Gemengd od^ieuws IDE GRAPJAS HARLEKIJN Voor de Huiskamer >- Moord te Maastricht? Een lijk tusschen de kamraderen van een machine Komt naar Engeland Meisje bij het baden in zee verdronken De natuurramp te 's-Gravemoer Hooge komaf BINNENLANDSCH NIEUWS LUCHTVAART De DO X te New-York Zesde R. K. Paedagogische Week ONZE OOST Tijgers bij Padang Pandjang VERKEER EN POSTERIJEN Harlekijns eèel en de roovers Door een agent van politie te Maastricht werd Donderdag in den kelder van den ver- nismolen van de steenfabriek, de z.g. „Kam- mermolen", zijn vriend J. J. Gielkens met een totaal verbrijzeld hoofd in de kamrade ren der machine gevonden. De vrouw van den doode, die ongerust was over het lang wegblijven van haar man, die dien morgen geen werk meer in den mo len had, vroeg den agent eens naar haar man om te zien. In den kelder van den mo len is deze toen tot de vreeseliike ontdek king gekomen. Het lijk is overgebracht naar het ziekenhuis Calvariënberg, waar op last der politie sectie is verricht. Er is op de plaats van het ongeval een uitgebreid foto materiaal verzameld. Waarschijnlijk is hier een ongeval buitengesloten en een misdaad in het spel. Bloedsporen wijzen er op, dat het slachtoffer gedood is en toen met het hoofd tusschen de raderen der machine is geworpen. Maar het eten Is er slecht. Men schrijft uit Londen aan het „Vad.": „Come to Britain Movement", zoo heet de beweging, welke niemand minder dan Lord Derby heeft ingeluid en waarbij hij door een zeer kalme en tegemoetkomende Travel Association met grooten ijver ge steund wordt. Buitenlanders moeten naar Engeland ko men, want aldus Lord Derby Enge land is een even mooi en gemakkelijk toe- ristenland als welk ander land op het Con tinent ook en elke vreemdeling, die naar Engeland komt, zal hier allervriendelijkst ontvangen worden en waar voor zijn geld krijgen. En zoo is het inderdaad: Engeland is een heerlijk land, zijn landschapsschoon heeft een aparte bekoring, de verkeersmid delen zijn goedkoop en zeer comfortabel, elke stap, welken men in het land doet, is haast belangwekkend en leerrijk en de En- gelschen zelf zijn 'n zeer gastvrij, beleefd en hulpvaardig volk, waarmee om te gaan, een waar genot mag heeten. Dit alles is buiten kijf waar en de komt- naar-Engeland-beweging, door Lord Derby ingezet, zal van onzen kant slechts den warmsten steun ondervinden. Intusschen zou men Engeland en de Tra vel-Association een slechten dienst bewij zen, als men zou nalaten steeds opnieuw critiek te oefenen op dingen, die in Enge land schier onuitroeibaar schijnen en het verblijf aldaar voor eenigszins verwende rei zigers uit Europa tot een ware kwelling ma ken. In de eerste plaats noem ik het afschu welijke Engelsche eten. Te Londen, waar dozijnen genietbare restaurants zijn, is dit vraagstuk niet zoo acuut, doch wee den vreemdeling, die op den inval zou komen een Engelsche provincieplaats op te zoeken of zich naar een der Engelsche badplaatsen te begeven. Wat daar aan eten wordt op gediend, grenst aan het onbeschrijfelijke. De Engelschen hebben zich tijdens den oor log dikwijls over het Duitsche woord „Er satz" vroolijk gemaakt, maar bijna alles wat thans in een gemiddeld Engelsch restaurant aan eetbaars wordt geboden is „Ersatz" of conserve. Het gewone menu bestaande uit voorgerecht, soep, hard vleesch en vruchten sla is meestal geheel uit conserven samen gesteld. Elke saus, elke koek, elke limona de, is kunstproduct. In zeeplaatsen, waar aan de haven zalm van 1 tot 2 sh. per stuk te koop is, krijgt men in de restauranis slechts zalm uit blik opgediend. In streken, waar jaarlijks millioenen en millioenen van de heerlijkste tomaten groeien, verstaat men niet de kunst een gewone tomatensoep te maken en zet den gast den inhoud van een Amerikaansch blik zonder voedingswaare.e voor. In een land, dat zich er op beroemt het beste vleesch van de wereld voort te brengen, bestaat in de restaurants een kou de schotel geregeld uit geperst, geconser veerd vleesch. De eenvoudigste drank, een kwast van citroen, is bijna onmogelijk te krijgen of onbetaalbaar duur en, of men wil of niet, men heeft het verdachte, hel gele product van een der groote limonade- fabrikanten voor lief te nemen. En zoo is het met alles! Waarom? Omdat de Engel schen dit gemakkelijk vinden en zij zich minder hoeven in te spannen, want de En- gelschman is, men vergeve mij het harde woord, lui! De zoogenaamde democratie lege hij in de eerste plaats zoo uit, dat hij zoo min mogelijk behoeft te werken. En zonder inspanning is men weet her, met der- besten wil der wereld geen eetbare maal tijd te bereiden. Het zou zeer gewenscht zijn, dat de En gelschen dit eindelijk gingen inzien. De meerderheid van de vreemdelingen, welke men thans met zooveel aandrang naar En geland roept, beschouwen een uit conserven samengesteld maal niet als een bevredigen de voeding. Deze elementaire wetenschap moeten zich vooral die Engelsche plaatsen eigen maken, die op vreemdelingenverkeer rekenen. Dit is verreweg het voornaamste vraagstuk, dat de Come to Britain-Move ment heeft op te lossen, want de jammer lijke Engelsche restauratiekost is met volle recht.... wereldberucht. Mocht echter in oe toekomst den .vreemdeling een menschwaai- diger eten worden voorgezet, dan zal hij waarschijnlijk spoedig in veel grooter aantal naar Engeland komen, dan op het oogen- blik nog het geval is. Groote brand in boerderij te Vierpolder Schade bedraagt f 25.000. In de boerderij van den heer C. Schey- goed Wzn. aan den Mosterddijk te Vierpol der, is gistermiddag door onbekende oor zaak brand uitgebroken. De motorbrand spuit uit den Briel was spoedig ter plaatse en gaf met acht stralen water. Een groote bouwhoeve waarin een hoeveelheid koren, erwten en eoonen was opgeslagen is tot den grond toe uitgebrand. Het woonhuis kreeg zeer groote waterschade. De schade wordt geschat op f 25.000 en door verzeke ring gedekt. Gistermiddag te ongeveer twaalf uur is de 16-jarige Nelly Fluitma te Buren (Ame land) bij het baden in zee door de golven meegesleurd. Pogingen haar met een lijn te bereiken zijn mislukt. Tusschen vier en vijf uur gistermiddag is het lijk van het meisje op het strand te Nes aangespoeld. Schade ruim f 60.000 Burgemeester Smits van 's Gravemoer deelt ons mede, dat de schade veroorzaakt door den storm en de hagelramp, die de ge meente op Zaterdag 15 Augustus j.l. hebben geteisterd, door een commissie van deskun digen. wonende buiten de gemeente, onder leiding van den Rijkstuinbouwconsulent te Breda, is onderzocht en vastgesteld op ruim f 42000.met inbegrip van de schade van bedrijven, die geen opgave hebben ge daan, schat de commissie de schade geleden door tuinders, bloemisten en eigenaars van boomgaarden zelfs op f 60.000, hierbij is echter niet begrepen de schade geleden door particulieren. Het geldt hier bijna uitsluitend kleine bedrijven, menschen zonder kapitaal, die door de ramp geruïneerd zijn, indien zij niet worden bijgestaan. 's Gravemoer is een kleine gemeente van 1400 zielen en heeft geen enkele belangrijke bron van inkomsten. De gemeente staat er financieel moeilijk voor en in eigen kring kan maar weinig gedaan worden. De bevolking is ijverig en hard werkend en gaat een moei lijken winter tegemoet. Hulp is dus zeer op zijn plaats. Bijdragen worden gaarne ontvangen door den penningmeester van het steuncomité, den heer P. M. v. d. Perk, gemeente-ontvan ger van 's Gravemoer, postrekening nummer 23253. Met een mes doodelijk gewond De dader gearresteerd Gisteravond zes uur vond op den Beeren- dijk te Den Bosch een vechtpartij plaats tus schen zekeren E. uit Eindhoven en zekeren de K. uit Vlijmen. Op een gegeven oogenblik werd E. door de K. met een messteek doode lijk getroffen. De politie wist den dader te arresteeren en op te sluiten. De oorzaak van den twist is nog niet be kend. Met f 600 en een auto er van door Sinds Zaterdag verdwenen Van Zaterdag af is zekere De B. te Val- kenswaard werkzaam bü de N.V. Beton- maatschappij, er van door gegaan met een auto en f 600, toebehoorende aan den op zichter bij den aldaar in aanleg zijnden be tonweg. Sedert genoemden dag heeft men niets van den man vernomen. Vermoed wordt, dat hij zich over de Bel gische grens heeft begeven. Aanrijding te Amsterdam Twee gewonden. In den afgeloopen nacht heeft in de Oude Doelenstraat een aanrijding plaats gehad, doordat twee voetgangers plotseling op den rijweg stapten en door een met matige vaart naderenden auto werden gegrepen. Een der voetgangers sloeg met het hoofd door een ruit en bekwam hoofdwonden, de ander be kwam beenblessures. Beiden zijn in bewus- teloozen toestand naar het Binnengasthuis vervoerd. Wielrenner door vrachtauto aangereden Aan de gevolgen overleden De 23-jarige Limburgsche wielrenner M. Vluggen uit Ulestraten reed Donderdag op den Meersenerweg te Maastricht achter een auto, die een snelheid van 55 K.M. had. Bij de tweede voetbrug slaagde hij er in dezen auto te passeeren, doch zag toen uit tegenovergestelde richting plotseling een vrachtauto voor zich naderen. Door naar links te zwenken heeft hij gepoogd het rij wielpad te bereiken. Echter tevergeefs. Hij werd door het rechtervoorwiel van den vrachtauto gegrepen en brak het rechter been, zijn linkerarm en kreeg ernstige in wendige kneuzingen en vleeschwonden. In zorgwekkenden toestand werd hij overge bracht naar het ziekenhuis Calvariënberg, waar hij om 5 uur is overleden. Het rijwiel van den verongelukte werd totaal vernield. De reehtervoorlamp van den wagen was af gebroken en de radiator had een diepe in deuking. De verongeluk.e was een van de gebroe ders Vluggen, die op wielrengebied reeds een internationale faam hebben. Kantoorbediende met kwitanties verdwenen Bij de politie van het bureau aan den Op pert te Rotterdam is door familie aangifte gedaan, dat de 17-jarige kantoorbediende J. F. sinds eergisteren vermist wordt. De jongen is met een aantal kwitanties ten bedrage van ongeveer f 300 door zyn werkgever, de firma v. d. H„ een kolenhan del, gevestigd aan het Haringvliet, uitge zonden, maar is van dezen tocht niet terug gekeerd. De familie van den jongen vermoedt, dat hij in een val gelokt en beroofd is. Filmgages voor sterren onder de dieren in Hollywood 625 per dag voor een leeuw Vlooien krijgen evanvecl als olifanten Een gans verdient 60. Vele menschen zyn bij het zien van een film niet half zoo enthousiast voor de pres tatie van een mensch al is die prestatie nog zoo schitterend als voor die van een dierlijke ster, wanneer die zyn kunsten en sprongen aan ons vertoont. Wü zijn vol be wondering voor de handigheid van den re gisseur, die de capaciteiten van het dier zoo prachtig met het scenario in overeenstem ming weet te brengen. Jarenlang biyven de glansnumers van dieren in onze herinne ring. Zeer veel menschen kloppen tevergeefs aan de deuren der filmbureaux in de voort durende hoop, ten minste als figurant een klein salaris te kunnen verdienen, maar meestal wordt die hoop niét vervuld. Die ren echter komen vaak in een minimum van tijd tot grooten roem enrijkdom. Het is haast ongeloofiyk wat voor gages voor de dieren uitbetaald worden en het is goed te begrijpen, dat menig arm menschenkind met Jaloezie op die viervoeters neerziet, die zoo gemakkeiyk den strijd om 't bestaan over wonnen hebben. Natuurlyk worden de dier- figuranten ook slechter betaald; heeft ech ter een dier maar eenmaal succes gehad en zijn bekwaamheden bewezen, dan wordt ge deeld als de mensch en krijgt het ook een sprookjesachtig salaris. De hoogst betaalde filmkunstenaar onder de dieren was de leeuw Numa, die pas geleden gestorven is. Hü kreeg iederen dag van zijn optreden een gage van 625, terwijl de wereldberoemde muilezel van Charlie Chaplin, die in zijn circusfiim een goed deel van het succes voor zich opeischt, zijn heer de aardige som van 500.voor elk optreden opleverde. De muilezel is dan ook voor een millioen ver zekerd. Hier volgt een salarislast, die ongeveer de taxatie van waardevolle dieren in de film toont: Struisvogels krijgen per dag 60; apen 60100; krokodillen 4060; paarden en muildieren van byzondere bekwaamheid 60150; by zonder talentvolle ganzen 60; chimpansee's 120480; kameelen 180; tygers 240; luipaarden 240; olifanten 300; beren 120; slangen 60; eekhoorn tjes 60; witte muizen f 15; vlooien bij troepen 300. Hoe bescheiden het honorarium der witte muizen op deze hjst ook schijnt, men moer. evenwel bedenken, dat de man, die er het toezicht over heeft, ook nog 25 per dag krijgt en dat het transport eveneens op re kening der filmmaatschappy komt. Ook een witte muis kan dus, wanneer ze goed afge richt is, een mooi sommetje opleveren. De filmhond „Koning Tut", dien zijn eige naar gekocht heeft voor f 1.50, moet voor zijn meester reeds een vermogen van 150.000 verdiend hebben. Deze hond is de algemeene lieveling in Hollywood en toen hij onlangs geopereerd moest worden, heerschte daar algemeene droefheid. Daar de haren hem in de oogen groeiden, moest hij een schoonheidsoperatie ondergaan, waarbij de gezichtshuid gelicht werd. Tot de meest gevierde filmsterren in Hol lywood behoort momenteel de gans „Bozo" die met een bril zonder glas langs de wegen waggelt en voor deze niet eens erg moeilijke bezigheid 60 per dag krijgt. Een grappig biggetje wordt met 45 per dag betaald. Dat men voor een troep vlooien evenveel honorarium ontvangt als voor een olifant is wel eigenaardig, maar het is misschien ge- makkeiyker een olifant in bedwang te hou den dan een vloo, zoodat die gelijkstelling wel gerechtigd is. Door een auto overreden en gedood Gisterenavond half 7is de 75-jarige Van Heesch ter hoogte van café ,de Ketting" onder Boxtel door een luxe auto aangere den en op slag gedood. Mijn naam is Esek Pettibone, en ik wil al aanstonds als mijn meening te kennen geven, dat het een mooi ding is van hooge komaf te zijn. Het is erg aangenaam, tot overgrootvader iemand te hebben, die iemand was. Het lijkt mij hee! keurig, te kunnen terugzien op lange rijen voorouders, die allemaal rijk maar eerlijk waren. De tegenwoordige hertog van Warwick vindt ongetwijfeld, dat de natuur hem recht heeft gedaan, door hem op een gepaste plaats in de wereld te zetten. Ik heb den graaf van Newcastle eens ontmoet, en t leek m2, dat hy een neiging had, om een beetje krom te loopen. Het is niet onprettig neer te zien op de massa en zich bewust- te zijn van het recht, zulks te doen. Toen ik als wees achterbleef op den aan- valligen leeftijd van vier jaren, en geen broers of zusters had, die mij konden toe stoppen met jonge genegenheid en sympa thie, viel ik in drie paar handen, uitstekend in hun soort, maar eigenaardig. Patience, Eunice en Mary Ann Pettibone waren tantes van me aan mijn vaders kant. Alle verwan ten van mijn moeder hielden zich achteraf, toen de eenzame wees rondkeek naar een beschermer; maar Patience Pettibone zei statig; „Die jongen hoort tot een aanzienlijk geslacht, en nooit zal hy gebrek lijden, zoo lang drie tantes hem kunnen onderhouden". Zoo nam ik dus mijn intrek by mijn ieelijke, maar welwillende weldoensters, in den staat New Hampshire. In myn jongensjaren was dit de les, die mij het ergste werd ingescherpt: „Respecteer jezelf. Wy zijn van meer dan gewone komaf. Er stroomt waarschijnlijk hooger bloed in de Pettibones. Houd 't hoofd hoog ééns zul je het bewijs vinden van je hooge af komst." Eens werd me verteld, dat ik mijn jeugdig vermaak niet moest zoeken bij de drie klei nen van den slager. Ik vroeg, waarom niet, en tante Eunice keek tante Patience aan, en Mary Ann wist best, wat ze zei. „Mijn kind", murmelde de oudste zuster heel langzaam, „wij stammen zeer zeker uit een heel oude familie; misschien zijn we van adel. Onze voorouders waren zeker overladen met eer, en denkelijk ook met ï-ykdommen, al zyn die in den loop der jaren verzwonden. Respecteer jezelf, en als je groot bent, zul je geen spyt hebben, dat je oude, maar zorg zame tante je niet wou laten spelen met de afstammelingen van den slager." Ik kreeg een gevoel van schaamte, omdat ik lust had gehad, me af te geven met an dere kinderen dan die van een koning of een sultan. Ik liet van toen af myn vlieger al leen nog maar op met hoogwelgeboren kna pen. Zoo leefde ik op een duurzaam tooneeJ van zelfbetoovering door de zusters, die alle houdingen en gevoelens van voorname da mes vertoonden, en vaag zweefde voor hun oogen een grootere toekomstige grootheid, wiet geld en rijtuigen, voor den Amerikaan- schen tak van het huis der Pettibones. Ieder lid van ons kleine huishoudentje hield het hoofd hoog, alsof ieder zeggen wou: „In onze samenstelling is geen erfschuld, wat er daarvan ook moge zijn in het gewone stof van deze gemeente." Tante Patience was een ster, die apart troonde. Tante Eunice keek naar haar door een paar lenzen en vereerde haar. De jon gere zuster leefde in een eeuwigen droom van komende glorie, en had voortdurend leeuwen, griffioenen, eenhoorns en andere heraldische dieren voor oogen. In de slaapkamer van tante Patience stond een kist. In myn kinderjaren voelde ik vaak den zucht, het deksel op te lichten om de schatten te zien. die er volgens myn jeug dige verbeelding in verscholen lagen Ik durfde niet om opening vragen, want dik- wyis was me verteld, dat ik te klein was, om den inhoud van het oude meubel te waar- deeren. „Als je groot bent, moog je het zien", zei tante Mary altijd; en dus was ik be nieuwd en verlangend, maar tevergeefs. Ik moest de kracht der jaren bezitten vóór ik de schatten van voorbije glorie mocht zien, die zoo lang begraven hadden gelegen in dat houten graf. Eéns zag ik de verflenste zus ters neergebogen over de kist, samen iets balsemend, naar het my toescheen, in kam fer. Ik draalde uit nieuwsgierigheid, maar werd met een voorwendsel de kamer uitge- knikt. Hoewel de middelen mijner bloedverwan ten verre van ruim waren, werd besloten, dat ik studeeren zou. en zoo kwam ik met tertijd op een naburige hoogeschool Jaren van studie en ontbering in kosthuizen maakten inbreuk op myn gevoel van eigen belangrijkheid als afstammeling van een grooten Engelschman, hoewel alle brieven van de geëerde drie den raad inhielden, dat ik mijzelf respecteeren en de waardigheid der familie hoog houden zou De eerwaar digheid wijkt licht voor den voetbal en an dere lagere bekwaamneden. Het boek des levens gaat in dien tijd open op de vroolijke bladzijden, en de scholierhaakt niet naar teekenen van waardigheid. Ik was negentien toen ik de grauwe hal len van Swiftmouth betrad. Ik noem ze grauw, omdat ze meer dan vijftig jaar ge leden waren gebouwd. Voor mij waren ze buitengewoon grauw, en ik snoof de oud heid op in die stoffige oorden Ik bestu deerde met grooten ernst de wijsheid van het verleden. Helder zag ik ó.e beteekenis van doode mannen en doffe regels, vooral als de eersten langer dan duizend jaar be graven en de laatste in het Griekscb of La tijn opgesteld waren. Ik kreeg eerbied voor koninklijke rijen van doode monarchen, en verlangde er naar, mijn eigen naam, die onder mijn gelijken populair begon te wor den, te kunnen koppelen aan den een of anderen ververwijderden machtige, die met pronk en praal zijn gehoorzaam volk had geregeerd. De kist van mijn tantes verwarde mijn droomen. Nog sluimerde in dat heilig dom het bewijs van onze voornaamheid. „Ik zal", zoo dacht ik, „de volgende va- cantie naar het huis van mijn tantes gaan, om te vernemen, hoe wy aanzienlijk werden, en te ontdekken, waarom zij ons wettig recht op glorie heden ten dage niet lieten gelden. Ik ging naar huis. Tante Patience was nu vo] ongeduld om haar ongeduldigen neef het bewijs voor te leggen, waarnaar hij hun kerde. Maar eerst moest zij den noodigen uitleg geven. Ongetwijfeld waren alle oude familie-documenten en brieven vernietigd in den grooten brand van '98, want er was geen enkel perkament of iets, dat op een adelbrief geleek, te vinden geweest. Maar zij hadden met zorg bewaard, vele jaren lang, een gala-costuum, dat door hun over grootvader gedragen was m Engeland, en ongetwijfeld ook in de Nieuwe Wereld. Die kleeren waren met teederheid verzorgd en behoed, waren zij niet het bewijs, dat hun eigenaar in het leven een trap had in genomen, die maar even lager stond (als hij lager stond) dan het hof van koning George zelf? Kostbare kist, waarin ik spoe dig zou mogen staren! Hoeveel lange jaren door hadden deze liefhebbende dwaze maagden haar nooitdoovende lampen van verwachting en hoop opgehouden bij dit ver eerde oude schrijn. Ik was hu op weg naar het tabernakel van onze grootheid. Ik ging springend de trap op. Wij knielden allen neer voor de goed- geeonserveerde kist; en mijn trotsche tante Patience draaide, op eerbiedige wijze, den sleutel om. Myn hart ik schaam me niet het te bekennen, hoewei' 11 -t veertig jaar geleden is, dat wij vieren knielden, om te zoeken naar familie-glorie mijn hart klopte in mijn keel. Ik stond op 't punt te kijken naar wat het feestgewaad kon zijn van een graaf of een hertog En ik stamde in rechte lyn van den eigenaar af! Het deksel ging omhoog, en de zusters be gonnen de kostbare kleedingstukken te ont rollen, die alle bedolven schenen onder wel riekende kruiden en zalven. De geur van dat binnenste is me tot heden toe bijgebleven en nog verbleek ik bij de herinnering aan dat uur. Met vrome voorzichtigheid werden de kleeren onthuld en eindelijk lag het heele cpstuum uitgespreid voer myn gretige oogen. Lezer, ik ben nu een oud man, en zal niet lang meer wandelen op deze planeet. Maar welke ontzettende schok my nog wachten moge in de jaren van myn neergang, dragen kan ik hem zeker; want ik heb dat tafereel doorleefd en nog besta ik! Toen de kleeren compleet waren uitge spreid, keken alle tantes mij aan. Ik kwam van de hoogeschooi; ik had Burke's adelboek bestudeerd; ik was eens in New York ge weest. Misschien kon ik dadelijk precies den graad van Britschen adel noemen, waartoe dat pak kleeren behoorde. Ik kon het. Ik zag het met één blik. Ik werd rood en bleek. Ik durfde myn arme, bedrogen tantes niet in het gezicht te kijken. „Bij welken stand van den adel behooren die kleedingstukken met de gouden tressen en de groote knoopen?" riepen ze alle drie. „Het is het livrei-ccstuum van een koet sier!" hijgde ik, en huiverend deinsde ik terug. Dien avond, toen de zon onder was, be groeven we die ongelukskleeren in een kuil achter in den tuin. Rust daar eeuwig, ver kreukelde jas, gele kousen, bruine broek en de rest! Reorganisatie economische Rijksdiensten Een adres van Kamers van Koophandel Door de Kamers van Koophandel en Fa brieken voor Rotterdam, Amsterdam, Den Haag en Utrecht is aan den Raad van Mi nisters een uitvoerig adres gezonden be treffende de reorganisatie van economische diensten. Na de bezwaren te hebben samengevat die van verschillende zijden zijn ingebraent tegen de voorgestelde reorganisatie van de afdeeling Handel en Nijverheid van het Departement van Arbeid, H. en N„ betoo- gen adr., dat voor de voorlichting van het bedrijfsleven het meest dienstig is de in stelling van een departement van Econo mische Zaken, aan weiks zorg zoo wel de belangen van handel en nijverheid, als die van landbouw, verkeerswezen en visschery toevertrouwd zijn. Gezien de economische aspecten, welke de behartiging van de so ciale belangen der bevolking heeft, zal ook „Arbeid" in zooverre dus met behoud van den bestaanden toestand, aan het Depar tement van Economische Zaken moeten zijn toevertrouwd. Met de instelling van een Departement van Economische Zaken alléén is echter niet de volledige coördinatie van het econo mische werk der departementen verzekerd. Als belangrijk element voor een coördinatie van departementen dient daarin in de eer ste plaats te worden betrokken de directie van economische zaken, welke met de be hartiging van de handelspolitiek tegenover het buitenland belast is en dus met de eco nomische behoeften des lands terdege be kend dient te zyn, wat thans niet het geval is. Voorts dienen de Ministeries van Kolo niën en van Financiën voor de uitoefening van hun taak ten nauwste bij een derge lijk geregeld interdepartementaal overleg be trokken te zijn, hetwelk omgekeerd door de wetenschap, aan die departementen be schikbaar, telkens gebaat zal worden.' Mocht de instelling van een Departement van Economische Zaken op dit oogenblik op onoverkomelijke moeilijkheden van prac- tischen raad stuiten, dan is de coördinatie van het economische werk der departe menten van algemeen bestuur niet minder dringend. Instelling van een Economischen Raad, mits niet van uitgebreide en zwaarwich tige samenstelling, en voorzien van een des kundig secretariaat, kan voor het adviseeren aan en het voorlichten van de regeering groote beteekenis hebben. De taak van bedoelden Economischen Raad zal omvatten het uitoefenen van toe zicht op en het adviseeren omtrent den voorlichtingsdienst, waartoe een Commissie uit dien Raad met regelmatig toezicht ware te belasten, en zoo mogelijk moet 't secre tariaat van den Raad met de dageiyksche leiding van den voorlichtingsdienst één zijn. Oorzaken en bestrijding der jeugd criminaliteit Op den laatsten dag der „Paedagogische week" werden in den namiddag nog twee algemeene vergaderingen gehouden. Door Prof. mr. W. P. J. Pompe, hoog leeraar in het strafrecht aan de Rijksuni- versiteit te Utrecht, werd een openbare les gegeven over bovengenoemd onderwerp. Spr. verklaarde het geheel der strafwet-' ten niet te willen Omwerken tot een reeks bepalingen tot opvoeding van de misdadi gers. Tusschen criminaliteit onder de jeugd en recidivisten is echter een verband te leggen, want het is gebleken, dat de statistiek der recidive steeg, omdat het gevangeniswezen, de opsluiting van velen by elkaar, bleek on voldoende te zyn om de gestraften tot beterschap te brengen. Ook met het stelsel der celstraf heeft men geen gunstige resultaten gekregen. De gevangenen werden er niet door verbeterd, maar verbitterd. In zijn verder betoog verklaarde spr., dat misdadige kinderen het meest voortkomen uit de arme en armste klasse, hetgeen hy niet schreef op rekening der armoede als zoodanig, doch op de macht der omstan digheden. Voorts behandelde spr. de zorg voor z.g.n. moeilijke kinderen. In de slotvergadering werd door den heer Aug. Bouweraerts, leeraar in de pae- dagogiek te Brussel, een hooggestemde rede gehouden over de ideale zedelijke persoon lijkheid van den onderwijzer. Het slotwoord werd gesproken door mgr. Goossens. Commissaris E. J. Pateer Commissaris E. J. Pateer voor den Justi- tieelen dienst en chef van de Centrale Recherche te Amsterdam, zal half October het politiecorps met pensioen verlaten. De heer Pateer wa, de grondlegger van de dactyloscopie (vinger-afdrukken) bij de po litie hier te lande. Gedurende 34 jaar had commissaris Pateer een succesvolle loopbaan bij de Recherche. De heer Pateer gaat zich te Heemstede vestigen. Enthousiaste ontvangst De Duitsche vliegboot Do X is gisteren om 17.31 uur M. E. T. in de haven van New York aangekomen. De Do X, die gisteren van Norfolk in Vir ginia was vertrokken, arriveerde om 17.15 uur M. E. T. boven de stad New York en vloog eenige malen in groote cirkels over de stad. Daarna zette de vliegboot koers naar de ha ven, waar zij vlot landde. Om 17.10 uur was de Do X voor de eerste maal boven de haven gekomen op zeer ge ringe hoogte. Talrijke militaire- en post vliegtuigen escorteerden de vliegboot. De in de haven liggende schepen lieten hun sirenes loeien. De enthousiaste menigte begroette de vlieg boot met het zwaaien van zakdoeken. Dui zenden en nog eens duizenden hadden zich reeds in de ochtenduren naar de haven be geven om getuige te zyn van de aankomst van den reusachtigen vogel. Een sterke politiemacht zorgde voor de orde. Talryke autoriteiten waren bij de ont vangst aanwezig. Een stedelijk muziekcorps hield er bij de wachtenden den moed in. Aanvankelijk hing een dichte nevel over de haven, doch toen deze optrok werd het ideaal vliegweer. In de haven wemelde het van allerlei soort vliegtuigen. Duizenden hadden zich een plaatsje veroverd in de ko zijnen der wolkenkrabbers. De vliegboot werd het eerst door de toe schouwers opgemerkt, toen zij om 17.04 uur M. E. T. over het Sandyhookeiland vloog. Na boven het Vrijheidsbeeld in de haven, van New York gekruist te hebben zette de Do X koers naar de bovenstad. Om 17.30 verscheen de vliegboot weer bo ven de haven geëscorteerd door talrijke vliegtuigen, waarbij zich ook het luchtschip „Los Angelos" bevond. In precies een mi nuut had de landing plaats. Na de landing begaven de passagiers en de bemanning van de vliegboot zich met een kotter aan land. De Amerikaansche luchtschepenkapitein Schildhauer uitte zich in groote bewondering over de vlucht, die z.i. het bewijs heeft ge leverd, dat met een dergelijke type Oceaan- vluchten te maken zyn. De plaatsvervangende Duitsche consul- generaal, Dr. Schwartz, heette de passagiers en de bemanning hartelijk welkom en wees er op, dat deze vlucht een nieuwen band van vriendschap had gelegd tusschen de volken der Vereenigde Staten en van Duitschland. De „Loc." meldt uit Padang Pandjang: De omgeving van Padang Pandjang wordt den laatsten tyd onveilig gemaakt door en kele tijgers. In kampong Tengah werd een geit meegesleurd en de tyger keerde den vol genden dag terug, drong de woning binnen van den haltechef S.S. en kaapte diens hond. Aan den anderen kant van P. P. werd een koelie van de opnemingsbrigade van den topographischen dienst 's nachts wegge sleept. Na enkele dagen had ook dit cier de brutaliteit terug te keeren en uit de pon dok, waarvan de deur niet geheel gesloten was, een tweeden koelie mee te sleepen. Daar men hier blijkbaar met een man- eater te doen heeft, worden alle pogingen in het werk gesteld, om het dier te vangen, tot dusver echter zonder resultaat. Acht dagen in Hessen en Waldeck voor 118 Mark Het „Verkehrsverband von Hessen und Waldeck" organiseert tochten, die 8 dagen duren en slechts 118 Mark kosten, met in begrip van treinreizen derde klas, auto tochten, nachtverbiyf en volledig pension. De reis begint te Kassei, de hoofdstad van Kurhessen. Den tweeden dag wordt een bezoek gebracht aan de oude Domstad Fritzlar, aan Bad Wildungen, aan de Edel- talsperre en aan Slot Waldeck. Den derden dag staat een bezoek aan Marburg met den Dom en de grafkapel van de Heilige Elisa beth op het programma. Den vierden dag worden uitstapjes in de omstreken van Marburg en in het dal van de Lahn on dernomen. Den vijfden dag bezoekt men het klooster Amöneburg, Alsfelö en de bis schopsstad Fulda, de stad van den Barok stijl. Den zesden dag trekt men naar Gers- feld in de Rhön. Hier wordt het kamp der zeilvliegers op de Wasserkuppe bezocht, alsook de Milseburg en 't klooster der Fran ciscaners op den Kreuzberg. Den zevenden dag gaat de reis over Bad Hersfeld en Eschwege naar het Werra-bad Sooden Allendorf en den achtsten dag brengt men nog een bezoek aan Witzenhausen met zyn koloniale school, aan de burchten Han- stein en Luawigstein en aan Hannoversch Münden, waar de reis eindigt. Men kan zich voor deze tochten aanmelden in de meeste filialen van het „Mitteleuropaisches Reise- büro". Of 52. „Och, help me toch!" smeekte de kluizenaar, „de roovers hebben m'n kluis half leeg geplunderd en straks komen ze terug om de rest te halen." „Laat dat zaakje maar aan mij over," zei Harlekijn. 53. Van de deurmat maakte hy een na gemaakt hoofd van den kluizenaar en toen de roovers terug kwamen, stond de oude ezel van Harlekijn voor 't venster en zag er precies uit als de kluizenaar. 54. Maar toen de roovers in de kluis wilden komen, keerde de ezel zich om en sloeg achteruit! Hoe de roovers te pas kwamen, kan men op het plaatje hier boven zien!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 10