Van Alles en van Overal IR. J. TH. J. CUYPERS 70 JAAR TWEEDE BLAD DINSDAG 9 JUNI 1931 BLADZIJDE 1 BINNENLANDSCH NIEUWS LUCHTVAART STADSNIEUWS Door Joego-Slavië J. M. v. d. Eem f ifpswt» zaken. Een groot aandeel heeft hij gehad in den arbeid van betere arbeiderswonin gen, en het succes, de 16 fraaie woningen aan de Drieheerenlaan, destijds coöpera tief gebouwd, is ook deels zjjn werk. Dit succes deed hem ook naar andere voordeelen voor den arbeider uitzien en toen er in 1919 sprake was van de stichting van een coöperatieve verbruiksvereeniging, was hij weer direct bereid in het bestuur zitting te nemen en tot de laatste dagen was hij in het bestuur en een harde wer ker, op de bres staande voor de leden, zeker, maar vooral ook voor het personeel, om dat hij aan den lijve gevoeld had, wat het zeggen wilde, de zorg voor een gezin te hebben. De Roomsche beweging verliest veel aan den overledene en velen zullen met smart zijn zoo spoedig heengaan betreuren. De teraardebestelling heeft plaats Woensdagmorgen na de H. Mis van re quiem, die om 9 uur zal gehouden worden in de O. L. Vr. Hemelvaartskerk op het Valkenburgerplein op de R. K. begraaf plaats aan den Glipperweg. Ned. R. K. Bond van Loodgieters- en Koperslagerspatroons Het Lustrum-programmaboek MgT. Aengenent over de organisatie van de werkgevers Thans is verschenen de officieele feest gids voor het le Lustrum-congres en de 4e jaarvergadering van den Ned. R.K. Bond van Loodgieters- en Koperslagerspatroons op Dinsdag 23 en Woensdag 24 Juni te Haarlem. Z. H, Exc. Mgr. J. D. J. Aengenent schrijft in dit boekje een artikeltje, waarin o.m. gezegd wordt: Het elftal van D. S. S. dat door den 40 overwinning op V. V. E. naar de le Mas D. li. V. B. promoveerde. „Dat zich ook onder de werkgevers het principieele organisatieleven krachtig ont wikkelt, is ons ten hoogste aangenaam, om dat daardoor vervuld wordt een onzer har- tewenschen. Wij zijn namelijk overtuigd, dat de toekomst der maatschappelijke samenle ving afhangt van de wijze waarop het so ciale organisatieleven van onze dagen zich heeft ingericht. Daarom verheugen Wij ons, dat het besef van den plicht om zich op principieelen grondslag te organiseeren, ook bij onze ka tholieke werkgevers hoe langer hoe meer tot uiting komt In de gids schrijven verder de bondsvoor zitter, de voorzitter van de afdeeling Haar lem, de bondsadviseur, de voorzitter van de R.K. Middenstandsvereeniging te Haarlem, de directeur van het Gemeente Gasbedrijf, van de Gemeente-Waterleiding, etc. Dinsdag 23 Juni begint om 11 uur de jaarvergadering bij Brinkmann, om 12 urn- zal Z. H. Exc. Mgr. Aengenent een bezoek aan de vergadering brengen. lies middags om 2y, uur begint het con gres. Als spreker zal optreden Max van Poll te Helmond. Van iy, tot 5 'A uur recipieert het hoofd bestuur; om 9>4 uur biedt de afdeeling Haarlem een cabaretprogramma aan. Woensdag om 9 uur: Gezongen H. Mis in de Kathedraal, om 10 y. uur voortzetting dei- jaarvergadering. Des middags zal een autotocht door de omgeving van Haarlem, aangeboden door de plaatselijke afdeeling. gemaakt worden. De Economische Voorlichting Een adres aan de' Tweede Kamer De Nederlandsche Maatschappij voor Nij verheid en Handel heeft zich tot de Tweede Kamer gewend in verband met het wets ontwerp tot wijziging en verhooging van het Xe Hoofdstuk der Begrooting tot reorgani satie van de afdeeling Handel en Nijverheid van het Departement van Arbeid, Handel en Nijverheid. Het hoofdbestuur van genoemde Maat schappij verklaart er van overtuigd te zijn, dat een reorganisatie van 's lands economi- schen dienst, dringend geboden is en wel in dezen zin, dat: le. een centraal orgaan geschapen worde, waarin alle economische belangen van ons volk in hun vollen omvang en verschillende consequenties overzien kunnen worden; 2e. een centraal orgaan alle noodige han delsinlichtingen kan geven in binnen- en buitenland en daartoe in direct contact staat met onze consulaire ambtenaren, han dels-attachés en andere organen in het bui tenland en eveneens met de organen en ver- eenigingen van nijverheid en handel in het binnenland. Het hoofdbestuur waardeert, dat door de indiening van bedoeld wetsontwerp een stap wordt gedaan in deze richting, doch is te leurgesteld over de geringe verbetering, die door dit ontwerp zal worden bereikt. Immers zoowel van de bedoelde concentratie als van het contact met onze officieele vertegen woordigers in het buitenland, is in dit ont werp geen sprake. Het ontbreken van dit contact ontneemt voor een zeer belangrijke deel de waarde aan een organisatie als hier beoogd wordt. De ge handhaafde afscheiding van de landbouwbe langen, beteekent een verdere ernstige ver mindering van het belang dezer reorganisa tie, doch schept bovendien het gevaar van een verscherpte tegenstelling tussclren den landbouw eenerzijds, handel en industrie an derzijds. Het hoofdbestuur moet aanvaarding van de in dit wetsontwerp voorgestelde regeling als een zelfstandige en definitieve organisa tie ontraden. Een Engelsche reuzen-vliegboot Nog groover den de DO X. Tv> Engeland bestaan plannen, om een oot te bouwen die nog kolossaler af- 'ngen dan de DO X zou hebben. De^ plannen hebben thans vasten vorm aangenomen en binnen korten tijd zou bij de Vickers Soperm Arine Works te Sout hampton begonnen worden met den bouw van het vliegtuig, dat een araagvermogen zou hebben van ruim 7 ton of bijna 2 maal zooveel als de grootste Duitsche vliegbaot. Het vliegtuig zou gedreven worden door zes 900 PTC. Rolls-Royce motoren, die speciaal voor dit doel geconstrueerd wor den. Foto I. Een der ongeveer honderd minarets, die nog in Sarajewo te zien zijn. Foto 2. „Winkels" in den bazaar te Sarajewo. Foto S. Een Spaansche jodin, die, zooals alle jodinnen, afstammend van de in 1492 uit Spanje verjaagde joden, die zich in Joego slavië vestigden, nog steeds het eigenaardige mutsje draagt, dat de joodsche vrouwen ten tijde van de uitwijzing droegen, ter onder scheiding van de uit het Oosten gekomen stamgenooten. Foto 4. Een kijkje in Sarajewo. De Nederlandsche turnploeg won Zondag met 4 punten verschil van zijn Belgische tegenstanders. Wij zien hier beide ploegen vereenigd op het tooneel der Vlaamsche Opera te Antwerpen Een levendig tooneeltje op de markt te Sarajewo. Gelijk bekend, wordt ir. Joseph Theodoras Joan nes Cuypers morgen ze ventig jaar. Kort geleden hebben we in een uitvoe rig artikel de rijke ver diensten van dezen alom gewaardeerden bouwmees ter in het licht gesteld. Thans, aan den voor avond van zijn zeventig sten verjaardag, willen wij nog eens afzonderlijk ien ontwerper en bouwer van de Haarlemsche kathedraal herdenken, welke een van de hoofd werken van den 70-jarige blijft. In den kathedraal- bouw werden „ruimte" n vlak vooropgesteld. Voordien was vooral de „lijn" overwegend geweest. „Vlak" en „ruimte" kwamen dus in plaats van de „lijn" meer naar den voorgrond. Tegenover de hoogte- ontwikkeling werd ruimte ontwikkeling bij zeer beperkte hoogte gesteld, waardoor het karakter „parochiekerk" beter kon worden benaderd. Tegenover de aan Fransche gothiek her innerende ontwikkeling van dr. Cuypers' werken, werd de Nederlandsche baksteen ge heel als grondvorm aangenomen van alle ontwikkeling der onderdeelen. Dus het plat- tevlak, de vierkante pijlers, louter als ver menigvuldiging van den normalen vierkan ten baksteen. Ook wordt daaruit ontwik keld de terracotta blok en plaat, die tot symmetrische decoratie aanleiding geeft, j Natuursteen, slechts als hulpmateriaal daarbij gebruikt, in en op de muren als blokken, doch als slanke steunpunten als opgaand verjongde (versmalde) cylinder- vorm. De waarde van het vlak werd ons zoo vertelde Cuypers in 't eind der 19e eeuw bewust, onder den invloed van Byzantijnsche en Perzische kunst; die vonden we ook terug in de Romaansche kerken van Rolduc, O. L. Vrouwe van Maastricht en in de Kathedraal van Doornik. Zoo kwam de ongebroken cirkel in den plattegrond en de stompe spitsboog in den opstand. Zoo moest ook de gelijkzijdige drie hoek van de Nederlandsche gothiek plaats maken voor dien anderen (Egyptischen driehoek 5 hoog bij 2 X 4 breed. Moeilijkheden van belang deden zich niet voor. Programma was: bouwen volgens mid- cleneeuwsche economie, solide en zooveel als met de middelen zou zijn te bereiken. De verdeeling van den bouw was over drie perioden. In den bouw van priesterkoor en kappellen overheerscht de cirkel en daardoor werd te sterk vertikaal streven vermeden. Toen in de tweede periode 19021905 de koepel moest verrijzen, waren wij de gothiek al meer ontgroeid en was de Nederlandsche bouwkunst ook van Renaissance vrij en gaat het zelfstandig gevoel voor massa, ruimte en vlak grooter rol spelen. Eindelijk in de laatste periode 19271930 kon van de magere, te slanke spitsen op de westtorens, volgens meening van den archi tect geen sprake meer zijn naast den ge weldigen koepelbouw. Ook moesten alle andere gebogen opgaande lijnen voor de be kroning der torens worden vermeden, die van verre telkens in hinderlijke aanraking met het verloop der koepels zouden komen. Voor den als gothieker geboren en ge togen architect was en bleef het een zware taak naast den ouden reuzenbouw op de Groote Markt te Haarlem een nieuwe St. Bavo te moeten oprichten. Alles kwam er op aan een grondmotief te stellen, dat van 't oude voorbeeld geheel afweek. Bewust werd niet het programma van Mgr. van Heukelom, aansluitend aan de XV de-eeuwsche Nederrijnsche school, terzijde gesteld, maar gebruik, makend van de zeer plooibare constructie-methoden, die in de school van dr. Cuypers zoo'n rijke toepas sing hadden gevonden, werd gestreefd naar een ontwikkeling waarin „ruimte" er „vlak" vooropgesteld waren Vorig jaar zag Cuypers zijn grootsch bouwwerk geheel voltooid een feit, dat met indrukwekkende feestelijkheden gevierd werd. Duizenden hebben reeds in bewonde ring voor Cuypers' schepping in de Spaar- nestad gestaan en nog vele duizenden zul len volgen. Wij weten zeker, namens die allen- te spreken, als wij den 70-jarige nog vele jaren van vruchtbaren arbeid toevenschen. 308. VII. 's Avonds waren we in Doebrownik nog even de stad in geweest om nog eens voor het laatst te genieten van de geheel eigen schoonheid dezer oude plaats, want den vol genden morgen om kwart voor zevenen moesten we alweer present zijn aan het station, waar op dat uur de trein vertrekt naar Sarajewo, dat nu bezocht zou worden. We stapten in en bijna veertien uren later, 's avonds om 8.20, kwamen we in de hoofd- dags vrij zijn, maar jawel, daar kwam na tuurlijk weer niets van; men had ons nu eenmaal daar en nu zouden we dan ook al les zien wat er te zien was, voor zoover dat in één dag mogelijk was; men liet ons een voudig niet los. 's-Avonds direct na aankomst hadden we natuurlijk weer aan het onvermijdelijke of ficieele nachtmaal aangezeten, waarna het al spoedig bedtijd was en den volgenden morgen vroeg reeds begonnen we met het bezichtigen der stad. iedere straat, werd een moskee opgericht, om het den „geloovigen" maar gemakkelijk te maken, hun godsdienstplichten waar te nemen. De ritueele voetwasschingen toch en het verplichte avondgebed moesten, als zoo veel meer dingen, steeds verricht worden in, of op het binnenplein van de moskee; hoe dichter die dus in de buurt was, hoe meer kans er was, dat die plichten niet verwaar loosd werden. Zoo komt het, dat men nu nog in deze stad niet minder dan ongeveer honderd moskeeën vindt, alle met hun slanke mina rets, die aan Sarajewo een zoo geheel eigenaardig aanzien geven. Immers, men ziet die hier niet in een eigen Oostersche omgeving, maar in een stad, die voor een groot deel naar Westerschen trant is ge bouwd. Toch treft men er ook den echt Ooster- schen bazaar nog aan. Als men de moderne hoofdstraten verlaat en een kleine zijstraat ingaat, dan bevindt men zich plotseling midden in het drukke Oostersche gedoe en elk oogenblik wordt men geboeid door typische kijkjes. Vooral in de Tsjarsjija, het Oostersche marktkwartier, den bazar dus, raakt de Europeaan, die zoo iets nog nooit gezien heeft, niet uitgege- ken. In dit, uit zestien smalle straatjes be staande stadsdeel is het Oostersche leven nog onvervalscht blijven voortbestaan. Hier zitten, zooals overal in het Oosten de koop lieden en handwerklieden, met de beenen onder het lichaam gevouwen in hun, tegelij kertijd als winkels dienende open werkplaat sen hun beroep uit te oefenen. Stil zitten er de kleermakers de mooi versierde nationale kieedingstukken te naaien, terwijl een eindje verderop een oorverdoovend gehamer van de kopersmeden je de ooren doet dichtstoppen. Daarnaast weer is een slager bezig voor zijn deur, op den openbaren weg, een schaap te slachten en het vel van het bloederige li chaam te stroopen, terwijl de onsmakelijk uitziende afgesneden bebloede kop van het dier achteloos weggeworpen, aan zijn voe ten ligt. Bakkers en galanterie-verkoopers, linnenkooplui en goudsmeden, alles huist hier dooreen. En, druk gestikuleerend en hard pratend krioelen in deze straatjes de menschen in hun schilderachtige, zij het ook niet altijd even propere, en kleurige kleeding dooreen alles bij elkaar een prachtig beeld van het Oostersche leven. Hier in Sarajewo hebben we ook de groot ste en in heel de Mohammedaansche wereld beroemde Begowa Dsjamija (Begowa moskee) met het mausoleum van den stichter Ghazi Hoesrewbeg bezichtigd, die tusschen 1526 en 1530 is gebouwd. Zeker, een grootsch gebouw, waarop de Sarajewosche Mohamme danen trotsch kunnen zijn, maar of het nu werkelijk de mooiste moskee van de wereld is, zooals men ons daar wilde doen gelooven, meen ik te mogen betwijfelen de albasten moskee in Cairo doet zeker voor deze niet onder. We hebben onder meer in Sarajewo ook de groote Oostersche tapijtweverij bezocht en daar gezien hoe vrouwen met eindeloos geduld de mooie „Perzische" tapijten weven, waarmee we tegenwoordig zoo graag onze kamers versieren; een schitterende inrich ting, die in het groot, net als in den bazaar in het klein, in de fabriek zelf tevens de verkoopplaats heeft. Verder hebben we nog een bezoek ge bracht aan de kunstnijverheidsschool, waar we die fraaie Oostersche filigrainwerken za gen maken en de met zilveren figuren inge legde houten en ijzeren doosjes en andere snuisterijen, terwijl wij 's-middags door een vertegenwoordiger van het stadsbestuur op het in Moorschen stijl gebouwde stadhuis werden ontvangen en op een kopje Turksche koffie onthaald. Dat ons ook de plek bij de Latijnsehe brug (nu Principbrug) gewezen werd, waar de jonge Princip het Oostenrijksche kroon- prinsenpaar met revolverschoten vermoord de, welke moord tot den wereldoorlog aan leiding gaf, maar die ookJoego-Slavië tot Joego-Slavië heeft gemaakt, spreekt wel vanzelf. ARTHUR TERVOOREN. Mij. tot Bevordering van Woordkunst De eerste-prijs-wirmaar naar Amerika Bij den heer Albert Vogel, den algemeen voorzitter va,n de Maatschappij tot bevor dering van Woordkunst, is bericht ingeko men van den heer Randoph Leigh, director- general van het 8e International Oratorical Contest te Washington, dat de eerste-prjjs- winnaar van den jongstleden gehouden wed strijd in welsprekendheid, onze stadgenoot, de 17-jarige A. van Hooff, is uitgenoodigd, deel te nemen aan genoemd „contest", dat in October a.s. te Washington zal worden ge houden. Hij moet spreken in de Nederlandsche taal en zal 10 October e.k. moeten afvaren en 2 November d.a.v. terugkeeren Zoowel zijn reis als zijn geheele verblijf in de Vereenigde Staten komt ten laste van het Amerikaansche comité. Op de binnenplaats van de groote, of stad van het voormalige Bosnië aan. De trein, die hier op smalspoor rijdt, be staat uit zeer geriefelijk ingerichte wagens, vier plaatsen in iederen coupé, met een door loop in het midden, zoodat alle reizigers vrij van het dikwijls bizonder mooie uitzicht kunnen genieten. Daar de weg door het bergland voert en vaak vrij steile hellingen moeten worden overwonnen, wordt tamelijk langzaam ge reden, wat, samen met het feit, dat de weg tal van bochten maakt om bergen heen en soms zelfs in serpentinen er tegenop, de reis tusschen de beide steden, die hemels breed niet zoo heel veel verder van elkaar liggen als Doebrownik en Cetinje, zoo lang doet duren. Lang beteekent hier evenwel niet tè lang, want overal is het landschap waar je doorheen komt heerlijk mooi. Het is in het algemeen hetzelfde woeste landschap, dat ik ook reeds in andere ge deelten van het land zag, maar afgewisseld met hier-en-daar een strook vlak land, of wijnbergen, waarin de wijnbouwers in hun kleurige kleederdracht aan den arbeid wa ren. En telkens weer treft een gezicht op de rivier Naredwa, die nu eens breed, dan weer smal, nu eens rustig stroomend, dan weer woest over rotsblokken jagend haar weg ver volgt en waarin de hellende lagen van het gesteente, waaruit de bergen zijn opgebouwd, schijnen weg te glijden. In Mostar, waar we tegen 1 uur aankwa men, werd twintig minuten gestopt, om, daar de trein geen restauratiewagen heeft, de passagiers in de gelegenheid te stellen aan het station iets eetbaars te koopen. Het spoorwegbestuur heeft er voor gezorgd, dat het station hier daarop geheel berekend is, zoodat het geen moeite kost en er ook geen dringen noodig is, om hier mondvoorraad op te doen. Als alle passagiers met hun pakjes eet waren weer hebben plaats genomen, gaat het weer verder, steeds door een woeste, maar grootsche natuur en toen het, even voor we het stationnetje Joeblentsja bereik ten, begon te regenen, veranderde het land schap geheel va^ aanzien. De grijze luchten schenen alles nog woester, nog onheilspel lender te doen uitkomen en boven al dat grauw staken helder wit, hier-en-daar bo ven de dunne wolken door een warm zon netje beschenen, de vele sneeuwtoppen uit van de omringende bergen. Twaalf uren hadden we al gespoord, nu- en-dan met een behoorlijk gangetje, maar ook nu-en-dan als het ware kruipend, als de locomotief snuivend en blazend ons tegen een steile helling op moest trekken, maar toen ging het niet langer, toen werd de weg te steil voor een gewone locomotief. Van hier gingen we verder als tandradspoor en vóór en achter kregen we een tandrad-locomotief, die ons samen de helling op trokken en duw den. Toen ook kwamen we in het gebied van de tunnels, waarvan er op deze lijn niet min der dan 66 zijn, waarvan een, even voorbij het stationnetje Bradina, die eerst den 9den April van dit jaar is in gebruik genomen, 3223 meter lang is. Zoo kwamen we tegen den avond in Sara jewo aan. We zouden daar maar één dag blijven en van dien eenen dag zouden we des namid- Na een zeer kortstondig lijden is, als gevolg van een noodzakelijke operatie, in de Ma- riastichting op 62- jarige leeftijd over leden de heer J. M. v. d. Eem. Als vader van een groot gezin voelde de overledene de nooden van de ar beiders. Daarom was zijn heele leven, naast den harden arbeid als timmer mansgezel en de zorg van zijn tal rijk kroost, ge richt op de ver heffing van den arbeider, en dit kwam voor het eerst tot uiting kort na de uitvaar diging van de „Rerum Novarum", door s stichting v. d. R. K. Timmerliedenbond, waarvan hij de steenlegger was, en welke bond later in landelijk verband overging naar den bouwvakarbeidersbond „St. Jo zef", waarvan de overledene ruim 10 jaar voorzitter is geweest en vele jaren lid van den Bondsraad. Naast deze zwaren arbeid vond de over ledene nog tijd en lust zich te geven aan vele andere sociale zaken. Wij noemen hier o.m. zijn lid-zijn in de oorlogsjaren van de commissie van de distributie. Vanaf de oprichting tot zijn dood had hij zititng in de commissie van advies van het werkloozencomité, na mens den R. K. Bouwvakarbeidersbond. Daarin zal zijn plaats zeker niet gemak kelijk zijn te vervangen, op eene wijze als door hem verricht. „Hulp in Nood", die mooie filantropi sche instelling in den Katholieken Volks bond, was een stuk werk van hem. Zeker, de leden offerden wel iets op de maande- lijksche vergaderingen, maar niemand der leden weet hoeveel goed hij daarin heeft gedaan. Dit weten alleen de belanghebben den. Vow een groot deel dankt de retraite club haar tegenwoordigen bloei aan zijn onvermoeiden arbeid. Ook hier hanteerde hij verschillende jaren den voorzittersha mer. In de katholieke politiek was v. d. Eem zeker geen onbekende. Een vurige propa gandist, eerlijk en rondborstig wist hij eerbied af te dwingen ook onder zijn te genstanders. Vanaf de oprichting van ,den verkiezingsraad vertegenwoordigde hij er den groep arbeiders In dien raad. Naast dezen arbeid op katholiek gebied vond hij ook nog veel tijd voor andere Begowa- moskeekeuvelende mohammedanen. Nu, deze stad is waard bezichtigd te wor den! Ze heeft werkelijk een eenige ligging. Rondom hooge bergen, hier groen en met bosch begroeid, daar dor en kaal, maar over al gekroond met forten en in de „holte" be neden, als gekoesterd door de bergwanden, waarop fel de zon schijnt en beschermd door de forten, ligt Sarajewo met zijn talrij ke moskeeën en koepels en minarets. Hier in Sarajewo ontmoeten Oost en West elkaar en ze leven er broederlijk sa men. Want al zijn er van de 70.000 inwoners 24.000 Mohammedanen, die Mohammedanen zijn geen Turken en dat maakt al dadelijk een groot onderscheid. Eeuwen lang heeft de stad gezucht onder Turksche overheersching, steeds heeft zij blootgestaan aan vervolgin gen om het geloof, maar standvastig zijn de meeste inwoners het Katholieke of het or thodoxe geloof trouw gebleven. De meeste! Er zijn altijd en overal zwakke broeders geweest, waarom zou Sarajewo daarop een uitzondering maken? Om niet beroofd te worden van him bezittingen, veelal ook om aan den dood te ontkomen, waren er onder de inwoners, die den gods dienst van den overweldiger aannamen, niet van harte, niet uit overtuiging, maar op uti- liteitsgronaen. Maar de bezetting door de Turken bleef maar voortduren en ook de kinderen, dier Muzelmannen-in-naam wer den in liet Mohammedaansche geloof opge voed en ook hun kinderen weer en ten slot te dachten die nakomelingen er niet meer aan, dat eens hun voorouders gedwongen den godsdienst aannamen dien zij nu beleden zoo werden ze trouwe Muzelmannen. En de Turken, die zich overigens aan niets wat de welvaart en de ontwikkeling der be volking aangaat lieten gelegen liggen, zorg den er wel voor, dat het Mohammedaansche geloof werd aangemoedigd en overal, in

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 5