BERICHTGEVING IN DEN LOOP DER
EEUWEN
KV
Ï.T4T
DERDE BLAD
DINSDAG 14 JULI 1931
BL. .ZIJDE 1
GEMENGD NIEUV/S
Het onweer van Zondag
Zeg het met bloemen
Een duivenramp
Averij op het s.s. „Amstelkerk"
RADIO-NIEUWS
EEN NIEUW SCHEMA
Rijssen's Drinkwatervoorziening
Boerderijen afgebrand
Springt niet op de rijdende tram
Twist tusschen veldwachter
en zijn chef
De majoor licht gewond
Inbraak in een bontzaak
Door het ongeluk achtervolgd
Acetyleenhouder ontploft
Nicotine-vrije tabak
Er zullen wel niet veel jeugdige Latinisten
zijn onder de velen, die dag in, dag uit in
de eerste klassen van het Gymnasium moe
ten ploeteren en worstelen met het verta
len van „De Bello Gallico" van Gaius Julius
Caesar, die er zich rekenschap van geven,
dat zij eigenlijk niet veel anders onder han
den hebben dan een zeer uitgebreid ver
slag van een gerout.ineerdcn oorlogscorres
pondent.
En toch is dat zoo. De bijna dagelijksche,
minutieuze beschrijving van allerlei kleine
en groote gebeurtenissen en lotgevallen
van een heel leger op een langdurigen veld
tocht kortom, de te-boek-stelling van alles
wat gebeurde, het geschiedschrijven in den
meest elementairen zin, was een zuiver jour
nalistieke werkzaamheid, en zoo zouden we
Caesar welhaast den eersten journalist
maar: zonder de journalistiek kunnen
noemen! Het ontbreken van een kranten
drukkerij werd echter noodlottig voor onze
jeugdige gymnasiasten: daar Caesar zijn
verslagen niet kwijt kon aan een dagblad
redactie, moest hij ze wel bundelenen
zoo ontstond de werkverschaffing, het
schrikbeeld, maar ook de trots van de be
volking onzer hedendaagsche gymnasia.
Natuurlijk zijn er vóór Caesar ook wel ge
schiedschrijvers geweest, de klassieken
echter gaven 't liefst beschrijvingen van mm
of meer legendarische en mythologische ge
beurlijkheden, en wij grijpen nu eenmaal
liever terug naar iets meer reëels, iets tast-
baarders, en die eigenschap heeft Caesar's
krjjgsbeschrijving ongetwijfeld, waar zelfs
een Napoleon op zijn veldtochten gaarne ge
gevens gebruikte uit Caesar's boek van
eenige tientallen jaren vóór Christus' ge-
jjoortc.
De Joodsche geschiedschrijver Josephus
deelt mede, dat er in Babyion reeds men-
schen waren aangesteld, om dagelijks de
voornaamste gebeurtenissen op te teekenen,
en in China, dat immers onze beschaving
meestal ongeveer een heele jaartelling voor
uit was, moeten al heel lang geleden een
soort publicaties bestaan hebben. Hoe het
zij de eerste inlichtingen omtrent een
werkelijken nieuwsdienst, georganiseerd en
regelmatig werkende, moeten we gaan op
diepen in het oude Rome, waarbij wij toch
weer terugkomen bij Julius Caesar, die in
elk geval 't woord „journalistiek", en wat
daarvan is afgeleid, heeft uitgevonden.
Toen Caesar in het jaar 59 vóór Chr.
consul werd, was een van zijn eerste daden
aldus lezen wij bij den historieschrijver
Suetonius het instellen van de „acta di-
uma". Dit waren tabulae, tabellen, tafels,
waarop dagelijks berichten werden geschre
ven, meestal van ambtelijken, algemeenen
aard. Die acta diurna waren voor ieder, die
lezen kon, beschikbaar om te lezen of over
te schrijven, en al gauw waren er vele „ac-
tuarii", menschen, die de berichten over
schreven en verzonden om hun lastgevers
buiten Rome op de hoogte te doen blijven
van den stand van zaken aldaar.
„Diurna" hangt samen met „dies", dag.
Daaruit ontstond diurnarii, en de afleiding
van journal, journalistiek, eischt al niet veel
scherpzinnigheid meer.
Reeds spoedig bleken de acta er in te
gaan „als koek", zelfs zóó, dat zij eiken
morgen gedicteerd werden voor de vele ac-
tuarii. De meeste en eerste berichten waren
van dien aard, dat ze tegenwoordig hun
Plaatsje zouden vinden in de Staatscourant:
al gauw echter werd die rubriek uitgebreid
met mededeelingen omtrent familie-aange-
gelégenheden, geboorten, huwelijken, sterf
gevallen etc en ook werd de behoefte ge
voeld aan een „agenda", waarin feesten,
plechtigheden, spelen in 't circus en der
gelijke aangekondigd werden. Een van de
grootste voordeelen van de acta diurna was
de band, die erdoor gelegd en onderhouden
werd tusschen Rome en de Romeinen, die,
meestal door hun ambt, buiten de stad ver
blijven moesten. Contact met Rome, het
middelpunt der wereld, w'as hun dan ook
zeer veel waard en herhaaldelijk worden wij
deelgenoot van Cicero's vreugde, als hij
proconsul in Klein-Azië zijnde de acta
uit Rome ontvangen had. Ook Tacitus ver
haalt van de graagte, waarmee zij in het
leger gelezen werden.
Bijna alle lezers waren vaste „abonné's"
en in Caesar's tijd waren er al een drie
duizend. Dus drieduizend keer moesten tel
kens de actuarii de acta overschrijven! Wèl
iets anders dan onze moderne rotatiepers!
Er volgde uit, dat actuarius een goed baan
tje werd, zoodat al gauw een groote ver
meerdering kwam van het aantal perso
nen dat schrijven kon. Iedere patriciërs
familie had een eigen scriba, een huis-schrij-
ver, die de speciale familie journalen had bij
te houden. Dit waren meestal slaven,
cribae privati, in tegenstelling met de
°Penbare schrijvers, de scribae publici.
Keizer Augustus breidde Caesar's berich
tendienst verder uit en toonde zich een
Prima organisator, door de verspreiding, de
distributie, in vaste banen te leiden. Niet
langer werd één persoon belast met de
Overbrenging der acta, maar een complete
Godendienst werd ingesteld, waarbij de een
*Un „kranten" aan een volgenden over gaf.
yan staatswege ontstond een geregelde
Ulbodendienst naar de verschillende pro-
oonsulaten.
Als om de overeenkomst met ons modern
krantenbedrijf nog te vervolmaken, ontbra
ken ook de moeilijkheden en belemmeringen
hiet: reeds toen werd door de overheid de
JUacht der pers gevreesd engebruikt:
Get „verslaan" van de Senaatszittingen
j*'erd verboden, terwijl de autoriteiten die
"erichten, welke hun dienstig waren, maar
al te graag lanceerden.
Keizer Hadrianus vervolmaakte de organi
satie nog en lang heeft dit stelsel zich ge
handhaafd, zeker gedurende een vijftal
®eüwen. Met de ineenstorting van het West-
*S°meinsche Rijk zijn ook de acta diurna.
,e dagbladen van Rome, in het niet ver-
2°nken.
Het is iets heel eigenaardigs, dat na het
erdwijnen van de acta diurna de bericht
geving in zooverre van berichtgeving dan
°S gesproken kan worden gedurende
ei'sehillende eeuwen een totale inzinking,
Una een vernietiging, vertoont. Van een
Gaorganiseerden, schriftelijken berichten-
is absoluut geen sprake meer.
En evenals op zooveel andere gebieden
an beschaving vinden wij ook hier als
norloopers en redders: de monniken. Het
111 een eeuwige glorie blijven voor die
®€lgesmade stille figuren uit de „duistere"
1 iddeleeuwen, dat zij en zij zoo goed
s alléén de fakkel der hoogere be-
'lglaving hebben brandende gehouden, om
rJ i in gunstiger tijden, als een nieuw
s aeht van Promethiden de vlam der
huur uit te dragen, wijd over de aarde.
e monniken waren het, die de taak der
^-schiedschrijvers hebben overgenomen.
ta°?r monniken, die nog 't meeste con-
de met elkaar hadden over de verschillen-
0v landen, kwamen nu en dan berichten
sJfr> en zij waren het, die, met de min-
<jpeei": oe krijgslieden en eenigp zeer on-
gp^hemende kooplui, de schakel hebben
U'p md tusschen den georganiseerden
Uwsberichteiidienst van het oude Rome
heh?e latere geschriften, die zich geleidelijk
de i n entwikkeld, tot op de kentering van
saj, 6e en de 17e eeuw de publicaties ver-
Gu, en' "i® wij met eenig recht „kranten"
hhen beginnen te noemen.
Nu komen wij gemakkelijk tot de vraag,
hoe het komt dat de uitvinding van de
drukkunst, die toch reeds in de 15e eeuw
plaats vond, geen grooteren invloed heeft
uitgeoefend op het ontstaan van kranten.
Daarvoor zijn echter verschillende redenen
aan te voeren: in de eerste plaats was er
toen weinig behoelte aan: veel contact met
de buitenwereld was er niet, en voor de
berichten van de gewoonlijk vrij kleine en
besloten gemeenschappen, waarin men leef
de, had men geen kranten noodig.
Daarbij kwam nog' dat de omstandigheden
zoo ongunstig mogelijk waren: een der
eerste voorwaarden voor ontwikkeling van
het krantenwezen: vrijheid van beweging
was ver te zoeken: èn geestelijk, door de
tallooze oorlogen, twisten, tyrannie van
telkens andere machthebbers, èn tech
nisch, omdat er geen sprake was van een
behoorlijk wegenstelsel, dus een voortdu
rende verbindingsmogelijkheid.
Pas de opkomst van de zeevaart en van
den handel bracht, rnèt de mogelijkheid
(verbetering der verbindingen), de nood
zakelijkheid van een goede berichtgeving
met zich mede. Natuurlijk was er een ont
wikkelingsgang, een overgangstijdperk.
Lit de uitbreiding van den koopmans
brief, de handelsinformatie, dikwijls uit het
buitenland, waarin de kantoorhouder zijn
chefs op de hoogte bracht van toestanden
en gebeurtenissen, die van invloed waren
op het maatschappelijk leven, dus ook op
den handel, en die hoe langer hoe grooter
en voornamer werd, en steeds meer be
richten van steeds meer verschillenden
aard bevatte, werd de behoefte geboren
aan een te drukken document. Dus de be
hoefte werd niet gekweekt, maar ontstond
spontaan uit het telkens terugkeerende
verlangen naar geregelde vóór- en inlich
ting. De mogelijkheid was tevens daar, nu
men zeker kon zijn van een voldoenden af
zet.
Eerst verschenen er „kranten" zoo vaak
er nieuws was; ze heetten toen nog „nieu-
maren". Teen het opnemen van nieuws
daardoor beter geregeld was, gingen de
nieumaren op vaste tijdstippen verschij
nen en eerst toen ze periodiek, regelmatig
verschenen en verspreid werden, verdienden
zij langzamerhand den naam van „krant"
in de beteekenis, die wij daar thans aan
hechten.
Zoo ver was men in 't begin der 17e eeuw.
Over de verdere ontwikkeling van het
nieuwe verschijnsel: de krant, vertellen wij
een volgenden keer.
H. K.
C5
Brand te Wcstzaan.
Zondagavond omstreeks elf uur sloeg de
bliksem in den ijzerwinkel, bewoond door
den heer G. Havik te Westzaan. Door spoe
dig optreden der beide motorspuiten van de
V. B. werd het vuur tot dak en zolder be
perkt. Verzekering dekt de schade, die door
het water werd veroorzaakt.
Zware regenval te Assen.
Ongeveer middernacht heeft zich boven
Assen een hevig onweer ontlast, dat gepaard
ging met een zwaren regenval. De bliksem
sloeg in een der groote tentmasten van het
circus Gleich, welke totaal versplinterd werd.
Gelukkig was de voorstelling reeds beëin
digd. Ook het electrische lichtnet van de
stad werd getroffen. Persoonlijke ongelukken
kwamen niet voor.
Te Heerenveen.
Ook de Heerenveen en omgeving heeft het
onweder gewoed. Op tal van plaatsen in deze
omgeving ontstond brand. Tc Boorenbergen
stond een groote boerderij in vlammen.
De motorspuit uit Drachten, ter assisten
tie vertrokken, kon tegen de vuurzee niets
uitrichten, zoodat alles tot den grond toe
afbrandde.
Te Steenwijk.
Boven Steenwijk heeft het eveneens zwaar
geonweerd. Daar ging het met hevige slag
regens gepaard. De kruinen woeien uit de
boomen. De tram uit de richting Ooster-
wolde moest enkele malen stoppen voor de
vele boomtakken, welke de rails versperden.
In de richting Giethoorn kon men ook een
brand waarnemen. Over geheel Friesland
heeft het ongekend hevig geonweerd. In het
station te Leeuwarden stond het water
Maandag nog in de vestibule.
Bliksem in een tram geslagen.
Toen de tram van kwart voor elf uur Zon
dagavond van Katwijk aan Zee zou vertrek
ken, sloeg de bliksem op den electrischen
draad en op de tram. De zekeringen op de
electrische trams behoedden de reizigers
voor ongelukken, doch het eigenaardig ge
kraak bij het inslaan, gevoegd bij het zware
onweer, veroorzaakte groote consternatie.
De motor van den wagen was defect ge
raakt, zoodat de wagen buiten dienst gesteld
moest worden.
Toen de bestuurder n.l. weer probeerde
den motor aan te zetten, gingen de lichten
uit en blauwe vlammen speelden langs den
geleidingsdraad.
Met een half uur vertraging konden de
passagiers met een volgende tram vertrek
ken.
Broeikas vernield.
Bij den bloembollenkweeker D. B. Azn. te
Valkenburg (Z.-H.) is Zondagavond de blik
sem ingeslagen in een achter het woonhuis
gelegen broeikas. Er werd veel materieele
schade aangericht, doch persoonlijke onge
lukken kwamen gelukkig niet voor.
Roofoverval te Wittem
De daders gevat
De heer R. uit Amsterdam die Zaterdag
nacht met den laatsten trein te Schin op
Geul arriveerde om zich naar Epen te bege
ven, om aldaar zijn vacantiedager. door te
brengen, werd omstreeks 2 uur voorbij Partij-
Wittem in den nacht overvallen en met een
mes bedreigd onder de bedreiging „ik steek
je dood, wanneer je 't geld niet afgeeft".
De heer R., die zich met zijn stok zoolang
verdedigde, tot hij maar een kort stuk meer
in de hand had, werd overweldigd, op den
grond geworpen en van 't geld n.l f 115, drie
bankbiljetten van f 25 en vier van tien, be
roofd.
De heer R„ die wilde terugkeeren om de
politie in Gulpen te waarschuwen, vond
't tweetal langs den weg zitten, dat hem
met den dood bedreigde, indien hij niet te
rugging. Gelukkig kwam de heer R. den
wachtmeester Stams en marechaussee Win-
nemüller te Mechelen tegen, aan wie hü den
overval vertelde. De wachtmeester Stams kon
nog denzelfden nacht de daders, een zekeren
P. te Partij-Wittem en een zekeren V. te
Gulpen uit hun bed halen en naar de mare
chausseekazerne brengen,- waar de daders
reeds gedeeltelijk bekenden.
Het geld is echter nog zoek.
„Hoffelijke'' ontvangst van een deurwaarder
In de Nova Zemblastraat te Amsterdam
heeft een aantal bewoners kwestie met den
huiseigenaar, wegens verhooging van wo-
ninghuur. Dezer dagen kwam een deurwaar
der om een der bewoners uit de woning te
zetten. Zijn helpers, gezien de groote volks
menigte, lieten hem in den steek.
Daarom kwam hij met andere helpers te
rug. De buurt was in rep en roer. Er was
veel politie op de been. Toen de deurwaarder
kwam werd hij ontvangen door een groot
aantal vrouwen, die hem bloemen aanboden.
Ook ditmaal kwam van de voltrekking van
het vonnis niets. Nogmaals lieten de helpers
hem in den steek. Onder groote hilariteit
keerde de man der wet weer huiswaarts.
Ruim duizend exemplaren achtergebleven
Eenigen tijd geleden werd een groote wed
strijd van postduiven georganiseerd naar Val-
ladolid (in Spanje). De postduivenvluchten
vanuit Spanje, waarheen de dieren in man
den per trein worden vervoerd, plegen zich
steeds te onderscheiden door groote verliezen
van beste prijsvliegers. Naar het schijnt val
len vooral veel slachtoffers bij de vlucht over
de Pyreneën, terwijl ook de groote afstand
velen duiven het leven kost of doet verdwa
len. De jongste vlucht, waaraan ongeveer
1800 duiven deelnamen, waaronder ook tal
rijke uit Nederland, heeft, blijkens berichten,
meer dan duizend slachtoffers geëischt.
Groote aantallen duiven zijn niet op de hok
ken teruggekeerd. De laatste dagen kwamen
na lang zwerven op eenige hokken in Noord-
Brabant nog enkele achtergebleven exempla
ren aan.
Schade aan de turbine
Het Nederlandsche s.s. „Amstelkerk", van
de Ver. Ned. Scheepv. Mij., op reis van Am
sterdam naar West-Afrika, arriveerde Zater
dag te Lissabon, met turbineschade. Het s.s.
„Scheldestroom", van de Hollandsche Stoom
boot Mij., dat zich op dezelfde reis bevindt,
heeft order gekregen, naar Lissabon' te varen,
om de lading van de „Amstelkerk" over te
nemen. Tevens zal het Duitsche s.s. „Wahehe"
Lissabon aandoen, waar het 15 of 16 dezer
wordt verwacht, voor het afhalen van passa
giers en mail der „Amstelkerk", welke dan
15 of 16 dezer naar de bestemming zullen ver
trekken.
Het gevaarlijke wapen
Zondagmiddag was de heer D. Z„ aan den
Amsteldijk te Amsterdam zijn revolver aan
het schoonmaken. In de veronderstelling
verkeerende, dat het wapen niet geladen
was, werden hierbij niet de noodige voorzor
gen genomen. Onverwacnt ging een schot af
uit het, gelukkig naar beneden gekeerde wa
pen. De heer Z. werd zoodanig in zün lin
kervoet getroffen, dat o.m. twee teenen ver
brijzeld werden.
Het is alweer een kleine twee jaar geleden,
dat de Radio-wereld opgeschrikt werd door
het voornemen van „Philips", hare patent
rechten te laten gelden. Wij van onzen kant
hebben indertijd deze aangelegenheid uit
voerig besproken, we kunnen dan ook vol
staan met er nog even aan te herinneren,
dat tusschen de N. B. R., den toenmaligen
eenigsten Bond van Radio Handelaren,
en Philips een strijd ontbrand is (nadat
eerst het bestuur van den N. B. R. gewij
zigd werd), welke strijd eindigde met een
overeenkomst, die den vrede in de Radio
wereld moest medebrengen.
In den beginne leek het er werkelijk op,
dat de zoozeer begeerde vrede ook inderdaad
gekomen was, (de booze „malaise" gaf al
onmiskenbare bewijzen van hare zeer spoe-
kring, terwijl er verder gewerkt wordt met
plaatdetectie.
Gebleken is, dat met deze schakeling
grootere selectiviteit te bereiken was: dat
gaf dus winst. Het merkwaardigste is wel,
dat men tot op heden niet beter wist, of
ontvangst was alleen mogelijk met afge
stemde roosterkringen.
In het schema is ingevoegd een serie
kleine ontkoppelings-condensatoren van 10
of 20 cM. De heer Idzerda betoogt in het
huisorgaan der beide bonden waaraan
wij de technische gegevens ontleenen dat
dit een verminderde ontvangsterkte doet
verwachten, terwijl juist de praktijk net
omgekeerde aantoont. De opname van deze
condensatoren veroorzaakt inderdaad een
h.f.-spannigsgeval, geeft dus een lagere
m»
¥X- ta#
ts=aa Tj j. Ma Jóu/lA-
£0 0 0° SoL^O m 3<A
«v1/
Tl, JstAjï-
dige komst), de kleine botsingen, die nog
voorkwamen, werden geweten aan de nog
verhitte gemoederen. Maar het was slechts
schijn.
Het is hier niet de plaats, om een verkla
ring van dit verschijnsel te zoeken of te
geven, wij voor ons willen hier alleen con-
stateeren, dat er de laatste weken eenige
klappen gevallen zijn, die de beide partijen
ernstig benadeeld hebben. De beide bon
den, de reeds genoemde N. B R. en de
nieuwe uit den strijd geboren B. O. R. N-,
hebben in de eerste instantie tegen Philips
een nederlaag geleden en zijn veroordeeld
tot het betalen van een niet onbelangrijke
boete. Een beslaglegging door Philips op de
kas der beide bonden is gevolgd, waardoor
de strijd in een nieuwe phase gekomen is,
want uitgestreden is er nog niet, als de
teekenen niet bedriegen! Tenzij, en dit is
te hopen, beide partijen voor goed tot een
minnelijke schikking kunnen komen.
Maar uit dezen strijd is ook iets goeds
geboren. Het ging om de toepassing van
een zestal patenten, die in handen van Phi
lips waren; voor hen, die het naadje van
de kous willen weten, om de patenten, ge
nummerd 10581, 10999, 7398, 10155, 13345 en
7864. Indien men dit zestal patenten, die,
practisch gesproken, den geheelen toestel-
bouw beheerschen, niet meer noodig zou
hebben, zou de strijd geëindigd zijn.
Dat het verre van eenvoudig was, een
schema uit te vinden, dat dit mogelijk
maakte, laat zich begrijpen. Velen zochten,
slechts één vond. Want dat zijn schema
aan alle eischen voldoet, is door een arbi
trage-commissie erkend. Het is de heer
Idzerda, die dit kunststukje klaarspeelde,
waarmede hij opnieuw een bewijs gaf van
zijn buitengewone capaciteiten. (Hij was ook
de eerste die uitzond en wordt aldus terecht
den „Vader van den Omroep" genoemd.
In figuur 1 geven wij bedoeld schema-
Wij moeten volstaan met slechts eenige
mededeelingen betreffende het schema, dat
nu wel algemeen bekend zal zijn bij de
Radio-handelaren en bij ieder, die zich er
voor interesseert.
Het is een feit, dat het nieuwe Idzerda-
schema vele verschillen toont, verschillen,
die iedere amateur, die eenigszins thuis is
in de radiotechniek, moeten opvallen.
Het doel was o.m. een h.f.-ontkoppeling
te bereiken tusschen den afgestemden an
tennekring en den aperiodischen rooster-
spanning aan het rooster, de afstembare
kringen worden echter bevrijd van de dem
ping, die anders optreedt. Het uiteindelijke
resultaat is dan ook, dat een hoogere roos-
terwisselspanning wordt verkregen.
Het is de ontkoppelde h.f.-lamp, die thans
bij de volbloed radio-amateurs opgang
maakt. Dit is een der dingen, die bewijst,
dat de radio-strijd, naast het vele kwaad,
toch ook nog wel iets goeds voortgebracht
heeft, daar het verre van uitgesloten is, dat
men anders in deze richting niet gezocht
zou hebben, althans voorloopig niet.
Naast het nieuwe Idzerda-schema geven
wij in figuur 2 de plaatstroom-gloeistroom-
combinatie, zooals deze eventueel afzonder
lijk gebouwd kan worden.
Als eindlamp is gedacht een 6 Watt pen
tode of tetrode, de wisselstroom-combinatie
is in dit geval een Waldorp W3k. Opval
lend is verder een 2 Volt anti-brom wik
keling, waarvoor een extra wikkeling in
de gebruikte wisselstroom-combinatie is aan
gebracht.
°e gloeistroom-plaatstroom-combinatie is
gebouwd volgens het principe van den be
lastingwee: stand, welke bestaat uit een
serie-schakeling van een viertal weerstan
den, groot resp. 7000, 8000, 5000 en 3000 Ohm,
welke weerstand in zijn geheel parallel
geschakeld is over de volle gelijkstroom-
spanning.
fn het schema vestigen wij verder nog de
aandacht op een tweetal zekeringslampjes
(40 Miili-Ampère), die den transformator
moeten beschermen bij een eventueel de
fect raken der gelijkrichterlamp.
De kathode van de detectorlamp en van
de h.f.-lamp wordt direct aan „aarde" ge
legd.
Tenslotte is bij de negatieve roosterspan-
ning by een tweetal weerstanden het Ohm-
teeken onderstreept, de bedoeling is, dat de
weerstanden daar 0,3 Megohm en 0,025
Megohm moeten zijn. In fig. 1 treft men
een geheele serie van die hooge weerstan
den aan.
Wij willen dit artikel eindigen met de
mededeeling, dat door den heer Idzerda een
nieuwe vinding wordt aangekondigd, die
den hedendaagschen toestelbouw grondig
zou wijzigen. Het blijft voorloopig by deze
aankondiging, welke bedoeld is als een
technisch ultimatum aan Philips.
En hierop doelden wy onder meer, toen
wü de veronderstelling uitten, dat de 6trijd
nog niet tèn volle gestreden is ondanks de
laatste Philips-overwinning.
„Wat ga je doen met het geld, dat je als schadever
goeding van den automobilist krijgt, die je overreden
heeft?"
„O, daar koop ik een auto voor."-
Het
formulier
tot onderteekening
van het ^W
is afgedrukt
op pag. 1
van het 2de blad
Een vermogen aan de gemeente
nagelaten
Te Ryssen is dezer dagen, oud 58 jaren,
overleden dokter G. Stokkers.
Bij opening van het testament bleek, dat,
na aftrek van eenige legaten, zijn geheele
vermogen, huizen, tuin, uitstaanc.e gelden,
aan dc gemeente Russen is vermaakt voor
de oprichting van een gemeentelijk water
leidingbedrijf, meldt het „Hdbd"
De drinkwatervoorziening laat in de ver
schillende deelen der gemeente nog veel te
wenschen en herhaaldehjk is deze zaak reeds
in den raad ter sprake geweest.
Gisternacht werd te Burgwerd (Fr.) de
boerderü van M. Galama door het hemelvuur
getroffen. Zü brandde geheel af.
Gistermiddag zyn te Kerkwuk naby Zalt-
bommel, twee boerderijen afgebrand, be
woond door de landbouwers A. de Bul en
S. Traxel.
De oorzaak van den brand is nog onbe
kend. Het huis van De Bul was verzekerd.
Een gedeelte van den inboedel van beide
boerderyen kon nog worden gered.
De bewoners waren juist aan het hooien,
toen de brand uitbrak, terwijl het vee in
de weide liep.
De brandweren uit Zaltbommel en Ammer-
zode verleenden hulp.
Heer een been verbrijzeld
Gisternacht omstreeks een uur, wilde te
Den Haag een heer, die later bleek te zyn
de Amerikaan G. W. L„ wiens ouders in
Chicago wonen, aan de Koninginnegracht,
by de hoogte tegenover den Sparreweg, op de
in volle vaart rijdende tram van iyn 9 sprin
gen. Eerst probeerue hu tevergeefsch op den
motorwagen te springen; daarna trachtte
hu op den eersten aanhangwagen te ko
men, doch struikelde, tengevolge waarvan
hy door den tweeden aanhangwagen werd
gegrepen, met net noodlottig gevolg, dat
zyn linkerbeen werd verbryzeld.
Door den Gemeentehjken Geneeskundigen
Dienst werd de heer L. naar het Gemeente-
Ziekenhuis, aan den Zuidwal, vervoerd.
Op grootere hoogten, b.v. van 8000 M., ver-
toonen zich dan vaak zenuwtrekkingen, en
krampen, die echter door zuurstofbehande
ling gewoonlijk snel te beteren zün.
De onderzoekingen, welke in verband hier
mede genomen zyn, strekten zich ook uit op
de psychische veranderingen, die door „lucht-
ziekte" te voorschijn geroepen worden en die
zich speciaal hierin uiten, dat de mensch
min of meer apathisch wordt en tegeiyker-
tijd ook minder intensief op uitwendige
Drikkelingen reageeert, wat de luchtziekte-
patiënt zelf echter absoluut niet bemerkt.
Het gebruik van alcoholische dranken
maakt den luchtreiziger werkeiyk- gevoeliger
voor bovengenoemde gezondheidsstoringen,
terwyi het gebruik van suiker er een tegen
overgestelde werking op uitoefent, reden
waarom de luchtreiziger vóór hy een hoog-
tevlucht gaat maken, suiker moet gebruiken.
Geruimen tüd bestond er een minder
goede verstandhouding tusschen een nog
jeugdig Rijksveldwachter, te Utrecht ge-
stationneerd en een majoor der Rijksveld-
wacht. Deze oneenigheid was ontstaan,
doordat de jonge veldwachter door zyn
chef verdacht werd van ongeoorloofde han
delingen. Gisteren zouden beiden door den
districtscommandant over deze aangelegen
heid worden gehoord. In de wachtkamer
geraakten zij opnieuw in discussie, waarbij
de twist zoo hoog liep, dat de veldwachter-
in een bui van drift ziin revolver trok en
op den majoor schoot. Deze werd in den
schouder getroffen en zakte ineen. De jonge
veldwachter richtte daarna het wapen op
zichzelf; de kogel ketste echter, zoodat al
leen de kleeding van den man schroeide.
De majoor, die slechts licht wend ge
kwetst, is naar de Rijksklinieken overge
bracht.
De veldwachter, die in een vlaag van op
gewondenheid heeft gehandeld, werd on-
middeliyk gearresteerd.
In Dortmund stierf dezer dagen een man,
die daar in de laatste 20 jaar een eigenaar
dige rol gespeeld heeft. Hy verloor inder-
tyd door een vreeseiyk ongeluk op één dag
zyn geheele gezin, bestaande uit vrouw,
drie zoons en twee dochters. Maandenlang
stond hy in het middelpunt der algemeene
belangstelling en der publieke deelneming.
Toen kwamen er nieuwe rampen, die de
aandacht der menschen van hem afwend
den, hem op den achtergrond schoven en
hem eenvoudig tot een roemloozen „tydge-
noot" maakten. Hu nam echter een zeer
eigenaardige gewoonte aan. De herinnering
aan zijn ongeluk een herinnering, die
nooit verzwakte dreef hem er toe, aan
alle begrafenissen, welke in de stad voor
kwamen, deel te nemen. In rok en hoogen
hoed ging hij mee naar het graf en woonde
de droevige plechtigheid by. Twintig jaren
lang zag hy 20 a 30 maal per dag, hoe een
laatste handvol aarde op een lijkkist gewor
pen werd en hy schreide even zoo vaak om
menschen, die hy wellicht nooit van zün le
ven gezien had, maar die hem in dit uur
dierbaar werden door de herinnering aan
zyn eigen overledenenMeestal verscheen
hij des morgens in alle vroegte op het kerk
hof om op tüd aanwezig te zün. Zoo wekte
het nauwelüks eenige verwondering, dat de
dood hem meenam, terwül hy op een bank
op het kerkhof zat, by het begin van een
voor hem zoo gewichtigen dag, waarop hij
16 dooden naar him laatste rustplaats te ge
leiden had.
Met suiker de lucht in
Op langere luchtreizen moet het vliegtuig
soms tot 1000 M. hoogte stügen, waarop het
menschelük lichaam direct al reageert, door
dat het onderlijf zich uitzet.
Wordt de lucht nog ijler, dan schuift ook,
zooals de jongste onderzoekingen van Dr.
Gilbert bewezen hebben, de middenri'o om
hoog.
De luchtreiziger zal er dus goed aan doen,
wanneer hij de reis maakt op een gemak-
keiyken stoel, die de uitzetting van het
lichaam niet verhindert, en vóór de reis al
leen zulke spijzen gebruikt, die het lichaam
niet opdryven. Een luchtreis moet ook nooit
begonnen worden, wanneer men zich in een
toestand van groote vermoeidheid bevindt.
Bij hoogvluchten wordt het gebrek aan
zuurstof op een hoogte van 45005000 M
reeds voelbaar. Ook neemt dan het aantal
polsslagen toe, zoodat dan op deze hoogte
eigenlijk de zuurstofademing reeds beginn n
moet.
Voor f 15000 aan zilvervossen en
blauwvossen gestolen
In perceel Lange Poten 25, te Den Haag,
waarin is gevestigd de bontzaak der N. V.
De Zilvervos, is ingebroken. Men heeft zich
toegang verschaft door het uitsnüden van
een ruit aan de achterzijde.
Vermist wordt voor een waarde van onge
veer f 15.000 aan zilvervossen en blauw
vossen.
Deze inbraak moet plaats gehad hebben
tusschen Vrü dagavond en Zondag.
Eén doode
Gistermiddag om 2 uur 25 is op de em
placementen van de Amst. Droogdokmaat-
schappü aan de Meeuwenlaan (N.), te
Amsterdam, door onopgehelderde oorzaak,
een acetyleenhouder uit elkaar gespron
gen. Deze acetyleenhouder hing gedeelte-
ïyk in het water naast Dok II en op een
vlot stond er de 37-jarige werkman J. Eller-
brak vlakbij. De ongelukkige werd door de
wegspringende deelen van den houder ge
troffen en onmiddeliyk gedood.
Op het geluid van de ontploffing, heeft
het dokpersoneel de brandweer gealar
meerd, doch de uitgerukte wagens behoef
den geen dienst te doen, daar er zelfs geen
begin van brand ontstaan was.
Het Kaiser-Wilhelm-Instituut voor kwee-
kingsonderzoek in Muncheberg, in de Mar
ken, beproeft sedert eenigen tüd op zün
proefvelden nicotine-vrüe tabak te kwee
ken. Men gaat daarbü op de volgende
manier te werk:
Onder 500.000 tabaksplanten worden plan
ten uitgezocht, die een laag nicotine
gehalte bezitten. Door dit proces telkens te
herhalen, heeft het Kaiser-Wilhelm-Insti
tuut het tot nu toe klaargespeeld om vüf
soorten tabaksplanten te winnen, die haast
volledig nicotine-vrü zyn. Voor de tabaks
teelt hebben deze kweekproeven buitenge
wone beteekenis, want zü openen de mogeiyk.
heid tot den verbouw van nicotine-vrüe
tabak. Deze tabak heeft het voordeel, dat hy
zün aroma behoudt, al bevat hy ook geen
nicotine. Naast deze kweekproeven wil het
instituut onder de nicotinearme tabakken
ook bü zonder aromatische tabakken ontwikke
len. Ofschoon op dit gebied nog geen zicht
bare successen behaald zün, hoopt men toch
binnen korten tüd ook hier tot positieve
resultaten te komen. De wetenschappelüki
tabaksbouw zal dus spoedig de tabaksproduct»
en de verwerking beïnvloeden en de rooken
i voor het gevaar van nicotinevergiftiging be
hoeden.