noodlottigen
brand vernield. Meer dan duizend personen
zyn dakloos. De aangerichte schade wordt op
3 'A millioen gulden geschat.
Het doodelyk vliegongeval op Waalhaven
Onder zeer groote belangstelling heeft
gistermiddag op de R. K. Begraafplaats aan
de Kerkhoflaan te Den Raag de teraarde
bestelling plaats gehad van het stoffelijk
overschot van den heer N. Brugma, student
aan de Technische Hoogeschool te Delft, die
Maandag j.l. by een vliegtocht boven Waal
haven verongelukt is.
Vooraf hadden in de kerk aan den Sche-
veningschen weg de uitvaartdiensten plaats
gehad, waarna de stoet onder groote be
langstelling zich opstelde.
Ter zijde van den lykwagen gingen vier
Delftsche studenten en in een groot aantal
volgkoetsen volgde de Senaat van 't Delft
sche Studentencorps.
Voorts kwamen in den stoet mede depu
taties van Phoenix, van de roeivereeniging
HOOFDSTUK XIII.
Dienzelfden dag had Simon voor net
grootste deel doorgebracht op Westland,
met oatalogiseeren. Urenltng had hy in de
bibliotheek over zijn werk gebogen gezeten,
toen hy ineens opschrikte, doordat hy den
natten neus van Fuzbuz tegen zyn gezicht
voelde.
„Waar zit je zoo in verdiept?" vroeg
Nancy, die met het hondje op den arm over
zyn schouder keek. „O, allemaal titels!
Bé, wat een saai werk! Kijk, Fuzbuz houdt
er ook niet van." En, toen het beestje fa
miliaar boven op het blad ging zitten, dat
Simon ónderhanden had, riep zy:
„O, kyk die kleine schelm, hij wil ook niet
hebben, dat je voortwerkt. Foei, hoe koud
is 't hier! Pook liever het vuur eens op,
dat is vrij wat beter, dan al dat genummer
en geschrijf!"
Gedwee als altyd voldeed hij aan haar
verzoek, en, toen hy weer zat, ging ze tegen
over hem zitten en keek hem aan met
smeekenden blik in de violet-blauwe oogen,
terwyl ze vroeg:
„Je moest my eens een gunst bewyzen."
„Een gunst? Wat dan?"
„Een gunst is een daad van edelmoedig
heid. Maar, waar blyft nu die edelmoedig
heid, als je je van te voren eerst overtuigen
wilt, of het iets is, dat je graag doet of niet."
„Ik kan toch zóó maar niet in den blinde
beloven?"
„Doe je my nu graag een genoegen, of
niet?"
De Laak, van de Delftsche Studenten Aero-
club, van de Delftsche Studenten Motorclub
en van de Roeivereeniging Laga.
Ook hadden nog in een der volgrytulgen
plaats genomen de heer H. M. Schmidt
Crans, instructeur der Rotterdamsche Aero-
club en luit.-generaal van Munnekrcde.
Op de begraafplaats werd de stoet opge
wacht door een groote schare belangstellen
den. Onder hen waren oud-minister Staats
raad Kooien, prof. ir. Dijxhoorn, hoogleer
aar aan de Technische Hoogeschool, S, de
Meul, 2e luitenant-vlieger, instructeur by de
Luchtvaartschool te Sch'.pnol, 2e luitenant-
vlieger M. Linthout namens commandant en
officieren der' Luchtvaartaïdeeling Soester-
berg, C. van der Boom, inspecteur voor de
Scheepvaart, Amsterdam, notaris Sadée, pa
ter dr. Daniëls, directeur der R K. Hoogere
Burgerschool en voorts veie vrienden en stu
denten.
In de rouwkapel en pij de groeve werden
de kerkelijke ceremoniën verricht door pas
toor v. d. Ven.
Een schat van bloemen en kransen dekte
de kist. Daaronder waren er van den Senaat
van het Studentencorps, van de verschillen
de studentenvereenigingen, van de Lucht-
vaartafdeeling Soesterberg en van de Rot
terdamsche Aeroclub.
Een broer van den ontslapene, luitenant
Brugma, zegde ten slotte, mede namens zyn
moeder en verdere familie, dank voor de
belangstelling.
Met het hoofd tegen een ijzeren pin
gereden
Op de Bredaschebaan, onder de gemeente
Roosendaal is de 59-jarige timmerman F.
Willemen, uit Zegge, tegen een plotseling
stoppenden vrachtauto van de Bierbrouwerij
Buys te Etten opgereden, waardoor de man
met zijn hoofd tegen een pin achter aan
den auto terecht kwam.
In bewusteloozen toestand is de man naar
het ziekenhuis Charhas overgebracht.
Het bleek, dat de yzeren pin naby het
oog eenige centimeters diep in het hoofd
was gedrongen.
Eenige uren later is de ongelukkige over
leden.
Van Zaterdag 25 tot Dinsdag 28 April
wordt in het Retraitehuis „Loyola" te
Vught een retraite gegeven voor Jonge
Middenstanders.
Men gelieve zich te wenden tot de Di
rectie van genoemd Retraitehuis.
KON. HOLL. LLOYD
GELRIA (uitreis) 26 Maart van Bahia.
FLANDRIA (uitreis) 26 Maart nam. 8 uur
van Southampton.
KON. NED. STOOMBOOT MAATSCH.
ACHILLES 27 Maart van Amsterdam te
Rotterdam.
ARES (thuisreis) 26 Maart van Callao
naar Manta.
CRYNSSEN, 27 Maart van W.-Indlë 1. v.
Havre te Amsterdam.
DOROS, 26 Maart van Sevilla naar Ca-
dix.
FAUNA, 27 Maart van Amsterdam naar
Rotterdam.
IRENE, 27 Maart van Amsterdam te
Rotterdam.
MINERVA, 26 Maart van Valencia naar
Rotterdam.
ODYSSEUS, Amsterdam-Kopenhagen,
passeerde 27 Maart Holtenau.
ORION, 26 Maart van Rotterdam te Lis
sabon.
PLUTO, 27 Maart van Kopenhagen te
Aarhus.
STELLA, 26 Maart van Napels naar
Tunis.
TIBERIUS, 27 Maart van Amsterdam te
Hamburg.
TRITON, 26 Maart van Alicante te Bar
celona.
ULYSSES, 26 Maart van Smyrna naar
Bourgas.
VAN RENSSELAER (uitreis) passeerde
26 Maart Ouessant.
VESTA, 27 Maart van LLissabon te Am
sterdam.
HOLLAND—AMERIKA-LIJN
DELFDIJK, 25 Maart van Rotterdam te
Portland (O.).
ROTTERDAM, 27 Maart van Venetië te
Messina.
HOLLAND—AUSTRALIË-LÏJN
ABBEKERK (uitreis) 27 Maart te Port
Said.
ALMKERK (thuisreis) passeerde 26
Maart Kaap Bon.
HOLLAND—BRITSCH-INDIË-LIJN
BOVENKERK, 27 Maart van Hamburg
te Rotterdam.
HOLLAND—OOST-AZIË-LIJN
GEMMA, 26 Maart van Rotterdam te
Antwerpen.
OLDEKERK (thuisreis) 26 Maart van
Port Said.
,Dat weet u zelf wel."
„Nu, beloof my dan ook, dat je het doen
zult."
„Hoe kón dat nu, als ik niet weet, wat
het is? Als u mij dat nu eerst eens vertelde,
dan wil ik u wel op mijn eerewoord beloven,
dat ik het, zoo eenigszins mogeiyk, zal
doen."
Ze kwam een beetje dichter naar hem toe
en zei:
„Nu, als jy my dan niet vertrouwen kunt,
ik jou wél! De volgende week ga ik naar
Londen, zoo schynbaar om een oude dame
van mijn kennis op te zoeken. En dat doe
ik ook wel, maar het eigenlijke doel van
myn tocht is een bal." Met schitterende
oogen vertelde zy verder: „En een mooie,
witte japon, dat ik heb! Vorstelyk gewoon!
Alleen heb ik geen juweelen om te dragen.
Dat is droevig, hè? En ik zou zoo graag
paarlen hebben. Denk je ook niet, dat die
er het beste by zouden staan?"
„Ja, zeker. Die zouden wel het mooiste
staan by zoo'n wit toiletje."
„Juist; dat vind ik ook. Maar waar zou
ik nu paarlen vandaan halen?.... Het sa
laris van een gezelschapsdame is in den
regel niet zoo hoog, dat zy zich paarlen zou
kunnen aanschaffen!"
„Neen, dat ik ook zoo."