f750.-
f250.-
f125.-
f50.-
f40.-
In Memoriam
Mgr. Prof. Dr. Willem Hubert Nolens
m
I
BUREAUXNASSAULAAN 49
ADVERTENTIEN 35 ct. p. regel
dit nummer bestaat uit drie bladen
VRIJDAG 28 AUGUSTUS 1931
VIER EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 17856
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL
In vredel
Mgr. Prof. Dr. W. H.
Nolens overleden
De laatste oogenblikken
van Mgr. Nolens
De plechtige begrafenis
Levensbijzonderheden
Een foto ynn Mgr. uit zijn jarnmv4s»n.
Het oordeel van politieke
leiders over Mgr. Nolens
VOORNAAMSTE NIEUWS
OOt)
werd aangeboden,
Telefoon No. 13866 (drie ltfnen)
Postrekening No. 5970.
ABONNEMENTEN: voor Haarlem en
Agentschappen: per week 25 ct.; per
kwartaal 3.25; per post, per kwartaal
3.58 b(j vooruitbetaling.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN
TIES. 1—4 regels 60 ct. p. plaatsing;
elke regel meer 15 ct. b(j vooruitbet
Bi) contract belangrijke korting.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
tusschen den tekst 60 ct per regel.
Alle abonné's op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden T ■jllljil
tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen I uUUUi
Levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door
verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen
bij een ongeval met
doodel ijken afloop
bij verlies van een hand
een voet of een oog
bij verlies van een
duim of wijsvinger
bij een breuk van
been of arm
Dij verlies van 'n
anderen vinger
De dood, de niemand en niets ont
ziende dood, die ons welhaast dagelijks
voor de smartelijkste en ongelooflijkste
feiten plaatst, heeft ons thans aange
tast in een allerkostbaarst bezit:
Na een wekenlang hevig lijden, waar
in de laatste dagen door talloos velen
®iet ieder uur, met iedere minuut werd
wonderen, zullen, méér dan wij, zijn
wonder lij k-groote eigenschappen en ver
diensten vermogen te schetsen en te
boekstaven voor al den tijd, die na ons
komt.
Maar tenslotte zijn het ook niet eens
deze vrienden en vertrouwelingen van
den overleden leider, die ons een volledig
MGR. PROP. DR. W. H. NOLENS t
medegeleefd, ïs te Den Haag in den
Heer ontslapen onze Minister van Staat
Mgr. Prof. Dr. Willem Hubert Nolens.
Tot voör betrekkelijk korten tijd was
het slechts aan heel enkele intieme
vrienden bekend, dat het niet goed ging
hiet den grooten leider; wars van alle
sensatie, als Mgr. Nolens steeds was,
heeft hij tot op het laatste oogenblik
zijn ongesteldheid zijn naderend ein
de zelfs voor zijn meest nabije om
geving weten te doen verbergen.
Hoewel reeds zeer ernstig aangetast
hoor de ziekte, welke hem ten grave zou
Voeren, toog hij nog naar Genève, om
dat hij niet ten onrechte meende,
hat zijne tegenwoordigheid aldaar niet
gemist kon worden; maar te Genève, te
midden van zijn belangrijke werkzaam
heid, werd de kwaal hem te machtig:
hij moest de leiding uit handen geven,
hij moest gaan rusten, rusten
Mgr. was vermoeid, oververmoeid.
Dit was trouwens de indruk, die zijn
collega's in de Kamer gedurende de laat
ste periode van zijn verschijnen aldaar
reeds langer te voren hadden gekregen:
Mgr. Nolens was de oude niet meer;
hoewel hij met den geest al het parle
mentair gebeuren bleef volgen, hij
leefde uiterlijk niet meer zoo méé als
voorheen:' hij stapte niet meer veer
krachtig door de zaal, hiér een partij
leider iets influisterend, daar een ka
merlid met 'n enkel woord 'n héél lesje
lezend, met 'n vriend een Limburgsch
gemoedelijk praatje makend om plotse
ling op de regeeringstafel toe te schie
ten om een minister van een, wie weet
hoe belangrijk, advies te dienen; hij
sprong niet meer als geëlectrificeerd
overeind, als een in de Kamer gespro
ken woord hem prikkelde; hij trom
melde niet meer met zijn vingers op den
lessenaar van zijn zetel, wanneer hij zat
te luisteren en na te denken.
Mgr. Nolens, die anders steeds met
Zijn beweeglijkheid de Kamer een leven-
hig aspect verleende en zij het dan
°ok o! zoo bescheiden! leiding gaf
aan de debatten, Mgr. Nolens was stil
geworden, zat in zichzelf gekeerd
Dat is het begin van het einde ge
feest.
En nu staan wij aan het doodsbed van
hen grooten staatsman.
Nog nooit hebben wij ons voor éénige
journalistieke taak zóó beklemd gevoeld
als thans, nu wij aan Mgr. Nolens een
»In Memoriam" moeten wijden:
hoe zouden wij de ontzaglijke be-
teekenis van dezen grooten mensch voor
°hs volk en voor de internationale sa
menleving, vooral voor de Katholieken
van ons land endaarbuiten, kunnen
schetsen! hoe zouden wij hem in onze
bescheiden en sobere dagblad-woorden
kaar de werkelijkheid kunnen waardee-
ren als mensch, als priester, als geleerde,
als staatsman, als partijleider!
Zij, die ham in al deze hoedanigheden
en in nog meerdere van nabij heb
ben mogen kennen en liefhebben en be-
beeld van hem zullen boetseeren:
over figuren, als Mgr. Nolens er een
was, oordeelen geen tijdgenooten, zelfs
niet de meest ingewijde, over een fi
guur als Mgr. Nolens oordeelt de onfeil
bare Tijd zelf.
En nu weten wij bij voorbaat, hoe die
onfeilbare Tijd oordeelen zal.
De eeuwen, die gaan volgen, zullen in
Mgr. Nolens zien en eeren den uiteinde
lijken emancipator van katholiek Ne
derland, die het groote werk van Mgr.
Schaepman voortzette en we mogen
welhaast zeggen voltooide.
Schaepman en Nolens, er zouden
hoogst belangrijke vergelijkende studiën
te schrijven zijn over deze beide groote
figuren, maar het allervoornaamste is,
dat beiden geleefd hebben in den hun
door God aangewezen tijd: de laatste
decennia der vorige eeuw hadden Mgr.
Schaepman noodig, de eerste decen
nia der nieuwe eeuw konden Mgr. No
lens niet missen.
God heeft het zoo beschikt tot heil
van katholiek Nederland, dat ieder van
beiden leefde te juister stonde en den
arbeid verrichtte, welken de katholieken
van Nederland in deze tijdperken be
hoefden.
Maar, hoezeer Mgr. Nolens als priester
natuurlijk allereerst gestreefd heeft naar
de eere Gods en düs naar een christe
lijke, een katholieke staatkunde in Ne
derland, hij heeft héél de natie gediend
als een der besten; en juist door Mgr.
Nolens' optreden is vaak gebleken, hoe
zeer katholiek en nationaal belang pa
rallel loopen.
Men noeme ons één liberaal, één vrij-
zinnig-demokraat, één socialist, één
communist zelfs, die den prachtigen po-
litieken en socialen arbeid van Mgr. No
lens niet met eere moet vermelden.
Van de met ons verwante christelijke
partijmannen behoeven wij in dit ver
band niet eens te gewagen.
In Mgr. Nolens verliest zoowel katho
liek als niet-katholiek Nederland ook een
internationale kracht van bijzondere be-
teekenis; wie zal zijn relaties overne
men? Aan wien zullen zoovele buiten -
landsche grootmachten haar vertrouwen
zóó rijkelijk schenken als aan dezen
eenvoudigen, maar zoo voortreffelijken
diplomaat?
Voor ons, Katholieken van Nederland,
klemt nog méér de vraag: wie zal den
grooten, den onbetwisten partijleider
vervangen? Wie zal Mgr. Nolens in diens
heel bijzondere leiderspositie kunnen
opvolgen?
Laten wij toekomstige zorgen echter
zwijgen bij den rouw van het oogenblik;
scharen wij ons in den geest rondom
de doodssponde van den eminenten pre
laat, die het beste van zichzelf aan de
wereld en vooral aan ons gegeven
heeft, en bidden wij:
Dat hij moge rusten.
Zijne Excellentie, de Doorluchtige en
Hoogeerwaarde heer Monseigneur Prof. Dr.
W. H. Nolens is gisterenavond om 8 uur 20
in het gesticht van den H. Carolus Borro-
meus te 's-Gravenhage zacht en kalm in
den Heer ontslapen.
Rond half vijf was de doodstrijd begon
nen. Behalve eenige eerwaarde Zusters,
waren bjj het sterfbed aanwezig de zeer-
eerwaarde heer L. H. J. Beijsens, pastoor
der parochie van den H. Willibrordus, de
geneesheer dr. L. C. M. Steger en de Twee
de Kamerleden oud-minister Prof. Mr. P. J.
M. Aalberse en oud-minister ir. M. C. E.
Bongaerts.
De „Msb." heeft gisterenavond nog een
onderhoud gehad met pastoor Beysens, in
wiens parochie Mgr. Nolens woonachtig was,
die de biechtvader van Monseigneur is ge
weest en den thans overledene ook de
laatste geestelijke hulp verschafte.
Ik ging er naar toe, aldus deelde de
pastoor mede, toen ik van dokter Steger den
ernst van den toestand vernam. Uit eigen
beweging vroeg Mgr. mij na enkele dagen
terug te komen. Hij wist, dat hij waar
schijnlijk sterven ging en was zich zijn
zware verantwoordelijkheid echt bewust.
Vier Augustus heb ik Mgr. de laatste
H.H. Sacramenten toegediend. Het was nog
wel niet noodig en geschiedde meer uit
voorzorg.
Mgr. heeft de H.H. Sacramenten zeer
stichtelijk ontvangen.
Ik ging eenige dagen naar Lourdes en
toen ik terugkwam, was de bedlegerigheid
voorgoed begonnen. De H. Mis lezen was
Mgr. onmogelijk geworden, maar de H.
Communie ontving hij eiken morgen.
De wetenschap te moeten sterven, viel
Mgr. eerst zwaar, maar hij was op het
laatst tevreden en volkomen onderworpen
aan Gods Heiligen Wil.
Er waren weinig relaties: alleen prof.
Aalberse, ir. Bongaerts en ik hadden voort
durend toegang.
Mgr. las en mediteerde.
De laatste dagen zijn physiek zeer moei
lijk geweest, maar Monseigneur verborg zijn
pijn. Hij wilde er niet over spreken, al
leed hij veel.
Woensdagavond was Mgr. volledig bij
kennis, hoewel hij erg naar was. Ik vroeg
hem of ik hem de H. Absolutie zou geven.
Mgr. knikte
Ik ging heen in de overtuiging, dat ik
den zieke niet levend zou terugzien.
Gistereri'ochtend om zeven uur was ik er
weer en heb Mgr., die volledig bij kennis
was, nog de H. Communie uitgereikt, welke
hij devoot ontving.
Toen ik gisterenavond om half zes kwam,
was de doodstrijd in vollen gang. Deze
heeft lang geduurd. Het sterke lichaam ver
zette zich en ook de pols bleef krachtig.
Totdat langzaam aan het bewustzijn week
en Mgr., toch nog vrij plotseling om 8.20
Uur overleed.
Naar men uit Venlo meldt, zal de plech
tige begrafenis van het stoffelijk overschot
van Mgr. Nolens te Venlo plaats hebben.
Voor de teraardebestelling zal in de St.
Martinuskerk aldaar een plechtige H. Mis
van Requiem worden opgedragen.
Willem Hubert Nolens werd geboren te
Venlo op 7 September 1860. Zijn vastheid
van karakter, nuchter verstand en fierheid
hij hij van zijn hoogvereerden vader ge-
erfd, zijn vroomheid van zijn zeer geliefde
moeder.
De jonge Wiel, zooals ze hem in Venlo
noemden, was een stille jongen, die weinig
deelnam aan de spelen zijner klasgenooten.
en aan wien men niets bijzonders opmerkte,
dan dat hij een hartgrondigen afkeer had
van vleesch-eten, en „een stiefkopf" was.
Te Venlo bezocht hij de lagere school en
vandaar kwam hij in 1870 op de voorberei
dende klasse van de 3-jarige H. B. S.
Zijn medeleerlingen op den 3den cursus
waren: W. Berden, thans pastoor te Affer-
den, P. de Sevaux, als leeraar thans van de
zelfde school gepensionneerd, W. J. van
Terwisga, thans gepensionneerd luitenant-
generaal en P. Schrijnen, als apotheker te
Amsterdam overleden.
Onder de ongeveer 50 leerlingen waren er
zes, die zich tot den Priesterstand geroepen
achtten. Zij leerden Latijn en Grieksch bij
de kapelaans der stad. Zoo Nolens bij kape
laan Mathieu Nijssen.
In 1874 ging hij over naar het College te
Weert, waar hij zich weldra door zijn helder
verstand onderscheidde.
In de jaren 18791880 studeerde hij philo-
sophie in Rolduc, van waaruit hij te Leiden
het Staatsexamen deed.
Mgr. Nolens te midden van het bestuur der R. K. Staatspartij.
Van 1880 tot 1884 studeerde hü in de rech
ten aan de Universiteit te Utrecht. Na het
doctoraal examen in de Rechtswetenschap
bezocht hij van 1884 tot 1887 het Groot-Se
minarie te Roermond. Op 25 Maart 1887 ont
ving hü de H. Priesterwijding. In Februari
1888 werd hij tot professor te Rolduc be
noemd. Twee jaar later 12 Februari 1890
promoveerde hij te Utrecht cum laude op
een proefschrift „De leer van den H. Tho
mas van Aquino over het Recht." Zijn pro
motor was professor De Louter, die dezen
eminenten leerling steeds zijn groote belang
stelling gewoonlijk per briefkaart bleef
betoonen, wanneer eenig belangrijk levens
moment daartoe de aanleiding bood.
Denzelfden dag, dat Mgr. Nolens tot doc
tor in de Staatswetenschappen promoveerde,
verdedigde hij 24 theses, waarmede hij den
titel van doctor in de Rechtswetenschappen
behaalde.
En thans, terugziende op dit leven, mogen
wij met den heer Serrarens constateeren:
„Niet het zoeken naar gewin, niet de zucht
naar invloed, niet het streven naar macht,
bepalen zijn handelingen, maar het bewust
zijn te werken in overeenstemming met de
Christelijke beginselen, met de katholieke be
ginselen, de wet om naar de volle maat zij
ner kracht Gods gebod tot grondwet van de
samenleving te doen maken."
Van 1888 tot 1896 bleef Mgr. Nolens als
professor te Rolduc, in welk laatste jaar
Venlo hem afgevaardigde naar de Tweede
Kamer, welke functie hij vijf en dertig jaren
onafgebroken heeft waargenomen.
In 1909 werd hij benoemd tot Hoogleeraar
in de Arbeidswetgeving aan de Gemeente-
Universiteit te Amsterdam, welken post hij
ongeveer 20 jaar heeft bekleed. Hij nam ten
slotte nog deel als Nederlandsch vertegen
woordiger aan de Internationale Arbeids
wetgeving, woonde in deze hoedanigheid in
1919 de Internationale Arbeidsconferentie te
Washington bij, en werd eenmaal zelfs voor
zitter, n.l, op de 8ste conferentie. De steen-
kolenconferenties deden weer van Mgr. No
lens spreken als van een internationaal poli
ticus. In Augustus 1923 werd hij benoemd
tot minister van Staat, waardoor de overheid
blijk gaf de groote hoedanigheden en presta
ties van dezen priester te eeren. In het begin
van 1930 herdacht Mgr. Nolens den dag, waar
op hij voor 40 jaar zijn beide doctorstitels
behaalde. Maar wars van alle uiterlijk eer
betoon en feestelijkheden hem ter eere, als
Nolens was, werd ook dit feest evenals ver
schillende andere in stilzwijgen voorbijgegaan.
Buiten de reeds genoemde functies bezat Mgr.
Nolens er nog vele andere, zoo was hij o.m.
voorzitter van den Mijnraad, curator van de
Technische Hoogeschool te Delft, voorzitter
van den Werkloosheidsraad en ondervoorzit
ter van den Hoogen Raad van Arbeid. Van
zijn tallooze onderscheidingen noemen wij zijn
benoeming tot Protonotarius apostolicus a.i.p.
en huisprelaat van Z. H. den Paus. Voorts was
hij Commandeur in de orde van den Neder-
landschen Leeuw.
Man van onkreukbaar vertrouwen en on
baatzuchtige persoonlijkheid, was Mgr. No
lens een der merkwaardige figuren uit het
geheele openbare leven. Zijn fijne gesloten
lippen, zijn groote levendige oogen en zijn
innemende glimlach deden direct den diplo
maat in hem vermoeden. Uiterlijk altijd even
kalm en bezadigd, soms bijna den indruk
makend van onbewogen zelfkenner en zelf-
beheerscher, was hij in den grond van zijn
hart een wezenlijk vurig type, een tempera
mentvol mensch. Zijn gesprekken waren
meestal droog, maar daarom geenszins ont
bloot van geest en humor; misschien lag
daarin de reden, waarom Mgr. Nolens onder
de diplomaten ook zoozeer gezien was. Dik
wijls werd hij voorgesteld als iemand, die in
het geheel geen gevoelen zou hebben; niets
was minder juist dan dat, omdat de diplo
maat zijn gevoelens wel vaak moet en wil ver
bergen, maar deze daarom nog niet mist.
Mgr. Nolens heeft het van zichzelf bekend,
toen hem op den partijdag bij het herdenken
van den dood van Mgr. van de Wetering, een
persoonlijken vriend van hem, de stem stokte
in de keel. „Tegen mijn gewoonte in zoo
verontschuldigde zich de voorzitter van den
partijraad ben ik uiterlijk wat aangedaan.
En dan, wie herinnert zich niet die aardige
situatie, welke zich eenigen tijd geleden
voordeed op een diner van diplomaten. Een
buitenlandsche gezant, die te Den Haag zijn
regeering vertegenwoordigt, sprak de disch-
genooten toe, maar zocht op een gegeven
oogenblik naar het juiste woord. Mgr. No
lens, een buurman van den spreker, souf
fleerde „wetenschappen", waarop de gezant
met een vriendelijke buiging zeide: „Dank
je, mijn jongen": men kan zich voorstellen
'de hilariteit, welke toen onder het corps di
plomatique heerschte en.... den lach van
Mgr. Nolens.
Mgr. Nolens, de typische staatsman, zoo'n
markant Nederlandsch politicus, was vóór
alles democraat. Op de eerste plaats was het
Mgr. Nolens erom te doen, de sociaal-econo
mische toestanden te toetsen aan de natuur
lijke zedenleer en de waarheden, welke aan
de menschen geopenbaard zijn door Christus.
Hij zocht naar de wegen, welke konden lei
den tot de verwezenlijking van die zuivere
harmonie. Hij zocht de ruimte van de Chris
tus-boodschap te brengen in de maatschap
pelijke verhoudingen. In zijn functie van re-
geeringsafgevaardigde voor de verschillende
arbeidszaken en conferenties, genoot hij ten
volle het vertrouwen van de overheid. Iets
merkwaardigs voor zijn persoon, iets teeke-
nends en verheffends tevens was, dat men
hem zelden of nooit een beperkte opdracht
medegaf; hij was immers volkomen onafhan
kelijk en had een haat gezworen aan de ver-
sehijiende instructies, welke steeds aan de
verschillende gedelegeerden worden medege
geven.
Dat de regeering zulk een standpunt te
genover hem aannam, was overigens niet te
verwonderen, daar hij een uitnemend des
kundige was in arbeidszaken en niet alleen
binnen onze grenzen, maar ook daarbuiten,
den roep had van een bekwaam geleerde te
zijn inzake de kennis van het internationaal
arbeidsrecht.
Dr. Franke schreef in het bekende week
blad: „Sociale praxis": „Nolens een hooge ka
tholieke geestelijke, leider van de katholieke
partij in Nederland, is een veteraan in de
Internationale arbeids-bescherming."
Ter gelegenheid van Mgr. Nolens' 70sten
verjaardag op 7 September 1930 wijdde „De
Maasbode" een extra-pagina aan den thans
ontslapen staatsman.
De leiders der grootste fracties in de
Tweede Kamer verleenden daarbij hun me
dewerking.
Zoo schreef de heer dr. H. Colijn, voor
zitter der Anti-Revolutionnaii'e fractie o.m.:
Dr. H. Colijn.
Niet alles wat de 100 uitverkorenen des
volks plegen te zeggen, is even belangrijk,
en toch moet het worden aangehoord en
verwerkt, omdat ook het op zichzelf min
gewichtige belangrijk kan zijn door de be-,
teekenis, die een bepaalde politieke groep aan
de woorden van dien spreker "verbindt.
Dat geldt hu wel van alle fractie-leiders,
maar niet allen ondergaan die taak op de
zelfde wijze. Er zijn er die opvallend op
merkzaam zijn, er is er maar één-dia-zijne
opmerkzaamheid beoefent zonder het te la
ten merken, die meestal, schijnbaar zonder
veel interesse, rustig op een der achterste
banken aan de rechterzijde zit en wien niet
temin niets van belang ontgaat Voeg daarbij
den langen staat van dienst van Monseigneur
nagenoeg 34 jaar onafgebroken Kamerlid
en ge hebt reeds genoeg om te beseffen, dat
ge niet meer te doen hebt met één van de
honderd.
Toch mag men hierbij niet blijven staan,
want de werkelijke beteekenis van Dr. No
lens wordt er niet door bepaald. Die gaat
ver boven deze uiterlijk waarneembare din
gen uit.
Reeds het leiderschap der sterkste Kamer
fractie stempelt hem pp zichzelf tot de in
vloedrijkste figuur in ons staatkundig leven.
Dat zou zelfs zoo zijn, indien Dr. Nolens niet
ware die hij is. Immers, regeeren in parle
mentairen zin is in Nederland niet mogelijk
zonder medewerking van de Roomsch-Katho-
lieke fractie; noch ook kan eer Kabinet zich
de weelde veroorloven het bewind te voeren
in een anti-Roomschen "in. En dat alleen
reeds maakt den leider dier fractie tot een
figuur, waarmee onder alle omstandigheden
te rekenen valt.
Maar als zulk een leider dan bovendien
waarlijk leider is, en daaraan twijfelt in
dit geval wel niemand dan is het dui
delijk, dat hij in de politieke constellatie
tot een centrale figuur wordt.
Van zulk een positie een gematigd ge
bruik te maken, verheft iemand tot den rang
van Staatsman in den dieperen zin van het
woord.
De tijd van meer nauwe samenwerking
Mgr. Prof. dr. W. H. Nolens is gisteren
avond overleden.
(blz. 1, 1ste blad)
Het drama te Zuidbroek.
(blz. 1, 2de blad)
Amerikaansch crediet aan Engeland.
(blz. 1, 3de blad)
De nieuwe Hongaarsche regeering heeft
zich aan het parlement voorgesteld.
(blz. 1, 3de blad)
..De Pruisische Landdag zal bijeengeroepen
worden.
(blz. 1, 3de blad)
De opstandelingen in Portugal zouden
eenig succes behaald hebben.
(blz. 1, 3de blad)
Groote bezuiniging in Beieren.
(blz. 1, 3de blad)
Bij een zwaren brand in Italië zijn 200
huizen en barakken verwoest.
(blz. 1, 3de blad)
Door de credietcommissie van de Europee-
sche commissie uit den Volkenbond is rap
port uitgebracht over den internationalen
financieelen toestand.
(blz. 1, 3de blad)
De Limburgsche wielrenner M. Vluggen
doodgereden.
(blz. 2, 3de blad)
Moord te Maastricht?
(blz. 2, 3de blad)
Drama te 's-Hertogenbosch.
(blz. 2, 3de blad)
De DO X is te New-York aangekomen.
(blz. 2, 3de blad)
tusschen de groepen der rechterzijde ligt nu
al eenige jaren achter ons en de persoon
lijke aanrakingen zijn daarom niet meer ge
heel van denzelfden aard als voorheen. In
dezen zin dan, dat onderlinge besprekingen
en overleg over zaken den laatsten tijd niet
meer plegen voor te komen. Toen ze nog
plaats vonden, was dat overleg niet altijd
even gemakkelijk. In hooge mate voorzich
tig, placht Dr. Nolens zich niet spoedig vast
te leggen. Maar had hjj zich uitgesproken,
dan wist men ook waar men aan toe was.
En was er een enkele maal een Dlotselinge
sen op het eerste gezicht soms onverklaar
bare koerswijziging, ik denk hier b.v. aan
het voorstel de behandeling der indertijd
door mij ingediende militiewet tot een later
tijdstip te verschuiven dan bleek achter
af, dat deze doorzout parlementariër daar
mee de zaak zelve had gediend. Zoo zouden
er nog wel meer voorbeelden zijn aan te
voeren, die alle echter naast verandering
tevens van beter inzicht hebben getuigd.
Mannén 'van zooveel rijpe ervaring en zoo
veel inzicht in de psychologie van de Kamer
zijn voor elk parlement van onschatbare
waarde.
Ir. J. W. Albarda.
Aan het oordeel van ir. J. W. Albarda,
voorzitter van de fractie der S. D. A. P.,
ontleenen wij het volgende:
Socialisme is het staatkundig werk van Dr.
Nolens niet geworden. Naar mime overtui
ging zou hij in een ander politiek milieu
krachtig en volhardend aan socialistische
staatkunde hebben kunnen medewerken. De
Katholieke Staatspartij, met haar veelkleu
rige samenstelling, bood hem daartoe geen
gelegenheid. Haar eenheid en geslotenheid
ging hem steeds boven alles. Ter wille
daarvan legde hij zich vaak en veel zelfbe
dwang op. Socialistische politiek kon zij niet
verdragen. Maar zoover zij maar tot social*
politiek te bewegen was. bewoog de heer
Nolens haar. Niemand kon twijfelen aan
de diepte van overtuiging, waaruit zijn so
ciale politiek voortspruit, noch aan haar
oprechtheid.
Hierdoor heeft Dr. Nolens ieders achting
verworven, ook die van zijn tegenstanders,
die achting geldt niet alleen zijn werk, maar
ook zijn persoon.
Mr. H. P. Marchant.
En mr. H. P. Marchant, voorzitter van de
Vrijzinnig-Democratische fractie, schreef o.a.:
Mgr. Nolens by zijn borstbeeld, dat hem ter gelegenheid van zijn 40-jarig priesterfeest