Gemengd od^ieuws
IDE GRAPJAS HARLEKIJN
Voor de Huiskamer
>-
Moord te Maastricht?
Een lijk tusschen de kamraderen
van een machine
Komt naar Engeland
Meisje bij het baden in zee
verdronken
De natuurramp te
's-Gravemoer
Hooge komaf
BINNENLANDSCH NIEUWS
LUCHTVAART
De DO X te New-York
Zesde R. K. Paedagogische Week
ONZE OOST
Tijgers bij Padang Pandjang
VERKEER EN POSTERIJEN
Harlekijns eèel en de roovers
Door een agent van politie te Maastricht
werd Donderdag in den kelder van den ver-
nismolen van de steenfabriek, de z.g. „Kam-
mermolen", zijn vriend J. J. Gielkens met
een totaal verbrijzeld hoofd in de kamrade
ren der machine gevonden.
De vrouw van den doode, die ongerust
was over het lang wegblijven van haar man,
die dien morgen geen werk meer in den mo
len had, vroeg den agent eens naar haar
man om te zien. In den kelder van den mo
len is deze toen tot de vreeseliike ontdek
king gekomen. Het lijk is overgebracht naar
het ziekenhuis Calvariënberg, waar op last
der politie sectie is verricht. Er is op de
plaats van het ongeval een uitgebreid foto
materiaal verzameld. Waarschijnlijk is hier
een ongeval buitengesloten en een misdaad
in het spel. Bloedsporen wijzen er op, dat
het slachtoffer gedood is en toen met het
hoofd tusschen de raderen der machine is
geworpen.
Maar het eten Is er slecht.
Men schrijft uit Londen aan het „Vad.":
„Come to Britain Movement", zoo heet
de beweging, welke niemand minder dan
Lord Derby heeft ingeluid en waarbij hij
door een zeer kalme en tegemoetkomende
Travel Association met grooten ijver ge
steund wordt.
Buitenlanders moeten naar Engeland ko
men, want aldus Lord Derby Enge
land is een even mooi en gemakkelijk toe-
ristenland als welk ander land op het Con
tinent ook en elke vreemdeling, die naar
Engeland komt, zal hier allervriendelijkst
ontvangen worden en waar voor zijn geld
krijgen. En zoo is het inderdaad: Engeland
is een heerlijk land, zijn landschapsschoon
heeft een aparte bekoring, de verkeersmid
delen zijn goedkoop en zeer comfortabel,
elke stap, welken men in het land doet, is
haast belangwekkend en leerrijk en de En-
gelschen zelf zijn 'n zeer gastvrij, beleefd
en hulpvaardig volk, waarmee om te gaan,
een waar genot mag heeten.
Dit alles is buiten kijf waar en de komt-
naar-Engeland-beweging, door Lord Derby
ingezet, zal van onzen kant slechts den
warmsten steun ondervinden.
Intusschen zou men Engeland en de Tra
vel-Association een slechten dienst bewij
zen, als men zou nalaten steeds opnieuw
critiek te oefenen op dingen, die in Enge
land schier onuitroeibaar schijnen en het
verblijf aldaar voor eenigszins verwende rei
zigers uit Europa tot een ware kwelling ma
ken.
In de eerste plaats noem ik het afschu
welijke Engelsche eten. Te Londen, waar
dozijnen genietbare restaurants zijn, is dit
vraagstuk niet zoo acuut, doch wee den
vreemdeling, die op den inval zou komen
een Engelsche provincieplaats op te zoeken
of zich naar een der Engelsche badplaatsen
te begeven. Wat daar aan eten wordt op
gediend, grenst aan het onbeschrijfelijke.
De Engelschen hebben zich tijdens den oor
log dikwijls over het Duitsche woord „Er
satz" vroolijk gemaakt, maar bijna alles wat
thans in een gemiddeld Engelsch restaurant
aan eetbaars wordt geboden is „Ersatz" of
conserve. Het gewone menu bestaande uit
voorgerecht, soep, hard vleesch en vruchten
sla is meestal geheel uit conserven samen
gesteld. Elke saus, elke koek, elke limona
de, is kunstproduct. In zeeplaatsen, waar
aan de haven zalm van 1 tot 2 sh. per
stuk te koop is, krijgt men in de restauranis
slechts zalm uit blik opgediend. In streken,
waar jaarlijks millioenen en millioenen van
de heerlijkste tomaten groeien, verstaat men
niet de kunst een gewone tomatensoep te
maken en zet den gast den inhoud van een
Amerikaansch blik zonder voedingswaare.e
voor. In een land, dat zich er op beroemt
het beste vleesch van de wereld voort te
brengen, bestaat in de restaurants een kou
de schotel geregeld uit geperst, geconser
veerd vleesch. De eenvoudigste drank, een
kwast van citroen, is bijna onmogelijk te
krijgen of onbetaalbaar duur en, of men
wil of niet, men heeft het verdachte, hel
gele product van een der groote limonade-
fabrikanten voor lief te nemen. En zoo is
het met alles! Waarom? Omdat de Engel
schen dit gemakkelijk vinden en zij zich
minder hoeven in te spannen, want de En-
gelschman is, men vergeve mij het harde
woord, lui! De zoogenaamde democratie lege
hij in de eerste plaats zoo uit, dat hij zoo
min mogelijk behoeft te werken. En zonder
inspanning is men weet her, met der-
besten wil der wereld geen eetbare maal
tijd te bereiden.
Het zou zeer gewenscht zijn, dat de En
gelschen dit eindelijk gingen inzien. De
meerderheid van de vreemdelingen, welke
men thans met zooveel aandrang naar En
geland roept, beschouwen een uit conserven
samengesteld maal niet als een bevredigen
de voeding. Deze elementaire wetenschap
moeten zich vooral die Engelsche plaatsen
eigen maken, die op vreemdelingenverkeer
rekenen. Dit is verreweg het voornaamste
vraagstuk, dat de Come to Britain-Move
ment heeft op te lossen, want de jammer
lijke Engelsche restauratiekost is met volle
recht.... wereldberucht. Mocht echter in oe
toekomst den .vreemdeling een menschwaai-
diger eten worden voorgezet, dan zal hij
waarschijnlijk spoedig in veel grooter aantal
naar Engeland komen, dan op het oogen-
blik nog het geval is.
Groote brand in boerderij
te Vierpolder
Schade bedraagt f 25.000.
In de boerderij van den heer C. Schey-
goed Wzn. aan den Mosterddijk te Vierpol
der, is gistermiddag door onbekende oor
zaak brand uitgebroken. De motorbrand
spuit uit den Briel was spoedig ter plaatse
en gaf met acht stralen water. Een groote
bouwhoeve waarin een hoeveelheid koren,
erwten en eoonen was opgeslagen is tot
den grond toe uitgebrand. Het woonhuis
kreeg zeer groote waterschade. De schade
wordt geschat op f 25.000 en door verzeke
ring gedekt.
Gistermiddag te ongeveer twaalf uur is de
16-jarige Nelly Fluitma te Buren (Ame
land) bij het baden in zee door de golven
meegesleurd. Pogingen haar met een lijn te
bereiken zijn mislukt. Tusschen vier en vijf
uur gistermiddag is het lijk van het meisje
op het strand te Nes aangespoeld.
Schade ruim f 60.000
Burgemeester Smits van 's Gravemoer
deelt ons mede, dat de schade veroorzaakt
door den storm en de hagelramp, die de ge
meente op Zaterdag 15 Augustus j.l. hebben
geteisterd, door een commissie van deskun
digen. wonende buiten de gemeente, onder
leiding van den Rijkstuinbouwconsulent te
Breda, is onderzocht en vastgesteld op
ruim f 42000.met inbegrip van de schade
van bedrijven, die geen opgave hebben ge
daan, schat de commissie de schade geleden
door tuinders, bloemisten en eigenaars van
boomgaarden zelfs op f 60.000, hierbij is
echter niet begrepen de schade geleden door
particulieren. Het geldt hier bijna uitsluitend
kleine bedrijven, menschen zonder kapitaal,
die door de ramp geruïneerd zijn, indien
zij niet worden bijgestaan.
's Gravemoer is een kleine gemeente van
1400 zielen en heeft geen enkele belangrijke
bron van inkomsten. De gemeente staat er
financieel moeilijk voor en in eigen kring kan
maar weinig gedaan worden. De bevolking
is ijverig en hard werkend en gaat een moei
lijken winter tegemoet. Hulp is dus zeer op
zijn plaats.
Bijdragen worden gaarne ontvangen door
den penningmeester van het steuncomité,
den heer P. M. v. d. Perk, gemeente-ontvan
ger van 's Gravemoer, postrekening nummer
23253.
Met een mes doodelijk gewond
De dader gearresteerd
Gisteravond zes uur vond op den Beeren-
dijk te Den Bosch een vechtpartij plaats tus
schen zekeren E. uit Eindhoven en zekeren
de K. uit Vlijmen. Op een gegeven oogenblik
werd E. door de K. met een messteek doode
lijk getroffen.
De politie wist den dader te arresteeren
en op te sluiten.
De oorzaak van den twist is nog niet be
kend.
Met f 600 en een auto er van door
Sinds Zaterdag verdwenen
Van Zaterdag af is zekere De B. te Val-
kenswaard werkzaam bü de N.V. Beton-
maatschappij, er van door gegaan met een
auto en f 600, toebehoorende aan den op
zichter bij den aldaar in aanleg zijnden be
tonweg.
Sedert genoemden dag heeft men niets
van den man vernomen.
Vermoed wordt, dat hij zich over de Bel
gische grens heeft begeven.
Aanrijding te Amsterdam
Twee gewonden.
In den afgeloopen nacht heeft in de Oude
Doelenstraat een aanrijding plaats gehad,
doordat twee voetgangers plotseling op den
rijweg stapten en door een met matige vaart
naderenden auto werden gegrepen. Een der
voetgangers sloeg met het hoofd door een
ruit en bekwam hoofdwonden, de ander be
kwam beenblessures. Beiden zijn in bewus-
teloozen toestand naar het Binnengasthuis
vervoerd.
Wielrenner door vrachtauto
aangereden
Aan de gevolgen overleden
De 23-jarige Limburgsche wielrenner M.
Vluggen uit Ulestraten reed Donderdag op
den Meersenerweg te Maastricht achter een
auto, die een snelheid van 55 K.M. had.
Bij de tweede voetbrug slaagde hij er in
dezen auto te passeeren, doch zag toen uit
tegenovergestelde richting plotseling een
vrachtauto voor zich naderen. Door naar
links te zwenken heeft hij gepoogd het rij
wielpad te bereiken. Echter tevergeefs. Hij
werd door het rechtervoorwiel van den
vrachtauto gegrepen en brak het rechter
been, zijn linkerarm en kreeg ernstige in
wendige kneuzingen en vleeschwonden. In
zorgwekkenden toestand werd hij overge
bracht naar het ziekenhuis Calvariënberg,
waar hij om 5 uur is overleden. Het rijwiel
van den verongelukte werd totaal vernield.
De reehtervoorlamp van den wagen was af
gebroken en de radiator had een diepe in
deuking.
De verongeluk.e was een van de gebroe
ders Vluggen, die op wielrengebied reeds een
internationale faam hebben.
Kantoorbediende met kwitanties
verdwenen
Bij de politie van het bureau aan den Op
pert te Rotterdam is door familie aangifte
gedaan, dat de 17-jarige kantoorbediende J.
F. sinds eergisteren vermist wordt.
De jongen is met een aantal kwitanties
ten bedrage van ongeveer f 300 door zyn
werkgever, de firma v. d. H„ een kolenhan
del, gevestigd aan het Haringvliet, uitge
zonden, maar is van dezen tocht niet terug
gekeerd.
De familie van den jongen vermoedt, dat
hij in een val gelokt en beroofd is.
Filmgages voor sterren onder de
dieren in Hollywood
625 per dag voor een leeuw Vlooien
krijgen evanvecl als olifanten Een gans
verdient 60.
Vele menschen zyn bij het zien van een
film niet half zoo enthousiast voor de pres
tatie van een mensch al is die prestatie
nog zoo schitterend als voor die van een
dierlijke ster, wanneer die zyn kunsten en
sprongen aan ons vertoont. Wü zijn vol be
wondering voor de handigheid van den re
gisseur, die de capaciteiten van het dier zoo
prachtig met het scenario in overeenstem
ming weet te brengen. Jarenlang biyven de
glansnumers van dieren in onze herinne
ring.
Zeer veel menschen kloppen tevergeefs
aan de deuren der filmbureaux in de voort
durende hoop, ten minste als figurant een
klein salaris te kunnen verdienen, maar
meestal wordt die hoop niét vervuld. Die
ren echter komen vaak in een minimum van
tijd tot grooten roem enrijkdom. Het is
haast ongeloofiyk wat voor gages voor de
dieren uitbetaald worden en het is goed te
begrijpen, dat menig arm menschenkind met
Jaloezie op die viervoeters neerziet, die zoo
gemakkeiyk den strijd om 't bestaan over
wonnen hebben. Natuurlyk worden de dier-
figuranten ook slechter betaald; heeft ech
ter een dier maar eenmaal succes gehad en
zijn bekwaamheden bewezen, dan wordt ge
deeld als de mensch en krijgt het ook een
sprookjesachtig salaris. De hoogst betaalde
filmkunstenaar onder de dieren was de
leeuw Numa, die pas geleden gestorven is.
Hü kreeg iederen dag van zijn optreden een
gage van 625, terwijl de wereldberoemde
muilezel van Charlie Chaplin, die in zijn
circusfiim een goed deel van het succes voor
zich opeischt, zijn heer de aardige som van
500.voor elk optreden opleverde. De
muilezel is dan ook voor een millioen ver
zekerd.
Hier volgt een salarislast, die ongeveer
de taxatie van waardevolle dieren in de
film toont:
Struisvogels krijgen per dag 60; apen
60100; krokodillen 4060; paarden
en muildieren van byzondere bekwaamheid
60150; by zonder talentvolle ganzen 60;
chimpansee's 120480; kameelen 180;
tygers 240; luipaarden 240; olifanten
300; beren 120; slangen 60; eekhoorn
tjes 60; witte muizen f 15; vlooien bij
troepen 300.
Hoe bescheiden het honorarium der witte
muizen op deze hjst ook schijnt, men moer.
evenwel bedenken, dat de man, die er het
toezicht over heeft, ook nog 25 per dag
krijgt en dat het transport eveneens op re
kening der filmmaatschappy komt. Ook een
witte muis kan dus, wanneer ze goed afge
richt is, een mooi sommetje opleveren.
De filmhond „Koning Tut", dien zijn eige
naar gekocht heeft voor f 1.50, moet voor
zijn meester reeds een vermogen van
150.000 verdiend hebben. Deze hond is de
algemeene lieveling in Hollywood en toen
hij onlangs geopereerd moest worden,
heerschte daar algemeene droefheid. Daar de
haren hem in de oogen groeiden, moest hij
een schoonheidsoperatie ondergaan, waarbij
de gezichtshuid gelicht werd.
Tot de meest gevierde filmsterren in Hol
lywood behoort momenteel de gans „Bozo"
die met een bril zonder glas langs de wegen
waggelt en voor deze niet eens erg moeilijke
bezigheid 60 per dag krijgt.
Een grappig biggetje wordt met 45 per
dag betaald.
Dat men voor een troep vlooien evenveel
honorarium ontvangt als voor een olifant is
wel eigenaardig, maar het is misschien ge-
makkeiyker een olifant in bedwang te hou
den dan een vloo, zoodat die gelijkstelling
wel gerechtigd is.
Door een auto overreden en gedood
Gisterenavond half 7is de 75-jarige Van
Heesch ter hoogte van café ,de Ketting"
onder Boxtel door een luxe auto aangere
den en op slag gedood.
Mijn naam is Esek Pettibone, en ik wil
al aanstonds als mijn meening te kennen
geven, dat het een mooi ding is van hooge
komaf te zijn. Het is erg aangenaam, tot
overgrootvader iemand te hebben, die
iemand was. Het lijkt mij hee! keurig, te
kunnen terugzien op lange rijen voorouders,
die allemaal rijk maar eerlijk waren. De
tegenwoordige hertog van Warwick vindt
ongetwijfeld, dat de natuur hem recht heeft
gedaan, door hem op een gepaste plaats in
de wereld te zetten. Ik heb den graaf van
Newcastle eens ontmoet, en t leek m2, dat
hy een neiging had, om een beetje krom te
loopen. Het is niet onprettig neer te zien
op de massa en zich bewust- te zijn van het
recht, zulks te doen.
Toen ik als wees achterbleef op den aan-
valligen leeftijd van vier jaren, en geen
broers of zusters had, die mij konden toe
stoppen met jonge genegenheid en sympa
thie, viel ik in drie paar handen, uitstekend
in hun soort, maar eigenaardig. Patience,
Eunice en Mary Ann Pettibone waren tantes
van me aan mijn vaders kant. Alle verwan
ten van mijn moeder hielden zich achteraf,
toen de eenzame wees rondkeek naar een
beschermer; maar Patience Pettibone zei
statig; „Die jongen hoort tot een aanzienlijk
geslacht, en nooit zal hy gebrek lijden, zoo
lang drie tantes hem kunnen onderhouden".
Zoo nam ik dus mijn intrek by mijn ieelijke,
maar welwillende weldoensters, in den staat
New Hampshire.
In myn jongensjaren was dit de les, die
mij het ergste werd ingescherpt: „Respecteer
jezelf. Wy zijn van meer dan gewone komaf.
Er stroomt waarschijnlijk hooger bloed in
de Pettibones. Houd 't hoofd hoog ééns
zul je het bewijs vinden van je hooge af
komst."
Eens werd me verteld, dat ik mijn jeugdig
vermaak niet moest zoeken bij de drie klei
nen van den slager. Ik vroeg, waarom niet,
en tante Eunice keek tante Patience aan, en
Mary Ann wist best, wat ze zei.
„Mijn kind", murmelde de oudste zuster
heel langzaam, „wij stammen zeer zeker uit
een heel oude familie; misschien zijn we van
adel. Onze voorouders waren zeker overladen
met eer, en denkelijk ook met ï-ykdommen,
al zyn die in den loop der jaren verzwonden.
Respecteer jezelf, en als je groot bent, zul je
geen spyt hebben, dat je oude, maar zorg
zame tante je niet wou laten spelen met de
afstammelingen van den slager."
Ik kreeg een gevoel van schaamte, omdat
ik lust had gehad, me af te geven met an
dere kinderen dan die van een koning of een
sultan. Ik liet van toen af myn vlieger al
leen nog maar op met hoogwelgeboren kna
pen.
Zoo leefde ik op een duurzaam tooneeJ
van zelfbetoovering door de zusters, die alle
houdingen en gevoelens van voorname da
mes vertoonden, en vaag zweefde voor hun
oogen een grootere toekomstige grootheid,
wiet geld en rijtuigen, voor den Amerikaan-
schen tak van het huis der Pettibones.
Ieder lid van ons kleine huishoudentje
hield het hoofd hoog, alsof ieder zeggen wou:
„In onze samenstelling is geen erfschuld,
wat er daarvan ook moge zijn in het gewone
stof van deze gemeente."
Tante Patience was een ster, die apart
troonde. Tante Eunice keek naar haar door
een paar lenzen en vereerde haar. De jon
gere zuster leefde in een eeuwigen droom
van komende glorie, en had voortdurend
leeuwen, griffioenen, eenhoorns en andere
heraldische dieren voor oogen.
In de slaapkamer van tante Patience stond
een kist. In myn kinderjaren voelde ik vaak
den zucht, het deksel op te lichten om de
schatten te zien. die er volgens myn jeug
dige verbeelding in verscholen lagen Ik
durfde niet om opening vragen, want dik-
wyis was me verteld, dat ik te klein was, om
den inhoud van het oude meubel te waar-
deeren. „Als je groot bent, moog je het zien",
zei tante Mary altijd; en dus was ik be
nieuwd en verlangend, maar tevergeefs. Ik
moest de kracht der jaren bezitten vóór ik
de schatten van voorbije glorie mocht zien,
die zoo lang begraven hadden gelegen in dat
houten graf. Eéns zag ik de verflenste zus
ters neergebogen over de kist, samen iets
balsemend, naar het my toescheen, in kam
fer. Ik draalde uit nieuwsgierigheid, maar
werd met een voorwendsel de kamer uitge-
knikt.
Hoewel de middelen mijner bloedverwan
ten verre van ruim waren, werd besloten,
dat ik studeeren zou. en zoo kwam ik met
tertijd op een naburige hoogeschool Jaren
van studie en ontbering in kosthuizen
maakten inbreuk op myn gevoel van eigen
belangrijkheid als afstammeling van een
grooten Engelschman, hoewel alle brieven
van de geëerde drie den raad inhielden, dat
ik mijzelf respecteeren en de waardigheid
der familie hoog houden zou De eerwaar
digheid wijkt licht voor den voetbal en an
dere lagere bekwaamneden. Het boek des
levens gaat in dien tijd open op de vroolijke
bladzijden, en de scholierhaakt niet naar
teekenen van waardigheid.
Ik was negentien toen ik de grauwe hal
len van Swiftmouth betrad. Ik noem ze
grauw, omdat ze meer dan vijftig jaar ge
leden waren gebouwd. Voor mij waren ze
buitengewoon grauw, en ik snoof de oud
heid op in die stoffige oorden Ik bestu
deerde met grooten ernst de wijsheid van
het verleden. Helder zag ik ó.e beteekenis
van doode mannen en doffe regels, vooral
als de eersten langer dan duizend jaar be
graven en de laatste in het Griekscb of La
tijn opgesteld waren. Ik kreeg eerbied voor
koninklijke rijen van doode monarchen, en
verlangde er naar, mijn eigen naam, die
onder mijn gelijken populair begon te wor
den, te kunnen koppelen aan den een of
anderen ververwijderden machtige, die met
pronk en praal zijn gehoorzaam volk had
geregeerd. De kist van mijn tantes verwarde
mijn droomen. Nog sluimerde in dat heilig
dom het bewijs van onze voornaamheid.
„Ik zal", zoo dacht ik, „de volgende va-
cantie naar het huis van mijn tantes gaan,
om te vernemen, hoe wy aanzienlijk werden,
en te ontdekken, waarom zij ons wettig
recht op glorie heden ten dage niet lieten
gelden.
Ik ging naar huis. Tante Patience was nu
vo] ongeduld om haar ongeduldigen neef
het bewijs voor te leggen, waarnaar hij hun
kerde. Maar eerst moest zij den noodigen
uitleg geven. Ongetwijfeld waren alle oude
familie-documenten en brieven vernietigd
in den grooten brand van '98, want er was
geen enkel perkament of iets, dat op een
adelbrief geleek, te vinden geweest. Maar
zij hadden met zorg bewaard, vele jaren
lang, een gala-costuum, dat door hun over
grootvader gedragen was m Engeland, en
ongetwijfeld ook in de Nieuwe Wereld. Die
kleeren waren met teederheid verzorgd en
behoed, waren zij niet het bewijs, dat
hun eigenaar in het leven een trap had in
genomen, die maar even lager stond (als
hij lager stond) dan het hof van koning
George zelf? Kostbare kist, waarin ik spoe
dig zou mogen staren! Hoeveel lange jaren
door hadden deze liefhebbende dwaze
maagden haar nooitdoovende lampen van
verwachting en hoop opgehouden bij dit ver
eerde oude schrijn.
Ik was hu op weg naar het tabernakel van
onze grootheid. Ik ging springend de trap
op. Wij knielden allen neer voor de goed-
geeonserveerde kist; en mijn trotsche tante
Patience draaide, op eerbiedige wijze, den
sleutel om. Myn hart ik schaam me niet
het te bekennen, hoewei' 11 -t veertig jaar
geleden is, dat wij vieren knielden, om te
zoeken naar familie-glorie mijn hart
klopte in mijn keel. Ik stond op 't punt te
kijken naar wat het feestgewaad kon zijn
van een graaf of een hertog En ik stamde
in rechte lyn van den eigenaar af!
Het deksel ging omhoog, en de zusters be
gonnen de kostbare kleedingstukken te ont
rollen, die alle bedolven schenen onder wel
riekende kruiden en zalven. De geur van dat
binnenste is me tot heden toe bijgebleven en
nog verbleek ik bij de herinnering aan dat
uur. Met vrome voorzichtigheid werden de
kleeren onthuld en eindelijk lag het heele
cpstuum uitgespreid voer myn gretige oogen.
Lezer, ik ben nu een oud man, en zal niet
lang meer wandelen op deze planeet. Maar
welke ontzettende schok my nog wachten
moge in de jaren van myn neergang, dragen
kan ik hem zeker; want ik heb dat tafereel
doorleefd en nog besta ik!
Toen de kleeren compleet waren uitge
spreid, keken alle tantes mij aan. Ik kwam
van de hoogeschooi; ik had Burke's adelboek
bestudeerd; ik was eens in New York ge
weest. Misschien kon ik dadelijk precies den
graad van Britschen adel noemen, waartoe
dat pak kleeren behoorde. Ik kon het. Ik
zag het met één blik. Ik werd rood en bleek.
Ik durfde myn arme, bedrogen tantes niet
in het gezicht te kijken.
„Bij welken stand van den adel behooren
die kleedingstukken met de gouden tressen
en de groote knoopen?" riepen ze alle drie.
„Het is het livrei-ccstuum van een koet
sier!" hijgde ik, en huiverend deinsde ik
terug.
Dien avond, toen de zon onder was, be
groeven we die ongelukskleeren in een kuil
achter in den tuin. Rust daar eeuwig, ver
kreukelde jas, gele kousen, bruine broek en
de rest!
Reorganisatie economische
Rijksdiensten
Een adres van Kamers van Koophandel
Door de Kamers van Koophandel en Fa
brieken voor Rotterdam, Amsterdam, Den
Haag en Utrecht is aan den Raad van Mi
nisters een uitvoerig adres gezonden be
treffende de reorganisatie van economische
diensten.
Na de bezwaren te hebben samengevat die
van verschillende zijden zijn ingebraent
tegen de voorgestelde reorganisatie van de
afdeeling Handel en Nijverheid van het
Departement van Arbeid, H. en N„ betoo-
gen adr., dat voor de voorlichting van het
bedrijfsleven het meest dienstig is de in
stelling van een departement van Econo
mische Zaken, aan weiks zorg zoo wel de
belangen van handel en nijverheid, als die
van landbouw, verkeerswezen en visschery
toevertrouwd zijn. Gezien de economische
aspecten, welke de behartiging van de so
ciale belangen der bevolking heeft, zal ook
„Arbeid" in zooverre dus met behoud van
den bestaanden toestand, aan het Depar
tement van Economische Zaken moeten
zijn toevertrouwd.
Met de instelling van een Departement
van Economische Zaken alléén is echter
niet de volledige coördinatie van het econo
mische werk der departementen verzekerd.
Als belangrijk element voor een coördinatie
van departementen dient daarin in de eer
ste plaats te worden betrokken de directie
van economische zaken, welke met de be
hartiging van de handelspolitiek tegenover
het buitenland belast is en dus met de eco
nomische behoeften des lands terdege be
kend dient te zyn, wat thans niet het geval
is. Voorts dienen de Ministeries van Kolo
niën en van Financiën voor de uitoefening
van hun taak ten nauwste bij een derge
lijk geregeld interdepartementaal overleg be
trokken te zijn, hetwelk omgekeerd door de
wetenschap, aan die departementen be
schikbaar, telkens gebaat zal worden.'
Mocht de instelling van een Departement
van Economische Zaken op dit oogenblik
op onoverkomelijke moeilijkheden van prac-
tischen raad stuiten, dan is de coördinatie
van het economische werk der departe
menten van algemeen bestuur niet minder
dringend.
Instelling van een Economischen Raad,
mits niet van uitgebreide en zwaarwich
tige samenstelling, en voorzien van een des
kundig secretariaat, kan voor het adviseeren
aan en het voorlichten van de regeering
groote beteekenis hebben.
De taak van bedoelden Economischen
Raad zal omvatten het uitoefenen van toe
zicht op en het adviseeren omtrent den
voorlichtingsdienst, waartoe een Commissie
uit dien Raad met regelmatig toezicht ware
te belasten, en zoo mogelijk moet 't secre
tariaat van den Raad met de dageiyksche
leiding van den voorlichtingsdienst één zijn.
Oorzaken en bestrijding der jeugd
criminaliteit
Op den laatsten dag der „Paedagogische
week" werden in den namiddag nog twee
algemeene vergaderingen gehouden.
Door Prof. mr. W. P. J. Pompe, hoog
leeraar in het strafrecht aan de Rijksuni-
versiteit te Utrecht, werd een openbare les
gegeven over bovengenoemd onderwerp.
Spr. verklaarde het geheel der strafwet-'
ten niet te willen Omwerken tot een reeks
bepalingen tot opvoeding van de misdadi
gers.
Tusschen criminaliteit onder de jeugd en
recidivisten is echter een verband te leggen,
want het is gebleken, dat de statistiek der
recidive steeg, omdat het gevangeniswezen,
de opsluiting van velen by elkaar, bleek on
voldoende te zyn om de gestraften tot
beterschap te brengen.
Ook met het stelsel der celstraf heeft
men geen gunstige resultaten gekregen. De
gevangenen werden er niet door verbeterd,
maar verbitterd.
In zijn verder betoog verklaarde spr., dat
misdadige kinderen het meest voortkomen
uit de arme en armste klasse, hetgeen hy
niet schreef op rekening der armoede als
zoodanig, doch op de macht der omstan
digheden.
Voorts behandelde spr. de zorg voor z.g.n.
moeilijke kinderen.
In de slotvergadering werd door den
heer Aug. Bouweraerts, leeraar in de pae-
dagogiek te Brussel, een hooggestemde rede
gehouden over de ideale zedelijke persoon
lijkheid van den onderwijzer.
Het slotwoord werd gesproken door mgr.
Goossens.
Commissaris E. J. Pateer
Commissaris E. J. Pateer voor den Justi-
tieelen dienst en chef van de Centrale
Recherche te Amsterdam, zal half October
het politiecorps met pensioen verlaten.
De heer Pateer wa, de grondlegger van de
dactyloscopie (vinger-afdrukken) bij de po
litie hier te lande. Gedurende 34 jaar had
commissaris Pateer een succesvolle loopbaan
bij de Recherche. De heer Pateer gaat zich
te Heemstede vestigen.
Enthousiaste ontvangst
De Duitsche vliegboot Do X is gisteren
om 17.31 uur M. E. T. in de haven van
New York aangekomen.
De Do X, die gisteren van Norfolk in Vir
ginia was vertrokken, arriveerde om 17.15 uur
M. E. T. boven de stad New York en vloog
eenige malen in groote cirkels over de stad.
Daarna zette de vliegboot koers naar de ha
ven, waar zij vlot landde.
Om 17.10 uur was de Do X voor de eerste
maal boven de haven gekomen op zeer ge
ringe hoogte. Talrijke militaire- en post
vliegtuigen escorteerden de vliegboot.
De in de haven liggende schepen lieten
hun sirenes loeien.
De enthousiaste menigte begroette de vlieg
boot met het zwaaien van zakdoeken. Dui
zenden en nog eens duizenden hadden zich
reeds in de ochtenduren naar de haven be
geven om getuige te zyn van de aankomst
van den reusachtigen vogel.
Een sterke politiemacht zorgde voor de
orde. Talryke autoriteiten waren bij de ont
vangst aanwezig. Een stedelijk muziekcorps
hield er bij de wachtenden den moed in.
Aanvankelijk hing een dichte nevel over
de haven, doch toen deze optrok werd het
ideaal vliegweer. In de haven wemelde het
van allerlei soort vliegtuigen. Duizenden
hadden zich een plaatsje veroverd in de ko
zijnen der wolkenkrabbers.
De vliegboot werd het eerst door de toe
schouwers opgemerkt, toen zij om 17.04 uur
M. E. T. over het Sandyhookeiland vloog.
Na boven het Vrijheidsbeeld in de haven,
van New York gekruist te hebben zette de
Do X koers naar de bovenstad.
Om 17.30 verscheen de vliegboot weer bo
ven de haven geëscorteerd door talrijke
vliegtuigen, waarbij zich ook het luchtschip
„Los Angelos" bevond. In precies een mi
nuut had de landing plaats.
Na de landing begaven de passagiers en
de bemanning van de vliegboot zich met een
kotter aan land.
De Amerikaansche luchtschepenkapitein
Schildhauer uitte zich in groote bewondering
over de vlucht, die z.i. het bewijs heeft ge
leverd, dat met een dergelijke type Oceaan-
vluchten te maken zyn.
De plaatsvervangende Duitsche consul-
generaal, Dr. Schwartz, heette de passagiers
en de bemanning hartelijk welkom en wees
er op, dat deze vlucht een nieuwen band van
vriendschap had gelegd tusschen de volken
der Vereenigde Staten en van Duitschland.
De „Loc." meldt uit Padang Pandjang:
De omgeving van Padang Pandjang wordt
den laatsten tyd onveilig gemaakt door en
kele tijgers. In kampong Tengah werd een
geit meegesleurd en de tyger keerde den vol
genden dag terug, drong de woning binnen
van den haltechef S.S. en kaapte diens
hond.
Aan den anderen kant van P. P. werd een
koelie van de opnemingsbrigade van den
topographischen dienst 's nachts wegge
sleept. Na enkele dagen had ook dit cier de
brutaliteit terug te keeren en uit de pon
dok, waarvan de deur niet geheel gesloten
was, een tweeden koelie mee te sleepen.
Daar men hier blijkbaar met een man-
eater te doen heeft, worden alle pogingen in
het werk gesteld, om het dier te vangen,
tot dusver echter zonder resultaat.
Acht dagen in Hessen en Waldeck
voor 118 Mark
Het „Verkehrsverband von Hessen und
Waldeck" organiseert tochten, die 8 dagen
duren en slechts 118 Mark kosten, met in
begrip van treinreizen derde klas, auto
tochten, nachtverbiyf en volledig pension.
De reis begint te Kassei, de hoofdstad van
Kurhessen. Den tweeden dag wordt een
bezoek gebracht aan de oude Domstad
Fritzlar, aan Bad Wildungen, aan de Edel-
talsperre en aan Slot Waldeck. Den derden
dag staat een bezoek aan Marburg met den
Dom en de grafkapel van de Heilige Elisa
beth op het programma. Den vierden dag
worden uitstapjes in de omstreken van
Marburg en in het dal van de Lahn on
dernomen. Den vijfden dag bezoekt men
het klooster Amöneburg, Alsfelö en de bis
schopsstad Fulda, de stad van den Barok
stijl. Den zesden dag trekt men naar Gers-
feld in de Rhön. Hier wordt het kamp der
zeilvliegers op de Wasserkuppe bezocht,
alsook de Milseburg en 't klooster der Fran
ciscaners op den Kreuzberg. Den zevenden
dag gaat de reis over Bad Hersfeld en
Eschwege naar het Werra-bad Sooden
Allendorf en den achtsten dag brengt men
nog een bezoek aan Witzenhausen met zyn
koloniale school, aan de burchten Han-
stein en Luawigstein en aan Hannoversch
Münden, waar de reis eindigt. Men kan zich
voor deze tochten aanmelden in de meeste
filialen van het „Mitteleuropaisches Reise-
büro".
Of
52. „Och, help me toch!" smeekte de
kluizenaar, „de roovers hebben m'n
kluis half leeg geplunderd en straks
komen ze terug om de rest te halen."
„Laat dat zaakje maar aan mij
over," zei Harlekijn.
53. Van de deurmat maakte hy een na
gemaakt hoofd van den kluizenaar
en toen de roovers terug kwamen,
stond de oude ezel van Harlekijn
voor 't venster en zag er precies uit
als de kluizenaar.
54. Maar toen de roovers in de kluis
wilden komen, keerde de ezel zich om
en sloeg achteruit! Hoe de roovers te
pas kwamen, kan men op het plaatje
hier boven zien!