KTU?
K
i
f3000.-
f750.-
f250.-
f125.-
f50.
f40.-
NOODLOTTIGE
BRAND TE
ANNA-PAULOWNA
BUREAUXNA8SAULAAN 49
ADVERTENTIEN 35 ct. p. regel
DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN
DONDERDAG 19 NOVEMBER 1931
VIER EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 17929
AANGIFTE MOET, GP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL
ONJUISTE
STEUNVERLEENING
Scherpe kantjes
Invoerrechten
Geen aardschokhen
Wij bakSwn hst fijnste
en brengen het U op tsjjc
Het koet
maar één dubbeltje
De „gasten" in Pension
„Kennemerduin" te Wijk
aan Zee
De strijd in het Verre
Oosten
België's Tarief plannen
VOORNAAMSTE NIEUWS
J. J. WEBER ZOON
OPTICIENS FABRIKANTEN
Groote Houtstraat 166 Haarlem
TELEGRAFISCH WEERBERICHT
DRIE KINDEREN, RESP. 7,
5 EN 1} JAAR IN DE
VLAMMEN OMGEKOMEN
Telefoon No. 13866 (drie lijnen)
Postrekening No. 5970.
ABONNEMENTEN: voor Haarlem en
Agentschappen: per week 25 et.; per
kwartaal 3.25; per post, per kwartaal
3.58 by vooruitbetaling.
COURANT
VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN
TIES. 1—4 regels 60 ct. p. plaatsing;
elke regel meer 15 ct.. bij vooruitbet.
Bij contract belangrijke korting.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
tusschen den tekst 60 ct. per regel.
Alle abonné's op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaardeD
tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen
Levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door
verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen
Dij een ongeval met
doodlijken afloop
bij verlies van
een voel of
een hand
een oor
bij verlies van een
duim of wijsvinger
bij een breuk van
been of arm
rij verlies van 'u
anderen vinger
(Ingezonden)
Indien de Provinciale besturen een
gewillig oor leenen aan de circulaire van
den Minister van Binnenlandsche Za
ken inzake werkloosheidsbestrijding in
land- en tuinbouw (zie het nummer van
16 Nov. 1.1.) en als gevolg van hetgeen
in den laatsten zin is vervat, goedkeu
ring zouden gaan onthouden aan te
dezer zake gemaakte gemeentelijke re
gelingen, dan is óók het laatste middel,
om het in nood verkeerende bedrijf nog
wat de helpen, uit de hand geslagen van
degenen, die meenden dit in uiterste
noodzaak te moeten toepassen.
De Minister zegt aan het slot van zijn
brief: „Mocht mijn schrijven aanleiding
geven tot het maken van opmerkingen,
dan verneem ik die gaarne."
Hoewel die vraag aan Ged. Staten is
gericht, meenen wij ons te mogen ver
oorloven, enkele opmerkingen te maken,
t Klinkt misschien wel wat aanmati
gend, maar, wij meenen beter de rede
nen en de noodzakelijkheidsgronden te
kennen, waarom de gemeenten 4ot
een dergelijke regeling zijn gekomen
dan de hoogere instanties, aan wie zoo'n
regeling ter goedkeuring wordt voorge
legd; althans wat betreft ons gewest en
meer speciaal: de tuinbouwcentra.
Vooraf wil ik den Minister gaarne toe
geven, dat aan deze regelingen bezon-
dere bezwaren kleven, dat zij een sterk
individueel karakter dragen en dat daar
om verreweg te prefereeren zouden zijn
maatregelen, die (al vallen ook deze
buiten de normale verhoudingen) een
massaal karakter hebben en welke voor
zieningen beoogen, die een geheelen be
drijfstak in den landbouw helpen. De
organisaties, welke een dergelijke rege
ling hebben aanbevolen, en de gemeen
tebesturen, die deze hebben vastgesteld,
zijn van een en ander zelf wel overtuigd,
maar men is er toe moeten overgaan
om twee zeer ernstige redenen.
Ten eerste, omdat de voorzieningen,
die zouden beoogen een geheelen be
drijfstak te helpen (en die kunnen, als
de mogelijkheid er toe bestaat, alleen
van Staatswege worden genomen) tot op
den huidigen dag ten eenenmale uitble
ven. En ten tweede, omdat inmiddels in
vele gemeenten het economisch leven
zoo hopeloos is vastgeloopen, dat men
ten einde raad zijn toevlucht o.a. geno
men heeft tot de gewraakte loontoeslag-
regeling.
Nu is het mijn bedoeling niet, om
alleen de Regeering verantwoordelijk
te stellen voor het zoo lang uitblijven
van werkelijk doeltreffende maatrege
len om de bedrijven te steunen. Neen,
wij willen zelfs toegeven, dat het niet
alleen op rekening van de Regeering
kan gesteld worden, dat de vele en
dringende betoogen vanuit het bedrijfs
leven, niet het minst uit den georgani-
seerden landbouw om toch te letten
op zijn belangen de waarschuwingen,
dat met het opdrogen van de bron
nen van welvaart óók de belangen van
ons geheele volk gemoeid zijn geen
gewillig oor hebben gevonden. Want
zelfs op dit oogenblik, nu de nijpende
toestand dagelijks méér aan den dag
treedt, kunnen we nóg niet constatee-
ren, dat er bij ons volk, onze
volksvertegenwoordiging, al-
gemeene medewerking is voor een breed
opgezette economische politiek. Wil men
nü begrijpen, althans aannemen, dat
vóór alles noodig is herstel van ons be
drijfsleven (en hiermede bedoel ik
geenszins alleen den landbouw), dat
vóór alles noodig zijn krasse maatrege
len ten opzichte van onzen uitvoer?
Neen! Het is voor de zooveelste maal
duidelijk gemaakt, dat onze handelspoli
tiek ongewijzigd zal moeten(?) blijven.
Er is geen meerderheid voor en regee-
ringsvoorstellen blijven achterwege.
En het contingeeringswetsontwerp
dan?
Een nieuw hopeloos geval. Artikel 2
van dit ontwerp houdt in, dat eventueel
de invoer van bepaalde goederen zal
kunnen worden verboden, voor zoover de
totale waarde hiervan hooger zou zijn
dan de gemiddelde waarde dezer goede
ren in de jaren 1928, 1929 en 1930. Reke
ning houdende met de sterke daling der
wereldmarktprijzen van zoovele goede
ren in de jaren 1930 en 1931, zal het
contingent daardoor wel van zulk een
omvang zijn, dat de concurrentie met
het buitenland er niet door zal worden
gebroken.
Tenzij de Kamer zooals uit het
Voorloopig Verslag blijkt met een
regeling als deze geen genoegen neemt.
En laat men toch heusch niet denken,
dat het als protectiemaatregel uitgekre
ten verhoogde invoerrecht tot 10 pet.
eenige beteekenis als beschermende
maatregel zal hebben. De eenige waarde,
die er voor noodlijdende bedrijven aan
gehecht kan worden is, dat het mogelijk
eenige baten zal opleveren om deze be
drijven financieel te steunen.
Neen, consumeerend Nederland wil
blijven profiteeren van den ongebrei-
delden en doodenden invoer uit het bui
tenland en is als de dood voor bijv. een
onderhandelingstarief, waarmede het
mogelijk zou zijn van landen, die zoo
veel belang hebben bij dien invoer, gun
stiger voorwaarden te bedingen voor
den invoer van die producten, waarvan
wij een surplus hebben. En laat intus-
schen onzen land- en tuinbouw, voor
wien genoemde maatregel vooral nood
zakelijk zou zijn, langzaam maar zeker
ten ondergaan. Tot ze ten onder gegaan
zal zijn.
Maar dan zal men te laat begrij -
pen, dat men bezig is geweest, z'n eigen
graf te graven. Het eenige verwijt, dat
aan deze Regeering te richten zou zijn,
is, dat zij niet nadrukkelijk genoeg op
den ernst van den toestand heeft gewe
zen en ook niet met werkelijk krasse
maatregelen is gekomen. Dat heeft de
Engelsche regeering wél gedaan en met
succes!
Intusschen, er is werkelijk een geest
merkbaar geworden, welke den land- en
tuinbouw wel zou willen helpen. D.w.z.
men begrijpt, dat er eenige steun moet
komen voor degenen, die hun kapitaal
reeds hebben ingeteerd. Wij merken
hierbij op, dat deze steun geen voorzie
ning beoogt om een bepaalden bedrijfs
tak te steunen, maar alleen de meest-
getroffenen, dus een sterk individualis-
tischen inslag heeft. Toch zijn we hier
dankbaar voor. Want méér nog dan
werkloozen in de steden, kunnen derge
lijke menschen (en hierbij hebben wij
vooral zeer vele R.K. groote tuindersge
zinnen op het oog) dien steun niet ont
beren. 't Is eenvoudig een sociale plicht.
Regeering en Kamer! laat die steun
nu eindelijk eens komen! En maak het
niet al te moeilijk om hier werkelijk
van te kunnen profiteeren. Want gij
hebt er, in het algemeen gesproken,
geen denkbeeld van, hoe bitter de nood
is en hoe hoog deze is gestegen. Anders
kunnen wij ons tenminste niet verkla
ren, dat er tot heden ook op dit gebied
nog niets is gebeurd.
Ten slotte het zij nog eens gezegd
de gewraakte regeling is door meer
dere gemeenten genomen, mede als ge
volg van het lange uitblijven van rijks
maatregelen.
Maar toch heeft deze regeling nog een
andere oorzaak.
Er is bij de betrokkenen in het alge
meen nog niet de wanhoopsstemming,
dat het immer zoo slecht zal blijven als
op den huidigen dag. Het onmogelijke
wordt schier gedaan, om het bedrijf in
stand te houden en ook de besturen der
gemeenten, waarin het geheele econo
mische leven van land- en tuinbouw
rechtstreeks afhankelijk is, zijn zich
bewust van den chaotischen toestand,
die ontstaan zou, als dat bedrijfsleven
werd stopgezet. Het eenige motief, dat
aan deze regelingen ten grondslag ligt,
is dan ook: instandhouding der bedrij
ven.
Noem dit kunstmatig, goed! Maar
durft gij, Regeering en Kamer, riskee-
ren, dat het bedrijfsleven ineenstort?
Kunt gij ons een betere bron van be
staan aanwijzen, die als vervanger zou
moeten optreden? Is het beter, dat, te
gelijk met die ineenstorting, het aantal
werkloozen nog met eenige duizenden
wordt vergroot?
Neen, als de Nederlandsche Staat niet
bij machte is het bedrijfsleven met een
actieve en nationale politiek op de been
te houden, en de eenige mogelijkheid
bestaat hierin, dat met wat geld (zoo
lang dat er nog is) de allerergste hon|er
gestild wordt, dan achten vele gemeen
tebesturen het terecht geen dwaasheid
om dit te doen in een vorm, waarbij
het bedrijf tevens nog eenigszins intact
blijft. Opdat bij een verbetering in den
crisistoestand dat bedrijf weer des te
spoediger de algemeene welvaart zal
kunnen bevorderen.
Wanneer een industrie in zoodanige
moeilijkheden verkeert, dat het bedrijf
moet worden stopgezet, dan wordt er
voor de daardoor werkloos komende ar
beiders onmiddellijk gezorgd. Welnu, de
gemeenten, die dezen maatregel namen
(althans de meeste van deze), waren
er van overtuigd, dat meerdere, ja vele
tuinders gedwongen waren, hun arbei
ders te ontslaan, en dat andere, die
geen arbeiders, maar ook geen inkomen
hadden om er schamel van te kunnen
leven, uit het bedrijf zouden loopen en
eenvoudig armlastig zouden worden. Zij
waren zich er van bewust, dat als er
niets gebeurde de lasten toch in een
anderen vorm -o de gemeente zouden
komen drukken, en dat tegelijkertijd het
bedrijf, waarvan alle of althans de
meeste burgers afhangen, vernietigd zou
worden.
Daarom dienen deze regelingen
(waarbij, dit geven we toe, de excessen
moeten worden voorkomen) behouden te
blijven. En dit niet alleen zij verdie
nen den steun van de Landsregeering,
zoolang het tenminste Staatstaak ge
acht wordt, de werkloosheidsbestrijding
te steunen.
Het land- en tuinbouwbedrijf zal, om
op de been te blijven, als zoodanig inet
een actieve nationale politiek dienen te
worden gesteund. Zoolang de huidige
wijze van steunverleening wordt gehand
haafd, zal men speciaal voor het kleine
tuinbouwbedrijf o.a. aangewezen zijn op
een dergelijken maatregel.
JAC. GROEN Az
In „De Katholieke Pers", het maand-
orgaan van de Ned. R. K. Journalistenver-
eeniging, schrijft de heer J. Zwets.oot, onder
het hoofd „Scherpe kantjes", het volgende:
Daar is iets wat me ae laatste dagen ge
hinderd heeft. En aangezien er in ons
orgaan ook wel gelegenheid zal zijn om zijn
hart te luchten, heb ik mijn potlood gegre
pen. Ik vond daartoe r.og meer aanleiding
omdat ik weet, dat ik niet de eenige ban
die lichtelijk verstoord raakte. Verschillende
collega's deelen mijn gevoelens.
Wat is het geval?
De Volkskrant is, zooals bekend, een groote
propaganda-actie oegonnen voor zich zelf.
Tegen die propaganda heb ik geen enkel
bezwaar. Het schijnt nu eenmaal in oneen
tijd niet anders te kunnen, dan dat men
reclame maakt voor zich zelf; dat men
eigen karaktertrekken en voortreffelijkheden
aangeeft, aanprijst en desnoods aandikt.
De Volkskrant is in dit opzicht een kina
van haar tijd en wi zou haar dit euvel
duiden. Zij blaast hoog van den toren en
ik hoop van harte, dat haar geluid zal
worden verstaan.
Dus tegen de propaganda-op-zich-zelf
heb ik geen bezwaar, mitsze gevoerd
wordt positief en met vermijding van
rechtstreeksche of zijdelingsche bestrijding
van anderen: mits ze geschiedt overeen
komstig het algemeen gebruik bij de propa
ganda van de bladen, n.l. dat men zich
nauwkeurig beperkt tot aanprijzing van eigen
kwaliteiten en dat men in geen enkel op-
zich afgeeft op collega's.
Ten koste van anderen tracht men niet
naar eigen baat. Dat wordt en terecht
als onbehoorlijk beschouwd.
Nu is dit het opmerkelijke in de Volks-
krant-propaganda, dat ze niet altijd posi
tief blijft, doch nu en dan, door niet ter
zake doende uitlatingen of zinspelingen op
anderen, collega's dus ons min of meer
pijnlijk grieft.
De voorstelling wordt b.v. gesuggereerd,
dat de „Roomsch-burgerlijke" pers voor de
rechten der arbeider» niet opkomt en zich
daaraan niets laat gelegen liggen. Zwijgen
is goud, denken die bladen volgens de
Volkskrant en dus zwijgen ze de rechten
der arbeiders dood.
Deze voorstelling is o. i. in haar alge
meenheid onwaar en ook de Volkskrant
moet 't bekend zijn, dat b.v. vele katho
lieke bladen de Volkskrant zal de katho
lieke bladen toch niet alle onder de kleine
willen rangschikken zich voor de verbete
ring van de positie der arbeiders en voor
de verovering van -ie hun toekomende rech
ten groote verdiensten hebben verworven.
Maar ook al was de voorstelling van
de Volkskrant waar wat wij ontkennen
dan nóg is 't de vraag of 't pas geeft
in een reclame-campagne op deze ver
meende fouten van de katholieke pers
collega's te wijzen.
O. i. niet.
Een reclame-campagne moet zich strikt
houden tot de zaak, die men propageeren
wil; alle gedachte aan polemiek moet daarbij
uitgesloten zijn; nauwgezet moet daarbij
vermeden worden elke openlijke op bedekte
bestrijding van of aanval op anderen. En
dit geldt nog in sterker mate als die anderen
collega's zijn, die mede naar beste weten
de katholieke zaak en ook de zaak der
katholieke arbeiders dieren willen.
Er zijn scherpe kantjes aan de Volks-
krant-propaganda, die o. i. beter kunnen
worden afgevijld.
De propaganda zou daardoor winnen in
kracht en.... sympathie.
Het bovenstaande was reeds geschreven en
opgezonden naar Den Haag, toen ons een
artikel van (d. B.), in het Verbondsblad van
6 Nov. J.I., onder de oogen kwam, waarin
gezegd wordt, dat het een katholiek belang
is, dat de R K. arbeiders aan de Volkskrant
boven alle andere bladen de voorkeur
geven.
Dat beteekent dus, dat de katholieke
arbeiders om het katholiek belang hun
abonnement op Huisgezin, Centrum, Resi
dentiebode we noemen er zoo maar een
paar moeten opzeggen om daarvoor de
Volkskrant te nemen
We zullen er niet meer van zeggen, maar
wijzen er alleen op dat ook deze voorstel
ling van (d. B.) weer demonstreeft, dat er
scherpe kantjes zijn aan de Volkskrant-
propaganda.
Tariefsverhooging aanvaard
De Tweede Kamer heeft Woensdag het
Wetsontwerp tot verhooging van de tarieven
der invoerrechten met 56 tegen 36 stemmen
aangenomen.
Bij rechts voegden zich alleen de liberalen
Boon, Bierema en Van Rappard.
Trillingen waargenomen
Naar aanleiding van mededeelingen uil
verschillende deelen van het land, o.m. uit
Den Haag, dat daar gedreun en trillingen
waren waargenomen naar men meen
de afkomstig van aardschokken deelde de
Directeur van het Meteorologisch Instituut
te De Bildt ons gisteravond mede, dat ook
daar trillingen zijn waargenomen. De seis
mograaf heeft echter aangetoond, dat Van
aardschokken geen sprake kan zijn geweest.
Men vermoedt, dat deze trillingen door de
lucht zijn over-pb'-aebt. Niet onmogelijk is
het voorts, dat het gedreun en de 'trillingen
afkomstig zijn van het gebruik van zwaar
geschut. Of in Nederland gisteren oefeningen
zijn gehouden, en waar deze zouden hebben
plaats gevonden, is ons niet bekend.
HAARLEM - HEEMSTEDE - BLOEMENDAAL
i (adv.)
Een partijtje dam onder het genot
van een likeurtje
Het dorpje Wijk aan Zee is in zijn win-
tersche rust plotseling gestoord door een sen
satie.
Eenige leden van het duistere gilde hebben
een bezoek gebracht aan het tijdelijk onbe
woonde pension-café-restaurant „Kennemer
duin" aldaar. Het was een bezoek, dat langer
duurde dan men van deze luitjes gewoon is,
terwijl zij zich hierbij, wat brutaliteit en
baldadigheid betreft, op een bedenkelijke ma
nier hebben onderscheiden.
In ons blad van gisteren hebben wij reeds
eenige bijzonderheden over dit geval mede
gedeeld. Later vernamen wij nog de volgen
de bijzonderheden:
Het pension, dat een seizoenbedrijf is, staat
gedurende de wintermaanden onbewoond. De
eigenaar, de heer A, Schelvis, verblijft te
Amsterdam, doch komt af en toe te Wijk aan
Zee.
Dinsdagavond arriveerde hij met zijn echt-
genoote wederom in de badplaats en zou in
zijn zaak overnachten. Bij het betreden van
zijn woning ontdekte hij onmiddellijk, dat er
ongewenschte gasten waren geweest. In aller
ijl werd de politie gewaarschuwd en bij het
vlug ingesteld onderzoek bleek, dat men hier
met een brutale inbraak te doen had waar
bij alles er op wees, dat het hier een bezoek
van langeren duur gold.
Onze lezers weten reeds dat de daders door
verwijdering van een paneel uit de deur aan
de achterzijde van het huis, zijn binnengeko
men. Beneden zijn het buffet en een schrijf
bureautje geopend en leeggehaald, terwijl ook
de linnenkast aan een grondig onderzoek is
onderworpen. De inhoud is naar een andere
kamer gesleept en daar netjes opgestapeld,
gereed voor transport. Een aantal lakens en
dekens bleken reeds te zijn verdwenen; zoo ook
een voorraad lepels en vorken, een stel bil
jartballen, een biljartlaken en andere voor
werpen. De traplooper stond netjes opgerold
gereed om mee te nemen. Ook gordijnen en
een wintermantel waren gereed gelegd.
Ware de eigenaar niet teruggekeerd, dan
was er waarschijnlijk nog meer weggehaald.
Intusschen hebben de heeren het zich zoo
gerieflijk mogelijk gemaakt. Zij hebben zich
te goed gedaan aan den Inhoud van de
blikjes conserven, die aanwezig waren, een
pikant kostje, dat hun een dorstige keel be
zorgde, Hiervoor zochten en vonden zij lafe
nis in den wijnkelder, waarvan de voorraad
duchtig aangesproken is. Vervolgens hebben
zij zich voor een langer verblijf geïnstalleerd.
Hiertoe werden op de bovenverdiepingen 'n
drietal bedden in gebruik genomen, waarop
de heeren blijkens den toestand, waarin de
legersteden werden aangetroffen, in 'n zoeten
slaap vergetelheid gezocht hebben voor hun
inbrekerszorgen.
De ramen in de slaapkamer waren met ge
watteerde dekens geblindeerd, opdat geen
lichtstraaltje hen naar buiten zou verraden.
Dat het zich hier buitengewoon gezellig heeft
toegedragen bleek uit de omstandigheid, dat
een tafelt je bij het bed was geschoven, waar
op een damspel en kopjes met resten advo
caat en Benedictiner, benevens tallooze si
garettenpeukjes getuigden van een rustig en
aangenaam tijdverdrijf. (Door een misver
stand werd in ons bericht van gisteren ge
sproken van dansen instede van dammen).
In de slaapkamer was voorts een stel on-
derkleeren gereed gelegd terwijl 'n paar juten
zakken klaar lagen, blijkbaar bestemd om er
gestolen goederen in te bergen. Nog kon
men constateeren dat de heeren hun schoe
nen gepoetst hadden,, een bewijs, dat zij op
een goed uiterlijk gesteld waren.
Vermoed wordt dat de inbrekers (het wa
ren er waarschijnlijk drie) een dag of drie in
het huis hebben gebivakkeerd. Het is niet
onmogelijk, dat zij door de komst van den
eigenaar gestoord zijn en onbemerkt de
vlucht genomen hebben.
In ieder geval zijn het personen geweest,
die met de situatie volkomen op de hoogte
w^ren. De omwonenden hebben geen onraad
bespeurd.
De achterkant van het huis grenst aan
open duinterrein, waarover men langs een
omweg den straatweg kan bereiken. Op deze
manier hebben de inbrekers waarschijnlijk
kans gezien, om onbemerkt met de gestolen
goederen weg te komen.
Een paar oude schoenen werden in het huis
achtergelaten.
Door de politie is onmiddellijk een uitge
breid onderzoek ingesteld.
(Zie voor foto's pag. 1, tweede blad)
Jhr. Mr. J. W. G. Boreel van
Hogelanden
Door sommige bladen wordt het bericht
verspreid, als zou jhr. mr. J. W. G. Boreel
van Hogelanden, oud-burgemeester van
Haarlem, binnenkort voor goed de gemeente
Velsen verlaten. Dit bericht kunnen wij met
beslitsheid tegenspreken. De heer Boreel zal
wel dezen winter Velsen verlaten en heeft
ook een deel van zijn tuinpersoneel ontsla
gen, echter is het zijn bedoeling, na afloop
van zijn reis op Waterland terug te keeren.
De slag in Mandsjoerije
Overwinning der Japanners
Volgens berichten uit Tokio is de slag tus
schen de Japanners en de troepen van gene
raal Ma geëindigd met een overwinning der
Japanners. De Japanners hebben de stad
Agantschi veroverd en hiermede den Chinee-
schen Oosterspoorweg bereikt.
De Chineesche troepen zouden zich thans
in allerijl terugtrekken naar Tsitsikar. Ja-
pansche vliegtuigen hebben deze stad gebom
bardeerd. Na een hevig gevecht, dat drie
uren duurde, is het den Japanners gelukt de
voorste linies der Chineezen bij Sautschien-
fang te bezetten. Generaal Ma zou vermist
zijn.
Volgens de ontvangen berichten, is de aan
val in de vroege morgenuren uitgegaan van
de troepen van generaal Ma, die in den be
ginne succes hadden en den Japanners ern
stige verliezen toebrachten, welke 800 man
zouden betreffen.
Volgens berichten uit Charbin, hebben de
troepen van Ma tegen den middag (Oostel.
Tijd) de Japanners, na ernstige gevechten,
teruggedreven. Ook te Tokio heerschte ern
stige bezorgdheid. Men vreesde daar een ge
voelige nederlaag der Japanners en verweet
generaal Ma, dat hij de overeenkomst had
geschonden.
Bijzonder gevaarlijk voor de Japanners
werd een optreden der Chineezen bij Tan-
schoe geacht, waarbij de Japanners door de
verwoesting van den Taonan-Soeping Kai
spoorweg en een vernieling van de telefoon
telegraaflijnen, werden afgesneden van de
hoofdmacht. Na dit aanvankelijk succes der
Chineezen, gingen de Japanners tot een al-
gemeenen tegenaanval over langs de Nonni-
linie. Zij sloegen een tegenaanval van 2000
man Chineesche cavalerie, welke plaats had
langs den rechter-vleugel, met succes af en
verkregen hierna de overhand.
De bezetting van Agantschi
bevestigd
Bevestigd wordt, dat Agantschi door de
Japansche troepen is bezet. Het Japansche
ministerie van Oorlog heeft een bericht ont
vangen van het Japansche hoofdkwartier te
Moekden, dat Woensdagmiddag om 1 uur
(Oostelijken Tijd, d.i. 3 uur verschil van Am-
sterdamschen tijd) de stad werd ingenomen.
De Japansche cavalerie achtervolgt de troe
pen van generaal Ma, welke in de richting
van Tsitsikar vluchten. In Japansche krin
gen verwacht men, dat de voorhoede der
Japansche cavalerie Tsitsikar in den nacht
op Donderdag zal bereiken. Men rekent er
niet op, dat de Chineesche troepen nog ern-
stigen tegenstand zullen bieden.
Het Japansche ministerie van Oorlog heeft
verklaard, dat het groote dwaasheid is te
denken, dat Japan oorlog voert tegen China.
Het Japansche optreden in Mandsjoerije is
slechts zuiver politioneel. Daarom is er geen
sprake van een schending van 't Kelloggpact
door Japan. De minister spreekt den wensc'n
uit, dat de normale betrekkingen tusschen
China en Japan spoedig zullen hersteld zijn.
De nederlaag der Chineezen
volkomen
Generaal Honjo heeft medegedeeld, dat hij
gedwongen is geweest tot den aanval over ie
gaan, ten einde een Chineeschen aanval te
voorkomen. Het Japansche hoofdkwartier te
Moekden deelde Woensdagmiddag mede, dat
de Chineesche nederlaag in den nacht op
Donderdag volkomen zal zijn.
Te Tokio verluidt officieel, dat met de
nederlaag der Chineezen het hoofddoel der
Japanners, in het gebied der. Nonnibrug de
concentratie der Chineesche troepen te ver
hinderen, is bereikt. Daarom hoopt men zeer
spoedig de Japansche troepen te kunnen
terugtrekken.
Generaal Ma wil zijn hoofd
kwartier verplaatsen
Naar uit Tsitsikar wordt gemeld, heeft
generaal Ma verklaard, dat hy, in geval
Tsitsikar door de Japansche troepen wordt
bezet, zijn hoofdkwartier naar Sachaljam
(aan de Russisch-Mandsjoerijsche grens aan
de Amoer gelegen) zal verplaatsen, om van
daar de strijd tegen de Japanners voort te
zetten.
Indiening volgende week
Uit Brussel wordt nog aan het „Handels
blad" gemeld, dat het wetsontwerp, om de
Belgische invoerrechten op boter en vleescn
te verhoogen, reeds volgende week hij de
Kamer zal worden ingediend.
De Katholieke boerenafgevaardigden in
Kamer en Senaat hebben aan de ministers
van Financiën en Landbouw gevraagd, om
de invoerrechten op boter, gekoeld vleesch,
tabak en margarine met zeven te vermenig
vuldigen.
De ministers, die aanvankelijk van plan
waren, om de'rechten op gekoeld vleesch en
margarine met vijf te vermenigvuldigen, en
die op boter met zeven, schenen zich met
dit voorstel te kunnen vereenigen, doch ble
ken niet bereid te zijn. de invoerrechten op
tabak er in te betrekken.
Commies-griffier der Tweede Kamer
Een lijst met vijf en twintig sollicitanten.
Voor de betrekking van commies-griffier
aan de Tweede Kamer hebben zich tien
tallen opgegeven. Aan de Kamer is gisteren
een alphabetische lijst van sollicitanten toe
gezonden, welke niet minder dan 25 namen
bevat van juristen, waarvan de oudste 33
jaar is en de jongste 23.
De lijst begint met mr. H. Albarda en
sluit met mr. H. van Zanten. De meeste
sollicitanten wonen in Den Haag, maar de
post trok ook de belangstelling te Amster
dam, Bussum, Rotterdam, Eist, Dell, Almelo,
Warmond, Utrecht, Voorschoten, Hoorn,
Aerdenhout, Soesterberg en Haarlem.
De Kamer beslist Vrijdag a.s. bij den aan
vang der vergadering.
Reeds de volgende week zal de Belgische
regeering een wetsontwerp indienen om de
invoerrechten op gekoeld vleesch, boter en
waarschijnlijk ook margarine met 7 te ver
menigvuldigen.
(blz. 1, 1ste blad)
Te Anna Paulowna zijn by een brand drie
kinderen omgekomen.
(blz. 1. 1ste blad)
Aardtrillingen waargenomen.
(blz. I. 1ste blad)
De Iersehe Sweepstake; vijf paarden in
Holland gevallen.
(blz. 1. 2de blad)
De strijd in Mandsjoerije. Overwinning der
Japanners in het Nonni-gebied.
(blz. 1, 3de blad)
Geen vorderingen bij de besprekingen in
den Volkenbond over het conflict in het
Verre Oosten.
(blz. 1, 3de blad»
De besprekingen tusschen Hoover en
Grandi.
(blz. 1, 3de blad)
Het Engelsche anti-dumping-wetsontwerp
in tweede lezing door het Lagerhuis aange
nomen.
(blz. I, 3de blad)
De regeeringscrisis in Hongarije opgelost.
(blz. 1, 3de blad)
Nieuw verzet in Engelsch-Indië aangekon
digd.
(blz. 1, 3de blad)
Vergadering R. K. Juvenaat in het bisdom
Haarlem.
(blz. 2. 3de blad)
De Tweede Kamer heeft aangenomen het
wetsontwerp tot verhooging van het tarief
van invoerrechten.
(blz. 2. 3de blad)
Barometerstand 9 uur v.m.: 7.68 vooruit.
LICHT OP. De lantaarns moeten morgen
worden opgestoken om 4.21.
Hoogste barometerstand 778.8 m.M. te
Hernösand.
Laagste barometerstand 733.0 m.M. te
Jan Maijen.
Verwachting: Matige tot zwakken, Zuid-
Oostelijke tot Zuid-Westelijken wind, zwaar
bewolkt tot betrokken, in het Westen waar
schijnlijk eenige regen, weinig of geen re
gen in het Oosten, iets zachter.
Kortsluiting de vermoedelijke oorzaak
De verkoolde ïykjes gevonden
Woensdagavond heeft te Breezand, op on
geveer 3 K.M. afstand van Anna-Paulowna,
een vreeselljk ongeval plaats gehad, waarbij
drie kinderen zijn omgekomen. De weduwe
Kruithof, wonende aan de Zandvaart, was
omstreeks 8 uur even van huis gegaan, om
een bezoek te brengen aan de buren. Tij
dens haar korte afwezigheid is op de boven
verdieping van haar woning, vermoedelijk
tengevolge van kortsluiting, brand uitge
broken. De weduwe woonde met haar 7 kin
deren in het huis, van wie 6 thuis waren.
Twee van hen, de oudsten, zaten in de
woonkamer beneden, terwijl de vier overige
kinderen, waarvan de oudste 9 jaar is, op
de bovenverdieping sliepen. Alleen het jon
getje van 9 jaar heeft zich, door uit een
venster te springen, kunnen redden. De drie
andere kinderen, die op deze verdieping
sliepen, konden niet worden gered en zijn
in de vlammen omgekomen.
Het zijn een meisje van 7 jaar en twee
knaapjes van 5 en IK jaar.
Toen de moeder gewaarschuwd was en zij
bij de woning kwam, stond het heele huis
in lichte laaie. De brandweer, die spoedig
ter plaatse was, kon niet voorkomen, dat het
geheele huis afbrandde.
Eenige personen hebben nog getracht de
kinderen te redden, doch dit mislukte ten
gevolge van de groote hitte en den rook.
Tegen middernacht is men er in geslaagd
de lijkjes van de drie kinderen, die geheel
waren verkoold, te vinden. Het gebeurde
heeft te Breezand en te Anna-Paulowna
veel consternatie gewekt. De vrouw en de
drie geredde kinderen zijn gedurende den
nacht bij bekenden ondergebracht.