JEUGDLEIDERSCURSUS te HAARLEM
Interessante rede van pater Peters O.E.S.A.
M. H. C. IIIAmsterdam IV 0l
Amsterdam IIM. H. C. II 32
T. O. G. O. II—H. B. S. 2—3
STADSNIEUWS
„Tooneel-triomfen" en nog iets
En nu geloof ik heel goed te doen met u
Ziet, het Protestantisme met zijn geest-
R. K. Grafische Bond
Zakkenrollers
op te zitten de Amsterdamsche techniek be
dwingen. Het spel gaat nu veel meer gelijk op.
Maar v. d. Berg weet toch wel weer een
gaatje te vinden om keeper tlias te passeeren
(.1—3)-
M.H.C. blijft volhouden. Met veel geniali
teit gebruikt Deernik de off-side regel en
telkens staan de Amsterdammers zoo nu en
dan zelfs „en masse" buitenspel, hetwelk de
scheidsrechter meedoogenloos affluit.
Opnieuw door inloopen boekt Pot dan
succes (23) Jhr. v. Citters tracht enkele
malen hetzelfde te doen, maar houdt niet
vol en Thate blijft te veel eenige meters
achter de bal, welke steeds langs hem heen-
vliegt, zoodat hij er slechts met de stick
naar wijzen kan.
Voor M.H.C. in de huidige samenstelling,
is dash van het binnentrio de eenige op
lossing; de beide kanthalfs en ae twee vleu
gelspelers dienen met ferme cross-slagen
(richting comervlag) het spel open te gooien
en open te houden.
„Binnenspelers inloopen" is het eenige
devies voor een succes verkrijgend M.H.C.
De midhalf Brand fungeerde uitstekend als
steun, zoowel voor voorhoede als achter
hoede. De middenlinie dient veel meer in
V.-vorm te spelen met de beide kanthalfs
wat naar voren en de midhalf dus iets meer
achter.
De verdediging is goed en past op niet te
overtreffen wijze de off-side regel toe.
Met den keeper is ook voor hen het devies;
niet veranderen, zoo gaat het goed.
Met ee n kleine, maar verdiende overwin
ning moet Amsterdam zich tevreden stellen.
De partijen wegen goed tegen elkaar op,
zoodat het spel snel op en neer gaat met veel
wisselende kansen. Aan beide zijden worden
enkele mogelijkheden onbenut gelaten en
aan beide zijden wordt zoo nu en dan „ge
zwijnd" als een schot langs gaat of tegen de
paal ketst. Rust komt met nog steeds onge
wijzigde stand.
Ook na de rust een volkomen gelijk op
gaande wedstrijd. Eerst uit een scrimmage
voor het Musschendoel ontstaat het eenige
doelpunt van den wedstrijd 1o voor Am
sterdam.
Wel krijgt M.H.C. nog eenige kansen
voor de gelijkmaker, doch deze worden
evenmin benut als enkele kansen van Am
sterdam om den voorsprong te vergrooten.
Ook het vierde van Amsterdam gaat dan
met een kleine overwinning naar huis.
De thuisclub is voortdurend in den aanval,
zoowel door beter als ook door zwaar spel.
Het gevolg van het laatste blijft niet uit; al
vrij spoedig moet een der Musschenspelers
uitvallen, zoodat M.H.C. verder met xo
man speelt.
Op eenigszins gelukkige wijze neemt Am
sterdam de leiding (1o). De voorsprong
wordt dan met een fraai schot nog vergroot
(20) en voor de rust weet Amsterdam nog
eens te doelpunten.
Rust gaat dus in met 3o voor Amster
dam.
Na de rust speelt M.H.C. veel enthousias
ter en wordt er meer opgezeten. Het geef
ook resultaat, want de achterstand kan in-
geloopen worden (13).
Het moedigt M.H.C. aan en nogmaals
wordt gedoelpunt (32).
Wanhopige pogingen worden in het werk
gesteld om de gelijkmaker, maar de Amster
damsche verdediging is niet meer te pas-
seeren. Amsterdam behaalde echter een
verdiende overwinning.
De H.B.S.'ers hebben in hun vrijwel weer
oude opstelling een klasse beter gespeeld
als de vorige week. Het liep nu weer op
rolletjes. De voorhoede speelde beter samen,
de halflinie steunde weer goed en de achter
hoede, de invaller-keeper incluis, was safe
als van ouds, waardoor Togo niet tot doel
punten kan komen dan alleeen uit een straf-
corner en een straf bully.
Mödlich opent de score na een schitterende
solo-ren (o1). Er komen dan verschillende
kansen voor het Haagsche doel, maar deze
worden alle onbenut gelaten en zelfs een
straf bully ook.
Een doelpunt van Togo 2 wordt dan we
gens gevaarlijk spel („snijden") afgekeurd.
Rust komt met 1o voor H.B.S.
In de tweede helft is H.B.S. bijna voort
durend in den aanval. Na een scrimmage
voor het Togo-doel scoort Fortgens (o2).
Even later maakt Mödlich, die thans weer
zeer goed speelde, met een schitterend schot
0—3.
Dan komt Togo eenige malen heftig op
te zetten, maar zij stranden op backs en
keeper. De H.B.S.'ers nemen het wat ge
makkelijker op en verschillenden krijgen ook
last van vermoeidheid.
Uit een strafcorner maakt Kan Jr. dan
de eerste tegengoal, terwijl Togo later de
kans uit een strafbully benut (23).
Hierbij blijft het echter, zoodat H.B.S.
welverdiend wint.
H. B. S. IIBloemend aal III 35
De partijen wegen aanvankelijk goed
tegen elkaar op, maar Bloemendaal verkrijgt
de leiding door toedoen van Jhr. v. d. Bran-
deler (o1). H.B.S. weet dan echter gelijk
te maken (11) en vrij spoedig daarna zelfs
de leiding te veroveren (21). Maar het
is dan weer Jhr. v. d. Brandeler die scoort
en gelijk maakt (22). Nog voor de rust
slaagt H.B.S. er in opnieuw de leiding te
veroveren (32).
Na de rust komt Bloemendaal meer in den
aanval.
Eerst brengt Jhr. v. d. Brandeler de par
tijen op gelijke voet (33) en geeft daarna
aan Bloemendaal de leiding (43). Maar
nog is het Jhr. v. d. Brandeler niet genoeg.
Hij scoort eveneens de vijfde goal, aan Bloe
mendaal een verdiende overwinning be
zorgende.
HilversumBloemendaal 23
De gasten zijn geheel volledig en komen
aldus uit
Jonker
Donk André de la Porte
v. Eendenhurg Geyi v. a. Stadt
Lakeman, Schmidt, v. Steenwijk.
Pieterse, Gunning
Vrijwel onmiddellijk na het begin reeds,
als v. d. Hagen even vrij spel heeft, geeft hij
Hilversum de leiding (1—o).
De wedstrijd gaat geheel gelijk op voor
beide doelen ontstaan gevaarlijke momenten
waarbij het voor Bloemendaal het hachelijkst
is, daar keeper Jonker ook thans een zwakke
indruk maakte. Aan de andere kant wist de
oud-Bloemendaal-keeper de Jong op de hem
eigen zekere wijze zijn doel schoon te hou
den.
Uit een voorzet van Gunning, die een su
blieme partij technisch en tactisch hockey
speelde, scoort van Steenwijk dan den gelijk
maker (11).
Maar heel lang beleeft Bloemendaal hier
van geen plezier, want opnieuw kan de thuis
club de leiding verkrijgen (21)
Door het uiterst snelle spel gaat het spel
vliegensvlug op en neer en is zeer spannend.
Even voor de rust haalt van Steenwijk, die
er ook nu weer goed opzat en dit doelpunt er
door oogstte, een uitgaande bal nog juist en
slechts een kleine tik is noodig om den ver
raste keeper te passeeren. zoodat de rust met
22 ingaat.
Na de rust valt Bloemendaal weer heftig
aan, doch Hilversum laat zich niet gemakke
lijk intimideeren. Zelfs ontkomt het Bloemen
daalsche doel eenige malen ternauwernood
aan een hernieuwde doorboring. Als keeper
Jonker weer eens veel te vroeg en veel te ver
is uitgeloopen, kan Donk nog maar net red
den.
Dan probeert Gunning (deze speler gaat
meer en meer gelijken op Bloemendaal's fa-
meuse speler Kop het plotseling alleen, hij
weert van Lierop te passeeren, lokt den kee
ner uit zijn doel en geeft met een keurige
push aan Bloemendaal de leiding (23).
Maar dat is Hilversum te erg. Het Bloe-
mendaalsche doel wordt fel bestookt. Maar
hier zijn de maatregelen getroffen. De half
linie laat de voorhoede in de steek, zoodat 3
backs voor het Bloemendaalsche doel staan.
De beide binnenspelers spelen als half-linie
om de eerste kracht van de Hilversumsche
aanvallen te breken. De rest van de voorhoe
de wordt geheel aan eigen lot overgelaten.
Hilversum is dan ook in de meerderheid
maar er is voor hen geen doorkomen aan.
Onder spanning komt het einde en heeft
Bloemendaal een fraaie overwinning behaald
BloemendaalAmersfoort 22
Direct na den aanvang geeft Gunning uit
een voorzet van de Keyzer aan Bloemendaal
de leiding (1o). Bloemendaal is wel het
meest in den aanval, dcch de achterhoede der
gasten is zeer sterk en breekt voortdurend
de meest gevaarlijke aanvallen.
Circa 5 minuten voor rust slaagt Amers
foort er in den gelijkmaker te scoren na goed
inloopen.
Rust komt met 11 gelijke stand.
Al vrij spoedig na de rust wordt van een
fout van de Bloemetjdaalsche backs gebruik
gemaakt. Met een hard schot neemt Amers
foort dan de leiding (12).
Bloemendaal valt nu enthousiast aan, maar
de verdediging van Amersfoort is bijna niet
te passeeren voor Bloemendaal.
Enkele minuten voor tijd maakt Gunning
van een voorzet van Ouweleen gebruik en
scoort den gelijkmaker (22).
Vanaf de bully neemt de Roos den bal mee,
hij komt alleen voor open doel, maar slaat
naast. Direct daarop is het tijd.
Wat is het voornaamste van een openbaren
avond, als daar een spreker optreedt en sen
tooneelvereemging 'n stuk opvoert? Dat is 'n
vraag, waarop men geheel verschillend kan
antwoorden.
Dat antwoord is nog moeilijker te geven,
als de spreker terecht een faam van bekend
heid als boeiend redenaar heeft en de too-
neelvereeniging meermalen heeft getoond, 'n
pakkende uitvoering te kunnen leveren.
Zoo zal het ook blijken te zijn op as.
Woensdagavond in de groote zaal van Socië
teit ,,St. Bavo". Daar treedt pater Arts als
spreker op met een zeer actueel onderwerp.
Naam U nog onbekend? Omdat deze redenaar
nog pas zeer kort In ons Bisdom is en het
Blauwe Maand Comité er als de Kippen bij
is geweest om hem voor dezen avond uit te
noodigen. Pater Arts is redacteur van het
maandschrift „Sobriëtas" en een priester, die
door de praktijk van het leven rijk aan er.
taring is geworden. Hij heeft gewerkt en zal
dus veel belangrijks kunnen zeggen.
Het tooneel op dien avond wordt verzorgd
door „Victoria". Dat zegt genoeg. Het op te
voeren blijspel heet „Tooneeltrlomfen". Dat
belooft véél. Men kome luisteren, ieder die
kan. Het wordt een prachtige avond, dat
staat vast.
Haarlem's Kinderkoor „Inter Nos"
Haarlem's Kinderkoor „Inter Nos'', dirigent
de heer Jan Booda zal 23 Novemoer a.s. in
de Gemeentelijke Concertzaal alhier z'n eer
ste concert geven van dit seizoen. 0.m. zal
op veler verzoek ten derden male worden uit
gevoerd de „Michiel Adriaanzoon de Ruyter
Cantate" van A. Larijsen.
Als solisten werken aan dit concert mee:
Mevr. D. Stap-Daudey mezzo-sopraan, de
heeren Jac. Lagas, bariton en Johan de No
bel, cello.
De begeleiding is in handen van Mej. Em
my van Eden.
Alg, Verbond van Volkstuinders
Door het Algemeen Verbond van Volks
tuinders in Nederland werd Vrijdagavond 'n
vergadering gehouden in de zaal van den
Ned. Prot.. Boud aan de Berkenstraat, met
het doel stichting van eer. afdeeling in
Haarlem Noord.
De opkomst van a.s. volkstuinders was ech
ter beneden de verwachting.
De heer E. Vogel, voorzitter van „Eigen
Tuin" opende de vergadering en gaf het
woord aan den heer Vrocgop, bondsvxirzit-
ter, die op overz'ehtelüke wijze schetste het
volkstuinwzen van vroeger en thans, wat met
lantaamplaten werd verduidelijkt. Voorts
vertelde hij hoe men kan komen tot een
vaste volkstuinen-groep zooals die In en om
Amsterdam en vele andere plaatsen gevormd
is, met schitterend resultaat, n.l. volksver
heffing, gezondheid en levenskracht.
Een voorlooDige commissie werd gevormd
om ln Haarlem de v°rde,e plannen uit te
verken. Het secretariaat is gevestigd Van
Oosten de Bruynstraat 95.
De winter komt
Hedenmorgen is men van gemeentewege
begonnen met het afbreken en opbergen van
de drinkwaterfonteintjes op de verschillende
straten en pleinen van onze gemeente.
Op Zaterdag 14 en Zondag 15 November
had een cursus voor Jeugdleiders plaats, uit
geschreven door den Bond van R. K. Jon
genspatronaten, in het Lyceum aan den
Zijlweg
Om 7 uur ving het openingslof aan, gecele
breerd door den Zeereerw. Heer Rector J. B.
M. Timp, Voorzitter van de Dekenale Jeugd
raad.
In zijn openingswoord herinnerde Z.Eerw.
aan de mooie, doch zeker niet gemakkelijke
taak van den Jeugdleider en juichte ten zeer
ste toe, dat er cursussen voor Jeugdleiders m
het leven zijn geroepen. Spr. feliciteerde de
aanwezigen met de gedachte, om deze ope
ning te beginnen met Gods onmisbaren ze
gen, spoorde de heeren aan veel nut te put
ten uit deze bijeenkomsten, opdat het goede
zaad hier uitgestrooid vele vruchten moge
voortbrengen
7.45 werd de thee geserveerd, waarna de
cursus door ontstentenis van den Zeereerw
voorzitter werd geopend met de Patronaats-
groet door den heer Jos. Jonckbloedt, pen
ningmeester van den Districtbond.
Spreker memoreerde het heengaan van den
Weleerw. Pater Frankemolen O.F.M.. voor
heen voorzitter, terwijl zijn opvolger Kape
laan Van Haaster (nog pas 14 dagen tot
voorzitter gekozen) weer door overplaatsing
het voorzitte-schap moest nederleggen.
Spreker zal dan voor dezen cursus als voor
zitter optreden, heet alle aanwezigen harte
lijk welkom, inzonderheid den Zeereerw Heer
Rector Timp en geeft verdr het woord aan
Rector S. Braakman, secretaris van het Ju
venaat in het Bisdom Haarlem, welke sprak
over „De nieuwe richting".
Spr. belichtte de werkmethode zooals deze
in de toekomst zal moeten worden toegepast,
gaf 'n overzicht uit de statistieken en verge
leek de werkwijze tusschen rechts en links
Na deze uiteenzetting werd van gedachten
gewisseld, waarna de heer C. A. M. Dekker,
directeur van het Gemeentelijk Sportpark te
Hilversum het woord verkreeg om als onder
werp te behandelen: „Spel en spelleiding."
Spreker behandelde „Het spel" en gaf in
een aangename causerie een uiteenzetting:
hoe men het spel kan en moet leiden, geba
seerd op het karakter van den jongen."
Na behandeling van dit eerste punt werd
de vergadering verdaagd tot Zondagmorgen.
Om 7.30 uur werd in de kapsfl van het Ly
ceum een stille H. Mis opgedragen, alle deel
nemers naderden ter H. Tafel.
Na deze H. Mis had een gemeenschappelijk
ontbijt plaats
Hierna volgde het tweede deel, door der.
heer Dekker aangegeven, n.l. „Spelleiding."
Allereerst werd in een der lokalen over ver
schillende spelen gedoceerd, waarna in het
gymnastieklokaal dezelfde spelen werden ge
demonstreerd.
Om 10 uur werd een Hoogmis opgedragen
door den Zeereerw. Pater Dr. Vaar, rector
van het Lyceum, tot intentie van het wel
slagen van het Patronaatswerk. Onder deze
Hoogmis voerde het knapenkoor der Parochie
van O L. Vr. Rozenkrans, onder leiding van
de heer Van Emmerik, op verdienstelijke
wijze de Mis van Stehle uit.
Om 11 uur was het koffiedrinken, waarna
als spreker optrad de heer Beekelaar uit
Beverwijk met als onderwerp: „Het contact
met de jongens."
Op aangename wijze wist de heer Beekelaar
weer te geven hoe contact met de jongens te
verkrijgen is. Op een eenvoudige manier wist
hij zijn gehoor te boeien door voorbeelden,
uit zijn rijke levenservaring, op te sommen.
Op makkelijke wijze gaf deze spreker de
middelen aan om contact te zoeken en te be
houden.
Van de gedachtenwisseling werd een ruim
schoots gebruik gemaakt.
Zeer jammer was het dan ook, dat by dit
onderwerp niet één enkele patronaatsdirec
teur aanwezig was.
Het patronaat van de kathedrale kerk „St.
Bavo" was niet aanwezig.
De Zondagmiddag.
Zondagmiddag opende de vice-voorzitter
van den Haarlemschen Bond wn P K.
Jongenspatronaten, kapelaan Th. W. M.
v. d. Lugt, de bijeenkomst met den christe-
lijken groet, waarna de weleerw. pater Peters
O.E.S.A., leeraar aan het R. K. Lyceum, een
zeer belangrijke rede hield over het onder
werp „De godsdienstige vorming der lei
ders". Pater Peters sprak als volgt
Rede Pater Peters.
Naar mijn vaste overtuiging moet het reeds
als een zeer verblijdend verschijnsel on<*evat
worden, dat op dezen cursus het woord ge
voerd zal worden over het onderwijs, dat
my door u is opgegeven ter bespreking.
Het feit, dat u mij als titel voor deze bijeen
komst hebt voorgelegd „Geestelijke vor
ming der Leiders", zegt mij, dat er onder u,
jeugdleiders, moderne jeugdleiders, een
frissche geest vaardig geworden is een geest,
een mentaliteit, die de rechtmatige jeugd-
eischen van onzen tijd blijkt te begrijpen en
die dan ook aan die redelijke eischen, zoo
volkomen mogelijk wil tegemoet komen.
Het feit, dat de titel luidde „Geestelijke
vorming der Leiders", zegt mij nog meer.
Het zegt mij nl., dat er een zeer bewust con
tact bestaat tusschen u en de aan u toever
trouwde jeugd. En dat is een minstens even
verblijdend verschijnsel, als het vorige door
mij aangestipte, want, helaas, moeten we
tegenwoordig nog wel eens een gemis van
dit contact constateeren. En, laat ik het er
onmiddellijk bijvoegen, dit gemis komt,
naar mijn bescheiden meening, slechts voor
een zeer klein percentage ten laste van de te
leiden jeugd. Hoe vaak stuit de jeugdleiding
af op een zekere vóóringenomenheid van den
kant der leiders tegenover de jongeren, die
zij te leiden hebben hoe vaak blijft onze
heerlijke christelijke, Roomsche jeugdleiding,
die toch door God en Christus als een zoo
voorname taak der ouderen gewild is, hoe
vaak blijft zij vruchteloos, doordat de leiders
bezield zijn met de mentaliteit van „Die
jeugd van tegenwoordig", een mentaliteit,
die zich dan uitwendig manifesteert, door
een schokschouderend, begeleidend, min
achtend gebaar.
Doch, ik herhaal, het feit, dat u mij hebt
uitgenoodigd te spreken over „Geestelijke
vorming der leiders", zegt mij, dat er onder
u een andere geest heerscht. Gij geeft blijken,
onze jeugd beter te verstaan.
Want wij moeten niet vergeten, dat naast
de onloochenbare gebreken van onze jeugd
(maar in welk tijdvak der wereldgeschiedenis
was de jeugd zonder gebreken onze jeugd
dit voor heeft op de jeugd van vroeger, en
op de jeugd van vele eeuwen, dat zij is de
jeugd van de veelvuldige en dagelijksche H.
Communie. Misschien zal het enkelen onder
u wat optimistisch klinken, maar. heusch,
houdt u overtuigd, dat het dan een gezond
optimisme is, zoo'n soort op-timisme als dat,
waarmee wij ook onzen bisschop steeds be
zield weten.
even in herinnering te brengen, wat de groote
en onsterfelijke Insteller der veelvuldige en
dagelijksche H. Communie Paus Pius X,
roemrijker nagedachtenis voorspeld heeft:
dat nl. de veelvuldige en dagelijksche H.
Communie Heiligen zou voortbrengen,
ook onder de kinderen.
Nu weet ge allen al bij voorbaat, dat ik
hier de Hollandsche Roomsche jeugd niet
kom heilig verklaren. Maar toch het is u
ook niet onbekend, dat „Zalig- en Heiligver
klaring te Rome" een zeer bijkomstig iets is
van Heiligheid dat er Goddank, veelmeer
Heiligen onder ons zijn, dan er als zoodanig
te Rome bekend staan en verklaard worden.
Vervolgens Nu mogen we misschien de
meening zijn toegedaan, dat er van onze
Hollandsche Roomsche jeugd weinigen of
geen het ooit tot heilig- of zaligverklaring
zullen brengen, een meening die alle waar
schijnlijkheid heeft zelfs. Maar dit is zeker
De Roomsche Hollandsche jeugd van onze
dagen communiceert over het algegemeen
genomen, veelvuldig of dagelijks. (Daar staan
wij zelfs in Rome om bekend, om onzen
hoogen graad van gehoorzaamheid aan de
decreten van Paus Pius X).
Zeker communiceert onze jeugd veel en
veel meer, dan zij in hun"jeugd deden, die
nu een geslacht ouder zijn; zeker zijn dan ook
de vruchtbare gevolgen daarvan; zeker zijn
die vruchtbare gevolgen ook voor een aan
merkelijk deel zeer uitwendig tastbaar en
waarneembaar. En dit is een punt van cardi-
nale beteekenis, dat we niet uit het oog mogen
verliezen; dit is een punt, dat we wel degelijk
goed onder de loupe moeten nemen; dit is
een punt, waar wij jeugdleiders rekening mee
moeten houden in dien zin, dat wij door Gods
genade en onze eigen vrije medewerking moe
ten trachten te staan op zoo'n geestelijk niveau
dat wij werkelijke en bruikbare en vrucht
dragende jeugdleiders kunnen zijn en blijven.
Doen wij dit niet, dan zal het contact met
onze jeugd verbroken worden; zoo er althans
in dat geval contact zou tot stand zijn geko
men. Doen wij dit niet, dan ontgroeit de
jeugd ons; dan vindt zij in ons niet, wat zij
zoekt; dan wordt ons gezag wankel. Dan
zal zij buiten ons om de bevrediging zoeken
van de geestelijke verlangens en geestelijke
nooden, die hoe langer hoe duidelijker en hoe
langer hoe intensiever zich gaan manifestee
ren. (Zou hier, althans gedeeltelijk, ook niet
de oplossing te vinden zijn van 't raadsel,
hoe 't toch mogelijk is, dat zelfs onder de
meest deugdzamen van onze jeugd, eerbied
voor gezag nu juist niet hun meest in 't oog
springende deugd is Maar dit slechts ter
loops.)
Wat wij op dit oogenblik nader te belichten
en nader te bezien hebben is het volgende:
De jeugd van heden toont werkelijk (en
we mogen aannemen, dat het een heerlijk
effect is van de veelvuldige en dagelijksche
H. Communië) op een hooger geestelijk
niveau te staan, dan de jeugd van een geslacht
terug. (We behoeven maar aan onze Graal-
meisjes te denken en aan de E. K.-leden uit
andere bisdommen). Onze jeugd tooiit wer
kelijk een zeer gezond begrip te hebben van
en daarnaast ook beleving te bezitten van
Christus' woord: Weest volmaakt gelijk mijn
Hemelsche Vader volmaakt is. En meent
heusch niet dat ik overdrijf dit alles gaat
goed samen met gebreken, met veel gebreken
zelfs, die nog niet uitgeroeid zijn.
Onomstootelijk staat vast, dat onze jeugd
veel beter gaat begrijpen en veel beter gaat
beleven, wat bovennatuurlijk leven eigenlijk
is. Op een wijze, aangepast een haar begrips
vermogen is onze jeugd steeds meer doende,
terug te gaan tot het brandpunt van ons
Roomsch geloof, van onzen Roomschen Rijk
dom; van ons groot-geestelijk bezit, dat onze
vreugde hier op aarde uitmaakt, zooals de
Engelen ons Roomsch geloof in den Kerst
nacht al aankondigden als vreugde: Zie ik
verkondig u een groote vreugde, die voor het
geheele volk zijn zal. En dat rijke, dat vreugde
volle bezit, is de Heiligmakende genade.
De Heiligmakende genade, die groote
gedachte van God, dat groote plan van God,
dat ideaal van God voor de door Hem ge
schapen zielewereld. Dat is de waarheid,
(door Protestantschen invloed steeds meer
verdoezeld en vergeten de laatste eeuwen)
dat de mensch wel af is als mensch, door het
bezit van ziel en lichaam tot een eenheid ge
vormd, maar niet af voor Gods Liefdewil.
Dat is de lichtende, ja alle andere dogma's van
ons geloof belichtende waarheid, dat de
mensch in 't Doopsel in zijn menschelijke
natuur verheven wordt tot de bovennatuur,
in dit geval de goddelijke natuur; dat hij
volgens de door God ingegeven woorden
aan Gods natuur deelachtig is geworden. Dat
zijn daden die, door Gods genade, daden
worden van oneindige waarde, die hem
door Gods belofte ook eenmaal brengen tot
het geluk, dat alleen Gods natuur toekomt
en niet tot het geluk, dat we anders zouden
gekregen hebben hiernamaals, als God ons ge
woon mensch had gelaten en niet tot ver
goddelijkte menschen had gemaakt.
Zie dat is het, wat steeds meer beleefd
gaat worden onder onze jongeren. Maar
er is nog meer.
In iedere H. Mis bid de Kerk God, gij
hebt de waardigheid van de menschelijke
natuur op wonderbare wijze geschapen, maar
op nog meer wonderbare wijze hersteld. Ook
dit begint steeds meer te leven onder ons
Katholieken, in al zijn tintelende schoonheid,
maar speciaal onder de jeugd.
En wat mag dit dan zijn
Adam vernietigde met een slag, het bouw
werk van liefde, de tempel, die God in Zijn
ziel had opgetrokken. Maar op het oogenblik
dat Christus, door Zijn levenswerk, de Ver
lossing, alles weer hersteld had, waren we
nog rijker geworden, dan we al waren voor
Adams val. Want toen was er tot stand ge
komen die nieuwe heilige tempel, zooals S.
Paulus dat noemt, gebouwd op den grondslag
der Apostelen en Profeten, dat gebouw, waar
van wij allen de steenen zijn, en dat als hoek
steen Christus heeft: Toen was plotseling
opgeschoten, in dien éénen nacht van Chris
tus' lijden, die wijnstok, waartoe wij allen be
hooren, waarvan wij de ranken zijn. Toen wa
waarheid geworden, de waarheid, die St.
Paulus bezingt in alle toonaarden dat wij
allen één zijn, zoo één, dat wij bij vergelijking
van denzelfden Apostel, maar één lichaam
meer uitmaken, waarvan Christus het Hoofd
is, en wij de ledematen. Toen was werkelijk
heid geworden, de groote Godsgedachte
één groote Christus. Hij, Kind van God van
nature, wij Kind van God (maar werkelijk)
door aanneming. Christus de oudste Broeder,
wij allen Broers en Zusters in Christus, nog
veel reëeler en veel werkelijker, dan Broeersd
en Zusters door bloedverwantschap.
doodende leer, dat de mensch in staat van
genade even slecht blijft als tevoren en dat
Christu's verdiensten hem slechts als een
mantel zijn omgehangen, heeft die heerlijke
werkelijkheden verdoezeld en de geest van
het Protestantisme is in de eeuwen, die pas
achter ons liggen, ook onzen Katholieken
voorouders niet vreemd gebleven, en voor
een deel is jammerlijke, hoewel onbewuste na
latenschap, ook oorzaak van ons tekort aan
geestelijk bezit, aan geestelijken rijkdom.
Maar dit nu is het juist, wat weer opnieuw
geestelijk bezit gaat worden en deels al is
geworden van het opgroeiend geslacht. En
ik geloof niet te ver te gaan, wanneer ik zeg,
dat met het teruggaan naar de tijden der eerste
Christenen, wat veelvuldige H. Communie
betreft, tengevolge daarvan ook een steeds
intenser teruggang zich openbaart naar'hun
geestelijken rijkdom.
En zoo zouden we voort kunnen gaan.
Ik zeide u reeds, dat de H. Geest een waar
heid is, die haar glanzend helle licht doet
vallen op al onze dogma's. Een beter begrip
der H. Geest moest dan ook een dieper in
leven en intensiever meeleven verwekken met
het Mysterie onzer Altaren.
En ook dit zien we, ook bijzonder onder
het jongere geslacht, hoe langer hoe meer
verwezenlijkt. De veelvuldige en dagelijksche
aanraking der zielen met den Christus moest
logisch zeker de gedachte en idee doen her
leven, dat de H. Communie der leeken ook
voor hen, niet minder dan voor den offeren
den priester, de voltrekking is van 't H. Mis
offer, dat niet alleen het offer der priesters,
maar ook van de leeken, ja van de geheele
Kerk is. Als bloeiend gevolg hiervan zien
we dan ook allerwegen de offergedachte, den
offergeest de menraliteit van offer zijn, één
met den Christus opleven. En ook de gevol
gen voor het practische leven, van het meer
werkdadig geloof aan de waarheid van onze
eenheid in Christus, van onze bloedverwant
schap, zou ik haaet zeggen in Christus, als
kinderen van den éénen Vader, kon en kan
niet uitblijven. Het steeds veelvuldiger aan
zitten aan de ééne Tafel waar de ééne Spijs
genoten wordt, als voedsel voor het ééne en
algemeene bezit der kinderen Gods, de Heilig
makende genade, moest met het veel leven
diger geloof in onze eenheid, het sociale ee-
voel weer doen opbloeien, dat den mensch,
van nature, als mensch, reeds eigen is. Het
sociale gevoel, tot de bovennatuur verheven,
in de beleving van datgene wat Christus noemt
„Mijn Gebod bij uitstek de naastenliefde,
waaraan de niet-Katholieken, evenals in de
tijden der eerste Christenen, ook nu meer
moeten gaan herkennen, dat wij de leerlingen
van Christus zijn.
En tenslotte, leven het geloof in wat
Heiligmakende Genade is, met het diadeem
van de andere waarheden, die haar omkranst
en uit haar volgt, moet ook weer logisch zeker
oproepen het verlangen naar Heiligheid.
Ik heb u reeds het voorbeeld aangehaald van
dien leerling van me. Ziet, dat is een logisch
gevolg. De H. Geest in het Doopsel ge
geven, is juist gegeven, om ze tot vollen was
dom en uitbloei te doen geraken, in dien
graad, zooals ze door God voor ons van eeuwig
heid bepaald is. En in heerlijke, heilige har
monie met het geheel was er dan ook Chris
tus' woord Weest volmaakt, gelijk Uw
Hemelsche Vader volmaakt is.
Na dit alles, zullen wellicht verschillende
gevoelens bij u zijn opgekomen.
■Voor eerst wellicht de gedachte, dat,
wanneer ik dit alles aan 't jongere geslacht
van onze dagen toeken, ik me schroomelijk
vergis, of althans geweldig overdrijf.
Doch laat ik dan antwoorden, dat hetgeen
ik u hier geschilderd heb, ook naar mijn we
ten nog pas in kiem. leeft onder onze jeugd.
Maar leven doet het, en uitbloeien wil het en
zal het, zooals de voorjaarsbloem, onweer
staanbaar wringt, totdat haar volle schoon
heid te pronk staat. Vervolgens, wat ik meen
te moeten prijzen in onze moderne jeugd,
schrijven wij aan geen ander toe, dan aan den
Geest, die alles levend maakt, aan den Geest,
die in Zijn Kerk een Paus verwekte als Pius
X, en die nu weer de gevolgen bewerkt van
Zijn decreten. Niet de jeugd zelf natuurlijk
komt de eer toe,, van 't werk dat bovennatuur
lijk is. en slechts door den Maker der Boven
natuur tot stand kon komen.
En verder: meen niet dat ik blind ben voor
de gebreken van onze jonge nakomelingen.
Niets is minder waar dan dat. Behalve de
persoonlijke gebreken van ieder, heeft de
erfzonde ook tegenwoordig nog haar alge
meene nalatenschap en de algemeene kwaal
onzer jongeren is naar het woord van onzen
Bisschop zelf, hun gebrek aan eerbied voor
gezag. En hoewel ik niet graag aan de jeugd
zelf het geheele debet zou toekennen de
kwaal is er, en er dient, zeker op een dag
als vandaag, de aandacht op gevestigd.
Een andere gedachte, die ik raad onder u
op dit moment is deze: Maar, Pater, we
meenden van u te zullen hooren, vanmiddag,
hoe wij ons als leiders, als moderne leiders
der moderne jeugd moeten vormen.
Zeker, daar hadt gij recht op. Maar laat
ik u onmiddellijk zeggen, dat ge dat van
middag ook werkelijk al gehoord hebt. Een
kleine verduidelijking zal hier op haar plaats
zijn.
Met de uiteenzetting, van wat er leeft,
van wat er popelt, in 't opkomende ge
slacht, zijn u tevens aangegeven, de eischen
die de jeugd u in onze dagen voorlegt, en
het zal u duidelijk zijn zeer terecht, zeer
rechtmatig voorlegt.
Ge kent allen 't bekende adagium: Nemo dat,
quod non habet. Niemand geeft, wat hij
zelf niet heeft. Welnu, waar de moderne
jeugd, als geheel genomen, vraagt geloofs
beleving, in dien geest, zooals ik u nu heb
uiteengezet, daar is tegelijkertijd de taak
gegeven van den modernen jeugdleider;
daar is in niet mindere mate het program
gegeven van de vorming van zoo'n moder
nen leider.
Uw taak is een overheerlijke, een door
God en Christus gewilde taak; zooals in 't
geheele Voorzienigheidsplan, wil God niet
minder in de jeugdleiding zijn tusschen-
schakels in den vorm van menschen. En die
door God gewilde tusschenschakels, zijt gij.
Wilt gij dus kunnen geven aan uw pupillen
wat 'zij u vragen; wilt gij hen, geen steenen
voor brood geven, dan moet gij zelf bezitten,
in eigen geestelijk leven dien warmen geloofs-
haard, die in staat is de gevraagde verkwik
king te brengen in uw milieu.
Maar dan moet gij m.a.w. dus gevormd
worden tot zulke leiders, als onze moderne
tijd dat vraagt. Die vorming op de eerste
plaats houdt in In geestelijk opzicht zoo te
worden, dar men zelf een graad van geeste
lijke volwassenheid, van geestelijke volko
menheid, volmaaktheid bereikt; met het
uitgesproken doel door die volwassenheid,
door dien eigen geestelijken rijkdom door
dat verworven geestelijk bezit, in staat te
zijn, anderen op te voeden, anderen te bren
gen op dat geestelijk peil, waarop die per
sonen zich moeten bevinden om aan hun
Roomsche, en aan hun maatschappelijke,
sociale taak te kunnen beantwoorden.
Die vorming zal op de 2de plaats, moeten
geschieden door verschillende factoren-
krachten, invloeden.
In 't brandpunt van die verschillende
factoren staat de Christus zelf, de bron van
leven en heiligheid, die op 2 titels eischt en
verlangt naar uw volmaaktheid; als mensch
eenerzijds, als opvoeder van de u toever
trouwden anderzijds. Is door veelvuldige en
dagelijksche H. Communie een nieuw vuur
ontbrand in 't geestelijke kamp, uw be
nijdenswaardige verplichting zal het zijn
niet achter te blijven, vooral niet op dit
punt, maar als gangmakers, zelj eerst, u in
dezen maalstroom van geestelijke energie
te werpen.
Een andere factor is de, door Christus
gewilde, kerkelijke hiërarchie, waardoor gij
e
aan een mensch, maar met Goddelijk
macht bekleed, den priester n.l. uw geestelijk
leven ter verzorging en leiding blindelings
overgeeft.
Een laatste factor is uw eigen vrije wil, die,
bouwend op Christus en op Zijn genade,
bouwend op de door Hem gewilde hiër
archische orde, in liefdevolle vindingrijk
heid het geestelijk terrein zal afzoeken, en
zoekend de middelen vinden zal, om op
peil te zijn, om bij te zijn, om berekend te
zijn voor de eischen, die u als leider onver
mijdelijk zullen worden voorgelegd. En,
om een enkel voorbeeld te noemen, niet het
minst zult gij door desbetreffende lectuur,
(tegenwoordig vooral in zoo ruime mate voor
handen), uw geestelijke vorming aan te
vullen hebben.
Op deze wijze alleen ten slotte zal het u
gegeven zijn, in uw éénen persoon de 2
volgende geboden van Christus te belicha-
men.
Door uw eigen geestelijken rijkdom zult
ge in 't diepste van uw hart uw rijk geheim
bezitten en bewaren en zoodoende in u zelf
uitbeelden, wat Christus sprak „Zorgt er
voor, dat ge uw gerechtigheid niet beoefent
voor 't oog der menschen, om door hen
gezien te worden, anders zult ge geen loon
ontvangen bij Uw Vader, die in den hemel
is."
Door uw verheven opvatting over jeugd
leiding, waardoor God u een taak toever
trouwt, die zelfs in hooge mate een priester
lijk karakter draagt, zult ge dat andere woord
van Christus volbrengen. Houdt uw lam
pen brandend in de handen en laat uw licht
schijnen voor de menschen, opdat ze uW
goede werken mogen zien en Uw Vader
verheerlijken, die in den hemel is. Dat geve
God.
De buitengewoon belangwekkende rede
van Pater Peters werd met een dankbaar
applaus beloond. Kapelaan v. d. Lugt noemde
dit het vrijwel gewichtigste punt van het
heele behandelde programma en dankte
den eerwaarden spreker hier voor. Hij hoopte,
dat hetgeen pater Peters gesproken had ten
uitvoer zal worden gebracht en dat dat van
grooten invloed mag zijn.
Een der aanwezigen vroeg pater Peters
nog nadere gegevens betreffende geschikte
lectuur omtrent jeugdleiding, welke vraag
door dezen en door rector Vlaar en kapelaan
v. d. Lugt uitgebreid werd beantwoord.
Bespreking agenda Juve
naatsvergadering
Hierna werd de agenda voor de op 18
November te Den Haag te houden Juve
naatsvergadering besproken. Bes'uiten kon
den uit den aard der zaak niet genomen
worden, aangezien ieder patronaat een eigen
stem uitbrengt, zoodat de voorzitter slechts
verscheidene adviezen kon geven.
Zal ter sprake komen de naam „patro
naat." Het bestuur meent een onverschillige
houding in deze te kunnen aannemen.
Eenige leden verklaarden prijs te stellen op
behoud van den naam, waarop de voorzitter
zeide, het het beste te vinden, dat de officiële
naam „patronaat" zal blijven, doch dat
verder ieder patronaat vrij zal blijven in
de keuze van een naam. Allen waren er vóór,
den naam „patronaat" te behouden.
De voorzitter ziet in het nieuw in te voeren
systeem vele goede dingen en adviseerde
daarom allen hier vóór te zijn.
Vervolgens werd het nieuwe costuum be
sproken. De voorzitter stelde voor, op de
juvenaatsvergadering vooral ter sprake te
brengen, wanneer het costuum gedragen
kan en mag worden, wat de onderscheidings
teekenen zullen zijn en op welke wijze de
groet moet geschieden.
In verband voorstel uitbreiding juvenaats-
bestuur met twee leden, werd besloten den
heer Jongkloedt en rector Voorham candidaat
te stellen.
Besloten werd, vast te houden aan den
leeftijdsgrens betreffende toelating tot de
patronaten.
Nog werden behandeld de voorstellen
welke door den Districtsbond Gouda op de
Juvenaatsvergadering zullen worden ter spra
ke gebracht. Verscheidene adviezen werden
in deze door kapelaan v. d. Lugt gegeven.
Bovengenoemde stof gat aanleiding tot
zeer veel en dikwijls heftige discusies.
Besloten werd verschillende gestelde vra
gen en gedane voorstellen op de eerstkomende
vergadering van den Districtsbond te be
handelen, aangezien hier het bestuur van den
Haarlemschen Patronatenbond toch niet
verder kon gaan dan tot het verstrekken van
adviezen en geen besluiten konden worden
genomen.
Na de uitgebreide besprekingen sloot
kapelaan v. d. Lugt de bijeenkomst met den
christelijken groet, en begaven allen zich
naar de kapel, waar door kapelaan v. d. Lugt
een sluitingslol werd gecelebreerd en nog
eenige woorden werden gesproken.
Zaterdagmiddag vergaderde de R. K. Graf.
Bond om te komen tot oprichting van een
R. K. Studieclub.
Voor dit doel was uitgenoodigd de heer
Jos. Musters uit Nijmegen, secretaris van t
Vakkundig Bureau. Spr. begon zyn inleiding
met een uiteenzetting te geven van de nood
zakelijkheid van een studieclub. Hoe beter
vaktechnisch ontwikkeld, hoe meer liefde
voor het vak. De ondervinding heeft geleerd,
dat de bekwaamste vaklieden het langst aan
het werk blijven en by werkloosheid het
eerste weer aan den arbeid zullen zyn.
Vervolgens gaf spr. een schema van onder
werpen, die alzoo op de clubavonden behan
deld kunnen worden. De te behandelen stof
was wel zooveel, dat een club er maanden
lang practisch nut aan heeft.
Na de inleiding was er gelegenheid tot
het stellen van vragen, waarvan door enkele
leden gebruik werd gemaakt, waarna zich
verschillende aanwezigen als lid opgaven,
zoodat een studieclub in den R. K. Grafi-
schen Bond is opgericht.
Terreinrit Motorclub Haarlem
Zondag organiseerde bovengenoemde ver-
eeniging een terreinrit en een heuvelklom
met nonstop, welke beide apart werden ver
reden.
Voor, dezen wedstryd bestond zoowel van
de ryders als van de toeschouwers groote
belangstelling. Vooral de heuvelklim bleek
een ware hindernis te zijn, waar slechts en
kele ryders zonder hulp overheen kwamen.
De heer H. Maarschalk werd hierin eén
met slechts 5 strafpunten. 2. C. van Wyk 20
strafpunten. 3 en 4 J. Pollé en Th. Veld,
beide met 55 strafpunten. 5. J. Peetoom met
80 strafpunten.
De uitslag van de terreinrit was: 1. H.
Maarschalk, 2. J, Polié, 3. J. Peetoom, 4. Th.
Veld, 5. C. van Wyk.
De totaaluitslag was als volgt: 1 H. Maar
schalk met 10 winstpunten; 2. J. Pollé met
5bit punt; 3. C. van wyk met 5 punten; 4. J.
Peetoom met 4 punten; 5. Th. Veld diet 3!i
punt.
Een juffrouw heeft by de politie aange
geven, dat haar uit een tasch een portemon-
naie, inhoudende f 18 is ontrold, toen zy in
den winkel van Vroom en Dreesmann aan
de Groote Houtstraat was.