cBinnenlandsch Nieuws Voor de Huiskamer Kalender falaad j e De gewisselde bank biljetten X Ned. fcatoenhandel bedreigd Steun voor de veenkoloniën De Waaloverbrugging te Nijmegen KERKNIEUWS J ONDERWIJS FAILLISSEMENTEN FINANCIEN De Amstelbank Transactie van 40 millioen dollar in voorbereiding De Vereeniging voor den Katoenhandel te Rotterdam, heeft, volgens het „Hdbd.", aan den minister van Arbeid, H. en N. een telegram gezonden, waarin onder de aan dacht van den minister wordt gebracht, dat er onderhandelingen gaande zijn tusschen de American Farm Board en het Duitsche gouvernement, omtrent den verkoop en fi nanciering van ongeveer 800.000 balen Noord-Amerikaanschc katoen op lang cre- diet, ter waarde van 40 millioen dollar. De verkoop van een zoo groote hoeveel heid katoen zal den geheelen katoenhan del tusschen Nederland en Amerika en Ne derland en Duitschland, alsmede met ge heel centraal Europa, ontwrichten en zal niet nalaten op den handel in verschillende soorten katoen van niet Amerikaanschen oorsprong een desorganiseerenden invloed uit te oefenen. Het ligt voor dc hand, dat zulk een transactie ook een zeer ongunstigen invloed zal uitoefenen op den export van onze Ne- derlandsche katoenindustrie naar onze ko loniën. De vereeniging verzoekt den minister met den meest mogelijken spoed de noodige stappen te willen overwegen ten einde te trachten de uitvoering der bovenbedoelde transactie als nadeelig voor den Neder- landschen handel en industrie te verhin deren. De grootste spoed met de voorbereiding van een steunregeling wordt betracht Op de vragen van het Tweede Kamerlid, den heer Van den Heuvel, betreffende de indiening bü de Staten-Generaal of mede- deeling van de hoofdstrekking van het steunvoorstel voor den oogst 1931 van de veenkoloniale landbouwbedrijven, heeft de Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw geantwoord, geenszins te willen ontkennen, dat een oplossing van loon- conflicten in de veenkoloniale landbouw bedrijven minder moeilijk wordt, indien partijen bekend zijn met den inhoud van het steunvoorstel voor den oogst 1931. Ge zien echter den algemeenen economisehen toestand en de beprrking, welke de regee ring zich nu eenmaal in geval van steun- verleening moet opleggen, kan hij niet de stelling beamen, dat ir. het niet bekend zijn van hetgeen de regeering voornemens is te doen, de voornaamste oorzaak van de con flicten zou zijn gelegen. Moeilijkheden van den meest verschillen den aard, bij de uitwerking van het voor nemen tot steunverlening ondervonden, hebben de bekendmaking van definitieve voorstellen meer vertraagd, dan aanvanke lijk mocht worden verwacht. Ook thans moet de minister zich tot zijn leedwezen beperken tot de mededeeling, dat een rege ling in gevorderden slaat van voorbereiding verkeert, waarbij de verzekering kan wor den gegeven, dat de grootste spoed, welken deze moeilijke stof maar eenigszins toe laat, wordt betracht. Een nieuw voorstel aan den Gemeenteraad B. en W. van de gemeente Nijmegen stellen den Raad voor te besluiten een bijdrage uit de gemeentekas te verleenen in de kosten der Waaloverbrugging van: a) voor de hoofdtoegangswegen aan de Nijmeegsche zijde; b) 2/3 voor andere opritten of afwegen aan de Nijmeegsche zijde; c) 1/6 voor den toegangsweg aan de Lent- sche zijde, onder voorwaarde, dat bij de uit voering van de onder a) en b) bedoelde wer ken de alsdan te Nijmegen geldende collectie ve arbeidsovereenkomsten voor de bouwbe drijven zullen worden toegepast en de werk krachten zooveel mogelijk door bemiddeling van de Gem. Arbeidsbeurs zullen worden betrokken en dat ten aanzien van het project van de onder a) en b) bedoelde toegangs wegen vooraf overeenstemming tusschen Rijk, Provincie en Gemeente zal zijn verkregen. In verband met dit voorstel is door den Burgemeester, den heer Steinweg, een schrij ven aan den Raad gericht, waarin hij ver klaart zich niet met het door B. en W. aan geboden ontwerpbesluit inzake den Waalbrug- bouw te kunnen vereenigen. Hij vreest niet alleen ernstige vertraging daardoor, maar noodlottige gevolgen van blijvenden aard voor Nijmegen. In die opvatting is hij wel zeer versterkt door de mededeeling van den be trokken minister aan de gemeente Arnhem, hierop neerkomende, dat de Minister de ook door dien Raad gestelde voorwaarde betref fende de collectieve arbeidsovereenkomsten, weigert te aanvaarden. Ook heeft hij zich niet kunnen vereenigen met de voorwaarde in het ontwerpbesluit, dat ten aanzien van het project van de onder a) en b) bedoelde toegangswegen vooraf over eenstemming tusschen Rijk, Provincie en Gemeente zal zijn verkregen. In feite wordt daarmee, aldus de Burgemeester, het geheele plan der hier bedoelde toegangswegen op losse schroeven gezet, daarom is de voorwaarde noch voor het Rijk, noch voor de Provincie aannemelijk. Die voorwaarden mogen volgens den Bur gemeester niet worden gesteld, daar zij den brugbouw ongetwijfeld in ernstig gevaar brengen. Zij dienen z.i. te worden vervangen door een opdracht aan B. en W. ter verzekering van nader overleg over de uitvoering tusschen de betrokken organen van het Rijk, de Pro vincie en de Gemeente, met handhaving van de grondslagen van het rapport der Bruggen- commissie ten aanzien van de kostenverdee- ling. Werklooze diamantbewerkers worden verminderd. Dit geschiedde eerst met ingang van 13 Juli jl, omdat het wensche- lijk werd geoordeeld de resultaten van een hernieuwd onderzoek naar de omstandighe den der gesteunder. af te wachten. Wanneer in een aantal gevallen de steun bedragen aanzienlijk verminderd zijn gewor den wellicht voor bepaalde gezinnen tot 50 pet. dan was dit niet het gevolg van bovenbedoelde algemeene herziening, doch geschiedde zulks, omdat bij de controle ge bleken was van gezinsinkomsten, die de ge- steunden niet hadden opgegeven. De ondersteuning wordt in ieder geval af zonderlijk bepaald naar de werkelijke be hoeften van het betrokken gezin. Daarbij wordt rekening gehouden met de plaatselijke regelen op het stuk van openbare ondersteu ning. Ook in gevallen, waarin tot belangrijke vermindering moest worden overgegaan, bleef nochtans het steunbedrag voldoende ter voorziening in de werkelijke behoeften, der halve mede er op berekend, dat daarvan de woninghuur moet worden voldaan. Voor de uitgesproken vrees behoeft geen grond te bestaan. De minister is van oordeel, dat de alge meene vermindering gedurende de zomer maanden gehandhaafd moet blijven. Bij het bepalen van steunbedragen kan, naar de minister meent, slechts de werkelijke behoefte beslissend zijn. Bakkersarbeid op 15 Augustus De Miiiister van Arbeid, Handel en Nijver heid heeft A. ten aanzien van broodbakkertjen in alle gemeenten des Rijks, waarin ter vie ring van den R. K. feestdag van Maria He melvaart, op Zaterdag 15 Augustus geen ar beid wordt verricht vergund als volgt: lo. door hoofden of bestuurders en door bakkersgezellen mag op Vrijdag 14 Augustus 1931 bakkersarbeid worden verricht tusschen 12 uur 's nachts en 6 uur des voormiddags, met dien verstande, dat, voor zoover betreft broodbakkerijen, voor welke een vergunning, als bedoeld in art. 37, eerste lid, der Arbeids wet 1919, is verleend, reeds op Donderdag 13 Augustus 1931, te 10 uur des namiddags, met den arbeid, bestaande in het gereedmakén van deeg en ovens, mag worden aangevan gen; 2o. door bakkersgezellen mag op Vrijdag 1 Augustus 1931, gedurende ten hoogste 10 urer. arbeid worden verricht, tenzij eene kennisge ving (coupon), als bedoeld in art. 35 tweede lid, onder b, dier wet, tijdig is ingezonden aan het districtshoofd der Arbeidsinspectie, in welk geval de werktijd ten hoogste 13 uren mag bedragen; B. aan hoofden of bestuurders van brood- bakkerijen in alle gemeenten des Rijks, die gebruik maken van de vergunning, onder A genoemd, en in wier bakkerijen derhalve op 15 Augustus 1931 geen bakkersarbeid mag worden verricht, vergund, op Vrijdag 14 Augustus 1931 deeg of brood, dat na 8 uur des namiddags *van den vorigen dag gebak ken of opgewarmd is: 1. van 7.30 uur des voormiddags af uit het gebouw met aanhoorigheden, waarin zich de broodbakkerij bevindt, wordt vervoerd; 2. van 8 uur des voormiddags af wordt ver kocht of afgeleverd. De Holterberg Nadere vragen aan de regeering Het,Eerste Kamerlid de heer Polak, heeft .zich onder betuiging van zijn dank voor de op zijn vragen betreffende den Holterberg ge geven antwoorden, met de volgende supple mentaire, vragen tot den minister van Bin- nenl. Zaken en L. gewend: Is het den minister bekend, dat verreweg het grootste gedeelte .van den Holterberg niet aan de gemeente Holten toebehoort en dat dus de volledigste medewerking van gemeen tewege bebouwing van den berg niet zal kun nen voorkomen? Is het den minister bekend, dat na het antwoord op mijne eerste vragen reeds eenige stukken grond op den berg verkocht .werden aan Bennink's Landerljen-bureau, te Almelo, en aan den heer Nijland te Amsterdam, en dat verder eenige andere terreinen bestemd zullen worden voor villabouw, kaffnpeèrhuis- jes en hoenderpark? Ziet de; minister daarin niet aanwijzingen voor het den berg dreigende gevaar en zou derhalve Z.Exc. in overweging willen nemen den berg te onteigenen en in beheer te bren gen bij het Staatsboschbeheer? Zesde Nationale Bedevaart naar Dokkum Verminderde steun voor Nederlanders te Antwerpen. Op de vragen van den heer Polak betref fende vermindering der ondersteuningsbedra gen, toegekend aan werklooze Nederland- sche diamantbewerkers te Antwerpen, "-«eft de minister van Binnenl. Zaken en L. geant woord, dat sedert Februari 1931 de te Ant werpen gevestigde Nederlandsche diamant bewerkers, die door werkloosheid niet in staat zijn in hun onderhoud te voorzien van Regeeringswege worden gesteund, ten einde hen niet voor de noodzakelijkheid te plaat sen om naar ons land terug te keeren. Bij de vaststelling van de ondersteunings bedragen werd mede rekening gehouden met uitgaven voor verwarming. Toen bleek, dat de ondersteuning moest worden voortgezet in den zomertijd, konden de steunbedragen Mgr. J. H. G. Jansen onder de deelnemers Zondagmiddag omstreeks half zes arri veerde de Aartsbisschop van Utrecht, Z. H. Exc. Mgr. J. H. G. Jansen per auto te Leeu warden, teneinde de zesde Nationale Bede vaart naar Dokkum te leiden. Voorafgegaan door enkele auto's, waarin het bestuur en comité der Bedevaart hadden plaats geno men, benevens eenige groepen wielrijders, leden van de R. K. Propagandaclub De Katholieke Garde, Jonge Werkman en Pa tronaten, reed Z. H. Exc. naar de Pastorie van de St. Bonifaciuskerk, alwaar de vaan dels der diverse plaatselijk Katholieke ver- eenigingen buiten waren opgesteld. Onder luide toejuichingen schreed Z. H. E. langs een eerewacht van Gardisten en Jonge Werklieden naar de Pastorie, alwaar hij werd verwelkomd door den Hoogeerw. Deken J. H. Vaas. Het muziekkorps „St. Jozef" bracht hierna den Aartsbisschop een serenade. Het voorplein van de pastorie was voor deze gelegenheid versierd met vlaggen en vaandels, terwijl in de stad van vele parti culiere huizen de vlag wapperde. De vooravond Om 7 uur werd in de St. Bonifaciuskerk een Pontificaal Lof door Mgr. Jansen gece lebreerd, geassisteerd door pastoor van den Hengel uit Hilversum en dekèn van der Waarden uit Almelo. Het grootsche kerkgebouw Was geheel gevuld toen Z. H. Exc. de kerk werd bin nengeleid door een groot aantal Eerw. lieeren geestelijken. Zegenend schreed hij naar het altaar. Tijdens het Lof hield dr. R. Post, secretaris van het Nederlandsch Historisch Instituut te Rome, een predi katie. Onmiddellijk na het Lof werd in hate) ,,Amicitia" een begroetingsavond en muzi kale reünie gehouden. De bedevaart Gisteren is de zesde Nationale Bedevaart naar de St. Bonifaciusbron te Dokkum ge houden, waarvoor als steeds groote belang stelling bestond. Niet alleen dat men een extra-trein van Leeuwarden had ingelegd, doch ook tal van autobussen en auto's voerden een groote schare naar de Martel- stad van St. Bonifacius, die reeds voor 9 uur de straten vulde. Na aankomst van den extra-trein begaf men zich in optocht, voorafgegaan door het R. K. muziekkorps van Ameland, naar het processiepark. Onderweg werd de pasto rie gepasseerd, waar de Aarstbisschop van Utrecht, Mgr. Jansen, zicb had opgesteld en den stoet bij het voorbijgaan zegende. Nadat Z. H. Exc. met het gebruikelijk ceremonieel het processiepark was binnen geleid, ving de Hoogmis aan, welke door Mgr. zelf werd opgedragen, daarbij geas sisteerd door pastoor Eshuis uit Zwolle als diaken en pastoor Metz uit Assen als sub diaken. Prof. dr. T. Brandsma uit Nijmegen en deken v. d. Waarden uit Almelo fungeer den als troondiakenen, terwijl de plaats van den presbyteT-assistents werd ingeno men door deken Vaas uit Leeuwarden. Tijdens de Hoogmis hield pastoor Th. J. Noord uit Noord-Scharwoude de feest predikatie, die echter tengevolge van den hevig neerstroomenden regen ontijdig beëin digd moest worden. Gisterenmiddag om 3 uur ving in de Kerktent op het processieveld van den H. Bonifacius het pontificale Lof aan, gecele breerd door den oud-pastoor van Dokkum, den zeereerw. heer A. Arends, pastoor te Delden, daarbij geassisteerd door prof. Volmer van het Seminarie te Ogdenburg (N. A.) die op het oogenbik hier te lande vertoeft en den zeereerw. deken H. A. P. C. van der Waarden van Almelo. Z. H. Exc. Mgr. Jansen hield daarna een predikatie met de woorden uit het Te Deum:„UoHeer looft het schitterend leger der marelaren". Mgr. wekte de aanwezigen op het voorbeeld der martelaren te volgen in liefde tot Koning-Christus. Vervolgens werd de processiestoet gefor meerd, welke door de groote deelname en schitterende ensceneering een geweldigen in druk maakte. Priesterretraite De tweede achtdaagsche priesterretraite in het retraitehuis „Sint Ignatius" te Span- beek (L.) gaat, naar men ons meldt, zeker door. Deze wordt gehouden van 26 Augus tus tot 4 September a.s. Zich op te geven aan de directie. Votief mis van den H. Geest Bij den aanvang van het schooljaar In vele plaatsen is het gewoonte, dat bij den aanvang van het nieuwe schooljaar in de parochiekerk een Votiefmis van de nH. Geest wordt gezongen. Op verzoek van eenige hoofden van scho len is in het wekelijksch missaal Bron van Christelijken Geest, dat uitgegeven wordt onder auspiciën van d efederatie van litur gische vereenigingen in Nederland, ten be hoeve van de schoolkinderen als nummer ingelascht de Votiefmis van den H. Geest. Men kan niet te vroeg beginnen met de kinderen in te wijden in de verheven betee- kenis van de gebeden van het heilig Mis offer. De jeugd moet voor de liturgische actie worden gewonnen. Wat zal het dan niet een schoon begin zijn van het nieuwe schooljaar, wanneer de schoolkinderen na een korten uitleg van de misgebeden van den H. Geest aan de hand van het misboekje gekregen te hebben, gezamenlijk met him onderwijzers van het katholieke onderwijs bij het begin van het schooljaar neerknielen om de ver lichting van den H. Geest over hun leeren af te smeeken. De prijs voor deze aflevering ondergaat géén verhooging en bedraagt evenals de ge wone wekelljksche missaals twee cents per nummer. Voor bestellingen gelieve men zich rechtstreeks te richten tot de Naaml. Venn. Gooi en Sticht, te Hilversum. Voor zoo ver noodig zij de aandacht van de hoofden van Het was op een marktdag in een groote, drukke fabrieksstad in 't graafschap Lan cashire, welks inwoners den naam hebben van bijzonder geslepen te zijn. De treinen hadden dien morgen uit alle hoeken van het graafschap duizenden samengebracht, de meesten voor zaken, anderen voor plezier, weer anderen voor beide tegelijk. Bankiers en kassiers, kooplieden en ka toenfabrikanten, makelaars en commission- nairs, verdrongen elkander op de beurs en hadden het zoo druk als bijen in een korf. Ik heb gehoord, dat honderdduizenden gul dens op zoo'n marktdag van de eene hand in de andere hand overgaan, zonder een regel schrift of bewijs van koop en verkoop. Maar we hebben nu met de beurs niets te maken, évenmin als met de heeren, die haar bezoeken. In de groote stad, waar ik van spreek, maar die ik om meer dan één ge gronde reden niet zal noemen, waren de voornaamste juweliers de heeren Elephant en Castle. Ik verzeker u, dat hun winkel ramen er, vooral op marktdagen, niet on behaaglijk uitzagen en zeker niet in de dagen dat het oude jaar op z'n laatste beenen liep en tal van kostbaarheden voor het oog der kijkers en koopers lagen ten toon gesteld. Zoo scheen er ook een reeds tamelijk be jaard buitenman van een deftig voorkomen over te denken. Z'n hagelwitte das en de zware gouden cachetten, die onder uit z'n vest hingen, toonden aan, dat hij niet alleen deftig, maar ook welgesteld was. Dat welge stelde was ook hoorbaar uit het gekraak zijner met zorg gepoetste, blinkende laarzen en uit den goedigen, maar ook zélfbewusten glimlach op z'n welgevulde wangen. Hij maakte in elk opzicht den indruk van een man, aan wiens tafel men graag zou willen plaats nemen en in wiens testament niemand zou weigeren opgenomen te worden. De heer Elephant z'n compagnon, mijn heer Castle, was op dit oogenblik afwezig had uit den aard van zijn bedrijf grooten eerbied voor alles, wat welgesteld en deftig was. Hij maakte dus een diepe buiging voor den bejaarden heer, die op zijn beurt voor den heer Elephant boog. De juwelier gevoelde zich daarmee zeer vereerd, te meer daar beleefdheid geen stapelartikel in de onge noemde stad was. Zij mag een rijke stad wezen, maar de penny in de week, die in andere deelen van Engeland aan 't ver krijgen van goede manieren wordt besteed, werd da.iraan in die dagen in 't graafschap Lancashire blijkbaar niet ten koste gelegd. Maar de heer Elephant kende z'n men- schen; hij wist op 't eerste gezicht een heer van een pseudo-heer te onderscheiden en liet dus z'n winkelbediende een anderen aanwezigen klant helpen, terwijl hij zelf de zorg voor den nieuw aangekomene op zich nam. De deftige, minzame klant, ging recht op z'n doel af. „Aanstaanden Donderdag," sprak hij, „is het Nieuwjaar, en dan moet mevrouw Dulcimer, zooals elk jaar, haar gewone ge schenk hebben. De vraag is maar, wat zal ik haar geven? Natuurlijk iets, waar ze wat aan heeft en niet al te duur. Iets niet boven de driehonderd, op z'n hoogst vierhonderd pond." 't Was inderdaad aardig om te hooren, hoe die goede mijnheer Tenimore Dulcimer over geld sprak. HU scheen er alleen prtis op te stellen, om er anderen pleizier mee te doen. Er werden hem een aantal kostbare voorwerpen ter keuze voorgelegd, maar ze werden glimlachend door mijnheer Dulcimer, als te gering, terzijde geschoven. Eindelijk viel z'n keus op een zwaar gouden dames horloge met dito ketting en de noodige aan hangsels. Het geschenk moest zeshonderd pond sterling kosten, en terwijl mijnheer Elephant's bediende een kistje zocht, om het behoorlijk in te pakken, haalde mijnheer Tenimore Dulcimer een vrij smerig zwart leeren zakboekje te voorschijn en nam er een bankbiljet van duizend pond uit. De def tige heer was juist iemand, bij wien men zoo'n zakboekje zou verwachten, onder voorwaarde natuurlijk, dat het een of meer bankbiljetten van duizend bevatte. Het deed den heer Dulcimer wel leed, dat hij mijnheer Elephant lastig moest vallen met wisselen, maar de juwelier antwoordde natuurlijk, dat hij maar al te gelukkig was den heer Dulcimer te mogen verplichten. Hij kon het des te gemakkelijker doen, daar hei juist marktdag was. Het respectabele zak boekje met vier honderd pond in klein bank papier werd weer in den eenen diepen bin nenzak gestoken en het gekochte kostbare gouden horloge in een fraai lederen etui, zorgvuldig in een niet minder diepen ande ren zak, en de heer Dulcimer ging even be leefd den winkel weer uit, als hij dien was binnen gekomen. Maar wat wil nu het ongeluk? Op hetzelf de oogenblik kwam er een jong heer, uiterst elegant gekleed, den winkel met zoo'n vaart binnenstormen, dat hij den deftigen ouden heer op een alleronfatsoenlijkste manier tegen 't lijf liep. De heer Dulcimer was niet boos, maar wel zeer onthutst. Hij bukte zich om z'n hoed op te rapen, die door den schok van zn hoofd was gevallen. Terwijl hij z'n hoofd deksel zorgvuldig gladstreek, kwam hij een weinig tot bedaren en herkende den jon gen man, die hem zoo onverhoeds aan 't schrikken gebracht had. „Wel, lieve hemel!" riep hij, „ben jij het Frank? Hoe kom .ie zoo hier?" „Och, mijnheer Dulcimer, ik moet wat voor Sofia koopen. Maar ik hoop niet, dat Ik u bezeerd heb?" „Neen, dat zal wel schikken. Maar je moet niet zoo wild bij <J" menschen binnen komen stormen. Ga je met den trein van kwart over vieren?" „Waarschijnlijk wel, mijnheer." Nu, dan kunnen we samen gaan. Ik moet je nog spreken over dat geval van Williams. Koop dus maar gauw, wat je hebben moet, jongenlief, want we hebben niet veel tijd." Tenimore Dulcimer's jonge vriend toonde inderdaad niet veel tijd te hebben. Hij had spoedig z'n' keus bepaald op een halssnoer van diamanten en opalen, met dito doek speld en armbanden ter waarde van vijf honderd vijftaig pond die gelukkige Sofie! en betaalde in eens met een bankbiljet van duizend pond. „Ziedaar! Kunt u dat wisselen?" vroeg hl) en smeet z'n bankbiljet op de toonbank. Nu stak er voor een man van ondervinding als mijnheer Elephant geen gevaar in, om een bankbiljet van welk bedrag ook, te wis selen, als het gepresenteerd werd door een heer van mijnheer Dulcimer's voorkomen en manieren, maar zoo'n jonge hardlooper en driftkop, met z'n handen in z'n zakken van z'n gestreepte broek, een bonte zijden das los om z'n hals, z'n hoed schuin op 't hoofd, zie, dat was iets anders. Niet, dat hij het jonge mensch voor een losbol of een op lichter aanzag. Immers, die keurige mijnheer Dulcimer had hem „Frank" genoemd, en die zou zeker geen Frank zeggen tegen iemand, die niet door en door fatsoenlijk was. Maar toch, jongelui zijn jongelui en verkeeren soms in slecht gezelschap. Dus, daar het kantoor dicht bij de hand was, zond mijn heer Elephant 't bankbiljet van mijnheer „Frank" voor de zekerheid even naar den bankier, om dit te laten onderzoeken onder voorwendsel, dat hij geen genoeg klein papier had om te wisselen. De looper kwam spoe dig terug en fluisterde z'n patroon in 't oor, dat het bankbiljet deugdelijk en echt was. De heer Elephant, die nu boos was op zich zelf, omdat hij zoo'n goeden klant ver dacht had en zoo lang had laten wachten, wisselde haastig het bankbiljet en na het verschil van de waarde er van en de klein- oodiën, bestemd voor juffrouw Sofie, aan den heer Frank ter hand gesteld te hebben, boog hij z'n twee begunstigers onder allerlei strijkages de deur uit, toeneen politie agent, ademloos van drift en schrik den ■winkel binnenstormde, den deftigen, ouden heer Dulcimer en z'n vluggen, jongen vriend bij den kraag pakte, waardoor het spijt me verschrikkelijk het te moeten zeggen al de .deftigheid van eerstgenoemde ver dween, terwijl hij bevend en als ontmas kerd voor den heer Elephant stond. „Wawawawawat is dat?" stotterde de als uit de lucht gevallen juwelier. „Mijnheer!" riep de agent. „U hebt daar de doortraptste gauwdieven van heel Enge land in uw winkel gehad, anders niets." On der 't spreken, had hij z'n twee gevangenen de Ijzeren polsmofjes reeds aangedaan. „Hebt u ook bankbiljetten van hen gewisseld?" „Jjja!" tw.... twvan dui zend pond ieder." „Die zijn valsch, al zijn ze nog zoo prach tig nagemaakt. Geeft u ze mij, als 't u blieft." De heer Elephant gehoorzaamde werk tuiglijk. „Ik moet ze," hernam de agent, „inleve ren aan 't politiebureau, om er proces-ver baal van op te maken. Hier, koetsier, een rijtuig!" En nadat hij z'n twee arrestanten vrij on zacht in 't rijtuig geduwd en den ontstelden juwelier had toegeroepen, zoo spoedig moge lijk naar 't politie-bureau te komen, om ge tuigenis af te leggen, reden ze weg. Waarheen? Op deze vraag gaf alleen de echo ant woord. Want van af dit oogenblik heeft mijnheer Elephant nooit meer iets gezien: noch van z'n beide klanten, noch van den politie agent, die hen arresteerde; noch van den koetsier, die hen reed; noch van het gouden horloge met dito ketting voor mevrouw Dul cimer, noch van het halssnoer van diaman ten en opalen met dito doekspeld en arm banden voor Sofie, evenmin van de twee echte bankbiljetten van duizend pond, waar mee hij door de mannen van Lancashire zoo behendig was opgelicht. scholen en schoolbesturen op deze uitgave ge vestigd, die niet slechts voor dit jaar maar eventueel ook voor volgende jaren dienstig kan zijn. Minister Terpstra op het bezuinigingspad Een beroep op medewerking Naar het „Hdbd." verneemt, heeft de mi nister van Onderwijs, Kunsten en Weten schappen zich met een circulaire gewend tot de directeuren van de Rijks Hoogere Burger scholen en de Rijkskweekscholen, alsmede tot de besturen van gesubsidieerde gymnasia, lycea, H. B. S.- en Handelsscholen en kweek scholen en tot de gemeentebesturen, die der gelijke scholen onder hun beheer hebben, in welke circulaire mr. Terpstra er op wijst, dat het plicht is van ieder, die rechtstreeks of zijdelings invloed kan oefenen op den om vang der uitgaven ten laste van het rijk, er toe mede te werken, dat deze zooveel moge lijk worden beperkt en dat geen gelegenheid tot bezuiniging ongebruikt wordt gelaten. De minister verzocht aan de hoofden van bovengenoemde onderwijsinrichtingen er ern stig naar te streven, dat van de voor de school toegestane som een zoo groot moge lijk gedeelte onbesteed blijft. De minister vertrouwt, naar hij in zijn circulaire schrijft, dat, indien hl] het aan hen, die voor den gang van zaken verantwoordelijk zijn, zelf overlaat te beoordeelen, op welke posten het best een vermindering kan worden toegepast, een bezuiniging van beteekenis zal worden verkregen, zonder dat de onderwijsresultaten daardoor ernstig worden geschaad. Hoe bezuinigd kan worden Met eenige voorbeelden maakt mr. Terp stra in de circulaire zijn bedoeling duidelijk. Op de brandstoffen zal bijv. kunnen worden bespaard, door ze tijdig voor zomerprijzen in te koopen en door met het stoken in het a.s. winterseizoen niet te beginnen, vóórdat de temperatuur dit volstrekt noodig maakt. Er kan op worden toegezien, dat in geen enkel lokaal langer dan noodig licht brandt, dat alle onnoodige verlichting, ook van gangen, portalen enz., nagelaten wordt. Aanvulling van schoolbibliotheken zou voorloopig achter wege kunnen worden gelaten. Werken allen, zoo ongeveer schreef de mi nister, van heeler harte mede om op deze wijze de lasten van 's lands schatkist te ver lichten, dan zullen ongetwijfeld aanzienlijke bedragen bespaard en ingrijpender maatrege len, die anders onvermijdelijk zullen blijken, vermeden kunnen worden. Een dergelijke circulaire is, naar het blad verder vernam, ook uitgegaan naai' het col lege van curatoren van de rijksuniversiteiten en hoogescholen, terwijl ook op de directies van de musea een beroep is gedaan. De laat- sten zouden bijv. kunnen bezuinigen op het aanschaffen van nieuwe schilderijen enz. De hoofden van scholen voor nijverheids onderwijs tenslotte kunnen dezer dagen eveneens een dergelijke circulaire van minis ter Terpstra verwachten. Opgegeven door v. d. Graaf Co. N.V. (Afd. Handelsinformaties) Uitgesproken: 5 Aug. C. E>. Suurbeek, openbare koopvrouw, Rotterdam, Coolhavenstraat 3. Rechtercom.: Mr. H. de Bie. Curator: Mr. D. D. van Waard huizen, Rotterdam. 5 Aug. Chr. A. van den Akker, zonder be roep, Schiebroek, Bilderdijkstraat 33a. Rech tercom.: Mr. H. de Bie. Curator: Mr. J. B. Crol, Rotterdam. 5 Aug. M. G. Kooiman, zonder beroep, Schiedam, Pieter de Hooghstraat 3a. Rech tercom.: Mr. H. de Bie. Curator: Mr. H. M. B ter Haar Romeny, Rotterdam. 5 Aug. G. Hoeksema, manufacturier, Schie dam. Ruysdaellaan 29. Rechtercom.: Mr. H. de Bie. Curator: Mr. I. Cohen Hzn., Rot terdam. 5 Aug C. Riemens, landbouwer, Boschka- pelle. Rechtercom.: Mr. Th. Portheine. Cura tor: Mr. R. J. J. Lambooy, Hulst. 5 Aug. K. van den Berg, koopman, Vlis- singen. Rechtercom.: Mr. J. H. Bybau. Cura tor: Mr J. Adriaansche, Middelburg. 6 Aug. J. van Duynen-Hogervorst, koop man, Roermond. Rechtercom.: Mr. H. Diep- huis. Curator: Mr. L. Peeters, Roermond. 6 Aug. J. Franken, aannemer, Mierlo. Rech tercom.: Mr. H. Diephuis. Curator: Mr. A. Vullinghs, Helmond. 6 Aug. Chr. van den Boogert, slager (fili aalhouder) Hillegersberg, Adriaan van Ma- thenesserlaan 17. Rechtercom.: Mr. H. de Bie. Curator: Mr. W. F. C. Baars, Rotterdam. 6 Augustus: J Sshuijer, koopman, Eind hoven, Mathildelaan 51; rechter-commis- saris mr. Van Schuylenburch; curator mr. G. Jurgens, Eindhoven. 6 Augustus: A van Doorden, koopman, Eindhoven, Aalsterweg 51; rechter-commis- saris mr. dr. Heijnian; curator mr. A. Steinkuhler, Eindhoven. 7 Augustus: W. M J. I. Brands, koop man, Leiden, Groeneretraat 28; rechter commissaris jhr. mr H. O. Feith; curator mr. L. Weijl, Leiden. 7 Augustus: A. J. de Boer, koopman, Den Haag, Ged. Gracnt 231; rechter-commis- saris mr. H. Haga; curator mr. E. O. Gold stein, Den Haag. 7 Augustus: Fh. Chr. Henssen, winke lier, Den Haag, Hilo"ebrandstraat 135; rech- ter-commissaris mr. J. C. van den Burcht van Lichtenbergh: curator mr. H. Th. Schaepman, Den Haag 7 Augustus: J. S. L. Pisuisse, garage houder, Den Haag, Bleijenburg 2c, Loos duinen, Haagweg 40; rechter-commissaris mr. H. W. E. Klomp; curator mr. J. B. A. Marcus, Hanselersaijk. 7 Augustus: W. van der Stoel, expedi teur, Alphen aan den Rijn, Gouwekade 20 teur, Alphen aan den Rijn, Gouwekade 20; rechter-commissaris jhr. mr. H. O. Feith; curator mr. H. W J. A. Averbeck, Lei den. 7 Augustus: H. J. Bröcker, Den Haag, Schenkweg 390; rechter-commissaris mr. H. Haga; curator mr. M. P. Plantenga, Den Haag. 7 Augustus: M. de Graaf, aannemer, Voor burg, Prins Hendrikstraat 53; rechter-com missaris mr. J. C. v. d. Burcht van Lichten bergh; curator mr. C. P. de Vries, Den Haag. 7 Augustus: N. V Bouw- en Handelmaat schappij „Bipla", Den Haag, Herman Coster- straat 405; rechter-commissaris mr. H. W. E. Klomp; curator mi J. H. Kiewit de Jonge, Den Haag. 7 Augustus: J. Smjorga, koopman, Rijs wijk, Heerenstraat 62; rechter-commissaris jhr. mr. H. O. Feith: curator mr. J. Ray- makers, Den Haag. 6 Aug. N.V. Vers tegen's Handelmaatschap pij, gevestigd en kantoorhoudende te Nijme gen, Franschestraat 4. Rechtercom.: Jhr. Mr. van Nispen tot Sevenaer. Curator: Mr. H. J. C. van Scherpenberg, Nijmegen. 6 Aug. W. Lugtenberg, behangselpapier handelaar, Nijmegen, van Broeckhuijsen- straat 20. Rechtercom.: Jhr. Mr. van Nispen tot Sevenaer. Curator: Mr. P. D. M. Lem, Nijmegen. Opgeheven wegens gebrek aan actief: H. Niemann, Den Haag. G. J. van Calsteren, Den Haag. Opgeheven wegens gebrek aan actief: Ideale gevangenistoes tanden 11 Augustus Het is goed, dat er nu en dan iemand naar Rusland gaat om ons te vertellen hoe knus de menschen 't er heb ben. Daar heb je anders geen idee van. U raadt bijvoorbeeld nooit hoe 't komt, dat er in Rusland zooveel menschen in de ge vangenis zitten. Alléén omdat het er zoo réuze-gezellig is. Lees maar wat Louis van Gasteren bij zijn terugkomst aan „Het Va derland" heeft verteld: „De celstraf is geheel afgeschaft. De veroordeelden worden in groepen van 600 gezamenlijk ondergebracht in niet afgeslo ten vertrekken. Zij kiezen hun eigen opzich ters, terwijl per groep officieel zijn aange steld één directeur en één vertegenwoordiger van de Gepeoe. De veroordeelden werken 7 uur per dag, hetzij in een aan de gevangenis verbonden fabriek, hetzij daarbuiten. Zij genieten het zelfde loon als andere arbeiders; daarvan betalen zij hun pension, terwijl de rest voor hen bewaard wordt, tot het tijdstip der invrijheidstelling. De bedoeling is niet, de veroordeelden te straffen, doch hen te ver beteren en geschikt te maken voor een plaats in de vrije maatschappij. De gevangenen krijgen voorts hun jaar- lijksche vacantie en keeren na afloop daar van terug. Gemiddeld blijft slechts 1 pro cent weg, dezen worden spoedig door de Gepeoe gevat, en dan begint hun straftijd weer van voren af aan. Men gnat in Rusland uit van de ge dachte: De mensch is goed, en op deze basis wordt, zooveel mogelijk zonder dwang, verder gewerkt. In de gevangenissen zijn scholen en theaters, en men heeft geen idee, er in een gevangenis te zijn." Ja, en nou heeft-ie de merkwaardigste dingen nog niet eens verteld. Die vertrek ken, waarin ze met z'n zeshonderden wor den ondergebracht, zijn maar geen zijka mertjes, maar flinke lokalen van wel 5 bij 5 meter, behangen met de mooiste schilderijen uit de Hermitage. De z.g. ge vangenen ontvangen daar om 7 uur een uitgebreid Engelsch ontbijt, om II uur naar verkiezing een kop chocola of morellen op brandewijn, om 12 uur een Zweedsche lunch (z.g. smorgaasbord), waarbij iedere logé zich zoo vaak en zoo ruim kan bedienen als hij wenscht. Om 4 uur een Engelsche tea, met een jazzband, veel sandwiches en diverse versnaperingen, om 7 uur een co pieus diner, samengesteld uit schotels, die de gasten met meerderheid van stemmen hebben uitgekozen, en in den loop van den avond zooveel thee met rum, cocktails wodka als de invités kunnen verorberen. Wie zin heeft in een partijtje bridge, golf of tennis, gaat rustig z'n gang. De premières in Rusland gaan bij voor keur in de gevangenistheaters. De schrijvers van de tooneelstukken zijn daar zeer mede ingenomen, daar het beste en intelligentste deel van Rusland juist in de gevangenissen zit en kunst weet te waardeeren. De direc ties verstrekken daartoe naast gevangenis kleed ij ook smoking en deze premières, waartoe-iedere logé zooveel invités mag uit- noodigen als hij verkiest, behooren tot het hoogtepunt van het seizoen. Onbeleefdhe den van het gevangenispersoneel of de directie tegen de veroordeelden worden niet zelden met knoetslagen gestraft (gevange nisstraffen vormen voor deze ingewijden natuurlijk geen bedreiging meer). De jaar- lljksche vacantie wordt meestal genoten in de luxueuze badplaatsen aan de Zwarte Zee, maar menige „gevangene" keert lang voor de vacantie om is, terug, omdat hij nergens zulke paradijstoestanden aantref' als in zijn tweede tehuis. Is het niet ongeloofelijk? Ja, het is ongeloofelijk. Kiest Lou de Visser! 5 Aug. H. S. A. van der Laaken, Rotter dam. 6 Aug. J. F. Hilgers, Doetinchem. In de week van 38 Augustus 1931 zijn in Nederland uitgesproken 53 faillissemen ten. Volgens de N.V. van der Graaf Co te Brussel werden over de week, eindigende 31 Juli 1931, in België 2400 protesten gesigna leerd tegenover 1227 voor dezelfde week van het vorige jaar. Van 1 Januari 1931 tot 31 Juli 1931 59.928 protesten tegenover 46.264 voor hetzelfde tijd perk van het vorige jaar. Surséance van betaling verleend voor den tijd van IK jaar. Naar het „Hdbd." verneemt, sprak het meerendeel der crediteuren van de Amstel bank zich uit voor het verleenen van sur séance van betaling, terwijl zeven crediteu ren, te zamen een kapitaal vertegenwoordi gende van bijna f 300.000, zich hiertegen ver klaarden. Deze laatste crediteuren zouden la ter, gezien de groote meerderheid, die voor de verleening was, hun stemmen hebben terug getrokken. De vacantiekamer der Amsterdamsche rechtbank, uitspraak doende, heeft aan de Amstelbank surséance van betaling verleend voor den tijd van anderhalf jaar, ingegaan 22 Juli 1931, en' heeft tot voorloopige be windvoerders benoemd de heeren Mol van Charente, Griinebaum en Van Walré. Florie: „Geloof jij die geschieden die ze van Doris vertellen?" Els: „Natuurlijk wat is het?"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 7