Rede mgr. aengenent Kunt Gij niet hukken? Kloosterbalsem "zZn ,,*yt/ovnria) ,,<y}ovant^) Üveede blad DE GRAALBEWEGING Visschen van loggers bij nacht De roofoverval te Rotterdam De Belgische handels politiek Duitschland's tekort Het Fransche compensatie- recht van 15 pet. BIJ GENERAAL MA OP BEZOEK Conferentie te Middernacht VRIJDAG 11 DECEMBER 1931 BLADZIJDE 1 Belangrijke rede van Z. H. Exc. Mgr. J. D. J. Aengenent *K K9M AKKER's Nadere bijzonderheden U zult al hebben begre pen, wie tot de Familie behooren. Oat zijn zij, die NOVA NA Tricot- ondergoederen dragen. Morgen zuilen wij be ginnen U enkele leden dezer gezonde, gelukkige familie voor te stellen en noodigen U beleefd uit, U hierbij aan te slui ten, door het dragen van de elastische, poreuze en soepele HrlH-lg-l.'l-H.MH'Mm ZUIVER NED. FABRIKAAT Na ,je Alkm, Inzegening van het Graalhuis te •enent aar heeft Z. H. Exc. Mgr. J. D. J. Aen- een belangrijke rede gehouden. li? mas wel allereerst Ixglnnen, aldus ij". Aengenent met dank te brengen aan u; Jnheer de Burgemeester voor uwe aan- daf waarmee u hebt willen toonen, t u meeleeft met de belangen van Katho- Alkmaar. D v n spreek ook tot den Hoogeerwaarden *t h n' de Pastoors en Kapelaans van deze liek 611 omSeving, zoomede tot de Katho- trth11 Van Alkmaar, de Vrouwen van Naza- leidsters en Graalmeisjes hier aanwezig, «et is vandaag een bijzonder gelukkige hert V°°r KaUloliek Alkmaar. Allereerst werd denmorgen een nieuw altaar geconsa- v_eerd. een altaar, dat door de Katholieken heS Alkmaa: Is geschonken uit dankbaar- d aan God voor den overvlosdigen zegen L, fe?de de drie eeuwen, dat de Paters dimicanen hier werken. All tweede plaats beleeft Katholiek kmaar vandaag een bijzondere dag door «inwijding van dit Graalhuis. Hierdoor ®^t gij getoond, dat gij niet alleen zorg "t dragen voor een steenen tempel, maar vcor die levende tempels Gods, d e uw ■hderen zijn, voor uw meisjes, uw dochters £jjn, vuur uw iiigiöjcö, uw uuwhcio U hebt blijk gegeven bezield te zijn met heerlijken ijver om uw meisjes op te •weeken tot echte Katholieke vrouwen van daad. Ik behoef u niet te zeggen, dat dit voor mijzelf een gelukkige dag is, want aarmate de Graalbeweging zich in dit *Aocees uitbreidt is mijn vreugde grooter. Het zal zco langzamerhand wel bekend dat ik bijzonder met de Graal sympathi- ^er> dat ik een krachtige promotor van de graalbeweging ben. En mocht er iemand ■ld voor wien dit nog niet geheel duidelijk •J- dan verklaar ik het hier nog eens uit sukkel ijk, dat de Graalbeweging, d e ik Ader leiding gesteld heb van de Vrouwen ®A Nazareth en die door hara wordt voort- «estuwd, voor mU een beweging is, die ik °or geen geld ter wereld in mijn Bisdom v'eer zou w Hen missen. En ik wensch te ferhalen, dat ik de Graalbeweging vind een deaal om onze Katholieke meisjes te vor- ?*eA tot echte katholieke vrouwen, die be- e'd worden met een vurigen enthousiasten ®«8t. die haar kathol eke overtuiging uit- atagen naar buiten. Ik ben ervan overtuigd ®at de Graalbeweging en het is reeds gebleken in de twee jaar dat zij bestaat a' worden een beweging waarvan uitgaat ^A ontschatbare kracht voor ons katholiek 'even, waarvan duizenden, neen honderd duizenden de vruchten zuil enplukken; 'aAt zij streeft naar het ideaal van echte rerke kathol eke huismoeders en daar aAgt heel onze maatschappij vanaf,. v,Net allereerst wensch ik daarom Deken en a-ttoors van Alkmaar geluk met de opening aA dit Graalhuis, waarvan in deze stad en ??"eel der omtrek de vruchten zullen op boeien en waarvan de Pastoors var, Alkmaar a omgeving ten zeerste zullen genieten. ^e financieele offers, die het hen kost, zul- zij met groote blijheid brengen, omdat zij J'ten, dat het mijn hartewenscn is, dat de ^halbeweging tot vollen bJoei kome. Ik doe >?A beroep, niet alleen op de Pastoors en h'belaans van Alkmaar, maar van het ge hele Bisdom, opdat zij de meisjes, die den Lh'tteuzen staat willen omhelzen zullen wij- j 0 op de Vrouwen van Nazareth. Deze Con- r^Eatie is wel jong, doen dit schrikke nie- r'aAcl af. Ik persoonlijk sta er achter en blijf vr8 vcor de stabiliteit van deze Congregatie. k doe een beroep op de leeken in mijn Bis- °°<A op de ouders, dat zij hunne kinderen !har de Graal zenden; ik doe ook een be- g0°0 on alle Eerwaarde Zusters in mijn Bis- ^•"1, die werkzaam zijn, zoowel aan de la- als aan de middelbare scholen, opdat met kracht zullen medewerken alle meis- in het corps van de Graal in te lijven J" GraaUeden of Graalcadetten. Alleen als J allen en met animo daaraan meewerken, aAdelen zij m mijn geest. Ik heb de geluk 'Re ervaring van drie jaren, dat, als ik 's verlang, aan mijn wensch steeds bereid- l ""e gevolg wordt gegeven, ik ben dus over- Ul8d. dat het uiten van dezen wensch -eeds °'doende zou zijn; maar '.k wil daarenboven aA sommigen nog een beter inzicht geven enkele punten die deze beweging betref- Als Jonge beweging staat de Graal bloot aA veel critieu. Het zou won ier wezen als, at Aiet zoo was: het is voor een jo.ige be- Aging onmogelijk om aan de crittek te ont- I °Aien en het is te begrijpen, wanneer haar 1 streven hier en daar wordt misverstaan en verkeerd begrepen. De Graalbeweging, die met open vizier naar buiten treedt een beweging die voor haar overtuiging uitkomt staat nog meer dan iets anders bloot aan critiek en misverstan den. Ik wil daarom eerst enkele punten behan delen waaromtrent hier en aaar nog mis verstand heerscht en daarna nog een oogen- blik spreken over de critica- Ten eerste schijnen sommigen te meenen, dat deze meisjesbeweging geheel los staat van de meisjescongregatie en zeifr In een tijdschrift, dat aangewezen is om leiding te geven aan de mannelijke jeugdbeweging las ik dit nog vorige maand. Dat Is een misver stand. Evenals bij de jongens, geldt ook voor onze meisjesbeweging: de meisjes die „inge wijd" lid var. de Graal willen zijn zijn ook lid van de Congregatie. Uitzondering echter wordt gemaakt met die meisjes, die uit een milieu komen waar men een Congregatie nog niet zoo goed gezind is, zij blijven echter ads- pirant-lid. Het tweede misverstand heb ik zelf meer dere malen met eigen ooren gehoord en ik wensch dit eveneens uit den weg te ruimen. Men zegt dan: de Graalbeweging staat ge heel los van de Geestelijkheid Daartegen protesteer ik met kracht. De Graalbeweging heeft wel degelijk con tact met de Geestelijkheid en op verzoek van de Vrouwen van Nazaretn zelf heb ik voor geschreven, dat zij op vastgestelde tijden met de Pastoors van de verschillende Parochies gaan praten om hun wenscnen te hooren en overleg te plegen. Ik heb wel voorgeschreven, dat de directe leiding van de clubs der Graal beweging niet moet zijn in handen van een kapelaan, die directeur is van de Congrega tie, maar bij de Vrouwen van Nazareth, om dat die leiding veel meer thuis hoort in han den van vrouwen. Daarvoor heb ik verschil lende redenen. Op de eerste plaats heeft een kapelaan het veel te volhandig met zijn parochiewerk, catechismus, preeken, zieken en huisbezoek. dat toch o zoo noodzakelijk is om de mensche i goed katholiek te houden. Ten tweede, ik meen ook, dat mannen minder geschikt zijn om zich met de directe leiding van meisjes bezig te houden, een vrouw ligt dat zeker veel beter. Ten derde wordt de eenheid, die toch voor deze beweging zoo noodig is, beter bewaard als een Congregatie als die van de Vr. v. N. de leiding heeft. Ten vierde hangt met die eenheid ten nauwste samen de stabiliteit en continuïteit van de beweging. Hoe dikwijls toch is het voorgekomen, dat een patronaat, dat onder leiding van een directeur tot b"oei was ge komen, na diens verplaatsing spoedig verviel, omdat zijn opvolger, wat ik mij begrijpen kan, niet den juistcn slag van dat werk had. Een derde misverstand is dit: Men zegt: „Het zou beter zijn als de Graal de meisjes wat meer gewone dingen leerde, als naaien, verstellen etc. Ik verzeker u echter, dat de Graal zulks ook doet, al leest men daarover nu niet in de krant. Maar de Graal besteedt daaraan ook alle zorg. Een vierde misverstand is, dat men zegt, dat bloeiende meisjespatronaten zooals er hier en daar enkele bestonden door de vrou wen van Nazareth eenvoudig zouden worden stuk gemaakt. De Graal zal er zich wel voor wachten iets stuk te maken; wat zij wil, is, diezelfde meisjes brengen den Graalgeest, die meisjes ook scharen onder de Graalvlag; en zij tracht zooveel mogelijk die Patronaten over te nemen, liefst ook met de leidsters die er aan verbonden zijn. Hiermede heb ik de voornaamste misver standen, die bij sommigen omtrent de Graal heerschen, besproken. Thans wil ik neg een enkel woord wijden aan de „critiek". Wat mij daarin persoonlijk het meest onaangenaam heeft getroffen is wel dit, dat men vaak hoort beweren, dat de Graal te veel zou opgaan in uiterlijkheden. Wij leven immers in een tijd, waarin wij er niet mee kunnen volstaan onze geloofsover tuiging in de binnenkamers te houden. Wil len we invloed hebben, dan moeten wij ook onze overtuiging uitdragen naar buiten. Als degenen, die ons het meest vijandig gezind zijn gij hebt het dezer dagen kun nen lezen eeredoctoraten in de godloos heid gaan uitreiken, dan mogen wij dank baar zijn, dat we meisjes hebben, die fier en blij haar geloofsovertuiging naar buiten dur ven uitdagen, zonder eenlgen schroom maar met een heiUg enthousiasme. Op de tweede plaats is het een gebrek aan de meest elementaire logica, wanneer men uit het feit, dat de Graal ook aan uiter lijke demonstraties doet, concludeeren zou, dat die beweging in uiterlijkheden zou op gaan. N. Exc. Mgr. .T. D. T. Aengenent te midden van de Graalletösters op de hoogc "toep van het eigen tehuis. Achter Mgr. de Hoogeerw. heer Deken E. P. Rengs.,,. Ten derde zou de Graal verschillende van haar uiterlijke prestaties niet kunnen uit voeren, als die niet geboren werden uit een diepe innerlijkheid, of meent men, dat men eenige duizenden meisjes van 's morgens 10 tot 's middags 5 uur op het Stadion veld kan laten staan, als die meisjes niet bezield wer den met een heilig enthousiasme, als die uiting naar buiten niet geboren werd uit een hevige innerlijkheid? Op de vierde plaats wijs ik op de feiten, die ik persoonlijk het beste ken. De inner lijkheid van de Graal is zoo groot en kracn- tig als maar denkbaar ls. De Vrouwen van Nazareth vormen een diep-religieuse Con gregatie, wier tweejarig Noviciaat zeer streng en krachtig is. Daaruit wordt dan ook geboren een geest van innerlijkheid zoo krachtig en heerlijk ais men zich maar denken kan. Ik ontzeg ieder dan ook het recht tot dergelijke critiek. Een volgend punt van de critiek is, dat men beweert, dat de Graal uithuizigheid zou bevorderen. Ik voer daartegen aan, dat het in dezen tijd dringend noodig is, dat er apostolaat buitenshuis wordt uitgeoefend. God vraagt van ieder onzer, dat wij apostel zijn en de meisjes nu worden voor dat apostolaat in de clubs van de Graal ge vormd. Bovendien nebben de meeste meisjes als regel niet meei dan twee clubs, hetgeen dus slechts twee avonden per week kost. Dan zegt men cok, dat de Graal te veel geld zou kosten. Ook deze critiek is on gemotiveerd. Waar een meisje de contri butie werkelijk niet kan beêtalen, behoeft dat nooit een beletsel te zijn om niet bij de Graalbeweging te zijn aangesloten, daar die leden dan ook zonder betaling van club- geld worden toegelaten. Het is echter bil lijk, dat de meisjes, waar zij wel kunnen ook aan hun eigen beweging behoorlijk bijdragen. Tenslotte zijn er natuurlijk ook door de Graalbeweging fouten gemaakt, maar welke jonge beweging maakt die niet? Ik zeif geef eerlijk toe, dat ook ik in mijn jeugd wel eens een fout heb gemaakt, maar het ls onredelijk wanneer men op deze kleine feiten de aandacht gaat vestigen en niet veeleer te zien naar het ontzaglijk vele goede, dat de Graal In den korten tijd van haar bestaan reeds heeft bereikt. Ik hoop, dat deze uiteenzetting tot een beter inzicht mag leiden in deze schoons beweging. Gedachtig de aloude spreuk „Van Alkmaar begint de victorie", hoop ik, dat de misverstanden van nu af aan zullen zijn verdwenen en de ongemotiveerde cri tiek zal ophouden. Ik hoop van harte, dat dit Graalhuis onder de schutse van den deken en de andere pastoors, mag bloeien tot in lengte van c.agen voor Alkmaar en al de dorpen in uen omtrek. Loggers, voorzien van een motor, moeten het camavallicht voeren. Bepaling, die moeilijk is na te ko men bij schepen met z-.vakke mo toren. Behandeling van twee klach ten doar den Baad voor de Scheep vaart. De Raad voor de Scheepvaart behandelde gisterenmiddag onder voorzitterschap van prof. B. M. Taverne, twee klachten van den hoofdinspecteur voor de Scheepvaart tegen de Scheventnger schippers van de motorlog- gers „Sch. 25" en „Sclï. 250", betreffende het niet voeren van de driekleurige lantaarn (het z.g. carnavallicht) tijdens het visschen bij nacht, hetgeen in strijd is met art. 9 (d) 1 der bepalingen ter voorkoming van aan varing op zee. De overtreding was geconsta teerd door den schipper van een IJmulder stoomtrawler en hij had daarvan voor den adjunct-Inspecteur voor de Scheepvaart te IJmuiden een beëedigde verklaring afgelegd. De zaak was van belang, wijl tegen het voeren van het carnavallicht door bepaalde loggers, en wel loggers, die slechts de be schikking hebben over een motor van geringe capaciteit, ernstige bezwaren bestaan. Loggers met motorkracht worden nJ. door de wet Als stoomschepen beschouwd en moeten derhalve onder alle omstandigheden voor andere sche pen uitwijken. Dit nu is, Indien dé logger slechts een zwakken motor heeft en het schip visschende is op een plaats in de Noordzee, waar veel stroom staat, uiterst moeüijk. De logger is dan min of meer aan den stroom overgeleverd en de schippers hebben groote moeite om door manoeuvreeren andere vaar tuigen te vermijden. De schippers van der gelijke loggers gaan er dan ook meestal toe over om een carnavallicht, doch alleen de voorgeschreven lichten van een zeilschip te voeren, dat niet gebonden is aan de uitwijk- bepalingen. Beide schippers, die zich thans voor zulk een feit te verantwoorden hadden, gaven toe, dat zij tusschen 18 en 21 Mei op de Noord zee visschende op een plaats waar een sterke stroom heerschte de voorgeschre ven lichten niet hadden gevoerd. Belde log gers hebben een motor van 80 P. K.; om als stoomschip beschouwd te worden zouden hun schepen, volgens hun zeggen, minstens een motor van 150 P.K. moeten hebben. Zij voer den daarom alleen de lichten van een zeil- vaartuig. Volgens hen is er geen enkele logger, met niet sterken motor, die, 's nachts visschende, het carnavallicht voert. Voorts merkte een der schippers op, dat de schipper van den stoomtrawler, die de klacht had Ingediend, onmogelijk kan hebben gezien, dat de „Sch. 25" en de „Sch. 250", het camavallicht niet brandende hadden, volgens hem waren deze man en de ambtenaar in IJmuiden, die de klacht had geaccepteerd, leugenaars, een op merking, waartegen de hoofdinspecteur pro testeerde. De voorzitter zeide, dat, waar beide schip pers erkennen, dat zij geen carnavallicht hebben gevoerd, het protest voor het feit zelve niet ter zake dienende is. Voorts wees spr. er op, dat, indien schippers van andere motorloggers met zwakken motor, het carna- vaUicht wèl voeren, zij terecht het land kunnen hebben, indien zij bemerken, dat an deren dit niet doen. D2 schipper van den stoomtrawler, die ver volgens als getuige werd gehoord, verklaarde, dat hij langen tijd in de nabijheid van de „Sch. 25" en de „Sch. 250" was geweest en dus voldoende gelegenheid had gehad om de overtreding te constateeren. Duitsche log gers, die mede in de nabijheid vischten en ook een motor hadden, hadden het cama vallicht brandende. Beide loggers hadden zich als stoomschepen moeten aandienen; in het onderhavige geval zou bij een aanvaring getuige de schuld hebben gekregen. Een lid van den Raad merkte op, dat log gers met zwakken motor op 40 a 50 mijl ten N.W. van IJmuiden, bij mooi weer, wèl kun nen manoeuvreeren, doch evengoed steken zij het camavallicht dan niet op. Een der schippers zeide, dat, als zij dit licht zouden voeren, de Raad voor de Scheep vaart een lange reeks van ongelukken zou te behandelen krijgen. Als hij met zijn logger visschende is, heeft hij altijd de zeilen op en kan hij bij behoorlijken wind wel uitwij ken; bij stilte doet hl) echter niets. Nadat het lid van den Raad, de heer Bak ker, nog had opgemerkt, dat als 2 loggers el kaar onder de onderhavige omstandigheden naderen en met elkaar in botsing komen, niet is uit te maken, wie de schuldige is, was het woord aan den hoofdinspecteur voor de Scheepvaart, vice-admiraal b.d. C. Fock. Spr. Wanneer dat stramme gevoel U het bukken belet, wanneer alles stroef en stram is in Uw spieren. ledematen en gewrichten, toch zult Ge een ander mensch zijn als Ge U behandelt met de zoo beroemde, pijnverdrijvende en verrassend snel genezende Kloosterbalsem. Gisternacht nog krom van de pijn. zult Ge vannacht weer heerlijk slapen en morgen zonder pijn zijn. zeide, dat de overtreding vaststaat, er is van het reglement afgeweken en dus blijft de Macht gehandhaafd. Spr. geeft toe, dat log gers met zwakke motoren moeilijkheden heb ben met het mijden van andere schepen, doch dit neemt niet weg, dat van de zijde van de reeders en belanghebbenden nooit een officieele klacht is ingekomen, dat de bepa ling inzake het voeren van het carnaval licht niet is uit te voeren. De reeders moeten dan maar voor betere motoren zorgen; een wijziging van het voorschrift, hierop neerko mende, dat schepen met zwakke motoren als zeilschepen dienen te worden beschouwd, zou niet houdbaar zijn. De Raad zal later uitspraak doen. De steunverleening aan werkloozen in het visscherijbedrijf Een rijksbijdrage van 50 procent Van den Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw ls bij B. en W. van Velsen bericht ingekomen, dat hij in be ginsel besloten heeft, tot 2 Januari 1932 do rijksbijdrage ten behoeve van de steunver leening aan de georganiseerde visschers, havenarbeiders, metaalbewerkers en arbei ders, werkzaam in aan het visscherijbedrijf verwante vakken, te bepalen op 50 pet. Als voorwaarde Ls echter gesteld, dat B. en W. zich schriftelijk vei binden, geen en kelen maatregel op het gebied van werk- werkloozenzorg in te voeren of te laten in voeren voor dat het college zich er van overtuigd heeft, hoe de regeering tegenover te nemen voorzieningen staat. Wanneer de regeering een afwijzend standpunt inneemt en de gemeente toch tot invoering overgaat, zal als regel de subsi dietoezegging worden Ingetrokken. Kokende thee gedronken 2-jarig jongetje overleden Te Noordwjjk dronk het 2-jarig zoontje van A. S. in een onbewaakt ooganblik een kop kokende thee leeg. De medische hulp, welke spoedig aanwezig was, achtte over brenging naar het Academisch Ziekenhuis te Leiden noodzakelijk. Daar is het kind aan de inwendige brand wonden overleden. Comité tot bestrijding van de gevolgen der werkloosheid te Haarlem Het comité deelt mede, dat verzoeken om werkzaam gesteld te worden bü het Bureau van het Comité op dit oogenbiik geen on derwerp van bespreking meer kunnen uit maken. Thans twee der daders In arrest Om negen uur gistermorgen was de heer G. H. Snoek, oud 49 jaar, kassier van het bijkantoor van de firma van 't Hoff en Pi- kaar te Rotterdam op zijn bureau gekomen, waar hij de eenige bediende is. Omstreeks half 10 kwamen er twee kerels binnen, terwijl een derde bij de voordeur bleef staan. Een van hen richtte zijn revolver op den heer Snoek en zei: „Handen op!" Hierop loste hij meteen een schot op den kassier en trof hem aan het achterhoofd. De roover liep daarna om de balie heen en schoot nogmaals op den kassier, hem thans licht aan het voorhoofd verwondend. Ook de tweede dader was in middels naderbij gekomen. Deze sloeg den kassier met een voorwerp op het hoofd. De kassier zag evenwel kans om een deur achter de balie, welke toegang geeft tot het por taal van het bovenhuis, te bereiken. Zoo doende kwam hij op straat, waar reeds een groot aantal menschen bijeengekomen was op het geluid van de schoten. De drie over vallers hadden inmiddels reeds de vlucht genomen. Niet lang hierna viel het eenige personen, die in de omgeving naar de vluchtelingen liepen te zoeken op, dat een man zeer zenuw achtig deed. Zij wezen den man aan een politieagent aan, die hem arresteerde en over bracht, naar het politiebureau, waar men te doen bleek te hebben met den 33-jarlgen J. L„ werkloos loodgieter te Rotterdam. De man, die ln zeer zenuwachtigen toestand verkeer de, legde dadelijk een bekentenis af en deel de de politie de vermoedelijke woonplaatsen en de signalementen van zijn mededaders mee. Verder vertelde hij, dat het plan van den overval de vorige week bij hen is opge komen. Een van het drietal, die op Katen- drecht goed bekend is, had het plan ge opperd en gistermorgen waren zij om half tien te zamen gekomen, waarna twee van hen het kantoor binnengingen. De aangehoudene bleef bij de deur staan. Hij vertelde dat hij er, bij het hooren van de schoten, dadelijk vandoor was gegaan. Het signalement van de beide gevluchten werd direct door de politie door de ge- heele stad verspreid, waarna het al spoedig gelukte een tweeden dader aan te houden. Twee agenten hielden den man nabij zijn woning m Delfshaven aan, juist op het oogenbiik, dat hij het huis wilde binnen gaan. Hij bleek te zijn de 32-jarige J. F. H., een werklooze kok. Thans wordt nog gezocht naar den der den medeplichtige, zekere P. L. de G. Men vermoedt, dat het hem niet zal gelukken lang buiten de handen van de politie te blijven. De daders hebben bij den overval slechts een zeer kleinen buit gemaakt, ln hoofdzaak bestaande uit eenige vreemde muntstukken, die zij uit een der kassen gegraaid hebben. De kassier werd ter plaatse door een dok ter verbonden. De wonden bleken schamp schoten te zijn, welke wel hevig bloedden, maar niet levensgevaarlijk waren. Later is hij voor onderzoek naar het ziekenhuis aan den Coolsingel overgebracht, waar hij voorlooplg is opgenomen. Conflict in de textielindustrie Overleg wordt voortgezet Gisteren hadden opnieuw besprekingen plaats tusschen de besturen van het N. V. V., R K. WerMiedenverbond en Christelijk Na tionaal Vakverbond met de commissie ad hoe uit de Enschedesche en Twentsch-Gel- dersche Textielfabrikantenvereenigingen in zake het conflict in de textielindustrie. De besprekingen werden nog niet ten einde gebracht. Tuinbouwproducten naar Engeland Aanvankelijk bevredigend verloop van de besprekingen De commissie, die op initiatief van het Centraal Bureau der Tuinbouwveüingen de vorige week naar Engeland ls vertrokken, in verband met de op handen zijnde tariefs- moeilijMieden in dat land, is teruggekeerd. Uit den aard der zaak bestaat er thans geen gelegenheid om over het op onze pro ducten te heffen invoerrecht met de En- gelsche Regeering bepaalde onderhandelin gen te voeren. Zoo spoedig als de te heffen tarieven bekend zijn, is daarvoor het oogen biik gekomen. Toch hebben de in Engeland gevoerde be sprekingen aanvankelijk een bevredigend ver loop gehad. Er zal moeten worden afgewacht, in hoe verre de ongunstige plannen der Engelsche Regeering ten opzichte van den export van tuinbouwproducten ook voor ons land onder den invloed van de actie, die zich van alle zijden tegen de hooge invoerrechten aan het ontwikkelen is, zullen leiden tot een mildere regeling. Hoewel de vooruitzichten ten opzichte van de Lngelsche tarieven van groenten en trjit nog ongunstig zijn, mag dit geen oorzaak zijn, om niet aHe krachten te blijven inspan nen en alle middelen aan te grijpen ter ver krijging van een tarief, waarbij de export van groenten en fruit, zij het onder zeer zware en moeilijke omstandigheden mogelijk blijft. De commissie, die is samengesteld uit han delaren en kweekers, blijft werkzaam ter verkrijging van een zoo gunstig mogelijke ta- riefsregeling. Het is voor den tuinbouw te hopen, dat die pogingen zullen slagen. Onderhandelingen over economische aangelegenheden In dc zitting van de Belgische Kamer werd gisteren behandeld 't voorstel var de Kamer leden S nzot (Katholiek), Hubin (Socialist) en Pater (Liberaal), in welk voorstel er bij de regeering op aangedrongen werd onmid- delijk onderhandelingen aan te knoopen met de Fransche en Nederlandsche regee ringen met het doel om tusschen deze drie landen een eensgezinde samenwerking tot stand te brengen inzake economische aan gelegenheden. Ieder der partijen kreeg èèn spreker toegewezen om het voorstel te be spreken. Er wordt op gewezen, dat het be trokken voorstel te veel den vorm heeft van een bevel aan de regeering. Met z tten en opstaan wordt het voorstel met een Meine meerderheid aangenomen Einde October ruim een milliard Volgens een mededeeling van het rijks- departement van financiën bedroeg het to taal-deficit van het Duitsche rijk, met inbe grip van het uit het vorig jaar overgenomen tekort, einde October 1062.9 miilicen mark. In de begreotingscommiscie van den rijks dag vertelaarde de rijksminister van finan ciën Dr. Dietrich, dat de hoop, de Duitsche financiën door de niet-betallng der schade- vergodeing te kunnen saneeren, niet was vervunld. Wel zou het door de getroffen maatregelen mogelijk zijn door de moeilijkheden heen te komen, mits de ontwikkeling van het be drijfsleven in den winter niet nog slechter zou worden dan tot dusver. De Duitsche schulden Volgens het door dr. Melchior in de com missie van de Bank voor Internationale Be talingen uitgebracht rapport over de Duit sche schulden, bedragen de buitenlandsche schulden op langen termijn 11.4 milliard R.M. Hiervoor is aan rente en aflossing 1020.2 millioen R.M. per jaar noodig. De schulden op korten termijn en wel bank- schulden, industrieele, agrarische, handeis- en particuliere schulden bedragen 12 milliard R.M. Hiervoor is voor rente noodig 709 tot 825 millioen R.M. Intrekking door Engeland gevraagd In goed ingelichte kringen wordt, volgens een Havas-berieht uit Parijs, meegedeeld, da' het Foreign Office aan Frankrijk een nota heeft doen toekomen, waarin de intrekking wordt gevraagd van het compensatierecht van 15 pCt. wegens de daling van het pond opdat Brittannië zich niet genoodzaakt zal zien op zijn beurt een extra-compensatie- recht op den invoer van Fransche produc ten ln te voeren. (Van onzen bij zonderen correspondent in Mandsjoerije) Char bin, 9* December Zoo Juist keer ik terug van een der meest opwindende en avontuurlijke reizen, welke Ik ooit in Azië heb gemaakt. Ik vergezelde de Japansche delegatie, die onder leiding stond van kapitein Itagakl en Homal, den financleelen deskundige der Japansche pro vinciale regeering te Moekden. Zaterdag avond was de delegatie per vUegtuig van Moekden naar TsitsiKar gevlogen en ver scheen volkomen onverwacht in Charbin. De aankomst van den trein, waarmede de delegatie van Tsitsikar naar Charbin reisde, was geheim gehouden en men had maat regelen getroffen, waardoor de delegatie onmiddeUijk in een extra-trein kon over stappen om naar het hoofdkwartier van den Chineeschen generaal Ma Sjang Sjen ln HaUoen te worden gebracht. Halverwege werd de trein echter vier uur lang tegengehouden. Generaal Ma wenschte de delegatie zelfs niet te zien, doch de Ja panners lieten zich niet zoo maar afsche pen. Per telegraaf openden zij lange onder handelingen, met het gevolg, dat generaal Ma ten slotte zich bereid verklaarde de delegatie te ontvangen. Toen de trein Hai- loen" binnenliep, stonden militaire auto's gereed. De gedelegeerden werden naar de particuliere woning van een Chinees ge bracht, die de eigenaar van den plaatselij- ken lommerd bleek te zijn. 's Avonds om elf uur was het nog niet bekend, of generaal Ma de afgevaardigden te woord zou wiHen staan. Klokslag mid dernacht verscheen hij echter. Hij wisselde eerst een paar woorden met de Chineesche en Japansche journalisten en zeide, dat misverstanden, als de gevechten bij de Nonnirivier en Tsitsikar uit den weg moesten worden geruimd. Japan en China moesten in vrede naast elkander leven. Er was ruimte genoeg voor allebei. De Chinee- zen wenschten niets liever dan den vrede te bewaren. Na deze korte toespraak bleven de vier Japansche gedelegeerden bij generaal Ma achter en confereerden met hem tot drie uur in den morgen. Zoodra de conferentie beëindigd was, ontving generaal Ma mü in zijn particuliere vertrekken. Hij verMaarde, dat de Japanners twee voorstellen hadden gedaan. Van den eenen kant wenschten zij in het Verre Oosten den vrede te bewaren, van den anderen kant hoopten zij met de Chineezen in de drie Oostelijke provincies samen te werken. De Japanners zijn van meening, dat de strijd aan de Nonni-rivler ten gevolge van een misverstand was ont brand. Zij verwachtten, dat Ma hun voor stellen zou aannemen en de noodlge stap pen ln deze richting zou doen. Voorzoover hun voorstellen den vrede en de samen werking betroffen, kon generaal Ma er mee instemmen, maar hij verklaarde met na druk, dat vrede en samenwerking alleen dan mogelijk zouden zijn, indien Japan zich er van zou onthouden de souvereine rech ten van China aan te tasten. Zoodra Japan China aanvalt, zal Ma doorvechten ter ver dediging van zijn vaderland. Een van de hoofdpunten der besprekin gen betrof de vraag, of generaal Ma de benoeming van Tsjarr Ting-Hoei tot gou verneur van Hailoengkian zou goedkeuren, doch Ma weigerde hierover met de Japan ners te discussieeren, aangezien hij de be zetting van den gouvemeurszetel in die provincie als een zuiver nationale aangele genheid beschouwde, welke alleen en uit sluitend door de regeering te Nanking kon worden opgelost. Hij wenschte dan ook op deze kwestie bij zuiver informatorische be sprekingen niet in te gaan. De Japanners trachtten te weten te komen, of generaal Ma den strijd zou hervatten. Deze ant woordde, dat hij slechts uit zelfverdediging had gevochten, en dit weer zou doen, wan neer hij aangevallen werd. De Japanners zeiden daarop, dat, indien er geen nieuwe gevechten zouden plaats vinden, zij de kwestie van het terugtrekken hunner troe pen wilden bespreken, maar dat zij nog geen definitief uitsluitsel daarover konden geven. Zoo leidde de conferentie tot een volledige mislukking, terwijl er ook geen verdere on derhandelingen zouden worden gevoerd. Generaal Ma deelde mij mede, dat de reden van het onverwachte Japansche be zoek alleen hierin gezocht moest worden, dat zij den toestand en de positie van het Chineesche leger wilden verkennen en Mi wilden polsen, of hij bezwaren tegen den pro-Japanschen gouverneur Tsjang-Tsing- Hoei zou maken. De delegatie werd onder strenge bewaking gesteld en het was den gedelegeerden ver boden noch het huis noch den trein te ver laten. Generaal Ma dementeerde met kracht het gerucht, dat eenige dagen gele den telegrafisch verspreid werd, als zouden de Japanners hem hebben uitgenoodigd naar Tsitsikar terug te keeren. Tegen vier uur trok Generaal Ma zich te rug. Na twee uren slaap ging Ik met een extra-trein terug. De Japansche delegatie weigerde ook maar een enkele inlichting te verstrekken en beschouwde de situatie als zeer onzeker. WALTER BOSSHARD. Copyricht „Nieuwe Haarl. Crt.", „Noord- HoU. Dagblad" en Opera Mundi Press. 79

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 5