DE HAARLEMSCHE GEMEENTEBEGROOTING VOOR 1932 NIVA TANDPASTA rieTn1 =thtr Internationaal Zang concours te Zandvoort VOORKOMT TANDBEDF.RF en ooefst s-morgens en 'vevonds met De algemeene beschouwingen geëindigd De S.D. AP. ontkent niet, dat eenlge loonsverlaging noodig is Incident tusschen de heeren Slingenberg en Joosten A.s. Dinsdag stemming over de voorstel'en CENTRALE TANDHEELKUNDIGE KLINIEK Ve&WaUs b^ e€n deeI van den raad». 75 ets per */i tubeZ5üi p. 'A tube niet door zijn leer, maar door zijn leven. De grijsaard is gebleven die hij, naar het lichaam, was melancholicus en neurastenicus. Maar daarnaast is een andere Bilderdijk geboren, wiens vriendelijke eenvoud en ootmoedige overgave op de besten van zijn kring een onuitwischbaren indruk hebben gemaakt. Zoo gaat hii heen en wanneer dan het geld voor de kist is bijeengebracht, en onder deze gewelven de graflegging geschiedt, die deze plaats tot een nationaal heiligdom heeft ge maakt, dan staan rond de groeve niet de letterkundigen en de geleerden, maar alleen de vrienden van den mensch en den christen, en dan weerklinken geen lofredenen, maar alleen de snikken van Da Costa en het hart van het Reveil, De Clercq, stort zich uit in een stroom van verzen. „Bilderdijk's heen gaan", schreef Groen, „is een groote époque. Hij was voorlooper. Nu vermoed ik, dat het goede, niet meer door zijn individualiteit tegengewerkt, vrije loop zal hebben." Deze voorspelling is bewaarheid de ondergrond van ons volksleven, dien Bilderdijk's scherpe kouter heeft losgewoeld, heeft in de afge- loopen eeuw weer rijke vrucht gedragen „bijna in elk opzicht is zijn vergezicht ons naderbij gekomen." Pierson heeft Bilderdijk, den contrarevo- lutionnair, geprezen als „de groote onte vredene" spr. ziet in hem bovenal „de groote gebrokene," de verbrijzelde van hart. Niet in wat hij aan schoonheid en wijsheid geschonken heeft, maar in zijn menschelijke, al te menschelijke lijdensweg ligt zijn natio nale beteekenis. Ook voor onzen tijd. Want uit het hart zijn de uitgangen des levens daar ligt het land der oorsprongen daar welt ook de bron van de nationale weder geboorte, waarop wij hopen. De plechtige herdenking was hiermede ten einde. Opening der tentoonstelling. Btj de offlcleele opening van de BUderdjjk- tentoonstelllng, gisteren in het Frans Hals museum, sprak de heer O. H. Weustink. voorzitter van het TentoonsteUlngs-comlté, de volgende rede uit: Onder de gravure „Bilderdijk op ziin sterf bed" dichtte Da Costa: ..Zijn leven was een strijd; arbeiden al zijn lust. De tijd van belden werd vervuld. HU leeft en rust. En ln die rustige sfeer van den dood, waaruit alle strijdgewoel gebannen ls, past het thans even te verwijlen bij den persoon van Bilderdijk. Een dichter? Velen betwijfelen het. Maar ondanks de honderden, misschien duizenden, regels welke ongeschreven hadden kunnen blijven, blijven er, die de ongerepte uitdruk king zijn van zuivere schoonheid, die te ont roeren weet tot in het diepst der ziel. Wie verzen weet te schrijven als „De Kre- kel", „De geestige Fabel", intens levende gods dienstige poëzie als „Zielszucht" en „Gebed", ls een dichter. Daar hooren we een stem uit de diepte der ziel sprekend tot ons en ze vindt gehoor. Maar daar blijven dan ook ver re ((rumoer, geschreeuw", oorverdoovend gi- gantesk soms, en komt, helaas te zelden, de Ingetogenheid, de teere stilte, die de ziel ln heilige aandacht gevangen houdt; de stilte, waarin de ontroering opbloeit. En dan als die stilte hem omvangt, dicht de 70-jarige nog aandoenlijke strofen. Zijn invloed. Groot was deze en zij be- heerschte onze literatuur meer dan een hal ve eeuw. Als een andere Saulus aan Gama liels voeten zat Da Costa met verrukking en geheele overgave opziend naar zijn meester. Alberdingk Thljm rijmt van zichzelf: t Geheim van 't schoon heeft Harmen Klijn hem vriendlijk voorgefluteterd, De vaersleer had hij Withuys' mond aan dachtig afgeluisterd. t: Beken alweer 't gaf weinig eer aan deze heusche vrinden! Hü hield zich enkel aan hun leer: 't bij Bil derdijk te vinden! Eeets en Schaepman noemden zich gaarne BUderdijks leerlingen en in de Jeugdverzen van den later geestelijk verpuurden Gezellc is duidelijk Bilderdijks Invloed aan te wa zen; een invloed die in 1906 Dr. Abraham Kuyper nog Inspireerde tot zijn magistrale rede. Die invloed, welke zijn opgang mede werd, moge thans niet zoo intens zijn, dat zij het hart van alle modernen mee doet trillen, zij is toch aanwijsbaar bil zeer velen, die ln dit herdenkingsjaar deze markante persoon lijkheid waardeerend herdenken als één. die den genades'oot toebracht aan een dorre, gcestlooze dlehtganootschappelijke „letter- konst"; als zie A. J. Schneiders in „De Nieuwe Eeuw van 12 November 1931 den promotor van de Christelijke ge dachte op staatkundig terrein, waarbij hij fel en onversaagd stelling neemt tegen de godsdienstlcosheid eener maatschappij, spruitend uit de Franscbe Revolutie; als den man van wetenschap, die door zijn talrijke geschriften, colleges en privatlssima een reeks van Jongeren wist te vormen, wier latere in vloed zoo krachtig het geestelijk leven rond 1850 beheerschte, dat Bilderdijk daardoor ook de grondlegger werd eener nieuwe staatkun dige partij. Dien universeelen Bilderdijk voor ons op te roepen is plicht bij deze herdenking; zoo zij niet het doel der gedachtenisviering ware. Uit dien geest groeide ook de gedachte aan een Bilderdijk-tentoonstelling die, door de be- lapglooze medewerking van Haarlems archief en stadsbibliotheek, het Bilderdijk-museum. het Trippenhuis te Amsterdam, de Maat schappij van letterkunde te Leiden, de Uni versiteitsbibliotheken van Lelden en Amster dam, de bibliotheek v. d. Verceniglng ter be vordering van de belangen v. d. Boekhandel, benevens particulieren als Dr. Sterck te Aer- denbout en den heer J. Leeflang te Utrecht, een vrij volledig beeld tracht te geven van Bilderdijk, zooals ik dien even te schetsen trachtte. Met. een woord van bijzonderen dank aan allen, die van hun schatten afstonden, ver klaar lk de Bilderdijk-tentoonstelling. die ln de zoogenaamde kapel gehouden wordt, voor geopend. KENAUPARK 26A - Telefoon 12644 Spreekuren: a'" 11 en 1 tot 2. Uirts ag van >.3 tl lot 8.30 Zaterdagmiddag GEEN spreekuur Hedenmiddag werden de algemeene be schouwingen over de gemeentebegrooting voor 1932 voortgezet. De heer JOOSTEN (S. D. A. P.) zet zijn rede voort. Naast den aanslag op de loonen van het gemeentepersoneel ziet spr. ook de toekomst voor de cultureele en sociale be langen donker in. Spr. bestrijdt dan de loonvergelijklngen, door den heer Van Dam gemaakt en merkt op, dat 22 plaatsen boven Haarlem uitgaan by de loonregeling in de eerste groep. De heer JOOSTEN (S. D. A. P.) bestrijdt vervolgens den heer Peper en zet uiteen hot program der S. D. A. P. De party zal geen revolutie maken, maar mag toch ook niet blind zyn voor wat er kan gebeuren. Het kan zyn, dat een revolutiestroom in Europa ook ons land meesleept. De S. D. A. P. moet dan op haar post zijn en zal daarom niet heengaan, ook al zou er eens eenige terug gang zyn te constateeren. In de speech van den chr.-hlst. heer De Rijke heeit spr. weinig christeiyks kunnen ontdekken. Het historische gedeeite was, dat die rede eigenlijk tot de historie moest be- hooren. Sprekers oordeel is, dat het buiten gewoon moeilijk is, te bewyzen, dat de cri.-la voortgekomen is uit armoede. ET kan over vloedig geproduceerd worden, mak men kan geen afzet voor de goederen vinden. Met loonsverlaging bereikt men hetzelide als met hooge tariefmuren: men wil goeo- kooper concurreeren. Maar om te slagen, zou men den buitenlander moeten vragen, de loonen niet te verlagen. Inflatie kan geen redding brengen, want toen er sterke inflatie in Duitschland was, was de werkloosheid daar veel grooter dan by ons met de hoogc loonen. Tot de begrooting overgaande, zegt spr., den indruk ta hebben, dat de begroeting on solide is. Men wil nu het personeel ln salans Kol ten en de belastingen verhoogen. Maar voor de begrooting van het volgende jaar staat niets vast. Zoowel de optimist als de pessimist kan gehjk kragen. Spr. begrijpt niet, waarom vroeger, toen de linanciën niet zoo krap waren, de wet houder van financiën niet vroeg, hoeveel er noodig is voor armenzorg en het nu wel doet. Ook gaat men vragen, hoeveel de be.a~tlng zal opbrengen. Maar de inspecteur houd; zich aan den veiligen kant en nu durft men niet daarboven te gaan. Spr. Juicht ook niet toe de methode van instelling van een bezuinig ingscommisrie u.t hoofdamotenaren. B. en W. behielden ech ter het wachtwoord. Spr. is er van overtuigd, dat de begrooting ook sluitend gemaakt had kunnen worden, als ln het georagniseerd overleg aangenomen was het voorstel van de commissie voor ar- be.dszaken, hetwelk 230.000 op zou bren gen. Wel zou er meer kans geweest zyn op een nlet-sluitende rekening. Maar dienaan gaande is de geheele begroot.ng onzeker. Het voorstel-Van Liemt, dat men niet 7 cent van den gulden af mag nemen, omdat het kindertoes.ag is, noemt spr. een doods musch. Daaraan doet de S. D. A. P. met mede. Men is nu belangstellend naar wat de 3. D. A. P. wel wil. Zij zal geen voorstellen ten aanzien van de loonregeling by den raad indienen. Zij heeft genoeg haar best gedaan, om in het georganiseerd overleg overeen stemming te krygen. Hoe onaangenaam het ook ls en hoe ver keerd de methode ook, spr. zou er niet aan gedacht hebben, de begrooting sluitend te willen maken zonder aan de sa.arLsen te komen. Als het noodig is, komt men ook aan dat, waar men liever afblijft. In het georga niseerd oveneg is door spr. en zyn partijge noot Cierritsz gewerkt, om overeenstemming te bereiken, om zoo weinig mogeiyk van het ioon af te krygen. Spr. erkent, dat de organisaties een stand punt in het U. O. hebben ingenomen, waar voor c.e arbeiders moeten betalen. Maar er is te veel gehamerd op de 8 pet. Het :s niet juist, dat een lid der raadsveitegen- woordlging gedwongen wordt, te verklaren, dat wat gezegd wordt, nog niet gesproken werdt namens de meerderheid. Wethouder Gemtsz heeft niet gewerkt als een oud- libreaal, om er uit te halen, wat te halen viel. Nu wil men de korting verhalen op het salaris. Spr. betreurt het, dat B. en W. niet het denkbeeld overgenomen hebben, de eer ste 1000 vrij te laten. Men wil een offer vragen, omdat het niet anders kan-Maar had men dan niet hen kunnen ontzien, die wei nig verdienen? De loonsverlaging leidt er toe, dat men de bescheiden luxe van den kleinen arbeider afneemt. Dat gebeurt niet by de salariskorting der hooge re ambten a ren. De S. D. A. P. zal geen voorstellen voor een nieuwe regeling Indienen, omdat zy in het G. O. de zaak voor de arbeiders verlo ren, daar zy er zoo weinig mogeiyk van af wilde nemen. Voor een door een ander in te dienen voorstel kan spr. de 12 stemmen der S. D. A. P.'ers beloven. Wordt zoo'n voorstel niet gedaan, dan ls daarmede bewezen, dac de anderen daaraan geen behoeite heb'oen. Mevr. SCHELTEMA (V. B.) keurt de voor gestelde loonsverlaging goed, omdat de ver- geiykbare loonen ln het vrije bedryf bene den de loonen zyn in overheidsbedryf. Zoo nu en dan dient men de min of meer ver steende loonen nader te beschouwen. Het verlaagde indexcyfer alieen mag geen reden tot verlaging zyn, omdat men volgens deze beschouwing dan geen loon verdiende, doch naar behoefte betaalt. Ook ls spr. niet er voor, verlaging der loo nen te gebruiken voor dekking van het te kort op de begrooting. De loonen zyn reeds eenigen tyd aan den hoogen kant geweest, vergeleken met die in de vrye bedrijven. Men ls te goedig geweest, door niet te verlagen, maar nu moet het toch geschieden. De positie van het overheids personeel is te bevoorrecht geweest. Boven het grondloon v. ;rdt nog 15 pet. pensioen ge geven plus kind rtoeslag, beginnende by het eerste kind en v cantietoeslag. In het vrij: bedryf wordt daarenboven remmend geweri door de vakvereenigingen. Spr. zal niet t en den 7 pet. aftrek stem men, maar had ever 8'A pet. pensioanbU- drage geheven g-zien. Nog merkt spr. op, dat de verlaging van het indexcyfer het meeste ondervonden wordt in de lagere klassen. Spr. ls er niet voor, een grens te stellen bij 30. Wel is hy voor hst voorstel-Van Liemt, omdat men den kindertoeslag en den vacantietoeslag in het georganiseerd overleg buiten bespreking heeft gshouden. Men nesmt de korting alleen van het grondloon. De belastlngverhooging treft het meest da menschen, dis dit het minste kunnen beta len. Veel te veel wordt vergeten, dat onder de menschen, die de verhoogde belasting moeten opbrengen, kleine spaarders zyn, die voor den ouden dag moeten zorgen. De ver hoog ing moet zeer tijde'.yk zyn en spr. ge looft, dat de verhooging van de belastingen eerder ingetrokken moet worden dan de kor ting op de loonen. De monopolistische gemeentebedrijven acht spr. een oneerlijke concurrentie voor de vrye bedryven. De heer SCHOLL (S. D. A. P.) meent, dat de rede van mevr. Scheltema den stryd voor behoud van het levenspeil zal verscherpen. Van bevoorrechting van gemeentspersoneel is geen sprake, omdat het premievrye pen sioen verstrekt is als vergoeding voor het nlet-ontvangen van tantièmes ln het vrije bedryf. Spr. bestrijdt den heer De Rijke, die z.l. zuiver liberale ideeën verkondigd heeft. B. en W. dekken de begrooUng niet met hun verantwoordeiykheid, doch verschuilen zich achter allerlei mededeellngen. Zoo o.m. achter die van den Inspecteur der belastin gen. Het was beter geweest, als B. en W. hun eigen verwachtingen medegedeeld hadden Ook acht spr. het niet juist, dat B. en W. zich verschuilen achter de bezuinigings commissie van hoofdambtenaren. De wethouders aan het woord. Van de wethouders komt allereerst mr. SLINGENBERG (V.D.), wethouder van financiën, aan het woord. Dit jaar ls de taak. om de begrooting te verdedigen, niet aangenaam. Er zyn vele zaken by, welke men slechts met bezwaard gemoed kan bespreken. Spr. zal geen be schouwingen houden over de economie van het -heelal; hij zal zich beperken tot de economie der gemeente en de vraagstukken, welke daarbij behooren. Spr. handhaaft het s'ot zynsr rede van het vorige jaar, dat Haarlem een aantrek- keiyke woonplaats ls, dat de bedryven kern gezond ziin, dat men eendrachtig moet samenwerken, omdat de donkere schaduw ook over Haarlem kon komen. De donkere schaduw. Die donkere schaduw heeft zich snel uit gebreid en er zyn weinig lichtpunten te ont dekken. Er is minder welvaart, er zyn min der inkomsten, het zakenleven wordt minder, er Is grooter werkloosheid. Spr. citeert, wat de regeering daaromtrent medegedeeld heeft, o.m. dat de crisis haar weerga in de laatste honderd jaar niet vindt. De belastingen voor Haarlem zyn lager geraamd. Een sterke vermeerdering van uit gaven valt te constateeren, vooral by werk loosheidsbestrijding, ultkeering aan uitge trokken werk'oozen en steun van het Bur gerlijke Armbestuur. Na uiterst zuinige raming was er een nadeellg verschil van IH mlllicen, waar van de helft door de ln September genomen besluiten gedekt werd. De andere helft wordt thans ter dekking aangeboden: 325.000 door verhooging der grondbelasting, 365.000 door verlaging der loonen en 125.000 be zuiniging. Het zyn harde maatregelen, waar- by men zich troosten moet met de gedachte, dat men een offer moet brengen in dezen moeliyken tyd. B. en W. hadden de cyfers uit de primi tieve begrooting onveranderd kunnen laten, zy hadden kunnen doen, of hun neus bloed de en of er niets veranderd was ln het economische leven, zy hadden kunnen voe ren de politiek van Voge' Struis: den kop in de veeren en men merkt niets. Doch de funeste gevolgen daarvan zouden binnen een Jaar gebleken zyn. Nog geen crisisleening. B. en W. hadden de uitgaven kunnen splitsen in normale en crisislasten. Het sy steem der splitsing te echter een uitstel- politiek, welke zware gevolgen zou hebben. Getracht had kunnen worden, een crisis leening te sluiten, maar het te de vraag, of door Ged. Staten dit besluit goedgekeurd had kunnen wore, en en of zy geplaatst had kunnen worden. Maar a'. ware dit zoo ge weest, dan zou de gemeente lange jaren gebukt zyn gegaan onder rente en aflos sing, welke de gemeentelijke taak, ook de sociale, zou belemmerd hebben. Spr. beweert niet, dat nooit een crisis leening aangegaan behoeft te worden. Als de uitslag van deze begrooting ongunstiger te, dan verwacht wordt, zouden B. en W. mis schien een voorstel tot het aangaan eener crisisleening moeten indienen. Doch nu be hoeft dit nog niet. Politiek der realiteit. De derde politiek, en deze te gevoerd door B. en W., Is die der realiteit. Maar als men deze aanvaardt (ook de heer Rclna'da wenscht een sluitende begrooting), moet men de feiten en omstandigheden Juist zien en daarnaar hebben B. en W. gezien. Tegen over de uitgaven staan reëele inkomsten. De sociale taak der gemeente moet tijdeiyk beperkt worden tot het allernoodzakelijkste. Geen paniekstemming: Is door deze politiek van B. en W. nu een paniek- of wanhoopsstsmming gekweekt Daarin vergist zich de heer Roinalda ten ^enenmale. Een wanhoopsstsmming komt er niet, als de raad B. en W. volgt, tenzy er misschien buitengewone nieuwe moeilijk heden komen. Heeft spr. door een persconferentie een paniekstemming gewekt of schade toege bracht aan gemeente of personeel? Heeft hy flink den domper op al'es willen zetten en willen zeggen, dat Haarlem er zoo slecht voor staat? Negen dagen heeft leder lid van B. en W. (van 12 tot 21 October) de gelegenheid ge had, sprekers nota te bestudeeren. Zou het onwaarschijnlijk zyn, te veronderstellen, dat de leden der fracties wisten, wat er ln de nota stond? Spr. veronderstelde, dat Iedere party, die een vertegenwoordiger in het col lege van B. en W. heeft, van dien vertegen woordiger mededeeling had gekregen over zyn nota. 24 October kreeg spr. een vraag van een p'aatselijk blad, of het juist was, dat 31 October de salarissen nist meer betaald kon worden. Om zoo'n bericht tegen te gaan, heeft spr. toen de geheele plaatseiyke pers uitgenoodigd en Inlichtingen verstrekt. Spr. gelooft niet, daarmede verkeerd gedaan te hebben, omdat hy nu ook de burgery ln de gelegenheid stelde, haar oordeel over de zaak te geven. Zyn de cyfers van de nota reëel of zyn zij door een te donkeren bril bekeken en ls dat met opgezet gedaan, om maatregelen bij den raad er door te krijsen? De uiting van den heer Joosten hedenmid dag bschouwt spr. als een lafhartige Insinua tie. Jarenlang hebben B. en W. er naar ge streefd. om de loonen van het gemeenteper soneel te handhaven en om nu te veronder stellen, dat expres de zaken te donker voor gesteld worden, om Iets te bereiken, dat kan spr. niet anders zien dan als een lafhartige insinuatie. B. en W. zouden zich verscholen hebben achter onverantwoordeiyke lieden, o.m. ach ter den inspecteur der directe belastingen. B. en W. hebben het cyfer van 20% daling der belastingopbrengst niet uitgevonden, maar verkregen van dengener die daarvan op de hoogte en daarvoor verantwoordelijk te: den inspecteur der directe belastingen. B. en W. hadden een opbrengst vn f 1.125.000 ge raamd, hetgeen 125.000 te hoog bleek. Dat was In October, toen nog niet alle kohieren waren binnen gekomen. Doch gisteren was het inzicht nog onveranderd; het kohier 1931 —1932 zal ten hoogste 1 mlliioen opbrengen. Ook het Inzicht ln de kohieren 1932—1933 te nog ongewyzigd. De Inspecteur met zyn dienst is de cenige, die de vermogens weet, öe specificatie zelfs der effecten. Hy kan dus precies nagaan, in welke vermogens de zware s'.agen gevallen zyn. Hy heeft verklaard, dat het kohier 19321933 20% lager zal ziin, doch gisteren heeft hij gezegd, dat hy die 2032 nauwelijks kan handhaven. Aan Ged. Staten moet de raming door den inspecteur overgelegd worden, want is de raming van B. en W. maar f 1000 hooger, aan wordt de begrooting niet goedgekeurd. Precies twee derde van de raming mag op de begrooting aangebracht worden. De onder vinding heeft Haarlem geleerd, dat men an ders de begrooting terug krygt. De stijging der uitgaven Wat de uitgaven betreft, toen de uitgaven voor het B. A. stegen, was het sprekers plicht, te onderzoeken welk bedrag op de begrooting geb-acht moest worden. Hadden B. en W. dan maar moeten doen, of zij niets van den ver anderden toestand bemerkten. Spr. vindt geen reden, ln ootmoed hier te staan, zooals de heer Joosten gevraagd heeft. B. en W. zyn niet volmaakt en aan elk men- scheliik werk kleven fouten, ook aan dat van spr. Maar in het kader van het debat met de soc. dem. moet spreker zeker niet ln ootmoed staan. Door den heer Joosten moet niet beweerd worden, dat de reserves uitgeput zf1n, om daarmede de tegenstelling te demonstreeren roet öe S.D.A.P. Want spr. vraagt, welke wet houder van financiën voor zyn gemeente nog reserves heeft. Die heeft er geen, ook geen soc. dem. wethouder van financiën. Bij een sociaal-democratisch beleid zouden reeds in 1924 de belastingen zyn verhoogd en dan zouden veel werken uitgevoerd zyn, wel ke nu achterwege gebleven zün. Dan zouden de menschen Haarlem uitgetrokken zijn. Spr. betwyfelt ook, of ln dat geval Haarlem nog zoo creó'etwaardig geweest zou zyn als thans het geval is. Haa-Iem te niet volkomen naakt en uitge put, zcoals de heer Reinalda veronderstelde. Er zyn gezonde bedrijven en Haarlem voert een goede leenfngpolitjek. Het gaat over een gezonden toestand en men kan naakt zyn en toch gezond. Spr. staat liever gezond in een eenvoudig werkpak te dan in een bontmantel, welke niet betaald Is. De belastlngverhooging Spr. komt nu tot de belastlngverhooging. Dat is een zwa-e last voor de Inwoners, welke wel een offer ls voor ds gemeente, maar die men toch riet al te tragisch moet opvatten. Als men 1930 met 1932 vergeiykt, biykt, dat de belastingen niet zooveel u't elkaar loopen. De personee'e belasting toont geen ver dubbeling en bij de 80 opcenten op de ge meentefondsbelasting te de belasting nog a'tijö lager dan bij de heffing in 1930 volgens het oude belastingstelsel. Met die 80 opcen ten biyft men Juist buiten het toezicht der regeering. De salarisverlaging Onder welke omstandigheden ls salarisver laging geoorloofd? Aan dc hard van statis tische cyfers over October geeft spr. aan. dat de levensmiddelen in prijs gedaald zün. Dit alleen zou echter niet dé verlaging gewet tigd hebben, als daarnaast ntet was geweest het te veel afsteken by de loonen ln het vrye bedryf en de ongunstige toestand dei gemeente. De salarissen zyn niet geworden de sluit post der gemeente. Het tekort wordt niet alleen verhaald op het personeel. Voor dek king van dit tekort wordt slechts een vierde gedekt door verlaging der salarissen. Aanvankeiyk hadden B. en W. verhaal willen toepassen op de pensioenpremie. Toen daartegen bezwaar rees en men ging ln de richting van tydeiyke salarisverlaging, waar- by de pensioengrondslag ongewijzigd bleef, vereenigden B. en W. zich met deze meenmg van dc Commissie voor Arbeidszaken. De denkbeelden to1 vrilsteWng van sala- r> vr. r'et. kunnen over tuigen, omdat zij by den ttjdelilken maat-e- gel geen wijziging wenschten te brengen ln ee verhouding tusschen de hooge en de lage .salarissen. Van de hooge salarissen moet orogrepstef reeds meer betaald worden in belasting en schoolgeld. Daarenboven ver- Oenen de hoostere ambtenaren niet te hooge salarissen hetceen biykt uit een soc. dem. voorri-ei der laatste jaren tot verhooging dier salarissen. Allerlei punten. Voor de uitvoering van allerlei werken moot nagegaan werden, of er geld is. Zoo weet spr. bijv. niet, of de kasgeldleening, welke ln April afloopt, verlengd kan worden. Vooral In 1932 moet rekening gehouden wor den met. hetgeen de geldmarkt kan bieden. I'. en W. achten het vanzelfsprekend, dat hun salarissen in evenredigheid verlaa-d worden. De verlaging der presentiegelden la ten B. en W, over aan den raad. B; w- zUn voornemens, voort te gaan ln 1932 te onderzoeken, in hoeverre efficien cy en soberheid betracht moeten worden. Spr. zou het wenschciyk achten, den wet houder van financiën voorzitter te maken van de bezuinigingscommissle der hoofd ambtenaren, om zoodoende contact te hou- ™i SChen deze commiss!e en B. en W. J7:'Jfen,de Ingezetenen beschermen tegen T' en in armoede, dan zal men de maat regelen van B. en W. moeten aanvaarden. ls !?!et het minst weerbaar in d„ 2L3tLge,meenten- Zij maakt zi'.h sterk tegen 3b-k' maar de raad moet daarby steu- flfhw VS er„s:een aanwysbaar lichtpunt, 03 ,WOIken schu»t toch de zon (le- Wethouder GERRiTSZ (S. D. a. P.) gaat overleg lng:en na het georganiseerd aan, hem gerichte brief had de amb- feemgszlns k°P~chuw gemaakt. In dezen brief was mededeeling gedaan, dat declU^r/J^h1?^ tSk0rt voor een vierde tfe- neelsuitfawn! WOrd8n ln de mShf der hezuinlgingscaimntesij d^ Sm- \en 31 wegnomen wor- w''im er in het seorganiseerd over leg op gewezen, dat men niet te veel van ten M?n^en bezuiniging mo»st verwach ten. Men ging daarmede op den ütoel van den raad zitten. Spr. acht het verkeerd dat men de besprekingen uit het G. O meteen overgebracht heeft in de pers Var." d vw o'éfvefnreT WOrden «m- qu^s verziekt, maar niet van do versadorin gen der snb-commissie*. vergaderin- t>omPDerjn:wfl?Rt' hlJ er uit heeft wl«<m pompen, wat te halen was. men bfrefken kon.'in^e^G.^^heeft'rn^n ™"eeno SPr, h"ft ^aa-chTwdr, Z een lawn.e over de ambtenaren zou komen lawine 8ebeuren' aoht spr- een vallen ena°ri™ltaetIa€ liet roen er buite" over het peSage.680'1 6611 marchand^en f S600onb™tlende amendementen zullen nU ri ,l n' maar 3"J ton mewten tooh I salari sen opgebracht worden. i Spr. merkt op, dat de heer Klein aange- .ilien heeft datgene, waar de politie-orgam- i saties, van een waarvan de heer Klein vry- gestelde te, vffórgestemd hebben. 1 Spr. betoogt, dat een vermindering van salaris minder koopkracht brengt, omdat men daardoor minder kan uitgeven, dan men gewend is. Spr. sicht het niet juist, met de vuist op tafel te slaan. Dat schaadt het georganlsesrd overleg. Men kan het met andere middelen doen. In Mgr Nolens heeft spr. daarin een leermeester gehaa. Hy stond pal als een rots en hield het doel in het oog, maar hy was toch soepel. Deze methode juicht spr. toe, maar niet de methode van byv. dr. Coiyn in 1923. Die bereikte ook wel het doel, maar zoo, dat men het geen tweede maai meer wil üoén. In Engeland te het zoover gekomen, dat de Arbeidersparty van haar kraent ls be roofd. En in Nederland wordt schade toege bracht aan de arbeidersbeweging door de verdeeldheid. Vereenigd moet getracht wor den, een doel te bereiken. De vergadering wordt verdaagd tot 's avonds. Avondvergadering In de avondvergadering verklaart wethou der VAN LIEMT (R.K.) ,dat het Crisis- Comité slechts aanvullend zal optreden. Kans bestaat op verhooging der subsidie betreffende werkloosheidszorg. Hij zal er naar streven, zooveel mogelijk te Den Haag te bereiken ten aanzien van de werkloosheids- zorg. De replieken Hierna vangen de replieken aan. Daarbij bespreekt de heer KLEIN (R.K.) de salaris- regeling, waarbij hij constateert, dat Haar lem niet aan de spits staat, hoewel hij toe geeft, dat daar geen verslechteringen zijn ingevoerd. Waf de salaiiskorting betreft, is hij van oordeel, dat niet verder gegaan moet worden dan de 7° met vrijstelling daarvan van de eerste f iooo. De beer REINALDA (S.D.A.P.) be treurt het, dat bij de algemeene beschou wingen niet geantwoord is door de leden van het college van B. en W. den burge meester en wethouder Roodenburg. Mede betreurt spr. het, dat het salaris- vraagstuk overheerschend is en zelfs zoo danig, dat men bijna niets hoort over de bestrijding van de nooden der werkloosheid. Het Crisis-Comité moet z.i. aanvullend optreden boven den steun der overheid. Mede op grond van de indexcijfers wil men nu de salarissen verlagen in verband met den slechten toestand der gemeente. Spr. acht het naïef, te veronderstellen, dat de fracties den inhoud der nota kenden vóór de publicaties in de pers. De vorm van een persconferentie is ook niet gebruikelijk. Door deze methode is opschudding gebracht in de stad en men heeft haar belang niet ge diend. Door deze prikkelende methode heeft men de stad daarmede geen goed gedaan. Uitvoerig becritiseert spr. de, zooals hij het noemt, ijskoude, harde theorieën van mevr. Scheltema en betoogt, dat de laatste jaren een stijging van de groote vermogens plaats heeft gehad. Evenwel neemt hij aan, dat in de toekomstige jaren hierbij een daling zal plaats hebben. Loonsverlaging in overheidsbedrijven leidt er toe, dat hef particuliere bedrijf dit feit zal aangrijpen, om eveneens verlaging toe te passen. Ten slotte betoogt spr. uitvoerig, dat de gemeente voort moet gaan op den weg der sociale voorzieningen. De heer BOES (V. D.) zet uiteen, dat in het geoiganiseerd overleg de heeren Ger- ritsz en Joosten zich uitgesproken hebben voor lppnsverlaging, al, wilden zij niet het meeste ér, uit hafen. Hier in den raad wordt hét voorgesteld, alsof zij in het ge heel geen verlaging wenschen. De heer JOOSTEN (S.D.A.P,) „Nie mand heeft dat hier gezegd." De beer KLEIN dient een voorstel in, de eerste f rooo vrij te stellen van de salaris verlaging. De heer VISSER (C. H.) informeert naar den duur van de verhooging tot 8o op centen. Spr. acht de mededeeling van den heer Joosten. dat de S.D.A.P. geen revolutie zal ontketenen, wel wat al te kinderlijk. De heer ADRIAN (V. B.) herhaalt, dat zijn fracte de voorstellen van B. en W. zal steu nen, alhoewel zij liever pensioenverhaal dan loonsverlaging gewenscht had. Spr. stelt voor, een bezuinigings-inspec- teur aan te stellen, die een onderzoek zal instellen naar alle takken der gemeentelijke huishouding en zijn bevindingen zal neer leggen in een rapport, aan B. en W. en den raad uit te brengen. De heer JOOSTEN deelt mede, dat de S.D.A.P. er niet aan meer denkt, haar voor stel tot verhooging der salarissen van hoofd ambtenaren nog te laten behandelen. Zij trekt het daarom in. Spr. bespreekt dan de beschuldiging, als zou hij een lafhartige insinuatie ten opzichte van wethouder Slingenberg geuit hebben. Spr. heeft ten insinuatie altijd als iets be dekts beschouwd. Als zoodanig is zij altijd lafhartig. Dat. woord kan dus vervaljen. Een insinuatie is een bedekte beschuldiging, ter wijl spr. openlijk beschuldigd heeft. Er blijft dus niets anders over dan een scheldwoord, door den wethouder gebruikt. Spr. hoopt, dat deze voorzitter van den raad (dat was wethouder Slingenberg in verband met af wezigheid van den burgemeester) er voortaan in slagen zal, zijn wethouders in toorn te houden, opdat de besprekingen niet ontaar den in een scheldpartij. De heer WESTERVELD (S.D.A.P.) be toogt, dat de tarieven geen verband houden met de productiekosten, hetgeen z.i. een verkeerd verschijnsel is. De heer PEPER (C. P.) bestrijdt de sociaal- democratie. De heer VAN DAM (V. D.) wijst er op, dat het voorstel-Klein de gemeente een na deel zal brengen van tusschen de f ioo.ooo en f 150.000. Hoe willen de voorstanders van dat voorstel dit nieuwe tekort dekken De heer CASTRICUM (R. K.) kan zich nier onttrekken aan de gedachte, dat per soonlijk belang en politieke propaganda groote factoren zijn in dit belangrijke debat. Spr. heeft niet gepleit voor loonsverlaging. Hij heeft steeds het loonpeil willen hand haven en B. en W. hebben sprekers fractie daarin gesteund. De katholieken zijn er ook niet voor, dar loonen in overheidsdienst gelijk moeten staan met die in het particuliere bedrijf. Maar nu moet een offer gevraagd worden en dat is niet zóó groot. Reeds maanden geleden is het personeel er op gewezen, met een daad te kómen. Die gemeenschapsdaad is uitgebleven en toen hadden B. en W. den redelijken plicht, met een voorstel te komen. De gemeente Haarlem zal zelf de zaak moeten regelen, zonder op de regeering te hopen. Voor de sociale taak der gemeente moet ook gezorgd worden, maar de aanleg van straten, de bouw van bruggen en der gelijke komen nu op de tweede plaats. Hij begrijpt niet. koe de S.D.A.P. blijft pingelen op een paar honderd gulden. Rationalisatie mag niet zoodanig rijn. dat men de menschen op straat zet. Het aantal werkloozen moet zoo min mogelijk vergroot worden. Wat het Crisr-ccmité betreft .daarvan gaat een goede invloed uit en de werkloozen zijn voor de instelling et van dankbaar. De ge 0f dachte aan armensteun is er verre van.ij moet het particuliere initiatief dankbaar voor dezen steun voor de werkloozen, Spr. betoogt ten slotte, dat het nocy2 lijk is voor hei herstei der maatschap?"' jj, de menscii beter wordt. H11 uit den vveö£ dat spoedig de vrede op aarde terugke^' ^j De heer KLEIN vraagt, op welke wU2A een persoonlijk feit kan mkleeden tn ver2 met de opmerking van den heer Castrit dat persoonlijke belangen in dit debat heerscht hebben. wa De VOORZITTER merkt op, dat V van geen persoonlijk feit sprake kan aangezien de heer Castricum hef pjrso32^ belang niet nader omschreven heeft. H" u zoekt daarom den heer Klein, het feit vri te laten rusten. tri Wethouder ROODENBURG (C- deelt mede, niet geantwoord te hebben de algemeene beschouwingen, omdat de onderwijszaken heelt laten rusten tof -,s) behandeling van hoofdstuk VIII (ondef1^ Daarmede heelt hij voldaan aan het ver- van den voorzifter van den Raad. Een w, houder most op de allereerste plaats in 0 het voorbeeld geven. De heer SCHOLL (S.D.A.P.) vraagt de redenen, welke den inspecteur voor directe belastingen er toe geleid hebben verminderde belastingopbrengst te rate Weder-antwoord der ffe' houders y(. De Voorzitter deelt mede, dat B. efl geen behoefte hebben aan een bezuinig1"!), inspecteur. De commissie voor de ambtenaren zal ook voor de volgende beg' ting medewerking verleenen B. en W. zullen geen voorstel indte" jj progressie te brengen in de tarieven 20 de heer Klein gevraagd had. .jl Het is de bedoeling van B en W-, de belastingverhooging als de salariskor1 tijdelijk te doen zijn. De belastingverhoog dient zoo spoedig mogelijk te worden minderd. Waf de kwade posten betreft, het hooge bedrag zal over drie jaar verdeeld den 1931, 1932 en 1933, elk jaar t 200,°^ in 1932 f 300.000. Ten aanzien van de bijdragen in de stegg( verleeninz heeft de gemeente nog f il' van het Rijk te vorderen. In beginsel ts in Den Haag een perceo13^, van 50 in de steunverleening toegezegd^ getracht zal worden, dit percentage nog ger te krijgen. a. In zijn open brief heeft spr. met de te^ regelen van thans aangekondigd, maar niets beloofd. Er is tusschen Juli en Oc'Cfy wel iets gebeurd in de we reld-economte- gebeurtenissen in Engeland hebben den 1 stand zeer verergerd. De laatste vijf maa"" j hebben zware verantwoordelijkheid ge'6 op beheerders van financiën. Spr. heeft nier het gevoel, de getrte2^ benadeeld te hebben door de belegging j een persconferentie. Als bewijs daari^ haalt spr. aan, dat de daarna door Haaf1® uitgesenreven leening er zoodanig mg1"^ dat de inschrijvingen gereduceerd mo«5 worden. u Spr. geeft als zijn meening te kennen, het niet de schuld is der Vrijz-.Dem- te Haarlem deze niet samenwerken nie' soc.-dem. Hij vindt het droevig, dat de heer Jo0rijf hem vergeleken heeft met den persoon L( MultatuU, die maar kinderen loog- gi noemt spr. een bedekte beschuldiging- e, heer Joosten heeft sprekers open haf eerlijke politiek in Haarlem s belang to' leugen genoemd. Hij heeft dat niet '"L, trokken en dat zal niet bevorderlijk zijn de verdere gedachtenwisseling tusschen s' en hem. Later heeft de heer Joosten spr. verw^ j, dat hij cijfers op de begrooting gebracht om den toestand opzettelijk te verslechte?^ Spt. hoopt, dat de heer Joosten alsnog woorden zal intrekken, om de atmo»'®!. zuiver „e houden en om de debatten op- - plan van eerlijkheid te houden. Tegenover het voorstel-Klein staan B> W. afwijzend. .j De heer JOOSTEN verklaart, dat, t0Jt hij den persoon Put van Multatuli. die kinderen loog, naar voren bracht, nie' j\. den wethouder van financiën gedacht B* Als de voorzitter daaraan aanstoot genokt heeft, neemt spr dar voorbeeld terug en het hem, dit voorbeeld gebruikt te hebr£<- Spr. kan echter niet terugnemen de B> ji ning, dat in de begrootmg cijfers opgettote zijn, welke de begroeting verzwaren zijn cijfers, welke voorheen niet m de grooting voor het nieuwe jaar werden genomen. Dat dit nu gebeurd is. wekt 3 j indruk, dat het gedaan is, om maar het be" te verkrijgen, dat men wenschte. ,,c- Wethouder GERRITSZ wijst op de te° le en materieele verbeteringen, welke arbeiders de laatste 30 jaar bereikt Spr. juicht het toe, dat eindelijk de êe,^ gamseerde arbeiders eens begonnen zijB yf strijd tegen de communisten, die sle" relletjes veroorzatven. J Wethouder VAN LIEMT (R.K.) dU mede, dat een bevredigende bijdrage vaB y Rijk verkregen wordt ten aanzien vaB werkloozenzorg. Het Crisis-comité moet uitsluitend vullend optreden bij de uitxeenng aan loozen. Een bedrag van 25.000 moe' be^i' worden aan werkJooze vei zekerde geofg?j(l seetden. Overigens kan vrijelijk bestej; worden over het bedrag ter aanvult uitkeering. e( Het Comité is van tijdelijken aar" J werkt verschillend, zoodat zijn arbeid gl anders is dan die van het Burgerlijk bestuur. jt De nood is zoo hoog gestegen. overheid het niet meer af kan. De «e'..(V zullen zoo nuttig mogelijk besteed w°ry De algemeene beschouwingen w0^!' gesloten. De stemmingen over de voote len zullen a.s. Dinsdagmiddag half 2 ge" den worden. In het voorjaar van 1932 nt' Het bestuur van het Mannenkoor van derling Hulpbetoon" besloot in principe in het voorjaar van 1932 in Zandvoort .p Internationaal Zangconcours te organteee eji Het succes van de Nationale wedstryde" n- de Rynrels in het vorig jaar heeft dit P pi! dat reeds lang bestond, een stap nad«r de uitvoering gebracht Grenswijziging parochies Halfwe$* Haarlemmermeer (H. Franclscus van Sales.) Bij Bisschoppeiyk Besluit van den 8ef 1931 te de grens tusschen bovengen0®* parochies aldus gewijzigd. jP De parochies van O L. Vr. Geboorte Halfweg wordt vergroot met een stuk- omgrensd wordt door een denkbeeldig i' die van den Nleuwerkerkerweg uitloop' 0 Rlngvaort van de Haarlemmermeer n"ar jj' TJweg tot den grenspaal od genoemd®" weg C 17—18. zoodat de bewoners tu&' ft- genoemden gre^speal en de Ringva°r» v yf aan be^om-en tnt de parochie van Ob' Geboorte te Halfweg.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1931 | | pagina 6