Van Alles en van Overal
IR. J. TH. J. CUYPERS 70 JAAR
TWEEDE BLAD
DINSDAG 9 JUNI 1931
BLADZIJDE 1
BINNENLANDSCH NIEUWS
LUCHTVAART
STADSNIEUWS
Door Joego-Slavië
J. M. v. d. Eem f
ifpswt»
zaken. Een groot aandeel heeft hij gehad
in den arbeid van betere arbeiderswonin
gen, en het succes, de 16 fraaie woningen
aan de Drieheerenlaan, destijds coöpera
tief gebouwd, is ook deels zjjn werk.
Dit succes deed hem ook naar andere
voordeelen voor den arbeider uitzien en
toen er in 1919 sprake was van de stichting
van een coöperatieve verbruiksvereeniging,
was hij weer direct bereid in het bestuur
zitting te nemen en tot de laatste dagen
was hij in het bestuur en een harde wer
ker, op de bres staande voor de leden, zeker,
maar vooral ook voor het personeel, om
dat hij aan den lijve gevoeld had, wat het
zeggen wilde, de zorg voor een gezin te
hebben.
De Roomsche beweging verliest veel aan
den overledene en velen zullen met smart
zijn zoo spoedig heengaan betreuren.
De teraardebestelling heeft plaats
Woensdagmorgen na de H. Mis van re
quiem, die om 9 uur zal gehouden worden
in de O. L. Vr. Hemelvaartskerk op het
Valkenburgerplein op de R. K. begraaf
plaats aan den Glipperweg.
Ned. R. K. Bond van Loodgieters- en
Koperslagerspatroons
Het Lustrum-programmaboek
MgT. Aengenent over de organisatie
van de werkgevers
Thans is verschenen de officieele feest
gids voor het le Lustrum-congres en de 4e
jaarvergadering van den Ned. R.K. Bond
van Loodgieters- en Koperslagerspatroons
op Dinsdag 23 en Woensdag 24 Juni te
Haarlem.
Z. H, Exc. Mgr. J. D. J. Aengenent schrijft
in dit boekje een artikeltje, waarin o.m.
gezegd wordt:
Het elftal van D. S. S. dat door den 40 overwinning op V. V. E. naar de le Mas
D. li. V. B. promoveerde.
„Dat zich ook onder de werkgevers het
principieele organisatieleven krachtig ont
wikkelt, is ons ten hoogste aangenaam, om
dat daardoor vervuld wordt een onzer har-
tewenschen. Wij zijn namelijk overtuigd, dat
de toekomst der maatschappelijke samenle
ving afhangt van de wijze waarop het so
ciale organisatieleven van onze dagen zich
heeft ingericht.
Daarom verheugen Wij ons, dat het besef
van den plicht om zich op principieelen
grondslag te organiseeren, ook bij onze ka
tholieke werkgevers hoe langer hoe meer
tot uiting komt
In de gids schrijven verder de bondsvoor
zitter, de voorzitter van de afdeeling Haar
lem, de bondsadviseur, de voorzitter van de
R.K. Middenstandsvereeniging te Haarlem,
de directeur van het Gemeente Gasbedrijf,
van de Gemeente-Waterleiding, etc.
Dinsdag 23 Juni begint om 11 uur de
jaarvergadering bij Brinkmann, om 12 urn-
zal Z. H. Exc. Mgr. Aengenent een bezoek
aan de vergadering brengen.
lies middags om 2y, uur begint het con
gres. Als spreker zal optreden Max van Poll
te Helmond.
Van iy, tot 5 'A uur recipieert het hoofd
bestuur; om 9>4 uur biedt de afdeeling
Haarlem een cabaretprogramma aan.
Woensdag om 9 uur: Gezongen H. Mis in
de Kathedraal, om 10 y. uur voortzetting dei-
jaarvergadering.
Des middags zal een autotocht door de
omgeving van Haarlem, aangeboden door de
plaatselijke afdeeling. gemaakt worden.
De Economische Voorlichting
Een adres aan de' Tweede Kamer
De Nederlandsche Maatschappij voor Nij
verheid en Handel heeft zich tot de Tweede
Kamer gewend in verband met het wets
ontwerp tot wijziging en verhooging van het
Xe Hoofdstuk der Begrooting tot reorgani
satie van de afdeeling Handel en Nijverheid
van het Departement van Arbeid, Handel en
Nijverheid.
Het hoofdbestuur van genoemde Maat
schappij verklaart er van overtuigd te zijn,
dat een reorganisatie van 's lands economi-
schen dienst, dringend geboden is en wel in
dezen zin, dat:
le. een centraal orgaan geschapen worde,
waarin alle economische belangen van ons
volk in hun vollen omvang en verschillende
consequenties overzien kunnen worden;
2e. een centraal orgaan alle noodige han
delsinlichtingen kan geven in binnen- en
buitenland en daartoe in direct contact
staat met onze consulaire ambtenaren, han
dels-attachés en andere organen in het bui
tenland en eveneens met de organen en ver-
eenigingen van nijverheid en handel in het
binnenland.
Het hoofdbestuur waardeert, dat door de
indiening van bedoeld wetsontwerp een stap
wordt gedaan in deze richting, doch is te
leurgesteld over de geringe verbetering, die
door dit ontwerp zal worden bereikt. Immers
zoowel van de bedoelde concentratie als van
het contact met onze officieele vertegen
woordigers in het buitenland, is in dit ont
werp geen sprake.
Het ontbreken van dit contact ontneemt
voor een zeer belangrijke deel de waarde aan
een organisatie als hier beoogd wordt. De ge
handhaafde afscheiding van de landbouwbe
langen, beteekent een verdere ernstige ver
mindering van het belang dezer reorganisa
tie, doch schept bovendien het gevaar van
een verscherpte tegenstelling tussclren den
landbouw eenerzijds, handel en industrie an
derzijds.
Het hoofdbestuur moet aanvaarding van
de in dit wetsontwerp voorgestelde regeling
als een zelfstandige en definitieve organisa
tie ontraden.
Een Engelsche reuzen-vliegboot
Nog groover den de DO X.
Tv> Engeland bestaan plannen, om een
oot te bouwen die nog kolossaler af-
'ngen dan de DO X zou hebben.
De^ plannen hebben thans vasten vorm
aangenomen en binnen korten tijd zou bij
de Vickers Soperm Arine Works te Sout
hampton begonnen worden met den bouw
van het vliegtuig, dat een araagvermogen
zou hebben van ruim 7 ton of bijna 2 maal
zooveel als de grootste Duitsche vliegbaot.
Het vliegtuig zou gedreven worden door
zes 900 PTC. Rolls-Royce motoren, die
speciaal voor dit doel geconstrueerd wor
den.
Foto I. Een der ongeveer honderd minarets, die nog in Sarajewo te zien zijn. Foto 2. „Winkels" in den bazaar te Sarajewo. Foto
S. Een Spaansche jodin, die, zooals alle jodinnen, afstammend van de in 1492 uit Spanje verjaagde joden, die zich in Joego
slavië vestigden, nog steeds het eigenaardige mutsje draagt, dat de joodsche vrouwen ten tijde van de uitwijzing droegen, ter onder
scheiding van de uit het Oosten gekomen stamgenooten. Foto 4. Een kijkje in Sarajewo.
De Nederlandsche turnploeg won Zondag met 4 punten verschil van zijn Belgische
tegenstanders. Wij zien hier beide ploegen vereenigd op het tooneel der Vlaamsche
Opera te Antwerpen
Een levendig tooneeltje op de markt te Sarajewo.
Gelijk bekend, wordt ir.
Joseph Theodoras Joan
nes Cuypers morgen ze
ventig jaar. Kort geleden
hebben we in een uitvoe
rig artikel de rijke ver
diensten van dezen alom
gewaardeerden bouwmees
ter in het licht gesteld.
Thans, aan den voor
avond van zijn zeventig
sten verjaardag, willen
wij nog eens afzonderlijk
ien ontwerper en bouwer
van de Haarlemsche
kathedraal herdenken,
welke een van de hoofd
werken van den 70-jarige
blijft. In den kathedraal-
bouw werden „ruimte" n
vlak vooropgesteld.
Voordien was vooral de
„lijn" overwegend geweest.
„Vlak" en „ruimte"
kwamen dus in plaats
van de „lijn" meer naar
den voorgrond.
Tegenover de hoogte-
ontwikkeling werd ruimte
ontwikkeling bij zeer
beperkte hoogte gesteld, waardoor het
karakter „parochiekerk" beter kon worden
benaderd.
Tegenover de aan Fransche gothiek her
innerende ontwikkeling van dr. Cuypers'
werken, werd de Nederlandsche baksteen ge
heel als grondvorm aangenomen van alle
ontwikkeling der onderdeelen. Dus het plat-
tevlak, de vierkante pijlers, louter als ver
menigvuldiging van den normalen vierkan
ten baksteen. Ook wordt daaruit ontwik
keld de terracotta blok en plaat, die tot
symmetrische decoratie aanleiding geeft,
j Natuursteen, slechts als hulpmateriaal
daarbij gebruikt, in en op de muren als
blokken, doch als slanke steunpunten als
opgaand verjongde (versmalde) cylinder-
vorm.
De waarde van het vlak werd ons zoo
vertelde Cuypers in 't eind der 19e eeuw
bewust, onder den invloed van Byzantijnsche
en Perzische kunst; die vonden we ook terug
in de Romaansche kerken van Rolduc, O. L.
Vrouwe van Maastricht en in de Kathedraal
van Doornik.
Zoo kwam de ongebroken cirkel in den
plattegrond en de stompe spitsboog in den
opstand. Zoo moest ook de gelijkzijdige drie
hoek van de Nederlandsche gothiek plaats
maken voor dien anderen (Egyptischen
driehoek 5 hoog bij 2 X 4 breed.
Moeilijkheden van belang deden zich niet
voor. Programma was: bouwen volgens mid-
cleneeuwsche economie, solide en zooveel als
met de middelen zou zijn te bereiken.
De verdeeling van den bouw was over
drie perioden. In den bouw van priesterkoor
en kappellen overheerscht de cirkel en
daardoor werd te sterk vertikaal streven
vermeden.
Toen in de tweede periode 19021905 de
koepel moest verrijzen, waren wij de gothiek
al meer ontgroeid en was de Nederlandsche
bouwkunst ook van Renaissance vrij en
gaat het zelfstandig gevoel voor massa,
ruimte en vlak grooter rol spelen.
Eindelijk in de laatste periode 19271930
kon van de magere, te slanke spitsen op de
westtorens, volgens meening van den archi
tect geen sprake meer zijn naast den ge
weldigen koepelbouw. Ook moesten alle
andere gebogen opgaande lijnen voor de be
kroning der torens worden vermeden, die
van verre telkens in hinderlijke aanraking
met het verloop der koepels zouden komen.
Voor den als gothieker geboren en ge
togen architect was en bleef het een zware
taak naast den ouden reuzenbouw op de
Groote Markt te Haarlem een nieuwe St.
Bavo te moeten oprichten. Alles kwam er
op aan een grondmotief te stellen, dat van
't oude voorbeeld geheel afweek.
Bewust werd niet het programma van
Mgr. van Heukelom, aansluitend aan de XV
de-eeuwsche Nederrijnsche school, terzijde
gesteld, maar gebruik, makend van de zeer
plooibare constructie-methoden, die in de
school van dr. Cuypers zoo'n rijke toepas
sing hadden gevonden, werd gestreefd naar
een ontwikkeling waarin „ruimte" er
„vlak" vooropgesteld waren
Vorig jaar zag Cuypers zijn grootsch
bouwwerk geheel voltooid een feit, dat
met indrukwekkende feestelijkheden gevierd
werd. Duizenden hebben reeds in bewonde
ring voor Cuypers' schepping in de Spaar-
nestad gestaan en nog vele duizenden zul
len volgen.
Wij weten zeker, namens die allen- te
spreken, als wij den 70-jarige nog vele jaren
van vruchtbaren arbeid toevenschen.
308.
VII.
's Avonds waren we in Doebrownik nog
even de stad in geweest om nog eens voor
het laatst te genieten van de geheel eigen
schoonheid dezer oude plaats, want den vol
genden morgen om kwart voor zevenen
moesten we alweer present zijn aan het
station, waar op dat uur de trein vertrekt
naar Sarajewo, dat nu bezocht zou worden.
We stapten in en bijna veertien uren later,
's avonds om 8.20, kwamen we in de hoofd-
dags vrij zijn, maar jawel, daar kwam na
tuurlijk weer niets van; men had ons nu
eenmaal daar en nu zouden we dan ook al
les zien wat er te zien was, voor zoover dat
in één dag mogelijk was; men liet ons een
voudig niet los.
's-Avonds direct na aankomst hadden we
natuurlijk weer aan het onvermijdelijke of
ficieele nachtmaal aangezeten, waarna het
al spoedig bedtijd was en den volgenden
morgen vroeg reeds begonnen we met het
bezichtigen der stad.
iedere straat, werd een moskee opgericht,
om het den „geloovigen" maar gemakkelijk
te maken, hun godsdienstplichten waar te
nemen. De ritueele voetwasschingen toch en
het verplichte avondgebed moesten, als zoo
veel meer dingen, steeds verricht worden in,
of op het binnenplein van de moskee; hoe
dichter die dus in de buurt was, hoe meer
kans er was, dat die plichten niet verwaar
loosd werden.
Zoo komt het, dat men nu nog in deze
stad niet minder dan ongeveer honderd
moskeeën vindt, alle met hun slanke mina
rets, die aan Sarajewo een zoo geheel
eigenaardig aanzien geven. Immers, men
ziet die hier niet in een eigen Oostersche
omgeving, maar in een stad, die voor een
groot deel naar Westerschen trant is ge
bouwd.
Toch treft men er ook den echt Ooster-
schen bazaar nog aan.
Als men de moderne hoofdstraten verlaat
en een kleine zijstraat ingaat, dan bevindt
men zich plotseling midden in het drukke
Oostersche gedoe en elk oogenblik wordt
men geboeid door typische kijkjes. Vooral in
de Tsjarsjija, het Oostersche marktkwartier,
den bazar dus, raakt de Europeaan, die zoo
iets nog nooit gezien heeft, niet uitgege-
ken. In dit, uit zestien smalle straatjes be
staande stadsdeel is het Oostersche leven
nog onvervalscht blijven voortbestaan. Hier
zitten, zooals overal in het Oosten de koop
lieden en handwerklieden, met de beenen
onder het lichaam gevouwen in hun, tegelij
kertijd als winkels dienende open werkplaat
sen hun beroep uit te oefenen. Stil zitten er
de kleermakers de mooi versierde nationale
kieedingstukken te naaien, terwijl een eindje
verderop een oorverdoovend gehamer van de
kopersmeden je de ooren doet dichtstoppen.
Daarnaast weer is een slager bezig voor zijn
deur, op den openbaren weg, een schaap te
slachten en het vel van het bloederige li
chaam te stroopen, terwijl de onsmakelijk
uitziende afgesneden bebloede kop van het
dier achteloos weggeworpen, aan zijn voe
ten ligt. Bakkers en galanterie-verkoopers,
linnenkooplui en goudsmeden, alles huist
hier dooreen. En, druk gestikuleerend en
hard pratend krioelen in deze straatjes de
menschen in hun schilderachtige, zij het ook
niet altijd even propere, en kleurige kleeding
dooreen alles bij elkaar een prachtig
beeld van het Oostersche leven.
Hier in Sarajewo hebben we ook de groot
ste en in heel de Mohammedaansche wereld
beroemde Begowa Dsjamija (Begowa moskee)
met het mausoleum van den stichter
Ghazi Hoesrewbeg bezichtigd, die tusschen
1526 en 1530 is gebouwd. Zeker, een grootsch
gebouw, waarop de Sarajewosche Mohamme
danen trotsch kunnen zijn, maar of het nu
werkelijk de mooiste moskee van de wereld
is, zooals men ons daar wilde doen gelooven,
meen ik te mogen betwijfelen de albasten
moskee in Cairo doet zeker voor deze niet
onder.
We hebben onder meer in Sarajewo ook
de groote Oostersche tapijtweverij bezocht
en daar gezien hoe vrouwen met eindeloos
geduld de mooie „Perzische" tapijten weven,
waarmee we tegenwoordig zoo graag onze
kamers versieren; een schitterende inrich
ting, die in het groot, net als in den bazaar
in het klein, in de fabriek zelf tevens de
verkoopplaats heeft.
Verder hebben we nog een bezoek ge
bracht aan de kunstnijverheidsschool, waar
we die fraaie Oostersche filigrainwerken za
gen maken en de met zilveren figuren inge
legde houten en ijzeren doosjes en andere
snuisterijen, terwijl wij 's-middags door een
vertegenwoordiger van het stadsbestuur op
het in Moorschen stijl gebouwde stadhuis
werden ontvangen en op een kopje Turksche
koffie onthaald.
Dat ons ook de plek bij de Latijnsehe brug
(nu Principbrug) gewezen werd, waar de
jonge Princip het Oostenrijksche kroon-
prinsenpaar met revolverschoten vermoord
de, welke moord tot den wereldoorlog aan
leiding gaf, maar die ookJoego-Slavië
tot Joego-Slavië heeft gemaakt, spreekt wel
vanzelf.
ARTHUR TERVOOREN.
Mij. tot Bevordering van
Woordkunst
De eerste-prijs-wirmaar naar Amerika
Bij den heer Albert Vogel, den algemeen
voorzitter va,n de Maatschappij tot bevor
dering van Woordkunst, is bericht ingeko
men van den heer Randoph Leigh, director-
general van het 8e International Oratorical
Contest te Washington, dat de eerste-prjjs-
winnaar van den jongstleden gehouden wed
strijd in welsprekendheid, onze stadgenoot, de
17-jarige A. van Hooff, is uitgenoodigd, deel
te nemen aan genoemd „contest", dat in
October a.s. te Washington zal worden ge
houden.
Hij moet spreken in de Nederlandsche taal
en zal 10 October e.k. moeten afvaren en 2
November d.a.v. terugkeeren
Zoowel zijn reis als zijn geheele verblijf
in de Vereenigde Staten komt ten laste van
het Amerikaansche comité.
Op de binnenplaats van de groote, of
stad van het voormalige Bosnië aan.
De trein, die hier op smalspoor rijdt, be
staat uit zeer geriefelijk ingerichte wagens,
vier plaatsen in iederen coupé, met een door
loop in het midden, zoodat alle reizigers vrij
van het dikwijls bizonder mooie uitzicht
kunnen genieten.
Daar de weg door het bergland voert en
vaak vrij steile hellingen moeten worden
overwonnen, wordt tamelijk langzaam ge
reden, wat, samen met het feit, dat de weg
tal van bochten maakt om bergen heen en
soms zelfs in serpentinen er tegenop, de
reis tusschen de beide steden, die hemels
breed niet zoo heel veel verder van elkaar
liggen als Doebrownik en Cetinje, zoo lang
doet duren. Lang beteekent hier evenwel
niet tè lang, want overal is het landschap
waar je doorheen komt heerlijk mooi.
Het is in het algemeen hetzelfde woeste
landschap, dat ik ook reeds in andere ge
deelten van het land zag, maar afgewisseld
met hier-en-daar een strook vlak land, of
wijnbergen, waarin de wijnbouwers in hun
kleurige kleederdracht aan den arbeid wa
ren. En telkens weer treft een gezicht op de
rivier Naredwa, die nu eens breed, dan weer
smal, nu eens rustig stroomend, dan weer
woest over rotsblokken jagend haar weg ver
volgt en waarin de hellende lagen van het
gesteente, waaruit de bergen zijn opgebouwd,
schijnen weg te glijden.
In Mostar, waar we tegen 1 uur aankwa
men, werd twintig minuten gestopt, om,
daar de trein geen restauratiewagen heeft,
de passagiers in de gelegenheid te stellen
aan het station iets eetbaars te koopen. Het
spoorwegbestuur heeft er voor gezorgd, dat
het station hier daarop geheel berekend is,
zoodat het geen moeite kost en er ook geen
dringen noodig is, om hier mondvoorraad op
te doen.
Als alle passagiers met hun pakjes eet
waren weer hebben plaats genomen, gaat
het weer verder, steeds door een woeste,
maar grootsche natuur en toen het, even
voor we het stationnetje Joeblentsja bereik
ten, begon te regenen, veranderde het land
schap geheel va^ aanzien. De grijze luchten
schenen alles nog woester, nog onheilspel
lender te doen uitkomen en boven al dat
grauw staken helder wit, hier-en-daar bo
ven de dunne wolken door een warm zon
netje beschenen, de vele sneeuwtoppen uit
van de omringende bergen.
Twaalf uren hadden we al gespoord, nu-
en-dan met een behoorlijk gangetje, maar
ook nu-en-dan als het ware kruipend, als de
locomotief snuivend en blazend ons tegen een
steile helling op moest trekken, maar toen
ging het niet langer, toen werd de weg te
steil voor een gewone locomotief. Van hier
gingen we verder als tandradspoor en vóór
en achter kregen we een tandrad-locomotief,
die ons samen de helling op trokken en duw
den.
Toen ook kwamen we in het gebied van de
tunnels, waarvan er op deze lijn niet min
der dan 66 zijn, waarvan een, even voorbij
het stationnetje Bradina, die eerst den 9den
April van dit jaar is in gebruik genomen,
3223 meter lang is.
Zoo kwamen we tegen den avond in Sara
jewo aan.
We zouden daar maar één dag blijven en
van dien eenen dag zouden we des namid-
Na een zeer
kortstondig lijden
is, als gevolg van
een noodzakelijke
operatie, in de Ma-
riastichting op 62-
jarige leeftijd over
leden de heer J.
M. v. d. Eem. Als
vader van een
groot gezin voelde
de overledene de
nooden van de ar
beiders. Daarom
was zijn heele leven,
naast den harden
arbeid als timmer
mansgezel en de
zorg van zijn tal
rijk kroost, ge
richt op de ver
heffing van den
arbeider, en dit
kwam voor het
eerst tot uiting
kort na de uitvaar
diging van de „Rerum Novarum", door
s stichting v. d. R. K. Timmerliedenbond,
waarvan hij de steenlegger was, en welke
bond later in landelijk verband overging
naar den bouwvakarbeidersbond „St. Jo
zef", waarvan de overledene ruim 10 jaar
voorzitter is geweest en vele jaren lid van
den Bondsraad.
Naast deze zwaren arbeid vond de over
ledene nog tijd en lust zich te geven aan
vele andere sociale zaken.
Wij noemen hier o.m. zijn lid-zijn in
de oorlogsjaren van de commissie van
de distributie. Vanaf de oprichting tot
zijn dood had hij zititng in de commissie
van advies van het werkloozencomité, na
mens den R. K. Bouwvakarbeidersbond.
Daarin zal zijn plaats zeker niet gemak
kelijk zijn te vervangen, op eene wijze als
door hem verricht.
„Hulp in Nood", die mooie filantropi
sche instelling in den Katholieken Volks
bond, was een stuk werk van hem. Zeker,
de leden offerden wel iets op de maande-
lijksche vergaderingen, maar niemand der
leden weet hoeveel goed hij daarin heeft
gedaan. Dit weten alleen de belanghebben
den.
Vow een groot deel dankt de retraite
club haar tegenwoordigen bloei aan zijn
onvermoeiden arbeid. Ook hier hanteerde
hij verschillende jaren den voorzittersha
mer.
In de katholieke politiek was v. d. Eem
zeker geen onbekende. Een vurige propa
gandist, eerlijk en rondborstig wist hij
eerbied af te dwingen ook onder zijn te
genstanders. Vanaf de oprichting van ,den
verkiezingsraad vertegenwoordigde hij er
den groep arbeiders In dien raad.
Naast dezen arbeid op katholiek gebied
vond hij ook nog veel tijd voor andere
Begowa- moskeekeuvelende mohammedanen.
Nu, deze stad is waard bezichtigd te wor
den! Ze heeft werkelijk een eenige ligging.
Rondom hooge bergen, hier groen en met
bosch begroeid, daar dor en kaal, maar over
al gekroond met forten en in de „holte" be
neden, als gekoesterd door de bergwanden,
waarop fel de zon schijnt en beschermd
door de forten, ligt Sarajewo met zijn talrij
ke moskeeën en koepels en minarets.
Hier in Sarajewo ontmoeten Oost en
West elkaar en ze leven er broederlijk sa
men. Want al zijn er van de 70.000 inwoners
24.000 Mohammedanen, die Mohammedanen
zijn geen Turken en dat maakt al dadelijk
een groot onderscheid. Eeuwen lang heeft de
stad gezucht onder Turksche overheersching,
steeds heeft zij blootgestaan aan vervolgin
gen om het geloof, maar standvastig zijn de
meeste inwoners het Katholieke of het or
thodoxe geloof trouw gebleven.
De meeste! Er zijn altijd en overal zwakke
broeders geweest, waarom zou Sarajewo
daarop een uitzondering maken? Om niet
beroofd te worden van him bezittingen,
veelal ook om aan den dood te ontkomen,
waren er onder de inwoners, die den gods
dienst van den overweldiger aannamen, niet
van harte, niet uit overtuiging, maar op uti-
liteitsgronaen. Maar de bezetting door de
Turken bleef maar voortduren en ook de
kinderen, dier Muzelmannen-in-naam wer
den in liet Mohammedaansche geloof opge
voed en ook hun kinderen weer en ten slot
te dachten die nakomelingen er niet meer
aan, dat eens hun voorouders gedwongen
den godsdienst aannamen dien zij nu beleden
zoo werden ze trouwe Muzelmannen.
En de Turken, die zich overigens aan niets
wat de welvaart en de ontwikkeling der be
volking aangaat lieten gelegen liggen, zorg
den er wel voor, dat het Mohammedaansche
geloof werd aangemoedigd en overal, in