r ZWEMMEN OP VERZOEK Aardbeienbowl - Bessen - Tomatenpuree - Bramenpap op verschillende voorwerpen GOEDKOOPE PATRONEN S OVERNEMING UIT DEZE RUBRIEK ZONDER TOESTEMMING VERBODEN „Mag hij zwemmen?" Als ik die vraag hoor van de moeders en ik zie daarbij de glinsterende oogen van mijn jonge vrienden in blijde afwachting, dan gaan mijn herinneringen terug naar mijn jon genstijd, waarin het oude primitieve zwembad een voorname rol speelde, dan voel ik, dat de tijden veranderen, maar de mensch altijd dezelfde blijft. Geen wonder dan ook, dat ik bij de beantwoording niet vrij kan blijven van subjectiviteit, dat ik, het voor en tegen wegend, zooveel mogelijk tracht de bo vengestelde vraag in positieven zin te beantwoorden. Inderdaad vind ik het zwemmen een goede en nuttige sport voor de jeugd, althanfe indien overdrijving vermeden wordt. Als zoodanig beschouw ik wed- strijdzwemmen, dat een zware sport is en m.i, te veel vergt van het hart van het jonge individu. Ik wil dit punt hier thans niet bespreken. Mochten er lezers of lezeressen zijn, die zich voor sport en training interesseeren, dan wil ik dit la ter wel eens ter sprake brengen. Genoeg zij, dat, als ik hier van zwemmen spreek, hier niet bedoel het wedstrijd-zwemmen, maar de sport, welke wij dagelijks in de zwembaden zien beoefenen. Met die baden zelf is het al net zoo gegaan als met zooveel andere inrichtin gen: scholen, stations, voetbalvelden, al les is geperfectionneerd, vaak zelfs luxueus ingericht, terwijl bovenal aan de hygiëne het eerste woord is gegeven. Vroeger, evenals nu nog in kleine plaatsen, was alles primitief. Een eenvoudig open wa ter, een houten loods met simpele be timmering, een spiegel van 2 d.M. in het vierkant, vormde wel 't eenige luxueuze moment en werd dan ook als zoodanig beschouwd en sporadisch gebruikt een paar springplanken en alles was klaar om in volle vrijheid te genieten van wa ter, licht, lucht en beweging, springen, duiken, krijgertje spelen. De typhus en paratyphus liet ons vroeger met rust en trad niet op als rustverstoorder. Met de toenemende bevolking in de groote steden is het natuurlijk noodzake lijk geworden, dat met de hygiëne reke ning wordt gehouden en is het een on afwijsbare eisch, waaraan veel zorg wordt besteed, dat in de kunstmatige zweminrichtingen het water geen scha delijke bestanddeelen en geen virulente bacillen bevat. Wij mogen het hui selijke gezellige van vroeger missen, maar moeten bekennen, dat 't de eenige manier is, om onder de tegenwoordige constellatie nog te kunnen genieten van zwemmen. Zwemmen is een uitstekende sport, evenals roeien, omdat er zooveel verschillende spiergroepen in harmoni sche beweging komen. Ik kan dus voor ieder kind, dat een normale, gezonde gestie heeft, aanraden om te zwemmen Als veiligheidsmaatregel vind ik het zelfs noodig, dat ieder kan zwemmen. Men be hoeft de krant maar op te slaan om te lezen: „De heer X is heden bij het baden verdronken." Wat een dwaasheid om in het water te gaan, zonder te kunnen zwemmen. Men kan evengoed op de leeuwenjacht gaan zonder geweer. Hoe veel schippers kunnen nog steeds niet zwemmen? Onbegrijpelijke dingen zijn dit, waarvoor wij het komende geslacht moeten behoeden. Gelukkig zijn wij, dunkt mij, op den goeden weg. La vérite est en marche. Nadeelen zijn er natuurlijk ook wel. Er zijn kinderen, wier constitutie het zwemmen slecht verdraagt. Zij worden wit en bleek en staan te rillen van het bad. Daarom: vraag vooraf geneeskun dig advies. Vele nadeelen zijn echter te ondervan gen en komen voort uit misbruik van iets nuttigs, zooals zoo vaak op ieder ge bied. Een te lang verblijf in het water, het zwemmen in te koud water is af te keuren, maar het misbruik behoeft ook hier het nuttig gebruik niet te schaden. ENKLAAR WAARHEID. „Doch in elk eerlijk leven Komt toch een oogenblik, Waarin wij ons overgeven Aan ons eigen stille ik. Waarin wij de waarheid kennen En haar niet meer ontvlien, En zwijgende bekennen, Wat wij nooit wilden zien." „Een leugen doet een reis om de we reld, voordat de waarheid haar laarzen heeft aangetrokken." Met volle teugen drinken wij de vleien de leugen en droppelsgewijze slikken wij de bittere waarheid." „Sommige menschen vreezen de waar heid als een misdadiger zijn vonnis." „De waarheid te zoeken tot eiken prijs, die aan te nemen op elke voorwaarde; de waarheid, die krijgstucht beveelt aan geest en hart, aan denken en handelen; de waarheid, die in 't harte grijpt gelijk de geneesheer, als artsenij, als louterend vuur, kortom, zich onvoorwaardelijk aan God over te geven, dat is de ware school voor de kunst des levens." Heter ergernis verwekt, dan der waar heid te kort gedaan." „De waarheid is als een wekker. Men hooit ze niet graag." Heupwijdte 80 c.M., lengte 45 c.M. Benoodigd 1.20 M. stof van 70 c.M. breed te, of 60 c.M. stof van 1.30 M. breedte, 1.20 M. voering,» 7, groote knoopen, 2 kleinere knoopjes. Wanneer ge voor het broekpatroon een rechthoek opzet, welke 54 c.M. lang en 53 c.M. breed is, dan kunt ge alle aan gegeven maten hierin afteekenen, waar na ge het patroon op de vaste lijnen uitknipt. Van den zak, welke op het pa troon is afgeteekend, maakt ge even afzonderlijk een patroon, door dit na te radeeren. Hierna legt ge het patroon van voor- en achterkant op de stof, waarna ge het met een 114 c.M. naad uitknipt, terwijl onder- en bovenaan 3 c.M. bijge knipt wordt. Men begint met de zakken. Hiervoor knipt ge 4 stukken voering volgens het patroon, waarna ge voor den inkijk op deze stukken een stukje stof stikt, dat 14 c.M. lang en 5 c.M. breed wordt. Ver volgens legt ge 2 van deze stukken op den voorkant van de broek, goede kanten op elkaar, waarna ge de 11 c.M. van de accolade langs stikt. Dan kunt ge den zak naar den verkeerden kant toe om halen, waarna ge verder den inslag op den zijnaad aan den voorkant van de broek even omrijgt. De beide andere stukken worden aan den achterkant van de broek vastgest.ikt, waarna ge de voor kanten op de achterkanten kunt stikken, met uitzondering van de 11 c.M. voor den ingang van den zak. Nu kunt ge aan den achterkant het 12 c.M. lange, en 2 cJiI. breede heupnaadje instikken, waarna ge den achternaad en 7 c.M. van den voor naad dichtstikt. Hierna verbindt ge ook den kruisnaad; voor- en achternaad ko men hierbij op elkaar. Voor het split knipt ge 3 stukjes voering en 2 stukjes stof. Links zet ge in den vorm van het split eerst een stukje voering tegen. Hier na stikt ge een stukje stof en een stukje voering tegen elkaar, voor de knoopsgaten, terwijl dit gelijk met eerst genoemd voeringstukje wordt tegenge- stikt. Ook voor den rechterkant stikt ge stof en voering tegen elkaar en stikt dit aan voor de knoopjes. Dan kunt ge de broek bovenaan en aan de pijpen op lengte omrijgen. De voering stikt ge in elkaar, waarna ge ze bovenaan, en aan de pijpen langs zoomt; ook langs het splitje. Hierna wordt de broek stevig op geperst, ook de vouw in de pijpen, waar na ge op de daarvoor bestemde plaatsen de knoopen aanzet: de twee kleine op het splitje, de zes groote voor de bretelles, één groote boven aan het split. DINY. Fig. 4192. Jurkje van blauw linnen, versierd met groote schulpen. Het schou derstukje is aaneen geknipt; de twee middelste schulpen zijn gestikt op het jurkje, terwijl de twee buitenste de mouwtjes vormen. Langs deze mouwtjes en ook langs het rokje zien we een bree- den rand van writ linnen met een dikken blauwen draad doorgestikt. Pig. 4195 is van wit met groen ge- moesd vliscoline, versierd met 'n wit kraagje en dasje en biezen langs de mouwen. Een en ander is geboord met een smal groen biesje. Het rokje is 'n weinig klokkend. Leuk staan hierop de geestige puntvormige zakjes. Fig. 4196 is heel typisch van model en lijkt lang niet makkelijk om te maken. Wanneer we echter een patroon bestel len, zullen we er niets geen moeite mee hebben en bovendien zeer tevreden zijn met het resultaat, wat zeker niet het geval zal zijn, als we het zonder pa troon zoo ten naaste bij zullen namaken. Zeer eenvoudig van model maar daar om heel geschikt voor een schooljurk is model 4167. Het is van mousseline im- primé. De v-vormige halsuitsnijding is afgewerkt met biezen van donkere zijde. Het ceintuurtje bestaat ook uit twee van dergelijke bais. Het lijfje is een weinig blousend en de rok klokkend. POLA. Een dame vraagt me om een recept voor aardbeienbowl, die ze over enkele dagen voor een familiefeestje wilde ma ken. Tot mijn groote spijt heb ik haar niet kunnen helpen. Aan verzoeken om het een of andere recept kan, om tech nische redenen, nooit zoo spoedig vol daan worden. Daar gaan altijd 'n paar weken mee heen. Nu zou ik, in dit ge val, heel gaarne het recept per brief of briefkaart even direct hebben willen sturen, maar mevrouw P., die er om vroeg, had wel haar naam opgegeven, doch vergeten haar adres daarbij te zet ten. Ik zal het gevraagde recept nu hier nog even geven, want daar we nog volop in den aardbeien tijd zijn, zullen er al licht ook andere dames nog iets aan hebben. Aardbeienbowl. Een pond mooie, rijpe, goed gewasschen aardbeien worden rijke lijk met suiker bestrooid. Men laat ze zoo ongeveer een uur staan en voegt er dan een weinig citroensap bij met 14 liter wijn en y, liter koud water of spuit water. Vóór het gebruik moet men bowl altijd eerst proeven, om er, zoo noodig, nog wat suiker te kunnen bijvoegen. Een heel smakelijke aardbeienbowl maak ik bij feestelijke gelegenheden ook wel van Meiwijn. Ik doe dan 'n uur of langer tevoren 'n schepje aardbeien in de glazen, met wat suiker er op en 'n klein scheutje limonadesiroop, liefst grenadine. Daarop schenk ik dan later, vlak voor het presenteeren, den Meiwijn. Deze bowl ziet er zeer smakelijk uit en valt ook altijd zeer in den smaak, ter wijl ook iedereen, die 'geen alcohol drinkt, er van genieten kan. Bessenwijn. Een van onze lezeressen herinnert er me aan, dat ik verleden jaar het recept hiervan beloofde en daar zit ik nu erg mee. Ik heb zelf nooit bes senwijn gemaakt en het recept er van ben ik, tot mijn groote spijt, kwijt ge raakt, zoodat ik de vraagster nu niet kan helpen. Zijn er in ons kringetje mis schien dames, die me het bewuste recept voor haar kunnen opsturen? Bij voorbaat hartelijk dank. Bessensap kan men heel gemakkelijk zelf maken. De bessen hoeven daarvoor niet eerst te worden afgerist. Ik wasch ze alleen 'n paar keer, tot ze geheel schoon zijn en zoek alle slechte bessen er uit. Dan kook ik ze met steeltjes en al en een weinigje water, om aanbranden te voorkomen, tot de bessen goed stuk zijn, zoodat het sap er gemakkelijk uit vloeit. Is het zoover, dan laat ik alles door een doek uitlekken. De flesschen maak ik goed schoon en wasch ze dan in zeer heet water. De kurken kook ik uit. Het sap wordt nog even opgekookt en afgeschuimd en even van het vuur in de heete flesschen gego ten en dan dadelijk gesloten met de heete kurken, die dan heel gemakkelijk in de flesschen gaan en later weer uit zetten, zoodat de flesschen goed zijn afgesloten. De overgebleven bessen kook ik dan nog eens op met 'n beetje water en het sap daarvan druk ik dan flink uit. Dat behandel ik dan verder als het eerste sap, maar ik gebruik dit het eerste, om dat het zich minder lang goed houdt. Bessenpudding van zulk sap is een heerlijk frisch toetje. Ik doe er dan suiker by naar smaak en 'n dun schilletje van citroen en breng het aan de kook. Dan bind ik het met het aangemaakte gries- meel of met siamsago en laat de pudding in een vorm koud worden. Bessenvla. Op 4 dJL. bessensap neem ik hiervoor: 4 eieren, 75 gr. suiker, 'n beetje geraspte citroenschil en 10 gr. maizena. Twee dooiers en 2 heele eieren roer ik flink met de suiker, de citroenschil en ten slotte met de maizena. Daar roer ik dan de bessensap doorheen. Het wit van 2 eieren roer ik heelemaal stijf en hou dat apart, tot ik de vla, onder voortdu rend roeren, langzaam aan de kook heb laten komen. Dan neem ik me pannetje van het vuur, roer het sty fgeklopte eiwit er door en ik verwarm alles nog even om te voorkomen, dat het eiwit uitzakt. Tomatenpuree. Voor de dame, die graag wil weten, hoe ze zelf een geurige tomatenpuree kan klaar maken, om by het bereiden van verschillende gerechten te dienen, het onderstaande recept: Op 2 pond tomaten neemt u 'n klein half onsje boter, 1 klein uitje, 1 klein worteltje, een schijfje citroen zonder pit ten, 'n paar takjes peterselie en zout naar smaak. De tomaten worden gewasschen en in stukken gesneden. De boter moet even smelten en dan laat u er de tomaten, het worteltje, het uitje, de peterselie en het citroenschyfje zachtjes in smoren. Als alles gaar is, drukt u het door een paardeharen zeef. Deze puree kan ook by koud vleesch gepresenteerd worden. Bramenpap. De mooiste bramen wor den uitgezocht en apart gehouden. De kleinste worden door een zeef gewreven en het uitgeperste sap even opgekookt met suiker, pypkaneel, 'n paar kruidna gelen en citroensap, allemaal naar smaak. Dan laat men de groote bramen 'n paar minuten koken in het sap, vischt ze er weer uit, bindt het sap met 'n beetje sago of maizena en giet dat over de bramen. Warme pudding met gestoofde kersen is 'n fijn toetje voor menschen, die graag iets warms na hebben. Men heeft er voor noodig: 3 ons bloem, 114 ons boter, 1y, ons suiker, 1 citroen, 2 eieren, 1 theelepeltje bakpoeder, 2 eetlepels melk en warme gestoofde kersen. Boter en suiker worden geroerd tot een zalfachtige massa. Dan worden er, een voor een, de eieren door geroerd. De bloem wordt gezeefd met het bakpoeder en men mengt alles goed door elkaar, met de geraspte schil en het sap van de citroen, de melk, boter en suiker. In een met boter bestreken puddingvorm wordt deze pudding au bain Marie gaar ge kookt in ongeveer een uur tyds. De pud ding wordt omgekeerd op een verwarm den schotel. Aan den bovenkant holt men hem iets uit en legt daar warme gestoofde kersen in. De rest van de ker sen legt men rondom den pudding. De kersen mogen by het stoven maar even koken met suiker en 'n stukje pyp kaneel. Het sap wordt met 'n weinig sago gebonden. ADRIANA KNUIST—POLLEPEL Het voornaamste vóór alles is, dat er orde is en regelmaat. Orde en regelmaat niet alleen in de gedragingen van de huisgenooten, maar ook in alles wat tot een goed bestier, tot een goede ordening in de materieele dingen der huishouding behoort. Het spreekt wel van zelf, dat de huis genooten niet naar eigen goeddunken kunnen doen en laten wat zy willen. Het gaat niet aan, dat byv. deze zoo laat en gene weer op een anderen tijd aan tafel verschijnt. Waar de toestand zoo is, daar kan men gerust spreken van een huishouden van Jan Steen. En zoo is het ook met de wyze, waarop iedere huisge noot zorgt voor de dingen, waarvoor hy of zy zelf te zorgen heeft. Wie alles maar laat slingeren en denkt, dat een ander dat is natuurlijk dan moeder de vrouw wel voor opruimen zal zorg dragen, gooit alles op een nare manier in het honderd. Dat is een groote rem in de goede gang van zaken, hij of zy is oorzaak, dat het er in huis nooit waar- ïyk netjes kan uitzien. Er is echter een andere orde van za ken, welke van veel meer belang is. Deze gaat alleen de huisvrouw aan, omdat zij voor de uitvoering verantwoordelijk is. By alle verrichtingen heet het, dat tyd geld is. De huisvrouw kan hiervan ma ken: „Orde spaart tijd en geld!" Dat deze orde allereerst bestaat in een goede dag-indeeling, het behoeft immers niet eens betoogd. Iedere dag heeft zijn eigen bezigheden, maar ook de vrouw zelf moet weer precies weten wat er van uur tot uur ongeveer moet wor den gedaan. Waar dat niet gebeurt, zal veel aan allerlei toevalligheden worden overgelaten. Zoo is het bijv. op de eerste plaats met den tijd, benoodigd voor het koken. Wie niet precies en nauwkeurig weet, wanneer met deze of gene spys, met dit of dat gerecht moet worden be gonnen,. zal meermalen voor het feit komen te staan, dat ofwel niet op tyd kan worden gegeten, ofwel, dat van het eten niet is terecht gekomen, wat er redelijkerwijze van moet worden ver langd. Gevolg? Zwarte en zure gezichten, en misschien op den duur maaghjden bovendien. Aan dat niet precies op tyd beginnen gaan de dienstmeisjes nogal eens mank, maar goed beschouwd zijn het toch de huisvrouwen zelf, die er op moeten letten en zij zijn de verantwoor delijke personen, die alles nauwkeurig als een klok hebben te regelen. Orde bovenal in de keuken! Geen aan recht waar geen plaatsje meer vry of open is. Dat zien we nogal eens gebeu ren. Gevolg? Niet vlug kunnen opschie ten en breken bovendien. En dan, zorg er voor, dat alles zoo spoedig als maar mogelijk is, zijn eigen en goede plaats krijgt. Dat doet opschieten en is tevens een best middel om de ordelijke gang er in te houden. Een huishouden, waar alles steeds overhoop staat, is geen huishouden; het is een Janboel. Zoo gaat het vooral ook met wat van de maaltijden over is en wat nog voor iets dienst moet doen. Wanneer niet wordt gezorgd, dat alles netjes en goed wordt opgeborgen, dat men in één woord alles laat staan, zonder dat men precies meer weet waar, dan kan het niet anders, of we vinden vandaag of morgen bedorven waar. Dat is zonde, omdat men deze niet meer gebruiken kan; en het is zonde ook, omdat men allerlei kiemen, zich laat ontwikkelen, welke schadelijk zijn voor de gezondheid. En dan: het principe van ordeiykheid spreekt het voornaamste woordje mee. Een goede huisvrouw zorgt op de eer ste plaats, dat alles netjes geordend is. En voorts, dat iedereen zich aan die orde aanpast en onderwerpt. En dan vooral: zij zorgt overal een wakend oog over te laten gaan. Iedere huisgenoot zal daarvan den weldoenden invloed on dervinden. En verder: een dienstbode, die in haar dienst goede orde heeft ge leerd, zal van zelf weer een zegen zijn, als zy een eigen huishouden zal hebben helpen stichten, welke goede orde een zegen op zichzelf is voor haar gezin en voor het kleine onderdeel dus van de maatschappij, welke zij helpt vormen. C. U. Een aantrekkeiyk handtaschje kunt u maken van grof linnen, met het onder staande raffia borduurwerk opgewerkt. De eenvoudige lange en daartusschen weer kortere raffia-steken, met de bloem trossen van raffia, in Fransche knoopen gewerkt, zullen een verrassend effect ge ven op een naturel ondergrond. Eerst worden de bladeren en bloemen gewerkt en daarna vullen we de ruimte er tusschen en verder het geheele tasehje op met naturel-kleurige raffia-steken in horizontale richting. (Zie teekening) Een aardige kleurschakeering kan be dacht worden, door de bladeren licht groen te kiezen, de bloemen eerst eenige trossen geel, daarna oranje, dan lila, en weer afgewisseld met oranje of geel; we nemen natuurlijk niet precies 3 trossen geel, 3 oranje, enz., maar 4 geel, 2 oran je, 3 lila, 6 geel. 2 oranje of iets derge lijks. Een ander aardig contrast tegen den naturelkleurigen ondergrond is: de bloe men in vuurrood, overgaande in bor deauxrood; de kleuren hangen natuurlek geheel af van het costuum, dat erbij ge dragen moet worden. De bewerking van de steken en de Fransche knoopen ziet u onder aangegeven. Heeft u geen zin om het geheele tasehje op te vullen met de naturel steken, dan kunt u gekleurd grofmazig linnen koopen, speciaal er voor geschikt, b.v. in een goudkleur, geel of iets anders. U borduurt alleen het bloem-motief en maakt een randsteek van raffia rondom het tasehje. Er komt toch voering van binnen te gen. Dit voldoet ook heel goed. Voor de strand-tasch is het zelfs haast on- doeniyk om vol te werken, dus kunt u alleen het kleurige motief opwerken. Een gehaakte naturel raffia tasch zal met hetzelfde motief aardig opfleuren. Doch niet alleen tasschen, ook de theemuts hieronder, voor serre of tuin-gebruik, met een ring, omwonden met raffia, is voor ons motief geschikt. ANEMOON. van al onze modellen, die genummerd zijn boven 4000, zijn verkrijgbaar aan „Het Patronenkantoor, Postbus No. 1, Haarlem. Onberispelijke coupe. Dameskleeding in de maten 88, 96, 104 bovenwijdte, a ƒ0.55. Kinder- kleeding, alleen voor den in de beschrijving genoemden leeftijd a ƒ0.35. Niet of lager dan 4000 genummerde patronen het dubbele bedrag. Bij elk patroon wordt een handleiding voor het knippen en naaien gevoegd, benevens een verkleinde patroonschets, Franco toezending, direct na ontvangst van bestel ling, met het verschuldigde bedrag aan postzegels ie* gesloten, waarbij vermeld: naam en adres, nummer van het model en het blad, waarin het voorkomt en bovenwijdte. Men meet deze maat rondom het lichaam recht onder de armen doorgewoon glad, zonder extra toegift

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 7