DE STRIJD TEGEN DE KATHOLIEKE ACTIE EN DE VERZOENING TWEEDE BLAD DINSDAG 25 AUGUSTUS 1931 BLADZIJDE 1 „Rust, kalmte en de wil om op te houwen' STADSNIEUWS CENTRALE TANDHEELKUNDIGE KLINIEK Het autoped-gevaar BINNENLANDSCH NIEUWS SOCIAAL LEVEN ONDERWIJS R. K. Paedagogische week GEMENGD NIEUWS Eindelijk, eindelijk, eindelijk! Op de kust der Adriatische Zee daar waar de politiek eens zoo rood was als de beroemde byzantijnsche mozaïeken van San Giovanni in Fonte en waar nog onlangs de socialisten die voor het gemak tijdelijk een zwart hemd dragen, ferm op de katholieken los ranselden en het aartsbisschoppelijke seminarie beschoten, te Ravenna, heeft Mus solini persoonlijk een aquaduct ingewijd wel ke gezondheid brengend en hopelijk ook wat afkoelend water voeren zal naar dit afge legen en moerassige oord. En bij die gelegen heid, terwijl er zoo veel water vloeide, vloei de ook de „duce" over en wel van spraak water. Hij hield een rede. Een groote rede! De lang verwachte rede welke de eerste was na den strijd tegen de Katholieke Actie, na de woorden en geschriften van Z. H. Paus Pius XI, na alles wat er gebeurd is. En die rede de vochtige aangelegenheid waarbij zij werd uitgesproken is misschien een ver ontschuldiging; viel in het water; viel met een zoo grooten plomp in het water, dat de fascistische pers langs haar achterdeur tje ontsnapte door alle superlatieven over „mannenmoed", „fascistenwil", „nieuwe-Ita- lianen-taaiheid" enzoovoort maar weg te laten en uitsluitend het „barmhartig geduld" en de .rustige zelfzekerheid" van den „Ho mo" den man met een hoofdltter, dat is Mussolini; te bejubelen. Uittreksels van wat Mussolini gezegd had, verschenen ook in de Nederlandsche pers en nog wel met de opmerking er bij dat deze nieuwe rede van den ,duce" dave rend was geweest. Dit laatste echter is ten eene male onjuist. Het valt wel te begrijpen dat de ravennatische woordenstroom welke in oorspronkelijken tekst ongeveer een heele krantenpagina vulde, op den buitenland- schen berichtgever die Mussolini als eersten minister van een groot land beschouwt en zijn woorden toetst aan ervaringen in het eigen parlement, een „daverenden" indruk maakte, doch Mussolini is nu eenmaal al leen eerste minister, omdat dit de eenig wettige gedaante zijner macht kan zijn; voor en boven alles voelt hij zich „duce del fascismo" leider van het fascisme, en is hij de geboren redenaar die zijn warm bloedige, maar vrijwel ongeletterde toehoor ders door en door kent. Om hem te beoor- deelen is er niets zoo gevaarlijk dan te luis teren naar zijn toon, dan te zien naar zijn gebaar. De inhoud, het haarfijn ontleden van den inhoud zijner woorden, dat is de eenige, nog niet eens altijd volkomen vei lige weg naar een juist oordeel. De inhoud zijner laatste rede was deze: Italië heeft thans rust en' nog eens rust, kalmte en nog eens kalmte noodig. en in die kalmte en in die rust den ijverigen wil om op te bouwen. Liebst Vaterland magst ruhig sein, want het fascisme is ten alle tijde sterk genoeg om iederen opkomtsiden Vijand te onderdrukken. Uit het fascistisch in het Nederlandsch vertaald, klinkt dit ongeveer aldus: Zooals het nu is is het welletjes. We hebben ge zien dat we flinke vorderingen maken, maar we hebben ook gezien dat er nog heel wat werk aan den winkel is en dat we deze derde periode van het fascisme niet voor de aardigheid aan den „innerlijken opbouw" hebben gewijd. En jullie, daar aan den over kant, laten we nou niet nijdig blijven, maar beschouwt het als een ernstige waarschu wing en gaat nu verder rustig je gang en doet wat we gezegd hebben. En nu een opmerking welke eenige ver rassing zou kunnen opwekken: Wanneer men uit de rede van Mussolini al het jon- gensachtig-drieste en al het hoogdravende wegneemt, en er wat terughoudendheid en wat rethorische bezonkenheid met enkele aanhalingen uit de H. Schrift, uit Dante en Manzoni inlascht, dan zou vrijwel een ieder die eenigszins met den huidigen toestand op de hoogte is die rede zonder aarzelen toeschrijven aan den Paus! Want het verlangen naar rust en kalmte en den ijverigen wil om op te bouwen, heeft Mussolini met den H. Vader gemeen. „Italië is katholiek, maar anticlericaal", luidt de leuze waarmee een groot deel van den strijd tegen de Katholieke Actie ge voerd is. en een vorigen keer toonden wij reeds aan dat dit anti-clericalisme tot zijn eigen eer dezen naam niet verdient. In deze slotbeschouwing gaan wij nog .een stapje verder en zeggen dat Italië niet alleen niet anticlericaal, maar ook nfet katholiek is. In ons „protestante" Noorden hebben wij de gewoonte om elk land waar Mohammed, Luther en Co. geen ingang vonden, maar dadelijk katholiek te noemen. Dit is echter slechts in zooverre juist, dat allen die ge- loovig zijn, tot de katholieke kerk behoo- ren, doch daarnaast leeft een heele massa van niet-geloovigen en het is een even be kend als btreurenswaardig feit. hetwelk we in eigen omgeving maar al te dikwijls kunnen vaststellen, dat een andersdenkende of ook een geheel ongeloovige in den regel heel wat ruimer en eerlijker staat tegenover kerk en godsdienst dan de vooringenomen afval lige. En wanneer we eerder gezegd hebbenen nu nog eens herhalen dat de beweging tegen den Paus welke de katholieken van heel de Wereld meer dan een eeuw lang met droef heid en ook wel met walging vervulde, voor een groot deel meer op patriottische dan op godsdienstvijandige gevoelens steunde, dan wilden wij daarmee alleen degenen tegen spreken die naar den anderen kant over dreven en heel Italië als anti-pauselijk en anti-kerkelijk uitkraamden, maar geenszins ons schuldig maken aan de historische leu gen dat de godsdiensthaat in de Italiaan- sche eenheidsbeweging geen rol heeft ge speeld. Integendeel zij het ook zonder de overhand te hebben, was de haat tegen kerk, godsdienst en Paus steeds een groote en in sommige oogenblikken de eenige stuwkracht dier beweging. Dat deze haat verstierf zoodra de inzet van den strijd, de vernietiging der pauselijke tijdelijke macht, bereikt was. is te dwaas om er van te spreken. Misschien groeide hij door dit succes nog wel aan en in elk geval Werd er in groote hoeveelheid nieuwe brand stof op het vuur geworpen, door het later in Italië hoog opgeschoten socialisme en communisme. Sinds bijna negen jaren heerscht nu met straffe hand het fascisme. Communisme, socialisme, vrijmetselarij, het is alles ver boden en wordt zoo krachtig mogelijk on derdrukt. Zooals de Paus in Zijn zendbrief over de Katholieke Actie schreef wacht er echter een niet gering deel der voorma lige aanhangers van deze stroomingen in de fascistische gelederen zijn kans af. De rest daaronder heel de leiding, schuilt onder de negen millioen Italianen die buiten het va derland leven en in de „Concentrazione An- tifascista" te Parijs, ondanks alle moeite der fascistische regeering, een machtige organisa tie hebben. En wat deze heeren die door de hcodzaak gedwongen, o, zoo broederlijk sa menwerken, eigenlijk willen, blijkt, sinds de val van Primo de Rivera en de strijd tegen de Italiaansche Katholieke Actie hen van hieuwe hoop hebben vervuld, maar al te dui delijk uit de voornaamste van het anderhalf dozijn bjaden dat ze in het buitenland uitge ven, de liberale „Liberia", de socialistische ,,Avanti" en de democratische „Italia". Ten eerste, willen ze natuurlijk het verdwij nen van Mussolini en de uitbanning van zijn aanhang; ten tweede, de republiek en de verjaging van het Huis Savoia; ten derde, de uiteindelijke „regeling" van de positie welke Italië tegenover den H. Stoel inneemt, door den Paus en heel het Kerkbestuur voor eens en voorgoed uit Rome en uit Italië te ver drijven. Op dit drievoudig doel is heel het georga niseerde anti-fascisme ingesteld en men kan niet ontkennen dat ze een prachtige kans maken, als men rekening houdt met de uiterst linksch-radicale elementen welke na een dictatuur als die van Mussolini, zooal niet de meerderheid, dan toch den grootsten mond en al te dikwijls ook de grootste macht ple gen te krijgen. En al zegt een Italiaansch spreekwoord dat er tusschen een voornemen en zijn uitvoering een heele zee ligt, de revo lutie in het eveneens katholieke Spanje zegt hier toch ook wel wat: Daar gingen twee honderd kloosters en kerken in vlammen op, om van de beschadigde maar niet te spre ken. Daar verzamelde het socialisme in min der dan een week 360 duizend betalende le den onder zijn banieren. Daar werden geeste lijken en religieuzen gevangen genomen of verjaagd. Daar maakten de communisten zoo danige vorderingen dat een oogenblik voor hun overwinning in de verkiezingen voor de wetgevende vergadering, de „Cortes", werd gevreesd. Maar wat nu? Het moge dan voor het fascisme raadzaam geweest zijn om den strijd maar te laten ver slappen en de Katholieken niet tot het uiterste te tarten, en het moge in den H. Stoel als zeer wijs geprezen worden dat geen tegen maatregelen werden uitgelokt, maar kan dit nu allemaal een reden zijn om de zaken te laten zooals ze zijn? Om verder maar te be rusten? Om den fascistischen haan victorie te laten kraaien? Ja! Wanneer er niets overbleef dan tus schen twee kwaden het minste te kiezen, zou de H. Stoel dit ongetwijfeld doen, wijl de stelregel dat het doel de middelen heiligt, niet Katholiek is. Maar dit is gelukkig niet de eenige mogelijkheid en de Paus volgt dan ook den alouden, beproefden weg van het werk zame geduld, en werkt om klaar te zijn wan neer het oogenblik van handelen aanbreekt. Het gaat met het fascisme ongetwijfeld niet zooals het eigenlijk moest gaan. De staatsvergoding en het zwarte monopolie der jeugdopvoeding om alleen de bronnen van alle kwaads maar te noemen zijn dingen waarmee de Kerk nooit accoord zal kunnen gaan. Maar aan den anderen kant is het ook het fascisme dat de verzoening aanbood, gaf en thans de binnenlandsche orde garandeert welke voor het bereiken van de bedoelingen welke de Paus met de overeenkomst van Lateranen had, een noodzakelijke voorwaarde is. Dit alleen al kan een reden zijn en is voor het Vaticaan ook de voornaamste reden ge weest om een samenwerking met het fascis me te betrachten, niet natuurlijk om het fas- cisme-zelf, maar bij gebrek aan iets beters en onder de bedreiging van iets slechters. Waar het fascisme al te ver den verkeerden kant opzwaaide, heeft de Paus zijn waar schuwende stem verheven. De scheiding tus schen fascisme en Katholicisme welke Musso lini zooal niet wilde, dan toch provoceerde, is door den H. Vader geproclameerd en reeds komen de eerste berichten binnen over Ka tholieken die terugtraden uit de fascistische gelederen en over Katholieke jongens en meisjes die allen verlokkingen en bedreigin gen ten spijt, het lidmaatschap der fascis tische organisaties weigeren. Men heeft moe ten kiezen, aan beide kanten, en de keuze is gemaakt. In Italië bestaat thans een enor me organisatie welke misschien niet anti fascistisch is, maar toch naast het fascisme staat. Deze organisatie is zoo sterk dat Mus solini den strijd dien hij tegen haar begonnen was, onbeslist moest beëindigen. Meer kon de Paus niet verlangen en verlangde Hij ook niet. De positie der Kerk in Italië zooals die voortvloeide uit de overeenkomst van La teranen, is thans in zoo verre gewijzigd, dat de jeugdorganisaties der Katholieke Actie zijn opgeheven. Weliswaar ontzegde de Paus de openbare macht de bevoegdheid om 'in deze aangelegenheid welke rechtstreeks on der het kerkbestuur valt, iets te beslissen, maar de vereenigingsgebouwen zijn geslo ten, de boeken in beslag genomen, de le den verstrooid en vergaderingen worden on mogelijk gemaakt. Tegenover dit betrekkelijk succes van het fascisme staat het positieve verlies dat de katholieken zich nauwer aan eengesloten hebben dan ooit te voren het geval was en dat de leden der opgeheven organisaties zonder meer zijn overgegaan naar allerlei zuiver kerkelijke instellingen als broederschappen, Eucharistische Kruis tocht, St. Vincentius-, Mariavereenigingen enzoovoort. In al het andere dat de recht- streelcsche vrucht genoemd kan worden der verzoening heeft geen enkele wijziging plaats gehad. Of de strijd tegen de Italiaansche Ka tholieke Actie dan eigenlijk neerkwam op een soort aanvulling van den vrede tus schen het Vaticaan en Italië, een aanvul ling welke door den H. Stoel voorzien en niet gevreesd werd? Dit optimisme zouden wij niet gaarne beamen, maar den schijn heeft het er wel van. Degenen echter die na de beroeringen der laatste maanden ach en wee roepen omdat de Paus „er in geloopen" is, en die met angst en beven gadeslaan hoe het fascisme dagelijks meer van uiterst rechts naar links en zelfs naar uiterst links omzwaait, her inneren wij er aan dat de Kerk van Chris tus een strijdende kerk is. „Italië heeft thans rust en nog eens rust, kalmte en nog eens kalmte noodig en in die rust en in die kalmte den ijverigen wil om op te .bouwen." Deze woorden van Mussolini zijn de be doeling van den Paus. En het zal nog wel eens sterrnen, maar dat ze niet overweldigen zullen, is de belofte van God. J. H. De Haarlem-processie naar Kevelaar Op 1, 2 en 3 September a.s. Onder de voornaamste Bedevaartplaatsen, voor ons Hollanders gemakkelijk te berei ken, mag toch zeker het voor reeds velen zoo dierbaar Kevelaer worden genoemd. Tal van processies komen Jaarlijks naar dit Genadeoord, om aldaar voor Maria's beeltenis Haar voorspraak in te roepen bij de vele beslommeringen des levens. Volgens betrouwbare gegevens bedraagt het aantal pelgrims jaarlijks circa 800.000. Ook vanuit Haarlem en omstreken trekken ieder jaar ongeveer 500 600 personen met de Haar- lcmsche Bedevaart mede naar Kevelaer, die allen zeker kunnen getuigen, welke heerlijke dagen van echte Roomsche blijdschap daar worden doorgebracht. Nog slechts enkele dagen en de Haarlem- sche Broederschap zal weder haar pelgrims reis beginnen. Men moet eens een keer met Haarlem mede zijn geweest om te kunnen oordeelen over deze schitterende processie, welke al tijd weer de grootste belangstelling wekt. Hebben wij groote bewondering voor het smeekende bidden der Duitschers. wij kun nen eveneens groot gaan op de innige devotie welke steeds aan Haarlem's pelgrims eigen is. Den geheelen dag kan men hen vinden rond de Genadekapel Maria biddende om hulp en bijstand in alle noodwendigheden. In de Mariaherk, in de kaarsenkapel, in de Geboortekapel bij de Clarissen, langs den Kruisweg, overal ontmoet men Haaarlems' Pelgrims, kenbaar aan het rood-witte in signe. Doch niet alleen afzonderlijk, maar ook te zamen biddende en zingende bij de processies,, stichten onze Haarlemmers allen, die hen zien voorbijtrekken, vooral ook des avonds wanneer zij in groote groepen rond de Genadekapel Marialiederen zingen. Het spreekt dan ook vanzelf, dat het Be stuur der Haarlemsche Processie alles in het werk stelt, den godsdienstzin der pel grims en den luister der Processies zoo hoog mogelijk op te voeren. Een bijzondere aantrekkelijkheid vormt steeds de groep bruidjes, waaraan juffrouw Mulder uit Amsterdam altijd haar beste zorgen besteedt. Ieder jaar worden er paramenten ver nieuwd en bijgekocht. Zoo zal dit jaar voor het eerst een verlicht kruis bij de avond processie worden medegedragen. Ook zijn de togen voor de dragers van Mariabeeld en drapeaux geheel vernieuwd. Tevens zijn de KENAUPARK 26A - Telefoon 12644 Spreekuren: van 9—11 en 1 tot 2, Dinsdag van 6.30 tot 8.30 Zaterdagmiddag GEEN spreekuur S3 kosten der reis zoo laag mogelijk gesteld. Een kaartje Haarlem-Kevelaer en terug kost slechts f 8.75. Ook voor de omstreken is gezorgd. Dit jaar zal voor het eerst de trein vertrekken en terugkeeren te Noordwijkerhout, stoppen de op de tusschenstations. De pelgrims uit Beverwijk, Santpoort, Velsen en Bloemen- daal kunnen ook op tijd aanwezig zijn. Verdere bijzonderheden vindt men op de programma's en reclamebiljetten. Mogen tenslotte deze korte woorden vele opwekken mede naar Kevelaer op te trek ken. Wij ziin er zeker van, dat zij hoogst voldaan zullen terugkeeren. Het vuurwerk van j.l. Zondag Men schrijft ons nog het volgende uit Hil- legom Het 40-jarig priesterjubileum van den Zeereerw. Heer Krook is door Roomsch Hillegom op luisterrijke wijze gevierd en op Zondag 16 Augustus was er tegenover de pastorie een schitterend en in alle opzich ten gosd geslaagd vuurwerk. Het heeft den katholieken van Hillegom goed gedaan, dat er thans, vooral na de zeer beruchte Scheps-avonden, een onge zochte gelegenheid was, om eens openlijk getuigenis af te leggen van hun eerbied, liefdé en toewijding, welke zij voor hun priesters bezitten. Zooals algemeen bekend is, is er thans een vereeniging opgoricht tot verdieping van het Protestantsch bewustzijn. Volgens deze naamaanduiding mag men dus verwachten, dat die vereeniging haar kracht zal zoeken in het positieve en het bestrijden van Rome (het negatieve) ach terwege zal laten. Maar ziet: nauwelijks is het vuurwerk afgestoken, of de vereeniging tot verdie ping enz., krachtig bijgestaan hoe kon het anders door de kerkraden van de Ned. Herv. en Chr. Gereformeerde Kerk komt een ander vuurwerk afsteken. In de Hillegomsche blaadjes komt n.l. een adres voor, gericht aan B. en W. in den raad. In dit adres wordt tegen het hoofd en het bestuur der gemeente geprotesteerd, dat er vergunning is verleend tot het afsteken van vuurwerk op Zondagavond. Naar aanleiding daarvan wil ik 'n paar opmerkingen maken. Het komt mij voor, dat menschen, die zulk een hoog doel nastreven en dus leerend en leidend willen optreden, op de eerste plaats moeten zorgen, dat de daden, door hen ge steld, den toets der kritiek kunnen door staan, en dat laat mi. nog wel wat te wen- schen over. Immers het verleenen van vergunning voor het afsteken van dat vuurwerk berust bij het hoofd der gemeente. Het adres, waarin geprotesteerd wordt, is dus aan het verkeerde adres gezonden. Vervolgens wordt daarin vermeld, dat de vereeniging tot bevordering van het prote- tantsch bewustzijn, alsmede de kerkraden van de Ned. Herv. en Chr. Gereformeerde kerk „met sympathie staan tegenover het feit, dat parochianen en vrienden het priesterjubileum van den Weleerw. (sic) Heer Pastoor Krook feestelijk wilden geden ken en het dus geenszins in de bedoeling ligt, deze zaak als zoodanig te veroordeelen." Het valt den emstigen lezer terstond op: tegen het afsteken van vuurwerk, ook al is het voor een pastoor bestemd, bestaat voor deze vereeniging en kerkraden geen bezwaar, en wie zou hier aan antipapisme denken? Kom, kom, weg met die slechte gedachten! Het protest gaat alleen en uitsluitend hiertegen, dat zulks geschiedt op Zondag. Daardoor „wordt een groot gedeelte van onze burgerij in haar godsdienstige gevoe lens gekwetst". „Een groot gedeelte," aldus de vereeni ging tot verdieping van het Protestantsche bewustzijn, „want," zegt zij verder, „wij De dagbladpers houdt zich den laatsten tijd druk bezig met een sinds enkele maan den in heviger mate optre dend, nieuw weggevaar, n.l. dat van de autoped. Som mige organen bezien dil vraagstuk van een zijde en meenen, dat er alleen ge vaar bestaat voor de voet gangers, weshalve zij van harte toejuichen den maat regel, genomen door den Commissaris van Politie te even vele gevaren bedreigd ivordt als de voetgangers, niet in het bezit van dit nieuwe „voertuig". In verband hiermede pu- bliceeren wij nevenstaande joto-serie. Wie, die de eerste toto be schouwt, zal de jongens en meisjes het genot van autoped-rijden nog willen ontzeggen? De kinderen blij ken er een groot pleizierin te vinden, doch letten niet Breda, die eenvoudig een autopedverbod uitvaardigde en daarmede onze jeugd dus een groot genoegen ont nam. Schijnbaar vindt dit standpunt steun in het feit, dat vorige week te Nijme gen een juffrouw aan de ge volgen van een aanrijding door een autoped is overle den. Wij voor ons gelooven, dat. dit treurige voorval meer te wijten is aan een noodlot- tigen samenloop van omstandigheden, welke mogelijk ook had kunnen ont staan door een poppenwagen, waarmede een of ander meisje zich vermaakte. Een ongeluk immers ligt in een klein hoekje. Ook hier zal de waarheid wel weer in het midden liggen: de autoped-lie- vende jongens en meisjes zullen hun genoegen een beetje moeten matigen en wij, ouderen, een klein beetje meer uitzien, niet alleen in het belang van onszelf, maar ook in dat van de jeugd, die nu eenmaal min of meer onbezon nen is en die, bij het zich voortbe wegen per autoped, door minstens altijd op, hoe zij wel rijden. Soms bevinden zij zich mid den op den rijweg (foto 2) of raken bekneld tusschen trottoir en auto (foto 3). Op deze wijze zou hun al spe lende een vreeselijk ongeluk kunnen overkomen. De vierde foto laat ons een autopeddelaar zien, die op hardhandige wijze met de straatsteenen heeft ken nis gemaakt en nu deelne mend wordt gadegeslagen door buurmeisjes. Laten wij de jeugd haar pleiziertjes niet misgunnen. Door met een enkel goed en vriendelijk woord haar op de gevaren voor zichzelf en de andere weg gebruikers te wijzen, kunnen de geva ren tot een minimum gereduceerd worden. meenen dat ernstig denkende roomsch- katholieken zich niet met deze zaak zullen kunnen vereenigen. „Volgens deze, door niets bewezen, meening blijkt wel, dat er bij de roomsch-katholieken ook nog heel wat te verdiepen is, want bij dat vuurwerk waren alle geestelijken aanwezig en, voorzoover mij bekend, de katholieken, die daartoe de gelegenheid hadden. Maar ook zelfs in dit geval, dat de vereeniging tot verdieping enz., al de geestelijken en vooraanstaande katholieken niet onder de ernstig denken den beschouwt, behoeft men volstrekt niet te concludeeren, dat dit antipapisme is. Hierop wil ik vooral den nadruk leggen, want dat zou maar twist en tweedracht brengen onder deze rustige bevolking. Begrijp ik de zaak goed, dan worden hier de katholieken op de eerste plaats de geestelijken op hoffelijke wijze aange spoord, lid te worden van een vereeniging tot verdieping van het katholiek bewustzijn. Zoo zal er dus uit dit kwaad toch nog goed geboren kunnen worden, want, al zul len de katholieken er niet direct in slagen, om tot de overtuiging te komen, dat zulks op Zondag niet geoorloofd is, middelerwijl kan de verdieping van het protestantisme toch wel zulk een vordering maken, dat bij een eventueele gelegenheid zij ook hun oogen daarvoor zullen sluiten. Laat ik de vereen, tot verdieping enz., eens verklappen, dat ik aanvankelijk zoo naïef was, te veronderstellen, dat de zeer vele protestanten, die ik Zondagavond daar gezien heb, daar ook kwamen om naar het vuurwerk te kijken, maar bij nadere infor maties moet ik daarvan terug komen: al leen verlokt door het gunstige weer (wat viel dat mee, hè!) waren deze dames en heeren op de been. De vereeniging enz., en ook de kerk raden hebben, naast dit protest, ook nog een verzoek aan B. en W. en den Raad ge richt geen protest natuurlijk om „vergunningen voor muziek op Zondag" niet meer te willen verleenen. Ik wil nu de vereeniging enz., en de kerk raden eenige vragen stellen. Al is naar uw innige overtuiging het af steken van vuurwerk op Zondag niet ge oorloofd, is er dan reden voor een protest aan het hoofd der gemeente, als deze, rekening houdende met het overgroote deel der bevolking, dit tolereert? Waarom kwam dit protest zij het dan, dat het toevallig een vuurwerk was ter «ere van een priester nu, en niet eenige we ken geleden, toen men met muziek en vaan dels op Zondag door Hillegoms straten ging? Waarom vernamen we niet eerder uw bezwaren tegen het verleenen van muziek in de herbergen? Meent u, dat de katholieken al zijn daaronder slechts bij hooge uitzondering ernstig denkende niet gevoelen, dat deze kwestie er thans bij gehaald moest worden? Waarom, als het u te doen was om uw zaak te dienen en deze alleen waarom moest dan dit verkeerd geadresseerde adres vermeld worden in de bladen? Vervolgens is het mijn overtuiging, als de vereeniging zich voorloopig alleen bemoeide met het doel, hetwelk zij zich door haar naamsaanduiding heeft gesteld, dan meen ik, behoeft ze de eerste jaren om werk niet te vragen, want er ligt nog 'n groot terrein braak. Ik geef echter aanstonds toe, dat dit buiten mijn bemoeiingen ligt, maar wat wel daaronder valt is dit, dat naar mijn meening en dat weet ik te spreken namens velen er alles voor te zeggen is als zulke pro testen achterwege blijven of althans niet zoo ontijdig en agressief naar voren komen. Tenslotte het is bekend, dat bij katholieken een andere opvatting heerscht over de Zon dagsviering dan bij de gereformeerden en een deel der hervormden; dat dit meeningsver- schil op deze wijze opgelost zal worden, er is geen sterveling, die daaraan denkt; en toch: onder ernstig denkende Kath. bestaat reeds zoolang de overtuiging dat ook onder hen door zeer velen de Zondag wordt misbruikt en moet leiden tot allerhande uitspat tingen en nu staat bij mij vast, dat het pro test en verzoek als boven aangegeven de be vordering van de werkelijke Zondagsheiliging in den weg staat. Hillegom, 23 Augustus. B. N. LOERAKKER. Invoer van kolen in België Nederlandsche export nr.et 400.000 a 500.000 ton verlaagd? Gisteren werden in het Belgische ministe rie van Nijverheid en Arbeid de Duitsch-Bel- gische besprekingen hervat, die op Belgisch initiatief zijn aangeknoopt met het oog op den benarden toestand in de Belgische steen koolindustrie. De besprekingen hebben, naar de „Tel." meldt, tot een overeenkomst ge leid, welke aan beide regeeringen ter goed keuring zal worden voorgelegd. Het accoord heeft ten doel, door een gelijktijdige vermin dering van de productie en van den invoer de situatie aan te passen aan het huidige verminderde steenkoolverbruik. Derhalve zal een vergunningsstelsel worden ingevoerd op denzelfden voet als dat, hetwelk door Frank rijk is aangenomen. Dit zal gelden tot einde van dit jaar. Waarschijnlijk zal de overeen komst aan den ministerraad van Vrijdag as. worden voorgelegd. Nader wordt het blad gemeld, dat krach tens deze overeenkomst België zijn invoer met 2% millioen ton zal verlagen en wel door den invoer uit Duitschland met 1.3 millioen ton te verminderen, die uit Nederland met 400.000 a 500.000 ton, terwijl met het restee- rende gedeelte de invoer uit Engeland, Frankrijk en Polen zal worden verminderd. Onthulling Grotius Gedenkraam ai de Nieuwe Kerk te Delft Geschenk van de Amerikaansche Balie In de Nieuwe Kerk te Delft, die geheel met genoodigden gevuld was, o.w. zeer vele autoriteiten en leden van de Holland Society of New-York, heeft hedenmiddag de bekende Amerikaan, Z. Exc. F. B. Kellogg, rechter in het Permanente Hof van Internationale Jus titie, het Grotius-raam onthuld, dat aan ons land gescllonken is door de Amerikaansche Balie. Dit prachtige geschenk, dat ontwor pen is door den bekenden glasschilder Joep Nicolas, is geplaatst in het dwarsschip van de kerk tegenover het raam van Willem van Konijnenburg. De heer W. Westerman, voorzitter van de Nederlandsch-Amerikaansche Fundatie te 's-Gravenhage, onder welker auspiciën de plechtigheid geschiedde het voornaamste werk is gedaan door de zusterorganisatie de zer stichting, de Nederlandsch-Amerikaan sche Fundatie te New-York, in zooverre dat zij haar bemiddeling verleende bij het ver wezenlijken van een in den boezem van de Amerikaansche balie gerezen initiatief was de eerste der sprekers van dezen mid dag, die mede door orgelmuziek werd opge luisterd. Mr. William Gorham Rioe, voorzitter van de State Civil Service Commission van den Staat New-York en vice-president van de Nederlandsch-Amerikaansche Fundatie, sprak als vertegenwoordiger van deze orga nisatie. De heer Westerman gaf vervolgens het woord aan Z. Exc. F. B. Kellogg, die met een rede het gedenkraam namens de Ame rikaansche Balie aan het College van Kerk voogden overdroeg. Namens de Kerkvoogdij der Neder- auitsch Hervormde Gemeente van Delft sprak ten slotte de heer J. C. van Woerden, voorzitter van het College van Kerkvoogden der Nieuwe Kerk te Delft. Trampersoneel „St. Raphael" Vergadering le Breda Zondag hield de 8ste vakafdeeling tram wegpersoneel, georganiseerd in den Ned. R. K. Bond van Spoor- en Tramwegpersoneel „St. Raphaël", te Breda haar tweede ver gadering van dit jaar. Na opening door den heer Geers, voorzit ter, kwam aan de orde: verkiezing van een voorzitter en twee bestuursleden wegens pe riodiek aftreden van de heeren L. Geers, Bont en Van Galen. Er waren geen tegen- candidaten gesteld, zoodat genoemde heeren herkozen werden verklaard. Langdurig werd stil gestaan bij de betee- kenis van het Rapport der Staatscommissie- v. d. Vegte, welk rapport spreekt over de fi- nancieele verhoudingen tusschen de tram wegen en de regeering, het autobusvraagstuk voor de tramwegen, concentratie der bedrij ven en fusie, waarbij de hoop werd uitge sproken, dat regelend zal worden opgetreden ten aanzien van eventueel overcompleet ko mend personeel bij concentratie- en pensi oenregeling. Verder werden nog een paar belangrijke vraagstukken voor het tramper soneel besproken. Het Hoofdbestuur werd verzocht voor de eerstkomende vergadering van den Raad van Afgevaardigden als punt op de agenda te plaatsen: invoering van een steunfonds voor spoor- en tramwegpersoneel. Hierna sloot de voorzitter deze goed ge slaagde vergadering met den Chr. groet. Gisteren geopend De Zesde R.K. Paedagogische Week, welke op 24, 25 en 26 Augustus in het Conserva torium van de RK. Leergangen te Tilburg gehouden wordt, is door den rector der R.K. Leergangen, den Hoogeerw. Hooggel. Heer mgr. prof. dr. Th. Goossens, officieel geopend. Aan het slot van zijn rede vestigde prof. Goossens de aandacht op de tentoonstelling van leermiddelen en schoolboeken, welke even te voren door het Eerste Kamerlid den heer H. Blomjous, in het Scala-gebouw was ge opend en om haar veelzijdigheid werd ge prezen. De eerste inleiding, handelende over: Godsdienst en Zedelijkheid, werd gehouden door den Hoogeerw. Hooggel. Heer mgr. prof. dr. J. Hoogveld, hoogleeraar aan de R. K. Universiteit te Nijmegen. Vechtpartij In den nacht van Zaterdag op Zondag heeft op straat te Heerlen een vechtpartij plaats gehad, waarbij de messen zich niet onbetuigd lieten. Een der vechtersbazen liep een aantal steekwonden op aan armen, beenen en hoofd, terwijl een ander na het gevecht een stuk van een vinger bleek te missen. Onguur gezelschap Eenige weken geleden trok het de aan dacht der recherche te Eindhoven, dat daar ter stede twee vreemdelingen vertoefden, vergezeld van twee verdachte vrouwen. Na onderzoek bleek, dat deze vrouwen uit Ant werpen waren overgebracht en eenige bont mantels en andere goederen in bezit hadden. In de woning van R. K., caféhouder, hielden zij verbliif. Het onderzoek te Antwerpen wees uit, dat zij aldaar aan de van Maer- lantstraat een paar bontmantels, eenige goederen en nog 14.000 francs hadden gesto len Een van beide vrouwen had in dat pand een kamer bewoond, zoodat de gevolgtrek king voor de hand lag. In overleg met de Belgische justitie kwam de heer Wils, com missaris van de justitioneele politie, naar Eindhoven, terwijl de rechter van onderzoek te Antwerpen de aanhouding van de twee vreemdelingen J. F, A. E. en J. L. verzocht. In den nacht werden dezen en de caféhou der R. K. gearresteerd, terwijl ook de vrou wen in hechtenis werden genomen als onge- wenschte vreemdelingen. Zij bekenden den diefstal van de bontmantels, het geld kon echter niet worden opgespoord. De beide vreemdelingen zijn opgesloten in het Huis van Bewaring te 's-Hertogenbosch, in af wachting op de aanvraag tot uitlevering. De vrouwen zijn naar België uitgeleid. Een goede vangst De handschoen met de vier vingers. Dezer dagen werd de hand gelegd op een berucht sujet, dat verdacht wordt schuldig te zijn aan verschillende inbraken. Te Dru- nen (N.-Br.) waren inbraken gepleegd. In een der perceelen was een behoorlijke voor raad inbrekersmaterieel achtergelaten, waar onder een handschoen met.... vier vingers! Deze bijzonderheid zou den inbreker aan brengen, want door de Haagsche politie was een verdachte Duitscher gearresteerd, die de eigenaardigheid had aan één der handen een vinger te missen. Dit leidde er toe poli tie uit de Brabantsche Langstraat, waar Drunen gelegen is, naar Den Haag te diri- geeren. Inmiddels was de betreffende Duit scher naar Arnhem op transport gesteld, al waar de bovenbedoelde Brabantsche politie mannen, rijksveldwachter van de Griendt en de wachtmeester der brigade marechaussee te Waalwijk, den verdachte een verhoor af namen. De man gaf toe, dat de handschoen met de vier vingers inderdaad zijn eigen dom was. Uit alles blijkt, dat hier een zeer goede vangst is gedaan. De man met de vier vin gers bleek in het bezit van eenige met scherp geladen revolvers. Hij tracht door uitvluch ten zijn schuld te ontkennen, doch men is ervan overtuigd den dader der diefstallen te Drunen, alsmede van een aantal andere in braken, in handen te hebben.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 5