GEHEIME
gehootjchappeh
Elecirolux
Model
N 1V ATANDPASTA
J. LOTTGERING
I. DE CARBONARI
k
R.K. Kiesvereeniging
„RECHT en PLICHT"
Openbare Vergadering
ANONIEME BRIEVEN
KIEZERS en KIEZERESSEN
ELCK WAT WILS
Ververij en Chemische Wasscherij
REINIGT EN MAAKT
KIEUW VAN OUD
Het woüd gezuiverd van de wolven!"
De doornenkroon
van den „goeden neef" Christus
Napels en Piemont
De gevangenen van Spielberg
H. H. Jr.
De geruischlooze,
debaderiënvanger
Haarlem: Kruisweg 70 c, Telefoon 14271
Dr. H. MANNING'S
ivi 1 W ^"lL25&75c.p.tube
aan onze week-abonné's,
om het abonnementsgeld
op MAANDAG, uiterlijk
Dinsdag aan de bezorgers
te willen betalen, aange
zien zij verplicht zijn op
tijd af te rekenen.
Wij rekenen daarom op
Uwe medewerking.
Administr. N. H. Courant
STADSNIEUWS
VOETBAL
ATHLETIEK
Internationale atletiekwedstrijden
te Antwerpen
Eysker (H.A.V.) verbetert het
Ned. Record Kogelstooten
WATERPOLO
GR. HOUTSTRAAT 5A- TEL 10771
In de dagen dat Italië, vlak na de Napole
ontische overheersching, geregeerd werd
door verschillende kleine vorsten, die ieder
kleine despoten waren en dansten naar de
pijpen van Metternich, den kanselier van
Oostenrijk, in die dagen is plotseling het
gerucht door het land gegaan, dat er een
wijdvertakte organisatie van „Kolendelvers"
bestond, die in het geheim wroette tegen de
despoten en hen met revolutionnair geweld
wilde verdrijven. Niemand wist waar die
geruchten vandaan kwamen, niemand kende
den oorsprong van de „Carboneria". (Thans
kent men dien nog niet.) Doch weldra wist
ieder van haar bestaan en twijfelde niemand
meer aan haar macht.
Langzaam lekten bijzonderheden uit. De
Carbonari noemden elkander de „goede
neven" (buoni Cugini), Zij waren georgani
seerd in afzonderlijke loges (baracca) die
voor een heele provincie vereenigd waren
in een „republiek", die geleid werd door
een grootloge, die men alta vendita noemde.
Ook van het ceremonieel werden bijzonder
heden bekend.
De baracca was een heel eenvoudig in
gerichte, langwerpige zaal. Kolendelvers
behoefden geen pronkvolle ruimtenDe
wanden bestonden uit ruwe planken. Hout
blokken dienden als tafel. Een bijl als
voorzittershamer. Op de plaats van den
grootmeester, die de vergadering leidde, lag
een zwart kleed. Daarop een crucifix met
twee brandende kaarsen. Eromheen lagen
symbolische voorwerpen, een witte doek,
een doornenkroon, drie strooken doek in
Zwart, blauw en rood enz. Boven het hoofd
van den voorzitter was de mystieke driehoek
aangebracht en de beeltenis van den Heiligen
Theobald, patroon der „goede neven". De
meesters zaten met hun hooge hoeden op
aan de rechterlengtezijde van de zaal,
de leerlingen ongedekt links. Allen droegen
een bandelier.
Een nieuweling werd met groot ceremoni
eel ontvangen, dat veel herinnerde aan de
gebruiken der vrijmetselarij. Onder diep
stilzwijgen werd de candidaat geblinddoekt
binnengeleid. In een dialoog, die zich tus-
schen hem en den voorzitter ontspon, werd
hem in zinnebeeldige taal de leer van den
eersten graad der Carboneria onthuld. Daar
na moest de neophiet een lange wandeling
maken, waarop hij op allerlei hinderlagen
stuitte. Het laatst van alles werd hem met
een vlam plotseling even de ontbloote borst
aangeraakt, zoodat hij den indruk kon
hebben met een dolk te worden gestoken.
Tot slot moest hij den heiligen eed zweren,
die hem met de broederschap der „goede
neven" verbond.
De symboliek, die hem werd onderwezen,
was van sterk katholieken inslag. Het vuur
beduidde de reiniging der oerzonde, het
zout de trouw aan het christendom het
kruis herinnerde aan den eersten „goeden
neef" Christus, den Verlosser, den groot
meester van het heelal de doornenkroon aan
de strijd en de smarten der Carbonarihet
draadkluwen beteekende den draad dien de
moeder Gods spon en den band die alle
Carbonari verbond de driekleurige strook
het geloof, de hoop en de liefde.
Bij de opname in den tweeden graad
den meestergraad kwam de katholieke
inslag in de symboliek nog sterker tot uiting.
Het houtblok beteekende het hout van
Christus' kruis de drie twijgen de geeseling
des Heeren de doornenkroon die van
Christus de drie kleuren het geloof
der Apostelen, de hoop op den hemel en de
barmhartigheid op de droefheid.
De opname in den laatsten graad echter
die der „groote uitverkorenen" stelde
alle symbolen in een heel ander licht. Dan
kwam de aap uit de mouw. Dan bleek de
ware bedoeling van het genootschap zeer
duidelijk. Het crucifix doelde dan op de
kruisiging der tyrannen de garen klos op
den strop voor de tegenstanders, de bijl op
den genadeslag voor de onderdrukkers. In
den allerlaatsten graad werd de ware beteeke-
nis onthuld van het slagwoord der Carbo
neria „Zuiver het woud van de wolven 1"
De wolven, dat waren de despoten. Het
woud, dat was Italië. „Dood aan de tyrannie'
was de ware leuze van het genootschap.
Overigens moet de opname in den hoogsten
graad geen pretje geweest zijn. Den heelen
lijdensweg van Christus moest de candidaat
doorloopen tot de kruisiging toe en het
gezicht van Judas' straf. Op het kruis echter
werd hij begenadigd en opgenomen in het
slot der vrijheid. Dan kon hij aan de poli
tieke samenzweringen deel hebben.
De Carboneria, die feitelijk onder Napole
on was ontstaan, had in den tijd van het
Weensche congres al een zeer groot leden
tal. Er waren plaatsen, waar 30 venditen
(loges) aan het werk waren, quasi als deba
ting clubs, wij zouden zeggen als rederijkers
kamers, enz. De leiders der „republieken"
stonden in persoonlijk contact met elkaar.
Ook met andere geheime bonden, zooals de
Guelfen, de Adelphen, de Philadelphen, de
Federati Italiani enz. werd vlijtig contact
gehouden.
In het vorstendom Napels, dat evenals alle
andere Italiaansche vorstendommen na Napo
leon in een ambtenaren dictatuur was terecht
gekomen, berustte de leiding der Carboneria
bij de Alta Vendita van Salerno. Deze paste
de techniek toe, die later de communisten
onder andere met vrucht zouden toepassen,
zij maakte propaganda Het lukte haar
inderdaad den generaal Pepe onder haar
leden op te nemen. Deze maakte van de
venditen drilcorpsen en schiep een militaire
orde rn het geheel der organisatie.
De koning van Napels Ferdinand
die de geruchten over de macht van zijn
geheime tegenstanders eveneens vernomen
had, liet weldra zijn politie op hen los. Toen
deze niets bereikte, liet hij haar steunen
door een ander geheim genootschap, een
spionnenbende, de Calderari de ketel
lappers die van het motto uitgingen
„de Kolen moeten onder den Ketel tot asch
verbranden". Ook dit bleek vruchteloos.
Ferdinand begon ongerust te worden en zijn
geweten ging knagen. Hij nam in Frankrijk
een leening op van twee millioen dukaten om
de achterstallige soldij van het leger te
betalen.
Herhaaldelijk gingen berichten naar Met
ternich, die een Russische intrigue vreesde.
In 1820 eindelijk werd het sein tot den
algemeenen opstand gegeven, doordat een
regiment in Nola aan het muiten sloeg. De
troepen, die tegen het kleine regiment wer
den uitgezonden, zagen weldra overal van
de bergen mannen naar beneden snellen met
den doodskop op de patronentaschde
gedrilde Carbonari. De opstand breidde zich
uit. Salerno werd ingenomen en als concen
tratiepunt van het leger der goede neven
beschouwd. Weldra waren er 15.000 man
bijeen. De koning moest toegeven en den eed
afleggen op de grondwet, denzelfden, dien de
koning van Spanje eenige jaren tevoren
had moeten zweren. Eenigen tijd later hield
generaal Pepe zijn glorievollen intocht in
Napels.
In die vijf dagen van opstand viel geen
enkel delict voor. De discipline der carbo
nari verrichtte wonderen. Leven, eigendom
en rechten werden op haast religieuse wijze
gerespecteerd. Er werd geen handdoek
gestolen, geen mes in toom getrokken, geen
druppel bloed vergoten.
Het doel was bereiktde monarch kon
niet meer alleenheerscher spelen, doch was
gebonden aan de grondwet die hij op de
trappen van het altaar had bezworen.
Ferdinand heeft er geen gewetenszaak
van gemaakt.
In Laibach wisten de vereenigde vorsten
van Oostenrijk, Rusland en Pruisen of
liever wist Metternich hem te bewegen alles
te herroepen. Een Oostenrijksch leger van
60.000 man trok de Po over en versloeg
Pepe. De koning trok 24 Maart 1821 zijn
hoofdstad weer binnen en zette de witte
terreur der Calderari weer in. Meer dan 1000
Carbonari werden veroordeeld, of terecht
gesteld. In Sicilië, waar intusschen ook op
stand was gekomen, bloediger weliswaar
dan in Napels ging het precies zoo.
De activiteit is toen in Napels langzaam
verslapt.
Ook in Piemont kwam het tot een op
stand, die echter nog spoediger dan in Na
pels door de Oostenrijksche troepen werd
onderdrukt.
Spionnen gingen nu aan het werk. Over
heel Italië werden de meest op den voorgrond
tredende „goede neven" gevangen genomen
en veroordeeld vaak tot vesting-gevange
nis in den Spielberg. Meer dan onmensche-
lijk werden de politieke gevangenen hier
behandeld.
Wellicht was er nooit iets van uitgelekt, als
niet Silvio Pellico de schande der toenmalige
regeering vereeuwigd had in zijn boek
„Mijn Gevangenissen".
De Carbonari zijn verdwenen van het
tooneel zooals zij gekomen zijn ongemerkt.
Doch hun actie is voor Italië en zijn
verdere ontwikkeling van het grootste belang
geweest. Uit hun gelederen zijn de revoluti-
onnairen, die later het ééne Italië hebben
gegrondvest en zich daartoe ook aan den
Pauselijken Staat vergrepen, voortgekomen.
Hierin ligt de groote beteekenis van de
merkwaardige Carboneria.
BLOEMENDAAL
MAANDAG 22 JUNI - UUR
ZAAL „RUSTHOEK"
Sprekers: A. J. PRINSENBERG,
Mr. Dr. P. J. WITTEMAN.
Komt allen ter vergadering.
Het Hoofdbestuur van
„RECHT en PLICHT"
's Maandags lag tusschen de zakencor-
respondentie een persoonlijke brief; aan
Thauman geadresseerd. De hoofdkassier,
die eenige reclame, een nieuw aanbod of
iets anders even onbelangrijks vermoedde,
deed onverschillig de enveloppe open. Een
klein stukje papier fladderde op tafel. „Neem
je in achtstond er op, verder niets
getypt zonder naam en den afzender, zonder
datum.
„Dat komt van Cherubin," dacht Thau-
mann en lachte verachtelijk. Cherubin was
de employé, die de vorige week ontslagen
was. Thaumann zelf had op zijn ontslag
aangestuurd. „Ik meende altijd nog maar,
dat hy enkel lui en brutaal was," dacht hij.
„Maar dat hij zoo gemeen kon zijn, om
onder den dekmantel van anonymiteit onbe
paalde bedreigingen te uiten, dat had ik
niet verwacht."
Hij wilde het papier reeds in de papier
mand gooien en aan zijn werk beginnen.
Maar toegevend aan een inwendige nei
ging, deed hij het niet, maar stak het papier
weer in de eenvoudige enveloppe terug en
borg het heel zorgvuldig in zijn portefeuille.
Hij was absoluut niet van plan, de zaak
verder na te pluizen of de politie ermee in
kennis te stellenhij vergat de heele
kwestie totaal.... tot op zekeren avond,
toen hij de zakken van zijn jas op het nacht
tafeltje leeg maakte, den brief hem weer
in handen viel.
Het was wel zeer merkwaardig.... maar
hij kon dezen avond niet in slaap komen.
„Wat wil hij nu dacht Thaumann weer.
„Mij nadeel toebrengen in mijn betrek
king, door me- bij de directie zwart te ma
ken
Hij schrok.... Een siddering voer door
zijn geheele lichaam.... Zijn hart trok zich
samen en een beklemmend gevoel deed het
Zweet op zijn voorhoofd parelen.
„Nooit?" tobde hij. „Maar daar was
toch.... Mijn God, dat die zaak mij nu
weer voor den geest komt.... Ik ben de
heele geschiedenis toch al lang vergeten in
deze 10 of 12 jaar, die sindsdien verloopen
zijn.Ik wil dien tijd niet voor de tweede
maal doormaken. Die waanzinnige angst
voor iedere controle, voor de jaarlijksche
balans....
Nu, alles ging toen immers voorbij en
niemand had het gemerkt.... Het was een
harde leer...* een vreeselijke, afschuwelijke
leer...."
Hij wierp zich op de andere zijde....
keerde het gezicht naar den muur,,/ 600.
dacht hij. „Geen groote som, dat is waar.
hlaar een heel klein gedeelte daarvan is
onder omstandigheden immers reeds vol
doende om een mensch voor de rest van
zijn leven ongelukkig te maken."
Den volgenden dag verscheen hij met
zware hoofdpijn op de Bank. Hij had zijn
besluit genomen. Wilde zich op onop
vallende manier natuurlijk overtuigen,
of alles werkelijk zóó handig gedaan was,
dat het nooit ontdekt zou worden.... voor
al na zoovele jaren....
Hij stuurde den piccolo naar den Zolder,
waar de oude papieren en kasboeken be
waard werden. Terwijl hij wachtte, kwam
de postbodereikte hem, met de overige
correspondentie, een nieuw schrijven van
den onbekende, die niemand dan Cherubin
kon zijn.
„Er is niets zoo fijn gesponnen,
„Of 't komt eens aan het licht der zonne."
stond er.
Thaumann beefde. De schrijver van deze
letters moest bepaald iets weten het
werd al langer hoe duidelijker, al verborg
hij zijn wezen ook nog achter spreekwoor
den en gemeenplaatsen.
Toen kwam de piccolo van boven. „De
boeken zijn er niet," zei deze.
Moest hij blij zijn, dat de gegevens weg
waren? Neen daar was werkelijk geen
reden voor. Zij bevonden zich zeker in de
handen van Cherubin daar kon geen
twijfel aan bestaan
„Ik ben er aan," steunde Thaumann. „Hij
heeft me in zijn macht en hij haat me veel
te erg, om me te sparen."
Thaumann gaf de sleutels aan den tweeden
kassier. „Ik ga eens naar de Rijksbank,"
stotterde hij. „Binnen een uur ben ik terug."
Hij kende Cherubins adres. Hij woonde
op gemeubileerde kamers ergens in het
Noorden van de stad. Met kloppend hart
belde hij aan.
Een oude, smerig uitziende juffrouw deed
open. „Meneer Cherubin?" „Die is
twee weken geleden vertrokken.... ik weet
niet waarheen." Op het politiebureau kreeg
hij dezelfde inlichtingen. „Vertrokken, adres
onbekend." Doodmoe sleept hij zich naar
zijn Bank terug.
Thaumann had niet veel tijd noodig, om
in te zien, dat Cherubin zich met opzet
verborgen hield....
Thaumann werd van dag tot dag ner
veuzer en onrustiger. Hij sliep haast niet
meer.... angst en zorg deden hem op bed
heen en weer wentelen. Zijn gezicht werd
geelachtig en mager, de oogen kregen een
koortsachtigen glans.... en was iets ge
jaagds over heel zijn wezen.
Toen kwam er een morgen, waarop Thau
mann de woorden ontving „Gods molen
maalt langzaam.maar fijn 1" Deze woor
den deden den laatsten twijfel verdwijnen.
„Cherubin weet alles," dacht Thaumann.
„Ik verdraag het niet meer. Aan dit spel
van kat en muis moet een einde komen."
Plotseling besloten, liet hij zich bij den
directeur aanmelden. Hij was doodsbleek,
terwijl hij zijn bekentenis deed.
„Jammer," zei de directeur zacht, toen
Thaumann zweeg. „Ik was eigenlijk van
plan, u binnenkort tot procuratiehouder te
bevorderen. Dat gaat nu natuurlijk niet
meer. Mijn vertrouwen in u is door deze
bekentenis geschokt. Ook als kassier wil
ik u niet meer.dat zult u begrijpen.
Ik kon u al is de strafbare daad reeds
verjaard ontslaan, maar ik denk, dat u
wel genoeg geboet hebt. Ik zal u bij de
boekhouding verplaatsen, mijnheer...."
Thaumann boog diep. „Ach God," dacht
hij, en er viel een last van zijn ziel. „Nu
zal ik toch weer kunnen slapen."
De directeur liet hem nog niet gaan.
„Waarom komt u me, met die bekentenis,
na 12 jaar
Thaumann vertelde alles van den ont
slagen Cherubin, van de anonyme brieven,
van de boeken en bescheiden, die zoo zon
derling verdwenen waren.
„Die zijn twee jaar geleden op mijn bevel
vernietigd," zei de directeur. „Alle be
scheiden, die ouder dan xo jaar zijn, wer
den vernietigd."
„Ach zoo," zei de directeur, toen Thau
mann eindelijk zweeg en er speelde een fijn
lachje om zijn lippen. Met een hoofdknik
liet hij Thaumann gaan
Het lachje verdween nog niet, toen de
deur achter den kassier gesloten was. De
directeur doorbladerde een hoopje brieven,
die hij uit de schrijftafel nam.
„Gods molen maalt langzaam, maar fijn,"
stond er op het laatste.
die op 1 Febr. 1931 1 Jaar in Haarlem
woonden, doch sedert dien Haarlem heb
ben verlaten, moeten ook op 24 Juni in
Haarlem komen stemmen. Vrienden en
familie, verzoeken wij beleefd, dit aan
deze personen .te willen berichten.
reinigt mond en tanden.
Schatgravers
Vermogens, die in Duitsehen bodem be
graven werden. De schatgravers als
hulp van den historicus. Onderaard-
sche safes. Het doodshoofd als spaarpot
In den laatsten tijd kon men herhaaldelijk
lezen van bemerkenswaardige vondsten van
munten in Duitschland. Zoo stiet een bur
gemeestersdochter in Hohnhorst bij Celle,
toen zij den tuin van haar vader aan het
omspitten was, op een aarden pot, die 2800
verschillende munten uit de Middeleeuwen
bevatte. Het waren meestal lospenningen uit
het Hertogdom Brunswijk, die den Welfi-
schen leeuw droegen.
Van meer gewicht was de vondst van een
aantal munten, die kort geleden in Lausik
gedaan werd.
In een dorpje bij Liebenwerda bracht een
tuinman bij het spitten op geringe diepte
een Germaansche um aan de oppervlakte.
Zij bevatte, als doodsgeschenk 53 Romein -
sche zilveren munten, die er nog zeer goed
uitzagen en de koppen der Romeinsche kei
zers: Augustus, Vesperianus, Damitiaan, Ner-
va, Trajanus, Hadrianus en Marcus Aurelius,.
vertoonden.
Een dergelijke vondst deed ongeveer 30
jaar geleden burgemeester Britz uit Dock-
scheid bij Maxweiler in den Eifel. By het
ploegen stiet hij op een groote verzameling
munten, zilveren en koperen muntstukken.
De munten droegen o.a. de beeltenis van kei
zer Constantijn den Groote en de H. Helena.
De vondst beyindt zich thans in het provin
ciaal museum van Trier.
De gevonden munten zijn waardevolle ge
tuigenissen van het verleden van het land.
Wanneer bij het sloopen van het geboorte
huis van den Oostenrijkschen admiraal Fe-
gethoff in het Zuid-Stipisch stadje Marburg
aan de Drau in een um gouden munten uit
Carthago ontdekt worden, dan is dit hoogst
waarschijnlijk een bewijs, dat de soldaten
van Hannibal zijn doorgedrongen tot in
Zuid-Stiermarken, dat thans grootendeels
aan Zuid-Slavië gekomen is. Dit zou dan
gedurende den tweeden Punischen oorlog
het geval geweest zijn, toen Hannibal de
Alpen overschreed en Zuidwaarts naar Ro
me optrok.
Het graven naar schatten is een harts
tocht, die den mensch diep in het bloed zit,
maar terwijl de schatgravers, die met een
bepaald doel aan het werk gaan, zelden
succes hebben, speelt het toeval den niets-
vermoedenden werkman menige vondst in
de handen. Zelfs een vermolmde boom
stomp kan een schat bevatten. Jaren gele
den haalden houthakkers in het Grafenwald
bij Bochum uit 'een boomstomp, die door
een inkerving geteekend was, een klomp
voor den dag, waarin zich 1000 zilveren mun
ten bevonden, waarop een stempel voorkwam
uit Keulen en Kleef. Zij waren afkomstig
uit de jaren 1631 en 1661.
Bij het afbreken van een oude schuur in
Elshok (provincie Brandenburg) ontdekte
men aan een balk een plaat met een vier
kante opening, die niet minder dan 843 zil
veren munten uit" de jaren 1686 tot 1755
verborg.
Groot opzien verwekte de vondst, die een
boer in Bevem by Bremeroorde op een
aardappelveld deed. In twee urnen lagen on
geveer 12000 zilveren munten, talryke rin
gen en andere sieraden verborgen, hun to
taal gewicht bedroeg 17 pond. De munten
waren meer dan 700 jaar oud.
De meeste schatten, die uit Duitsehen bo
dem opgegraven worden, zijn afkomstig uit
den 30-jarigen oorlog. Het begrip kapitaal-
belegging was toentertijd nog onbekend. Wat
konden bezitters van geld anders doen dan
het in den grond te stoppen om het zoo
in veiligheid te brengen voor de plunderen
de soldatenhorden!
Velen konden op deze manier hun geld
redden: anderen baatte de ondergrondsche
safe echter absoluut niet. In heel vele ge
vallen kon de plaats, waar het geld begra
ven werd, niet meer teruggevonden worden,
daar de oorlogsverwoestingen de omgeving
vaak een heel ander aanzicht gaven.
Anderen werden door den vijand gedood
en de achtergeblevenen wisten niet, waar
hun bezittingen verborgen waren. Nu brengt
het toeval na verloop van eeuwen de begra
ven schatten weer te voorschijn; zij hebben
echter meestal alleen maar waarde voor
verzamelingen.
Bij graafwerken in de Saksische stad Frei
berg, ontdekte men eenige jaren geleden zil
veren thalers uit het jaar 1630, die onge
twijfeld in den grooten oorlog verborgen
werden. Dicht bij het stadje Triesach in de
Mark vond een boer niet ver onder de op
pervlakte der aarde honderden zilveren mun
ten uit den 30-jarigen oorlog. Uit denzelf
den tijd stammen de 76 zilveren thalers, die
in een aspergeveld in Seddin bij Berlijn ge
vonden werden.
Merkwaardig was een muntenvondst in 't
dorp Etingen bij Oebisfelde. Bij het sloopen
van een huis werd een doodshoofd ontdekt,
dat bij nader onderzoek een spaarpot bleek
te zijn. ET waren n.l. een groot aantal zil
veren munten in verborgen. De eigenaar zal
het doodshoofd gekozen hebben, omdat hij
veronderstelde, dat de dieven daardoor afge
schrikt zouden worden.
Nog in lateren tijd is in Duitschland me
nige schat aan de aarde toevertrouwd.
Bij den inval der Russen in Oost-Pruisen
bij het begin van den wereldoorlog bleef in
de haast van de vlucht velen niets over,
dan hun geld te begraven om het zoodoen
de voor de plunderzucht van den vijand te
redden. De Russische soldaten schijnen
daar te voren reeds op gerekend te hebben,
want zij beproefden hun geluk als schat
gravers, ook zonder daarvoor bepaalde
aanwijzingen te hebben. In het dorp Jucha
in het district Lych zochten en vonden zij
in een ouden kelder werkeiyk een schat,
maar de 200 zilveren stukken, die hun in
handen vielen, hadden geen waarde, want
zij waren afkomstig uit de 17e eeuw.
De eigenaar, die na den aftocht der Rus
sen in zyn kelder een verstrooiden zilver-
schftt vond, van welks bestaan tot nog toe
geen vermoeden had gehad, was er buitenge
woon blij mee!
Orgelbespeling
Het programma der orgelbespeling in de
Groote of St. Bavokerk op Dinsdag 23 Juni
's avonds van 81/,S'A uur door den heer
George Robert, is als volgt:
1. Praeludium et Fuga G gr. t., J. S. Bach.
2. a. Pavane, W. Byrd.
b. Larghetto, G. F. Handel.
3. Variaties „mein junges Leben
hat ein End", J. P. Sweelinck.
4. Sonate III, A. Guilmant.
Preludio.
Adagio.
Fuga.
5. Chant pastoral, Th. Dubois.
6. Offertoire (Grand Choeur), Jos. Jongen.
Personalia
Te Leiden is cum laude geslaagd voor het
candidaats-examen godgeleerdheid de heer
W. C. van Unnik, afkomstig van hier.
De electrificatie der baanvakken
Amsterdam-Alkmaar en
Velsen-Uitgeest
Koninklijk Instituut van Ingenieurs
De afdeeling voor verkeer en verkeerstech
niek van het Kon. Instituut van Ingenieurs
hield, onder voorzitterschap van het lid ir.
W. Hupkes, te Amsterdam een vergadering,
waarin een drietal leden mededeelingen deed
over de electrificatie van de spoorwegen Am
sterdamAlkmaar en VelsenUitgeest.
Door het lid ir. H. J. van Lessen, chef van
de electrische tractie der Nederlandsche
Spoorwegen, werd uiteengezet op welke wijze
de stroomlevering aan de baanvakken Am
sterdamAlkmaar en VelsenUitgeest
plaats vindt. De hiervoor noodige electrische
energie wordt in den vorm van draaistroom
door de N. S. gekocht van de P. E. G. E. M.,
welke N.V. reeds den stroom leverde voor de
baanvakken AmsterdamLisse en Haarlem
IJmuiden. De hiervoor bestaande overeen
komst kon echter niet zonder meer worden
uitgebreid, aangezien de uitbreiding der elec
trificatie in het concessiegebied van het Prov.
Electrisch Bedrijf in Noord-Holland (P.E.N.)
ligt. Een oplossing in dier voege bleek moge-
iyk, dat de stroom geleverd zal worden door
twee centrales, nJ. die van de G. E. W. te
Amsterdam en die van het P.E.N. te Velsen,
thans nog in aanbouw, terwijl voor het tran
sport der energie onder 50.000 Volt spanning
naar Uitgeest, waar de levering aan de
Spoorwegen plaats heeft, gebruik gemaakt
zal worden van het 50.000 Volt kabelnet van
het P.E.N.
Te Utrecht werd door de Spoorwegen een
transformatorenstation gebouwd voor het
omzetten van de draaistroom-energie onder
50.000 Volt spanning in 10.000 Volt spanning,
welke dient om de onderstations, waar draai
stroom in gelykstroom wordt omgezet te
voeden. In dit station komen de 50.000 Volt
kabels zoowel van de zijde Amsterdam als van
de richting Velsen samen en gaat eveneens
een kabel naar het onderstation van het
P.E.N. te Oterleek.
Langs de nieuw geëlectrificeerde lynen is
een zevental onderstations gebouwd waar
gelijkrichters geplaatst zyn, welke den stroom
leveren in den vorm van gelykstroom onder
1500 Volt spanning, zooals deze door de elec
trische treinen wordt gebruikt
De wijzigingen, welk in de electrische uit
rusting van het materiaal gebracht zyn, ver
geleken by dat, op de lyn Amsterdam—Rot
terdam dienst doende, werden kort beschre
ven, waarna eenige mededeelingen volgden
over de economische resultaten, tot nu toe
met electrische tractie verkregen Op de
lynen, waarop in 1927 de elecrische tractie
werd ingevoerd, valt een veel grootere vër-
keerstoeneming waar te nemen dan op die,
welke met stoomtractie worden bediend. De
invloed hiervan, alsmede een vergelyking van
de kosten van het stoom- en het electrische
traetiebedrijf toonden aan, dat de resultaten
in economisch opzicht op de reeds geëlectri
ficeerde lynen zeer gunstig te noemen zijn en
de onderstelling gewettigd is, dat nog op
verschillende andere baanvakken gunstiger
resultaten door invoering der electrische
tractie verwacht zouden kunnen worden.
Het lid ir. E. Bolleman Kijlstra gaf een
overzicht van de wyzigingen, sedert Decem
ber 1924 in het electrische materieel aange
bracht, en van de veranderingen in het
nieuwe matrieel, voor de lynen naar Alkmaar
toegepast.
Ten slotte hield het lid ir. H. G. J. Schel
ling een voordracht over de stations en
onderstations.
Nederlaag
R.K. V.V. Lisse I-G. D. A. I 2-2
Lisse Veteranen-Concordia
Veteranen 4-2
Voor den wedstrijd LisseG. D. A. werden
we vergast op een veteranen wedstrijd. Deze
wedstrijd stond werkeiyk op een goed peil,
van het begin tot het einde zijn de Lissër-
oudjes in de meerderheid geweest en slechts
in de laatste minuut wisten de Concordianen
2 goals te fabriceeren.
Over den wedstrijd LisseG. D. A. het vol
gende: Als om 4 uur scheidsrechter Bezu
laat beginnen, heeft G. D. A. windvoordeel en
zit direct vurig op den bal. Aanval op
aanval wordt ondernomen, doch de achter
hoede van Lisse zendt alles retour tot
plots een felle G. D. A.-aanval Lisse eenige
benauwde oogenblikken. bezorgt. Nog is het
gevaar niet voorbij of andermaal is de
G. D. A.-voorhoede wederom voor Mens, die
dan ook ten slotte voor een mooi schot van
G D. A.'s midvoor moet zwichten 0—1. Als
is afgetrapt, gaat Lisse er vliegensvlug van
door, doch verder dan een onbenullig schot
kamt het niet. G.D.A. neemt den aanval over
en zonder dat men eigenlyk goed weet wat
er gebeurt, moet Mens voor de 2de maal
visschen. 02. Dit wordt Lisse toch te bar,
ze is nu niet meer te houden, en er wordt nu
werkeiyk eens goed geplaatst en op tijd afge
geven, waardoor de midvoor van Lisse gele
genheid krijgt den achterstand te verkleinen.
12. Met dezen stand is het rusten. Na de
rust direct een G. D. A.-aanval, welke echter
op niets uitloopt. Hierna krijgen we een on
geveer gelijk opgaand spel met Lisse een
tikje in de meerderheid. Na een legio van
kansen onbenut te hebben gelaten, maakt bij
een snellen Lisser-aanval de rechtsbinnen
gelijk. 22. Geen van beide aanvallen kun
nen het net meer vinden en als scheidsrech
ter Bezu einde blaast, heeft G. D. A. het niet
tot een overwinning kunen brengen.
Wedstrijd Vitesse I -V. V. Z. I
uit Zaandam
Als scheidsrechter Pirovano beginnen laat
verschynen beide elftallen volledig in het
veld.
Direct krijgen we een vlug opgaand spel
te zien, waarby om beurten de doelverdedi-
gers hun heiligdom moeten verdedigen. Als
er ongeveer 20 minuten gespeeld is breekt
de Vitesse midvoor, Lotsy Res door en
scoort met een onhoudbaar schot, waardoor
dus Vitesse leidt met 10. Zoodra V. V. Z.
heeft afgetrapt neemt Vitesse den bal en
na een mooi samenspel weet de midvoor
wederom den Zaand. doelverdediger het
nakijken te geven. Dat laat V. V. Z. echter
niet op zich zitten en komt geweldig opzet
ten, maar voor de rust weet Vitesse stand
te houden en kan de doelman Schermer zyn
net vryhouden. De rust gaat in met 2—0
voor Vitesse.
Na de rust is V. V. Z. wederom in den
aanval maar de Vitesse achterhoede weet
van geen wijken en weet de aanvallen schit
terend onschadelijk te maken. Herhaaldelijk
zweeft de bal voor het doel van de thuisclub,
maar het juiste schot van V. V. Z. bleef uit.
Als Vitesse in den aanval komt loopen de
voorhoede spelers in een handig opgezette
buitenspel positie van de V. V. Z. achter
hoede. De laatste minuten komen, maar
V. V. Zdat hard zwoegt om de eer te red
den kan den keeper niet passeerenx en onder
groote spanning komt het einde met een ver
diende overwinning van Vitesse.
Den geheelen wedstrijd werd in een vlug
tempo gespeeld, V. V. Z. vormde een goede
ploeg, maar daartegenover speelde Vitesse
prachtig open spel, waarby de vlugge mid
voor zijn kansen goed benutte. Vitesse kan
terug zien op een mooie overwinning, wat
weer moed geeft by de volgende wedstrijden
nu zij in het komende seizoen in de Fede
ratie zullen moeten uitkomen.
NederL Successen
Zondag werd onder zeer groote belangstel
ling, er waren zeker 7000 toeschouwers, te
Antwerpen het internationaal athletiekfeest
van de Beerschot gehouden, dat uitstekend
geslaagd mag worden genoemd.
Zeer sterke buitenlandsche athleten na
men deel, waaronder eenige beste Engelsche
en Poolsche athleten. Ook Nederland was
met een groepje snelvoeters vertegenwoor
digd en kon eenige successen boeken.
Ook de nationale athletieknummers waren
uitstekend bezet.
De belangrijkste uitslagen luiden:
Discuswerpen: 1. Martin, Spora, Luxem
burg, 37.72 Meter.
400 Meter hordenloop: 1. Lord Burgley,
Engeland, 54.2 sec.
200 Meter hardloopen: 1. Cohen, Achilles,
Londen, 22 sec.
1500 Meter hardloopen: 1. Comen, Achil
les, Londen, tyd 4 min. 14/5 sec.
Hoogspringen: 1. Roelfsen, Amsterdam,
1.80 Meter; 2. Hansen, België, 1.75 Meter.
Speerwerpen: 1. Etienne, België, 57.05 M.
5000 Meter: 1. Petkiewicz, Warschau, tijd
14 min. 55 2/5 sec. (nieuw Poolsch record)
2. Tennyson, Achilles, Londen; 3, Marechal,
België; 4. Van Rumpt, België; 5. Bedari,
Farys; 6. Baars, Rotterdam.
Polsstokhoogspringen: 1. v. d. Zee, 3.50
Meter; 2. Noel, België, 3.40 Meter; 3. Lee
mans, België, Etienne, België en Oorschot,
Holland, allen met 3.30 Meter.
By de Zaterdag te Middelburg gehouden
nationale athletiekwedstrijden wist Eysker
het record kogelstooten te verbeteren met een
worp van 13.42 M.
Ook het Ned. record tweehandig stooten.
werd door hem verbeterd en gebracht van
22.42 M. op 22.90. Voorwaar een kranige
prestatie van onzen Haarlem-man
le KI. Ned. Zwembond
H. P. C. (Heemstede)--L. Z. C.
(Leiden) 2-1
Er was Zondagmiddag vrij veel publiek in
de Heemsteedsche bad- en zwemindichting,
om getuige te wezen van den lsten thuis
wedstrijd van H. P. C. En de toeschouwers
hebben kunnen genieten van een forschen,
vluggen strijd, waarbij de beide verdedigingen
veelal meester bleven over den aanval.
Als om kwart voor 4 begonnen wordt, stel
len beiden ploegen zich compleet op.
H. P. C. verschijnt dus met:
Kohier,
Braam, Leyenaar, W. Moolenaar,
Uitendaal, Kooyman, Elering.
Na den ingooi zijn beide partijen gelijk
by den bal, Eldering bemachtigt het leder,
met als gevolg een H. P. C.-aanval, waarby
het schot van Kooyman door den keeper
wordt verwerkt.
Dan onderneemt L. Z. C. een aanval,
waarbij de m. voor overschiet.
Het spel gaat soms wat forsch, maar mej.
Klapwyk weet dit door vrije worpen uit te
delen, in haar kiem te scoren.
Uitendaal schiet eens jammerlijk tegen
de bovenlat, een gevolg van het te veel
overhangen van het doel.
Dan krijgt L. Z. C. de kans van den dag,
als de link er voorwaarts alleen voor Kohier
komt, doch blijkbaar probeert de bal in
doel te zwemmen, waarvan Kohier profi
teert door hem dit te beletten. Van beide
kanten worden snelle rusches ondernomen.
Als dan L. Z. C. een vrije worp krijgt te
nemen, liggen de uiterstlinks en m. voor
beiden voor Kohier. Zij krijgen den bal en
de m. voor scoort onhoudbaar 01.
Vlak er op krijgt H. P. C. een vrije worp.
De bal komt by den vrijliggende Kooyman,
cie een goed schot lost, dat door den L. Z. C.-
keeper gestopt wordt, doch bij den uitgooi
door hem door het doel gehaald wordt.
Zeer terecht vlagt de grensrechter ons goal
1—1.
Direct er op is het rust.
Luide aangemoedigt pakt H. P. C. de 2de
helft goed aan. H. P. C. krijgt eenige corners
te nemen, echter zonder succes.
Als Braam weer een zekere kans heeft
onschadelijk gemaakt, plukt hy naar den
vrijliggende Moolenaar, die opeens hard in-
kogelt, welk schot de overigens keurig wer
kende L. Z. C.-keeper verwart. 21.
Onder de grootste spanning komt dan het
einde en boekt H. P. C. haar 2de over
winning.