IDE GRAPJAS HARLEKIJN!
HET
VAN DEN
LANGS
DONKERE PADEN
WATERSTAATS-
BEGROOTING 1932
REGELING VAN DEN UITVOER
ZWITSERLAND BEPERKT DE
BOTERIN V OER
FRANKRIJKE ECONOMISCHE
OORLOG
Overeenkomst met Frankrijk
OCTROOIRAAD
ONDERSCHEIDINGEN
PHARMACOTHERAPEUTISCH
ONDERZOEK
RADIO-OMROEP
CONSULAIRE DIENST
GEEN AUDIËNTIES
KUNST EN KENNIS
WERKEN VAN
H. M. DE KONINGIN
HET KORTINGSWETJE
GREGORIAANSCH
Van Genneps Handboek II
Hoe Harlekijns hondje den wedloop won
N» '\J*
Mijn autobeurs
ONDERWIJS
EXAMENCOMMISSIES
APOTHEKERASSISTENT
BEURS VOOR STUDIËN
IN BELGIË
STUURLIEDEN-EXAMEN
Veel wenschen en verlangens
Ontleend Is aan het voorloopig verslag der
Eerste Kamer over het wetsontwerp tot
vaststelling van hoofdstuk IX (Waterstaat)
der Rijksbegrooting 1932:
Te veel rangen?
Eenige leden hadden bezwaren tegen het
groot aantal rangen bij het Departement; zij
waren van meening, dzt b.v. de functe van
hoofdingenieur-directeur van den Rijkswater
staat feitelijk overbodig is. Geklaagd werd
over lange arbeidstijden hier en daar en
aangedrongen werd op verbetering met be
trekking tot de loonen der arbeids-contrac-
tanten.
Vervoerraad bepleit.
Met betrekking tot het vervoerwezen werd
weder bepleit de instelling van een vervoer
raad. Van dezelfde zijde werd aangedrongen
op een ingrijpen in het vervoervraagstuk. De
spoorwegen worden als 't ware leeggepompt
door autovervoer. Afbakening van ieders ge
bied is daarom noodzakelijk.
In verband met de veiligheid van het ver
keer werd aangedrongen op de instelling van
een verkeerspolitie en beperking van arbeids
tijd voor chauffeurs.
Gaarne zou men vernemen, of het overleg
om te komen tot opheffing der misstanden
inzake veevervoer per auto reeds resultaat
heeft gehad.
Overbrugging groote rivieren.
Met het oog op het steeds toenemend ver
keer werd aangedrongen op het spoedig tot
standbrengen van de overbrugging der groo
te rivieren, bij den Moerdijk, te Arnhem en te
Deventer.
Sluis in de Nieuwe Meer.
Aangedrongen werd op spoed met den bouw
van een sluis in de Nieuwe Meer te Amster
dam. Een verbinding van de Nieuwe Meer
met het IJ en de havens in Amsterdam-
West, werd noodig geacht.
De Ooievaar-ramp.
Eenige leden vestigden er de aandacht op,
dat er groote ongerustheid heerscht na de
ramp met de „Ooievaar". Zij vroegen of een pi
loot altijd verplicht is om lading tot een
maximum gewicht op te nemen en of hij is
gerechtigd om voor ieder geval zelf het maxi
mum te bepalen. Deze leden achtten het
gewenscht, dat spoedig een nader rapport
over de oorzaken van het ongeval zou ver
schijnen.
Verlaging spoorwegvrachten.
Van verschillende zijden werd aangedron
gen op verlaging van de spoorwegvrachten
voor goederen. Gevraagd werd of het rapport
De Vres spoedig is te verwachten.
Is, zoo werd gevraagd, de directie der
spoorwegen voornemens de electrificatie.
voort te zetten? Zij hoopten, dat dan de lij
nen Amsterdam—het Gooi—Amersfoort en
Amsterdam—Zandvoort daarvoor allereerst in
aanmerking zouden komen.
Eenige leden zouden gaarne vernemen,
of bereids overeenstemming is verkregen met
de Nederl. Spoorwegen en de gemeente Rot
terdam inzake het spoorwegvraagstuk in en
om Rotterdam.
Aangedrongen werd op het forensenverkeer
tusschen Utrecht en de Noordzeebadplaatsen.
Naar Reuter uit Bern seint, heeft de
Bondsraad besloten, om ter veiligstelling van
den melkprijs de boterinvoer in Zwitserland
ingaande 1 April a.s. te beperken.
Reuter seint uit Parijs, dat de Kamer het
wetsontwerp, regelende de douane-rchten op
granen en zetmeelhoudende producten heeft
aangenomen.
Bij de Tweede Kamer is ingediend een
wetsontwerp tot wijziging van de wet van 24
December 1931 Stbl .553 houdend toekenning
van de bevoegdheid tot het tijdelijk treffen
van maatregelen tot regeling van den uit
voer van bepaalde goederen.
Zooals reeds bij de indiening van het ont
werp van wet door den minister werd voor
zien, werd met de Pransche regeering een
overeenkomst gesloten, welke doet verwach
ten, dat de moeilijkheden, welke ten gevolge
der contingenteeringsmaatregelen voor den
regelmatigen Nederlandschen exporthandel
zOüden kunnen intreden, zooveel mogelijk
kunnen worden vermeden.
De Pransche regeering heeft zich nJ. be
reid verklaard tot de door haar gedurende
een bepaald tijdvak toegestane hoeveelheid
van bepaalde producten van landbouw en
veeteelt, slechts die goederen uit Nederland
ten invoer toe te laten, welke bij de aanbie
ding ter invoer in Frankrijk vergezeld zijn
van een certificaat van oorsprong, dat door
een door den minister daartoe aangewezen
persoon is afgegeven en door dezen is onder
teekend.
De overeenkomst beoogt de normale han
delsbetrekkingen te handhaven.
Reeds voor de totstandkoming dezer wet
werd tot dit doel overleg gepleegd zoowel
met de centrale landbouworganisaties, als
met de bijzondere producenten- en handela-
renvereenigingen en nadat de ingestelde
Commissie van Advies was gehoord, konden
bij K.B. van 4 Januari 1932 regelen worden
vastgesteld betreffende den uitvoer naar
Frankrijk van zuivel- en melkproducten,
vleesch- en vleeschwaren, eieren en pluim
vee en snijbloemen.
Teneinde het bezwaar te ondervangen, dat
het een exporteur in weerwil van deze rege
ling toch nog enkele maal zou gelukken om
aan een importeur in Frankrijk te leveren
zonder dat de zending voorzien is van een
certificaat van oorsprong werd nader bij
K.B. van 11 Januari 1932 bepaald, dat indien
door of vanwege den minister voor den uit
voer van goederen met bestemming naar
Frankrijk certificaten van oorsprong worden
afgegeven, de uitvoer van deze goederen,
tenzij gedekt door zoodanige certificaten ver
boden.
Dit verbod mist naar het oordeel van den
minister noodzakelijke wettelijke sanctie. De
voorgestelde wetswijziging beoogt hierin te
voorzien.
Voorts verleent het ontwerp aan de Kroon
de bevoegdheid om aan belanghebbenden bij
het verleenen der certificaten bepaalde be
dragen in rekening te brengen, die niet al
leen dienen ter bestrijding der kosten, maar
ook producenten ten goede kunnen komen.
Benoemd tot ingenieur bij den Octrooi-
raad de heer A. J. M. Ledeboer, thans reeds
tijdelijk als zoodanig werkzaam.
Toegekend de bronzen eeremedaille der
Oranje Nassauorde aan J. J. Kram, werk.
man bij het Koloniaal Etablissement te Am
sterdam.
Te rekenen van 1 September is benoemd
tot assistente voor pahrmaceutische onder
zoekingen aan het Rijksinstituut voor phar-
macotherapeutisch onderzoek mej. dr. W. J
van Eerde te 's-Gravenhage.
Bij K. B is de heer J Mees erkend en
toegelaten als consul-generaal van Honga
rije te Rotterdam, voor de provinciën Zuid-
Holland, met uitzondering van 's.Graven-
hage en Scheveningen Zeeland en Noord-
Brabant.
De gewone audiëntie van den Minister
van Koloniën zal op Vrijdag 12, 19 en 26
Februari niet plaats hebben.
De audiëntie van den Minister van Wa
terstaat zal a.s. Woensdag 10 dezer niet
plaats hebben.
Bij 3e nota van wijzigingen aan de Twee
de Kamer wordt behalve eenige redactie,
verbeteringen, ook een wiiziging aangebracht,
welke een vereenvoudiging in de uitvoering
der wet beoogt.
Tot dusver zijn volgens het voor
gestelde van de korting vrijgesteld de ge
meenten, waar het peil der wedden niet voor
verlaging in aanmerking komt en die tevens
zwaar belast, ziin. Deze benaUng zal voor het
overgroote deel spelen in kleine plattelands
gemeenten Intusschen bevinden zich in die
gemeenten, buiten den burgemeester, onder-
Wijzers enz., wier wedden op een regeling
van het Rijk of van Ged. Staten berusten
en dus buiten het ontwerp vallen, slechts een
zeer luttel aantal ambtenaren. De regeering
heeft daarom besloten deze kleine gemeen
ten alle voor zoover ze zwaar belast zijn,
van de korting vrij te stellen, zonder onder
zoek naar het peil der wedden. Als grens is
genomen een aantal van 5000 inwoners, Een
kleine 800 gemeenten vallen beneden die
grens. In deze gemeenten zal nu geen ander
onderzoek b°h»even t.e worden ingesteld dan
naar den belastingdruk. Slechts deze zal
over de korting beslissen.
Naar Amsterdam
De thans in de Koninklijke Kunst-aal
Kleykamp te Den Haag gesl:ten tentoon
stelling van schilderijen en teekeningen van
H. M. de Koningin ten bate van de nood
lijdende kunstschilders is gisteren, den
laatsten dag, nog door ruim 1000 betalende
bezoekers bezichtigd.
In het geheel heeft deze expositie aan
entreegelden en catalogi 11.500 opgebracht,
waarbij evenwel de opbrengst der gesloten
bussen nog niet is inbegrepen.
Maandagochtend zijn alle 87 werken
door de Kon. Meubeltransportmaatschappij
De Gruijter en Co. afgehaald voor de over
brenging naar het Stedelijk Museum te
Amsterdam, waar zij wederom ten bate van
de noodlijdende kunstschilders zullen worden
tentoongesteld. De firma De Gruijter heeft
dit transport geheel belangeloos aangeboden.
Zoo juist is verschenen het tweede deel
van bovengenoemd handboek in de grego-
riaansche centrale van Nederland (als ik
het zoo eens noemen mag) van de firma
Hattink te 's Gravenhage (Gr. Hertogin-
nenlaan 182). Daar dit deel besrint bij Sep
tuagesima, en verder den geheelen vastentijd
behandelt plus het feesteigen der Heiligen
(feesten in Februari en Maart) is het juist
ter geschikter tiid uitgekomen.
Wat ik van deell schreef geldt ook voor nu:
het is het ideale boek voor den idealen kerk
zanger en van dezen laatsten zijn er geluk
kig meer dan men wel denkt. Een zanger,
die zijn zingen wil vieren, moet dit boek ei
ken Zondag lezen met zijn graduale naast
zich.
Wat er in de gregoriaansche notatie of
rhythme-opvattingen ook moge veranderen,
de geestelijke waarde van dit prachtige boek
blijft. Wel bevat het werk lijsten van lange
noten, evenals pater Vollaerts ze in Studiën
publiceert en het schijnt, dat die opgaven
niet overal gelijkluidend zijn, maar derge
lijke détails doen niets af aan de hooge
geestelijke waarde van V->-•> r?ennens arbeid.
THEO v. d. BIJL.
„Ik wed," zei de stuurman van den
•toning, „dat mijn kraanvogel je nondje
S inhaa't, als 't op loopen aan komt. Laten
S we dien paal daar ginds als einddoel
S nemen."
„Vooruit maar!" riep Harlekijn, vl-
schoon hij z'n hondje niet veel kans gaf.
De stuurman had z'n kraanvogel goed
gedresseerd en toen de dieren om 't hardst
liepen, vluchtte Harlekijn's hondje in een
konijnenhol, terwijl de vogel naar het
einddoel rende.
Maar hoe verbaasd stonden de stuur
man en Harlekijn te kijken, toen ze het
hondje al bij het einddoel zagen zitten.
Het beestje had den kortsten weg onder
den grond genomen.
„Mooi zoo, Fidel 1" riep Harlekijn.
WOENSDAG 10 FEBRUARI 1932.
HUIZEN, 298 M. UitsL N.C.R.V.-Ultzen-
ding. 8.00 Schriftlezing. 8.159.00 Grarno-
foonpl. 10.00 Zang NCRV Dameskoor. 10.30
Ziekendienst. 11.00 Harmoniumspel M. F.
Jurjaanz. Mej. D. Mijnhout, sopraan. 12.15
Concert. Mej. J. Hoogerwerff, alt; H. Her
mann, viool; H. v. d. Horst Jr., cello; Mevr.
R. A. v. d. HorstBleekrode, piano. 2.00
Pauze. 2.30 Chr. Lectuur. 3.00 Concert. P.
v. d. Hurk, fluit; W. Clemens, fluit en J.
Monissen, piano. 5.00 Kinderuur. 6.00 Voor
de Landbouwers. 7.00 Causerie over de Re-
formatie-periode. 7.45 Ned. Chr. Persbureau
8.00 Concert. Zaandamsch Chr. Mannen
koor o.l.v. Meyer Smeer. O.a. liederen van
Mendelssohn. 9.00 Causerie door Dr. H. C
Rutgers. 9.5510.05 Vaz Dias. 10.3011.30
Gramofoonplaten.
HILVERSUM, 1875 M. 6.45—7.00 en 7.30
—7.45 Gymnastiekles. 8.00 Gramofoonpl.
9.00 Concert Trio Drukker. 10.15 Concert
Trio Drukker. 11.00 R.V.U. O. van Tussen
broek: Moderne Woning-Inrichting. 11.30
Vervolg concert. 12.001.45 VARA-Septet
o.l.v. Is. Eyl en Gramofoonpl. 3.00 VARA'
Kinderkoor o.l.v. L. Hulscher. Piano: Jo
Kickhefer. 4.30 Pianostukjes voor kinderen.
5.30 VARA-Septet oJ.v. Is. Eyl. 6.30 R.V.U.
Prof. Dr. Jordan: Het dier in zijn milieu.
7.00 Vervolg Septet-concert. 9.30 VARA-or-
kest o.l.v. II. de Groot. Weensch program
ma. O.a. Ouv. Morgen, Mittag, Abend in
Wien, Suppé, en Wiener Praterleben, wals,
Translateur. 10.30 Vervolg concert. O.a.
Bacchanale uit „Samson en Dalila", Saint-
Saëns. 11.00 Vaz Dias. 11.1512.00 Vervolg
concert. Populair programma. Os. Foxtrots
„I found you", Noble en Baby's Birthday,
Ronell.
DAVENTRY, 1554 M. 10.35 Morgenwij
ding. 11.05 Lezing. 12.20 Northern Studio
orkest o.l.v. Bridge. 1.352.35 Orgelconcert
G. D. Cunningham. 2.45 Voor Scholen. 3.50
Sted. Orkest van Birmingham o.l.v. Ireland,
Bedford en Sir Dan Godfrey. Helen Perkin,
piano. O.a. 41ste Symphonie in C (K.V.
551), Mozart. 5.05 Orgelconcert Reg. New.
5.35 Kinderuur. 6.20 Berichten. 6.50 Reg.
Paul speelt Haydn's pianomuziek. 7.10, 7.25
en 7.50 Lezingen. 8.35 BBC-Symphonie-or-
kest o.l.v. A. Boult. M.m.v. Harriet Cohen,
piano en Adolf Busch, viool. O.a. Ouv. „Ko
nig Stephan", Beethoven en Concerto in D
(viool en orkest), Brahms. 10.40 Berichten
en lezing. 11.00—12.20 Roy Fox en zijn Band.
PARIJS. „RADIO-PARIS", 1725 M. 8.05,
12.50 Gramofoonplaten. 9.05 Kamermuziek.
0.a. Sonate appassionata, Beethoven (Piano:
Leon Kartun), en Gramofoonplaten. Trio,
van G. Pierné. (Radio-Trio).
KALUNDBORG, 1153 M. 11.20—1.20 Con
cert uit Rest. Wivex. 2.204.20 Mogens Han-
sens orkest. 4.204.50 Gramof.npl. 7.208.20
Uit moderne operettes en klankfilms. Orkest
en solisten. O.a. uit Bomben auf Monte-
Carlo, 't Slippertje en Der Kongress tanzt.
8.50 Sextus Miskow-herdenking (piano en
zang). 9.45 Fluit-soli. 10.0010.25 Exotische
muziek (voordracht met gramofoonplaten-
illus tra ties).
LANENBERG, 473 M. 6.25—7.20 Orkest
concert. 11.201220 Gramofoonpl 12.251.50
Concert o.l.v. Eysoldt. 4.205.20 Concert o.
1.v. Wolf. 7.20 Sinfonie B-Dur, Haydn. (Uit
Miihlacker). 7.50 Symphonieconcert. Werag-
orkest m.m.v. W. Rehberg, piano. 0.a. Piano
concert G-Dur, Beethoven en 3de sympho
nie D-Dur, Schubert. 9.10 Feestelijk koor
concert uit den Dom te Mtlnster. 9.45 Be
richten en hierna tot 11.20 Concert 0.1.v.
Wolf.
BRUSSEL, 508 en 338 M. 508 M.: 12.35—
2.05 Gramofoonpl. 5.20 Dansmuziek u. Hotel
Atlanta, Brussel. 6.50 Gramofoonpl. 8.20
Piano-syncopations door Sylvain Hamy. 9.10
Koorconcert o.l.v. G. Toodeau. 9.45 „Romeo
et Juliette", radioschets. 10.0010.20 Gramo
foonpl. 338 M.: 12.35—2.05 Gramofoonpl. 5.20
Acte I en II v. Aïda, Verdi (Gramofoonpl.).
6.50 Hide en IVde acte van Aïda, Verdi
(Gramofoonpl.). 8.20 Gramofoonpl. (Accor
deon). 8.50 2de acte van „Minnespel"
Schnitzler. 9.20 Concert door het De Jong
Strijkkwartet.
ROME, 441 M. 7.20 Gramofoonpl. 8.20 Uit
zending van een opera
ZEESEN, 1635 M. 7.50 „Aschermittwoch"
solisten, koor, orkest. 9.2011.50 Arkadi
Flato orkest.
Er zijn lui, die uit principe alleen maar
sigaren van een ander rooken. Zoolang ze
park zag begon hij te hinneken, ik schat
van tien paardekrachten. Ik ging naar den
De commissies, die gedurende het jaar
1932 belast zullen zijn met het afnemen van
de examens van apothekersassistent, zullen
zitting houden te Leiden, Utrecht, Gronin
gen en Amsterdam.
Benoemd zijn in de commissie, die zitting
zal houden te Leiden: tot lid en voorzitter:
dr. L. E. Goester, hoogleeraar aan de Rijks
universiteit te Leiden; tot leden: dr. D. H.
Wester en mej. C. Offerhaus, beiden apo-
ther te 's Gravenhage, met bepaling dat
eerstgenoemde den voorzitter bi) verhinde
ring zal vervangen; tot plaatsvervangende
leden: G. F. A. ten Bosch, oud-apotheker
van het Acad. Ziekenhuis te Leiden, wo
nende te 's Gravenhage; dr. J. S. Meulsn-
hoff, apotheker te 's Gravenhage; dr. W.
van Rijn, apotheker te Rotterdam; A. H.
Schirm, directeur der gemeente-apotheek te
s Gravenhage; toegevoegd als deskundigen:
mej. C. B. Renaud, oud-hoofd eener open
bare school te Leiden, en J. B. Meynen, oud-
hoofd eener bijzondere school te Leiden.
In de commissie, die zitting zal houden
te Utrecht: tot lid en voorzitter: W. C. de
Graaff, hoogleeraar aan de Rijksuniversi
teit ts Utrecht; tot leden: dr. A. Groothoff
apotheker aan het Algemeen en Stedelijk
hun eigen sigaren moeten betalen, zijn het éénen auto en drukte op den toeter, om hem
hartstochtelijke niet-rookers, maar pas ben
je zoo ondoorzichtig, hun een open sigaren
kist voor te houden, of ze slaan om tot ver
woede kettingrookers, en 1 zou verstandig
zijn, aan al je sigaren een elastiekje vast te
maken, om ze weer in het kistje terug te
laten springen. Ik ben allang van die niet-
zelf-tabakverzorging teruggekomen, want de
sigaren, die mijn vrienden mij aanbieden,
grenzen aan lichamelijk letsel. „Jongens,"
zeg ik dikwijls, „jullie sigaren smaken het
beste, als je ze weggooit en de lucifer op
rookt."
Over auto-rijden echter denk ik weer heel
anders. Toeren doe ik uit principe nooit in
mijn eigen auto.
Onder andere hierom al niet, dat ik
mijn eigen auto niet heb. En ik koop er ook
geeneen, zoolang mijn vrienden auto's be
zitten. Bi) die gelegenheid nu ben ik van
mijn vroegere inzichten over auto's totaal
afgeweken. Vroeger dacht ik, dat een auto
iets levenslangs was, net als een tanden
borstel of rheumatiek; ik dacht: je koopt
een auto, en als je die met goed fatsoen
kapot gereden hebt, laat je 'm weer oplap
pen, of net als 'n oud pak keeren; maar dat
doen mijn vrienden anders. Ze versjacheren
alle jaren hun ouden auto voor een prikje
en koopen een nieuwen.
„Lieve provesverbaalverzamelaars," sprak
ik tot mijn vriendenkring, „ik kan 't gewoon
niet meer aanzien, zooals jullie je afgewerk
te auto's vergooien! Laat het auto-ver-
sjacheren aan mij over ik sla er twee
maal zooveel uit! Denk maar, dat ik een
automaat ben: je gooit er van boven Je
ouwe auto's in en je haalt er van onderen
een chèque uit!"
„Hoera!" schreeuwden ze, en ze omhels
den me, dat het kraakte. Ik dacht eerst, dat
ik een rib had gebroken, maar het waren
mijn sigaren.
Zoo kwam het, dat ik plotseling vijf auto's
op stal had staan. En wat voor auto's! Ik
geloof, dat vader Noë die na den zondvloed
op heeft gevischt. Kasten waren t een
verhuiswagen is er elegant bij. Er is een lied
van Brahms, dat begint: „Verdrink je leed.
mijn kind, in de zee", en dat hadden ze met
die auto's ook moeten doen. Dat een auto
panne heeft, komt al eens een keer voor,
maar van deze vijf waren er vier volslagen
pannekoeken. Eén maar zag er zoo uit, dat
je hem vanuit de verte voor een echten auto
kon houden.
Ach, argelooze engel dat ik ben, ik be
greep niet, dat mijn vrienden me er weer
eens tusschen namen! Acht dagen hadden
ze de stad rondgesjouwd, om de onmogelijk-
ste auto-ruïnen op te trommelen. Maar dat
wist ik niet, en mijn eer als verkoopsgenie
stond op 't spel, dus ik adverteerde, dat er
b!j mij eenige auto's te krijgen waren, „ge
legenheidskoopjes, bijna nieuw, maar enkele
malen gereden, wegens erfenisgeschil tegen
spotprijs".
's Morgens vóór vijven belde de eerste ge
gadigde me uit mijn bed. Het voornaamste
bij iederen handel is, dat verkooper èn koo-
per goed in hun humeur zijn, en dat was
hier het geval, want toen de man mijn auto-
te laten zien, dat de wagen t deed. „Nu,
wat zegt u ervan? Is dat een karretje of
niet?"
„Fabelachtig!" proestte hij. „Verkoopt u
'm aan één stukje of bij 't pond?"
Dat was geen slecht ideeBliksemsnel
rekende ik uit, hoeveel de auto op zou bren
gen, als ik twee mark voor 't pond rekende,
en dus antwoordde ik: „U kunt 'm ook bij
't gewicht krijgen!"
„Snij dan maar vijf pond af," lachte de
man. „Wat zou u me raden, schouder of
lendenstuk?"
Dus dat was een idioot, die had geen grein
verstand van auto's koopen, en ik zei:
„Neemt u de uitlaat, daar kunt u ossen
staartsoep van koken."
Ook met den volgenden kooper kon ik het
niet eens worden. Hij wou tien dagen ga
rantie op den wagen hebben, en voor zoo'n
langen tijd dorst ik me niet binden.
De derde echter was een ernstige reflec
tant. Die kroop onder den auto en onder
zocht hem, als een tandarts de laatste kies;
hij vroeg naar allerlei bijzonderheden en zei
eindelijk: „Stapt u maar in, dan maken we
een proefritje." Ik voelde de chèque al in
mijn broekzak rammelen.
We gingen in den wagen zitten, hij scha
kelde in en wachtte op het lawaai. Maar het
was een doofstomme auto. Misschien was
hij sprakeloos, dat er iemand met hem rijden
wou.
„Er moet toch 'n terugkoppelaar bij zijn!"
merkte ik als vakman op en ik wou uit
stappen, want een auto is net als een taks:
als hij niet wil, wil hij niet. Op dat oogen-
blik zette de wagen zich in beweging. Ik
maakte een sprong, tolde met mijn hoofd
tegen de zoldering. Tien meter reed de auto,
toen stond hij stil. Dwars over de tramrails.
De electrische trams vergaderden en hielden
het verkeer door overstappen op dreef. De
bevolking schoolde samen en maakte opmer
kingen, die niet geschikt zijn voor repro
ductie. .Hukken jullie toch op!" schreeuwde
ik den wagen uit. „'t Lijkt waarachtig wel,
of Jullie nog nooit een modernen auto ge
zien hebben!"
Hierop reikte er een hand in de carosse-
rie en dreef mij den hoed over de ooren. Dat
was het antwoord, hoewel ik geen postzegel
had bijgesloten.
En zoo stonden we vandaag nog dwars
over de tramrails, als we niet door "n ossen
wagen waren weggesleept.
De volgende gegadigde was een zeer voor
naam heer. Met kennersblik zocht hij den
eenigen bruikbaren wagen uit mijn verzame
ling autowrakken en beval: „Die daar! Ik
wil even proefrijden en als de kar me bevalt,
is hij gekocht!"
Zulke koopers moet ik hebben! Kort en
vastberaden! Niet eerst lang over den prijs
zeuren, maar eenvoudig: „Die bevalt me
hier de waar, hier 't geld!"
Kort en vastberaden zette hij zich aan
het stuur, kort en vastberaden reed hij de
straat uit, kort en vastberaden kwam hij
nooit terug.
Ik heb zoo'n idee, dat de wagen hem be
vallen is.
Ziekenhuis te Utrecht, en I. Slis W.zn., apo
theker te Utrecht, met bepaling, dat eerst
genoemde den voorzitter bij verhindering
zal vervangen.; tot plaatsverv. leden: C.
Sleeswtjk, apoth te Amsterdam, A. O. Huys-
se, apotheker te Utrecht, en D. J. de Jong
apotheker te Zaltbommel; aan de commissie
toe voegen als deskundigen: mej. J. Bak
ker, onderwijzeres te Utrecht, en J. H. Vee-
neklaas, hoofd eener school te Utrecht; tot
plaatsverv. deskundige:
A. H. Huibregtsen, hoofd eener school te
Utrecht;
in de commissie, die zitting zal houden
te Groningen: tot lid en voorzitter: dr. D.
van Os, hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit
te Groningen; tot leden dr. J. A. J. Tonella
en dr. L M. van den Berg apothekers te
Groningen met bepaling dat eerstgen. den
yoorz. bij verhindering zal vervangen:
tot plaatsverv. leden:
A Fagginer Auer apotheker te Gronin
gen, R. Kasten, apotheker te Assen, en H.
W. Sonnega, apother te Leeuwarden; aan
de commissie toe te voeegzn als deskundi
gen: B. S. Dicker, hoofd der St. Martln-
nusschool te Groningen, en H. G. Groenhof,
hoofd eener school voor lager onderwijs te
Groningen;
in de commissie die zitting zal houden
te Amsterdam: tot lid en voorzitter: P. van
der Wielen, hoogleeraar aan de gemeente
lijke universiteit te Amsterdam; tot leden:
L. A. Bouvy en P. H. de Wit, apothekers te
Amsterdam, met bepaling, dat eerstgen. den
vzoorz. bij verhindering zal vervangen; tot
plaatsverv. leden: G. C. E. Moesman, M. A
P, Sitsen, beiden apotheker te Amsterdam,
en H. T. Groot, apotheker te Hilversum;
aan de commissie toe te vogen als deskun
dige: N. Lier, directeur eener bijz. school
te Amsterdam.
De Nederlandsche Afdeeling van de com
missie ter uitvoering van het verdrag be
treffende irtellectueele toenadering tusschen
Nederland en België, maakt bekend, dat ten
behoeve van een afgestudeerde, een student,
een geleerde of een Kunstenaar van naam,
die zijn studiën aan een universiteit of hoo.
geschooi in België wenscht voort te zetten
of aldaar onderzoekingen of andere werk
zaamheden wenscht te verrichten, beschik
baar is een beurs groot f 1200 's jaars.
Gegadigden kunnen zich uitsluitend schrif
telijk aanmelden bij den secretaris van de
Nederlandsche afdeeling, mr. H. J. Smidt,
departement van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen te 's Gravenhage, vóór 15
Maart 1932.
's-GRAVENHAGE. Gesl. voor 2en stuur
man groote stoomvaart de heer W. C. Kor
ving en voor 3en stuurman groote stoom
vaart de heer J. C. van Noordenne.
kkkkkkkkkkkkkkkkkkkkkkkkkkkk
Steunt, bij gelijken prijs en kwaliteit
De Nederlandsche Industrie
Hiermede dient gij Uw land,
En bestrijdt gij de werkloosheid.
Naar het Engelsch door J. Scheepens
27
Nu ga je me bang maken, zei Carina.
Dat is niet goed, Richard. Gij weet, dat ik
er nimmer om gaf, gehuwd te wezen, en Jim
is de eerste man, waarom ik werkelijk iets
geef. Ik ben geen arm, zenuwziek schepseltje
als Iris Mallory. Ik kan mezelf bedwingen
En ik heb het voorgevoel, dat ik succes zal
nebben.
Goed. laten we dan nu onze aandacht
bepalen tot dit stapeltje papier! zei Grove,
terwijl hij de getypte vellen naar zich toe
naaide. En met zijn groote blauwe brille-
glazen laag op den grooten, rooden neus. er;
het onafscheidelijke blauwe potlood in de
hand, zag hij er erg zakelijk uit.
Als Jim hem nu eens kon zien. dacht
zij onwillekeurig toen zij bemerkte, dat hij
zijn alleroudste plunje had aangetrokken,
een veel te grooten boord droeg, waarom de
das scheef gestrikt was. Over z'n breed, hoog
voorhoofd vielen in wanorde de lange grijze
haren.
Trek je eigen draad, m'n kind, en kom
je niet bij mij beklagen, als de zaken niet
goed gaan, begon hij weer, van z'n werk
opziende.
Ben ik me ooit bij u komen beklagen,
Richard? vroeg ze, verontwaardigd.
Hij gaf geen antwoord, want hij was weer
in het boek verdiept. Dan zag zij hem het
blauwe potlood op een der bladzijden neer
zetten. Ze strekte de hand uit en hield hem
tegen.
Ik ben overtuigd, dat het nu nog niet
noodig is. Die eerste bladzijden zijn uitste
kend, dat weet ik!
Grove legde het potlood onwillig neer.
Wil je mijn advies, ja of neen? Je ver
zoek om hierheen te trekken, kwam me zeer
ongelegen. Mijn uitgever heeft me een scène
gemaakt!
Ik heb raad noodig, maar ik eisch over
leg, alvorens gij overgaat tot het bederven
van mijn manuscript.
Goed dan, ik wilde het potlood halen
door al deze bijvoeglijke naamwoorden.
Neen ik wil dal ze blijven staan. Elk
op en om zichzelf!
Richard Grove was verwonderd. Niettemin
verbaasde hem deze houding bi) Carina.
Waar was mijn gehoorzame leerlinge? Moest
zij ook in haar verloren gaan?
Zijn oude, vriendelijke oogen schoten von
ken achter de brilleglazen.
Jim doet me hoedanigheden bij mezelf
ontdekken, welke ik nog niet ken, sprak zij.
Je moet niet alles gelooven, wat hij
zegt. Als een man verliefd is
Hij zag haar scherp aan, terwijl zijn ge
dachten ver van het boek afdwaalden. Carina
zelf boezemde hem meer belang in voor het
oogenblik dan haar boek. Hij schepte er
behagen in, haar vanuit een nieuw gezichts
punt te bestudeeren. Hij had zich inderdaad
wel eens nieuwsgierig afgevraagd, wie de
man zou zijn, die Carina's liefde zou weg
dragen, en gehoopt, dat het althans iemand
zou ziin, in staat haar te begrijpen en haar
talent aan te wakkeren. En wat hij van Jim
Mallory wist, was, dat deze de laatste zou
zijn, om dit te doen. Men schilderde hem
altijd af als een soort bulhond. Ach. die
arme, eerste vrouw van hem! En dan, die
groote, bedorven jongen, die Peter was! Hoe
kon Carina, gewend als zij was aan liefde
en teederheid, zich gelukkig gevoelen in zulk
een milieu.
Maar ze scheen vast besloten, Ja hardnek
kig vast te houden aan haar voornemen. Had
men vrouwen van onafhankelijk karakter al
niet meer zien zoeken als het ware naar
iemand die haar 't Juk op zou leggen? En
Jim was verstandig geweest, om haar niet
te toonen, hoe sterk die wil was. Maar
later zou zij dit, helaas, genoeg ondervin
den. Zoowel haar godsdienst als haar werk
zouden ongetwijfeld den verzwakkenden in
vloed van die despotische macht ondergaan
Er zou daar op Linfold voor haar geen sym
pathie bestaan. Ze zou moeten leeren de
twee belangrijkste dingen in haar leven te
onderdrukken.
Ik vind het niet goed! sprak hij luid.
Hoe? Wat mankeert er aan? Ik had
zoo verwacht, dat 't je goedkeuring weg kon
dragen, ditmaal, Richard! Ik heb aan alles
gedacht, wat je vroeger al eens in m'n werk
hebt veroordeeld.
Ik dacht ook niet over Je boek! ant
woordde de schrijver.
Werktuiglijk strekte hij de hand uit en
raakte die van Carina aan.
Kindje, zal ik worden buitengesloten'
Wordt mij geen plaatsje meer gegund in t
leven van mevrouw Mallory?
Carina boog zich over de rimpelige hand
heen en drukte er een kus op. Deze kleine
daad van dankbaarheid had een diepe be-
teekenis. Het scheen te moeten beduiden
dat, indien de deur voor hem zou worden
gesloten, zij daaraan part noch deel zou
hebben.
Indien er voor u geen plaats zal zijn dan
zal het niet mijn schuld zijn, sprak ze, en
haar stem beefde. En ge zult u geduldig too
nen, nietwaar? In het begin zal Jim me
natuurlijk geheel voor zichzelf opeischen
want zelfs Peter zal niet thuis zijn.
Ze zag Grove aan met een smeekende uit
drukking in de oogen, trachtend aldus zijn
toekomstige verhouding tot haar niet noo-
deloos harder af te schilderen, dan ze wer
kelijk zou zijn. „Ik zal u missen! Ik zal
zelfs dat blauwe potlood missen, dat al die
bijvoeglijke naamwoorden wil schrappen!
trachtte ze glimlachend te zeggen.
O, dank je, Carina, zei Grove. En op
eens leek hij ouder te worden, afgeleefd. Het
beteelcende dus, dat hij haar ging verliezen
Als je gelukkig bent. beteekent het ook niets
of ik er bij ben of niet!
Ik geloof integendeel, dat het voor mij
altijd wel van belang zal zijn, sprak ze
rustig, maar Jim brengt zulke groote offers,
dat ik zelf niet alles nemen kan en niets
weerom geven. De strijd is hem zwaar ge
vallen! Ik denk, dat het daarom was, dat ik
hem heb lief gekregen.
Ja, dat begrijp ik! gaf Grove brom
merig toe.
Maar Grove was met dien uitleg van Ca
rina niet tevreden. Zeker, Mallory zou zijn
belofte houden, zijn eergevoel was te groot
dan dat hij hierin te kort zou schieten. Maar
hij was er de man niet naar, haar toe te
staan, zich zoo geheel over te geven aan
haar werk, als Carina dit gewoon was. Grove
was zich bewust, dat de loopbaan van Carina
als schrijfster in gevaar was. Het talent,
waaraan hij zelf zooveel zorg had besteed
was bestemd om verloren te gaan. Ais
schrijfster was Carina hem dierbaar gewor
den bijna als zijn eigen kind. Hij was trotsch
geweest over haar eerste succes en over de
spoedige erkenning van haar talent. Maar
nu zou misschien spoedig overal een eind
aan komen. Mallory zou haar geheel en uit
sluitend voor zichzelf opeischen, zou tus-
schenkomst, van welken aard ook. niet dul
den. De man had een jaloersch tempera
ment en Grove gevoelde, dat Carina ge
hoorzaam zou zijn en als was zoo kneedbaar
in zijn handen.
De volgende maand zou zij de vrouw zijn
van dien man. De gedachte hinderde Grove,
vooral wanneer hij zich de mislukking her
innerde van het eerste huwelijk. Maar men
zou hem nimmer mogen toestaan, Carina te
behandelen zooals men zeide, dat hij de
arme Iris behandeld had!
We zullen eerst tegen Kerstmis voor
goed op Linfold onzen intrek nemen, begon
Carina opeens, hem in zijn gedachten onder
brekend. We zullen een groot gedeelte van
het najaar in Italië doorbrengen.
Dus je neemt hem mee naar Rome?
Zeker. Natuurlijk ga ik naar Rome!
Zal dit niet pijnlijk zijn, voor je, ik
bedoel de herinnering aan Rome?
U weet wei, dat ik daar niet aan denk.
Herinnert u zich nog, wat m'n vader altijd
zei van menschen, dié zich schuw onttrekken
aan de geringste pijn. in plaats van er recht
op aan te stappen en ze moedig te onder
gaan?
Richard Grove glimlachte. Het was een
van de geliefde uitspraken van zijn ouden
overleden vriend, maar die eigenaardig,
vreemd klonk in den mond van diens Jonge
dochter.
Hi) stond op van zijn stoel.
Ik zal 't manuscript mee naar m'n ka
mer nemen en net op m'n gemak alleen
doorlezen. Neen, kleine tyran, zonder Je toe
stemming zal ik er geen vinger op zetten.
Maar je verstrooit me vandaag, kind. Ik
ben aan die verandering in je leven nog
niet gewend.
(Wordt vervolgd).