Rede mgr. aengenent
Kunt Gij niet hukken?
Kloosterbalsem "zZn
,,*yt/ovnria)
,,<y}ovant^)
Üveede blad
DE GRAALBEWEGING
Visschen van loggers
bij nacht
De roofoverval te
Rotterdam
De Belgische handels
politiek
Duitschland's tekort
Het Fransche compensatie-
recht van 15 pet.
BIJ GENERAAL MA
OP BEZOEK
Conferentie te Middernacht
VRIJDAG 11 DECEMBER 1931
BLADZIJDE 1
Belangrijke rede van Z. H. Exc. Mgr. J. D. J. Aengenent
*K
K9M
AKKER's
Nadere bijzonderheden
U zult al hebben begre
pen, wie tot de Familie
behooren. Oat zijn zij,
die NOVA NA Tricot-
ondergoederen dragen.
Morgen zuilen wij be
ginnen U enkele leden
dezer gezonde, gelukkige
familie voor te stellen
en noodigen U beleefd
uit, U hierbij aan te slui
ten, door het dragen van
de elastische, poreuze
en soepele
HrlH-lg-l.'l-H.MH'Mm
ZUIVER NED. FABRIKAAT
Na ,je
Alkm,
Inzegening van het Graalhuis te
•enent
aar heeft Z. H. Exc. Mgr. J. D. J. Aen-
een belangrijke rede gehouden.
li? mas wel allereerst Ixglnnen, aldus
ij". Aengenent met dank te brengen aan u;
Jnheer de Burgemeester voor uwe aan-
daf waarmee u hebt willen toonen,
t u meeleeft met de belangen van Katho-
Alkmaar.
D v n spreek ook tot den Hoogeerwaarden
*t h n' de Pastoors en Kapelaans van deze
liek 611 omSeving, zoomede tot de Katho-
trth11 Van Alkmaar, de Vrouwen van Naza-
leidsters en Graalmeisjes hier aanwezig,
«et is vandaag een bijzonder gelukkige
hert V°°r KaUloliek Alkmaar. Allereerst werd
denmorgen een nieuw altaar geconsa-
v_eerd. een altaar, dat door de Katholieken
heS Alkmaa: Is geschonken uit dankbaar-
d aan God voor den overvlosdigen zegen
L, fe?de de drie eeuwen, dat de Paters
dimicanen hier werken.
All tweede plaats beleeft Katholiek
kmaar vandaag een bijzondere dag door
«inwijding van dit Graalhuis. Hierdoor
®^t gij getoond, dat gij niet alleen zorg
"t dragen voor een steenen tempel, maar
vcor die levende tempels Gods, d e uw
■hderen zijn, voor uw meisjes, uw dochters
£jjn, vuur uw iiigiöjcö, uw uuwhcio
U hebt blijk gegeven bezield te zijn met
heerlijken ijver om uw meisjes op te
•weeken tot echte Katholieke vrouwen van
daad. Ik behoef u niet te zeggen, dat dit
voor mijzelf een gelukkige dag is, want
aarmate de Graalbeweging zich in dit
*Aocees uitbreidt is mijn vreugde grooter.
Het zal zco langzamerhand wel bekend
dat ik bijzonder met de Graal sympathi-
^er> dat ik een krachtige promotor van de
graalbeweging ben. En mocht er iemand
■ld voor wien dit nog niet geheel duidelijk
•J- dan verklaar ik het hier nog eens uit
sukkel ijk, dat de Graalbeweging, d e ik
Ader leiding gesteld heb van de Vrouwen
®A Nazareth en die door hara wordt voort-
«estuwd, voor mU een beweging is, die ik
°or geen geld ter wereld in mijn Bisdom
v'eer zou w Hen missen. En ik wensch te
ferhalen, dat ik de Graalbeweging vind een
deaal om onze Katholieke meisjes te vor-
?*eA tot echte katholieke vrouwen, die be-
e'd worden met een vurigen enthousiasten
®«8t. die haar kathol eke overtuiging uit-
atagen naar buiten. Ik ben ervan overtuigd
®at de Graalbeweging en het is reeds
gebleken in de twee jaar dat zij bestaat
a' worden een beweging waarvan uitgaat
^A ontschatbare kracht voor ons katholiek
'even, waarvan duizenden, neen honderd
duizenden de vruchten zuil enplukken;
'aAt zij streeft naar het ideaal van echte
rerke kathol eke huismoeders en daar
aAgt heel onze maatschappij vanaf,.
v,Net allereerst wensch ik daarom Deken en
a-ttoors van Alkmaar geluk met de opening
aA dit Graalhuis, waarvan in deze stad en
??"eel der omtrek de vruchten zullen op
boeien en waarvan de Pastoors var, Alkmaar
a omgeving ten zeerste zullen genieten.
^e financieele offers, die het hen kost, zul-
zij met groote blijheid brengen, omdat zij
J'ten, dat het mijn hartewenscn is, dat de
^halbeweging tot vollen bJoei kome. Ik doe
>?A beroep, niet alleen op de Pastoors en
h'belaans van Alkmaar, maar van het ge
hele Bisdom, opdat zij de meisjes, die den
Lh'tteuzen staat willen omhelzen zullen wij-
j 0 op de Vrouwen van Nazareth. Deze Con-
r^Eatie is wel jong, doen dit schrikke nie-
r'aAcl af. Ik persoonlijk sta er achter en blijf
vr8 vcor de stabiliteit van deze Congregatie.
k doe een beroep op de leeken in mijn Bis-
°°<A op de ouders, dat zij hunne kinderen
!har de Graal zenden; ik doe ook een be-
g0°0 on alle Eerwaarde Zusters in mijn Bis-
^•"1, die werkzaam zijn, zoowel aan de la-
als aan de middelbare scholen, opdat
met kracht zullen medewerken alle meis-
in het corps van de Graal in te lijven
J" GraaUeden of Graalcadetten. Alleen als
J allen en met animo daaraan meewerken,
aAdelen zij m mijn geest. Ik heb de geluk
'Re ervaring van drie jaren, dat, als ik
's verlang, aan mijn wensch steeds bereid-
l ""e gevolg wordt gegeven, ik ben dus over-
Ul8d. dat het uiten van dezen wensch -eeds
°'doende zou zijn; maar '.k wil daarenboven
aA sommigen nog een beter inzicht geven
enkele punten die deze beweging betref-
Als Jonge beweging staat de Graal bloot
aA veel critieu. Het zou won ier wezen als,
at Aiet zoo was: het is voor een jo.ige be-
Aging onmogelijk om aan de crittek te ont- I
°Aien en het is te begrijpen, wanneer haar 1
streven hier en daar wordt misverstaan en
verkeerd begrepen.
De Graalbeweging, die met open vizier
naar buiten treedt een beweging die voor
haar overtuiging uitkomt staat nog meer dan
iets anders bloot aan critiek en misverstan
den.
Ik wil daarom eerst enkele punten behan
delen waaromtrent hier en aaar nog mis
verstand heerscht en daarna nog een oogen-
blik spreken over de critica-
Ten eerste schijnen sommigen te meenen,
dat deze meisjesbeweging geheel los staat
van de meisjescongregatie en zeifr In een
tijdschrift, dat aangewezen is om leiding te
geven aan de mannelijke jeugdbeweging las
ik dit nog vorige maand. Dat Is een misver
stand. Evenals bij de jongens, geldt ook voor
onze meisjesbeweging: de meisjes die „inge
wijd" lid var. de Graal willen zijn zijn ook
lid van de Congregatie. Uitzondering echter
wordt gemaakt met die meisjes, die uit een
milieu komen waar men een Congregatie nog
niet zoo goed gezind is, zij blijven echter ads-
pirant-lid.
Het tweede misverstand heb ik zelf meer
dere malen met eigen ooren gehoord en ik
wensch dit eveneens uit den weg te ruimen.
Men zegt dan: de Graalbeweging staat ge
heel los van de Geestelijkheid Daartegen
protesteer ik met kracht.
De Graalbeweging heeft wel degelijk con
tact met de Geestelijkheid en op verzoek van
de Vrouwen van Nazaretn zelf heb ik voor
geschreven, dat zij op vastgestelde tijden met
de Pastoors van de verschillende Parochies
gaan praten om hun wenscnen te hooren en
overleg te plegen. Ik heb wel voorgeschreven,
dat de directe leiding van de clubs der Graal
beweging niet moet zijn in handen van een
kapelaan, die directeur is van de Congrega
tie, maar bij de Vrouwen van Nazareth, om
dat die leiding veel meer thuis hoort in han
den van vrouwen. Daarvoor heb ik verschil
lende redenen. Op de eerste plaats heeft een
kapelaan het veel te volhandig met zijn
parochiewerk, catechismus, preeken, zieken
en huisbezoek. dat toch o zoo noodzakelijk is
om de mensche i goed katholiek te houden.
Ten tweede, ik meen ook, dat mannen
minder geschikt zijn om zich met de directe
leiding van meisjes bezig te houden, een
vrouw ligt dat zeker veel beter.
Ten derde wordt de eenheid, die toch voor
deze beweging zoo noodig is, beter bewaard
als een Congregatie als die van de Vr. v. N.
de leiding heeft.
Ten vierde hangt met die eenheid ten
nauwste samen de stabiliteit en continuïteit
van de beweging. Hoe dikwijls toch is het
voorgekomen, dat een patronaat, dat onder
leiding van een directeur tot b"oei was ge
komen, na diens verplaatsing spoedig verviel,
omdat zijn opvolger, wat ik mij begrijpen
kan, niet den juistcn slag van dat werk had.
Een derde misverstand is dit: Men zegt:
„Het zou beter zijn als de Graal de meisjes
wat meer gewone dingen leerde, als naaien,
verstellen etc. Ik verzeker u echter, dat de
Graal zulks ook doet, al leest men daarover
nu niet in de krant. Maar de Graal besteedt
daaraan ook alle zorg.
Een vierde misverstand is, dat men zegt,
dat bloeiende meisjespatronaten zooals er
hier en daar enkele bestonden door de vrou
wen van Nazareth eenvoudig zouden worden
stuk gemaakt. De Graal zal er zich wel voor
wachten iets stuk te maken; wat zij wil, is,
diezelfde meisjes brengen den Graalgeest, die
meisjes ook scharen onder de Graalvlag; en
zij tracht zooveel mogelijk die Patronaten
over te nemen, liefst ook met de leidsters
die er aan verbonden zijn.
Hiermede heb ik de voornaamste misver
standen, die bij sommigen omtrent de Graal
heerschen, besproken.
Thans wil ik neg een enkel woord wijden
aan de „critiek". Wat mij daarin persoonlijk
het meest onaangenaam heeft getroffen is
wel dit, dat men vaak hoort beweren, dat de
Graal te veel zou opgaan in uiterlijkheden.
Wij leven immers in een tijd, waarin wij er
niet mee kunnen volstaan onze geloofsover
tuiging in de binnenkamers te houden. Wil
len we invloed hebben, dan moeten wij ook
onze overtuiging uitdragen naar buiten.
Als degenen, die ons het meest vijandig
gezind zijn gij hebt het dezer dagen kun
nen lezen eeredoctoraten in de godloos
heid gaan uitreiken, dan mogen wij dank
baar zijn, dat we meisjes hebben, die fier en
blij haar geloofsovertuiging naar buiten dur
ven uitdagen, zonder eenlgen schroom maar
met een heiUg enthousiasme.
Op de tweede plaats is het een gebrek
aan de meest elementaire logica, wanneer
men uit het feit, dat de Graal ook aan uiter
lijke demonstraties doet, concludeeren zou,
dat die beweging in uiterlijkheden zou op
gaan.
N. Exc. Mgr. .T. D. T. Aengenent te midden van de Graalletösters op de hoogc
"toep van het eigen tehuis. Achter Mgr. de Hoogeerw. heer Deken E. P. Rengs.,,.
Ten derde zou de Graal verschillende van
haar uiterlijke prestaties niet kunnen uit
voeren, als die niet geboren werden uit een
diepe innerlijkheid, of meent men, dat men
eenige duizenden meisjes van 's morgens 10
tot 's middags 5 uur op het Stadion veld kan
laten staan, als die meisjes niet bezield wer
den met een heilig enthousiasme, als die
uiting naar buiten niet geboren werd uit een
hevige innerlijkheid?
Op de vierde plaats wijs ik op de feiten,
die ik persoonlijk het beste ken. De inner
lijkheid van de Graal is zoo groot en kracn-
tig als maar denkbaar ls. De Vrouwen van
Nazareth vormen een diep-religieuse Con
gregatie, wier tweejarig Noviciaat zeer
streng en krachtig is. Daaruit wordt dan
ook geboren een geest van innerlijkheid
zoo krachtig en heerlijk ais men zich maar
denken kan. Ik ontzeg ieder dan ook het
recht tot dergelijke critiek.
Een volgend punt van de critiek is, dat
men beweert, dat de Graal uithuizigheid
zou bevorderen. Ik voer daartegen aan, dat
het in dezen tijd dringend noodig is, dat
er apostolaat buitenshuis wordt uitgeoefend.
God vraagt van ieder onzer, dat wij apostel
zijn en de meisjes nu worden voor dat
apostolaat in de clubs van de Graal ge
vormd. Bovendien nebben de meeste meisjes
als regel niet meei dan twee clubs, hetgeen
dus slechts twee avonden per week kost.
Dan zegt men cok, dat de Graal te veel
geld zou kosten. Ook deze critiek is on
gemotiveerd. Waar een meisje de contri
butie werkelijk niet kan beêtalen, behoeft
dat nooit een beletsel te zijn om niet bij
de Graalbeweging te zijn aangesloten, daar
die leden dan ook zonder betaling van club-
geld worden toegelaten. Het is echter bil
lijk, dat de meisjes, waar zij wel kunnen
ook aan hun eigen beweging behoorlijk
bijdragen.
Tenslotte zijn er natuurlijk ook door de
Graalbeweging fouten gemaakt, maar welke
jonge beweging maakt die niet? Ik zeif
geef eerlijk toe, dat ook ik in mijn jeugd
wel eens een fout heb gemaakt, maar het
ls onredelijk wanneer men op deze kleine
feiten de aandacht gaat vestigen en niet
veeleer te zien naar het ontzaglijk vele
goede, dat de Graal In den korten tijd van
haar bestaan reeds heeft bereikt.
Ik hoop, dat deze uiteenzetting tot een
beter inzicht mag leiden in deze schoons
beweging. Gedachtig de aloude spreuk „Van
Alkmaar begint de victorie", hoop ik, dat
de misverstanden van nu af aan zullen
zijn verdwenen en de ongemotiveerde cri
tiek zal ophouden. Ik hoop van harte, dat
dit Graalhuis onder de schutse van den
deken en de andere pastoors, mag bloeien
tot in lengte van c.agen voor Alkmaar en
al de dorpen in uen omtrek.
Loggers, voorzien van een motor,
moeten het camavallicht voeren.
Bepaling, die moeilijk is na te ko
men bij schepen met z-.vakke mo
toren. Behandeling van twee klach
ten doar den Baad voor de Scheep
vaart.
De Raad voor de Scheepvaart behandelde
gisterenmiddag onder voorzitterschap van
prof. B. M. Taverne, twee klachten van den
hoofdinspecteur voor de Scheepvaart tegen
de Scheventnger schippers van de motorlog-
gers „Sch. 25" en „Sclï. 250", betreffende het
niet voeren van de driekleurige lantaarn
(het z.g. carnavallicht) tijdens het visschen
bij nacht, hetgeen in strijd is met art. 9 (d)
1 der bepalingen ter voorkoming van aan
varing op zee. De overtreding was geconsta
teerd door den schipper van een IJmulder
stoomtrawler en hij had daarvan voor den
adjunct-Inspecteur voor de Scheepvaart te
IJmuiden een beëedigde verklaring afgelegd.
De zaak was van belang, wijl tegen het
voeren van het carnavallicht door bepaalde
loggers, en wel loggers, die slechts de be
schikking hebben over een motor van geringe
capaciteit, ernstige bezwaren bestaan. Loggers
met motorkracht worden nJ. door de wet Als
stoomschepen beschouwd en moeten derhalve
onder alle omstandigheden voor andere sche
pen uitwijken. Dit nu is, Indien dé logger
slechts een zwakken motor heeft en het schip
visschende is op een plaats in de Noordzee,
waar veel stroom staat, uiterst moeüijk. De
logger is dan min of meer aan den stroom
overgeleverd en de schippers hebben groote
moeite om door manoeuvreeren andere vaar
tuigen te vermijden. De schippers van der
gelijke loggers gaan er dan ook meestal toe
over om een carnavallicht, doch alleen de
voorgeschreven lichten van een zeilschip te
voeren, dat niet gebonden is aan de uitwijk-
bepalingen.
Beide schippers, die zich thans voor zulk
een feit te verantwoorden hadden, gaven toe,
dat zij tusschen 18 en 21 Mei op de Noord
zee visschende op een plaats waar een
sterke stroom heerschte de voorgeschre
ven lichten niet hadden gevoerd. Belde log
gers hebben een motor van 80 P. K.; om als
stoomschip beschouwd te worden zouden hun
schepen, volgens hun zeggen, minstens een
motor van 150 P.K. moeten hebben. Zij voer
den daarom alleen de lichten van een zeil-
vaartuig.
Volgens hen is er geen enkele logger, met
niet sterken motor, die, 's nachts visschende,
het carnavallicht voert. Voorts merkte een
der schippers op, dat de schipper van den
stoomtrawler, die de klacht had Ingediend,
onmogelijk kan hebben gezien, dat de „Sch.
25" en de „Sch. 250", het camavallicht niet
brandende hadden, volgens hem waren deze
man en de ambtenaar in IJmuiden, die de
klacht had geaccepteerd, leugenaars, een op
merking, waartegen de hoofdinspecteur pro
testeerde.
De voorzitter zeide, dat, waar beide schip
pers erkennen, dat zij geen carnavallicht
hebben gevoerd, het protest voor het feit
zelve niet ter zake dienende is. Voorts wees
spr. er op, dat, indien schippers van andere
motorloggers met zwakken motor, het carna-
vaUicht wèl voeren, zij terecht het land
kunnen hebben, indien zij bemerken, dat an
deren dit niet doen.
D2 schipper van den stoomtrawler, die ver
volgens als getuige werd gehoord, verklaarde,
dat hij langen tijd in de nabijheid van de
„Sch. 25" en de „Sch. 250" was geweest en
dus voldoende gelegenheid had gehad om de
overtreding te constateeren. Duitsche log
gers, die mede in de nabijheid vischten en
ook een motor hadden, hadden het cama
vallicht brandende. Beide loggers hadden
zich als stoomschepen moeten aandienen; in
het onderhavige geval zou bij een aanvaring
getuige de schuld hebben gekregen.
Een lid van den Raad merkte op, dat log
gers met zwakken motor op 40 a 50 mijl ten
N.W. van IJmuiden, bij mooi weer, wèl kun
nen manoeuvreeren, doch evengoed steken
zij het camavallicht dan niet op.
Een der schippers zeide, dat, als zij dit
licht zouden voeren, de Raad voor de Scheep
vaart een lange reeks van ongelukken zou
te behandelen krijgen. Als hij met zijn logger
visschende is, heeft hij altijd de zeilen op
en kan hij bij behoorlijken wind wel uitwij
ken; bij stilte doet hl) echter niets.
Nadat het lid van den Raad, de heer Bak
ker, nog had opgemerkt, dat als 2 loggers el
kaar onder de onderhavige omstandigheden
naderen en met elkaar in botsing komen,
niet is uit te maken, wie de schuldige is, was
het woord aan den hoofdinspecteur voor de
Scheepvaart, vice-admiraal b.d. C. Fock. Spr.
Wanneer dat stramme gevoel U het bukken belet, wanneer alles
stroef en stram is in Uw spieren. ledematen en gewrichten,
toch zult Ge een ander mensch zijn als Ge U behandelt met de
zoo beroemde, pijnverdrijvende en verrassend snel genezende
Kloosterbalsem. Gisternacht nog krom van de pijn. zult Ge
vannacht weer heerlijk slapen en morgen zonder pijn zijn.
zeide, dat de overtreding vaststaat, er is van
het reglement afgeweken en dus blijft de
Macht gehandhaafd. Spr. geeft toe, dat log
gers met zwakke motoren moeilijkheden heb
ben met het mijden van andere schepen,
doch dit neemt niet weg, dat van de zijde
van de reeders en belanghebbenden nooit een
officieele klacht is ingekomen, dat de bepa
ling inzake het voeren van het carnaval
licht niet is uit te voeren. De reeders moeten
dan maar voor betere motoren zorgen; een
wijziging van het voorschrift, hierop neerko
mende, dat schepen met zwakke motoren
als zeilschepen dienen te worden beschouwd,
zou niet houdbaar zijn.
De Raad zal later uitspraak doen.
De steunverleening aan werkloozen
in het visscherijbedrijf
Een rijksbijdrage van 50 procent
Van den Minister van Binnenlandsche
Zaken en Landbouw ls bij B. en W. van
Velsen bericht ingekomen, dat hij in be
ginsel besloten heeft, tot 2 Januari 1932 do
rijksbijdrage ten behoeve van de steunver
leening aan de georganiseerde visschers,
havenarbeiders, metaalbewerkers en arbei
ders, werkzaam in aan het visscherijbedrijf
verwante vakken, te bepalen op 50 pet.
Als voorwaarde Ls echter gesteld, dat B.
en W. zich schriftelijk vei binden, geen en
kelen maatregel op het gebied van werk-
werkloozenzorg in te voeren of te laten in
voeren voor dat het college zich er van
overtuigd heeft, hoe de regeering tegenover
te nemen voorzieningen staat.
Wanneer de regeering een afwijzend
standpunt inneemt en de gemeente toch tot
invoering overgaat, zal als regel de subsi
dietoezegging worden Ingetrokken.
Kokende thee gedronken
2-jarig jongetje overleden
Te Noordwjjk dronk het 2-jarig zoontje
van A. S. in een onbewaakt ooganblik een
kop kokende thee leeg. De medische hulp,
welke spoedig aanwezig was, achtte over
brenging naar het Academisch Ziekenhuis
te Leiden noodzakelijk.
Daar is het kind aan de inwendige brand
wonden overleden.
Comité tot bestrijding van de
gevolgen der werkloosheid
te Haarlem
Het comité deelt mede, dat verzoeken om
werkzaam gesteld te worden bü het Bureau
van het Comité op dit oogenbiik geen on
derwerp van bespreking meer kunnen uit
maken.
Thans twee der daders In arrest
Om negen uur gistermorgen was de heer
G. H. Snoek, oud 49 jaar, kassier van het
bijkantoor van de firma van 't Hoff en Pi-
kaar te Rotterdam op zijn bureau gekomen,
waar hij de eenige bediende is. Omstreeks
half 10 kwamen er twee kerels binnen, terwijl
een derde bij de voordeur bleef staan. Een
van hen richtte zijn revolver op den heer
Snoek en zei: „Handen op!" Hierop loste hij
meteen een schot op den kassier en trof hem
aan het achterhoofd. De roover liep daarna
om de balie heen en schoot nogmaals op den
kassier, hem thans licht aan het voorhoofd
verwondend. Ook de tweede dader was in
middels naderbij gekomen. Deze sloeg den
kassier met een voorwerp op het hoofd. De
kassier zag evenwel kans om een deur achter
de balie, welke toegang geeft tot het por
taal van het bovenhuis, te bereiken. Zoo
doende kwam hij op straat, waar reeds een
groot aantal menschen bijeengekomen was
op het geluid van de schoten. De drie over
vallers hadden inmiddels reeds de vlucht
genomen.
Niet lang hierna viel het eenige personen,
die in de omgeving naar de vluchtelingen
liepen te zoeken op, dat een man zeer zenuw
achtig deed. Zij wezen den man aan een
politieagent aan, die hem arresteerde en over
bracht, naar het politiebureau, waar men te
doen bleek te hebben met den 33-jarlgen J.
L„ werkloos loodgieter te Rotterdam. De man,
die ln zeer zenuwachtigen toestand verkeer
de, legde dadelijk een bekentenis af en deel
de de politie de vermoedelijke woonplaatsen
en de signalementen van zijn mededaders
mee. Verder vertelde hij, dat het plan van
den overval de vorige week bij hen is opge
komen. Een van het drietal, die op Katen-
drecht goed bekend is, had het plan ge
opperd en gistermorgen waren zij om half
tien te zamen gekomen, waarna twee van
hen het kantoor binnengingen.
De aangehoudene bleef bij de deur staan.
Hij vertelde dat hij er, bij het hooren van de
schoten, dadelijk vandoor was gegaan.
Het signalement van de beide gevluchten
werd direct door de politie door de ge-
heele stad verspreid, waarna het al spoedig
gelukte een tweeden dader aan te houden.
Twee agenten hielden den man nabij zijn
woning m Delfshaven aan, juist op het
oogenbiik, dat hij het huis wilde binnen
gaan. Hij bleek te zijn de 32-jarige J. F. H.,
een werklooze kok.
Thans wordt nog gezocht naar den der
den medeplichtige, zekere P. L. de G. Men
vermoedt, dat het hem niet zal gelukken
lang buiten de handen van de politie te
blijven.
De daders hebben bij den overval slechts
een zeer kleinen buit gemaakt, ln hoofdzaak
bestaande uit eenige vreemde muntstukken,
die zij uit een der kassen gegraaid hebben.
De kassier werd ter plaatse door een dok
ter verbonden. De wonden bleken schamp
schoten te zijn, welke wel hevig bloedden,
maar niet levensgevaarlijk waren.
Later is hij voor onderzoek naar het
ziekenhuis aan den Coolsingel overgebracht,
waar hij voorlooplg is opgenomen.
Conflict in de textielindustrie
Overleg wordt voortgezet
Gisteren hadden opnieuw besprekingen
plaats tusschen de besturen van het N. V. V.,
R K. WerMiedenverbond en Christelijk Na
tionaal Vakverbond met de commissie ad
hoe uit de Enschedesche en Twentsch-Gel-
dersche Textielfabrikantenvereenigingen in
zake het conflict in de textielindustrie.
De besprekingen werden nog niet ten einde
gebracht.
Tuinbouwproducten naar Engeland
Aanvankelijk bevredigend verloop van
de besprekingen
De commissie, die op initiatief van het
Centraal Bureau der Tuinbouwveüingen de
vorige week naar Engeland ls vertrokken, in
verband met de op handen zijnde tariefs-
moeilijMieden in dat land, is teruggekeerd.
Uit den aard der zaak bestaat er thans
geen gelegenheid om over het op onze pro
ducten te heffen invoerrecht met de En-
gelsche Regeering bepaalde onderhandelin
gen te voeren. Zoo spoedig als de te heffen
tarieven bekend zijn, is daarvoor het oogen
biik gekomen.
Toch hebben de in Engeland gevoerde be
sprekingen aanvankelijk een bevredigend ver
loop gehad.
Er zal moeten worden afgewacht, in hoe
verre de ongunstige plannen der Engelsche
Regeering ten opzichte van den export van
tuinbouwproducten ook voor ons land onder
den invloed van de actie, die zich van alle
zijden tegen de hooge invoerrechten aan het
ontwikkelen is, zullen leiden tot een mildere
regeling.
Hoewel de vooruitzichten ten opzichte van
de Lngelsche tarieven van groenten en trjit
nog ongunstig zijn, mag dit geen oorzaak
zijn, om niet aHe krachten te blijven inspan
nen en alle middelen aan te grijpen ter ver
krijging van een tarief, waarbij de export
van groenten en fruit, zij het onder zeer
zware en moeilijke omstandigheden mogelijk
blijft.
De commissie, die is samengesteld uit han
delaren en kweekers, blijft werkzaam ter
verkrijging van een zoo gunstig mogelijke ta-
riefsregeling. Het is voor den tuinbouw te
hopen, dat die pogingen zullen slagen.
Onderhandelingen over economische
aangelegenheden
In dc zitting van de Belgische Kamer werd
gisteren behandeld 't voorstel var de Kamer
leden S nzot (Katholiek), Hubin (Socialist)
en Pater (Liberaal), in welk voorstel er bij
de regeering op aangedrongen werd onmid-
delijk onderhandelingen aan te knoopen
met de Fransche en Nederlandsche regee
ringen met het doel om tusschen deze drie
landen een eensgezinde samenwerking tot
stand te brengen inzake economische aan
gelegenheden. Ieder der partijen kreeg èèn
spreker toegewezen om het voorstel te be
spreken. Er wordt op gewezen, dat het be
trokken voorstel te veel den vorm heeft van
een bevel aan de regeering.
Met z tten en opstaan wordt het voorstel
met een Meine meerderheid aangenomen
Einde October ruim een milliard
Volgens een mededeeling van het rijks-
departement van financiën bedroeg het to
taal-deficit van het Duitsche rijk, met inbe
grip van het uit het vorig jaar overgenomen
tekort, einde October 1062.9 miilicen mark.
In de begreotingscommiscie van den rijks
dag vertelaarde de rijksminister van finan
ciën Dr. Dietrich, dat de hoop, de Duitsche
financiën door de niet-betallng der schade-
vergodeing te kunnen saneeren, niet was
vervunld.
Wel zou het door de getroffen maatregelen
mogelijk zijn door de moeilijkheden heen te
komen, mits de ontwikkeling van het be
drijfsleven in den winter niet nog slechter
zou worden dan tot dusver.
De Duitsche schulden
Volgens het door dr. Melchior in de com
missie van de Bank voor Internationale Be
talingen uitgebracht rapport over de Duit
sche schulden, bedragen de buitenlandsche
schulden op langen termijn 11.4 milliard
R.M. Hiervoor is aan rente en aflossing
1020.2 millioen R.M. per jaar noodig. De
schulden op korten termijn en wel bank-
schulden, industrieele, agrarische, handeis-
en particuliere schulden bedragen 12
milliard R.M. Hiervoor is voor rente noodig
709 tot 825 millioen R.M.
Intrekking door Engeland gevraagd
In goed ingelichte kringen wordt, volgens
een Havas-berieht uit Parijs, meegedeeld, da'
het Foreign Office aan Frankrijk een nota
heeft doen toekomen, waarin de intrekking
wordt gevraagd van het compensatierecht
van 15 pCt. wegens de daling van het pond
opdat Brittannië zich niet genoodzaakt zal
zien op zijn beurt een extra-compensatie-
recht op den invoer van Fransche produc
ten ln te voeren.
(Van onzen bij zonderen correspondent
in Mandsjoerije)
Char bin, 9* December
Zoo Juist keer ik terug van een der meest
opwindende en avontuurlijke reizen, welke
Ik ooit in Azië heb gemaakt. Ik vergezelde
de Japansche delegatie, die onder leiding
stond van kapitein Itagakl en Homal, den
financleelen deskundige der Japansche pro
vinciale regeering te Moekden. Zaterdag
avond was de delegatie per vUegtuig van
Moekden naar TsitsiKar gevlogen en ver
scheen volkomen onverwacht in Charbin.
De aankomst van den trein, waarmede de
delegatie van Tsitsikar naar Charbin reisde,
was geheim gehouden en men had maat
regelen getroffen, waardoor de delegatie
onmiddeUijk in een extra-trein kon over
stappen om naar het hoofdkwartier van den
Chineeschen generaal Ma Sjang Sjen ln
HaUoen te worden gebracht.
Halverwege werd de trein echter vier uur
lang tegengehouden. Generaal Ma wenschte
de delegatie zelfs niet te zien, doch de Ja
panners lieten zich niet zoo maar afsche
pen. Per telegraaf openden zij lange onder
handelingen, met het gevolg, dat generaal
Ma ten slotte zich bereid verklaarde de
delegatie te ontvangen. Toen de trein Hai-
loen" binnenliep, stonden militaire auto's
gereed. De gedelegeerden werden naar de
particuliere woning van een Chinees ge
bracht, die de eigenaar van den plaatselij-
ken lommerd bleek te zijn.
's Avonds om elf uur was het nog niet
bekend, of generaal Ma de afgevaardigden
te woord zou wiHen staan. Klokslag mid
dernacht verscheen hij echter. Hij wisselde
eerst een paar woorden met de Chineesche
en Japansche journalisten en zeide, dat
misverstanden, als de gevechten bij de
Nonnirivier en Tsitsikar uit den weg
moesten worden geruimd. Japan en China
moesten in vrede naast elkander leven. Er
was ruimte genoeg voor allebei. De Chinee-
zen wenschten niets liever dan den vrede
te bewaren.
Na deze korte toespraak bleven de vier
Japansche gedelegeerden bij generaal Ma
achter en confereerden met hem tot drie
uur in den morgen. Zoodra de conferentie
beëindigd was, ontving generaal Ma mü in
zijn particuliere vertrekken. Hij verMaarde,
dat de Japanners twee voorstellen hadden
gedaan. Van den eenen kant wenschten zij
in het Verre Oosten den vrede te bewaren,
van den anderen kant hoopten zij met de
Chineezen in de drie Oostelijke provincies
samen te werken. De Japanners zijn van
meening, dat de strijd aan de Nonni-rivler
ten gevolge van een misverstand was ont
brand. Zij verwachtten, dat Ma hun voor
stellen zou aannemen en de noodlge stap
pen ln deze richting zou doen. Voorzoover
hun voorstellen den vrede en de samen
werking betroffen, kon generaal Ma er mee
instemmen, maar hij verklaarde met na
druk, dat vrede en samenwerking alleen
dan mogelijk zouden zijn, indien Japan zich
er van zou onthouden de souvereine rech
ten van China aan te tasten. Zoodra Japan
China aanvalt, zal Ma doorvechten ter ver
dediging van zijn vaderland.
Een van de hoofdpunten der besprekin
gen betrof de vraag, of generaal Ma de
benoeming van Tsjarr Ting-Hoei tot gou
verneur van Hailoengkian zou goedkeuren,
doch Ma weigerde hierover met de Japan
ners te discussieeren, aangezien hij de be
zetting van den gouvemeurszetel in die
provincie als een zuiver nationale aangele
genheid beschouwde, welke alleen en uit
sluitend door de regeering te Nanking kon
worden opgelost. Hij wenschte dan ook op
deze kwestie bij zuiver informatorische be
sprekingen niet in te gaan. De Japanners
trachtten te weten te komen, of generaal
Ma den strijd zou hervatten. Deze ant
woordde, dat hij slechts uit zelfverdediging
had gevochten, en dit weer zou doen, wan
neer hij aangevallen werd. De Japanners
zeiden daarop, dat, indien er geen nieuwe
gevechten zouden plaats vinden, zij de
kwestie van het terugtrekken hunner troe
pen wilden bespreken, maar dat zij nog
geen definitief uitsluitsel daarover konden
geven.
Zoo leidde de conferentie tot een volledige
mislukking, terwijl er ook geen verdere on
derhandelingen zouden worden gevoerd.
Generaal Ma deelde mij mede, dat de
reden van het onverwachte Japansche be
zoek alleen hierin gezocht moest worden,
dat zij den toestand en de positie van het
Chineesche leger wilden verkennen en Mi
wilden polsen, of hij bezwaren tegen den
pro-Japanschen gouverneur Tsjang-Tsing-
Hoei zou maken.
De delegatie werd onder strenge bewaking
gesteld en het was den gedelegeerden ver
boden noch het huis noch den trein te ver
laten. Generaal Ma dementeerde met
kracht het gerucht, dat eenige dagen gele
den telegrafisch verspreid werd, als zouden
de Japanners hem hebben uitgenoodigd
naar Tsitsikar terug te keeren.
Tegen vier uur trok Generaal Ma zich te
rug. Na twee uren slaap ging Ik met een
extra-trein terug. De Japansche delegatie
weigerde ook maar een enkele inlichting te
verstrekken en beschouwde de situatie als
zeer onzeker.
WALTER BOSSHARD.
Copyricht „Nieuwe Haarl. Crt.", „Noord-
HoU. Dagblad" en Opera Mundi Press.
79