GEMEENTERAAD VAN HAARLEM
MARIA-STICHTIKG
De bouw van arbeiderswoningen Orgelconcerten
in het a.s. winterseizoen in het Gemeentelijk Concert
gebouw Het voorstel van B. en W. inzake de win
kelsluiting op Donderdagmiddag aangenomen De
salarieering van het personeel der Middelbare Meis
jesschool.
IËDEREN MIDDAG VAN
2-3 UUR POLIKLINIEK
Tegen weer en
wind bestand
(Vervolg)
Voorschot bouw arbeiderswoningen.
B. en W. stellen voor aan de Woningbouw-
vereeniging „Onze Woning" een voorschot uit
de gemeentekas te verleenen van f 50.000
voor den bouw van tien arbeiderswoningen
aan de Zomerstraat.
Het Destuur der Coöp, Woningvereen. voor
Gemeentepersoneel verzoekt B. en W. een
voorschot uit de gemeentekas, groot hoog
stens f 120.000, voor den bouw van 33 arbei
derswoningen, op een in erfpacht uit te ge
ven terrein aan den Spaarndamscheweg.
Het plan omvat 11 beneden- en 22 boven
woningen.
De bouwkosten zijn geraamd op gemiddeld
f 3200 per woning. Bij een wekelijksche huur
prijs van f 5.92 zal de exploitatie sluitend
zijn.
B. en W. stellen voor, het gevraagde voor
schot te verleenen.
De heer PEPER dringt op huurverlaging
aan en verdedigt zijn motie, welke tot strek
king heeft dat de huur niet hooger mag
zijn dan 1/7 van het inkomen.
Deze motie wordt niet voldoende onder
steund.
De heer VISSER stelt zich voor, dat het
duurder type gekozen is voor die arbeiders,
die den vastgestelden huurprijs kunnen be
talen. Hij twijfelt er niet aan. of de wo
ningen zullen spoedig behoorlilk bewoond
zijn.
De heer GROENENDAAL zou den grond
prijs, in het eerste voorstel bedoeld, op f 9
per M2. willen stellen en dient daartoe een
voorstel in. Spr. wil zich verzetten tegen op
merkingen van den heer Peper.
De VOORZITTER verzoekt den heer Groe-
nendaal, zich hierover niet verder uit te
laten.
De heer GROENENDAAL: „Daar is u
te laat mee."
De VOORZITTER vindt deze opmerking
hoogst ongepast. Als de heer Groenendaai
buiten de orde gaat, zal spr. voorstellen,
hem het woord te ontnemen.
De heer GROENENDAAL begrijpt den
voorzitter niet, doch hij wil eindigen met ae
opmerking, dat hij buitengewoon veel waai-
aeering heeft voor de leiding.
De VOORZITTER: „Dank u."
De heer CASTRICUM sluit zich aan bi]
het dooi den heer Groenendaai gesprokene.
De heer REINALDA gaat na, dat de aan
hangige voorstellen een afwijking zijn van
de plannen van den raad in zake woning
bouw. Hij dringt op voorzichtigheid betreffen
de de inhoudsmaat, voorgeschreven door de
regeering. De arbeiders-woningbouw mag
niet in de verdrukking komen, noch door
de verbetering van het type, nóch door het
type in de verdrukking te brengen, om de
kosten te dekken. Voortdurend moet in het
oog gehouden worden de basis voor arbei
derswoningbouw gesteld bij de begrooting
voor 1931, dat zooveel mogelijk de huur voor
arbeiderswoningen op f 4 gesteld wordt.
De heer LOERAKKER meent, dat, wan
neer er een voldoend aantal menschen voor
bewoning van betere huizen is, die wonin
gen ook gebouwd werden.
De heer VAN SANTÉ vraagt naar de
boekwaarde van den grond.
Wethouder GERRITSZ merkt allereerst
op, dat het Rijk bepaald heeft, dat te
Haarlem eengezinswoningen gebouwd moeten
worden. Op bescheiden schaal zullen nu aan
het Spaarne beneden- en bovenwoningen
gebouwd worden. Daarmede wordt echter
niet op groote schaal voortgegaan.
B. en W. hebben het geanimeerd, dat er
een grooter type huizen komt. Zij zullen
trachten, in die richting voort te gaan.
Wat de inhoudsmaat betreft, er wordt een
sprong gemaakt van 225 tot 273 M3 en zelfs
wordt een enkele maal 315 en 323 M3. be
reikt. In verhouding daarvan zijn de hoo-
gere huren niet te hoog.
Spr. gaat na, dat bij de juiste berekening
de grondprijs nog minder dan f 9 per Ma.
bedraagt. De kostprijs in het Grondbedrijf is
f 12. Er is echter geen sprake van, dat dit
bedrag als norm zal worden aangenomen.
Het voorstel-Groenendaal wordt met 22
15 stemmen verworpen,
De voorstellen van B. en W. worden a.
h. st. aangenomen.
Opheffing losgelegenheid.
B en W stellen voor, over te gaan tot op
heffing van den steiger aan den Schoter
singel. Voorts vragen zij een crediet van
f 1580 aan voor het in orde brengen van het
plantsoen ter plaatse.
Aldus besloten. Het crediet wordt verleend.
Leermiddelen Montessori-school.
Voor de aanschaffing van leermiddelen enz.
voor de school Montessori-leermethode (Bak
kerstraat 11), vragen B. en W. een bedrag
van f 3800 aan.
Het crediet wordt verleend.
Bouw ver bod Tuinlaantje.
B en W. bieden ter vaststelling aan een
verordening tot het leggen van een bouwver-
bod op strooken grond van het Tuinlaantje.
Op vragen van den heer WOLZAK deelt
wethouder GERRITSZ mede, dat de zaan
vollende is. Neemt de raad het voorgestelde
besluit aan, dan zal dit toch geen beletsex
zijn, om onderhandelingen te voeren.
De heer WOLZAK handhaaft zijn bezwa
ren eu verzoekt aanhouding van het voor
stel, tot de redenen medegedeeld kunnen
worden, waarom niet tot aankoop van den
grond overgegaan kan worden.
Wethouder GERRITSZ blijft het een ge
meentebelang achten, nu de onderhandelin
gen voort te zetten.
De verordening wordt vastgesteld.
Stroomlevering Heemstede.
B. en W. bieden ter vaststelling aan een
wijziging in de overeenkomst betreffende de
levering van electrischen stroom aan Heem-
St€Cl6
De'heer CASTRICXJM concludeert uit het
voorstel, dat Heemstede, in de toekomst la
ger prijs zal gaan betalen. Heemstede be
trekt in hoofdzaak den stroom voor llcht--
gebruik In Haarlem betaalt nog de minst
kapitaalkrachtige f 0.22 per K.W.U En moe
ten W(j nu aan het rijke Heemstede den
stroom tegen veel lager prijs leveren? Heem
stede dat lage belastingen ljpeft ten koste
van Óns? Spr voelt daar niets voor en zal
pi- zteh tegen verzetten en wel zoo lang, tot
iedere inwoner tegen eenzelfden lagen prijs
deWethoC?erk'SLINGENBERG zal niet op
de zaak ingaan, omdat van verschillende
rijden uit den raad een voorstel tot aan-
hHetnSvoirsteld wordt aangehouden.
Verbouw perceel.
en W stellen voor, zich te vereenigen
f' Hp door hen gestelde eischen ten aan-
mCn van de voorgenomen verbouwing van
voorgeve! van perceel Ged. Oude Gracht
62 door de N.V. Eerste Haarlemsche Auto-
Mij., voorheen J. Inpijn.
De heer HEIDSTRA informeert naar ee
kunstzinnige en geschiedkundige waarde van
het perceel.
Wethouder GERRITSZ herinnert aan de
Latijnsche spreuk „De gustibus non est dis-
putandum". Over den smaak valt niet te
twisten. Overigens zijn B. en W. het eens
met het oordeel der Schoonheidscommissie.
Door hetgeen de,heer Inpijn wil, gaat het
karakter van de omgeving verloren.
De heer HEIDSTRA wil Inpijn de gelegen
heid geven, een plan te scheppen tot het be
reiken van zijn doel.
Wethouder GERRITSZ merkt op, dat een
te aanvaarden plan altijd wordt aangenomen.
Maar dat wil Inpijn niet. Hij stelt zich op het
standpunt dat zijn plan uitgevoerd moet wor
den.
Overeenkomstig het voorstel van B. en W.
wordt besloten.
Afschaffing gemeentelijke orgelcon
certen.
B. en W. achten het plicht, nu belang
stelling voor orgelbespelingen in het alge
meen zoozeer afwezig is, voor te stellen tot
afschaffing van de gemeentelijke orgelbe
spelingen in de gemeentelijke concertzaal
over te gaan.
De heer BIJVOET vraagt, waarom de
stads-organist buiten deze zaak gehouden is.
Diens advies zou hij willen inwinnen. Voorts
gelooft hij, dat B. en W. te vlug met hun
voorstel gekomen zijn. Er is wel eenige ver
mindering in het aantal bezoeken te con-
stateeren, doch spr. meent, dat beter eerst
een onderzoek ingesteld had kunnen worden
naar de oorzaken, welke tot vermindering
van het concertbezoek geleid hebben. Het be
zoek beweegt 'zich in een op en neergaande
lijn. Spr. acht het mogelijk, tot bezoek te ani-
meeren door het engageeren van een zange
res of violist bijv. Hij meent, dat ook hier de
gemeente wel iets kan doen op cultureel ge
bied.
De heer REINALDA begrijpt ook niet
waarom het advies van den stads-organist
niet opgevolgd is.
HU gelooft dat de heer Robert wel met wat
meer élégance behandeld had kunnen worden.
Spr. wUst er dan op, dat verschillende con
certen door groote groepen der bevolking
bezocht zUn. Er mag niet gezegd worden, dat
slechts enkele honderden van de concerten
genoten hebben;- het zUn niet dezelfden, die
de concerten bezoeken.
Wel acht spr. 10 concerten per wintersei
zoen te veel. De stads-organist wil 8 uitvoe
ringen geven. Spr. zou genoegen kunnen ne
men met 6, één per maand.
Op cultureel gebied ziet men veel gebeuren
in Haarlem. En nu zou spr. gaarne zien, dat
B. en W. eens een onderzoek lieten Instellen
naar de uitingen op cultureel gebied, zooals
deze zich voordoen. De behoefte toch blijft
bestaan. Zouden B. en W. 'n onderzoek laten
instellen, dan zouden zU een goed werk doen.
DaarbU kunnen zij zich iaten voorlichten door
een deskundigen-commissie, want niet verge
ten mag worden, dat ook op ander gebied
(o.m. tooneelgebied) eenzelfde uiting valt te
constateeren.
De heer DELFOS heeft berekend dat over 6
jaar met de orgelconcerten slechts ruim f 100
nadeelig saldo voor de gemeente valt te boe
ken. Daarin kan dus niet het voorstel tot
opheffing liggen. Spr. zou gaarne verne
men, waar de oorzaken tot opheffing wel lig
gen. Niet vergeten mag worden, date de con
certen in de Groote Kerk en die in het Ge-
meentelUk Concertgebouw elkander aanvul
len.
De heer VISSER wil het salaris van den
stads-organist met f 1000 verhoogen. Hij stelt
voor, bU wijze van proef, in het seizoen 1931
1932 6 concerten te laten geven, welke koste
loos toegankelUk zUn.
Dit voorstel wordt niet voldoende onder
steund.
De heer CASTRICUM zou het onverant-
woordelyk gevonden hebben, den persoon van
den heer Robert te wagen aan een steeds ver
minderd aantal bezoekers.
De heer BAAS noemt die opmerking vol
komen onjuist. De heer Robert zal gaarne
voortgaan met het geven van concerten. Hij
is het ook niet met hen heer Visser eens, die
een bedrag van f 1000 als gedeeltelUk salaris
van den heer Robert geheel op de exploitatie
lasten wil leggen.
Het zou spr. spUten, als de concerten afge
schaft werden, omdat ook hierbU de gemeente
opvoedend moet werken.
Wethouder ROODENBURG zet uiteen, dat
het publiek niet naar de orgelconcerten komt.
Is er eens druk bezoek, dan is net nog, om
een zangeres te hooren. Dat wUzen de cijfers
uit. Toen er o.m. eens ver over de 700 bezoe
kers waren, zong Mia Peltenburg.
B. en W. zUn echter bereid in het komen
de seizoen een proef te nemen met 6 concer
ten. Zou ook deze niet slagen, dan behouden
B. en W. zich het recht voor, opnieuw met
hun voorstel tot afschaffing te komen.
De heer REINALDA zou eigenlek dank
baar moeten zUn na de toezegging door B.
en W. maar er zat eenig gevaar in de toe
lichting. De opzet der orgelconcerten is niet
alleen orgelconcerten geweest; inbegrepen is
daaraan ook de medewerking.
Wethouder ROODENBURG antwoordt, dat
het in het geheel niet in de bedoeling ligt,
geen medewerking te laten verleenen bü de
orgelconcerten.
Draagbare motorbrandspuit.
B. en W. vragen een crediet van f 2200
aan voor de aanschaffing van een draagbare
motorbrandspuit.
Het crediet wordt verleend.
De heer VAN KESSEL vreest, dat deze
aanschaffing niet voldoende zal zijn. Hij
meent, dat een benzinemotor niet dadelUk
in werking gesteld kan worden. Hij beveelt
B. en W. aan nog zoo'n tweede brandspuit
aan te schaffen.
De VOORZITTER antwoordt, dat er geen
ongerustheid behoeft te bestaan over het
spoedig kunnen optreden van de brand
weer. In alle wüken der stad kan de brand
weer onmiddellUk optreden. Mogelijk wordt
nog wel eens meer materiaal aangeschaft,
maar met de aanschaffing van het in het
thans aanhangige voorstel bedoelde, is de
veiligheid voldoende verzekerd.
De heer VAN KESSEL wijst er op, dat de
brandweer voor verschillende moeilijkheden
komt te staan, o. m. aan de Houtvaart.
Spr. zou die kwestie nog eens besproken
willen zien met den staf der brandweer.
De VOORZITTER zegt dit toe.
Het crediet wordt B. en W. verleend.
De vrije middag voor winkelpersoneel.
B. en W. bieden de volgende verordening
aan:
Artikel 1. Het is verboden een winkel
uitgezonderd in art. 2 dezer verordening
waarin op meer dan 5 dagen in de week
winkelpersoneel werkzaam is, op Donderdag
na des middags 1 uur voor het publiek ge
opend te hebben, tenzij met vergunning van
B. en W.
Vergunning als hierboven bedoeld wordt
verleend, indien en zoolang door het hoofd
of den bestuurder van den winkel, op naar
het oordeel van B. en W. voldoende wijze»
een wekelijksche vrije namiddag voor zijn
winkelpersoneel wordt gewaarborgd.
Artikel 2. Het Is verboden een open of
besloten ruimte, waar pleegt gewerkt te wor
den in een barbiers- of kappersonderneming
op Donderdag na 1 uur des namiddags voor
het publiek geopend te hebben.
Artikel 3. De bepalingen van art. 2 sub b„
art. 4 sub 3 en art. 8 sub 1 der Winkelslui
tingswet 1930 Stbl. 460 zullen in verband met
de z.g. „Luilak-bloemenmarkt" niet gelden
op VrUdagnamiddag en Zaterdagvoormiddag
onmiddellijk voorafgaande aan den lsten
Pinksterdag.
Artikel 4 Deze verordening treedt in wer
king op hetzelfde tijdstip als de Winkelslui
tingswet 1930 Stbi. 460.
De heer BIJVOET vraagt, hoe B. en W.
zich de contróle denken op de naleving der
verordening door de winkeliers.
De heer LOOSJES merkt op, dat zijm
fractie steeds tegen de betreffende voorstel
len gestemd heeft. Nu de rechtsgeleerde
commissie een goeden vorm gevonden heeft,
zal sprekers fractie voor dit voorstel stem
men.
De heer VAN LIEMT vraagt zich af, of
de gemeente wel moet treden op dit gebied
der arbeidswetgeving. Spr. ziet in de voor
stellen slechts een imperatief opleggen van
het geven van den vrUen middag. Daarbij
houdt men geen rekening met mogelijke
moeilUkheden in bepaalde bedrijven.
Evenals de markt in Haarlem-Noord
wordt ook deze zaak een fiasco. Spr. heeft
zich dat ook nooit anders voorgesteld, maar
te meer blijkt dit, nu in dezen vorm een
voorstel door B. en W. gedaan wordt.
De heer PEPER is van oordeel, dat in
deze aangelegenheid alleen de arbeiders ge
weten hebben, wat zU wilden. HU is voor
het voorstel-Schoil.
De heer SCHOLL verdedigt een voorstel,
om alle winkels op Donderdagmiddag na 1
iiur te laten sluiten. GèbèUrt dit niét, dan
wordt de zaak opnieuw een mislukking.
De heer BOES zal stemmen voor die op
lossing, welke hem het beste lUkt.
De heer CASTRICUM zal voor het voor-
stel-Scholl stemmen. De Middenstandscen
trale blUft op haar standpunt staan, dus
daarmede Is niet te onderhandelen. De men
taliteit van den middenstand kennende, heeft
spr. weinig vertrouwen in het slagen van
de zaak. De middenstanders zullen die leden
van het personeel, die niet doen, wat de
patroons willen, buiten de deur zetten.
Zulke dingen wil spr. voorkomen, door voor
het voorstel-Scholl te stemmen.
De heer WOLZAK gelooft, dat men de
zaak moet laten, zooals zij is. Men moet niet
verder gaan op de verzoeken van het wihkel-
personeel. Dat wil slechts den vrijen middag.
Doch de winkeliers hebben met allerlei fac
toren rekening, te houden: concurrentie,
cliënten belang voor het bedrUf, eigen be
lang. Met een besluit tot algeheele sluiting
der winkels zal men niets bereiken, meent
spr., waarvan hij ten bewUze de wet citeert.
Wethouder ROODENBURG neemt aan, dat
men het niet den winkelstand zoo moeilijk
mogelUk wenscht te maken. Het gaat slechts
om het verzekeren van een vrUen middag
aan het personeel. Het vorige voorstel kon
niet uitgevoerd worden, het voorstel-BU voet
kan evenmin worden overgenomen, de mid
denstand verleent geen medewerking en zoo
doende moesten B. en W. zelf met een voor
stel komen.
Er zal nu een commissie ingesteld worden,
waarin de winkeliers en de bedienden zitting
hebben. Deze commissie zal eventueele klach
ten onderzoeken en aan B. en W. rapport uit
brengen, die, zoo noodig, de vergunning kun
nen intrekken. De mogelUkheid moet open
blijven, dat door een ambtenaar contröleerend
kan worden opgetreden.
Met het voorstel-Scholl zal men weinig
succes hebben. Daarvan zou niets terecht
komen Aanneming er van zal het meest den
middenstand baten.
Volgens het voorstel van B. en W. wordt
zocveel mogelijk een vrije middag gegeven. In
bijzondere gevallen kan daarvan afgeweken
worden en een vrUe ochtend verstrekt worden.
Dit is ter beoordeeling aan de adviescommis
sie, door spr. zooeven genoemd.
„KUk eens naar dien
dronken kerel! Stel je die
arme stumper van een
vrouw rens voor, waarmee
hU getrouwd zou zijn, In
dien hU geen vrU gezel
was." (Aussie)
De heer BIJVOET acht de instelling van
zoo'n commissie gelukkig, doch zou een amb
tenaar buiten de zaak willen houden. De
gemeente-politie heeft op dit punt geen be
voegdheid. Men zou wat kunnen bereiken in
deze, door den winkelier te verplichten, een
ambtenaar willekeurig toe te laten in de be
drijven. Dit gaat spr. echter te ver ook om
de consequenties. Een vergunning zou dan
kunnen worden ingetrokken, ook al wordt
steeds een vrije middag verstrekt. Spr. ge
looft, dat de instelling van een adviescom
missie voldoende is.
Spr. heeft voorts uit de toelichting van
den wethouder begrepen, dat de regeling
soepel toegepast zal worden. De vrije middag
zal dus niet a tort et a travers doorgevoerd
worden.
De heer SCHOLL oordeelt, dat men zich
aan de letter der verordening moet houden.
Aan toezeggingen omtrent soepele toepassing
e.d. behoeft men zich nist te houden.
Spr. heeft voorkeur voor zijn verordening.
Daarop zal z.i. eerder goedkeuring verkregen
worden dan op die van B. en W. HU bestrUdt
deze laatste en verdedigt zijn eigen voorstel.
Wethouder ROODENBURG meent, dat op
het voorstel van B. en W. wel de noodige
goedkeuring verkregen zal worden, omdat de
middenstand niet de minste medewerking
verleend heeft, om een regeling te treffen.
Spr. gelooft, dat in de meeste gevallen wel
eventueele klachten bU de commissie inge
diend zullen worden. E. en W. moeten het
recht hebben, een ambtenaar ter onderzoek
van de klachten te kunnen uitzenden.
Spr. merkt voorts op, dat de heer Van
Liemt te laat komt met zUn vraag, of de
gemeente mag ingrUpen in de arbeidswetge
ving. Daar had hU reeds bij het begin der
zaak naar moeten vragen. Laat nu de re
geering maar uitmaken, of geoorloofd is, wat
Haarlem nu doet.
De motie-Scholl wordt verworpen met 21
16 stemmen.
Het voorstel van B. en W. wordt aangeno
men. Tegen de leden Baas Bartels, Van de
Kamp, Klein Schiphorst en Wolzak.
Centralisatie van het 7e en invoering
van het 8e leerjaar.
B. en W. stellen voor, in beginsel over te
gaan tot geleidelijke centralisatie van het
7e leerjaar van de scholen voor gewoon lager
onderwUs en tot vorming, naar gelang van
behoefte, van een 8e leerjaar.
De heer REINALDA bepleit aanhouding
van dit z.i. diep ingrijpende voorstel, tot
de nieuwe raad het rustig heeft kunnen
overwegen.
De heeren PEPER en VAN LIEMT slui
ten zich hierbU aan.
Het voorstel wordt aangëhouden.
Salarieering personeel Middelbare
School voor Meisjes.
Bij adres van 25 September 1930 verzocht
het onderwijzend personeel aan de Middel
bare school voor meisjes met 5-jarigen cur
sus, den Raad herziening der vigeerende rege
ling van jaarwedden en gelijkstelling te. dien
opzichte met de regelingen ge'dende voor
de overige inrichtingen voor middelbaar on
derwUs.
B. en W. adviseeren op het adres afwijzend
te beschikken.
De heer LOOSJES wUst er op, dat de
gemeente het onderwUs op de school wel
als middelbaar erkent: in heffing van
schoolgeld, in aanstelling van leeraressen.
Dan kan men ook de salarissen wel op het
peil van „middelbaar" brengen. Spr. roemt
vooral het taalonderwijs op de Meisjes-Bur
gerschool. HU acht het gelukkig, dat het
wiskunde-onderwijs niet zoo opgevoerd is.
Spr. hoopt, dat nu recht gedaan zal wor
den en gelUkstelling van salarissen zal vol
gen.
Den heer BOES verwondert het, dat een
gedeelte van B. en W. de school niet voor
middelbaar onderwUs bestemd achten. Op
den gevel staat vermeld, dat het een mid
delbare school is; er geldt de schoolgeldre
geling voor middelbaar onderwUs. In Febru
ari 1867 werd besloten een meisjesschool
voor middelbaar onderwUs te stichten. Met
op een na algemeene stemmen werd toen
art. 1 van het Reglement goedgekeurd, vol
gens hetwelk aan de Burgerschool voor
Meisjes middelbaar onderwijs zou worden
gegeven. Spr. meent, dat de huidige raad
een niet minder ruim standpunt moet in
nemen.
Spr. is er van overtuigd, dat niet minder
zware eischen op deze school gesteld wor
den dan op H. B. Scholen. Maar al was
het wel zoo, dan mog daaraan toch niet
de soort onderwUs getoetst worden. liet
onderwUs is anders, maar in vele opzichten
zeker niet minder.
De heer PEPER bepleit gelUkstelling op
grond van het standpunt, dat hU inneemt:
„GelUk loon voor gelUken arbeid."
De heer REINALDA onderschrUft de mee
ning van den heer Boes, dat men hier wel
mag spreken van ander middelbaar onder
wUs-dan dat aan de H. B. Scholen, maar
daarom mag men niet spreken van minder
onderwUs. Men moet zich z.i. op het stand
punt stellen, dat aan deze school middel
baar onderwUs gegeven wordt.
HU wijst in het verband dezer salariee
ring op de voorstellen tot verhooging van
de salarissen der hoofden van takken van
dienst en tot regeling van de loonen der
werklieden. Uit algemeene overwegingen van
beleid zijn de verhoogingen uitgebleven.
Zoolang deze zaak voor het gemeente-per
soneel niet geregeld is, meent sprekers
fractie, dat het aanhangige voorstel aangt-
houden moest worden. Wanneer de positie
van de gemeente het gedoogt, moet volgens
sprekers fractie gelijkstelling volgen.
De heer VISSER kan zien met het stand
punt van den heer Reinalda vereenigen. Hij
bespreekt voorts het voor de gemeente te
loor gegane subsidie voor het middelbaar
onderwijs en meent, dat een poging gedaan
moet worden, om dit terug te verkrijgen.
Spr. meent, dat in een twijfelachtig ge
val niet tot verhooging van salaris van een
bepaalde groep overgegaan moet worden.
Wethouder ROODENBURG gelooft, dat 't
krantengeschrijf" de zaak vertroebeld heeft.
Hij begrUpt niet, dat ingezonden stukken
zUn geschreven door menschen, die beter
weten dan zU schreven. Hij zou bUv. wel eens
willen weten, hoe men een particuliere mid
delbare meisjesschool wil stichten ten koste
van de openbare kas.
Spr. behandelt nog enkele ingezonden
stukken en komt. dan tot de vraag, of de
school tot het middelbaar onderwijs behoort.
Spr. beantwoordt mot de meerderheid van
B en W. die vraag bevestigend maar daar
om is hU nog niet voor verhooging der trak
tementen. Moet verhooging volgen, omdat
ander middelbaar onderwUzer hooger gesala
rieerd wordt? Ook bU het lager onderwUs en
uitgebreid lager onderwUs is de salarieering
verschillend.
Het onderwUs aan de school heeft ten doel,
het meisje algemeene ontwikkeling bU te dra
gen. De H. B. S„ met Handelsschool tracht
de ieerlingen tot een leidende positie in den
handel op te leiden. Het Gymnasium geeft
voorbereiding tot de studie aan een univer
siteit. Deze laatste soorten onderwUs vor
deren veel meer energie dan dat op de mid-
delbare meisjesschool. Zelfs het orde houden
op de andere scholen is zwaarder. Elf jaar
geleden nam de raad wel het standpunt in,
dat er verschil was tusschen de schoten.
Aan den heer Visser antwoordt spr., dat
men in zake de rijkssubsidie beter doet, af
te wachten het eindresultaat over het wets
ontwerp op middelbaar onderwijs. Wordt
daarin verboden afwUking van de rUksrege-
ling, dan moet de gemeente Haarlem haar
standpunt wijzigen.
De VOORZITTER is van oordeel, dat op
billijkheidsgronden het verzoek ingewilligd
moet worden.
De heer LOOSJES wUst er op, dat het
zelfde geëischt wordt van de leeraressen als
van de leeraren aan de H. B. scholen.
Spr. betreurt het door den heer Reinalda
gesprokene en hU meent, dat meegewerkt
moet worden, om ten minste deze onbillijk
heid weg te nemen.
De heer PEPER dient een motie in, vol
gens welke B. en W. uitgenoodigd worden,
ten spoedigste voorstellen in te dienen, vol
gens welke aan het verzoek van adressanten
wordt voldaan.
De heer BOES bespreekt nogmaals de soort
van onderwUs en verdedigt het wegnemen van
een z.i. bestaande onbillUkheid.
De heer ADRIAN meent, dat geen verband
gelegd moet worden met de salarieering der
hoofdambtenaren. Deze hebber, een aparte
positie en kunnen zich dus bij verschil in
salarieering niet gegriefd voelen. De leerares
sen aan de Middelbare School voor meisjes
kunnen dit wel, omdat zU een zelfde func
tie bekleeden als personeel aan andere mid
delbare scholen.
De heer REINALDA persoonlUk erkent, dat
de school aan invloed heeft gewonnen de
laatste jaren, doch meent, dat een wijziging
van het schooltype noodig is. Voor middel
bare meisjesscholen acht spr. een 6-jarige
opleiding noodig met als uiteindelUk resultaat
een erkenning volgens de 5-jarige opleiding
op coëducatie-scholen.
Men mag niet zeggen, dat het type van
onderwUs minder is, omdat de school niet
opleidt tot studie aan de universiteit.
Toen indertijd afgewezen werd de her
ziening der positie van het gemeente-perso
neel, handhaafde de S. D. A. P. niet langer
haar voorstel tot verhooging van de salaris
sen der hoofdambtenaren.
Spr. meent, dat het beste gedaan wordt,
het voorstel-Peper naar B. en W. te zenden,
opdat het aan de orde gesteld kan worden
bU de behandeling der begrooting voor 1932.
De VOORZITTER wUst er op, dat de sa
larissen van de hoofdagenten van politie
eenigen tijd geleden verhoogd zUn. Laat
men dus ook nu geen onderscheid maken.
De heer LOERAKKER merkt op, dat die
kwestie reeds verleden jaar aan de orde was,
dus de verhooging eigenlijk reeds dit jaar
uitbetaald moest worden.
Wethouder ROODENBURG oordeelt, dat
nu een beslissing genomen moet worden.
Daarmede behoeft niet gewacht te worden
tot de begrooting voor 1932.
De heer REINALDA stelt voor, de zaak
opnieuw aan de orde te stellen bii de be
handeling van de begrooting voor 1932.
Dit voorstel wordt met 2017 stemmen
aangenomen.
Gouden medaille voor „Cremer."
De heeron v. d. Kamp c.s. stellen voor, een
gouden medaille beschikbaar te stellen voor
een in het winterseizoen door „Cremer" te
houden nationalen tooneelwedstrUd.
B. en W. nemen dit voorstel over.
Benoemingen.
Benoemd worden tot:
lid van het bestuur der Vereeniging voor
NUverheidsonderwUs: Ir. H. J. M. Bekkers te
Heemstede;
leerares aan de Middelbare School voor
Meisjes: mej. Ir. N. H. J. M. Voogd te Haar
lem;
onderwijzeres aan de school voor U. L. O.
B: Mej. J. M. E. van Baer te Haarlem;
onderwijzer aan de Linnaeusschool: J. M.
A. Minderhoud te Dordrecht;
onderwijzer aan de school No. 17 (Wilhel-
minastraat)J. H Jansen te Dordrecht;
leeraar aan de H. B. S. A: C. J. E. Dtnaux
te Lonneker.
Vacantie en vacantietoeslag
Na een korte geheime vergadering worden
vragen van den heer Peper behandeld over
naar zUne meening bestaande onbillijkheden
bU het verstrekken van vacantie en vacantie
toeslag.
Wethouder GERRITSZ zet uiteen de rege
ling bij het verstrekken van vacantie en
vacantietoeslag. ZU, die meer dan 3 maan
den in dienst der gemeente zUn, krijgen
vacantie. Er is een rouleersysteem, om
steeds anderen te werk te stellen. Nu wordt
de verordening toegepast op hen, die thans
in dienst zUn. Er zijn echter beambten bü
Openbare Werken geweest, die meer dan 3
maanden in dienst waren, doch geen vacan
tie gehad hebben en nu niet meer in dienst
der gemeente zUn. Moet men hun nu vacan
tie geven? Dat gaat niet. Of zouden zU voor
den duur der vacantie weer in dienst ge
nomen moeten worden? Of moet hun loon
na-bestaald worden?
De verordening is dus niet toegepast en
geeft B. en W. ook geen bevoegdheid, hen
weer in dienst te nemen om dan vacantie
te geven.
De heer PEPER diende een motie van
afkeuring in over.de zaak, welke niet vol
doende ondersteund werd.
De heer STAM is van oordeel, dat in het
betrokken geval den arbeiders onrecht is
aangedaan. ZU hadden recht op vacantie,
welke hun niet verleend is. De ontslagen zUn
gevolgd, toen de betrokkenen in onderhande
ling waren met hun organisaties. Z.i. moet
het hun toekomende geld hun alsnog uitge
keerd worden.
De heer MEIJERS stelt voor, aan de be
trokken arbeiders alsnog het geld uit te
keeren, dat hun verstrekt zou worden als
loon tUdens de dagen, welke zij met vacantie
hadden kunnen gaan.
De heer KLEIN SCHIPHORST meent, dat
de uitleg van den wethouder over een be
paald woord niet te pas komt. Zoo zou men
alleen uitkeering kunnen doen aan hen, die
in den pas staan. Er is een fout begaan en
die moet goedgemaakt worden. ZU hebben
lecht op vacantie, welk recht begint den
eersten dag, dat zU in dienst waren. Op dien
grond is spr. voor het voorstel-MeUers.
Wethouder GERRITSZ gevoelt geen be
hoefte den, heer Peper te antwoorden Diens
rede was één stuk verdachtmakingen en be-
leedigingen. Aan dien man wenscht spr.
geen exposé meer te geven. ZUn opvatting
typeert den man voldoende.
Sprekers betoog was, dat niet meer het
loon betaald kon worden. Besliste de raad
tot uitkeering, dan kon het loon verstrekt
v/orden. Dat was sprekers conclusie en hield
deze nu een afwijzing in?
Het betrof of geen wraakneming, doch
handhaving van een maatregel, waartoe de
raad den vorigen winter besloot.
Na het oordeel van den raad achten B. en
W. zich bevoegd, het bedrag alsnog uit te
keeren.
De motie-MeUers wordt overgenomen door
B. en W.
De vergadering wordt ruim kwart over 7
gesloten.
MEDEDEELINGEN AAN DEN RAAD
a. Ingekomen zUn:
een brief van Gedeputeerde Staten van
Noord-Holland, houdende bericht van ont
vangst van de verordening tot wUziging der
verordening op de markten, vastgesteld bU
raadsbesluit van 3 Juni 1931;
een verzoekschrift van F. P. v. d. Voorde
e.a., vormende het geheele leerarencorps van
de Hoogere Burgerschool met 5-j. c., om Dr.
J. J. van den Hoek tot directeur dezer school
te benoemen.
een verzoekschrift van de Afdeeling Haar
lem en Omstreken der Nederlandsche Ver
eeniging voor Vrouwenbelangen en gelijk
Staatsburgerschap om niet in te gaan op het
prae-advies van Burgemeester en Wethou
ders inzake het verzoek om financieele ge
lijkstelling van het onderwijzend personeel
der Middelbare School voor Meisjes met 5-j.
c. met dat der andere Hoogere Burgerscho
len, alsmede van de Ver. van Leeraren en
Leeraressen aan Gern. Inrichtingen van
Gymnasiaal en Middelbaar OnderwUs te
Haarlem.
(Te behandelen bij punt 24 van de agenda)
een brief van A. Hoogeveen, waarin hij
bezwaar maakt tegen de redactie van het
ontwerp-raadsbesluit tot het leggen van een
bouwverbod op eenige perceelen aan het
zg. Tuinlaantje..
(Te behandelen bij punt 15 van de agenda.)
een verzoekschrift van N. A. M. en Th.
L. M. IJpma, handelende onder de firma
P. Th. IJpma te Alkmaar, om aan hen ver
gunning te verleenen voor het oprichten
en in exploitatie brengen van een radio
distributie-centrale
een verzoekschrift van de N.V. Keiler en
MacDonald's Technisch Bureau, de N.V.
Radiocentrex, MU- tot aanleg en exploitatie
van radiocentrales te Eindhoven, de N.V.
Handelsbureau Uijlenheed en het "technisch
Handelsbureau Fris te Amsterdam, om aan
een door hen gezamenlijk op te richten N.V.
met uitsluiting van derden vergunning te
verieenen tot den aanleg en de exploitatie
eener radio-distributie-inrichting;
een verzoekschrift van ouders van leerlin
gen en van oud-leerlingen der Middelbare
School voor Meisjes met 5-j. c. om onver
wijld te besluiten tot stichting van een nieuw
gebouw voor deze school;
adressen betreffende voorstel Burgemeester
en Wethouders concentratie 7e en 8e leer
jaar; a. van den Haarlemschen Centralen
Ouderraad; b. van de Afd. Haarlem van
„Volksonderwijs"; c. van de Afd. Haarlem
van het,Ned. Ond. Genootschap; d. van de
Vereeniging van Hoofden van Scholen te
Haarlem (te behandelen bU punt 23 der
agenda)
een verzoekschrift van C. J. Kloots om
eervol ontslag als onderwijzer aan de school
voor U. L. O., letter A, met ingang van 1
Juli 1931;
een adres van de Middenstands-Centrale
voor Haarlem en Omstreken betreffende
voorstel Burgemeester en Wethouders inzake
winkelsluiting (te behandelen bU punt 21
der agenda);
een verzoekschrift van den gemeente-ont-
vangêr om hem verlof te verleenen van 3 tot
en met 22 Augustus;
een bedrag van f 70.— onder letter N.
met de aanduiding „een extra voor de ge-
pieente".
het verslag van het gehouden beheer over
het jaar 1930 van het Gemeentelijk Pen
sioenfonds en van den stand van dat fonds
op 31 December 1930;
een motie van den heer L. Peper, hou
dende uitnoodiging aan Burgemeester en
Wethouders om de raadsstukken 218 en 219
(.1931) terug te nemen en in de volgende
raadszitting weer in te dienen, zoodanig om
gewerkt, dat de becUferde huren niet meer
bedragen dan één zevende van het inkomen
van den huurder.
Gesteld worden in handen van Burge
meester en Wethouders om prae-advies:
een verzoekschrift van het bestuur der
R. K. Parochie van den H. Joannes den
Dooper om beschikbaarstelling van gelden
voor het aanbrengen eener nieuwe vloerbe
dekking in het gymnastieklokaal van de
school aan de Nagtzaamstraat 54;
een verzoekschrift van de N.V. Aanne-
mersbedrUf „IJsbrand", om aan haar ver
gunning te verleenen voor het bouwen van
een garage met 3 bovenwoningen aan de
Burgemeester Sandbergstraat, welke vergun
ning door Burgemeester en Wethouders ge
weigerd is;
de navolgende verzoekschriften om in
koop te ontvangen perceelen bouwterrein,
gelegen aan de achter de namen vermelde
straten: J. Bennik (Orlonweg), G. Kam-
minga (Acaciastraat hoek Elzenolein en
Acaciastraat hoek Laurierstraat), D. Zonne
veld (Vlietsorgstraat)G. Mul (Perseus-
straat, D. A. Appelboom (Zaanenlaan), J.
Russ en J. Buijs (Spaarnrijkstraat), H. W.
Robin (Middenweg), J. Bennik (DolfUnstr.)
A. P. Winnubst (Orionweg);
een verzoekschrift van het bestuur der
R. K. Schoolvereeniging om medewerking te
verleenen voor het veranderen van de in
richting van een onderdeel der school aan
de Cruquiusstraat.
Gesteld worden in handen van Burge
meester en Wethouders ter afdoening:
een verzoekschrift van de Koninklijke Let
terlievende Vereeniging „J. j. Cremer", om
beschikbaarstelling van een medaillevan
den door haar in het aanstaande winter
seizoen te houden nationalen tooneelwed
strUd, uitgeschreven ter gelegenheid van
haar 50-jarig bestaan;
een brief van IJ. Smit, waarin hU klaagt
over het treffen eener regeling, nu hU niet
in staat is het door hem verschuldigd^
schoolgeld te betalen, en over het niet-
bezoeken der school door zijn overige kin
deren, toen één kind lijdende was aan
diphtheritis;
een verzoekschrift van de Vlettenschip-
persvereeniging „Door Eendracht Verbete
ring" om geregeld te worden bekend ge
maakt met door deze gemeente uit te be
steden aanvullingen of ophoogingen.
Besloten wordt aan D. Veenhof, werkman
aan het Openbaar Slachthuis, in verband
met zUn pensioenaanspraken een wekelyk-
sche toelage toe te kennen, om hem daar
door in het genot te laten van het weekloon,
hetwelk verbonden is aan de functie vaii
halknecht.
Besloten wordt het Raadsbesluit van 2 Mei
1928, No. 6, waarbij aan H. H. J. Heule Jr.
in voortdurende erfpacht werd uitgegeven
een gedeelte grond, gelegen aan de Zonne
bloemstraat zoodanig te wijzigen, dat in de
plaats van: „dien grond als tuin te gebrui
ken ten behoeve van het aangrenzende per
ceel kad. bekend in sectie I No. 2144" worde
gelezen: „om op dien grond te bouwen drie
beneden- en bovenwoningen elk bestemd ter
bewoning door niet meer dan één gezin".
Besloten wordt het verzoekschrift van P
Volbeda e.a. inzake verlenging eerste hypo
theek, reductie erfpachtecanon en afkoop
erfpachtsrecht, welk verzoekschrift in den
Raad van 3 Juni j.l. In handen van Burge
meester en Wethouders gesteld is om prae-
advies, thans in handen van Burgemeester
er. Wethouders te stellen ter afdoening
f