Buitenlandsch oJ^ieuws
FEUILLETON
OOSTENRIJK
EN TSJECHO-SLOWAKIJE
HEERENBAAI
KU-KLUX-KLAN
*De rxttkf9, en geurige rooktabak, f
DERDE BLAD
ZATERDAG 2 MEI 1931
BLADZIJ DL 1
C 7 /o\QbH
Uitstel der Ontwapenings
conferentie
Na de ontbinding van het
Roemeensche parlement
De opstandige beweging
op Madeira
Het bombardement begonnen
Boycott der verkiezingen in
Egypte
I
1 Mei-onlusten
Briand en het presidentschap
De nieuwe Duitsche tarieven
Het koninklijk paleis te Madrid
De Sovjetvlag op de Berlijnsche
Universiteit
Dreigende schandalen in Frankrijk
Gemengde ciBuitenlandsche
USerich ren
Om de berechting van Kürten
De man zonder geheugen
Ontrouw spaarbankdirecteur
Het gevaar van tocht
Potsing tusschen twee tramwagens
KORT NIEUWS
STOOMVAA RTLIJNEN
llrop^
SEDERT 1753
ECHTE FRIESCHE
20 -50 ct. per ons
Humoristische A vont uren-roman
De Oostenrijksche regeering zal nu haar
standpunt duidelijk maken tegenover de_
jongste verklaringen van den Tsjecho"
Slowaakschen minister van buitenlandsche
Zaken, Dr. Benesj ten opzichte van Oostenrijk
en het plan der douane-unie. Uta Press
Service publiceert een verklaring uit Ween-
sche regeeringskringen. Daarin heet het
Door de verklaringen van minister Benesj
is voor Oostenrijk geen nieuwe situatie ge
schapen. Dr. Benesj heeft in zijn laatste
uiteenzettingen het standpunt verlaten, dat
hij tot nu toe heeft ingenomen, n.l. dat het
Duitsch-Oostenrijksche economische plan
een douane-unie en dientengevolge een schen
ding van de vredesverdragen en het Ge-
neefsche protocol zou beteekenen. Hij heeft
wel moeten vaststellen, dat in Engeland,
Italië en de Vereenigde Staten deze opvat
ting niet werd gedeeld. En nu is Benesj
van meening, dat het douane-plan, waarnaar
Duitschland en Oostenrijk streven, geen
douane-unie is, daar het voorloopig tusschen-
rechten wil invoeren en niet kan worden
toegelaten, daar hierdoor het meestbegun-
stigings-recht zou worden geschonden. Maar
in zijn toekomst-program laat Dr. Benesj
zelf de meestbegunstiging vallen. De Vol
kenbond heeft in zijn recommandatie van
het jaar 1925 allen staten zonder onderscheid
aanbevolen, Oostenrijk op het gebied van
handelspolitiek en anderszins tegemoet te
komen, om zijn export te vergemakkelijken.
De Volkenbond heeft dus geen verschil
gemaakt, zooals Dr. Benesj, en diens ge
volgtrekkingen stemmen dus niet overeen
met de opvatting van den Volkenbond van
het jaar 1925, en van de Pan-Europa-Con-
ferentie van het vorige jaar.
Vooral bij den uitleg van verdragen is
Dr. Benesj geheel bevangen in de mentali
teit van den oorlog en den overwinnaar en
daarom is er geen praktische waarde te
hechten aan zijn verzekering, dat hij zich
in het belang van Oostenrijks souvereini-
teit en onafhankelijkheid verzet tegen de
uitvoering der voorloopige Duitsch-Oosten
rijksche overeenkomsten.
Ook de methode van minister Benesj, om
Oostenrijk als een onmondigen pupil van
Tsjecho-Slowakije te behandelen, hem aller
lei goeden raad te geven en hier en daar ook
met de roe te dreigen, toont aan, hoe weinig
achting Dr. Benesj in werkelijkheid voor de
souvereiniteit en onafhankelijkheid van Oos
tenrijk heeft. Men moet toch in Oostenrijk
omtrent de eigen behoeften en den eigen
toestand wel beter zijn ingelicht, dan de
Tsjecho-Slowaaksche minister van buiten-
landsche zaken, die in den loop der vredes
onderhandelingen in 1919 de Entente om
trent de situatie van Oostenrijk niet alleen
ontoereikende, maar ook onjuiste infor
maties heeft gegeven, wat in het jaar 1920
is vastgesteld in een interpellatie, welke
in het Tsjecho-Slowaaksche Huis van Af
gevaardigden werd ingebracht.
De heele argumentatie van Benesj is
daarom zwak, omdat ze uitsluitend van een
politiek gezichtspunt uitgaat. Voor Oosten
rijk is de markt in het Duitsche Rijk even
belangrijk als die in de successiestaten. Daar
Oostenrijk in zijn bemoeiingen om de
economische krisis te overwinnen, zich uit
sluitend door economische overwegingen
fyrlaat leiden, moet de voorgenomen gelijk-
.-making der douane zich niet beperken tot hej
Duitsche Rijk en Oostenrijk. Dr. Benest
plaatst de gedachte van een Donau-confe-
deratie er tegenover en verliest zich daar
mee weer in een combinatie, die niet aan
de behoeften van Oostenrijk beantwoordt en
ook niet aan die der Zuid-Oost-staten.
Ook om politieke redenen zou deze ge
dachte niet te verwezenlijken zijn. Of wil
Vader
mag je
gen."
tot zoon: „Wanneer je goed oppast,
mij Zondag naar de bioscoop bren-
Dr. Benesj, alleen om het Duitsch-Oosten
rijksche economische plan te saboteeren, d e
heele Pa n-E urop a-b eweging op
het doode spoor der Donau-
confederatie schuiven? Zelfs
in de Fransche pers gaan er steeds meer
stemmen op, welke kritiek uitoefenen aan
het negativisme der politiek van minister
Benesj, die, zooals de bladen opmerken,
wel sedert jaren spreekt over een constructie
der Midden-Europeesche politiek en over
zijn welwillendheid tegenover de levensbe
hoeften van Oostenrijk, maar die toch
velerlei heeft belet.
Voor zoover men kan zien, bestaat er in
Tsjecho-Slowakije een sterk verschil van
meening, of dit land moet deelnemen aan het
Duitsch-Oostenrijksche economische plan,
of niet. Oostenrijk heeft dus volstrekt geen
reden een actie op te geven, die, omdat ze de
economische vraagstukken scheidt van het
streven naar politieke macht, bijzonder
geschikt is de desorganisatie der Europee-
sche economie en daardoor de algemeene
economische krisis te overwinnen.
Principieele wijziging
Volgens een bericht in het „Journal de
Genève" zou in diplomatieke kringen over
wogen worden de Ontwapeningsconferentie
tot nader order uit te stellen. Men zou in
die kringen de meening zijn toegedaan, dat
de algemeene politieke toestand zich sedert
de bijeenroeping van de Ontwapeningsconfe
rentie bij de Januari-zitting van den V. B.-
Raad, als gevolg van de jongste vlootbespre-
kingen en de kwestie van de Duitsch-Oos
tenrijksche Tol-unie principieel gewijzigd
heeft, zoodat uitstel van de per 2 Februari
1932 bijeengeroepen Conferentie gerechtvaar
digd zou zijn.
Men is geneigd, deze mededeeling te be
schouwen als een door vooraanstaande Fran
sche kringen van het V. B.-secretariaat ge
ïnspireerd bericht, en wel omdat in Fransche
regeeringskringen reeds geruimen tijd gere
kend wordt op uitstel der Ontwapenings
conferentie.
Duitsche voorstellen
De Rijksminister van Buitenlandsche Za
ken Dr. Curtius heeft, in verband met het
reeds eenigen tijd geleden ingediende voor
stel voor de agenda van de Mei-zitting van
den V. B.-Raad, waarin verplichte publicatie
van den tegenwoordigen stand der bewape
ning der onderscheidene landen gevraagd
wordt; den Secretaris-Generaal van den Vol
kenbond een nota doen toekomen, waarin
de in bijzonderheden uitgewerkte tabellen
voor de publicatie van den bewapeningsstand
vervat zijn. De Duitsche tabellen stemmen
in het algemeen overeen met de van Duit
sche zijde reeds tijdens de onderhandelingen
van de voorbereidende ontwapeningscommis
sie ingediende voorstellen en behelzen tot in
détails de gezamenlijke actieve en reserve
troepen, de recrutentroepen en het geheele
actieve en in voorraad liggende oorlogsma
teriaal voor land-, lucht- en zee-bewapening.
De tabellen bevatten dus den tota
len stand der bewapening van de af
zonderlijke landen en bieden aldus de
mogelijkheid, dat de Ontwapeningscon
ferentie zich een duidelijk beeld van den
tegenwoordigen stand der bewapening zal
kunnen vormen. De Duitsche tabellen zullen
thans op grond van het Duitsche voorstel
tot openstelling van de bewapeningscijfers
in de Mei-zitting van den V. B.-Raad ter
sprake komen.
Critiek op de regeering
De Roemeensche dagbladen houden zich
uitvoerig bezig met de gebeurtenissen van
gisteren, waarbij al naar de richting min of
meer scherpe critiek wordt uitgeoefend, in de
eerste plaats, omdat Jorga het gewaagd heeft
het op te nemen tegen de tot dusverre gel
dende almacht der partijen. Ook Maniu stelt
vast, dat hij de treurige genoegdoening heeft
te kunnen constateeren, dat zijn voorspelling,
dat de nieuwe regeering een soort dictato-
risch karakter zou dragen, bevestigd is.
De Nationaal Tsaranistische dagbladen
meenen dat Jorga's bedoelingen hoofdzakelijk
gericht zijn tegen de nationaal tsaranistische
partij. Het volk heeft het recht opheldering
te eischen over de verklaring van Jorga, dat
aan de kroon zekere rechten teruggegeven
moeten worden, die haar in den loop van de
laatste jaren zijn ontnomen.
Critiek wordt uitgeoefend op het regee-
ringsprogram.
De liberalen nemen een afwachtende hou
ding aan, doch toonen zich eveneens onte
vreden met den maatregel der parlements-
ontbinding. Zij constateeren dat de eigen
gereidheid van Jorga gevolgen zal hebben
welker draagwijdte nog niet kan worden over
zien. Ook betwijfelen zij of de regeering in
haar tegenwoordige samenstelling sterk ge
noeg is om den tegen haar geopenden strijd
te kunnen doorstaan.
Jorga heeft overal in het land een procla
matie doen aanplakken, waarin hij zijn hou
ding rechtvaardigt en de redenen uiteenzet,
die tot ontbinding van het parlement heb
ben geleid.
Hij geeft uitdrukking aan de hoop, dat de
a.s. verkiezingsstrijd tot een overwinning zal
voeren voor hen, die,een samenvatting van
alle nationale krachten nastreven.
Met de voorbereiding van den verkiezings
strijd is reeds begonnen.
De Portugeesche kruiser „Vasco da Gama"
heeft Pico Cruzin in d'e nabijheid van Fun-
chal gebombardeerd, zonder dat de opstan
delingen het vuur beantwoordden. Volgens
Engelsche berichten bieden de opstandelin
gen slechts zwakken weerstand aan de op
verschillende punten van het eiland onder
spervuur gedebarqueerde regeeringstroepen.
Hun hoofdmacht verkeert in vollen terug
tocht naar Funchal. Vele opstandelingen
hebben zich reeds aan de regeeringstroepen
overgegeven en zich met hen verbroederd. De
verbonden van opstandelingen zijn ten deele
ontbonden. Verscheidene insurgenten zouden
aan boord van een Engelsch schip in de ha
ven van Funchal gevlucht zijn, toen het
offensief der regeeringstroepen aanving. Het
moreel van de regeeringstroepen moetj vol
gens berichten uit Lissabon, uitstekend; zijn.
Maatregelen te Cairo
Volgens een Reuter-bericht uit Caïrö over
de campagne tot voortzetting van den boy-
cat der verkiezingen zouden achttien Waf-
disten en liberalen gewond zijn door stok
slagen bij de relletjes aan het station, "Uw.
naar men zegt ook de ex-premier Mahmoed
Pasja, die tegen den grond zou zijn gesla
gen. I
De premier heeft de troepen te Cairo .met
infanterie en cavalerie versterkt voor het
geval er vóór het eind van den dag gepoogd
zou worden te betoogen. Het was te Cairo
volmaakt rustig; het station bleef streng
bewaakt en met stokken gewapende politie
agenten waren op alle strategische purijfcen
opgesteld.
Volgens den minister van binnenlandsfehe
zaken is de toestand te Tanta en in heel
Egypte kalm en normaal.
Te Barcelona.
Te Barcelona werden na de manifestatie
der syndicalisten, waaraan 3 a 4000 personen
deelnamen, voor het Statengebouw eenige
schoten gelost, ten gevolge waarvan een po
litiebeambte werd gedood en twee anderen
zwaar gewond. Bovendien is, naar verluidt,
een tiental demonstranten gewond. Bij het
door de politie ingestelde onderzoek is nog
niet aan het licht gekomen, wie het eerst
-geschoten heeft. Bij de demonstraties werden
dundoeken meegevoerd met opschriften als:
„Weg met de Kerk", „Weg met de tyrannen".
Te Madrid.
Te Madrid is alles rustig gebleven In ver
band met den Nationalen Feestdag is in de
hoofdstad en in het geheele land heden niet
gewerkt.
Te Lubartow.
Te Lubartow (in Polen) is het bij de ont
binding van een demonstratie tot botsingen
gekomen tusschen communisten en politie.
Twee politieagenten werd ontwapend, waarna
de politie van vuurwapenen gebruik maakte.
Hierbij werden twee personen gedood. Voorts
Werden twee personen gewond.
Te Parijs.
Te Parijs was de politie versterkt.e Noe
menswaardige incidenten deen zich slechts
'Voor te St. Denis. Op eenige plaatsen hebben
de communisten getracht doe tramwegen te
Versperren. De daders werden gearresteerd.
Te Parijs en omgeving hebben ongeveer 50.000
personen het werk neergelegd.
Te Londen.
Te Londen hebben demonstraties plaats
gehad in Hyde Park. In verband met de
Mosley-beweging had Mac. Donald voor de
.redevoeringen als parool uitgegeven: Een-
heid in de Arbeiderspartij."
Overigens werd in de -edevoeringen het
ontwapenings- en vredesprobleem behandeld.
In Johannesburg.
In aansluiting op de door de communisti
sche partij georganiseerde Mei-betooging
poogden 500 Europeanen en een gelijk aantal
Afrikaanders het Carlton Hotel, het deftig
ste hotel der stad, en de Rand Club binnen
te dringen.
Dertig politie-agenten snelden in een
vrachtauto toe en kwamen buiten de club
tusschenbeiden toen de toestand kritiek be
gon te worden. Er volgde een vechtpartij
tusschen de politie en de menigte, welker
vijandigheid de politie veel moeilijkheden be
rokkende bij het arresteeren van zeven
Europeanen en twee Afrikaanders.
Te Berlijn
De Duitsche Communistische Partij had
haar aanhangers tegen gistermiddag 16 uur
in den Lustgarten voor een demonstratie op
geroepen. Een uur tevoren marcheerden reeds
afzonderlijke optochten door de straten, voor
afgegaan door muziekcorpsen, met roode
vaandels en transparanten, waarop o.m. Mei-
groeten aan de Spaansche revolutionnairen
waren aangebracht. De leden van de com
munistische sportbonden traden in sport-
kleeding aan. In de stoeten werden vooral
veel kinderen gezien, die o.a. Pantserkrui
sertjes medevoerden. Door een tiental spre
kers werd van verheven spreekgestoelten het
woord gevoerd. Onder hen bevonden zich ook
een aantal jongelieden. Zij verklaarden allen,
dat de K.P.D. met of zonder toestemming
en met of zonder Noodverordening haar gang
zal gaan. Door allen werd de lof, der Sovjet-
Unie verkondigd, waarbij felle critiek werd
geoefend op het tegenwoordig Duitsch be
wind en in het bijzonder op de sociaal
democratie.
Ten gevolge van de uitgebreide politie
maatregelen werd in volmaakte orde afge
marcheerd.
Te München
De sociaal-democratische Mei-viering is
niet zoo rustig verloopen als het oorspronke
lijk scheen. Reeds tijdens de opstelling van
de stoeten kwam het tot communistische"
ordeverstoringen. De straten moesten hier en
daar met geweld worden ontruimd. Ten
slotte moest aan de sociaal-democratische
stoeten een andere route worden toegewe
zen. Toen de opmarsch nog in vollen gang
was waagden de communisten een nieuw
offensief, waarbij gejoeld en met steenen ge
worpen werd. Vijf politiebeambten werden
gewond. Het kwam nog herhaaldelijk tot
ordeverstoringen, waarbij de politie met de
gummiknuppels moest optreden. Er werden
tal van communisten, waaronder ook vrou
wen, gearresteerd.
In Stiermarken
Elijkens ontvangen berichten betreffende
de 1 Mei-viering is het te Judenburg in Stier
marken tot bloedige onlusten gekomen. Toen
aldaar de communistische demonstratie op
het hoofdplein was afgeloopen, begaf zich
een staatsambtenaar, vergezeld van twee po
litiemannen, naar de leiders van den stoet
der communisten. De communisten, vermoe
dende dat er een arrestatie zou plaats heb
ben, wierpen zich op de politiedienaren, die
zich met gummiknuppels en bajonet ver
weerden. Een hunner bekwam een steek door
een der longen: een der aanvallers werd door
een bajonetsteek zwaar gewond.
De leider van de betooging en een andere
communist werden gearresteerd. Een afdee-
ling militairen ontruimde het plein.
De daarna volgende sociaal-democratische
betooging verliep zeer ordelijk.
Bespreking van zijn kansen
De a.s. verkiezing van den president der
republiek geeft aanleiding tot talrijke pers
artikelen.
In het bijzonder wordt aandacht geschon
ken aan de mogelijkheid, dat Briand tot
president der republiek zal worden gekozen.
De vrienden van Briand doen alle moeite
hem te bewegen de candidatuur te aanvaar
den, daar zü meenen. dat 't staatspresident
schap een waardige bekroning is van zijn
lange en fraaie loopbaan.
Er wordt op gewezen, dat ook als Briand
op 13 dezer tot president wordt gekozen, hij
toch naar Genève kan gaan, daar hij pas
een maand later zijn nieuw ambt zal aan
vaarden.
De verhooging der botertarieven
In de kringen die in nauwe relatie met
Schiele staan, wordt verklaard, dat het feit,
dat de agrarische maatregelen van het kabi
net geen verhooging der invoerrechten op
boter behelzen, geenszins het gevolg is van
een besluit om deze uit te stellen, maar van
een overeenkomst tusschen Schiele en Brü-
ning, daar men de andere maatregelen niet
wil vertragen door de moeilijkheden, waarop
een verhooging der botertarieven zou stuiten.
Het wordt een museum
Uit Madrid wordt gemeld, dat volgens een
mededeeling van den minister van financiën
het voormalige koninklijke paleis daar ter
stede tot museum zal worden ingericht.
Te Berlijn is het na het vertrek van de
sociaal-democraten uit den Lustgarten, giste
ren een communist gelukt op het dak van de
Universiteit de Sovjetvlag te hijschen. Toen
daardoor een menigte op de Franz Joseph
Platz te hoop liep, begaf zich een student, on
der leiding van een beambte van het Univer
siteitsgebouw naar het dak. Hij haalde de
vlag neer en verscheurde deze voor de oogen
der menigte.
Caillaux en Painlevé in het geding
Uit Parijs wordt gemeldt, dat in den loop
van de beraadslagingen der parlementaire
commissie van onderzoek in de Oustric-
zaak de kwestie zou zijn besproken of ue
commissie zich ook met de aangelegenheid
van de naftabronnen te Bakoe zou bezighou
den. Daarbij zou een memorandum van den
procureur-generaal ter sprake zijn gebracht,
waarin deze de meening zou hebben geuit
dat een gerechtelijk onderzoek dezer aange
legenheid moet worden tegengegaan, daar
anders verscheidene beklaagden van plan
zijn politieke persoonlijkheden als Caillaux
en Painlevé er bij te betrekken.
Uitvoering van het vonnis geëischt
In den Pruisiscben Landdag hebben de
leden van de D. Nationale Fractie een voor
stel ingediend, waarin de Regeering ver
zocht wordt het tegen den massa-moorde
naar Peter Kürten gewezen vonnis te doen
voltrekken.
De fractie veroordeelt het streven van een
deel der linksche pers, dat op begenadiging
vrn den veroordeelde wil aandringen. Dit
zou volgens de D. Nationalen in flagranten
strijd zijn met het rechtsgevoel van de meer
derheid van het volk.
Opgeëischt door twee vrouwen
Het gerechtshof te Florence heeft het met
spanning verwachte vonnis gewezen in de
zaak van den zoogenaamden „onbekende van
Collegno", waarover onze Romeinsche cor
respondent onlangs uitvoerig berichtte.
Het gerecht te Turijn, dat de eerste maal
deze zaak behandelde, besliste, dat het bewijs
niet geleverd was dat de onbekende de boek
drukker Bruneri was en niet prof. Canella.
In hooger beroep werd dit vonnis echter
vernietigd. Het hof van appèl te Florence
heeft thdns opnieuw het standpunt van de
familie Bruneri als juist erkend.
Vermoedelijk zal „prof. Canella" wel we
gens bedrog terecht moeten staan en verder
de straffen van Bruneri nog moeten uit
zitten.
Een tekort van 73.090 M.
Te Landsberg heeft een bij de stedelijke
spaarbank ingesteld onderzoek onregelmatig
heden aan het licht gebracht.
Er bleek een kastekort te zijn van 73.000 M.
De directeur van de bank. Ballenberger, is
voortvluchtig.
Doof geworden aan één oor
Te Berlijn is dezer dagen een schadever
goedingsproces behandeld dat door zijn prin
cipieele beteekenis nogal de aandacht heeft
getrokken.
Het ging om een eisch tot schadevergoe
ding wegens verlies van gehoor.
Een winkelbediende beweerde, dat hij vier
jaar lang op een plaats in zijn zaak had ge
staan waar hij voortdurend last had gehad
van tocht, zoodat hij een oorziekte had op-
geloopen, in welker verloop hij aan één oor
doof was geworden.
Volgens zijn meening lag de schuld aan
zijn werkgever, daar hij herhaaldelijk bij de
directie had aangedrongen op verbetering in
den toestand. Hij eischte ten slotte schade
vergoeding n.l. betaling van de herstelkosten
en van een levenslange uitkeering, daar zijn
arbeidsprestatie door zijn doofheid was ver
minderd.
De rechtbank heeft beslist, dat inderdaad
de directie tekort was geschoten in haar
verplichting als werkgever. De oorzakelijke
samenhang tusschen de ongunstige staan
plaats van den bediende en diens oorziekte
werd door vijf deskundigen bevestigd.
De rechtbank nam aan, dat de arbeids
prestatie van eischer voor 30 pCt. was ver
minderd door de doofheid en veroordeelde de
firma tot betaling van ineens 2300 M.
en een jaarlijksche uitkeering tot 's mans 65e
iear van 89 M. per maand.
De eischer is thans 40 jaar oud.
Veel personeel gewond
Vrijdag heeft op de tramlijn RomeCas-
telli Romani een botsing plaats gehad tus
schen twee tramwagens, waarbij 40 personen
min of meer ernstige verwondingen opliepen.
Er is een onderzoek ingesteld naar de oor
zaken van het ongeval. Men neemt aan, dat
de remmen van een der wagens hebben ge
weigerd.
Bij het over den kop slaan van
een autobus op den dienst Bone—Philip-
peville (Algerië) zijn vier passagiers ge
dood.
Van een militair munitietransport
te Czenstochau in Polen zijn 12 kisten
handgranaten gestolen, vermoedelijk door
communisten.
Volgens de officieele statistiek
bedroeg in 1930 het geboorte-overschot in
Frankrijk 100.0C0.
De grootste wolkenkrabber
der wereld, het Emoire-State-Building op
den hoek van de 45ste straat en de 5th
Avenue te New-York. is officieel ingewijd.
Het gebouw is 415 M. hoog. heeft 86 étages
en biedt ruimte voor 25.000 menseden.
KON. NED. STOOMB. MAATSCHAPPIJ.
BOSKOOP 1 Mei van Hamburg te Ant
werpen.
COLOMBO, (uitr.) pass. 30 April Azoren.
EOS 30 April van Fiume naar Bari.
ERATO, Danzig-Amst.; pass. 1 Mei Bruns-
buttel.
GANYMEDES 30 April van Bourgas naar
Varna.
HEBE 1 Mei van Valencia te Amsterdam.
MARS 30 April van Alexandrië te Limmi.
NEREUS 30 April te en van Passages n.
Bilbao.
ODYSSEUS 30 April van Kopenhagen n.
Aalborg.
ORION, Lissabon-Amst.; p. 1 Mei Beve-
zier.
SIMON BOLIVAR (thuisr.) 30 April van
Curacao naar P. Cabello.
VESTA 1 Mei van Amsterdam te Rotter
dam.
VENUS 1 Mei van Hamburg te Amst.
KON. HOLL. LLOYD.
AMSTELLAND (uitr.) 30 AprU van
Montevideo.
GELRIA I Mei van Zuid-Amerika te
Amsterdam.
HALCYON LIJN.
STAD AMSTERDAM 30 AprU van Ham
burg naar B. Ayres.
HOLLAND—AFRIKA-LIJN.
GRIJPSKERK (thuisr.) pass. 30 April
Ouessant naar Antw.
NIJKERK (thuisr.) pass. 30 AprU Dakar
naar Duinkerken.
HOLLAND—AMERIKA-LIJN.
DAMSTERDIJK, Rott. naar Vancouver
30 AprU te Swansea.
VOLENDAM 30 AprU van Vera Vruz n.
New York.
HOLLAND—BRITSCH-INDIë-LIJN.
BOVENKERK (uitr.") 1 Mei te Colombo.
HOLLAND—OOST-AZIë-LIJN.
OLDEKERK 30 April van Antwerpen
te Hamburg.
ROTTERDAMSCHE LLOYD.
BALOERAN (uitr.) te Southampton.
BONDOWOSO (thuisr.) 30 AprU van
Barcelona.
JACATRA (thuisr.) pass. 30 AprU Fi-
nisterre.
TJERIMAI (thuisr.) 1 Mei te Marseille.
ROTTERDAM—ZUID-AMERIKA-LIJN.
ALWAKI (thuisr.) 30 AprU Finisterre
gep.
NEDERLANDSCHE SCHEPEN.
ALBLASSERDAM 30 AprU van Riga n.
Rotterdam. **-
ALPHARD 30 April van Las Primas,
Ibicuv naar Rotterdam. w
BATAVIER I 30 AprU van Hamburg n.
Rotterdam.
BATAVIER V 1 Mei v.m. 8 uur 50 van
Rotterdam te Gravesend.
DORDRECHT 29 AprU Manchester naar
New York
DUIVENDRECHT 1 Mei van Preston n.
Baltimore.
HENNIE 1 Mei van Blyth te Truro.
IJSSEL 29 April van Kenitia te Bathurst.
JEANETTE Mei van Antwerpen naar
Landernau.
JOBSHAVEN 30 AprU Finisterre gep.
Rosario naar Antwerpen.
JOHANNA 30 AprU van Pontershaven te
Newcastle.
KERKPLEIN 1 Mei Udaire gep. Rott.
naar Narvik.
LEER SUM 30 AprU van Port Talbot te
Montreal.
LINGE 29 April van Rott te Algiers.
MAAS 25 April van Dakar te Bordeaux.
NOVTD 1 Mei van Sunderland naar
Lindholn.
OOTMARSUM 30 April van Rio Janeiro
naar B. Aires.
OUDEWATER 30 April van Antwerpen
naar Montevideo.
PROF. BUYS 30 April van Hardingen
te Huil.
RIJN 28 April van Carthagens a. d. Sa-
loun-rivier
SAN ANTONIO, ms. 1 Mei Brunsbüttel
gep. Oskarshamn naar Rotterdam.
VECHT 30 AprU van Duinkerken te Im-
mingham.
VEERHAVEN 30 April van PensUola n.
Rott., via Bremen en Hamburg.
A86
16.
Toen het gezelschap zich van de plaats
des onheils verwijderde, liep Benstone naast
juffrouw Weston, en weer bemerkte hij dat
wonderlijke, raadselachtige glimlachje op
haar gezicht.
„Het zou mij een penny waard zijn om te
weten, waar u aan denkt", zei hij schert
send. „Zag u in de keuen iets, dat uw theorie
bevestigt?"
„Neen, ik hoorde alleen iets, wat men mij
reeds gezegd had."
„En dat was?"
„Als u er ooit toe besluit een detective
roman te schrijven, zou ik wel lust hebben
om de intrige in elkaar te zetten", lachte zij.
„Goed, dan zullen wü samenwerken", ant
woordde Benstone vroolijk.
„U kunt er op aan, dat het 't beste is, wat
wij doen kunnen."
Het speet hem bijna, toen het bezoek,
waartegen hij zoo had opgezien, ten einde
liep en hij aanstalten moest maken om zich
by oom Chipperton te voegen, die hem
wenkte met hem te gaan.
„Arme Brickie", grinnikte Theophilus. „hij
scheen zich niet best te amuseeren, hè?"
„Ik dacht, dat hij nog al aanstellerig deed,
maar misschien was hij uit zijn humeur, dat
zijn vrouw de invitatie had aangenomen,
terwijl hij niet veel zin had er heen te gaan."
„Neen! dat was 't niet; hij was jaloersch."
„Jaloersch?"
„Zeker! natuurlijk; jaloersch, omdat er bij
Wellaby iets bijzonders is gebeurd, dat hem
in staat stelt overal als een gewichtig man
rond te loopen en die inbraakgeschiedenis
rond te bazuinen. Maar Brickie behoeft niet
ongerust te zijn, hij zal ook zijn beurt wel
krijgen."
John James moest op dat oogenblik uit
wijken voor een wagen en verstond daardoor
de laatste woorden niet.
Eenige oogenblikken liepen zij zwijgend
voort.
„Zeg, heb je wel eens van Klu-Klux-Klan
gehooid", vroeg Theophilus plotseling.
„De Ku-Klux-Klan!" herhaalde Benstone,
„was dat niet een geheim genootschap, dat
in Amerika na den burgeroorlog werd opge
richt en dat allerlei wreedheden beging,
waardoor het een tijdlang een soort schrik
bewind uitoefende."
„Juist, maar kort geleden is de Ku-Klux-
Klan in de Vereenigde Staten opnieuw ver
rezen; naar ik vernomen heb, neemt de
regeering maatregelen om die vereeniging
uit te roeien. Er liepen geruchten, dat er
een afdeeling in Engeland zou worden ge
vestigd. Heb je het niet in de krant ge
lezen?"
„Nu u er over spreekt, geloof ik toch, dat
ik er iets over gezien heb in een der nieuws
bladen, maar ik kan bezwaarlijk gelooven,
dat zooiets mogelijk is. Maar hoe komt u'die
Ku-Klux-Klan zoo opeens in de gedachte?"
Een scherper opmerker dan John James
zou het opgevallen zijn, dat oom Chipperton
voor een oogenblik aarzelde.
„O, het is slechts naar aanleiding van die
krantenberichten, dat het mij zoo juist v te
binnen schoot."
John James was zeer bevreesd gewèeslj
dat het bezoek op Berrycroft en het zien
van de antiquiteiten den verwarden geest
van oom Chipperton tot meerdere avonturen
zou prikkelen. Maar het was gelukkig juist
andersom, want Theophilus bleek alle' be
langstelling voor de imitatie-inbraak ver-r
loren te hebben. Hij kwam er gedurende het
diner geen enkele maal op terug en toen zij
na tafel in de bibliotheek kwamen, ging hij
brieven schrijven.
Nu hy aan zich zelf was overgelaten,
slenterde Benstone eens langs de boeken
kasten, tot opeens zijn spiedend oog op een
hem welbekend boek viel, dat tusschen twee
oude jaargangen op de bovenste plank
stond. Het was een present-exemplaar van
Benstone's „Levensloterij", dat hij destijds
aan zyr. oom had gezonden.
„Opgeborgen bij de afgewerkte lectuur",
bromde de auteur, „dat zegt genoeg".
Hij ging op zijn teenen staan, pakte het
boek van de. plank en nam. plaats in een
gemakkelijken stoel. Toen begon hij het
voorwoord te lezen.
Zijn aandacht werd door niets verstoord,
zoodat hij weldra geheel in zijn boek was
verdiept. Met steeds stijgend verlangen
zocht hij, of, behalve de beschrijving van
Vancross, nog andere passages waren te
vinden, die de goedkeuring van juffrouw
Weston zouden kunnen wegdragen. Hij
kwam aan het einde van het vierde hoofd
stuk; toen rustte hij even om een sigaret
uit zijn koker te halen. „O ja. evn lucifer"
zei hij. Hij draaide toevallig zijn hoofd om
en bemerkte tot zqn verwondering, dat hij
alleen in het vertrek was.
„Hij moet de deur toch verbazend zacht
geopend hebben, anders zou ik hem toch
gehoord hebben," mompelde Benstone, „en
naar bed zal hij ook niet gegaan zijn, want
dan zou hij mij wel gevraagd hebben, het
licht uit te draaien".
Hij stond op en liep naar het cylinder-
bureau van zün oom om lucifers te zoeken.
Op het vloeiblad zag hy twee schijfjes wit
papier liggen, ongeveer ter grootte van een
halve kroon. Er was geen reden, waarom
oom Chipperton na het schrijven van zijn
brieven, zich voor tydverdrijf niet zou bezig
gehouden hebben met figuurtjes knippen, en
toch ondervond John James, waarom wist
hij zelf niet, een onaangenaam gevoel van
onrust. Hij nam de schijfjes in zijn hand.
bekeek ze oplettend en legde ze toen weer
op hun plaats.
„Ik ben benieuwd te weten, wat hij is
gaan doen; misschien was het beter ge
weest, dat ik hem gevraagd had om een
partijtje schaak te spelen."
Benstone ging naar de eetkamer, toen
naar het salon en vervolgens naar boven.
De deur van oom Chipperton's slaapkamer
stond open en het gaslicht brandde met
volle vlam, maar van hem zelf was niets te
bespeuren; er stond een lade half open
waaruit ondergoed afhing en waarvoor
eenisre stukken on don grond lagen
„Misschien is hij een bad gaan nemen".
John James ging langzaam terug; op het
portaal bleef hij aarzelend staan, want hy
zag steelsgewijs en slechts voor een oogen
blik, dat iemand de deur van Nancy's kamer
binnenging.
„Is u het oom?"
Theophilus kwam uit de kamer terug; hij
droeg iets in zijn hand, dat bij nadere be
schouwing een speldenkussen bleek te zijn.
„Het spijt mij John, dat ik je even alleen
heb moeten laten, ik heb wat rommel in mijn
kamer opgeruimd ik ben zoo goed als
klaar."
Er was iets gejaagds in de bewegingen van
den gastheer, maar mogeiyk was het hem
streng verboden zich met de dingen van zur
dochter te bemoeien en misschien had hij
een oogenblik vergeten, dat zij van huis was.
„Ik was benieuwd om te weten, of U» nog
zin heeft een spelletje schaak te spelen",
zei Bentone, z'jn aanwezigheid nader verkla
rend.
„Hm! neen. daar zal niet veel tijd voor
zijn; maar ga nog niet naar bed. Brinen een
paar minuten ben ik beneden en kunnen wij
samen nog wat praten."
Blij, dat er geen reden tot ongerustheid
was, zocht John James zijn plaats in de
bibliotheek weer op, stak een sigaret op en
nam het boek. dat hii bij het vijfde hoofd
stuk open har' n liggen, weer ter hand.
O" r £- e hei' hoofdstuk geko
men, begon hij te kr 'heboden. Hij wandelde
nu met juffrouw Weston door Elmchurch,
dat een vriendelijke combinatie scheen van
High-Rusting en het gefantaseerde Vancross.
Begroeide beekjes zag men er nakst statige
mausoleums. Juffrouw Weston zei, dat deze
plaats haar uitstekend geschikt leek voor
een geheimzinnig verhaal, waarin misdaden
gepleegd worden; maar zij kon geen intrige
bedenken. Toen moesten z j in allerijl een
trein halen en kenden nergens een station
vinden.
De droomer werd met een schok wakker;
het boek, dat op zijn knieën lag, was op den
grond gevallen. Eenige seconden bleef hy
zitten knipoogen en haalde toen zijn horloge
i te voorschijn. „"00 laat kan het toch met
1 zijn," mompelde h j.
(Wordt vervolgd).