LEEKEPREEKEN f 3000.- f250.- f125.- f50.- f40.- JAN VAN DINTEREN HENK FIBBE Ij speelt iederen avond in „DU COMMERCE" WONINGBUREAU BUREAUX NASSAULAAINI 49 ADVERTENTIEN 35 ct. p. regel dit nummer bestaat uit vier bladen En het geïllustreerd zondagsblad ZATERDAG 5 DECEMBER 1931 VIER EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 17943 AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL De socialisten en het Nationaal Crisis-Comité Audiëntie Schip bij onze kust in nood Het conflict in de textielnijverheid Overeenstemming der arbeidersbonden Een nieuw Consistorie met Kerstmis? Canonisatieprocessen met zijn ensemble Café-Restaurant De inzameling voor het Nationaal Crisis-Comité Eindelijk eens een lichtpuntje Felle brand in Raams- donkveer KAPITAAL f 2.000.000 RESERVE f 600.000 Bestrijding van Gods lasterlijke uitingen VOORNAAMSTE NIEUWS J. J. WEBER ZOON OPTICIENS FABRIKANTEN Groote Houtstraat 166 Haarlem Makelaar en Taxateur NASSAUSTRAAT 14 - TEL. 13781 Stremming in het pont- verkeer te Velsen De nieuwe stoompont op iJrift er* itfr Rö A*** eeP' jïe** Telefoon No. 13866 (drie lijnen) Postrekening No. 5970. ABONNEMENTEN: voor Haarlem en Agentschappen: per jreek 25 ct.; per kwartaal 3.25; per post, per kwartaal 3.58 bij vooruitbetaling. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN TIES, 1—4 regels 60 ct. p. plaatsing; elke regel meer 15 ct., bij vooruitbet. Bij contract belangrijke korting. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN tusschen den tekst 60 ct. per regel. abcmné's op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeèringen: Levenslange geheeie ongeschiktheid tot werken door t Wil verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen I f UUa bij een ongeval met doodelijken afloop bij verlies van een band een voet of een oog bij verlies van een duim of wijsvinger bij een breuk van been of arm oij verlies van 'n anderen vinger 416 WAAN EN WETEN Wij konden in de laatste dagen geen bag- of weekblad in handen nemen, of 'h Woord of in beeld werd ons de eerbied waardige sproke van St. Nicolaas in her- 'bnering gebracht. Welk een macht heeft toch het ont berende verhaal van de echt mensche- 'Üke daad, uit zuivere motieven voortge- sProten, opgeweld uit het menschenhart, bat, wat er ook door de tijden verande- bn mag, onveranderlijk blijft. Zoo is het met het verhaal van den Bisschop Nicolaas, die, om de ziel v&n een door armoede gekwelden man ea de deugd van drie jongedochters te bdden, heimelijk goudstukken strooide b het huis van een twijfelmoedige en eeh goede fee uit een oude sproke leek. **oe diep heeft dit verhaal tijdgenoot en Nageslacht geroerd! Hoe groot is de fi- Süur van Nicolaas uitgegroeid, zóó, dat in der kinderen fantasie tot een levend wonder werd! Geen afstand is v°or hem te groot, geen hindernis on- 0verkomelijk. Met een paard rijdt hij °V6r de daken en daalt, ondanks bran- behde kachels, door nauwe schoorsteen pijpen. Op honderd, op duizend plaatsen *s hij tegelijk en zijn zakken met goede Saven zijn onuitputtelijk.... Wij glimlachen om die jeugdherinne ringen en passen wel op de illusie, welke °°h nu nog, na honderden jaren, bij "Nae kinderen leeft, wanneer zij met bandend-nieuwsgierige oogen den 6den ecetnber tegemoet blikken, te versto- bh! Gelukkig de jeugd, die nog droo- 111611 kan bij helderen dag; die in haar S6esteswereld zich onbelemmerd kan Jütleven, zonder beletselen van het cri- Sche verstand! De ontnuchtering komt baar al te vroeg, zuchten wij, door °adervinding wijs geworden! Laat ze ^bomen en genieten in hun heerlijksten JJd! Wle zóó denken en doen, stellen °ftbewust een heel verstandige daad en et zou nog verstandiger zijn daaruit voor zichzelf, ook voor de „groote bf:hschen" ^en conclusie te trekken. Waarom denken er zoovelen met wee moed aan de jeugdjaren terug en zien jhet een zekere huivering hun kleine ^hderen groot worden en uit het sprook- j6sPaleis het huis der nuchtere werke- "Jkheid intreden? Is de waarheid dan meer dan de waan, de werkelijk- niet meer dan de schijn? Hoe hartstochtelijk hebben wij er naar ver- j*hgd „groot" te worden! Was een „groot jbhsch" in ons kinderverstand niet een bl bijzonder wezen, iets van een hoo- ^6b soort? Voelden wij in de jaren der 'JPWording niet ieder nieuw inzicht in 6 Werkelijkheid der dingen ais een ver- Vering van ons verstand op kinderlijke aandenkbeelden? Als een held voelen 'j ons groeien, vijftien, zeventien, acht- l6N, twintig jaren; totdat de knaap man 11 het meisje vrouw geworden is. En nu beven wij bij al ons weten vaak een "-teren nasmaak; nu zien velen met bnioed, sommigen zelfs met jaloerscn- teid naar de kleinen, die nog niet we- die nog gelooven aan een goeden bt, rijdend over de daken. Toch is schijn minder dan wezen, is e rijpe vrucht meer dan de kiem; toch jjbt dè waarheid boven de dwaling, ook to&agt deze een sierlijk kleed. <*aat het alleen om de oplossing van 6 Vraag: waarom kunnen wij soms aan 6 jeugd haar onwetendheid benijden, *h is de oplossing niet moeilijk, zeker /bt in deze Decemberdagen. Wij ver- arren onze grootemenschen-zorgen te Zwakkelijk met de jeugdige onbezorgd- bd en verwijten aan onze rijpheid het 6Nüs van de geneugten van tooverland. be nicht den Traum der Kinder, eeft de dichter ons vermaand en te- ,6cht. Verstoor niet den droom der kin- ebh. hun leed plaagt hen niet minder, an u het uwe drukt! Wij kijken te veel ^aar de zonnige blijheid van het kind f;h achten zijn tranen niet. Zijn vreugd h zijn smart zijn even groot en even ^Nchtig. In deze dagen beleeft het kind W hoogtij. Wanneer straks de lekker- v bn zijn verdwenen, het klatergoud b het speelgoed verflenst; wanneer broze poppen en houten kasteelen eken, heeft het zijn uren van verdriet Verveling. Er is niet veel noodig om j.- eigen jeugdjaren, niet alleen met de te t~ maar ook met de schaduwzijden, beleven en dan de valschheid van v 2e vergelijking en de onredelijkheid b onze jaloezie in te zien. tt( aaf ook al komen wij op dit punt ons zelf tot klaarheid, dan blijft j* de vraag klemmen: waarom geeft vele weten zoo weinig bevrediging; bhï°m is een kind in zijn romanti ci6 sfeer onmiskenbaar zooveel geluk- ïel(.er dan zoo menig volwassene in zijn t^bheid en met zijn werkelijkheidszin? Ml) vragen, die wij ons zelf niet dik- v0 en zeker niet in dezen scherpen w stellen, maar die toch met him vage contouren vaak als schaduwen over onze ziel komen. In deze Decemberda gen, vol van romantiek eener- en harde werkelijkheid anderzijds, loont het de moeite naar een antwoord te zoeken. In de onvergelijkbare Bergrede van Christus staat een woord, dat de oplos sing brengen kan, wanneer wij het wil len verstaan. Daar worden de „armen van geest" zalig geprezen. Dit is natuur lijk geen aanprijzing van de domheid. God heeft den mensch een verstand ge geven, dat hem van het dier onder scheidt. Hoe meer hij het ontwikkelt, hoe meer hij met deze kostbare gave woekert, des te meer zal hij zijn mensch- waardigheid verhoogen en dus het werk van zijn Schepper tot zijn recht doen komen. Gelijk echter bij alles, zoo ook maakt hier de intentie het werk. Wie, uit ongeloovige ouders geboren, getrof fen wordt door de geheimen der natuur en op onderzoek uitgaat, teneinde klaar heid te krijgen over den maker en den motor van al wat zich rondom hem be weegt, heeft kans langs dien weg tot erkenning van een Opperwezen te ko men. Verricht hij zijn onderzoek met volkomen zuivere meening en legt hij daarbij aan zijn hoogmoed en mensche- iijke eigenwijsheid het zwijgen op, dan heeft hij kans tot het inzicht van de verhevenheid en waarachtigheid der Openbaring te komen en de genade des geloofs deelachtig te worden. De zucht tot weten kan op deze wijze het begin zijn van het hoogste geluk. Wanneer wij ons leven nagaan, dan heeft alle kennis, die wij ons met zui vere bedoeling hebben vergaard, nooit anders dan tot ons heil. ten minste tot ons genoegen gestrekt. Uit onze kinder jaren herinneren wij ons menig uur, waarin een bekwaam onderwijzer onze jeugdige hersens wist open te kloppen en het verstond onzen geest te voeren in ongekende gebieden. Wat gaf die open baring van ongeweten dingen een blijde verrassing en hoe levendig is zulke ver rijking van onze kennis ons bijgebleven. Dit geldt voor alle verlichting van ons verstand en verfijning van onzen gees telijken smaak door wetenschap en kunst. Alle inzicht, dat wij gekregen hebben in eerlijke wetenschap, iedere schoonheidsopenbaring, welke wij in zui vere ontroering voor edele kunstuitin gen hebben ondergaan, kan slechts ver rijking van ons leven beteekenen. Maar bij hoeveel pogingen om kennis te verzamelen of kunstzinnig te worden zitten onzuivere bedoelingen voor! Daar is allereerst de minst gevaarlijke, de zucht om door wetenschap carrière te maken; de misvatting ook dikwijls van ouders en voogden, om ter wille van standsoverwegingen een minder dan middelmatigen leerling te dwingen een wetenschappelijke loopbaan te volgen; of wel de ij delheid van vaders of moe ders, om van een twijfelachtig begaafd kind een musicus, een schilder, een schrijver te maken. In al deze gevallen wordt de Muzenberg niet bestormd uit zuivere liefde voor wetenschap en kunst. Er is bij al deze jagers naar kennis en kunst geen persoonlijke overgave, geen heilig vuur; daar is niet de zelfverloo chening, welke iedere voorname roeping eischt. En dan komen de teleurstellin gen: de wrevel bij allen, die halverwege blijven steken en ondanks de heftigste inspanning geen kans zien het einddoel te bereiken. Dan komt de minachting bij de geslaagden, die ondanks hun vele kennis of kunstvaardigheid het gehoopte fortuin niet kunnen verwerven, of wel, wanneer het geluk hun meeloopt, zich met spijt afvragen, waarom zij zooveel geestelijken ballast hebben opgedaan: het geld was ook zonder dat te verdienen geweest! Dan is er de veel gevaarlijker zucht naar kennis uit louter hoogmoed of zondige nieuwsgierigheid. Hoe groot is het aantal half onderlegden, die, om te kunnen pronken, zich in allerlei we tenschappelijke theorieën verdrinken, zonder voldoende voorafgaande scholing van het verstand en zonder een zuiver geslepen critischen geest. Waanwijsheid, geestesverwarring, zelfverblinding zijn er het gevolg van. Voor hun omgeving worden het ondraaglijke betweters; in de maatschappij gevaarlijke warhoofden, terwijl hun eigen levensgeluk en geloof maar al te vaak kans loopen schipbreuk te lijden. Daar is ten slotte de moderne sensa tiezucht, door een heilloos journalisme gevoed. Er mogen voor den twintigsten eeuwschen mensch geen geheimen meer zijn. Er kunnen geen twee staatslieden meer samenspreken, of er staat iemand aan de deur om te luisteren. De geheime diplomatie is immers afgeschaft! Er kan geen zonderling meer rond loopen, of hij wordt geïnterviewd en hoe dwazer zijn denkbeelden zijn, hoe uitvoeriger zij in de krant komen. Er kan geen mis dadiger opdoemen, of hij vindt dadelijk zijn Homerus: zijn levensgeschiedenis wordt opgehaald, zijn jeugd, zijn jonge lingschap, zijn rijpere leeftijd worden geanalyseerd. Zijn cel wordt begluurd en al zijn handelingen, zijn denken, zijn be geerten, hoe minderwaardig ook, worden ons te lezen gegeven. Wij moeten allen wéten: hoe de filmsterren eten en drin ken en slapen; hoe zij wonen, hoe dik wijls zij trouwen en scheiden. Een open baar persoon mag geen privaat leven meer hebben: wij moeten het wéten, het moet in de krant! Is het wonder, dat zulk weten ons op den duur niet bevredigt en dat er oogen- blikken komen, dat wij het kind zijn on wetendheid benijden? Wanneer gij niet wordt als deze klei nenDit woord is niet geschreven om ons dom te houden of van ware weten schap of echte kunst te vervreemden. Het wijst ons op den geest, waarin wij kennis en kunst tegemoet moeten tre den: niet om er een handelswaar van te maken; niet uit zondige nieuwsgie righeid of uit sensatiezucht, maar om er te zoeken en te vinden de wijsheid en de schoonheid van den Schepper, tegenover Wien wij ons dan dankbaar en blij zul len voelen als kinderen. HOMO SAPIENS. In de socialistische bladen heeft de heer J. Oudegeest, de voorzitter der S. D. A. P., uiteengezet, waarom enkele sociaal-demo democraten zitting hebben genomen in het Nationaal Crisis-Comité. Dit stuk is buitengewoon leerzaam voor de huidige gezindheid van die heeren, zegt „De Avondpost." Geen woord van waardeering, natuurlijk, voor de instelling van het Comité; geen woord van waardeering voor het betoonde initiatief. De sociaal-democraten hebben in het Comité zitting genomen, omdat zij dit beschouwen als „uitbreiding van gevechts terrein". Het geld, dat het Comité van de Regeering zal ontvangen is „belastinggeld" «n dit is „niet veilig uitsluitend in handen van burgerlijke vertegenwoordigers". De Re-, geering heeft een plicht te vervullen jegens de werkloozen, en zegt de heer Oudegeest lieflijk „het Crisis-Comité wordt gevormd om zoo goed mogelijk van dezen plicht af te komen. Dit zal gelukken, als wij er niet In zitten," want „blijven wij er buiten, dan komt de soeploods; gaan wij er in, dan komt de soeploods niet." De socialisten mogen „dit terrein (niet) zonder slag of stoot aan den tegenstander overlaten." En de clou van deze verheven beschouwing ligt in de volgende woorden: „Niet in sensatie, maar in doelbewust op treden tegen de machinaties onzer tegenstan ders ligt onze kracht." Deze uitlatingen zijn weinig minder dan schandelijk, even schandelijk als hetgeen die zelfde volksvertegenwoordiger onlangs schreef over de inkomsten-vermindering der leden van het Koninklijk Huis. De heeren hebben dus niet in het Nationaal Crisis-Comité zit ting genomen, om er met andere gelijkwaar dige mannen en vrouwen eendrachtig en loyaal samen te werken aan leniging van nood, neen, zij zitten daar, in hun belache- Hjken hoogheidswaan, als controleurs, die het „burgerlijke" gezelschap, dat allerlei infe rieure bedoelingen heeft, stevig in de gaten zullen houden. Want de oprichting van 't Co mité is een sluwheid van de Regeering om aan haar „plicht" te ontkomen, ja, het is een „machinatie" van de tegenstanders der sociaal-democraten, en die zullen zij ontmas keren. Alleen als „wij" er in zitten, zal het eerlijk en zuiver en goed gaan; anders niet. Gold het hier niet zulk een diep-emstige zaak, waarmee de levensbelangen van tien duizenden samenhangen, en die tot plicht stelt dat elk conflict worde vermeden, dan zou er eigenlijk maar één behoorlijk en waardig antwoord op zulke beschouwingen gegeven kunnen worden: de gezamenlijke leden van het Comité zou den de sociaal-democraten, die op zulk een wijze en met zulk een toelichting zitting hebben genomen, dringend moeten uitnoo* digen hun ontslag te nemen, omdat men niet onder die omstandigheden met hen wenscht samen te werken. Het is klem en het is minderwaardig, om de goede en nobele daden van anderen te beoordeelen op de manier, zooals de heer Oudegeest het Nationaal Crisis-Comité be schouwt. Z. B. Exc. de Bisschop van Haarlem zal de volgende week Maandag en Donderdag geen audiëntie verleenen. N.V. Landbouw Mij. Soekowono Dividend 30 (v. j. 5) pCt. Op de op 21 dezer te Amsterdam te hou den algemeene vergadermg van aandeelhou ders der N.V. Landbouw Mij. Soekowono zal voorgesteld worden een dividend van 30 pCt. (v. j. 5 pCt.) uit te keeren. S. O. S.-seinen opgevangen In den afgeloopen nacht omstreeks 2 uur werd te Amsterdam een draadloos bericht opgevangen, volgens hetwelk het s.s. „Theodore" op 53.19 graden NB en 4.33 graden OL met gebroken stuurinrichting en eveneens gebroken handroer door den storm kustwaarts werd gedreven. Sleepboot de Oceaan vaart uit ter assistentie Ook in Hoek van Holland zijn S.O.S.- seinen van de „Theodore", waarschijnlijk een Zweedsch schip, opgevangen. Onmiddellijk werd draadloos verbinding gezocht met het schip en gevraagd of sleepboothulp ge- wenscht was. Dit aanbod is door de „Theo dore" aanvaard, waarop de sleepboot „De Oceaan" van Hoek van Holland is uitge varen. Door het kuststation Scheveningen werd nog aan de „Theodore" gevraagd of ook reddingbooten werden gewenscht. Hierop kon de marconist nog niet onmiddellijk antwoorden, daar hij eerst zijn kapitein moest raadplegen. Het bestuur van de organisaties Eendracht, ünitas en St. Lambertus hebben gistermid dag te Enschede een samenspreking gehou den over de voorbereiding van de staking, die 14 December a.s. zal beginnen, waarbij tusschen hen geheeie overeenstemming is verkregen. De zaal gerestaureerd De algeheele restauratie van de zaal van het Consistorie is bijna gereed. De schilde rijen zijn weggenomen en zullen een plaats krijgen in het nieuwe Vaticaansch Museum voor schilderkunst. Op de ledige plaatsen zullen de kostbare gobelins en tapijten wor den gehangen, die tot nog toe in de Six- tijnsche kapel achter de altaren hingen. Door de lampen, die achter de kroonlijsten aangebracht zijn. zal men thans gemakke lijker het rijk versierde gewelf van Paus Clemens VIII kunnen bewonderen. Nu de restauratiewerken aan de Consis- töriezaal haar voltooiing naderen, hoort men ook weer geruchten omtrent een geheim Consistorie, dat omstreeks Kerstmis zou ge houden worden. Hieromtrent is evenwel nog niets bekend. Het Is zelfs zeer twijfelach tig of er dit jaar wel een consistorie zal plaats hebben. Van zes personen Deze week zijn de Consultoren en Amb tenaren van de H. Congregatie der Riten bijeengekomen ter behandeling van de pro cessen. die aanhangig gemaakt zijn van zes personen die in geur van heiligheid zijn ge storven nJ. de Markiezin Maddalena van Camossa, Stichteres van de Zusters van Barmhartigheid, Marie T. Hazé. Stichteres van de Dochters van het H. Kruis te Luik, verder Fr. Stephen Pernet, van de Augus tijnen van Assumption en Stichter van de Kleine Zusters van bedoelde Congregatie, alsmede de Eerbiedwaardige Pater Joan Baptist van St. Michael, van de Congregatie der Passionisten. en ten slotte Moeder Francisca Xaveria Cambrini, Stichteres van de Zusters van het H. Hart. en Paulina Maria Jaricot, de Stichteres van het Ge nootschap tot Voortplanting des Geloofs en van den Levenden Rozenkrans. 'AARIME BAIMK Giften kunnen ook worden toegezonden aan het bureau van ons blad. Firma's, die een zeker bedrag beschikbaar willen stellen, te leveren In goederen in na- tura, kunnen dit eveneens bij ons blad op geven. De ingekomen giften zullen in dit blad worden verantwoord. Ingekomen bij de redactie Fam. Th. Sp4. Als maandelijksche bijdrage gedurende den wintertijd voor het crisiscomité. N. N10.— Invoerrechtverlaging voor Nederlandsche kaas in Tsjecho Slowakije De onderhandelingen van den Nederland' schen gezant te Praag, dr. H. Muller met de regeering van Tsjecho-Slowakije om de invoerrechten op de Nederlandsche kaas verlaagd te krijgen tot die, welke voor Zwit- sersche kaas gelden, hebben tenslotte een gunstig gevolg gehad. Bij notawisseling zijn deze rechten thans verminderd tot 294 Tsje chische kronen per 100 K.G. Vermoedelijk treedt dit nieuwe tarief na minder dan 2 weken in werking. Daarvan mag een aan zienlijke vermeerdering van onze kaasuit- voer naar Tsjecho-Slowakije worden ver wacht, temeer daar in het voorjaar een groote tentoonstelling van Nederlandsche kaas en groenten te Praag zeer de aandacht heeft getrokken. Een woonhuis afgebrand, drie andere aangetast Gisterenavond omstreeks zes uur brak te Raamsdonkveer door tot nu toe onopgehel derde oorzaak brand uit in de woning van den heer P. Lodevicus, tegelfabrikant, al daar. Door den sterken wind viel aan blus- schen niet te denken. De plaatselijke brand weer, die spoedig aanwezig was, stond machteloos tegenover het woedende ele ment. De vonken sloegen tot over de haven en het duurde niet lang of een drietal naast het brandende huis gelegen perceelen vat ten eveneens vlam, namelijk de woningen van de heeren C. Kieboom, J. van Gils en van de weduwe De Jong. De brandweer uit Geertruidenberg, Raams donkveer en Oosterhout werden gewaar schuwd, die korten tijd later ter assistentie verschenen. Met een achttal stralen op de waterleiding werd het vuur bestreden. Men hoopte voor den nacht het vuur meester te zijn. Acht huizen, welke gevaar liepen, wer den ontruimd. De woning van den heer Lo devicus en de erbij behoorsnde schuur zijn tot den grond toe afgebrand. De tegelfa briek, die op 20 meter afstand is gelegen, liep geen gevaar. De autoriteiten waren op het terrein van den brand aanwezig. Memorie van Antwoord In de Memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer inzake het wetsontwerp tot aanvulling van het Wetboek van Strafrecht met voorzieningen betreffende bepaalde voor godsdienstige gevoelens krenkende uitingen, zegt de Minister van Justitie de hulde te waardeeren, door vele leden hem voor de indiening van het ontwerp gebracht en den steun, dien deze leden hebben gegeven. Het ontwerp beoogt allerminst In het algemeen kwetsing van godsdienstige ge voelens te bestrijden. Slechts tegen bepaalde uitingen, die ook als krenking van gevoelens een specifiek karakter dragen, keert zich het ontwerp. De Minister blijft ook na herhaalde over weging van oordeel, dat met de formule „krenking door smalende Godslastering" het beoogde doel wordt benaderd. Hier is niet een betrekkelijk begrip inge voerd, dat tot nadere appreciatie moet lei den, maar een zakelijke omschrijving. Er moet zijn in de uiting een smalen van den Persoon Gods. De Minister erkent, dat bij het bezigen van de uitdrukking Godslastering zonder meer gevaren dreigen; daaronder zou elke uiting, die objectief aan God de eere ont houdt, die Hem toekomt, kunnen vallen. Maar met het opnemen van het woord „smalen" is vastgelegd, dat slechts die ui tingen worden getroffen, die in haar uit drukkingswijze zelf een hoonen van den Persoon Gods bevatten. Uitgeschakeld zijn dus daarmede weten schappelijke uitingen, kondgevingen van eerlijke overtuigingen die immers nooit dien vorm aannemen. Tsjecho-Slowakije verlaagt de invoer rechten voor Nederlandsche kaas. (blz. 1, 1ste blad) De bestrijding der Godslastering. (blz. 1, 1ste Wad) Felle brand te Raamsdonksveer; vier hui zen in de asch gelegd. (blz. 1, 1ste blad) Het Twentsche textielconflict. (blz. 1, 1ste blad) Zweedsch schip in nood bij de Holland- sche kust. (blz. 1, 1ste blad) Engelands tarievenpolitiek door het La gerhuis goedgekeurd. (blz. 1, 3de blad) Verklaringen van Runciman, den Engel- schen minister van handel. (blz. 1, 3de blad) De Duitsche socialisten bij Bruening. (blz. 1, 3de blad) Politieke Godsvrede in Dnitschland tijdens de Kerstdagen? (blz. 1, 3de blad) Nieuwe spanning in Mandsjoerije. (blz. l, 3de blad) Huiszoekingen bij de nat.-soc. in Dessao. (blz. 1, 3de blad) De revolutie in San Salvador geëindigd. (blz. 1, 3de blad) De fantasie van den „beroofden" Haag» schen bakkerij-directeur. (blz. 2, 3de blad) De H. V. A. passeert het interim-divi dend. (blz. 2, 3de blad) De Kon. Stoomschoenenfabriek A. H. van Schijndel te Waalwijk is failliet verklaard. (blz. 2, 3de blad) Arbeidsbegrooting in de Tweede Kamer. (blz. 2, 3de blad) Wetsontwerp ingediend tot het aangaan van een geldleening Ned.-Indië met Rijks garantie. (blz. 2,2de blad) Barometerstand 9 uur v.m.: 766 vooruit. LICHT OP. De lantaarns moeten morgen worden opgestoken om 4.17 en overmorgen om 4.16. Gisteren werd de nieuwe stoompont voor het Noordzeekanaal te Velsen, nadat ze een langen tijd voor het ondergaan van een ver andering aan de kleppen en de stmirbeweging uit de vaart was geweest, weer in dienst gesteld. Maar de vreugde was van korten duur, want te 6.15 uur gisteravond, toen" z» van den Zuidwal was afgevaren, geraakte de stuurinrichting defect, waardoor het vaar tuig op drift geraakte. De hevige Z. W, storm dreef het stuuriooze vaartuig dwars het kanaal in. Het kwam in de nabijheid van den Noordelijken binnensteiger van de „Kennemerland", waar een tros vastgemaakt kon worden. De pont lag echter dwars voor den aanlegsteiger, zoodat alleen de voetgan gers, zij het ook na een klimpartij tje, aan wal konden komen. De talrijke voertuigen, waaronder 2 autobussen van de firma Mooy en Zonen te Beverwijk en vele personen- en vrachtauto's konden echter de pont niet verlaten. Men requireerde de hulp van een sleep boot, die juist met een sleep leege zand bakken passeerde. De bakken werden aan den steiger van de Alkmaar Packet vastge maakt, doch de sleep was zoo lang, dat ook de steiger van den in dienst zijnde ket tingpont werd geblokkeerd, zoodat op een gegeven oogenblik het geheeie verkeer over het kanaal stilstond. Nadat de sleepboot eerst de zandbakken verder had opgetrok ken, zoodat de kettingpont weer kon varen, trok ze met assistentie van een uit Umuiden ontboden motorsleepboot, de uit haar koers geraakte pont weer op de goede plaats en konden de voertuigen na een oponthoud van bijna een uur him weg vervolgen. Het spreekt vanzelf, dat ook het verkeer te land veel oponthoud had, zoodat, vooral aan de Noordzijde van het kanaal, zich een Uange file auto's vormde.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 1