f f3000.- f 750.- f 250, f125.- f50.- f40. SPAANSCHE REIS-INDRUKKEN riT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN VRIJDAG 1 MEI 1931 VIER EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 177S7 AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EH TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL li. DE KALME REVOLUTIE De nieuwe regeering meer socialistisch dan uitsluitend republikeinsch Gecompliceerd spoorweg- ongeluk bij Apeldoorn Chemisch laboratorium in de lucht gevlogen 200 dooden en gewonden? W oonf orensenbelasting te Noordwijk Dit seizoen wordt zij niet geheven Prinses Juliana naar Londen? Een zwaar, twee licht gewonden De nieuwe moeilijkheden in China Kanton in handen der tegenstanders der regeering De Partijstemming Minder juist optreden Koninklijke Nederl. Vereeniging voor Luchtvaart Honderden nomaden door dorst omgekomen Aanhoudende droogte oorzaak VOORNAAMSTE cWIEUWS J. J. WEBER ZOON OPTICIENS - FABRIKANTEN Groote Houtstraat 166 Haarlem Telegrafisch Weerbericht Ongevallen bij de Fransche Militaire Luchtvaart Twee dooden en drie zwaar gewonden Een Don Alfonso-incident In het Engelsche Lagerhuis BUREAUX NA8SAULAAN 49 Telefoon No. 13866 (drie lijnen) Postrekening No. 5970. ABONNEMENTEN: voor Haarlem en Agentschappen: per week 25 et.; per kwartaal 3.25; per post, per kwartaal 3.58 by vooruitbetaling. HAARLEMSCHE ADVERTENT!EN 35 ct. p. regel VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN. TIES. 11 regels 60 ct. p. plaatsing; elke regel meer 15 et. by vooruitbet By contract belangryke korting. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN tusschen den tekst 60 ct per regel. Alle abonné's op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen- Levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door verlies van beide armen, beide beenen ot beide oogen bij eenongeval met doodcliiken afloop bij verlies van een hand een voet of een oog oij verlies van een duim of wijsvinger bij een breuk van been ol arm bij verlies van *n anderen vingei Madrid, 20 April 1931 Kalm, vooral heel kalm, is de Spaan- sche revolutie verloopen. Zeker, er was enthousiasme, er was belangstelling, men klom op trams en in boomen om toch goed het oogenblik waar te nemen, waarop het voorloopig Republikeinsch Gouvernen ent op het balkon van het paleis van het Gouver nement zou komen om de proclamatie der Republiek voor te lezen. Maar er was zoodanige eensgezindheid, en het ging alles zoo gemoedelijk, opgewekt en vroo- lijk, dat men eerder aan een grooten feestdag dan aan een belangrijke poli tieke verandering kon denken. Ja, als men ons niet min of meer op de hoogte had gesteld van den gang der gebeur tenissen, zouden wij wel gemerkt hebben, dat er iets bijzonders gaande was, maar wij zouden wellicht het allerlaatst aan een omwenteling hebben gedacht! Geheel zonder uiterlijke kenteekenen is de revolutie niet voorbijgegaan, want men vindt het ook aan andere stand beelden. Maar alles bij elkander is Ma drid zooals het een week tevoren was, en wij, die als toeristen hier zijn, bemerken niet de minste stoornis. Wij hebben natuurlijk het Koninklijk paleis niet kunnen bezoeken, maar wij hebben het nog juist waargenomen, dat wij de wacht zagen aflossen. Dat gebeurde eiken ochtend om 11 uur, en steeds stond een dichte menigte samengedrongen om het te zien. De wacht bestond uit in fanterie, cavalerie en artillerie en het aflossen ging eiken dag met muziek en groot ceremonieel gepaard. De eigen aardige paradepas trok niet minder de aandacht dan de kleedij der garde soldaten, te paard langs den breeden weg van het paleis geplaatst en gekleed in uniformen, die aan den Napoleon- tischen tijd deden denken. Wij stonden er samengedrongen met vele anderen op dienzelfden ochtend, dat in 'het paleis de beraadslagingen tusschen Koning Alfons en zijn verantwoordelijke mi nisters plaats hadden, die zouden leiden tot het besluit van vertrek uit het land, dat voor geheel Spanje een verrassing was. Wel niemand dergenen, die daar stonden, kon vermoeden, dat dit de laat ste maal zou zijn, dat de aflossing van de wacht plaats had, en dat nog dien zelfden avond over de Plaza de las Armas, die het mooie uitzicht over de Manzenares en de vlakte toestaat, de auto zou rijden, die den koning zou voeren naar Cartagena, om zich in te schepen naar het buitenland. Voor hoe lang? Neen waarlijk, men kan dit geen revo lutie noemen, want een revolutie wijst op iets gewelddadigs. Men zou eer van een verandering van gezag willen spre ken, en wat daarbij opvalt, is, dat die verandering te kalm is. Van de linker zijde heet het nu, dat men dezen uitslag van de stembus heeft voorzien, en de vlugheid, waarmede onmiddellijk na het vertrek des Konings de samenstelling der voorloopige republikeinsche regee ring werd bekend gemaakt, wijst er op, dat men in het republikeinsche kamp niet te zeer verrast was. Maar toch, dit nobele gebaar, dat ook van reoublikein- sche zijde als nobel wordt erkend, is een geste van den Koning, die lang zal blij ven leven. Spanje heeft moeilijke jaren doorgemaakt; Primo de Rivera kon het niets anders zien dan overgeleverd aan de grillen en de intriges der politici. Met forsche hand greep hij in; schafte mis bruiken af, maar schiep tegelijkertijd nieuwe. Zijn dictatuur was wellicht voor Spanje niet te verwerpen, maar zij duurde te lang. Het is het groote gevaar van elke dictatuur, dat deze uit vrijen wil niet beëindigd kan worden op strafte dat de te lang samengebonden kracht zich zal uiten. Het glorieuze jaar 1929, toen de blikken van geheel de wereld zich naar Sevilla en Barcelona richtten, schonk afleiding, maar nauwelijks was deze voorbij of de actie van Primo de Rivera deed zich zoo scherp gelden, dat deze moest aftreden. Beter had men ge daan de dictatuur vrij te laten dan een opvolger te kiezen, die nog minder dan Primo voor deze zware taak was bere kend. De gebeurtenissen thans over ziende, aanschouwt men daarin een snelheid, die verwonderlijk is. Want Spanje, al heeft het een drietal republi keinsche jaren gekend, is monarenie door en door, en in zooverre kan men van een te kalme revolutie spreken, dat monarchistische tegenstelling te wei tot uitdrukking komt. Nog eens toch heeft een Koning Madrid verlaten; het was in 1873 Amadeus van Savoye. Na zijn vertrek verklaaide het Congres Spanje tot republiek, maar in 1876 kwam deze republiek, onderling voortdurend verdeeld, ten einde en de vader van Alfons XIII, de zoon van Isabella II, kwam op den troon, dien hij tot zijn dood, ruim tien jaren later, bleef in nemen. Hoe zal het den zoon met het ongelukkig naamcijfer gaan? Ten allen .tijde heeft men in Spanje de tegenstelling van monarchaal en republikeinsch gekend. Er hebben ten allen tijde republikeinen in de Cortes zitting genomen. Maar de ontevreden heid over de dictatuur, het persoonlijk aandeel, dat men den Koning daarin toeschreef, heeft geleid tot een geweldige uitbreiding van het republikeinsche kamp. Nog niet zoo heel lang geleden, toen Koning Alfons XIII pogingen on dernam tot vorming van een sor t par lementair kabinet, moest de conserva tieve minister Sanchez Guerra zich naar de centrale gevangenis van Madrid be geven om daar te spreken met de achter kerkertralies aanwezige politieke leiders. Men stelle zich overigens die straf niet al te erg voor, want Alcala Zamora, die nu hoofd van de Republiek is, ontving er eiken dag de tal van aanhangers, die hem wilden komen bezoeken. Met Fer nando de los Rios, bekend rechtsch- philosoof en publicist, die eveneens in de gevangenis vertoefde en thans het ministerie van Justitie beheerscht, was het al niet anders. En in de onmiddel lijke nabijheid vertoefde Cabalero, een der leiders van de socialisten, die er ook eiken dag deputaties ontving. Van ver strekkende beteekenis was het, dat de verschillende linkerpartijen zich ver- eenigden; dat het anti-dynastiek gevoel socialisten en republikeinen bij elkaar bracht. Want zij, die ontevreden waren en aan de ontevreden beweging leiding gegeven hebben, zijn wèl vogels van zeer diverse pluimage. Zamora en Miguel Maura vormden nog niet lang geleden de republikeinsch-rechtsch-liberale par tij, terwijl Ortega y Gasset behoorde tot de republikeinsch radicaal-socialistische partij, en Alexander Lerroux de ziel was van de radicaal-republikeinsche partij. Vermoedelijk hebben zich in den boezem dezer partijen veranderingen voltrokken reeds gedurende het bewind van Primo de Rivera, maar dat kwam zoo niet naar buiten. Het overgangstijdperk van Ge neraal Berenguer heeft in elk geval dit voordeel gehad, dat de opgekropte onte- vredenhéid een uitweg vond in politieke demonstraties, al moest ook daarvan de verwonderlijke kalmte worden gewaar deerd. Zijn er dan, zoo is men geneigd in deze dagen te vragen, in Spanje geen monarchale partijen meer? Niets is min der juist, maar deze partijen, de demo cratische, de liberale en de conservatieve, hebben zich als een Dond der constitu- tionalisten vereenigd. Deze telden een democraat als Alvarez naast den con servatief Sanchez Guerra en naast den liberaal Vilanueva tot leiders. Zij allen streden voor een geheel vrije verkiezing van de nieuwe Cortes; vormden oppo sitie tegen de gedachte van Berenguer om als het ware onder zijn leiding ge heel een Cortes te doen verkiezen en stilzwijgend aan te nemen, dat deze de monarchale gedachte zou handhaven- Men kan zonder vrees voor tegenspraak aannemen, dat de constitutionalisten eigenlijk de beteekenis van dit eigen op treden hebben onderschat. Zij zijn te veel aan de monarchale gedachte ver bonden om te kunnen aannemen, dat zij de bon coeur aan het ten tooneele ver schijnen van het republikeinsch regime hebben medegewerkt. Neen, zij hebben begrepen, dat in de gegeven omstandig heden niets anders viel te doen dan er zich bij neer te leggen. Maar zoo straks zal de verkiezingsstrijd aanvangen, en wat er dan van de eenheid, die in het negatieve is getoond, zal overblijven, moet worden afgewacht. Dat is zeker, het is niet waarschijn lijk, dat het zoo zal blijven. De nieuwe regeering is meer socialistisch dan uit sluitend republikeinsch, en vele harer manifesten dragen dit kenmerk. Nu loopt zij reeds dadelijk het gevaar dat zij te veel in extremistische richting zal afzakken, en reeds verluidt, dat Mos kou zich niet onbetuigd laat. Tot dus verre heette het altijd, dat de Commu nisten geen voet aan den grond in Spanje zouden kunnen krijgen, en hoe wonderlijk het schijnt, dit lijkt, voor wie Spanje kent, juist. Want Spanje is een arm land, maar geen ongelukkig, geen ontevreden land. In de van elke wel vaart verstoken dorpen, die wij hier doorgaan, zien wij meer zon op het ge laat dan in de meest welvarende dorpen bij ons ten plattelande. De Spanjaard vraagt weinig van het leven, weinig althans in materieelen zin; hij is ook wei nig gewend. Bij zulk een volk vindi her. communisme niet spoedig ingang, en de industrie is in Spanje niet ontwikkeld genoeg om het een voedingsboden te verschaffen. Maar toch, wanneer men eenmaal zekere democratische tenden- zen heeft vooropgesteld en men gaat niet steeds in die richting voort, krijgt het uiterste vat, al moet men bij Spanje oppassen met vergelijkingen met Wes telijk Europa, waarop het in niets ge lijkt. De andere moeilijkheid die dreigt is deze, dat Spanje ook niets minder be hoeft dan in de vroegere fouten der po litieke leiders te vervallen. Men heeft zoo getoomd tegen de dictatuur van Primo, maar heeft men wel eens nage gaan wat deze om hals bracht? Een verpolitiekt stelsel zonder weerga. Primo toornde wellicht tegen de politieke lei ders,. wijl zij den verderen veldtocht in Marokko tegenhielden, maar hij kon te recht Ook tegen hen toornen, omdat ze door hun onderlinge tweespalt verbete ringen uitstelden, en liberalen en demo craten en conservatieven elkander om beurten den bal toewierpen. Wanneer het z.g. nieuwe geluid te spoedig zou vervagen, en men zou vervallen in de oude fouten, zou het waarlijk de moeite van de verandering niet waard blijken. In elk geval, wat er zal gebeuren, ligt in de toekomst. De Spanjaard, hoezeer ook voor politiek geïnteresseerd, maakt zich niet al te druk om den dag van morgen. Hij wacht af, rustig, naar het uiterlijk bijkans onbewogen. Zoo wacht men blijkbaar nu in Madrid en elders. Nu zal er spoedig een nieuwe Cortes komen; dit moet wel het eerste pro grampunt van de nieuwe regeering zijn. Welke kleur zal zij hebben? Welke da den zal zij verrichten? Spanje weet het niet; noch de Koning, die is heenge gaan, noch het voorloopig bewind, dat is gekomen, kan antwoord geven. En wij, vreemdelingen in Madrid en in geheel Spanje, wij kunnen slechts ernaar gis sen en het beste hopen voor zoo'n mooi, zoo'n sympathiek land. M. Te Nictheroy in de Bocht van Rio de Ja neiro is het chemisch laboratorium van het Brnziliaansche Ministerie van Marine in de lucht gevlogen. De explosie ontstond in de ladingafdeeling van de torpedobootenhal. Z:j was zóó sterk, dat een in de nabijheid staand drie verdiepingen hoog huis eveneens verwoest werd. Men neemt aan, dat de helft van het uit 400 man bestaande personeel gedood en gewond is. Reeds 45 dooden geborgen Omtrent het ernstige ontploffings-ongeluk in het Laboratorium der Braziliaansche Ma rine wordt nog gemeld, dat er tot dusverre reeds 45 dooden en 70 gewonden geborgen zijn. Zooals bekend, is bij de behandeling der begrooting voor 1931 van de gemeente Noord- wijk eenige maanden geleden gesproken over den voorloopigen begrootingspost, van de heffing van een woonforensenbelasting in 1931. In een voor eenige weken gehouden raads vergadering kwamen B. en W. met omlijnde voorstellen betreffende deze heffing, doch de raad was voor aanhouding, opdat nader onderzocht zou kunnen worden, welke uit werking en gevolgen het heffen van een dergelijke belasting zou kunnen hebben. Dit onderzoek heeft tot resultaat gehad, dat B. en W. van Noordwijk thans aan den raad schrijven, dat zij hun voorstellen tot heffing van een woonforensenbelasting tijde lijk terugnemen en dat deze aangelegenheid bij de begrooting 1932 nader onder de oogen zal worden gezien. Hiermede is in ieder geval voor het aan staande seizoen de woonforensenbelasting van de baan. Gast van gTaaf en gravin van Athlone Naar de „Tel." aan de „Evening News" ontleent, is prinses Juliana voornemens deze maand een bezoek aan Londen te brengen. Het Engelsche blad acht het waarschijnlijk, dat prinses Juliana tijdens haar verblijf in Engelands hoofdstad de gast zal zijn van den graaf en de gravin van Athlone, die, zooals bekend is, geparenteerd zijn aan onze koninklijke familie. Lord en lady Athlone en hun dochter Mary Cambridge zijn gisteren uit Constan'cinopel vertrokken en worden in het begin van de volgende week te Londen verwacht. Aanzieniyke materieele schade Gisteravond tegen acht uur had een ern stig spoorweg-ongeluk plaats op den bewaak ten overweg te Apeldoorn bij den Arnhem- schen Straatweg. Terwijl men bezig was met het rangeeren van een locomotief, botste deze tegen een andere onder stoom staande machine aan. Deze nam een drietal wagers mede en passeerde den bewaakten overweg alwaar juist een vrachtauto aankwam, die in volle vaart tegen den passeerenden trein reed. Op den vrachtauto bevonden zich, behalve de eigenaar, de heer S. van Asselt, diens twaalfjarig zoontje en een knecht van eerst genoemde, de heer Bomhof. De vrachtauto werd teruggeslagen en kwam tegen het wachthuisje van den overwegwachter aan, waarin zich de spoorwegarbeider H. van der Velde bevond, die zich echter bijtijds in vei ligheid kon brengen. Door den schok werd de vrachtauto verbrijzeld en het wachthuisje een tiental meters weggeslingerd. De inzit tenden werden tusschen de ruïne wegge haald en door de spoedig ter plaatse zijnde doktoren F. J. Hagen en J. Hermanides ver bonden. De toestand van den heer Van As selt was zoodanig, dat hij terstond naar het ziekenhuis moest worden overgebracht, daar hij zware hoofdwonden en inwendige kneu zingen had bekomen, terwijl de overigen, na verbonden te zijn, per politie-auto naar huis konden worden gebracht. De inmiddels doorgeloopen machine met wagens liep tegen een gaswagen aan, waar bij een wagen derailleerde en een andere in elkaar werd geschoven. Onder leiding van den hoofdinspecteur van politie, J. Helder, zorgde een sterke po litiemacht voor omlegging van het Duitsche verkeer, aangezien de chaos zeer groot was en niemand den overweg kon passeeren. On middellijk liet de stationschef de heer P. H. v. d. Born met het opruimingswerk een aan vang nemen. De schade is zeer aanzienlijk. Volgens een bericht van de „Daily Ex press" Is Kanton Donderdag zonder strijd in handen van generaal Tsjen-si-Tang ge vallen. Tsjen-si-Tang is ct-n bondgenoot van Hoe-han-Min, den tegenstander van presi dent Tsang-Kai-Chek. De gouverneur van Kanton is gevlucht. De „Times" meldt uit Sjanghai, dat de regeering Donderdag een verklaring heeft gepubliceerd over de onafhankelijkheidsbe weging in Zuid-China. De regeering te Nanking schrijft de be weging toe aan ontevreden elementen. Vele Zuidelijke provincies hebben zich bij de beweging aangesloten en de vlucht van den gouverneur van Kanton wordt als een ernstig teeken beschouwd. Desondanks ge looft men te Nanking de orde spoedig te kunnen herstellen, wanneer de beide be trouwbare devisies van Kanton, die nog in Kiangsi tegen de communisten strijden, terug gebracht zullen zijn. „De Residentiebode" ontving eèn klacht van het stembureau in de Helmersstraat t,e Den Haag, dat daar een aantal zusters- religieusen en ook verpleegden van het gesticht Toussaintkade aan de stemming deel namen, met een bepaald advies bij zich, waartoe zü opdracht hadden gekregen om dit over te brengen op het stem biljet. Op zich zelf is daar natuurlijk weinig tegen in te brengen, maar de methode waarop hier gestemd wordt, lijkt het blad toch niet erg gelukkig of bevorderlijk voor een juist politiek leven. Bij de candidaatstelling voor de Staten kwamen een groot aantal zusters bij den voorzitter van het stembureau met de bood schap, dat zij moesten stemmen op mej. Coebergh en zij vroegen hoe zij dit moesten doen. Ditmaal kwamen de zusters met een lijst van 20 personen, precies met de cijfers zooals die ook op het stembiljet ingevuld moesten worden. Daarbij stond mej Loeff nummer één en de heei v. d. Akker, de candidaat der Kath arbeiders no. 20. Men deelt de „Resb.'' mede, dat er ook verpleegden kwamen uit het gesticht Tous saintkade, met de boodschap: „Wy moeten van de Eerw. Moeder zoo en zoo stemmen, wilt u ons even helpen?" Het behoeft geen betoog, schrijft de „Resb.", dat wij allerminst waardeering kun nen hebben voor deze methode. Formeel moge hier de vrijheid om naar eigen inzicht te stemmen, niet aangetast worden, practisch komt er weinig van terecht. En krijgen we op die wijze politieke in vloeden langs een niet juisten weg aan het werk, die feitelijk geheel buiten het politieke leven staan. De klacht welke wij hier uiten is niet nieuw. In Maastricht is zij ook gehoord en het verluidde zelfs, dat de Kath. Kiesver. aan de religieuse Oversten had verzocht hun onderhoorigen niet aan de stemming voor de candidaatstelling te doen deelnemen. Wij zouden niet willen beweren, dat dit de juiste methode is. Maar wat nu in de Helmersstraat tot tweemaal toe gebeurd is, is toch oc met een gezond politiek leven niet in overeen stemming. Wij zouden althans veel liever zien, dat onze religieusen niet op die wijze in den politieken strijd, binnen de Kath. Kiesver- eeniging," party kozen. Daar zijn, het behoeft nauwelijks nader betoogd te worden, groote nadeelen aan verbonden. Vliegen in de West Gisteravond hebben de heeren H H. D. J. de Vries en U. F. M. Dellaert, 'n het Kolo niaal Instituut te Amsterdam, een voor dracht gehouden over een door hen, in op dracht van de Nederlandsche Regeering, gemaakte luchtvaartkundige studiereis naar Curacao en Suriname. Deze avond was gearrangeerd door de Ko ninklijke Ned. Vereeniging voor Luchtvaart en het „Comité Vliegtocht Nederland-Indië." Zijne Excellentie Generaal b. d. C. J. Snij ders opende dezen avond en sprak een woord van welkom tot de aanwezigen. Ver volgens sprak Z.Exc. eenige woorden over de onderwerpen „Het Luchtverkeer" en de „West Indische Koloniën." Deze avond, aldus spreker, kan u misschien het verband tusschen deze twee zoo zeer uiteenloopende onderwerpen duidelijk maken. Reeds in het begin van den tijd dat Ne derland iets begon te beteekenen m de lucht vaart, schonk het aandacht aan de lucht vaart in West-Indië. Onze regeering is echter teruggedeinsd voor de groote kosten, die het luchtverkeer in West-Indië in zijn eerste sta dium met zich mee zou brengen. Onze West- Indische Koloniën verkeerden destijds als het ware in een isolement. Door de energie van verschillende Amerikaansehe Maatschappijen is daar echter verandering in gekomen en is er luchtverbinding met deze koloniën ont staan. Het was voor de Nederlandsche Re geering niet pleizierig, dat de Amerikanen haar voor waren. De Nederlandsche lucht vaart heeft toen toch getracht een zekere reputatie te verkrijgen en heeft een vlieg tocht NederlandWest-Indië willen arran- geeren. Het comité vliegtocht West-Indië heeft toen bijdragen gevraagd om een afge vaardigde te kunnen zenden gelijk met den Nederlandschen vertegenwoordiger. Aldus is geschied. De heeren H. H. D. J de Vries en U. F. M Dellaert werden door de Nederland sche Regeering uitgenoodigd een studiereis naar de West-Indische Koloniën te maken en beiden verklaarden zich bereid deze op dracht op zich te nemen. Deze avond, aldus besloot spreker, moge er toe bijdragen de belangstelling voor het luchtverkeer en voor onze koloniën te versterken. Vervolgens was het woord aan den heer U. F. M. Dellaert. Spreker verhaalde de on dervindingen, welke be'de heeren tijdens him studieieis hadden opgedaan. Beiden padden een andere route gevolgd, teneinde Wooveel mogelijk ervaring op te doen. De heer De Vries was gegaan via de Groote en Kleine Antillen, de heer Del laert vla Panama en Colombia. Spreker zette uiteen, aan de hand van verschillende cij fers en gegevens, welk een groote plaats de luchtvaart, in Amerika in het verkeer in neemt. „Nederland, aldus spreker, dat toch een groote plaats in de luchtvaart inneemt en zich op dit gebied met bijna alle landen kan meten, heeft hier nog niet veel verricht." Hierna gaf de heer H. H. D. J. de Vries rnog een korte beschouwing van zijn onder vindingen. „De Nederlandsche Regeering mag te traag geweest zijn met het invoeren van de luchtvaart in West-Indië, toch is er wel de noodige activiteit betoond. De K.L.M. heeft zich in de eerste jaren van haar be staan reeds in contact gesteld met de Gou verneurs van Curasao en Suriname." Spreker had van den Minister van Koloniën opdracht gekregen, te gaan zien welke kansen er voor Nederiandsch luchtverkeer in West-Indië zijn. Hij was na zijn onderzoek tot de over tuiging gekomen, dat uit financieel oogpunt de resultaten te slecht zouden zijn. Spreker had speciaal onderzocht hoe groot het passagiers-vervoer tusschen Curasao en Suriname is, omdat bij de luchtvaart het eerste-klas passagiersvervoer de hoofdzaak is. Spreker was tot de overtuiging gekomen, dat het vervoer tusschen Curacao en Suri name vrijwel nihil is. Maar uit politiek oogpunt acht spr. het zeer gewenscht, dat er in West-Indië een Ned. Luchtvaart Mij. komt. In de eerste plaats is de tijd niet ver meer af, dat de luchtvaart in het wereldverkeer de eerste plaats in zal nemen. In de tweede plaats is ons nationaal bewustzijn in West-Indië da nig aan het tanen. Het is zelfs zoo sterk, dat onze taal langzamerhand gedoemd is te ver dwijnen. Men kan thans nauwelijks met Hol- landsch op Curacao terecht. Daarom is een eigen Ned. Luchtvaart in West-Indië, uit po litieke overwegingen, zeer zeker aan te be velen. En dan welk nut heeft een vliegdieust niet voor landopmetingen, het bepalen van grenzen en het aanleggen van kaarten van het binnenland. Thans wordt weer een expeditie uitgezon den tot het vastleggen van de juiste grenzen. Twee maanden zal deze expeditie onderweg zijn; dezelfde tocht kon per vliegmachine in drie uren gemaakt worden. Het binnenlandsche luchtverkeer wordt nu waargenomen door Fransche Maatschappijen met Fransche vliegtuigen. Nederland had hier een prachtig afzetgebied kunnen vin den. Thans is dit waarschijnlijk te laat. Laat ons althans nog overwegen een kleine kern van Nederiandsch luchtverkeer op Curacao te stichten." Met deze woorden besloot spr. zijn interes sante voordracht. Ten slotte werd nog een film vertoond, welke de heeren tijdens hun reis zelf had den opgenomen. Deze film gaf ons ook een goed beeld van de groote plaats, welke de luchtvaart in het verkeer in Amerika in neemt. Volgens berichten uit Basrah zijn honder den nomaden in de steppengebieden van Zuid-Syrië en Centraal-Arabië omgekomen tengevolge van droogte. Tal van bronnen werden hierdoor volkomen uitgedroogd. De toestand is zoodanig, dat men vreest, dat alleen die nomadenstammen, die reeds die pere bronnen of nog waterhoudende stroo men hebben kunnen bereiken, den zomer zul len doorkomen. De regeering is verzocht vaten water en zakken graan per auto naar de stammen te zenden. Gecompliceerd spoorwegongeluk te Apel doorn. (blz. 1. 1ste blad) Bij een ontploffing in een laboratorium te Nictheroy bij Rio de Janeiro zijn tweehon derd dooden en gewonden. (blz. 1, 1ste blad) Kanton in handen van de tegenstanders der regeering gevallen. (blz. 1, 1ste blad) Ernstige ongevallen by de Fransche mili- taiie luchtvaart. (blz. I, lste blad) De nieuwe tarieven in Duitschland. (blz. X, 3de blad) Operaties op Madeira begonnen. (blz. 1, 3de blad) Het Roemeensche parlement ontbonden. (blz. X, 3de blad) Zuid-China zou zich onafhankelijk ver klaard hebben. (blz. 1, 3de blad) De Tweede Kamer heeft zonder hoofde- lyke stemming het ontwerp wijziging Vis- scheriiwet aangenomen. (blz. 2, 3de blad) De Nederlandsche delegatie ter Arbci.li- conferentie te Genève. (blz. 2, 3de blad) De Belgische Kamer heeft een verlaging der schadeloosstelling van Kamerleden ver worpen. (blz 2, 3de blad) Barometerstand 9 uur' vjn. 765. Stilstand. LICHT OP. De lantaarns moeten morgen worden opgestoken om: 7.54. Hoogste barometerstand 767.1 te Isafjord. Laagste barometerstand 749.1 te Stamo- way. Verwachting: Zwakke tot matigen, Zuid- Oostelijke tot Zuid-Westelijken wind, aan vankelijk half tot zwaar bewolkt, later toe nemende bewolking, aanvankelijk weinig of geen, later waarschijnlijk eenige regen en koeler. Bij de Fransche militaire luchtvaart hebben Donderdag drie ernstige ongevallen plaats gehad. Nabij Mont Elimar is een bombardements vliegtuig van 200 Meter hoogte neergestort. De beide inzittenden waren op slag dood. Eenige uren later is nabij Pontoise een jachtvliegtuig bij de landing over den kop geslagen en vernield. De beide inzittenden werden levensgevaarlijk gewond. Bü Hyèrers stortte een watervliegtuig van 100 Meter hoogte in zee, waarbij de bestuur der ernstig werd gewond. Het is in het Engelsche Lagerhuis tot om gewonden tooneelen gekomen, toen het ver blijfsrecht van den ex-Koning van Spanje, Don Alfonso, ter sprake kwam. De Labour-afgevaardigde Hardie vroeg den Minister van Binnenlandsche Zaken, of hij in de toekomst kwesties, die betreking hebben op het asylrecht, door het Lagerhuis wil laten behandelen. De regeeringsvertegen woordiger achtte dit niet noodzakelijk. Hardi schreeuwde daarop terug, of dit misschien ook van toepassing was op het geval van „Mr. Bourbon", vroeger in Spanje woonach tig. Van alle kanten werd „Orde! Orde!" ge roepen. De voorzitter weigerde de beantwoor ding van de vraag van Hardi. De leider van de Onafhankelijke Arbeiderspartij maakte daarop den Speaker er op opmerkzaam, dat een reeks van vragen over ex-Koning Alfon so den laatsten tijd geweigerd is. Toen de Speaker dit trachtte te motivee- ren, riep plotseling de arbeidersafgevaardig- de Kirkwood uit, dat deze kwestie in het Lagerhuis moest worden bespn *r ,Het oe- treft hier een man, die uit zijn r.rire ven is. Hij heeft dearbeidersklas, v; moord. Groote onrust ontstond bij het hooren van deze woorden op alle banken. De Speaker dreigde Kirkwood met scherpe maatregelen, indien hy zich niet betamelijk wilde gedra gen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 1