Van Alles en van Overal
DEVENTER
KARPETTEN
B. J. VAN HEMT
Transpireerende
HANDGEKNOOPTE
Groote Houtstraat 67
TWEEDE BLAD
WOENSDAG 27 MEI 1931
BLADZIJDE 1
Door Joego Slavië
Stelt U belang in
in de super-fine en eer
ste kwaliteit?
Bezichtigt dan thans onze
beide etalages. U vindt
daar ontwerpen van:
Colenbrander,
J. Lagewaardt,
A. Boeghorn,
J. Gidding,
D. Verstraten en
E. H. Woesheimer
oksels en voeten
Het Spreekkoor
te Haarlem
Imitatie Schildpad Brilmontuur
f 2..50
ALLÉÉN ZIJLSTRAAT 97
De muziekwedstrijd te Lisse
STADSNIEUWS
Het ziekentridum te Bloemendaal
Het massaal spreekkoor te Haarlem
Den volgenden dag hebben we het alweer
druk gehad. Men wilde ons Zagreb laten zien
en „ja, dat gaat niet in anderhalven dag, d'aar
zijn minstens vier, vijf dagen mee gemoeid",
zei men ons van alle kanten. Maar vijf dagen
in Zagreb blijven, als je er maar veertien hebt
voor heel Joego-Slavië, dat ging natuurlijk
niet en dus moest er maar geraced worden.
En we hebben geraced en de vrije middag,
die op het program stond is er heelemaal bij
ingeschoten, zoodat alle goeie voornemens
om ook uit Zagreb voor thuis een klein aan
denken mee te nemen niet in vervulling kon
den gaan, om de eenvoudige reden, dat men
ons geen minuut losgelaten heeft.
niet langer dragen en wordt deze vervangen
door een versiering van geborduurde vruchtjes.
Moet een vrouw moeder worden en zou zij
graag zien, dat haar kindje, bijvoorbeeld,
met zwart haar ter wereld zal komen, dan
voert zij den gordel dien zij om het lichaam
draagt met zwarte stof.
Zoo zijn er nog tal van eigenaardigheden
ten opzichte van tïe kleeding, die ik hier niet
allemaal kan vertellen, maar die voor den
ethnoloog en den folklorist een prachtig veld
van studie opleveren.
Dit borduren der kleederen wordt door de
vrouwen zelf gedaan, wat niet wegneemt, dat
de garderobe van een welgestelde vrouw een
kostbaar bezit is tot het uitzet van een
rijk meisje behooren dan ook minstens 25
Een leeuwin en een hond, die in de Gradski zoolosjki vrt. (den stedelijken zoologische
tuin) te Zagreb los rondloopen en in de grasperken met elkaar spelen.
O, natuurlijk met de beste bedoelingen en
alleen om ons toch maar zooveel mogelijk te
laten zien, en iedereen was dan ook uiterst
vriendelijk en voorkomend, maar ondertus-
schen!
We zijn dan o.a. geweest in het Ethno-
logisch museum, waarvan we evenwel slechts
een klein deel gezien hebben, alleen de af-
deeling kleederdrachten, maar die was dan
ook wel de voornaamste en werkelijk uiterst
belangwekkend.
Ik kan hier geen verhandeling gaan schrij
ven over de Joego-Slavische kleederdi achten
en dat wel om verschillende redenen, waar
van de voornaamste is 't is misschien ge
vaarlijk voor een journalist om het te erken
nen, maar het is zoo dat ik er nog niet
genoeg van weet. Maar dat kan ik toch wel
zeggen, dat deze kleederdrachten een zeer
eigen karakter vertoonen, dat nauw verband
houdt met de geschiedenis van het land, al
is ook de oorsprong misschien elders te zoe
ken en is de weefkunst er door andere vol
keren gebracht. Tenminste, zoowel de weef-
techniek der Egyptenaren als die der Kopten
en Tibetanen heeft men kunnen aanroonen
in doeken, gevonden in oude Joego-Slavische
graven. Daarentegen zijn ook weer in Egyp
tische graven meermalen mutsjes gevonden
(bruidskapjes of doodenmutsjes) die onmis
kenbaar van Joego-Slavischen oorsprong zijn.
Aardig is de kleurensymboliek die in de
Joego-Slavische kleederdrachten is neerge
legd. Hebben de figuren in het weefsel hun
eigen beteekenis, ook de kleur van de slee
ding der vrouw is van het grootste belang.
Aan de kleur toch, van de versiering op lijfje en
rok kan men zien, of de draagster een jong
meisje is, dan wel of ze getrouwd is, of ze
één of twee dan wel drie of vier, ofwel vijf of
meer kinderen heeft. Tooit de bruid en de
jonge vrouw zich met het vlammende rood,
naarmate zij ouder wordt, worden de kleu
ren steeds fletser, als symbool van het al
lengs minder vurig, minder levenskrachtig
worden der vrouw, tot zij, oud geworden, nog
maar alleen het violet voor de versiering ha-
rer kleederen gebruikt.
Ook in de hoofdbedekking der vrouwen
komt allerlei tot uiting. Een meisje dat haar
veertiende jaar bereikt heeft, heeft daarmede
het recht verworven in het koor in de kerk
te zingen. Ten bewijze daarvan krijgt zij een
soort diadeem op het hoofd, dien zij houdt,
tot zij op het punt staat te trouwen. Dan
echter wordt de diadeem vervangen door een
van ander maaksel, dien zij tot op den trouw
dag blijft dragen; daags na den trouwdag
mag zij dien echter niet langer dragen en
wordt de diadeem vervangen door een mutsje.
Letterlijk alles kan men aan de kleeding
van de vrouw zien. Een vnuw, die zich door
het een of ander bedrukt voelt en gaat biech
ten, om zich weer vrij te voelen van wat
haar drukte, zet aanstonds na de biecht een
bepaald soort mutsje op, dat zij een jaar lang
blijft dragen, opdat iedereen zal kunnen zien,
dat zij van een zwaren last, die haar hinder
de, bevrijd is.
Een jonge vrouw, die zich gelukkig voelt,
doordat zij al haar wenschen in vervulling
heeft zien gaan, versiert haar kleeren rijk
met rood borduursel, een lust om te aan
schouwen, opdat iedereen in haar geluk zal
d'eelen.
De omslagdoeken der jonge meisjes zijn
steeds versierd met bloemen; trouwt het
meisje echter, rijpt zij als het ware van bloem
tot vrucht, dan mag zij die bloemversiering
eostuums, alle voor verschillende doeleinden
bestemd en bij speciale gelegenheden te dra
gen.
Al die eostuums, en daaronder vaak zeer
kostbare oude werkstukken, zijn, evenals die
der mannen, in het Ethnologisch Museum te
Zagreb te zien en bovendien tal van gouden
en zilveren sieraden, die vrijwel alle den in
vloed doen zien van Oostersche volken; bij
hun inval in het land en hun eeuwenlange
overheersching hebben de Turken van de
kunst uit het Oosten naar Joego Slavië ge
bracht.
De vroegere overheersching van de Turken,
die overigens niets voor het land hebben
gedaan en er allerminst beschaving ge
bracht hebben, is trouwens nog op verschil
lend gebied te bespeuren, óók hier-en-daar
in de kleeding. Zoo is er een streek, waar een
paar eeuwen geleden na een inval der Tur
ken, de leider van het verzet tegen de
Voor ik afscheid nam van Zagreb, dat voor
den oorlog, toen het nog tot Oostenrijk be
hoorde, Agram heette, nog even iets over de
stad zelf.
Zagreb, de hoofdstad van Kroatië, is een
mooie stad en al wordt er nu hard gewerkt,
om haar nog mooier en moderner te maken,
toch moet erkend, dat de stad niet zou zjjn
wat ze nu is, wanneer niet eeuwenlang de
invloed van Oostenrijk er zich had doen gel
den. De overweldiger Oostenrijk, met zijn rij
pere cultuur, heeft veel voor de stad en het
land gedaan en ik vond het een mooien trek
in het karakter der Zagrebbers, dat zij, hoe
zeer zij ook steeds Oostenrijk als overweldi
ger beschouwd hebben en voor hun vrijheid
streden, dat allen volmondig erkenden. Her
haaldelijk heb ik vooraanstaande personen
hooren getuigen: „We zijn blij, dat we einde
lijk van Oostenrijk verlost zijn, dat we weer
onze onafhankelijkheid terug hebben, die we
zooveel eeuwen hebben moeten missen, maar
wat waar is is waar; zonder Oostenrijk zou
den we zeker nu nog niet staan op dien trap
van beschaving, waarop we nu trotsch kun
nen wezen."
Zooals Beograd de politieke hoofdstad is
van Joego Slavië, zoo is Zagreb, met zijn vele
grootsche gebouwen en zijn prachtige stra
ten en pleinen, de economische de handels
hoofdstad. Voor een stad van 185.000 inwoners
is het een pracht stad en biedt, ze den vreem
deling en den toerist alles wat hij kan
verlangen; fraaie openbare gebouwen, prach
tige kerken, een schitterenden schouwburg en
prettige winkelstraten. En door haar ligging
in het mooiste gedeelte van Kroatië aan den
eenen kant leunend tegen bergen en wouden
en aan den anderen kant afdalend in het dal
waardoor de Save stroomt, biedt de omgeving
der stad rijke gelegenheid tot wandelingen en
uitstapjes in de prachtige omgeving.
ARTHUR TERVOOREN.
Groep Joego-Slavische meisjes en vrouwen in nationale eostuums.
vreemde overheersching door de Turken werd
gevangen genomen en terechtgesteld. Ten
teeken van rouw besloot de bevolking onmid
dellijk voortaan hun kleeren niet anders dan
met zwart borduursel te versieren en mannen
zoowel als vrouwen loopen daar nu nog steeds
met geen andere dan zwarte garneering
op hun witte kleeren.
Een langdurig bezoek aan dit prachtige
Zagrebsche museum, waar ook op ander ge
bied nog veel te zien is, zou het mij mogelijk
gemaakt hebben, nog veel meer belangwek
kends omtrent dit zoolang overheerschte en
toch over het algemeen zoo geheel zichzelf
gebleven volk te vertellen, maar daarvoor
werd ons geen tijd gelaten, we moesten weer
verder, nu naar het dorpje Tsjestine in de
omgeving der stad, waar we bij het uitgaan
van de Hoogmis al die fleurige en kleurige
kostuums zouden kunnen zien dragen. En we
hebben ze gezien en ik maakte er ook een
foto van, om er ook u zooveel mogelijk van te
Het uitgaan van de Kerk.
behandele men met Purolpoeder. Dit is
het meest afdoende middel daarvoor.
Het kost 45 en 60 cent per bus en is
evenals Purol, verkrijgbaar bij Apoth.
en Drogisten.
OPTICIENS
kunnen laten zien, al spreekt het vanzelf, dat
het gemis der kleuren heel veel van den in
druk doet verloren gaan. Dat tafereeltje daar
met de oude, min-of-meer vervallen kerk op
den achtergrond vergeet ik nooit; het was
van een bekoring zooals men maar zelden
ondergaat.
Op den terugweg hebben we nog een bezoek
gebracht aan het fraaie stedelijke Park, waar
in het restaurant Maksimir, wat zooveel wil
zeggen als Maks' rust (Maks is de naam van
den eigenaar) een aardig zitje biedt. En on
middellijk daaraan grenst de Grodski Zoo
losjki wert, of te wel Stedelijke Zoölogische
Tuin, die weliswaar als dierentuin nog niet
veel te beteekenen had, daar men eerst na
den oorlog, toen ook dit gedeelte van het land
eindelijk zijn vrijheid had herkregen, met den
aanleg ervan was begonnen, maar die toch
wel belooft op den duur iets te zullen worden,
getuige den onbekrompen aanleg van hetgeen,
reeds Is gereed gekomen. Het merkwaardigste
wat ik er gezien heb, was een jonge leeuwin,
een dier van bijna een jaar oud. die daar, met
een hond als speelmakker, vrij in den tuin
rondliep, gewoon tusschen het publiek en met
den hond op de grasperken dartelde en krij
gertje speelde dat het een lust was om te
zien.
Toen 's avonds werd het nachtmaal door
den consul in het schitterende Hotel „Es
planade" aangeboden, waar gespeecht werd op
Holland en de Koningin en natuurlijk door
ons op Joego Slavië en koning Alexander en
waar het heel gezellig toeging. Toen nog
even naar een cabaret en dan naar het hotel
en naar bed, want den volgenden morgen
vroeg neen, eigenlijk straks, want het was
al morgen zouden we weer verder gaan,
naar Soesjak.
Onze fotograaf maakte van den Muziekwedstrijd te Lisse dit totaal-aanzicht.
(Herplaatsing wegens misstelling.)
Rectificatie
In een gedeelte van de oplage van giste
ren is tot onze spijt het verslag van het
spreekkoor op het Kathedraalplein niet in
de juiste volgorde geplaatst.
Wij laten een gedeelte hieronder nog
maals volgen.
Toespraak van Z. H. E.
Met mooie, duidelijke stem sprak Z. H. E.
de Katholieke jeugd en alle andere aanwe
zigen in bezielende woorden toe.
„Aan het slot van uw uitvoering ter eere
van Christus den Koning der Eeuwen kom
ik u toespreken. Machtig waren de klanken
die uit uw kelen opwelden, heerlijk is het
initiatief dat tot deze Christus-hulde heeft
geleid.
Acht dagen geleden was ik nog bij Z. H.
den Paus in het Vaticaan, hartelijk heeft de
Heilige Vader ons toen toegesproken en ge
wezen op den diepen godsdienstzin in ons
vaderland.
Gezamenlijk hebben wij voor den Heiligen
Vader hetzelfde lied gezongen dat gij thans
gezongen hebt: „Aan U, o Koning der
eeuwen, aan U zij de zegekroon." Toen de
melodie verklonken was riep Z. H. mij tot
zich en vroeg mij wat dat lied behelsde. Ik
heb Hem geantwoord dat dit lied Christus
moest toonen hoe diep wij Hem vereeren. Hoe
meer ik dit lied hoor jubelen, hoe grooter
mijn vreugde.
Het doel waarvoor gij dezen biddag hebt ge
houden is tweevoudig: ten eerste hebt gij
verklaard dat gij thans en in de toekomst
Christus' dienaar wilt zijn, ten tweede was 't
een oproep aan alle Katholieke jongens in
Nederland, om plaats te nemen in de gelede
ren der „Broeders in Christus"; der „Broe
ders in Christus", die verlangen den vrede
te brengen aan de gansche wereld.
Gij hadt niet beter kunnen beantwoorden
aan den oproep die ik verleden jaar op deze
plaats gedaan heb, dan op deze manier. Het
is heerlijk soldaat voor Jezus Christus te
zijn en tot Hem te bidden; elk gebed wordt
beloond, thans of in den Hemel. Gij hebt op
nieuw verklaard, strijders voor onzen Koning
Christus te zijn en door den oproep tot alle
Katholieke jongens getracht de gelederen
dezer strijders uit te Breiden en de jongens
tot U te trekken om hen in dienst van
Christus te brengen. Dat dit bijzonder aan
genaam is in de oogen van uw God, daar
kunt ge zeker van zijn.
Z. H. de Paus heeft tot ons allen gespro
ken en zeide ons dat om tot een doel te ge
raken twee dingen noodig zijn; actie en op
offering. Bezit gij deze eigenschappen dan
zult gij slagen in uw Apostolaat. St. Bavo Is
een voorbeeld voor U. Actie voeren moet gij
door u zelf ten voorbeeld te stellen voor an
deren, dan zal uw actie zeker lukken. Op
offering bestaat uit het brengen van een
klein offer, het vrijwillig ontzeggen van een
kleinigheid.
Alle Katholieke jongens moeten tot deze
gelederen toetreden.
Blijft voor Christus zooals gij juist ver
klaard hebt en de H. Geest is uw vriend.
Het Pontificaal Lof
Vervolgens werd door Z. H. E. een Ponti
ficaal Lof gecelebreerd. Bijzonder plechtig en
luisterrijk was dit; 100 misdienaars waren, in
het feestelijk rood gekleed, op en om het al
taar geschaard, overweldigend was het effect
dat hiermee bereikt werd. Met bijzondere
toestemming van den Bisschop werd de zang
door koper-instrumenten begeleid en maakte
een buitengewoon plechtigen indruk. Ten
slotte verhieven alle aanwezigen hun stem
tot God om Hem te danken voor het geeste
lijk genot dien middag gesmaakt.
Het Pontificaal Lof was een der hoogte
punten van den middag, het was zoo mooi en
indrukwekkend als wij zelden of ooit eerder
gezien hadden.
De demonstraties in het Brongebouw
Van nu af kreeg het geheel een meer fees
telijk en opgewekt karakter. In optocht trok
ken allen naar het Brongebouw; de muziek
speelde een pittigen marsch en de trommel
slagers trommelden er lustig op los. De veer
krachtig loopende jongens maakten een kra-
nigen indruk. Een menigte belangstellenden
had zich langs den weg geschaard om den
optocht te zien passeeren.
In den tuin van het Brongebouw was het
een drukte en bedrijvigheid van geweld. De
jongens lieten even zien dat zij ook werkelijk
jongens waren en aan godsdienstzin ook le
venslust paarden; vechten, stoeien en ravot
ten dat het een lust was om te zien.
Het muziekkorps van het „Sint Antonius"
patronaat bracht een paar nummers ten ge-
hoore, acrobaten vertoonden met muziek
begeleid hun kunsten, enz. enz.
Ten slotte verliet de stoet met de muziek
voorop, het gebouw en werd later ontbon
den.
Zoo is dit een buitengewoon geslaagde dag
geweest, geslaagd in alle opzichten en uit
voerders zoowel als toeschouwers zullen zeer
zeker tevreden zijn met de bereikte resulta
ten. Lof komt den organisatoren en leiders
toe; lof voor het prachtig initiatief, de uit
stekende uitvoering en de keurige ofganisa-
tie.
In aanvulling op ons verslag van gisteren
over het spreekkoor van den Haarlemschen
Patronatenbond nog het volgende:
Het bestuur van den Patronatenbond in
het bisdom Haarlem had verleden jaar reeds
besloten, dat er op 17 Mei van dit jaar in
alle districten door de patronaten een de
monstratie zou worden gehouden. Dit is ook
geschied, maar wijl de bisschop op 17 Mei
afwezig was, is de demonstratie in Haarlem
en Noordwfjk op 2en Pinksterdag gesteld.
Dat het spreekkoor aller belangstelling
had moge blijken uit de aanwezigheid van
het Dag. Bestuur van den Patronatenbond
in het Bisdom Haarlem. Wij merkten op
den Hoogeerw. heer J. M. Lucassen, deken
van Beverwijk als voorzitter, Pater C. van
Went uit Amsterdam en den heer M. H.
Beekelaar uit Beverwijk.
Het Centraal Comité tot bevordering van
Patronaatsbelangen in Nederland was ver
tegenwoordigd door den voorzitter, rector B.
H. de Groot uit Amersfoort en Pater J.
Hentzen was aanwezig namens den Dekena
len Jeugdraad.
Deken Lucassen gaf zijn voldoening over
de demonstratie te kennen en uitte zijn
vreugde over het woord van Mgr. Aengenent,
waarin de jongens op de eenheid gewezen
werd en werd aangedrongen op het strijden
onder de St. Bavo-vlag als Bavo-knapen.
30 Juni, 1 en 2 Juli
Het Ziekentriduum te Bloemendaal wordt
gehouden 30 Juni, 1 en 2 Juli.
Aangifte van zieken kan geschieden bij
Zuster Casander aan de Maria-Stichting,
ingang portiershuisje, Woensdag 27 Mei, 1,
3, 8 en 11 Juni, telkens tusschen 3 en 5 uur.
Wij geven nog een tweetal foto's van het
massaal spreekkoor dat Maandag te Haarlem
werd opgevoerd. (Reeds geplaatst in een deel
onzer vorige oplage.)
Het interieur der Kathedraal tijdens het plechtig Lof.
Een overzicht.