fBinnenlandsch Nieuws
Gemengd cdCieuws
I
Voor de Huiskamer
Het gestolen Luchtballonnetje
H
OF DE GESCHIEDENIS VAN TWEE DEUGNIETEN
De roep van „De Graal'
Grootsche propaganda in
Amsterdam
De Rcme-reis van het
R. K. Werkliedenverbond
Ned. R. K. Grafische Bond
Nederl. Staatsmijnen
Bond van Gemeente-Ambtenaren
RADIO-NIEUWS
Zendtijden van den Vaticaanzender
FIN ANCIEN
De Hanzebank Utrecht
Van Gelder's papierfabrieken
Antiquiteiten
Brand in een timmerloods te
Amsterdam
Arme kleine
Schorsing van een advocaat
In een station ingebroken
Diphtheritis
Boerderijen afgebrand
Door een leeuw gebeten
Been afgeknald
De verdwenen betaalmeester
Winkel uitgebrand
UITLOTING Ed
^/<cr
Dc fleurige stoeten Graalmelsjes
In Amsterdam trilden nog de Eucharlstl-
tlsche tonen na van het machtige Mirakel-
feest, toen de hoofdstad op Palmzondag
reeds weer in het teeken stond van een groot
sche Katholieke beweging. Thans was het
niet de omgang der stil-ingetogenen, maar
de luide roep van de jeugdige meisjesorgani
satie „De Graal". Deer bijna alle straten van
de grijze stad trokken de fleurige stoeten der
Graalleden in hun frissche uniformldeeding.
Onder vioolijk gezang uit de rappe meisjes
kelen ging het naar de pleinen. Daar werd
halt gehouden, de meisjes schaarden zich
cm haar vaan en onder aanvoering van een
leidster voerde een dialoog-koor een drietal
spreekkoren uit: „Wat wij willen, wat wij
zyn kunnen en wat wij hopen.'
Wij laten hier het eerste spreekkoor geheel
volgen.
WAT WIJ WILLEN
Als de Graal zijn vaandels laat wapperen,
Komen de meisjes, de fiere en dappere,
Kleurige vlinders op fleurige wiek,
Jong nog en tenger, maar frank en kwiek.
Wil soms de Graal ons maar wat amuseeren?
Neen, de Graal dient tot Gods meerdere eere.
Brengt de Graal daartoe slechts meisjes
bijeen?
Schiep God voor Zijn Glorie soms jongens
alleen
Wat willen meisjes met haar wufte gewemel?
Winnen de wereld voor God in den hemel,
Biddend verkrijgen in stad, land en wijk:
Geheiligd Zijn Kaam en gevestigd Zijn Rijk.
Och, wat willen wij vrouw, die nooit man
evenaarde?
Dat Gods Wil geschiede in hemel en aarde.
In zondenvloed trad vrouwenvoet den eer
sten Adam tegen;
Maria vol van genade, keerde dien vloek om
in zegen.
Was Eva's verleiding niet schuld van 't
verzet?
Het kroost van de vrouw heeft den slangen
kop verplet.
Wees gegroet Maria, Vrouwe van Kazareth!
En lang leve de Graal,
Om ons meisjes te leeren:
't Blijde Booöschapsverhaal,
Dat, hoe de wereld ook dwaal.
De menschheid moet bekeeren,
En God zal triomfeeren.
Als de meisjes daar op zoo'n plein dit
voorproefje van het Massale Spreekkoor,
waarvan de uitvoering 2den Paaschdag a.s.
zal plaats vinden, gegeven hadden, vervolg
den zij haar weg, om via het Olympiaplein
naar het Corn. Troostplein te trekken, waar
uit de ca. 20 groepen elk van vijftig meisjes
een keurcorps met vlaggen, de z.g. vlaggen-
tocht, werd samengesteld. Het was een ge
weldige, een inslaande propagandatocht. De
Graal heeft bewezen, dat zij een machtige
plaats in de katholieke beweging in gaat ne
men. Ze heeft ons laten zien, dat ze haar
taak aanvaardt en om deze te doen slagen
een enorme energie weet aan den dag te leg
gen. Een aardig moment was het, wanneer
een groep een kerk passeerde en allen tegelijk
hun graalgroot welke bestaat uit het op
steken van den arm aan den verborgen
Christus in Zijn tabernakel brachten.
Veel belangstellenden sloegen de trekken-
den gade en op de grootsche uiting van wat
zij willen, wat zij zijn kunnen en wat zij
hopen, volgde menigmaal een spontaan ap
plaus. Nu gaat het op het Massale Spreek
koor op den tweeden Paaschdag in het Sta
dion aan. eD Graalmelsjes hebben de belang
stelling losgeslagen, de nieuwsgierigheid doen
groeien. We wenschen ze ook dan een volle
dig succes toe!
Het aantal deelnemers aan de Jubileum
reis naar Rome, welke door de Centrale Reis-
kas van 't R.K. Werkliedenverbond wordt
georganiseerd van 11 tot en met 21 Mei a.s.,
is dusdanig, dat de geheele reis per extra-
trein wordt gemaakt.
Hierdoor kan het aantal deelnemers nog
eenige uitbreiding ondergaan.
Met het oog hierop en mede, omdat eerst
op 1 April de trekking plaats heeft van de
door den R.K. Bouwvakarbeldersbond ge
organiseerde loterij voor gratis deelname
aan de reis, is de inschrijving verlengd van
1 April tot 15 April.
Wie nog met de Centrale Reiskas naar
Rome wil om aan de Rerum Novarum-
feesten deel te nemen, kan zich hiervoor
dus nog tot uiterlijk 15 April opgeven aan
het bureau: Drift 10—12, te Utrecht of
daar het prospectus der reis aanvragen.'
De heer Eugène Lticker gaf vervolgens een
boelende beschouwing over kunst en typogra
fie en illustreerde zijn woorden door licht
beelden met de epidiascoop.
Geen prijsopdrijving
Op de vragen van het Tweede-Kamerlid
den heer Wijnkoop betreffende de kolenpry-
zen der Nederlandsche Staatsmijnen heeft
de minister van Waterstaat o.m. geantwoord:
De Staatsmijnen volgen bij den afzet van
haar producten het prijsverloop op de bin
nen- en buitenlandsche markten. Het voeren
van dumpingpolltiek door de Nederlandsche
mijnen is reeds hierom buitengesloten, wijl
het aanbod van buitenlandsche steenkolen,
die, zooals bekend is, in onbeperkte hoe
veelheden in Nederland kunnen worden in
gevoerd uit de ons omringende kolenbekkens,
welke voor den aanvoer naar een groot deel
van ons land gunstiger gelegen zijn dan
Zuid-Limburg, het onmogelijk zou maken de
prijzen hier te lande kunstmatig hoog te
houden om daardoor in het buitenland te
gen lageren prijs te kunnen koopen.
De prijsnoteering op een bepaalde plaats
is uiteraard afhankelijk van vracht, hoe
veelheid, losslngskosten en vele andere fac
toren en kan dus niet overal gelijk zijn. Wat
den gosdkoopen huisbrand, met name de
eierbriketten betreft, is het niet juist, dat
alleen te Amsterdam deze soort aanmerkelijk
lager wordt verkocht. Ook in vele andere
plaatsen gelden lagere prijzen dan elders
in het land. Dat de Staatsmijnen haar prij
zen concurreerend hebben gesteld, moge ook
hieruit blijken, dat zij haar geheele produc
tie van huisbrandkolen gedurerde 't brand-
stoffenjaar 1930-1931 hebben kunnen plaat
sen.
Van prijsopdrijving door de Staatsmijnen
is geen sprake. Er kan derhalve geen aan
leiding bestaan om ter zake maatregelen te
nemen.
De heer J. Kamman, secretaris van Den
Helder, is bij enkele candidaatstelling be
noemd tot voorzitter van den Nederland-
schen Bond van Gemeente-ambtenaren.
Uit Rome ontvingen wij de volgende op
gave van de zendtijden van den kcrtegolf-
zender in het Vaticaan:
Van 9.209.50 uur (telefonie) Golfl.) 19.84 M.
Van 9.50—10.20 uur (telegr.) Golfl. 19.84 M
Van 18.20—18.50 uur (telef.) Golfl. 50.26 M.
Van 18.5019.20 uur (telegr.) Golfl. 50.26 M.
Alle opgaven zijn ln Amsterdamschen tijd.
Deze zendtijden moeten echter niet als of
ficieel beschouwd worden, maar gewoonlijk
kan men den zender toch wel op de opgege
ven tijden en golflengten hooren.
Faillissement geëindigd
De heer Mr. H. G. Holsteyn en Mr. R. van
Weelderen curatoren in het faillissement
van de N.V. „De Hanzebank" te Utrecht,
berichten dat door het verbindend worden
der slotuitdeclingslijst het faillissement is
geëindigd.
Vakkundig Bureau van de Federatie
van R. K. Studieclubs
In het R. K. Vereenigingsgebouw „Unitas"
aan het Valkhofplein te Nijmegen werd de
gewestelijke vergadering gehouden van het
Vakkundig Bureau van bovengenoemde fe
deratie. De belangstelling uit typografische
kringen was zeer groot.
Na een korte inleiding van den bondspen-
ningmeester, den heer B. Leyn, tevens voor
zitter van de afd. Nijmegen, sprak de bonds
voorzitter de heer Chr. v. d. Dries uit
Hilversum een inleidend woord, waarin hü
wees op de beteekenis van de vakstudie en
de vakcursussen, ingesteld ter bevordering
van de kennis en den kunstzin der typogra
fen in het tegenwoordig bedrijf, dat zich
steeds meer aanpast aan de moderne eischcn
van kunst, in combinatie met techniek. In
dit opzicht werken de cursussen op initiatief
van het vakkundig bureau tot stand gekomen
en welke ook centraal kunnen werken, zeer
gunstig. Het aantal leerlingen neemt toe en
de resultaten van het onderwijs zijn meer
dan bevredigend. De heer Jos. Musters, twee
de penningmeester, zette het doel van de
studieclubs ten opzichte van de vakontwikke
ling nog nader uiteen en wees voornamelijk
op de taak der afdeelingen om deze cursus
sen te bevorderen in het belang van de toe
komstige typografen. Vervolgens werd de
tentoonstelling van modem drukwerk in
hoog, diep en offsetdruk, etsen en linoleum
snede, vnl. bijeengebracht door den K'ij-
meegrehen schilder Eugêne Lücker bezocht.
De heer A Stenger, Directeur van de N.V.
Inkt- en Verffabriek „Arnhemia" te Arn
hem, gaf vervolgens een beschouwing over
de inkt- en verffabricage zooals die hier in
ons land plaats heeft. Deze technische voor
dracht werd toegelicht door een interessante
fabrieksfilm van de „Arnhemia".
Geen sprake van dat men ln Britsch-Indië
niet mee zou kunnen De voorzitter gelooft
niet, dat het hout te duur is gekocht
Vooruitzichten tot dusverre nog
niet zeer bemoedigend
Gisteren werd te Amsterdam de jaariyk-
sche algemeene vergadering van aandeel-
houders der N.V. Vereenigie Koninklijke Pa
pierfabrieken der firma Van Gelder Zo-
nen gehouden.
i Aanwezig waren 18 aandeelhouders, ver-
I tegenwoordigende 97 aandeelen en recht
i hebbende op het uitbrengen van 74 stem-
men.
I De voorzitter, de heer P. Smldt van Gel
der, stelde het Jaarverslag aan de orde.
De heer Bosboom merkte op, dat het
verslag z. 1. wel wat sober is. Spreker wijst
b.v. op de kapitaalinvesteering van 3 d 4
mill, gulden 's jaars gedurende enkele
achtereenvolgende jaren, zonder dat daarop
een toelichting ts gegeven. Ook ontbreekt
de toelichting op de balanscijfers. Spr.
meent, dat aandeelhouders recht hebben op
iets ruimere informatie.
Een ander aandeelhouder vraagt, of het
Juist is, dat de troebelen ln Britsch-Indië
van nadeel waren op den afzet van Van
Gelder. En of de houtvoorraden inderdaad
zeer duur waren gekocht?
In antwoord op deze vragen, zegt een der
directeuren de heer H. Smidt van Gelder,
dat het bestuur voornemens is om een groote
mate van soberheid in acht te blijven ne
men, doch spr. wil toch zeker overwegen,
in hoeverre aan den wensch van den heer
Bosboom kan worden tegemoet gekomen.
Wat den post „uitbreidingen en verbete
ringen" betreft, kan spr. wel eenige mede-
deelingen doen. Een deel van wat betreft de
uitbreiding van het ketelhuis te Velsen; een
installatie voor reiniging van het ketelwater
(f 2J4 ton). Verder circa 4 ton voor ver
nieuwing van een der fabriekemachines. De
vernieuwing van het toestel, waar de hcut-
stof wordt vervaardigd, kostte eveneens 4
ton. In Renkum en Apeldoorn werd even
eens circa 1</, ton aan enkele vernieuwingen
ten koste gelegd.
Wat de toelichting op de balanscijfers be
treft, meent spr.. dat aandeelhouders deze
eventueel toch kunnen verkrijgen door het
steUen van vragen op de vergadering. Spr.
wil echter overwegen, wat er kan worden
gedaan om aan de wenschen van den heer
Bosboom zooveel mogelijk tegemoet te ko
men.
Aan den heer Chabodt antwoordt spr.,
dat de omzet in Britsch-Indië ln 1930 wel
Iets verminderde, doch dit was nog geens
zins een calamiteit; Van Gelder heeft er
zich dan ook vrij goed kunnen handhaven.
Er ls geen kwestie van, dat Van Gelder ln
Britsch-Indië niet mee zou kunnen.
Wat de houtvoorraden betreft het vol
gende: het hout wordt altijd gekocht ln een
Jaar vóór dat het wordt verwerkt. Meestal
zelfs wordt het hout twee jaren te voren
reeds gekocht. Spr. gelooft niet, dat Van
Gelder te duur heeft gekocht, wanneer hij
deze houtaankoopen vergelijkt met die van
andere houtimporteurs elders.
Een der aandeelhouders vroeg ten slotte
neg naar de vooruitzichten van het loopen-
de boekjaar.
De directie waagde zich liever niet aan
u -q„ voorspellingen. Tot dusverre zijn deze nog
SLfïL:S bemoedigend.
invloed van de malaise op het bedrijf. Een
der groote afnemers van Van Gelder zijn de
couranten. En spr. kan zich nauwelijks
voorstellen, dat de malaise op den afzet
van courantenpapier een nadeeligen invloed
kan hebben geoefend.
De directeur, de heer H. Smidt van Gel
der, meent echter, dat zelfs de couranten
Op een vraag van denzelfden aandeel-
houden er er dezen keer evenals in 1929,
wederom een belangrijk deel van de produc
tie was verkocht, zegt de heer H. Smidt
van Gelder, dat dit inderdaad wederom het
geval is. Doch deze verkoopen betreffen
voornamelijk het courantenpapier, dat 2/3
den invloed der malaise zullen ondervinden van de productie vat. Van Gelder in beslag
en b.v. minder papier zullen verbruiken
door het geringe aantal advertenties.
Het jaarverslag, de balans en de verlles-
en winstrekening werden goedgekeurd.
Vervolgens werd wederom besloten het
reservefonds aan te wenden in het bedrijf,
tegen een vergoeding van 5 pet. rente.
neemt, gemeten naar het aantal kilogram
men, en circa de helft van de productie ge
meten naar de waarde. Deze verkoopen van
courantenpapier hebben echter plaats tegen
prijzen, dien den kostprijs benaderen.
De heer J. H. Smidt van Gelder werd als
commissaris herkozen.
In de elegante rookkamer, die opgepropt
stond met kunstvoorwerpen, oudheden en
curiositeiten, dronken de heeren koffie en
cognac, en zij rookten havanna's, terwijl de
gastheer, Chatel, anecdoten uit zijn verza-
melaarsieven ophaalde.
„Den prins d'Aurigny heb ik er zoo prach
tig tusschen genomen!" begon hij gnuivend.
„De heeren kennen d'Aurigny waarschijn
lijk?"
„Den ouden prins uit Bretagne! Natuur
lijk!" riep Dubao. „Die heeft heel aardige
dingetjes in zijn verzameling. Heb je hèm
beetgehad? Vertel eens op, Chatel!"
De streken van Chatel waren zeer talrijk
en zeer handig; stipte rechtvaardigheid werd
daarbij minder geteld. Maar verzamelaars
hebben eigen zeden en gewoonten, en zelfs
een eigen moraal. Niemand had op Chatel
iets aan te merken integendeel, men be
schouwde hem als een meester, van wien
nog wat te leeren valt Niemand kon zoo
goed als hij voetangels en klemmen, vallen
en mijnen leggen, om in net bezit van een
begeerd voorwerp te komen.
De vrienden groepeerden eich om den
haard en Chatel begon:
„Verleden jaar had ik zaken in Bretagne,
en ik ging even bij d'Aurigny aan. We zijn
al van onze jeugd af bevriend."
„En prins"', zei ik na de gebruikelijke groe
ten, „hebt u nog iets moois opgedoken sinds
onze laatste ontmoeting?"
„Ja kijk, hier is een munt, die ik me
zelf cadeau heb gegeven. Niet kwaad, hé?"
Ik nam de munt in de hand. Het was een
prachtig goudstuk, met bloemenranden, keu
rig bewaard gebleven, een zeer zeldzaam
stuk, dat aan mijn Romeinsche serie ont
brak: een keizerin Faustina, zooals geen van
onze verzamelaars er een had. Aan den
eenen kant stond de buste van de keizerin,
met golvend haar, aan den anderen kant
een gladiatorengevecht met de woorden:
Felicitas Republicae. Zoo'n achterkant was
ik nog nooit tegengekomen, en ik had toeh
al vrij veel Faustinamunten. Ik nam on
middellijk het besluit, die munt tot iederen
prijs ln mijn bezit te krijgen. Maar ik voelde
wel, dat dit by een man als de prins niet
makkelyk lukken zou, vooral .niet, als ik
myn gretigheid liet blijken.
Ik gaf hem dus de munt met een onver
schillig gezicht terug en zei: „Zooals u zégt,
niet kwaad, prins maar u hebt wel betere
dingen!" En toen begon ik zijn Limoges-
ómail te prijzen, en zijn Italiaansch aarde
werk, en de zeldzame middeleeuwsche rin
gen, die werkelijk heel mooi zijn. En toen
kwam ik zoo terloops op de munt terug, nam
die in de hand en bekeek haar nog eens.
„Ze is toch beter dan ik eerst dacht,
prins", zei ik. „Zeker een aardig sommetje
voor betaald?"
„Voor niets heb Ik haar niet gekregen
maar ik heb toch geen oogenblik spijt van
mijn handel".
,Dus u zoudt 't dingetje niet willen ver
koopen, voor byvoor'oeeld 't dubbele?"
„Geen kwestie van", zei de prins.
Nu 't eenmaal zoover was, kon ik niet
meer zwygen. Ik bood hem aan te ruilen
met myn mooiste munt van Pisano, ik rede
neerde maar hoe meer ik aandrong hoe
koppiger hp weigerde. Ik ging met leege
handen naar huis voor 't eerst van mijn
leven verslagen.
Maar toch gaf ik de hoop niet op. In den
trein besloot ik: ik móest de Faustina heb
ben, wat ze me ook kostte! En toen ik in
Parijs kwam, maakte ik aanstonds een plan
en begon het uit te voeren.
De d'Aurigny's, zoo dacht ik, zyn een oude
familie ze moeten in de geschiedenis, en
zelfs in de kruistochten al, een rol gespeeld
hebben. Daar moet ik eerst meer van weten.
Ik studeerde en snuffelde in myn eigen
boeken vond ik niets, dus ging ik naar de
Nationale Bibliotheek. Na acht dagen vond
ik eindeiyk een Aymar d'Aurigny, alleen den
naam maar met een noot, die naar 'n
oude Vlaamsche kroniek verwees. Die was
gelukkig ook in de bibliotheek en ik las on
de aangegeven bladzyde deée regels ik
ken ze van buiten „Dit zyn de namen der
helden, die in den slag van Bouvines aan
Frankryks zijde streden: Eudes, hertog van
Bourgondië, Guy d'Aurigny, Mathieu de
Montmorency, Guillaume des Barres en vele
anderen."
Nu ging ik het wapen der familie d'Au
rigny zoeken, wat maar weinig moeite kost
te. Ik schreef de passage uit de kroniek over,
trok het wapen op vloeipapier over. sprong
in een rijtuig en liet me onmiddeliyk naar
Bernard ryden. Die maakt, zooals u weet,
zulke knappe nabootsingen, dat men in alle
muntenkabinetten van Frankrijk en Navar-
ra werk van hem vindt.
Ik zei tegen Bernard: „Ik heb een buiten
gewoon moeilijk werkje voor u misschien
zult u 't onmogelijk vinden, zoo'n kunst- en
meesterstuk te maken als ik graag hebben
wou."
Bernard antwoordde onmiddellijk: „Alles
kan gemaakt worden. Als er maar tyd en
geld genoeg is."
„Tyd kunt u krygen, zooveel u maar wilt.
en den prys kunt u zelf bepalen", zei ik.
Hy vroeg, waar 't om ging. Ik zei, dat ik
een munt uit de dertiende eeuw wou heb
ben: van brons; aan den eenen kant een
van top tot teen geharnaste ridder met het
opschrift: „Guido d'Aurigny, heer van Mont-
dory;" geen jaartal die zette men toon
nooit op munten; aan den achterkant een
schild, het wapen van Guido D'Aurigny,
zooals Ik het uit een memoriaal had overge
trokken.
„Goed" zei Bernard, „over drie maanden
is de munt klaar"
Ik had myn wraak in den zak.
Op den bepaalden dag kreeg ik visite van
Bernard en "k ging direct naar Bretagne.
Ik gunde me nauweiyks tijd om te ontbijten,
en met één sprong was ik in het oude slot.
Ik viel natuurlijk niet met de deur in huis. In
't begin praatte ik heelcmaal niet over de
Faustina. Eerst toen we een uurtje over alles
en nog wat gebabbeld hadden, en ik op 't
punt stond, afscheid te nemen, stak ik als
by toeval mijn hand ln mijn vestzak en
baalde er de munt van Guy d' Aurigny uit.
„Hé, prins, nu zou ik nog haast vergeten,
dat ik u iets wou laten zien. Ze kwamen
voor 'n paar dagen met dit din-ret'e bij me.
Ik wou 't eerst n'et hebben, want de der-
j tiende eeuw laat me koud Maar toen ik er
uw familienaam op zag staan, heb ik 't maar
gekocht!"
De prins nam de munt tusschen zyn vin
gers, gebruikte zijn loupe en bekeek de munt
met groote verwondering, die al vlug in een
zekere verslagenheid overging.
.Kolossaal!" riep hij uit, „dat is merk
waardig! Guy d'Aurigny, heer van Mont-
dory! Ik zou hebben durven zweren, dat de
oudste munt van mijn familie die van Adal
bert d'Aurigny was, grootmeester van de ar
tillerie, in 1667. Maar zeg eens, waf wou je
met deze munt doen? Als je er toch geen
bijzondere waarde aan hecht, kon je 'm wel
aan my overdoen!"
Daar kwam natuuriyk niets van ln. Ik zei,
dat ik gewoon was te houden, wat ik een
maal had. Als je iets wegdeed, had je er
later altijd spijt van
Teen begon de prins te pleiten. „Begryp
toch eens aan, beste vriend", zei hy, „wij
stammen regelrecht van dien Guy d'Aurigny
af dat wapen hebben we nóg, behalve een
paar kleine veranderingen, die Lodewyk
XIII er in gebracht heeft! Je weet, dat we
Montdory ook nog hebben, hier vlak ln de
buurt. Die Guy is onze beroemdste voorva
der, en zyn rol in den slag van Bouvines in
1214 is de trots van ieder, die d'Aurigny
heet. Je begrypt, hoe ik daarom op die munt
gesteld ben ik geef je het dubbele van
wat hij jou gekost heeft het driedubbe
le...."
Ik zei, dat ik het volkomen begreep
maar 't was voor my een heele stap, om van
myn vatte regels ai' te wyken, ik moest er
over denken, misschien zou ik hem later ter
wille zyn. Maar ik beloofde al vast, dat ik de
munt aan niemand anders zou verkoopen.
Ik had er ontzettend veel pret in, den ar
men prins zoo als een hondje om het been
te zien draaien, tot het koud genoeg voor
hem zou zijn, om het aan te pakken. Op
eens zei ik, alsof 't me op dat moment juist
te binnen schoot: „Weet u wat, prins als
u me dan met alle geweld van myn vondst
berooven wilt, laten we dan ruilen! U weet
nog wel, dat u me verleden jaar met geen
geweld uw Faustina over wou doen. Nu zóu
ik me even koppig kunnen loonen. We kun
nen alle twee toegeven geef m(j de Fau
stina, dan krygt u uw familiemunt."
„Mijn Faustina! Een unicum! Nee, die
gaat zoolang ik leef mijn huis niet uit!"
„Goed", zei ik, „dan houdt ieder, wat hy
heeft! U uw Faustina, ik mijn Guy D'Aurig
ny". Ik liet mijn munt kalm weer in mijn
vestzak glijden, m ik was al buiten, zonder
op te merken, dat de ongelukkige prins me
probeerde tegen te houden.
De pyi zat. Ik hcefde nu alleen maar te
wachten. Inwendig lachend kwam ik weer in
myn hotel. De heeren zyn allemaal min of
meer verzamelaar, u weet, dat het nog veel
heerlijker is, een collega te foppen, dan zelf
een zeldzaam stuk te bezitten.
Drie dagen later kreeg ik een brief, vrien
den hier heb ik hem (de verteller haalde
een papier uit zyn portefeuille, vouwde het
open en las:)
„Je wint 't. Hier heb Je mijn Faustina.
Stuur my nu onmiddeliyk den Guy D'Au-
rygni."
Zoo heb ik de munt veroverd, die my al
zoo langen tijd niet uit de gedachten had
gewild; en hoe blij ik met dat stuk ben,
zult u des te beter begrypen, als ik u ver
tel, dat het in den Trésor Numismatique
niet eens voorkomt
Chótel stond op, en ging naar een re-
naissance-kastje van ebbenhout om er de
allerzeldzaamste munt uit te voorschijn te
halen,. Die ging dan ook al spoedig van
hand tot hand, en menige uitroep van be
wondering kwam van de lippen der kenners.
Alleen graaf Dubac bleef uiterst bedaard
in zyn fauteuil zitten, zyn vingers trom
melden op de bekleede leuningen. Hij had
geluisterd zonder den verteller te onder
breken, maar van tyd tot tijd vloog er iets,
dat on een lachje leek, langs zyn lippen.
„Vind je het geen buitengewoon komisch
geval?"
„Ja zeker!" gaf Dubac ten antwoord, ,,'t
Is zelfs nog komischer, dan u zelf denkt. Die
Faustina had de prins d'Aurigny nameiyk
van my, ln ruil voor twee echte Tanagra-
beeldjes. En evenals uw Guy d'Aurigny
kwam de Faustina regelrecht van Bernard!"
Op het etablissement van de K.N.S.M.
Gisteravond werd te kwart over zeven op
het etablissement van de K.N.S.M. te Am
sterdam de daar aanwezige brandmelder af
getrokken Het bleek, dat op de eerste ver
dieping van een kantoorgebouwtje, dat ge
legen is tegen een groote timmerloods, ter
plaatse brand was uitgebroken, welke zijn
oorzaak vond in een defect aan de schoor
steenleiding.
Op het brandalarm rukte zeer veel materi
aal naar de Surinamekade uit en wel de mo
torspuit en de ladderwagen van de hoofd
wacht aan de De Ruyterkade, een motorspuit
van de hulpwacht Kattenburg, een motor
spuit en ladderwagen van de hoofdwacht van
de N. Achtergracht, alsmede de drijvende
motorspuit „Jason".
Toen de brandweer ter plaatse was, bleek
spoedig, dat het meerendeel van dit materi
aal weer kon inrukken. Het vuur by de
srhcorsteenleiding op de eerste verdieping
van het gebouwtje had zich nl. alleen me
degedeeld aan het dak en een met papieren
gevulde kast. Met twee stralen kon het vuur
dat voor de brandweer verscheen, reeds door
wachtslieden van de K.N.S.M. met eigen
brandbluschmiddelen was aangetast, worden
bedwongen.
Het platte dak van het gebouwtje «noest
hierna gedeeltelijk gesloopt worden; overi
gens werd genoemde kast met inhoud een
prooi der vlammen.
De leiding van het blusschingswerk, die
aanvankelyk berustte bij den Adjunct-Hoofd-
brandmeester Schuitemaker, werd later over
genomen door Hoofdbrandmeester Brünet de
Rochebrune.
Met dat al is deze brand, welke aanvanke
lyk als „middelbrand" was aangeduid, tot
een kleinen brand beperkt gebleven.
In een onbewaakt oogenblik geraakte 1?
Wilnis het circa 3-jarig zoontje van den
caféhouder D. in de naast de woning liggen
de bruggesloot. Toen men het kind er eenige
oogenblikken later uithaalde, bleken de
levensgeesten reeds geweken. De ontboden
geneesheer kon slechts den dood constatee-
ren.
Zoo men zich herinneren zal, heeft de
Raad van Toezicht op de Orde van Advoca
ten indertyd onder meer de schorsing uitge
sproken van mr. M. L N. S. te 's-Graven-
hage wegens diens gedragingen in de Lie-
bermann-affaire. Mr. S. is hiervan teen in
hooger beroep gekomen by den Hoogen Raad
die in raadkamer een onderzoek instelde.
De Hooge Raad heeft thans deze schorsing
bevestigd.
In den nacht van Zondag op Maandag
is te Venlo ingebroken ln het Maasbuurt-
station aan de Maasbrug. Door het inslaan
van een ruit achter het station heeft de
inbreker den sleutel aan den binnenkant
van de deur kunhen omdraaien. Ontvreemd
werd een bedrag van 30 uit de cassa als
mede uit de wachtkamer sigaren, broodjes
en kleeren.
Wegens het voorkomen van gevallen van
diphtheritis onder de leerlingen van de
Christeiyke Prins Willem school aan de
Phoenlxstraat te Delft, ls gisteren deze
school gesloten.
Gisteren brandden de boerderij en
schuur van A. Kuypers te Heesbeen by
Heusden, alsmede het woonhuis van den
timmerman G. Nieuwkoop af. Van den heer
K. werd de inboedel een prooi der vlam
men; paard en vee konden worden gered.
De timmermanswerkplaats van N. bleef be
houden De oorzaak van den brand is onbe
kend. Verzekering dekt de schade.
Aan de Ringelaan onder Wassenaar is de
boerderij van den landbouwer Hoogenade
afgebrand. Drie koeien kwamen in de
vlammen om. Deoorzaak van den brand
is onbekend. Verzekering dekt de schade.
In Burgers' Dierenpark
Een bediende van Burgers' Dierenpark
Arnhem had zich Zondag tegen de voof*
schriften met den verzorger van de leeuwe"
in een der. leeuwenkuilen begeven. Nau*'e'
lyks was hy binnen of een der leeuwen "e-
sprong hem en bracht hem drie boten f0''
aan de keel. Zyn metgezel wist hem te o1'*'
zetten. De jongeman werd voorlooplg vCl^
bonden en naar het St. Ellzabethsgasthu1*
te Arnhem overgebracht. Zijn toestand v
alleszins bevredigend.
Gistermiddag is de 45-jarige schipper va0
het mosselvaartuig „Philippine 24" met e2°
zyner beenen tusschen de koppeling v01^
den motor geraakt. Het been werd 8e'
deelteiyk afgerukt. De schipper is in zorg'
wekkenden toestand naar het R. K. gast'
huis te Goes vervoerd!
Door een accountantsbediendc geholpen
By een ingesteld onderzoek vanwege h«®
Centraal Bureau van Veilingen te Den
Haag, dat de accountancy waarneemt voor
de Veilnigsvereenig.ng Zwart "h -k to l
wyk, is thans nader gebleken, dat een
bediende van genoemd bureau, dc 21-jarig
G. v. d. K., wonende te Voorburg, in relatie
heeft gestaan met den thans voortvlucb-
tigen betaalmeester De B.
De bediende is in Januari j.l. met De
een avondje uit geweest, waarbij deze hrt°
heeft overgehaald omvan zijn bevinding21
by eventueele controle der boeken van D®
B. geen aangifte te doen. Hierdoor heeft d<j
betaalmeester gedurende eenige maande"
ongemerkt zyn malversaties kunnen Ple'
gen, totdat het Centraal Bureau een nader
onderzoek instelde en de zaak aan het Iich"
kwam.
Het totale bedrag van de verduisteringen'
waarmede na Januari is aangevangen, W
dra"vt 9500 vulden.
De bediende v. d. K. is op staanden voet-
ontslagen. Daar echter niet vast is komen
te staan, dat hy medeplichtig Is, zal tegen
hem geen vervolging worden ingesteld.
Gisteravond is in een winkel voor bontman
tels en pelterijen aan den Nieuwendyk
Amsterdam, gedreven door den heer L.
J.
P., geheel uitgebrand. Oorzaak is verm2®'
delijk het wegwerpen van een sigaret.
was in het pand, dat onbewoond is, nierrian0
aanwezig. De vlammen sloegen even doé1
het plafond van den winkel, maar vond''0
in de leegstaande vertrekken van de eerst®
verdieping geen voedsel en voordat ze zich
verder hadden kunnen verspreiden, hebb2°
ze het voor de waterstralen van de brand
weer moeten afleggen. De schade aan ver
nielde en door vuur en water waard3lo°s
geworden pelterijen, is tameiyk aanzienlijk'
BRUSSEL 190a
Trekking van 28 Februari 1931
No. 22 serie 17.949 is betaalbaar met frs*
10.000, no. 18 s. 27.588 met frs. 1000, no. 5
s. 25.185 en no. 20 s. 25.998 elk met frs. 5oOt
de volgende nos. elk met frs. 250 s. 7.649
no. i. s. 12.353 na. 5» s 15.071 no. 6, s. 19.227
no. 1, s. 21.857 no. 12, s. 26.549 no. 19. de
volgende nos. elk met frs. 150 s. 3.47°
no. 10, s. 4-240 no. 19, s. 7.323 no. 13, s
8.374 no. 8, s. 13.091 no. 5, s. 14.103 no. 2°»
s. 17.031 no. a s. 17.031 no. 3, s. 19.406 no.
s. 27-345 no. 6, de nos. der volgende seri®5
elk met frs. 100 3.470. 4.240, 5.030, 6.005»
6.753, 6.933, 7-OII, 7*323. 7*^49, 7.909.
8.374, 9.220, 9.306. 9.571, 9.714 9.968.
12.186, 12.352, 12.485, 13.091, 14.089»
14.345. 15-071. 16.783, 16.957'
17-949, 18.205, 18.473, i8.8i5'
19.406, 21.857. 22.695, 24.310»
25.185, 25.393, 25-998, 26.549»
27-345, 27.588, 29.351, 29.446»
14.103,
17*031,
19,227,
24.828,
27.181,
29.501.
V//S
261.
De man bleef suffen op zijn tabouret,
Had Wim ook niet zien komen,
„Wat slaapt die hengelaar gerust," dacht Wim,
„Waar zou hy wel van droomen?"
Wim zocht een tak. Hy vond hem dra.
Nu kon het spel beginnen.
Wie iemand voor 't lapje houden wil,
262. De visschen keken heel lang naar hun prooi,
Die hun juist was ontnomen.
„Waarom moest ook," zei een haai bedroefd,
Zoo'n vliegenden kerel komen!
Waarom ontnam hy ons zulk een hap,
Ik begin er van te watertanden."
„Ja, waarom," zei een ander boos,
0
0
0
0
0
0
0
0
0
1
0
0
Die moet maar iets verzinnen, „Nam hy het uit onze handen?"