GEHEIME gehootjchappeh Elecirolux Model N 1V ATANDPASTA J. LOTTGERING I. DE CARBONARI k R.K. Kiesvereeniging „RECHT en PLICHT" Openbare Vergadering ANONIEME BRIEVEN KIEZERS en KIEZERESSEN ELCK WAT WILS Ververij en Chemische Wasscherij REINIGT EN MAAKT KIEUW VAN OUD Het woüd gezuiverd van de wolven!" De doornenkroon van den „goeden neef" Christus Napels en Piemont De gevangenen van Spielberg H. H. Jr. De geruischlooze, debaderiënvanger Haarlem: Kruisweg 70 c, Telefoon 14271 Dr. H. MANNING'S ivi 1 W ^"lL25&75c.p.tube aan onze week-abonné's, om het abonnementsgeld op MAANDAG, uiterlijk Dinsdag aan de bezorgers te willen betalen, aange zien zij verplicht zijn op tijd af te rekenen. Wij rekenen daarom op Uwe medewerking. Administr. N. H. Courant STADSNIEUWS VOETBAL ATHLETIEK Internationale atletiekwedstrijden te Antwerpen Eysker (H.A.V.) verbetert het Ned. Record Kogelstooten WATERPOLO GR. HOUTSTRAAT 5A- TEL 10771 In de dagen dat Italië, vlak na de Napole ontische overheersching, geregeerd werd door verschillende kleine vorsten, die ieder kleine despoten waren en dansten naar de pijpen van Metternich, den kanselier van Oostenrijk, in die dagen is plotseling het gerucht door het land gegaan, dat er een wijdvertakte organisatie van „Kolendelvers" bestond, die in het geheim wroette tegen de despoten en hen met revolutionnair geweld wilde verdrijven. Niemand wist waar die geruchten vandaan kwamen, niemand kende den oorsprong van de „Carboneria". (Thans kent men dien nog niet.) Doch weldra wist ieder van haar bestaan en twijfelde niemand meer aan haar macht. Langzaam lekten bijzonderheden uit. De Carbonari noemden elkander de „goede neven" (buoni Cugini), Zij waren georgani seerd in afzonderlijke loges (baracca) die voor een heele provincie vereenigd waren in een „republiek", die geleid werd door een grootloge, die men alta vendita noemde. Ook van het ceremonieel werden bijzonder heden bekend. De baracca was een heel eenvoudig in gerichte, langwerpige zaal. Kolendelvers behoefden geen pronkvolle ruimtenDe wanden bestonden uit ruwe planken. Hout blokken dienden als tafel. Een bijl als voorzittershamer. Op de plaats van den grootmeester, die de vergadering leidde, lag een zwart kleed. Daarop een crucifix met twee brandende kaarsen. Eromheen lagen symbolische voorwerpen, een witte doek, een doornenkroon, drie strooken doek in Zwart, blauw en rood enz. Boven het hoofd van den voorzitter was de mystieke driehoek aangebracht en de beeltenis van den Heiligen Theobald, patroon der „goede neven". De meesters zaten met hun hooge hoeden op aan de rechterlengtezijde van de zaal, de leerlingen ongedekt links. Allen droegen een bandelier. Een nieuweling werd met groot ceremoni eel ontvangen, dat veel herinnerde aan de gebruiken der vrijmetselarij. Onder diep stilzwijgen werd de candidaat geblinddoekt binnengeleid. In een dialoog, die zich tus- schen hem en den voorzitter ontspon, werd hem in zinnebeeldige taal de leer van den eersten graad der Carboneria onthuld. Daar na moest de neophiet een lange wandeling maken, waarop hij op allerlei hinderlagen stuitte. Het laatst van alles werd hem met een vlam plotseling even de ontbloote borst aangeraakt, zoodat hij den indruk kon hebben met een dolk te worden gestoken. Tot slot moest hij den heiligen eed zweren, die hem met de broederschap der „goede neven" verbond. De symboliek, die hem werd onderwezen, was van sterk katholieken inslag. Het vuur beduidde de reiniging der oerzonde, het zout de trouw aan het christendom het kruis herinnerde aan den eersten „goeden neef" Christus, den Verlosser, den groot meester van het heelal de doornenkroon aan de strijd en de smarten der Carbonarihet draadkluwen beteekende den draad dien de moeder Gods spon en den band die alle Carbonari verbond de driekleurige strook het geloof, de hoop en de liefde. Bij de opname in den tweeden graad den meestergraad kwam de katholieke inslag in de symboliek nog sterker tot uiting. Het houtblok beteekende het hout van Christus' kruis de drie twijgen de geeseling des Heeren de doornenkroon die van Christus de drie kleuren het geloof der Apostelen, de hoop op den hemel en de barmhartigheid op de droefheid. De opname in den laatsten graad echter die der „groote uitverkorenen" stelde alle symbolen in een heel ander licht. Dan kwam de aap uit de mouw. Dan bleek de ware bedoeling van het genootschap zeer duidelijk. Het crucifix doelde dan op de kruisiging der tyrannen de garen klos op den strop voor de tegenstanders, de bijl op den genadeslag voor de onderdrukkers. In den allerlaatsten graad werd de ware beteeke- nis onthuld van het slagwoord der Carbo neria „Zuiver het woud van de wolven 1" De wolven, dat waren de despoten. Het woud, dat was Italië. „Dood aan de tyrannie' was de ware leuze van het genootschap. Overigens moet de opname in den hoogsten graad geen pretje geweest zijn. Den heelen lijdensweg van Christus moest de candidaat doorloopen tot de kruisiging toe en het gezicht van Judas' straf. Op het kruis echter werd hij begenadigd en opgenomen in het slot der vrijheid. Dan kon hij aan de poli tieke samenzweringen deel hebben. De Carboneria, die feitelijk onder Napole on was ontstaan, had in den tijd van het Weensche congres al een zeer groot leden tal. Er waren plaatsen, waar 30 venditen (loges) aan het werk waren, quasi als deba ting clubs, wij zouden zeggen als rederijkers kamers, enz. De leiders der „republieken" stonden in persoonlijk contact met elkaar. Ook met andere geheime bonden, zooals de Guelfen, de Adelphen, de Philadelphen, de Federati Italiani enz. werd vlijtig contact gehouden. In het vorstendom Napels, dat evenals alle andere Italiaansche vorstendommen na Napo leon in een ambtenaren dictatuur was terecht gekomen, berustte de leiding der Carboneria bij de Alta Vendita van Salerno. Deze paste de techniek toe, die later de communisten onder andere met vrucht zouden toepassen, zij maakte propaganda Het lukte haar inderdaad den generaal Pepe onder haar leden op te nemen. Deze maakte van de venditen drilcorpsen en schiep een militaire orde rn het geheel der organisatie. De koning van Napels Ferdinand die de geruchten over de macht van zijn geheime tegenstanders eveneens vernomen had, liet weldra zijn politie op hen los. Toen deze niets bereikte, liet hij haar steunen door een ander geheim genootschap, een spionnenbende, de Calderari de ketel lappers die van het motto uitgingen „de Kolen moeten onder den Ketel tot asch verbranden". Ook dit bleek vruchteloos. Ferdinand begon ongerust te worden en zijn geweten ging knagen. Hij nam in Frankrijk een leening op van twee millioen dukaten om de achterstallige soldij van het leger te betalen. Herhaaldelijk gingen berichten naar Met ternich, die een Russische intrigue vreesde. In 1820 eindelijk werd het sein tot den algemeenen opstand gegeven, doordat een regiment in Nola aan het muiten sloeg. De troepen, die tegen het kleine regiment wer den uitgezonden, zagen weldra overal van de bergen mannen naar beneden snellen met den doodskop op de patronentaschde gedrilde Carbonari. De opstand breidde zich uit. Salerno werd ingenomen en als concen tratiepunt van het leger der goede neven beschouwd. Weldra waren er 15.000 man bijeen. De koning moest toegeven en den eed afleggen op de grondwet, denzelfden, dien de koning van Spanje eenige jaren tevoren had moeten zweren. Eenigen tijd later hield generaal Pepe zijn glorievollen intocht in Napels. In die vijf dagen van opstand viel geen enkel delict voor. De discipline der carbo nari verrichtte wonderen. Leven, eigendom en rechten werden op haast religieuse wijze gerespecteerd. Er werd geen handdoek gestolen, geen mes in toom getrokken, geen druppel bloed vergoten. Het doel was bereiktde monarch kon niet meer alleenheerscher spelen, doch was gebonden aan de grondwet die hij op de trappen van het altaar had bezworen. Ferdinand heeft er geen gewetenszaak van gemaakt. In Laibach wisten de vereenigde vorsten van Oostenrijk, Rusland en Pruisen of liever wist Metternich hem te bewegen alles te herroepen. Een Oostenrijksch leger van 60.000 man trok de Po over en versloeg Pepe. De koning trok 24 Maart 1821 zijn hoofdstad weer binnen en zette de witte terreur der Calderari weer in. Meer dan 1000 Carbonari werden veroordeeld, of terecht gesteld. In Sicilië, waar intusschen ook op stand was gekomen, bloediger weliswaar dan in Napels ging het precies zoo. De activiteit is toen in Napels langzaam verslapt. Ook in Piemont kwam het tot een op stand, die echter nog spoediger dan in Na pels door de Oostenrijksche troepen werd onderdrukt. Spionnen gingen nu aan het werk. Over heel Italië werden de meest op den voorgrond tredende „goede neven" gevangen genomen en veroordeeld vaak tot vesting-gevange nis in den Spielberg. Meer dan onmensche- lijk werden de politieke gevangenen hier behandeld. Wellicht was er nooit iets van uitgelekt, als niet Silvio Pellico de schande der toenmalige regeering vereeuwigd had in zijn boek „Mijn Gevangenissen". De Carbonari zijn verdwenen van het tooneel zooals zij gekomen zijn ongemerkt. Doch hun actie is voor Italië en zijn verdere ontwikkeling van het grootste belang geweest. Uit hun gelederen zijn de revoluti- onnairen, die later het ééne Italië hebben gegrondvest en zich daartoe ook aan den Pauselijken Staat vergrepen, voortgekomen. Hierin ligt de groote beteekenis van de merkwaardige Carboneria. BLOEMENDAAL MAANDAG 22 JUNI - UUR ZAAL „RUSTHOEK" Sprekers: A. J. PRINSENBERG, Mr. Dr. P. J. WITTEMAN. Komt allen ter vergadering. Het Hoofdbestuur van „RECHT en PLICHT" 's Maandags lag tusschen de zakencor- respondentie een persoonlijke brief; aan Thauman geadresseerd. De hoofdkassier, die eenige reclame, een nieuw aanbod of iets anders even onbelangrijks vermoedde, deed onverschillig de enveloppe open. Een klein stukje papier fladderde op tafel. „Neem je in achtstond er op, verder niets getypt zonder naam en den afzender, zonder datum. „Dat komt van Cherubin," dacht Thau- mann en lachte verachtelijk. Cherubin was de employé, die de vorige week ontslagen was. Thaumann zelf had op zijn ontslag aangestuurd. „Ik meende altijd nog maar, dat hy enkel lui en brutaal was," dacht hij. „Maar dat hij zoo gemeen kon zijn, om onder den dekmantel van anonymiteit onbe paalde bedreigingen te uiten, dat had ik niet verwacht." Hij wilde het papier reeds in de papier mand gooien en aan zijn werk beginnen. Maar toegevend aan een inwendige nei ging, deed hij het niet, maar stak het papier weer in de eenvoudige enveloppe terug en borg het heel zorgvuldig in zijn portefeuille. Hij was absoluut niet van plan, de zaak verder na te pluizen of de politie ermee in kennis te stellenhij vergat de heele kwestie totaal.... tot op zekeren avond, toen hij de zakken van zijn jas op het nacht tafeltje leeg maakte, den brief hem weer in handen viel. Het was wel zeer merkwaardig.... maar hij kon dezen avond niet in slaap komen. „Wat wil hij nu dacht Thaumann weer. „Mij nadeel toebrengen in mijn betrek king, door me- bij de directie zwart te ma ken Hij schrok.... Een siddering voer door zijn geheele lichaam.... Zijn hart trok zich samen en een beklemmend gevoel deed het Zweet op zijn voorhoofd parelen. „Nooit?" tobde hij. „Maar daar was toch.... Mijn God, dat die zaak mij nu weer voor den geest komt.... Ik ben de heele geschiedenis toch al lang vergeten in deze 10 of 12 jaar, die sindsdien verloopen zijn.Ik wil dien tijd niet voor de tweede maal doormaken. Die waanzinnige angst voor iedere controle, voor de jaarlijksche balans.... Nu, alles ging toen immers voorbij en niemand had het gemerkt.... Het was een harde leer...* een vreeselijke, afschuwelijke leer...." Hij wierp zich op de andere zijde.... keerde het gezicht naar den muur,,/ 600. dacht hij. „Geen groote som, dat is waar. hlaar een heel klein gedeelte daarvan is onder omstandigheden immers reeds vol doende om een mensch voor de rest van zijn leven ongelukkig te maken." Den volgenden dag verscheen hij met zware hoofdpijn op de Bank. Hij had zijn besluit genomen. Wilde zich op onop vallende manier natuurlijk overtuigen, of alles werkelijk zóó handig gedaan was, dat het nooit ontdekt zou worden.... voor al na zoovele jaren.... Hij stuurde den piccolo naar den Zolder, waar de oude papieren en kasboeken be waard werden. Terwijl hij wachtte, kwam de postbodereikte hem, met de overige correspondentie, een nieuw schrijven van den onbekende, die niemand dan Cherubin kon zijn. „Er is niets zoo fijn gesponnen, „Of 't komt eens aan het licht der zonne." stond er. Thaumann beefde. De schrijver van deze letters moest bepaald iets weten het werd al langer hoe duidelijker, al verborg hij zijn wezen ook nog achter spreekwoor den en gemeenplaatsen. Toen kwam de piccolo van boven. „De boeken zijn er niet," zei deze. Moest hij blij zijn, dat de gegevens weg waren? Neen daar was werkelijk geen reden voor. Zij bevonden zich zeker in de handen van Cherubin daar kon geen twijfel aan bestaan „Ik ben er aan," steunde Thaumann. „Hij heeft me in zijn macht en hij haat me veel te erg, om me te sparen." Thaumann gaf de sleutels aan den tweeden kassier. „Ik ga eens naar de Rijksbank," stotterde hij. „Binnen een uur ben ik terug." Hij kende Cherubins adres. Hij woonde op gemeubileerde kamers ergens in het Noorden van de stad. Met kloppend hart belde hij aan. Een oude, smerig uitziende juffrouw deed open. „Meneer Cherubin?" „Die is twee weken geleden vertrokken.... ik weet niet waarheen." Op het politiebureau kreeg hij dezelfde inlichtingen. „Vertrokken, adres onbekend." Doodmoe sleept hij zich naar zijn Bank terug. Thaumann had niet veel tijd noodig, om in te zien, dat Cherubin zich met opzet verborgen hield.... Thaumann werd van dag tot dag ner veuzer en onrustiger. Hij sliep haast niet meer.... angst en zorg deden hem op bed heen en weer wentelen. Zijn gezicht werd geelachtig en mager, de oogen kregen een koortsachtigen glans.... en was iets ge jaagds over heel zijn wezen. Toen kwam er een morgen, waarop Thau mann de woorden ontving „Gods molen maalt langzaam.maar fijn 1" Deze woor den deden den laatsten twijfel verdwijnen. „Cherubin weet alles," dacht Thaumann. „Ik verdraag het niet meer. Aan dit spel van kat en muis moet een einde komen." Plotseling besloten, liet hij zich bij den directeur aanmelden. Hij was doodsbleek, terwijl hij zijn bekentenis deed. „Jammer," zei de directeur zacht, toen Thaumann zweeg. „Ik was eigenlijk van plan, u binnenkort tot procuratiehouder te bevorderen. Dat gaat nu natuurlijk niet meer. Mijn vertrouwen in u is door deze bekentenis geschokt. Ook als kassier wil ik u niet meer.dat zult u begrijpen. Ik kon u al is de strafbare daad reeds verjaard ontslaan, maar ik denk, dat u wel genoeg geboet hebt. Ik zal u bij de boekhouding verplaatsen, mijnheer...." Thaumann boog diep. „Ach God," dacht hij, en er viel een last van zijn ziel. „Nu zal ik toch weer kunnen slapen." De directeur liet hem nog niet gaan. „Waarom komt u me, met die bekentenis, na 12 jaar Thaumann vertelde alles van den ont slagen Cherubin, van de anonyme brieven, van de boeken en bescheiden, die zoo zon derling verdwenen waren. „Die zijn twee jaar geleden op mijn bevel vernietigd," zei de directeur. „Alle be scheiden, die ouder dan xo jaar zijn, wer den vernietigd." „Ach zoo," zei de directeur, toen Thau mann eindelijk zweeg en er speelde een fijn lachje om zijn lippen. Met een hoofdknik liet hij Thaumann gaan Het lachje verdween nog niet, toen de deur achter den kassier gesloten was. De directeur doorbladerde een hoopje brieven, die hij uit de schrijftafel nam. „Gods molen maalt langzaam, maar fijn," stond er op het laatste. die op 1 Febr. 1931 1 Jaar in Haarlem woonden, doch sedert dien Haarlem heb ben verlaten, moeten ook op 24 Juni in Haarlem komen stemmen. Vrienden en familie, verzoeken wij beleefd, dit aan deze personen .te willen berichten. reinigt mond en tanden. Schatgravers Vermogens, die in Duitsehen bodem be graven werden. De schatgravers als hulp van den historicus. Onderaard- sche safes. Het doodshoofd als spaarpot In den laatsten tijd kon men herhaaldelijk lezen van bemerkenswaardige vondsten van munten in Duitschland. Zoo stiet een bur gemeestersdochter in Hohnhorst bij Celle, toen zij den tuin van haar vader aan het omspitten was, op een aarden pot, die 2800 verschillende munten uit de Middeleeuwen bevatte. Het waren meestal lospenningen uit het Hertogdom Brunswijk, die den Welfi- schen leeuw droegen. Van meer gewicht was de vondst van een aantal munten, die kort geleden in Lausik gedaan werd. In een dorpje bij Liebenwerda bracht een tuinman bij het spitten op geringe diepte een Germaansche um aan de oppervlakte. Zij bevatte, als doodsgeschenk 53 Romein - sche zilveren munten, die er nog zeer goed uitzagen en de koppen der Romeinsche kei zers: Augustus, Vesperianus, Damitiaan, Ner- va, Trajanus, Hadrianus en Marcus Aurelius,. vertoonden. Een dergelijke vondst deed ongeveer 30 jaar geleden burgemeester Britz uit Dock- scheid bij Maxweiler in den Eifel. By het ploegen stiet hij op een groote verzameling munten, zilveren en koperen muntstukken. De munten droegen o.a. de beeltenis van kei zer Constantijn den Groote en de H. Helena. De vondst beyindt zich thans in het provin ciaal museum van Trier. De gevonden munten zijn waardevolle ge tuigenissen van het verleden van het land. Wanneer bij het sloopen van het geboorte huis van den Oostenrijkschen admiraal Fe- gethoff in het Zuid-Stipisch stadje Marburg aan de Drau in een um gouden munten uit Carthago ontdekt worden, dan is dit hoogst waarschijnlijk een bewijs, dat de soldaten van Hannibal zijn doorgedrongen tot in Zuid-Stiermarken, dat thans grootendeels aan Zuid-Slavië gekomen is. Dit zou dan gedurende den tweeden Punischen oorlog het geval geweest zijn, toen Hannibal de Alpen overschreed en Zuidwaarts naar Ro me optrok. Het graven naar schatten is een harts tocht, die den mensch diep in het bloed zit, maar terwijl de schatgravers, die met een bepaald doel aan het werk gaan, zelden succes hebben, speelt het toeval den niets- vermoedenden werkman menige vondst in de handen. Zelfs een vermolmde boom stomp kan een schat bevatten. Jaren gele den haalden houthakkers in het Grafenwald bij Bochum uit 'een boomstomp, die door een inkerving geteekend was, een klomp voor den dag, waarin zich 1000 zilveren mun ten bevonden, waarop een stempel voorkwam uit Keulen en Kleef. Zij waren afkomstig uit de jaren 1631 en 1661. Bij het afbreken van een oude schuur in Elshok (provincie Brandenburg) ontdekte men aan een balk een plaat met een vier kante opening, die niet minder dan 843 zil veren munten uit" de jaren 1686 tot 1755 verborg. Groot opzien verwekte de vondst, die een boer in Bevem by Bremeroorde op een aardappelveld deed. In twee urnen lagen on geveer 12000 zilveren munten, talryke rin gen en andere sieraden verborgen, hun to taal gewicht bedroeg 17 pond. De munten waren meer dan 700 jaar oud. De meeste schatten, die uit Duitsehen bo dem opgegraven worden, zijn afkomstig uit den 30-jarigen oorlog. Het begrip kapitaal- belegging was toentertijd nog onbekend. Wat konden bezitters van geld anders doen dan het in den grond te stoppen om het zoo in veiligheid te brengen voor de plunderen de soldatenhorden! Velen konden op deze manier hun geld redden: anderen baatte de ondergrondsche safe echter absoluut niet. In heel vele ge vallen kon de plaats, waar het geld begra ven werd, niet meer teruggevonden worden, daar de oorlogsverwoestingen de omgeving vaak een heel ander aanzicht gaven. Anderen werden door den vijand gedood en de achtergeblevenen wisten niet, waar hun bezittingen verborgen waren. Nu brengt het toeval na verloop van eeuwen de begra ven schatten weer te voorschijn; zij hebben echter meestal alleen maar waarde voor verzamelingen. Bij graafwerken in de Saksische stad Frei berg, ontdekte men eenige jaren geleden zil veren thalers uit het jaar 1630, die onge twijfeld in den grooten oorlog verborgen werden. Dicht bij het stadje Triesach in de Mark vond een boer niet ver onder de op pervlakte der aarde honderden zilveren mun ten uit den 30-jarigen oorlog. Uit denzelf den tijd stammen de 76 zilveren thalers, die in een aspergeveld in Seddin bij Berlijn ge vonden werden. Merkwaardig was een muntenvondst in 't dorp Etingen bij Oebisfelde. Bij het sloopen van een huis werd een doodshoofd ontdekt, dat bij nader onderzoek een spaarpot bleek te zijn. ET waren n.l. een groot aantal zil veren munten in verborgen. De eigenaar zal het doodshoofd gekozen hebben, omdat hij veronderstelde, dat de dieven daardoor afge schrikt zouden worden. Nog in lateren tijd is in Duitschland me nige schat aan de aarde toevertrouwd. Bij den inval der Russen in Oost-Pruisen bij het begin van den wereldoorlog bleef in de haast van de vlucht velen niets over, dan hun geld te begraven om het zoodoen de voor de plunderzucht van den vijand te redden. De Russische soldaten schijnen daar te voren reeds op gerekend te hebben, want zij beproefden hun geluk als schat gravers, ook zonder daarvoor bepaalde aanwijzingen te hebben. In het dorp Jucha in het district Lych zochten en vonden zij in een ouden kelder werkeiyk een schat, maar de 200 zilveren stukken, die hun in handen vielen, hadden geen waarde, want zij waren afkomstig uit de 17e eeuw. De eigenaar, die na den aftocht der Rus sen in zyn kelder een verstrooiden zilver- schftt vond, van welks bestaan tot nog toe geen vermoeden had gehad, was er buitenge woon blij mee! Orgelbespeling Het programma der orgelbespeling in de Groote of St. Bavokerk op Dinsdag 23 Juni 's avonds van 81/,S'A uur door den heer George Robert, is als volgt: 1. Praeludium et Fuga G gr. t., J. S. Bach. 2. a. Pavane, W. Byrd. b. Larghetto, G. F. Handel. 3. Variaties „mein junges Leben hat ein End", J. P. Sweelinck. 4. Sonate III, A. Guilmant. Preludio. Adagio. Fuga. 5. Chant pastoral, Th. Dubois. 6. Offertoire (Grand Choeur), Jos. Jongen. Personalia Te Leiden is cum laude geslaagd voor het candidaats-examen godgeleerdheid de heer W. C. van Unnik, afkomstig van hier. De electrificatie der baanvakken Amsterdam-Alkmaar en Velsen-Uitgeest Koninklijk Instituut van Ingenieurs De afdeeling voor verkeer en verkeerstech niek van het Kon. Instituut van Ingenieurs hield, onder voorzitterschap van het lid ir. W. Hupkes, te Amsterdam een vergadering, waarin een drietal leden mededeelingen deed over de electrificatie van de spoorwegen Am sterdamAlkmaar en VelsenUitgeest. Door het lid ir. H. J. van Lessen, chef van de electrische tractie der Nederlandsche Spoorwegen, werd uiteengezet op welke wijze de stroomlevering aan de baanvakken Am sterdamAlkmaar en VelsenUitgeest plaats vindt. De hiervoor noodige electrische energie wordt in den vorm van draaistroom door de N. S. gekocht van de P. E. G. E. M., welke N.V. reeds den stroom leverde voor de baanvakken AmsterdamLisse en Haarlem IJmuiden. De hiervoor bestaande overeen komst kon echter niet zonder meer worden uitgebreid, aangezien de uitbreiding der elec trificatie in het concessiegebied van het Prov. Electrisch Bedrijf in Noord-Holland (P.E.N.) ligt. Een oplossing in dier voege bleek moge- iyk, dat de stroom geleverd zal worden door twee centrales, nJ. die van de G. E. W. te Amsterdam en die van het P.E.N. te Velsen, thans nog in aanbouw, terwijl voor het tran sport der energie onder 50.000 Volt spanning naar Uitgeest, waar de levering aan de Spoorwegen plaats heeft, gebruik gemaakt zal worden van het 50.000 Volt kabelnet van het P.E.N. Te Utrecht werd door de Spoorwegen een transformatorenstation gebouwd voor het omzetten van de draaistroom-energie onder 50.000 Volt spanning in 10.000 Volt spanning, welke dient om de onderstations, waar draai stroom in gelykstroom wordt omgezet te voeden. In dit station komen de 50.000 Volt kabels zoowel van de zijde Amsterdam als van de richting Velsen samen en gaat eveneens een kabel naar het onderstation van het P.E.N. te Oterleek. Langs de nieuw geëlectrificeerde lynen is een zevental onderstations gebouwd waar gelijkrichters geplaatst zyn, welke den stroom leveren in den vorm van gelykstroom onder 1500 Volt spanning, zooals deze door de elec trische treinen wordt gebruikt De wijzigingen, welk in de electrische uit rusting van het materiaal gebracht zyn, ver geleken by dat, op de lyn Amsterdam—Rot terdam dienst doende, werden kort beschre ven, waarna eenige mededeelingen volgden over de economische resultaten, tot nu toe met electrische tractie verkregen Op de lynen, waarop in 1927 de elecrische tractie werd ingevoerd, valt een veel grootere vër- keerstoeneming waar te nemen dan op die, welke met stoomtractie worden bediend. De invloed hiervan, alsmede een vergelyking van de kosten van het stoom- en het electrische traetiebedrijf toonden aan, dat de resultaten in economisch opzicht op de reeds geëlectri ficeerde lynen zeer gunstig te noemen zijn en de onderstelling gewettigd is, dat nog op verschillende andere baanvakken gunstiger resultaten door invoering der electrische tractie verwacht zouden kunnen worden. Het lid ir. E. Bolleman Kijlstra gaf een overzicht van de wyzigingen, sedert Decem ber 1924 in het electrische materieel aange bracht, en van de veranderingen in het nieuwe matrieel, voor de lynen naar Alkmaar toegepast. Ten slotte hield het lid ir. H. G. J. Schel ling een voordracht over de stations en onderstations. Nederlaag R.K. V.V. Lisse I-G. D. A. I 2-2 Lisse Veteranen-Concordia Veteranen 4-2 Voor den wedstrijd LisseG. D. A. werden we vergast op een veteranen wedstrijd. Deze wedstrijd stond werkeiyk op een goed peil, van het begin tot het einde zijn de Lissër- oudjes in de meerderheid geweest en slechts in de laatste minuut wisten de Concordianen 2 goals te fabriceeren. Over den wedstrijd LisseG. D. A. het vol gende: Als om 4 uur scheidsrechter Bezu laat beginnen, heeft G. D. A. windvoordeel en zit direct vurig op den bal. Aanval op aanval wordt ondernomen, doch de achter hoede van Lisse zendt alles retour tot plots een felle G. D. A.-aanval Lisse eenige benauwde oogenblikken. bezorgt. Nog is het gevaar niet voorbij of andermaal is de G. D. A.-voorhoede wederom voor Mens, die dan ook ten slotte voor een mooi schot van G D. A.'s midvoor moet zwichten 0—1. Als is afgetrapt, gaat Lisse er vliegensvlug van door, doch verder dan een onbenullig schot kamt het niet. G.D.A. neemt den aanval over en zonder dat men eigenlyk goed weet wat er gebeurt, moet Mens voor de 2de maal visschen. 02. Dit wordt Lisse toch te bar, ze is nu niet meer te houden, en er wordt nu werkeiyk eens goed geplaatst en op tijd afge geven, waardoor de midvoor van Lisse gele genheid krijgt den achterstand te verkleinen. 12. Met dezen stand is het rusten. Na de rust direct een G. D. A.-aanval, welke echter op niets uitloopt. Hierna krijgen we een on geveer gelijk opgaand spel met Lisse een tikje in de meerderheid. Na een legio van kansen onbenut te hebben gelaten, maakt bij een snellen Lisser-aanval de rechtsbinnen gelijk. 22. Geen van beide aanvallen kun nen het net meer vinden en als scheidsrech ter Bezu einde blaast, heeft G. D. A. het niet tot een overwinning kunen brengen. Wedstrijd Vitesse I -V. V. Z. I uit Zaandam Als scheidsrechter Pirovano beginnen laat verschynen beide elftallen volledig in het veld. Direct krijgen we een vlug opgaand spel te zien, waarby om beurten de doelverdedi- gers hun heiligdom moeten verdedigen. Als er ongeveer 20 minuten gespeeld is breekt de Vitesse midvoor, Lotsy Res door en scoort met een onhoudbaar schot, waardoor dus Vitesse leidt met 10. Zoodra V. V. Z. heeft afgetrapt neemt Vitesse den bal en na een mooi samenspel weet de midvoor wederom den Zaand. doelverdediger het nakijken te geven. Dat laat V. V. Z. echter niet op zich zitten en komt geweldig opzet ten, maar voor de rust weet Vitesse stand te houden en kan de doelman Schermer zyn net vryhouden. De rust gaat in met 2—0 voor Vitesse. Na de rust is V. V. Z. wederom in den aanval maar de Vitesse achterhoede weet van geen wijken en weet de aanvallen schit terend onschadelijk te maken. Herhaaldelijk zweeft de bal voor het doel van de thuisclub, maar het juiste schot van V. V. Z. bleef uit. Als Vitesse in den aanval komt loopen de voorhoede spelers in een handig opgezette buitenspel positie van de V. V. Z. achter hoede. De laatste minuten komen, maar V. V. Zdat hard zwoegt om de eer te red den kan den keeper niet passeerenx en onder groote spanning komt het einde met een ver diende overwinning van Vitesse. Den geheelen wedstrijd werd in een vlug tempo gespeeld, V. V. Z. vormde een goede ploeg, maar daartegenover speelde Vitesse prachtig open spel, waarby de vlugge mid voor zijn kansen goed benutte. Vitesse kan terug zien op een mooie overwinning, wat weer moed geeft by de volgende wedstrijden nu zij in het komende seizoen in de Fede ratie zullen moeten uitkomen. NederL Successen Zondag werd onder zeer groote belangstel ling, er waren zeker 7000 toeschouwers, te Antwerpen het internationaal athletiekfeest van de Beerschot gehouden, dat uitstekend geslaagd mag worden genoemd. Zeer sterke buitenlandsche athleten na men deel, waaronder eenige beste Engelsche en Poolsche athleten. Ook Nederland was met een groepje snelvoeters vertegenwoor digd en kon eenige successen boeken. Ook de nationale athletieknummers waren uitstekend bezet. De belangrijkste uitslagen luiden: Discuswerpen: 1. Martin, Spora, Luxem burg, 37.72 Meter. 400 Meter hordenloop: 1. Lord Burgley, Engeland, 54.2 sec. 200 Meter hardloopen: 1. Cohen, Achilles, Londen, 22 sec. 1500 Meter hardloopen: 1. Comen, Achil les, Londen, tyd 4 min. 14/5 sec. Hoogspringen: 1. Roelfsen, Amsterdam, 1.80 Meter; 2. Hansen, België, 1.75 Meter. Speerwerpen: 1. Etienne, België, 57.05 M. 5000 Meter: 1. Petkiewicz, Warschau, tijd 14 min. 55 2/5 sec. (nieuw Poolsch record) 2. Tennyson, Achilles, Londen; 3, Marechal, België; 4. Van Rumpt, België; 5. Bedari, Farys; 6. Baars, Rotterdam. Polsstokhoogspringen: 1. v. d. Zee, 3.50 Meter; 2. Noel, België, 3.40 Meter; 3. Lee mans, België, Etienne, België en Oorschot, Holland, allen met 3.30 Meter. By de Zaterdag te Middelburg gehouden nationale athletiekwedstrijden wist Eysker het record kogelstooten te verbeteren met een worp van 13.42 M. Ook het Ned. record tweehandig stooten. werd door hem verbeterd en gebracht van 22.42 M. op 22.90. Voorwaar een kranige prestatie van onzen Haarlem-man le KI. Ned. Zwembond H. P. C. (Heemstede)--L. Z. C. (Leiden) 2-1 Er was Zondagmiddag vrij veel publiek in de Heemsteedsche bad- en zwemindichting, om getuige te wezen van den lsten thuis wedstrijd van H. P. C. En de toeschouwers hebben kunnen genieten van een forschen, vluggen strijd, waarbij de beide verdedigingen veelal meester bleven over den aanval. Als om kwart voor 4 begonnen wordt, stel len beiden ploegen zich compleet op. H. P. C. verschijnt dus met: Kohier, Braam, Leyenaar, W. Moolenaar, Uitendaal, Kooyman, Elering. Na den ingooi zijn beide partijen gelijk by den bal, Eldering bemachtigt het leder, met als gevolg een H. P. C.-aanval, waarby het schot van Kooyman door den keeper wordt verwerkt. Dan onderneemt L. Z. C. een aanval, waarbij de m. voor overschiet. Het spel gaat soms wat forsch, maar mej. Klapwyk weet dit door vrije worpen uit te delen, in haar kiem te scoren. Uitendaal schiet eens jammerlijk tegen de bovenlat, een gevolg van het te veel overhangen van het doel. Dan krijgt L. Z. C. de kans van den dag, als de link er voorwaarts alleen voor Kohier komt, doch blijkbaar probeert de bal in doel te zwemmen, waarvan Kohier profi teert door hem dit te beletten. Van beide kanten worden snelle rusches ondernomen. Als dan L. Z. C. een vrije worp krijgt te nemen, liggen de uiterstlinks en m. voor beiden voor Kohier. Zij krijgen den bal en de m. voor scoort onhoudbaar 01. Vlak er op krijgt H. P. C. een vrije worp. De bal komt by den vrijliggende Kooyman, cie een goed schot lost, dat door den L. Z. C.- keeper gestopt wordt, doch bij den uitgooi door hem door het doel gehaald wordt. Zeer terecht vlagt de grensrechter ons goal 1—1. Direct er op is het rust. Luide aangemoedigt pakt H. P. C. de 2de helft goed aan. H. P. C. krijgt eenige corners te nemen, echter zonder succes. Als Braam weer een zekere kans heeft onschadelijk gemaakt, plukt hy naar den vrijliggende Moolenaar, die opeens hard in- kogelt, welk schot de overigens keurig wer kende L. Z. C.-keeper verwart. 21. Onder de grootste spanning komt dan het einde en boekt H. P. C. haar 2de over winning.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 5