^Binnenlandsch Nieuws
Gemengd cdGieuws
THERMOGENE
DE GRAPJAS HARLEKIJN
Voor de Huiskamer
jjjtelj
De economische krisis
De toekomst van Oss
De regeering en onze
industrie
LUCHTVAART
ONZE OOST
FINANCIEN
Een avontuur in den trein
Inbrekers op heeterdaad betrapt
RADIO-NIEUWS
HOEST, GRIEP, RHEUMATIEK,
STEKEN IN DE ZIJDE, PUN
IN DE LENDENEN ETC
Harlekijn s ongelukkig geschenk aan het kamermeisje
De Algemeene R. K. Werkgevers-
vereeniging vraagt maatregelen
De Algemeene R. K. Werkgeversvereenl-
ging heeft een adres betreffende de econo
mische krisis aan den voorzitter van den
ministerraad verzonder, waarin er op
wordt aangedrongen, met den meesten spoed
maatregelen te nemen, die er toe kunnen
leiden, dat de toch reeds beierde toestand
van vele industrietakken, niet tot een cata
strophe zal worden.
Zou zoo wordt in het adres gezegd
ook zonder den val van het pond sterling,
de werkloosheid in de komende winter
maanden tot groote bezorgdheid aanleiding
moeten geven, nu door de daling der waarde
van het pond sterling de exportmogelijk
heden der Nederlandsche industrie, zoowel
op de Engelsche markt ais op al die mark
ten, waar Nederland het Engelsche pro
duct als concurrent ontmoet, wederom sterk
zijn ingekrompen en bovendien het Neder
landsche afzetgebied door de Engelsche
valuta-dumping wordt bedreigd, thans zien
wij de toekomst zóó duister in, dat alleen
door diep ingrijpende maatregelen het erg
ste kan worden voorkomen.
Het zal onnoodig zijn de economische ge
volgen van het loslaten van de goudbasis
van het Engelsche pond voor ons land uit
voerig uiteen te 2etten. Kort samengevat
staat het prijsgeven van den gouden
standaard voor de Engelsche industrie ge
lijk met een loonsverlaging, een verhoogd
invoerrecht en een uitvoerpremie van tel
kens ongeveer 20 pet
Wij achten de mogelijkheid volstrekt niet
Uitgesloten, dat bovendien binnenkort de
bestaande invoerrechten op industrieele
producten in Engeland zullen worden ver
hoogd en dat nieuwe invoerrechten zullen
worden ingesteld.
Wat het verlies van een deel van het
Britsche afzetgebied zou beteekenen, wordt
het best aangetoond door er op te wijzen,
dat voor 't jaar 1930 Enge'and met 22.28 pet.
van het totaal Nederlandsch export-bedrag
als nummer één op de lijst der afnemende
landen voorkwam.
Door het veldwinnend protectionisme in
de geheele wereld, is het behoud van het
Engelsche afzetgebied voor Nederland een
levenskwestie geworden.
Naar ons oordeel zal om versenlllende
redenen de politiek van Nederland er op
gericht moeten zijn, terstond maatregelen
te nemen, die het mogelijk maken, den in
voer van een aantal industrieele producten
te houden binnen normale perken. Wij
koestren namelijk de gegronde vrees, dat
niet alleen de export-industrie van Enge
land, maar ock die van een groot aantal
andere landen haar oog zal laten vallen
op het eenige land, dat zijn grenzen vrij
wel onbeschermd heeft gelaten: Nederland.
Een dergelijke politiek van afweer zal
naar onze meening in de allereerste
plaats ten goede komen aan het behoud der
sterk Ingekrompen werkgelegenheid, terwijl
het verwaarloozen van deze politiek nood
zakelijk tot gevolg moet hebben, dat de
toch reeds zoo zwaar door de werkloos
heid getroffen arbeidersbevolking nog ver
der naar het pauperisme zal worden ge
voerd.
De vermindering der koopkracht, die hier
van te vreezen is, zal bovendien niet na
laten een ongunstigen invloed uit te oefenen
op andere takken van volksbestaan.
Uit het overzicht van in- en uitvoer
blijkt, dat gedurende de eerste acht maan
den van dit jaar onze handelsbalans met
een bedrag van 402 millioen gulden passief
stond.
Wordt aan de regeering verzocht, door
uitvoering van een breed opgezet werkplan
ons land uit zijn netelige positie te ver
lossen, vóór alles acht de Algemeene R.K.
Werkgeversvereniging noodlg, dat de status
quo, wat den invoer betreft, gehandhaafd
blijft.
Het meest geSigende middel daartoe lijkt
ons zegt het adres dat de regeering
als noodmaatregel zich door de wetgeven
de macht ae bevoegdheid doet toekennen,
om den invoer van bepaalde producten te
binden aan een contingent, waardoor een
overstrooming van de Nederlandsche markt
worde voorkomen. Tegen dit meest drei
gende gevaar dient terstond een dam ie
worden opgeworpen.
Wij stellen ons voor, dat de uitvoering
▼an dit contingeerlngsplan het beste ge
goten kan worden in den vorm, die bij het
dusgenoemde „Schoenenwetje" is gekozen.
Het tijdelijk karakter van dezen noodmaat
regel, zou aldus op den voorgrond komen
te staan.
Wij herhalen, dat deze noodmaatregel oo
zichzelf onvoldoende is, om de levensbe
langen van ons volk te beschermen en dat
een complex van maatregelen noodlg zal
zijn, om het proces van aanpassing, waar
voor ook ons land zich gesteld ziet, door te
voeren; doch vóór alles is het noodlg de
industrie te behoeden voor de onmiddellijk
dreigende zeer ernstige gevaren.
Alleen de margarinefabriek wordt
stilgelegd
In verband met de in de pers verschenen
berichten omtrent sluiting van de fabrieken
der N.V. H. Hartog's Fabrieken te Oss,
deelt de directie van het Unilever-concern
(waarvan Hartog's Fabrieken deel uitma
ken) het volgende mede:
De bedoelde berichten zijn in zooverre
onjuist als zij den indruk wekken alsof
het geheele complex van bedrijven van
bedrijven van Hartog's Fabrieken binnen
kort zou worden gesloten. Het besluit tot
stillegging betreft alleen de door Hartog's
Fabrieken te Oss gedreven margarinefabriek
en heeft geen betrekking op de slachterijen
en vetfabrieken der genoemde firma; de
twee laatste zullen, zoo mogelijk met ver
hoogde capaciteit, in bedrijf worden ge
houden. De directie vertrouwt, dat by deze
afdeelingen en daarvan afhankelijke be-
dryven te Oss circa 600 werklieden en em-
ployé's te werk gesteld zullen biyven. De
onafwendbare noodzakelijkheid van het
besluit om over te gaan tot stellegging van
de margarinefabriek te Oss (die voor een
belangryk deel voor de Engelsche markt
werkt) is, behalve in den ingrijpenden in
vloed, die de daling van het Pond op dit
exportbedrijf uitoefenr,, gelegen in het dage
lijks groeiende verzet, dat ln Engeland door
een stelselmatige propaganda wordt gewekt
tegen het koopen van buitenlandsche pro
ducten, die evengoed in ingeland kunnen
worden vervaardigd, waardoor de verkoop
van Nederlandsche margarine daar te lande
ernstig wordt bedreigd. De directie van
Unilever heeft daarom, ten einde onher
stelbare schade af .e wenden, zeer tot haar
leedwezen moeten besluiten om de productie
van de margarinefabriek te Oss naar haar
Engelsche fabrieken te verleggen, zy be
treurt deze stillegging, welke zy heeft
trachten te vermyden totdat de volstrek+e
noodzakeiykheid er van was gebleken, in
hooge mate en streeft er naar, alles te doen,
wat in haar vermogen is om zoowel door
beperking van het aantal personen, die door
de sluiting zullen worden getroffen, als door
een ruime tegemoetkoming aan hen, wier
ontslag onvermijdeiyk zal blijken te zijn,
de gevolgen van het besluit zooveel moge-
ïyk te verzachten.
Een loos gerucht
Het Nederlandsch Correspondentiebureau
te Den Haag meldt;
Ons kwam ter oore, dat gistermiddag te
Amsterdam het gerucht liep, dat Minister
De Geer zou afreden en dr. Coiyn in zyn
plaats zou treden.
Uit de beste bron kunnen wy met de
meeste stelligheid mededeelen, dat dit
gerucht eiken grondslag mist.
Een initiatief van de Rijkscommissie
voor werkverruiming
De Minister van Staat, minister van
Binnenlandsche Zaken en Landbouw heeft
gisteren in tegenwoordigheid van den mi
nister van Arbeid, Handel en Nyverheid,
een deputatie uit de Rykscommissie v.
Werkverruiming ontvangen. Deze deputatie,
bestaande uit de heeren C. Zaalberg, direc
teur-generaal van den Arbeid, waarnemend
voorzitter, dr. Vos, dr. Kortenhorst, secre
taris van de Algemeene R. K. Werkgevers-
vereeniging en F. van der Walle, 2en voor
zitter van het Ned. Verbond van Vakver-
eenigingen, heeft uiteengezet, dat de com
missie het op prys zou stellen, indien onder
leiding van de regeering, zoo spoedig moge-
lyk een bijeenkomst werd belegd met ver
tegenwoordigers van werkgevers- en werk
nemersorganisaties, ten einde in gemeen
overleg na te gaan, wat in deze tyden kan
worden gedaan om het bedryfsleven voor
verdere inzinking te behoeden.
De Regeering toonde haar volle sympa
thie voor dit denkbeeld en zegde toe, reed3
tegen Maandag as. de bedoelde bespreking
te zullen houden.
Nieuw voorstel omtrent het
Leidsche Stadhuis
In overeenstemming met de wenschen
van den minister
B. en W. van Lelden hebben by de com
missie voor fabricage ingediend het voorste!
betreffende den Leidschen stadhuisbouw,
welk voorstel op 19 dezer in den raad zal
worden behandeld. Het is geheel in over
eenstemming gebracht met de wenschen,
zooals de minister van Onderwys, K. en W.
die in zyn bekende schrijven heeft gefor
muleerd. Het voorstel luidt dan ook het
nieuwe stadhuis te doen bouwen op de
plaats van het oude, met behoud van den
ouden gevel, zoonoodig met uitbreiding aan
den kant van de Korenbeurssteeg.
Tevens houdt het in enkele architecten
uit te noodigen een ontwerp te maken.
Kingsford Smith te Londen
Klngsford Smith kwam gisteravond om
17.38 uur op het vliegveld Heston by Londen
aan. Hiermede heeft hy de laatste étappe van
zyn vlucht Australië—Engeland, van Rome
naar Londen, volbracht, zyn poging om het
record van Molliaon te verbeteren is echter
mislukt.
Het wrak van de „New York" gezien
Een Oanadeesche vlieger heeft op een zy-
ner onderzoekingsvluchten aan de kust naby
Cobequid (Nieuw Schotland) het wrak van
het catapultvliegtulg „New York", dat sedert
Dinsdag j.L vermist werd, ontdekt. Boven
dien heeft de vlieger het lijk van een der
beide inzittenden zien dry ven, terwijl hy ook
nog een postzak op het water heeft zien
liggen.
Het ongeluk te Sanga-Sanga
De terreinleiding beschuldigd
Het „Soer. Hbl." ontving hoogst ernstige
mededeelingen van een ooggetuige van het
ongeluk te Sanga-Sanga, die de terreinlei
ding beschuldigt van onkunde. Na de eerste
overkoking van de tank en het daarby ge
constateerde levensgevaar, werden ander
maal velen met het blusschingswerk belast,
hetgeen oorzaak van den dood van zes per
sonen genoemd wordt. Ook zou het prikkel
draad om het terrein, waarop de brandende
tanks stonden, onvoldoende zijn opgeruimd,
waardoor by het ongeval een zeventigtal
blusschers niet spoedig kon uitwyken. By de
eerste overkoking is de heer Ringeling nau
welijks aan den dood ontsnapt. Hy werd
deswege gefeliciteerd door de terreinleiding,
die daarna, ondanks de waarschuwingen van
geroutineerden, andermaal het blusschings
werk gelastte instede van de tank te laten
uitbranden. Het blad dringt aan op een
spoedig onderzoek door de Justitie.
Ontvluchte geïnterneerden door
Papoea's opgegeten?
Het „Soer. Hbl." verneemt uit Nieuw-
Guinea, dat de Inlandsche bestuursassistent
van Okaba, die op Frederik Hendrik-eiland
patrouilleerde, bericht ontving, dat de in
1927 onder leiding van Daglan ontvluchte
communisten door Papoea's zyn opgegeten.
Een militaire patrouille onder luitenant Ma
res vond bij de monding van de Kawarga
verschillende artikelen, die vroeger in het
bezit waren van de ontvluchten, waaronder
een koperen naaidoos, waarvan het bekend
is, dat deze vroeger in het bezit is geweest
van de echtgenoote van Daglan.
Bezoek van Minister Reynaud
Galadiner te Buitenzorg
De Fransche minister van Koloniën Paul
Reynaud bezocht met zijn gevolg het museum
van het Bataviaasch Genootschap voor Kun
sten en Wetenschappen. Professor van Kan
toastte op het welslagen van de reis, waarna
minister Reynaud antwoordde met een woord
van hulde aan den wetensehappelijken ar
beid, welke in Ned.-Indië wordt verricht,
„welke ver buiten zyn grenzen bekendheid
heeft verkregen". Vervolgens werd in het
naastgelegen gebouw van het Fransche con
sulaat een receptie gehouden. Daarna vertrok
de minister per auto naar Buitenzorg, waar
een galadiner plaats vond. ,Aan dit diner
werd van Fransche zijde deelgenomen door
minister Paul Reynaud met mevrouw en
dochter en gevolg. De Gouverneur-Generaal,
mevr. de Jonge en beide freules ontvingen op
ongedwongen wijze de beperkte schare gasten
onder wie de heeren Bodenhausen, Osten,
Meijer Ranneft, Gerke en de plaatselijke
Buitenzorgsche autoriteiten. Na heildronken
op den president der Fransche republiek en
Koningin Wilhelmina hield de heer De Jonge
een redevoering, waarin hij herinnerde aan
de ontmoeting met den heer Reynaud, welke
kortelings te Parys plaats vond. Z. E. ein
digde met den heer Reynaud en zijn gezel
schap een goede reis te wenschen.
Minister Reynaud drukte in zijn zeer har
telijk antwoord zijn verheugenis uit over
zijn bezoek aan deze landen, welker beheer
nu reeds hooge bewondering en diep respect
inboezemt. „Vous êtes professeurs en matiére
de colonisation".
Goudzendingen naar Frankrijk
Uit Amsterdam 4658 K.G.
De goudzendingen voor de Bank van
Frankrijk en voor andere groote Fransche
bankinstellingen, die na den val van het
pond sterling weer in grooten omvang ge
schieden, blijven nog steeds vortgang vin
den. Nadat de „Europa" Maandag meer dan
250 K.G. goud te Cherbourg had afgeleverd,
arriveerden eergisteren op Le Bourget per
vliegtuig 4658 K.G. goud uit Amsterdam.
De „Aquitania" had gisteren eveneens 267
K.G. goud voor de Bank van Frankrijk aan
boord en nog een hoeveelheid voor een Zwit-
sersche bank.
Het was ln hooge mate gewenscht, dat
niemand anders de coupé binnen zou ko
men en ten einde eventueele aanstaande
mede-passagiers af te schrikken, leunde de
jongeman uit het raampje en keek met een
vyandigen blik in de oogen het perron af.
Doch deze voorzorgsmaatregel was over
bodig, daar de lange trein slechts half vol
was en toen hy eindeiyk vertrokken was, kon
hy met een zucht van verlichting in de kus
sens terugzinken. Niemand dan het meisje
en hy! Zeker, er dreigde nog wel eenig ge
vaar van de zijde van den corridor, maar
de weinige reizigers in aanmerking genomen,
was de kans op ongewenscht bezoek van dien
kant niet zoo heel groot.
Alleen het meisje en hy! Over zijn lectuur
heen keek hij tersluiks naar haar. Ze las,
net als hy, een tijdschrift, dat hij goed ken
de en bewonderde. Dat die allerliefste bruine
oogen erin verdiept waren, beschouwde hij
als een bevestiging van zijn veronderstelling,
dat er een soort innerlijke verwantschap
tusschen hen beiden bestond. Maar ja, hoe
bracht hy daar het gesprek op!
Ten laatste haalde hij z'n sigarettenkoker
te voorschijn, hield dezen zijn bekooriyke
reisgenoote voor en vroeg, tevergeefs trach
tend zyn stem onverschillig te laten klinken:
„Wilt u rooken?"
Het meisje keek den jongeman ernstig
aan; daarna schonk ze hem een glimlachje,
dat betooverend en uitdagend beide was.
„Neen, dank u," zei ze toen.
„Hindert 't u, als Ik het wel doe?"
„In 't geheel niet."
Opnieuw ging het tijdschrift omhoog als
een bolwerk, waarachter ze haar gezicht ver
schanste en opnieuw keek de jongeman naar
de koeien en schapen, die als een oneindige
kudde aan zijn oog voorbijgleden. Aanknoo-
pingspunt No. 1 had dus tot niets geleid.
Een gloeierig gevoel op zyn wangen bracht
den jongeman op een nieuw Idee. „Hebt u
er bezwaar tegen, als we het raampje open
zetten?" vroeg hij.
Het meisje dacht even na. „Ik voor my,"
antwoordde ze dan, „ik ben er altijd voor,
het raampje open te hebben."
„O, juist."
„Hoe meer frissche lucht we krijgen, hoe
bei er vind Ik," voegde ze er genadig aan toe.
„Ja, dat ben ik absoluut met u eens."
Maar daarmee was het weer uit; aanknoo-
pingspunt No. 2 bleek eveneens te falen.
Een kwartier lang peinsde hy over een
nieuw middel om het kennismakingspro
bleem op te lossen; toen deed zich geheel
onverwacht door het biykbare Ingrijpen van
hoogere machten, die daarvoor de hulp van
de London Midland Scot'.lsh Spoorweg-
maatschappy hadden ingeroepen, opnieuw
een gelegenheid voor. Een schok.... het
tydschrift, dat losjes door de slanke, bruine
vingers van het meisje werd vastgehouden,
viel op den stoffigen vloer. Oogenblikkeltjk
bukte de jongeman zich om het tydschrift
op te rapen. Het was zóó gevallen, dat nij
den titel van het verhaal, dat het meisje
aan het lezen was, kon zien: „Een avontuur
in den Trein", door Adrian Hunter Forest.
De jongeman nam zich den tijd om zorg
vuldig het stof van het tijdschrift te verwij
deren en de seconden, die hy voor dit nut
tige werk gebruikt had, waren goed besteed
geweest, want hy had het langgezochte mid
del tot contact gevonden.
Met een beleefd buiginkje gaf hij het boek
terug.
„Dank u vriendeiyk," zei het meisje, niet
zónder welwillendheid.
„En.hm.... ik hoops dat u 't my niet
kwalyk neemt, dat ik geen gesprek met u
begin, maar 't is werkelijk een byzondere
gewaarwording, weet u, als je iemand Je
eigen verhaaltjes ziet lezen."
„Wat zegt u?" Ze was nu een en al aan
dacht.
„Ik kon het niet helpen, dat ik toevallig
den titel zag van het verhaaltje, dat u aan
't lezen was en het interesseerde me, omdat
ik het geschreven heb."
„Heusch?"
„Ja," hy glimlachte bescheiden, alsof hij
zich verontschuldigde, „ja, ziet uik ben
Adrian Hunter Forest."
Één ondeelbaar oogenblik keek het jonce
meisje hem met beleefd ongeloof aan; toen
nam ze haar lorgnet af en zei enthousiast:
„Maar dat is buitengewoon interessant! Het
is werkelijk iets sensationeels om met een
echten schryver in levenden ïyve in aanra
king te komen."
„Och, dat weet ik zoo niet
„O, absoluut! En vooral den schrijver van
dit verhaal!"
„Stond het u nogal aan'"
„Ik vind het geweldig ln één woord. Maar
vertelt u my eens, hoe verzint u zoo iets
eigeniyk.... d&t Interesseert me zoo buiten
gewoon."
„Ach, dat gaat vanzelf. Als je 's morgens
wakker wordt, ontdek je, dat je weer stof
voor een nieuw verhaal hebt."
„Maar zeg u eens," vroeg ze toen weer
ze had de snoezige gewoonte om eiken zin
met een vleiend, verrukt uithaaltje te be
ginnen „zegt u nu eens, hoe kwam u aan
de inspiratie voor dit verhaal?"
„O, dit...."
„Ja ik vraag dat, omdat het, wonderlijk
genoeg, over een jongeman en een meisje
gaat, die in een spoorweg-coupé met elkaar
in kennis komen. Ik zou er toch zoo graag
wat meer van willen wetén. Volgens myn
leekenoordeel is het buitengewoon goed."
„Ik ben blij, dat u er zoo'n gunstige opinie
over hebt; ik denk, dat dit komt, omdat er
iets van de werkelijkheid aan ten grondslag
ligt."
„De werkelijkheid is soms wonderlijker
dan de stoutste fantasie."
„Dat ben ik volkomen met u eens. Neem
bijvoorbeeld nu dit verhaaltje eens. Niet,
dat ik over mijn persooniyke omstandighe
den wil spreken...."
„Neen, gaat u alstublieft door."
„Och, het Is eigenlijk niet de moeite
waard, 't is een oude, eenvoudige geschiede
nis; de meeste tragedies zynweet u
Het werd gezegd op den vagen toon van
iemand, die veel leed heeft ervarenhu
keek peinzend voor zich uit, den blik uit de
wakkere bruine oogen vermijdend. Toen
volgde een fatalistisch schouderophalen en
een meesterlijk-geslaagde cynische trek om
de lippenalles om een atmosfeer van
tragedie te suggereerenzooiets als een
belofte van schoonheid en liefde, die door
het meedoogenlooze leven vernietigd was.
Zonder oponthoud daverde de trein langs
tevreden grazende koeien en schapen, langs
welvarende boerderijen, langs bosschen en
bouwland, langs dorpen en kleine steden,
door stations en over spoorbruggen, zonder
dat hun opgewekt gesprek inzinking ver
toonde of uitdoofde in verveling. Zelfs eenige
regels poëzie werden op het juiste moment
aangehaald!
Doch aan al deze heeriykheid kwam een
einde, toen de grauwe huizenblokken van
Londen aan hun oog begonnen voorbij te
trekken en de trein weldra met een krij-
schend geknars van remmen, dat de jonge
man ln de ooren klonk als 't wreede dood
vonnis over een schoonen droom in
Easton-Station stopte.
„Het is zoo vriendelijk van u geweest, mij
op deze manier te laten spreken; het heeft
mij werkeiyk goed gedaan," zei hy dank
baar.
„Neen, neen, de dank is geheel aan my,"
antwoordde het meisje in beleefd protest.
„Ik heb nog nooit zoo'n intéressanten en
onderhoudenden reisgenoot gehad."
„Mag ik een taxi voor u roepen?" vroeg de
jongeman, toen zy op het perron stonden.
„Ik ben bang, dat mijn wagen er nog niet is.
Ik werd met een lateren trein verwacht."
„Neen, dank u vriendeluk. Ik loop liever.
Ik heb dikwyis het gevoel, dat ik me niet
voldoende amuseer en het rechte levensge
not mis, als Ik niet ga wandelen. Vaarwel."
„Vaarwel. Een tragisch woord, nietwaar."
De jongeman bleef het meisje blootshoofds
nakijken, tot zy in het gewoel der menigte
verdwenen was; toen ging hij naar het
station van den ondergrondschen spoorweg.
Twintig minuten later trad hij het kantoor
binnen van een groote firma in onroerende
goederen.
„Zoo, Maybrick, ben je daar?" begroette
hem een snauwende stem. „Heb je die trans
actie in Birmingham behooriyk afgehan
deld.?"
„Ja, meneer," antwoondde de jongeman
eerbiedig.
„Nu, kijk deze stukken dan eens door en
maak er zoo spoedig mogelijk een uittreksel
van."
„Ik zal er voor zorgen, meneer."
De jongeman zette zich aan zyn bureau en
boog zich over den stapel papieren, die hem
toegeworpen werd. Maar het eerste oogen
blik zag hy niets van hun inhoud. Wy leven
nu eenmaal zooals hijzelf nog geen uur
geleden tegen het charmante meisje met de
bruine oogen had opgemerkt in onze
droomen.
En op hetzelfde moment liep dat meisje
op een rustig plein in de buurt van Fleet
Street en stapte daar het journalistiek-rom-
melige bureau binnen van een vriendeiyk-
joviaal man met 'n bril op.
„Morgen, juffrouw Johnston," begroette
hij haar opgewekt, „gaat u zitten. Wij zijn
bijzonder ingenomen met die kleine ver
halen van u, vooral die u onder het pseudo
niem Adrian Hunter Forest schryft. Wan
neer kunnen we er weer een van u verwach
ten?"
Het jonge meisje keek peinzend uit het
raam naar buiten en glimlachte toen. „Ik
geloof," zei ze, „dat ik inspiratie heb voor
een nieuw."
De debacle van de Kamper Bank
Een plaatselijke ramp
De correspondent van 't „Hdbd." te Kam
pen schrijft:
Nu de eerste paniek voorbij is en kalmer
bezinning teruggekeerd, blijkt eerst recht
welke fatale gevolgen de déb&cle van de
Kamper Bank annex Boaz-Spaarbank heeft
voor een groot deel der burgerij. Tot oordee-
len zeer bevoegde zijde is van meening, dat
Kampen vele jaren van herstel zal behoeven
om dezen slag te boven te komen. Buiten
de menigte van veelal kleine Boaz-spaarders,
die van hun kapitaaltje werden beroofd
met bitter weinig kans er een noemenswaar
dig deel van terug te zien, blijkt het aan
tal slachtoffers uit den neringdrüvenden
middenstand ontstellend groot, zoodat zon
der overdrijving moet worden gesproken van
een plaatselijke ramp.
Er heeft zich hier een commissie van no
tabelen gevormd, met het doel een fonds te
vormen, waaruit de armste en meest gedu
peerde spaarders eer.ige vergoeding zullen
kunnen bekomen.
Dinsdagavond heeft de plaatselijke ver
eeniging „Handel en Nijverheid" in de Stads-
Gehoorzaal een openbare samenkomst be
legd van belanghebbenden, welke druk be
zocht was. ZU had ten doel van gedachten
te wisselen over pogingen tot leniging van
veler oogenblikkelijke of in de naaste toe
komst dreigende nooden. Doch by deze be
sprekingen bleek, hoezeer de belangen van
crediteuren en debiteuren met elkander in
strüd zijn. Eerstgenoemden drongen aan op
een actie ter verkrijging' van uitstel ten aan
zien van de te hunnen laste loopende vor
deringen, waartegenover uit spaarderskrin
gen werd betoogd, dat aan de positieve be
langen van beroofde bezitters voorrang moet
worden gegeven boven de negatieve belan
gen van hen, die worden aangesproken voor
opgenomen credieten, waarna van de andere
zijde weer werd in het licht gesteld, dat ook
de belangen der spaarders er door zouden
geschaad worden, wanneer tot afslachting
van meer crediteuren zou worden overge
gaan.
Ten slotte is een gemengde commissie be
noemd, welke met rechtskundigen bijstand
zou werkzaam zijn in het belang van alle
gedupeerden.
Hooge temperatuur op 6 October
Sedert 6 Augustus niet zoo warm als op
6 October
De filiaal-inrichting van het Kon. Ned.
Meteorologisch Instituut te Amsterdam be
richt:
Dinsdagmiddag 6 October werd in den
Hortus Botanicus een temperatuur waarge
nomen van 22 gr. C„ hetgeen voor den
tyd van het jaar zeer hoog is en een maxi
mum sinds de waarnemingen daar in 1923
zijn begonnen. Het is intusschen vroeger
warmer geweest. Dit biykt uit de waarne
mingen aan de filiaal-inrichting sinds 1886
verricht. Op den toren van de Inrichting
werd 6 Oct. '31 20 gr. 5 C. afgelezen. Die
temperatuur is overtroffen 8 October 1900
(22 gr. 6), 9 October 1908 (21 gr. 0) en 10
October 1921 (23 gr. 0)de getallen tus
schen haakjes geven de aflezingen in den
toren aan.
In 1930 werd in den Hortus op 17 October
nog 21 gr. 0 afgelezen.
Als staaltje hoe koud het is geweest ge
durende de laatste weken, diene, dat het
sedert 6 Augustus '31 niet meer zoo warm
is geweest op den 6en October.
Het drama te Wateringen
Begrafenis van de belde slachtoffertjes
Gistermorgen heeft op de algemeene be
graafplaats te Wateringen de teraardebestel
ling plaats gehad van de twee kinderen die
daar op zoo droeve wyze om het leven zyn
gekomen.
Precies om half elf uur naderde de kleine
stoet bestaande uit drie kapwagens, de be
graafplaats.
Onder de zeer talrijke aanwezigen waren
de vader, familieleden, burgemeester A. J.
Verhoeven, ds. B. C. Verhagen en de heer
van den Heuvel, hoofdinspecteur van politie
afd. C. te Den Haag.
De baar, waarop de twee verzegelde kistjes
waren geplaatst, werd grafwaarts gedragen
door leden van de Ghr. Jongelingen vereeni
ging.
Toen de beide kistjes in het graf waren
neergelaten nam ds. Verhagen het woord.
Welk mensch, zoo zeide hy ongeveer, staat
niet diep bewogen en ontzet by dit grafje
van twee jonge kinderen, die op zoo vër-
schrikkeiyke wyze in hun slaap om het leven
zijn gebracht. Diep medeiyden hebben we
met den bedroefden vader, diep medeiyden
ook met de moeder. Wie zal zeggen welk een
strüd zü heeft gestredeh alvorens zy tot deze
waanzinnige daad Is overgegaan. Hier kun
nen we alleen de handen opheffen en bidden
tot God en Hem vragen, dat Hü deze ouders
wil helpen en troosten.
Burgemeester Verhoeven sprak, zichtbaar
ontroerd, namens de geheele gemeente en
kele woorden van hartelüke deelneming met
dit smarteiyk verlies. Nadat daarop nog de
heer Ouwerling, hoofd der Chr. school het
woord had gevoerd heeft de heer P. Jan-
knegt, patroon van den vader, namens de
familie dank gebracht voor de belangstelling.
In de armen der politie geloopen
Gisternacht om half een bemerkte een
voorbijganger dat er licht brandde in het
thans onbewoonde landgoed Dennenheuvel
aan den Bredaschen Weg te Tilburg. Hü
waarschuwde een in de nabijheid wonenden
agent van politie en samen gingen zü op in
spectie uit. Ze bemerkten dat een tweetal
Inbrekers met een kaarsje en een zaklantaarn
het landhuis aan het doorsnuffelen waren.
Reeds lag het een en ander bijeengepakt. De
agent belde aan en waarschijniyk in hun
verbouwereerdheid openden de inbrekers de
deur en liepen de politie in de armen, die
hen zonder moeite arresteerde. Het bleken te
zijn zekere H. J. uit Rotterdam en W. v. L.
uit Pijnacker. Door het verbreken van een
ruit hadden ze zich toegang tot het land
huis verschaft.
Ze zijn ter beschikking van den officier
van Justitie gesteld.
Man verdronken
Bij het verdrinken van een rat
Gisterenmorgen te ongeveer zes uur is P.
V., caféhouder te Sluiskil, bü het verdrinken
van een rat ln het kanaal, zelf te water ge
raakt en verdronken, zyn lük werd een half
uur later opgehaald.
De man was 62 jaar oud, gehuwd en vader
van twee kinderen.
Matroos verdronken
Op de Marinewerf te Den Helder raakte
gisterochtend de 23-jarige matroos-seiner le
kl. W. de Wit te water, toen hij van een
vaartuig een lijn aan wal wilde werpen. HÜ
verdween onder het vaartuig. Onmiddeliyk
werd met dreggen begonnen, terwül zün hel
per zich te water begaf. Eerst na verloop
van ongeveer acht minuten slaagde men er
ln den drenkeling boven te brengen, doch
de dokter van het Marine-Hospitaal kon
toen al niet anders dan den dood constatee-
ren. Het slachtoffer was ongehuwd.
Haarwasschen met benzine!
Dinsdagmiddag had mej. T. P. de G., te
Ouderkerk a. d. Amstel de onvoorzichtig
heid het haar te wasschen met benzine,
terwijl een gasfornuis brandde. Het gevolg
van een en ander was, dat op een gegeven
moment de benzinedampen en daardoor
ook het haar der onvoorzichtige dame, vlam
vatten. Zü had de tegenwoordigheid van
geest een natten handdoek te grijpen en
dezen over het hoofd te slaan, zoodat het
vuur doofde. Zij bekwam echter zoodanige
verwondingen, dat zij onmiddeliyk naar
een ziekeninrichting moest worden overge
bracht.
Een Nederlandsch Radio-Jaarboek
Evenals in Engeland jaarlijks het B. B. C -
Vearbook en in Duitschland het Rundfunk-
Jahrbuch verschünen, zal te beginnen met
1932 voor ons land een Radio-Jaarboek wor
den uitgegeven.
De inhoud zal bestaan uit:
a. Wetenschappelük en populair gestelde
artikelen met betrekking tot de radio.
b. Een overzicht van de organisatie van
den radio-omroep bü het Rük en de vereeni-
gingen en de belangrijkste gebeurtenissen
daarvan in het laatste jaar.
c. Gegevens, in hoofdzaak technische, voor
de luisteraars e.a. van belang.
De samenstelling van het Jaarboek ge
schiedt met medewerking van autoriteiten in
de radio-wereld, door den heer E. P. Weber,
secretaris van den Radio-raad. Uitgever Is de
heer A. J. G. Strengholt te Amsterdam.
wekt warmte op en bestrijdt
De Thermogène wordt als een gewoon vel
watten op de huid gelegd. Met voordeel ver
vangt ze papverbanden. mosterdpleisters.
Ilnlmenten, trekpleisters, en andere koude-
verdrijvende middelen, waarvan ze wel de
voordeden, doch niet de nadeelen bezit.
Bij apothekers en drogisten.
Heelt doos 75 et Halve doos 45 cL
Eischt Hollandsche verpakking. t
T*—r—mwiiiiiui ibi ■i—firMTiw
■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■IJ ■■■«■■■■■■aillari
m
157. Het aardige kamermeisje der prin
ses was jarig en Harlekün schreef haar
een verjaringsbrief. „Ik stuur je hierbü
een roos voor elk jaar dat je oud bent."
Dit schreef hij haar ln z'n brief.
158. Daarna ging hy naar den tuinman,
een van z'n beste vrienden, en vroeg
hem den brief aan het kamermeisje te
zenden met negentien van z'n mooiste
rozen.
159. Maar de tuinman meende z'n
vriend een groot genoegen te doen, ais
hy het kamermeisje negen en vijftig
rozen zond. De jarige was natuuriyk
woedend en riep Harlekijn toe: „Hoe krüg
je het in je hoofd te denken, dat ik
negen en vijftig jaar ben?"