^Binnenlandsch Nieuws Gemengd cdGieuws THERMOGENE DE GRAPJAS HARLEKIJN Voor de Huiskamer jjjtelj De economische krisis De toekomst van Oss De regeering en onze industrie LUCHTVAART ONZE OOST FINANCIEN Een avontuur in den trein Inbrekers op heeterdaad betrapt RADIO-NIEUWS HOEST, GRIEP, RHEUMATIEK, STEKEN IN DE ZIJDE, PUN IN DE LENDENEN ETC Harlekijn s ongelukkig geschenk aan het kamermeisje De Algemeene R. K. Werkgevers- vereeniging vraagt maatregelen De Algemeene R. K. Werkgeversvereenl- ging heeft een adres betreffende de econo mische krisis aan den voorzitter van den ministerraad verzonder, waarin er op wordt aangedrongen, met den meesten spoed maatregelen te nemen, die er toe kunnen leiden, dat de toch reeds beierde toestand van vele industrietakken, niet tot een cata strophe zal worden. Zou zoo wordt in het adres gezegd ook zonder den val van het pond sterling, de werkloosheid in de komende winter maanden tot groote bezorgdheid aanleiding moeten geven, nu door de daling der waarde van het pond sterling de exportmogelijk heden der Nederlandsche industrie, zoowel op de Engelsche markt ais op al die mark ten, waar Nederland het Engelsche pro duct als concurrent ontmoet, wederom sterk zijn ingekrompen en bovendien het Neder landsche afzetgebied door de Engelsche valuta-dumping wordt bedreigd, thans zien wij de toekomst zóó duister in, dat alleen door diep ingrijpende maatregelen het erg ste kan worden voorkomen. Het zal onnoodig zijn de economische ge volgen van het loslaten van de goudbasis van het Engelsche pond voor ons land uit voerig uiteen te 2etten. Kort samengevat staat het prijsgeven van den gouden standaard voor de Engelsche industrie ge lijk met een loonsverlaging, een verhoogd invoerrecht en een uitvoerpremie van tel kens ongeveer 20 pet Wij achten de mogelijkheid volstrekt niet Uitgesloten, dat bovendien binnenkort de bestaande invoerrechten op industrieele producten in Engeland zullen worden ver hoogd en dat nieuwe invoerrechten zullen worden ingesteld. Wat het verlies van een deel van het Britsche afzetgebied zou beteekenen, wordt het best aangetoond door er op te wijzen, dat voor 't jaar 1930 Enge'and met 22.28 pet. van het totaal Nederlandsch export-bedrag als nummer één op de lijst der afnemende landen voorkwam. Door het veldwinnend protectionisme in de geheele wereld, is het behoud van het Engelsche afzetgebied voor Nederland een levenskwestie geworden. Naar ons oordeel zal om versenlllende redenen de politiek van Nederland er op gericht moeten zijn, terstond maatregelen te nemen, die het mogelijk maken, den in voer van een aantal industrieele producten te houden binnen normale perken. Wij koestren namelijk de gegronde vrees, dat niet alleen de export-industrie van Enge land, maar ock die van een groot aantal andere landen haar oog zal laten vallen op het eenige land, dat zijn grenzen vrij wel onbeschermd heeft gelaten: Nederland. Een dergelijke politiek van afweer zal naar onze meening in de allereerste plaats ten goede komen aan het behoud der sterk Ingekrompen werkgelegenheid, terwijl het verwaarloozen van deze politiek nood zakelijk tot gevolg moet hebben, dat de toch reeds zoo zwaar door de werkloos heid getroffen arbeidersbevolking nog ver der naar het pauperisme zal worden ge voerd. De vermindering der koopkracht, die hier van te vreezen is, zal bovendien niet na laten een ongunstigen invloed uit te oefenen op andere takken van volksbestaan. Uit het overzicht van in- en uitvoer blijkt, dat gedurende de eerste acht maan den van dit jaar onze handelsbalans met een bedrag van 402 millioen gulden passief stond. Wordt aan de regeering verzocht, door uitvoering van een breed opgezet werkplan ons land uit zijn netelige positie te ver lossen, vóór alles acht de Algemeene R.K. Werkgeversvereniging noodlg, dat de status quo, wat den invoer betreft, gehandhaafd blijft. Het meest geSigende middel daartoe lijkt ons zegt het adres dat de regeering als noodmaatregel zich door de wetgeven de macht ae bevoegdheid doet toekennen, om den invoer van bepaalde producten te binden aan een contingent, waardoor een overstrooming van de Nederlandsche markt worde voorkomen. Tegen dit meest drei gende gevaar dient terstond een dam ie worden opgeworpen. Wij stellen ons voor, dat de uitvoering ▼an dit contingeerlngsplan het beste ge goten kan worden in den vorm, die bij het dusgenoemde „Schoenenwetje" is gekozen. Het tijdelijk karakter van dezen noodmaat regel, zou aldus op den voorgrond komen te staan. Wij herhalen, dat deze noodmaatregel oo zichzelf onvoldoende is, om de levensbe langen van ons volk te beschermen en dat een complex van maatregelen noodlg zal zijn, om het proces van aanpassing, waar voor ook ons land zich gesteld ziet, door te voeren; doch vóór alles is het noodlg de industrie te behoeden voor de onmiddellijk dreigende zeer ernstige gevaren. Alleen de margarinefabriek wordt stilgelegd In verband met de in de pers verschenen berichten omtrent sluiting van de fabrieken der N.V. H. Hartog's Fabrieken te Oss, deelt de directie van het Unilever-concern (waarvan Hartog's Fabrieken deel uitma ken) het volgende mede: De bedoelde berichten zijn in zooverre onjuist als zij den indruk wekken alsof het geheele complex van bedrijven van bedrijven van Hartog's Fabrieken binnen kort zou worden gesloten. Het besluit tot stillegging betreft alleen de door Hartog's Fabrieken te Oss gedreven margarinefabriek en heeft geen betrekking op de slachterijen en vetfabrieken der genoemde firma; de twee laatste zullen, zoo mogelijk met ver hoogde capaciteit, in bedrijf worden ge houden. De directie vertrouwt, dat by deze afdeelingen en daarvan afhankelijke be- dryven te Oss circa 600 werklieden en em- ployé's te werk gesteld zullen biyven. De onafwendbare noodzakelijkheid van het besluit om over te gaan tot stellegging van de margarinefabriek te Oss (die voor een belangryk deel voor de Engelsche markt werkt) is, behalve in den ingrijpenden in vloed, die de daling van het Pond op dit exportbedrijf uitoefenr,, gelegen in het dage lijks groeiende verzet, dat ln Engeland door een stelselmatige propaganda wordt gewekt tegen het koopen van buitenlandsche pro ducten, die evengoed in ingeland kunnen worden vervaardigd, waardoor de verkoop van Nederlandsche margarine daar te lande ernstig wordt bedreigd. De directie van Unilever heeft daarom, ten einde onher stelbare schade af .e wenden, zeer tot haar leedwezen moeten besluiten om de productie van de margarinefabriek te Oss naar haar Engelsche fabrieken te verleggen, zy be treurt deze stillegging, welke zy heeft trachten te vermyden totdat de volstrek+e noodzakeiykheid er van was gebleken, in hooge mate en streeft er naar, alles te doen, wat in haar vermogen is om zoowel door beperking van het aantal personen, die door de sluiting zullen worden getroffen, als door een ruime tegemoetkoming aan hen, wier ontslag onvermijdeiyk zal blijken te zijn, de gevolgen van het besluit zooveel moge- ïyk te verzachten. Een loos gerucht Het Nederlandsch Correspondentiebureau te Den Haag meldt; Ons kwam ter oore, dat gistermiddag te Amsterdam het gerucht liep, dat Minister De Geer zou afreden en dr. Coiyn in zyn plaats zou treden. Uit de beste bron kunnen wy met de meeste stelligheid mededeelen, dat dit gerucht eiken grondslag mist. Een initiatief van de Rijkscommissie voor werkverruiming De Minister van Staat, minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw heeft gisteren in tegenwoordigheid van den mi nister van Arbeid, Handel en Nyverheid, een deputatie uit de Rykscommissie v. Werkverruiming ontvangen. Deze deputatie, bestaande uit de heeren C. Zaalberg, direc teur-generaal van den Arbeid, waarnemend voorzitter, dr. Vos, dr. Kortenhorst, secre taris van de Algemeene R. K. Werkgevers- vereeniging en F. van der Walle, 2en voor zitter van het Ned. Verbond van Vakver- eenigingen, heeft uiteengezet, dat de com missie het op prys zou stellen, indien onder leiding van de regeering, zoo spoedig moge- lyk een bijeenkomst werd belegd met ver tegenwoordigers van werkgevers- en werk nemersorganisaties, ten einde in gemeen overleg na te gaan, wat in deze tyden kan worden gedaan om het bedryfsleven voor verdere inzinking te behoeden. De Regeering toonde haar volle sympa thie voor dit denkbeeld en zegde toe, reed3 tegen Maandag as. de bedoelde bespreking te zullen houden. Nieuw voorstel omtrent het Leidsche Stadhuis In overeenstemming met de wenschen van den minister B. en W. van Lelden hebben by de com missie voor fabricage ingediend het voorste! betreffende den Leidschen stadhuisbouw, welk voorstel op 19 dezer in den raad zal worden behandeld. Het is geheel in over eenstemming gebracht met de wenschen, zooals de minister van Onderwys, K. en W. die in zyn bekende schrijven heeft gefor muleerd. Het voorstel luidt dan ook het nieuwe stadhuis te doen bouwen op de plaats van het oude, met behoud van den ouden gevel, zoonoodig met uitbreiding aan den kant van de Korenbeurssteeg. Tevens houdt het in enkele architecten uit te noodigen een ontwerp te maken. Kingsford Smith te Londen Klngsford Smith kwam gisteravond om 17.38 uur op het vliegveld Heston by Londen aan. Hiermede heeft hy de laatste étappe van zyn vlucht Australië—Engeland, van Rome naar Londen, volbracht, zyn poging om het record van Molliaon te verbeteren is echter mislukt. Het wrak van de „New York" gezien Een Oanadeesche vlieger heeft op een zy- ner onderzoekingsvluchten aan de kust naby Cobequid (Nieuw Schotland) het wrak van het catapultvliegtulg „New York", dat sedert Dinsdag j.L vermist werd, ontdekt. Boven dien heeft de vlieger het lijk van een der beide inzittenden zien dry ven, terwijl hy ook nog een postzak op het water heeft zien liggen. Het ongeluk te Sanga-Sanga De terreinleiding beschuldigd Het „Soer. Hbl." ontving hoogst ernstige mededeelingen van een ooggetuige van het ongeluk te Sanga-Sanga, die de terreinlei ding beschuldigt van onkunde. Na de eerste overkoking van de tank en het daarby ge constateerde levensgevaar, werden ander maal velen met het blusschingswerk belast, hetgeen oorzaak van den dood van zes per sonen genoemd wordt. Ook zou het prikkel draad om het terrein, waarop de brandende tanks stonden, onvoldoende zijn opgeruimd, waardoor by het ongeval een zeventigtal blusschers niet spoedig kon uitwyken. By de eerste overkoking is de heer Ringeling nau welijks aan den dood ontsnapt. Hy werd deswege gefeliciteerd door de terreinleiding, die daarna, ondanks de waarschuwingen van geroutineerden, andermaal het blusschings werk gelastte instede van de tank te laten uitbranden. Het blad dringt aan op een spoedig onderzoek door de Justitie. Ontvluchte geïnterneerden door Papoea's opgegeten? Het „Soer. Hbl." verneemt uit Nieuw- Guinea, dat de Inlandsche bestuursassistent van Okaba, die op Frederik Hendrik-eiland patrouilleerde, bericht ontving, dat de in 1927 onder leiding van Daglan ontvluchte communisten door Papoea's zyn opgegeten. Een militaire patrouille onder luitenant Ma res vond bij de monding van de Kawarga verschillende artikelen, die vroeger in het bezit waren van de ontvluchten, waaronder een koperen naaidoos, waarvan het bekend is, dat deze vroeger in het bezit is geweest van de echtgenoote van Daglan. Bezoek van Minister Reynaud Galadiner te Buitenzorg De Fransche minister van Koloniën Paul Reynaud bezocht met zijn gevolg het museum van het Bataviaasch Genootschap voor Kun sten en Wetenschappen. Professor van Kan toastte op het welslagen van de reis, waarna minister Reynaud antwoordde met een woord van hulde aan den wetensehappelijken ar beid, welke in Ned.-Indië wordt verricht, „welke ver buiten zyn grenzen bekendheid heeft verkregen". Vervolgens werd in het naastgelegen gebouw van het Fransche con sulaat een receptie gehouden. Daarna vertrok de minister per auto naar Buitenzorg, waar een galadiner plaats vond. ,Aan dit diner werd van Fransche zijde deelgenomen door minister Paul Reynaud met mevrouw en dochter en gevolg. De Gouverneur-Generaal, mevr. de Jonge en beide freules ontvingen op ongedwongen wijze de beperkte schare gasten onder wie de heeren Bodenhausen, Osten, Meijer Ranneft, Gerke en de plaatselijke Buitenzorgsche autoriteiten. Na heildronken op den president der Fransche republiek en Koningin Wilhelmina hield de heer De Jonge een redevoering, waarin hij herinnerde aan de ontmoeting met den heer Reynaud, welke kortelings te Parys plaats vond. Z. E. ein digde met den heer Reynaud en zijn gezel schap een goede reis te wenschen. Minister Reynaud drukte in zijn zeer har telijk antwoord zijn verheugenis uit over zijn bezoek aan deze landen, welker beheer nu reeds hooge bewondering en diep respect inboezemt. „Vous êtes professeurs en matiére de colonisation". Goudzendingen naar Frankrijk Uit Amsterdam 4658 K.G. De goudzendingen voor de Bank van Frankrijk en voor andere groote Fransche bankinstellingen, die na den val van het pond sterling weer in grooten omvang ge schieden, blijven nog steeds vortgang vin den. Nadat de „Europa" Maandag meer dan 250 K.G. goud te Cherbourg had afgeleverd, arriveerden eergisteren op Le Bourget per vliegtuig 4658 K.G. goud uit Amsterdam. De „Aquitania" had gisteren eveneens 267 K.G. goud voor de Bank van Frankrijk aan boord en nog een hoeveelheid voor een Zwit- sersche bank. Het was ln hooge mate gewenscht, dat niemand anders de coupé binnen zou ko men en ten einde eventueele aanstaande mede-passagiers af te schrikken, leunde de jongeman uit het raampje en keek met een vyandigen blik in de oogen het perron af. Doch deze voorzorgsmaatregel was over bodig, daar de lange trein slechts half vol was en toen hy eindeiyk vertrokken was, kon hy met een zucht van verlichting in de kus sens terugzinken. Niemand dan het meisje en hy! Zeker, er dreigde nog wel eenig ge vaar van de zijde van den corridor, maar de weinige reizigers in aanmerking genomen, was de kans op ongewenscht bezoek van dien kant niet zoo heel groot. Alleen het meisje en hy! Over zijn lectuur heen keek hij tersluiks naar haar. Ze las, net als hy, een tijdschrift, dat hij goed ken de en bewonderde. Dat die allerliefste bruine oogen erin verdiept waren, beschouwde hij als een bevestiging van zijn veronderstelling, dat er een soort innerlijke verwantschap tusschen hen beiden bestond. Maar ja, hoe bracht hy daar het gesprek op! Ten laatste haalde hij z'n sigarettenkoker te voorschijn, hield dezen zijn bekooriyke reisgenoote voor en vroeg, tevergeefs trach tend zyn stem onverschillig te laten klinken: „Wilt u rooken?" Het meisje keek den jongeman ernstig aan; daarna schonk ze hem een glimlachje, dat betooverend en uitdagend beide was. „Neen, dank u," zei ze toen. „Hindert 't u, als Ik het wel doe?" „In 't geheel niet." Opnieuw ging het tijdschrift omhoog als een bolwerk, waarachter ze haar gezicht ver schanste en opnieuw keek de jongeman naar de koeien en schapen, die als een oneindige kudde aan zijn oog voorbijgleden. Aanknoo- pingspunt No. 1 had dus tot niets geleid. Een gloeierig gevoel op zyn wangen bracht den jongeman op een nieuw Idee. „Hebt u er bezwaar tegen, als we het raampje open zetten?" vroeg hij. Het meisje dacht even na. „Ik voor my," antwoordde ze dan, „ik ben er altijd voor, het raampje open te hebben." „O, juist." „Hoe meer frissche lucht we krijgen, hoe bei er vind Ik," voegde ze er genadig aan toe. „Ja, dat ben ik absoluut met u eens." Maar daarmee was het weer uit; aanknoo- pingspunt No. 2 bleek eveneens te falen. Een kwartier lang peinsde hy over een nieuw middel om het kennismakingspro bleem op te lossen; toen deed zich geheel onverwacht door het biykbare Ingrijpen van hoogere machten, die daarvoor de hulp van de London Midland Scot'.lsh Spoorweg- maatschappy hadden ingeroepen, opnieuw een gelegenheid voor. Een schok.... het tydschrift, dat losjes door de slanke, bruine vingers van het meisje werd vastgehouden, viel op den stoffigen vloer. Oogenblikkeltjk bukte de jongeman zich om het tydschrift op te rapen. Het was zóó gevallen, dat nij den titel van het verhaal, dat het meisje aan het lezen was, kon zien: „Een avontuur in den Trein", door Adrian Hunter Forest. De jongeman nam zich den tijd om zorg vuldig het stof van het tijdschrift te verwij deren en de seconden, die hy voor dit nut tige werk gebruikt had, waren goed besteed geweest, want hy had het langgezochte mid del tot contact gevonden. Met een beleefd buiginkje gaf hij het boek terug. „Dank u vriendeiyk," zei het meisje, niet zónder welwillendheid. „En.hm.... ik hoops dat u 't my niet kwalyk neemt, dat ik geen gesprek met u begin, maar 't is werkelijk een byzondere gewaarwording, weet u, als je iemand Je eigen verhaaltjes ziet lezen." „Wat zegt u?" Ze was nu een en al aan dacht. „Ik kon het niet helpen, dat ik toevallig den titel zag van het verhaaltje, dat u aan 't lezen was en het interesseerde me, omdat ik het geschreven heb." „Heusch?" „Ja," hy glimlachte bescheiden, alsof hij zich verontschuldigde, „ja, ziet uik ben Adrian Hunter Forest." Één ondeelbaar oogenblik keek het jonce meisje hem met beleefd ongeloof aan; toen nam ze haar lorgnet af en zei enthousiast: „Maar dat is buitengewoon interessant! Het is werkelijk iets sensationeels om met een echten schryver in levenden ïyve in aanra king te komen." „Och, dat weet ik zoo niet „O, absoluut! En vooral den schrijver van dit verhaal!" „Stond het u nogal aan'" „Ik vind het geweldig ln één woord. Maar vertelt u my eens, hoe verzint u zoo iets eigeniyk.... d&t Interesseert me zoo buiten gewoon." „Ach, dat gaat vanzelf. Als je 's morgens wakker wordt, ontdek je, dat je weer stof voor een nieuw verhaal hebt." „Maar zeg u eens," vroeg ze toen weer ze had de snoezige gewoonte om eiken zin met een vleiend, verrukt uithaaltje te be ginnen „zegt u nu eens, hoe kwam u aan de inspiratie voor dit verhaal?" „O, dit...." „Ja ik vraag dat, omdat het, wonderlijk genoeg, over een jongeman en een meisje gaat, die in een spoorweg-coupé met elkaar in kennis komen. Ik zou er toch zoo graag wat meer van willen wetén. Volgens myn leekenoordeel is het buitengewoon goed." „Ik ben blij, dat u er zoo'n gunstige opinie over hebt; ik denk, dat dit komt, omdat er iets van de werkelijkheid aan ten grondslag ligt." „De werkelijkheid is soms wonderlijker dan de stoutste fantasie." „Dat ben ik volkomen met u eens. Neem bijvoorbeeld nu dit verhaaltje eens. Niet, dat ik over mijn persooniyke omstandighe den wil spreken...." „Neen, gaat u alstublieft door." „Och, het Is eigenlijk niet de moeite waard, 't is een oude, eenvoudige geschiede nis; de meeste tragedies zynweet u Het werd gezegd op den vagen toon van iemand, die veel leed heeft ervarenhu keek peinzend voor zich uit, den blik uit de wakkere bruine oogen vermijdend. Toen volgde een fatalistisch schouderophalen en een meesterlijk-geslaagde cynische trek om de lippenalles om een atmosfeer van tragedie te suggereerenzooiets als een belofte van schoonheid en liefde, die door het meedoogenlooze leven vernietigd was. Zonder oponthoud daverde de trein langs tevreden grazende koeien en schapen, langs welvarende boerderijen, langs bosschen en bouwland, langs dorpen en kleine steden, door stations en over spoorbruggen, zonder dat hun opgewekt gesprek inzinking ver toonde of uitdoofde in verveling. Zelfs eenige regels poëzie werden op het juiste moment aangehaald! Doch aan al deze heeriykheid kwam een einde, toen de grauwe huizenblokken van Londen aan hun oog begonnen voorbij te trekken en de trein weldra met een krij- schend geknars van remmen, dat de jonge man ln de ooren klonk als 't wreede dood vonnis over een schoonen droom in Easton-Station stopte. „Het is zoo vriendelijk van u geweest, mij op deze manier te laten spreken; het heeft mij werkeiyk goed gedaan," zei hy dank baar. „Neen, neen, de dank is geheel aan my," antwoordde het meisje in beleefd protest. „Ik heb nog nooit zoo'n intéressanten en onderhoudenden reisgenoot gehad." „Mag ik een taxi voor u roepen?" vroeg de jongeman, toen zy op het perron stonden. „Ik ben bang, dat mijn wagen er nog niet is. Ik werd met een lateren trein verwacht." „Neen, dank u vriendeluk. Ik loop liever. Ik heb dikwyis het gevoel, dat ik me niet voldoende amuseer en het rechte levensge not mis, als Ik niet ga wandelen. Vaarwel." „Vaarwel. Een tragisch woord, nietwaar." De jongeman bleef het meisje blootshoofds nakijken, tot zy in het gewoel der menigte verdwenen was; toen ging hij naar het station van den ondergrondschen spoorweg. Twintig minuten later trad hij het kantoor binnen van een groote firma in onroerende goederen. „Zoo, Maybrick, ben je daar?" begroette hem een snauwende stem. „Heb je die trans actie in Birmingham behooriyk afgehan deld.?" „Ja, meneer," antwoondde de jongeman eerbiedig. „Nu, kijk deze stukken dan eens door en maak er zoo spoedig mogelijk een uittreksel van." „Ik zal er voor zorgen, meneer." De jongeman zette zich aan zyn bureau en boog zich over den stapel papieren, die hem toegeworpen werd. Maar het eerste oogen blik zag hy niets van hun inhoud. Wy leven nu eenmaal zooals hijzelf nog geen uur geleden tegen het charmante meisje met de bruine oogen had opgemerkt in onze droomen. En op hetzelfde moment liep dat meisje op een rustig plein in de buurt van Fleet Street en stapte daar het journalistiek-rom- melige bureau binnen van een vriendeiyk- joviaal man met 'n bril op. „Morgen, juffrouw Johnston," begroette hij haar opgewekt, „gaat u zitten. Wij zijn bijzonder ingenomen met die kleine ver halen van u, vooral die u onder het pseudo niem Adrian Hunter Forest schryft. Wan neer kunnen we er weer een van u verwach ten?" Het jonge meisje keek peinzend uit het raam naar buiten en glimlachte toen. „Ik geloof," zei ze, „dat ik inspiratie heb voor een nieuw." De debacle van de Kamper Bank Een plaatselijke ramp De correspondent van 't „Hdbd." te Kam pen schrijft: Nu de eerste paniek voorbij is en kalmer bezinning teruggekeerd, blijkt eerst recht welke fatale gevolgen de déb&cle van de Kamper Bank annex Boaz-Spaarbank heeft voor een groot deel der burgerij. Tot oordee- len zeer bevoegde zijde is van meening, dat Kampen vele jaren van herstel zal behoeven om dezen slag te boven te komen. Buiten de menigte van veelal kleine Boaz-spaarders, die van hun kapitaaltje werden beroofd met bitter weinig kans er een noemenswaar dig deel van terug te zien, blijkt het aan tal slachtoffers uit den neringdrüvenden middenstand ontstellend groot, zoodat zon der overdrijving moet worden gesproken van een plaatselijke ramp. Er heeft zich hier een commissie van no tabelen gevormd, met het doel een fonds te vormen, waaruit de armste en meest gedu peerde spaarders eer.ige vergoeding zullen kunnen bekomen. Dinsdagavond heeft de plaatselijke ver eeniging „Handel en Nijverheid" in de Stads- Gehoorzaal een openbare samenkomst be legd van belanghebbenden, welke druk be zocht was. ZU had ten doel van gedachten te wisselen over pogingen tot leniging van veler oogenblikkelijke of in de naaste toe komst dreigende nooden. Doch by deze be sprekingen bleek, hoezeer de belangen van crediteuren en debiteuren met elkander in strüd zijn. Eerstgenoemden drongen aan op een actie ter verkrijging' van uitstel ten aan zien van de te hunnen laste loopende vor deringen, waartegenover uit spaarderskrin gen werd betoogd, dat aan de positieve be langen van beroofde bezitters voorrang moet worden gegeven boven de negatieve belan gen van hen, die worden aangesproken voor opgenomen credieten, waarna van de andere zijde weer werd in het licht gesteld, dat ook de belangen der spaarders er door zouden geschaad worden, wanneer tot afslachting van meer crediteuren zou worden overge gaan. Ten slotte is een gemengde commissie be noemd, welke met rechtskundigen bijstand zou werkzaam zijn in het belang van alle gedupeerden. Hooge temperatuur op 6 October Sedert 6 Augustus niet zoo warm als op 6 October De filiaal-inrichting van het Kon. Ned. Meteorologisch Instituut te Amsterdam be richt: Dinsdagmiddag 6 October werd in den Hortus Botanicus een temperatuur waarge nomen van 22 gr. C„ hetgeen voor den tyd van het jaar zeer hoog is en een maxi mum sinds de waarnemingen daar in 1923 zijn begonnen. Het is intusschen vroeger warmer geweest. Dit biykt uit de waarne mingen aan de filiaal-inrichting sinds 1886 verricht. Op den toren van de Inrichting werd 6 Oct. '31 20 gr. 5 C. afgelezen. Die temperatuur is overtroffen 8 October 1900 (22 gr. 6), 9 October 1908 (21 gr. 0) en 10 October 1921 (23 gr. 0)de getallen tus schen haakjes geven de aflezingen in den toren aan. In 1930 werd in den Hortus op 17 October nog 21 gr. 0 afgelezen. Als staaltje hoe koud het is geweest ge durende de laatste weken, diene, dat het sedert 6 Augustus '31 niet meer zoo warm is geweest op den 6en October. Het drama te Wateringen Begrafenis van de belde slachtoffertjes Gistermorgen heeft op de algemeene be graafplaats te Wateringen de teraardebestel ling plaats gehad van de twee kinderen die daar op zoo droeve wyze om het leven zyn gekomen. Precies om half elf uur naderde de kleine stoet bestaande uit drie kapwagens, de be graafplaats. Onder de zeer talrijke aanwezigen waren de vader, familieleden, burgemeester A. J. Verhoeven, ds. B. C. Verhagen en de heer van den Heuvel, hoofdinspecteur van politie afd. C. te Den Haag. De baar, waarop de twee verzegelde kistjes waren geplaatst, werd grafwaarts gedragen door leden van de Ghr. Jongelingen vereeni ging. Toen de beide kistjes in het graf waren neergelaten nam ds. Verhagen het woord. Welk mensch, zoo zeide hy ongeveer, staat niet diep bewogen en ontzet by dit grafje van twee jonge kinderen, die op zoo vër- schrikkeiyke wyze in hun slaap om het leven zijn gebracht. Diep medeiyden hebben we met den bedroefden vader, diep medeiyden ook met de moeder. Wie zal zeggen welk een strüd zü heeft gestredeh alvorens zy tot deze waanzinnige daad Is overgegaan. Hier kun nen we alleen de handen opheffen en bidden tot God en Hem vragen, dat Hü deze ouders wil helpen en troosten. Burgemeester Verhoeven sprak, zichtbaar ontroerd, namens de geheele gemeente en kele woorden van hartelüke deelneming met dit smarteiyk verlies. Nadat daarop nog de heer Ouwerling, hoofd der Chr. school het woord had gevoerd heeft de heer P. Jan- knegt, patroon van den vader, namens de familie dank gebracht voor de belangstelling. In de armen der politie geloopen Gisternacht om half een bemerkte een voorbijganger dat er licht brandde in het thans onbewoonde landgoed Dennenheuvel aan den Bredaschen Weg te Tilburg. Hü waarschuwde een in de nabijheid wonenden agent van politie en samen gingen zü op in spectie uit. Ze bemerkten dat een tweetal Inbrekers met een kaarsje en een zaklantaarn het landhuis aan het doorsnuffelen waren. Reeds lag het een en ander bijeengepakt. De agent belde aan en waarschijniyk in hun verbouwereerdheid openden de inbrekers de deur en liepen de politie in de armen, die hen zonder moeite arresteerde. Het bleken te zijn zekere H. J. uit Rotterdam en W. v. L. uit Pijnacker. Door het verbreken van een ruit hadden ze zich toegang tot het land huis verschaft. Ze zijn ter beschikking van den officier van Justitie gesteld. Man verdronken Bij het verdrinken van een rat Gisterenmorgen te ongeveer zes uur is P. V., caféhouder te Sluiskil, bü het verdrinken van een rat ln het kanaal, zelf te water ge raakt en verdronken, zyn lük werd een half uur later opgehaald. De man was 62 jaar oud, gehuwd en vader van twee kinderen. Matroos verdronken Op de Marinewerf te Den Helder raakte gisterochtend de 23-jarige matroos-seiner le kl. W. de Wit te water, toen hij van een vaartuig een lijn aan wal wilde werpen. HÜ verdween onder het vaartuig. Onmiddeliyk werd met dreggen begonnen, terwül zün hel per zich te water begaf. Eerst na verloop van ongeveer acht minuten slaagde men er ln den drenkeling boven te brengen, doch de dokter van het Marine-Hospitaal kon toen al niet anders dan den dood constatee- ren. Het slachtoffer was ongehuwd. Haarwasschen met benzine! Dinsdagmiddag had mej. T. P. de G., te Ouderkerk a. d. Amstel de onvoorzichtig heid het haar te wasschen met benzine, terwijl een gasfornuis brandde. Het gevolg van een en ander was, dat op een gegeven moment de benzinedampen en daardoor ook het haar der onvoorzichtige dame, vlam vatten. Zü had de tegenwoordigheid van geest een natten handdoek te grijpen en dezen over het hoofd te slaan, zoodat het vuur doofde. Zij bekwam echter zoodanige verwondingen, dat zij onmiddeliyk naar een ziekeninrichting moest worden overge bracht. Een Nederlandsch Radio-Jaarboek Evenals in Engeland jaarlijks het B. B. C - Vearbook en in Duitschland het Rundfunk- Jahrbuch verschünen, zal te beginnen met 1932 voor ons land een Radio-Jaarboek wor den uitgegeven. De inhoud zal bestaan uit: a. Wetenschappelük en populair gestelde artikelen met betrekking tot de radio. b. Een overzicht van de organisatie van den radio-omroep bü het Rük en de vereeni- gingen en de belangrijkste gebeurtenissen daarvan in het laatste jaar. c. Gegevens, in hoofdzaak technische, voor de luisteraars e.a. van belang. De samenstelling van het Jaarboek ge schiedt met medewerking van autoriteiten in de radio-wereld, door den heer E. P. Weber, secretaris van den Radio-raad. Uitgever Is de heer A. J. G. Strengholt te Amsterdam. wekt warmte op en bestrijdt De Thermogène wordt als een gewoon vel watten op de huid gelegd. Met voordeel ver vangt ze papverbanden. mosterdpleisters. Ilnlmenten, trekpleisters, en andere koude- verdrijvende middelen, waarvan ze wel de voordeden, doch niet de nadeelen bezit. Bij apothekers en drogisten. Heelt doos 75 et Halve doos 45 cL Eischt Hollandsche verpakking. t T*—r—mwiiiiiui ibi ■i—firMTiw ■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■IJ ■■■«■■■■■■aillari m 157. Het aardige kamermeisje der prin ses was jarig en Harlekün schreef haar een verjaringsbrief. „Ik stuur je hierbü een roos voor elk jaar dat je oud bent." Dit schreef hij haar ln z'n brief. 158. Daarna ging hy naar den tuinman, een van z'n beste vrienden, en vroeg hem den brief aan het kamermeisje te zenden met negentien van z'n mooiste rozen. 159. Maar de tuinman meende z'n vriend een groot genoegen te doen, ais hy het kamermeisje negen en vijftig rozen zond. De jarige was natuuriyk woedend en riep Harlekijn toe: „Hoe krüg je het in je hoofd te denken, dat ik negen en vijftig jaar ben?"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 10