WED. H. HOGENBIJL TE HUUR DE ZUIDERZEESTEUNWET DAS BESTE VOM BESTEN engro£-zaak WINKELPAND ALGEM. VERKOOPLOKAAL VEILING wegens STERFGEVAL 6 DEZE RECLAME DUURT 4 DAGEN 0 RESTAURANT LUNc¥r OOM MODE-MAGAZIJN SHOW-ROOM of ander GROOT BEDRIJF op EERSTEN STAND KRUISSTRAAT 22 EXCEPTION EE LE AANBIEDINGEN 1500 METER 1500 METER lOOO METER 500 METER 1000 METER 750 METER VEERSTRAAT GR. HOUTSTRAAT PROVINCIAAL NIEUWS BEEMSTER ENKHUIZEN HOOGKARSPEL KUDELSTAART WERVERSHOOF VOLENDAM ZEVENHOVEN STADSNIEUWS HULDIGING N. J. WARNIER De jubilaris Koninklijk onderscheiden VERKEERSONGEVALLEN "OIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOI 0 Muziek - Muziekinstrumenten OUDE GROENMARKT 28 lÓIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOk POST-GIRO 139436 Adres: P. HQOGEVEEN Lzn. Het groote en ruime Oppervlakte 3x180 Afc. Groote, hooge kelder Afzonderlijke zij- en achteringangen NIEUWE GRACHT 74 OP VRIJDAG 19 FEBRUARI A.S. VAN DIVERSE AMEUBLEMENTEN, NIEUWE EN 2E HANDSCH MEUBELEN GEDURENDE 4 DAGEN WOENSDAG, DONDERDAG, VRIJDAG EN ZATERDAG CREPE DE CHINE 90 c.M. breed, alle kleuren ct per El per Meter 85 ct CREPE GEORGETTE 90 c.M- breed, voor avondtoilletten ct per El per Meter 94 ct FLAMINGO ZIJDE 90 c.M. breed, wol met zijde per El per Meter 1,80 TRICOT CHARMEUSE 140 c.M. breed, voor onderkleedmg per El per Meter 1,60 LAINE BOUCLÉ 70 c.M. br. zuiver wollen moderne stof ct per El per Meter 1,22 CREPE RAIJÉ FANTASIE 90 c.M breed, alle kleuren ct per Ei per Meter 1,39 Bfl de behandeling van de Zuiderzee- teunwet in de Tweede Kamer heeft, blijkens 'e Handelingen, onze afgevaardigde, de heer Oh. L. van de Bilt, om. het volgende gezegd: Ook ik moet eenige bezwaren ontwikkelen tegen de uitvoeringsmaatregelen van de Zui derzeesteunwet. Ook ik heb bezwaar tegen het leggen van zooveel macht in handen van een directeur, 'ooals de Minister zich dien voorstelt. De directeur beslist. Men kan, als men bezwa ren heeft tegen deze beslissing, aan den Mi nister een brief schrijven of hij dat nu wel goedvindt. Maar de Minister moet dan weer de voor lichting vragen van den directeur, komt dus erecht bij hem, die de uitspraak deed. Ik kan mij dus ook voorstellen, dat gezegd wordt: de Generale Commissie ovsrwege en beslisse hier. Daartegen heb ik ook lichte bezwaren. Want die Generale Commissie is men houde mij het woord ten goede een ietwat log lichaam. Uit den aard der zaak. En in de meeste gevallen van tegemoetkoming, steun, schadeloosstelling is snel handelen ge- wenscht. Een kleinere commissie Ik zou dan ook liever hebben, dat de be oordeeling der gevallen en de uitspraken ge daan werden door een kleinere commissie, bijv. door een van 5 personen al of niet uit de Generale Commissie (ze kan ook daar buiten staan) maar in ieder geval door menschen, die een kijk hebben op het vis- scherijbedrijf en op de menschen, die het uitoefenden Zij kan zich laten voorlichten door den directeur. Maar de zaak wordt dan in ieder geval beoordeeld door meer perso nen, oor een college. Hiernaast zou men dan met hooger beroep op den Minister kunnen volstaan. Daarnaast zou ik er subsidiair ook wel voor gevoelen, als er, bij het blijven bestaan van een directeur, maar een commissie van be roep van bijv. vijf personen, voldoende aan de voorwaarden, hierboven door mij genoemd werd ingesteld. De Minister zou dan van veel soesah af zijn en het rechtsgevoel van belanghebbenden zou ook beter bevredigd zijn. Ik denk, dat de Minister bij nadere over weging daartegen ook geen bezwaar zal heb ben, waar hij zelf toch ook in zijn antwoord op de schriftelijke vragen van den heer Duy- maer van Twist zegt, dat hij de rechtszeker heid van belanghebbenden een kostbaar goed acht. Een zeer waar woord spreekt de Minister, als hij in ziin antwoorden op de schrifte lijke vragen van den heer Duymaer van Twist zegt, ,.dat de uitvoering van de Zui- derzeesteunwet en de rechtszekerheid der be langhebbenden geheel afhangen van de wijze, waarop de met de uitvoering der wet be laste organen hun taak practisch opvatten." Inderdaad! En ik hoop, dat de Minister zooveel in hem is, zal trachten te bewerken, dat de toepassing een soepele zijn zal. Daarop vertrouwende, heb ik toch nog eenige punten, waaromtrent ik van den Mi nister gaarne eenige inlichting zou ontvan gen Spoedig begin Vooraf wil ik nog dit zeggen: Het wordt tUjl, dat dadelijk worde aangevangen. Toen in de vorige week de visschers in Volendam niet van beteekenis hadden gevangen er kwam niets door het gat vroegen zij te legrafisch van de Generale Commissie om steun. Het telegrafisch antwoord luidde, dat het niet zeker was. dat de mindere vangst kwam door de afsluiting. Ja, als men zoo redeneert, zullen de vis schers al zeer bedrogen uitkomen. Ik heb nog een tweede geval: Werklooze visschers waren in de gemeente Enkhuizen door de werkverschaffing aan het werk ge zet. Daar gaat het gerucht, dat out de Noord, bij het afsluitgedeelte, haring wordt gevan gen. Dat was inderdaad ook zoo. De burge meester van Enkhuizen, zich zeer juist her innerende, dat gezegd is: de visschers moe ten htm bedrijf uitoefenen zoo lang dat nog mogelijk is. roept de visschersknechten van de werkverschaffing en zendt ze naar de schuiten; 28 knechts varen uit. maar, helaas, zij verdienen geen vol weekgeld. Hun ver diensten beliepen van 0 tot f 13. Ik heb hier het liistje oer verdiensten dier knechts, ge controleerd door den havenmeester van Enk huizen, voor me. Het wordt gezonden aan de Generale Commissie Bij de werkverschaf fing verdienden deze menschen f 16.50. Het ontbrekende, samen f 349.16, vraagt de bur gemeester terug aan de Generale Commis sie. Het komt mij voor. dat de burgemeester gelijk had. Ik zou willen vragen: is de Mi nister ook van dat oordeel? Gamalenpellerij Ik heb nog een paar andere vragen. Eerst een ondergeschikte. De gamalenpellerij hoort onder de belanghebbende bedrijven. Nu komt het mij voor. dat bijv. een oude weduwe vroeger een gedeelte van haar in komen had uit het garnalenpellen. Ik hoorde echter van gevallen, waarbij gezegd wordt, dat deze menschen niet in aanmerking ko men voor steun vanwege de Steunwet. Ik zou daarom willen vragen: hoe oordeelt de Minister hierover? Speciaal alinea 2 van het nieuwe artikel 8a der wijzigingen van het Zuiderzeebeslult, aanvangende met „Roeren de en onroerende goederen, als in dit artikel bedoeld, enz." geeft aanleiding tot de vraag: Komt een schipper, die na 1918 eigenaar geworden is van een schuit door overneming en die op 25 Juli 1918 visschersknecht was en nu met die schuit de Zuiderzeevisscherij in vollen omvang uitoefent, ook in aanmer king voor waardevermindering? Hier ls dus sprake van de voortzetting van een bestaand bedrijf, waarmee al vóór 25 Juli 1918 het bedrijf werd uitgeoefend en niet van de stichting van een nieuw bedrijf. Een andere vraag: Kinderen van belang hebbenden, die in 1913 12 jaar en jonger waren en die nu 14 jaar later zelf standige menschen zijn geworden, vallen de zen nu onder de bepalingen van art. 13 der Zuiderzeesteunwet en de verdere bepalingen der wet? Nog een vraag: Stel dat ze wat anders zijn geworden, bijv. mecanicien en als zoo danig minder verdienen dan zij als visscher zouden verdiend hebben, kan dan bijslag worden verleend aan die kinderen? Daarnaast meen ik, dat bij de toekenning van uitkeeringen rekening zal gehouden wor den met den maatschappelijken toestand der aanvragers. De schatting TVions iets over Ar schatting, waarover de Duymaer van Twist al iets gezegd heeft Over de schatting, zooals die staat aan gegeven in artikel 8a, alinea 4, van het Ko ninklijk besluit no. 3, voor de waardevermin- deringe heerscht bij de visschers en bij de nevenbedrijven eenige ongerustheid. Na 1920 heeft geen nieuwbouw meer plaats gehad; de herstellingen hebben zich tot het in orde houden der schuiten, tot het noodzakelijke beperkt: de waarde der schui ten is in elk geval sterker gedaald dan in normale omstandigheden het geval zou ge weest zijn. Ik meen dus. dat daarom bepaald moest worden, dat als uitgangspunt genomen moeten worden de schattingen en taxaties, in 1920 door de subcommissie B uit den Zuiderzeeraad gedaan. Of zal de Minister den te benoemen taxateurs opdragen rekening te houden met die schattingen? Betreffende artikel IX. alinea 10, van het Koninklijk besluit no. 2 vraag ik mij zelf af, waarom het Rijk moet bevoorrecht wor den boven de particuliere schuldeischers. Meent de Minister niet. dat die beide hier concurrente schuldeischers zijn? De redactie van art. IX. alinea 11, van hetzelfde Koninklijk besluit no. 2 doet de vraag rijzen wat er geschiedt, als een onge huwde overlijdt, die bijv. kostwinner was voor zijn ouders? In artikel IX, alinea 6, lees ik: „Als tegemoetkoming wegens waardever mindering wordt aan den belanghebbende toegekend een bedrag van 5 pet. 'sjaars van het vastgestelde bedrag der waardevermin dering, uit te betalen in wekelijksche of vierwekelijksche termijnen en wel gedurende 20 jaren, gerekend van het tijdstip, dat de belanghebbende naar het oordeel van On zen Minister als gevolg van de afsluiting van de Zuiderzee de betrokken eigendommen buiten dienst heeft moeten stellen." Men keert dus gedurende 20 jaar de in trest uit, houdt dan op en zegt: het kapi taal is nu ook opgeteerd. Ik kan de recht vaardigheid hiervan maar niet snappen. De Minister wel? Goede elementen Ten slotte zitten er dan geen goede ele menten in de Koninklijke besluiten 2, 3 en 4? Zeker wel, zelfs meer dan één. Zoo acht ik bijv. de instelling der plaatselijke com missies zeer gelukkig gedacht. Die zijn met den plaatseltjken toestand op de hoogte en kunnen dus waardevolle inlichtingen geven. Ik had zelfs gaarne gezien, dat de Minis ter verder ware gegaan en over elke aan vrage vooraf had laten adviseeren door de plaatselijke commissie. In ieder geval hoop ik, dat bij beroep steeds het oordeel der plaat telijke commissie zal worden gevraagd; ik hoop, dat de Minister ook op deze vraag 'n positief antwoord zal kunnen geven. Ik heb nog wel enkele practische vragen, maar de antwoorden der boven gestelde vra gen zullen mij een toetssteen zijn voor tal van andere, die, naar ik hoop, door soepele toepassing der voorschriften tot voldoening der betrokkenen, voor wie daarvan zooveel afhangt bevredigend zullen worden opgelost. Ik heb mij hierbij van bespiegelingen ont houden en mij aüeen bepaald tot de practijk. Ik meen, dat het daar vooral op aankomt, indien voldaan zal worden aan de uitspraak indertijd: de billijkheid zal ten opzichte van hen, die door de afsluiting in den druk ko men, worden betracht Daar zal geen smet kleven op dit groote werk. Ik hoop dus op een soepele toepassing van deze bepalingen en ik meen, dat wij dat ook mogen verwachten. De Minister antwoordt Aan hetgeen de Minister van Waterstaat, de heer Reymer, op deze rede geantwoord heeft, ontleenen wij het volgende: Een concrete beantwoording van al de vra gen van den heer Van de Bilt is voor mij op het oogenblik onmogelijk. Het zijn tal van vragen, die door de Generale Commissie nog nader onder de oogen gezien moeten worden. Er is ook gesproken over de Volendammer visschers, die de vorige week niets vingen, hoewel de visch buiten den afsluitdijk was gesignaleerd; men vroeg toen telegrafisch aan de Centrale Commissie om steun en daarop is geantwoord, dat het niet zeker was, dat het niet vangen het gevolg was van den afsluitdijk. Men vroeg, of dit ook het oordeel is van den Minister. Hierop kan ik wel antwoorden, omdat ik zelf, toen die vraag aan de orde was. in de Centr. Commissie zat, verleden Zaterdag. Ik weet dus, dat naar de meening vande Com missie niet gezegd kon worden, dat'twegbli,)- ven van de haring ten Z. van den afsluitdijk het gevolg was van de afsluiting, omdat de haring ten noorden van den dijk, b.v. te Den Helder evenmin verschenen was. Het is heel eigenaardig; toen wi) in de vergadering van de Generale Commissie zaten, was er een be richt van den burgemeester van Enkhuizen, die op steun aandrong; men dacht dat er minder haring binnenkwam ten gevolge van den afsluitdijk; één der leden der Generale Commissie meende, dat de afsluitdijk de oor zaak was; de visscherijinspectie meende het tegendeel en terwijl wij aan het vergaderen waren, kwam er een telegram, dat er haring gekomen was binnen den afsluitdijk. Ik wee^, dat op dit gebied de Generale Commissie diligent is; de zaak is aangehouden; als ik mij niet bedrieg, zou 15 Februari de zaak verder behandeld worden. Verder is gevraagd; komt een schipper die na 1918 eigenaar is geworden van een schuit door overneming en die op 15 Juli 1918 visschersknecht was, in aanmerking voor vergoeding wegens waardevemindering? Ik hoop. dat men mij ten goede zal houden, dat ik daarop geen algemeen antwoord geef dat hier elk geval op zich zelf moet worden beoordeeld. Overgang van eigendom, door vererving b.v., komt in aanmerking; ik heb dat juist in het Koninklijk besluit gebracht, om te gemoet te komen aan het verlangen hier in de Kamer, om den eigendom door vererving te erkennen. Aan den ^anderen kant zal iemand, die. vóór 1918 niet eigenaar van een schip, na dit jaar een schip kocht, met de wetenschap, dat de Zuiderzee zal worden afgesloten, om de visscherij uit te oefenen 't daaraan verbonden risico zelf moeten dragen. Daarom heb ik geantwoord, dat het on verstandig is, hier in het algemeen te ant woorden. Het komt aan op de kwestie van de interpretatie en ik heb al gezegd, dat het mijn verlangen is. dat die zaak loyaal zal worden uitgevoerd. Verder vroeg de heer van de Bilt of kin deren van belanghebbenden die in 1918 12 jaar of jonger waren en nu 14 Jaar later, zelfstandig ziin geworden vallen onder de artikelen 12 en volgende der wet. Deze kin deren zullen voor het meerendeel wel geen be)a-"hpbbenden in den zin der wet zijn. Slchts degenen, die in 1918 op de een of andere wijze werkzaam waren in het vis- scherijbedrijf, zullen als belanghebbenden kunnen worden beschouwd en alleen belang hebbenden komen voor toepassing van art, 13 der wet in aanmerking. Dan vroeg de heer van de Bilt of kinderen, die een ander bedrijf hebben gekozen, maar daarin minder verdienen dan zij als vis schersknecht zouden hebben verdiend, nog eenige aanvulling op hun loon krijgen. Op die vraag wil ik, de heer van de Bilt houde mij dit ten goede, het antwoord schuldig blijven, het antwoord daarop hangt geheel af van de omstandigheden en van het geval. De zesde vraag van den heer van de Bilt was, of de jaarlijksche uitkeering wegens waardevermindering ophoudt bij den dood van de betrokkenen, ook als zij kostwinners zijn voor hun ouders en anderen. Voor zoo ver ik kan zien, laat het Zuiderzeesteun- besluit continuatie van de uitkeering in dat geval niet toe. Ik laat dit evenwel in het midden, omdat ik over verschillende punten nog het advies van de Generale Commissie nader gevraagd heb en ik het onjuist acht, in dat geval nu nog miln stem over die punten te geven Dit hangt geheel af van de wijze van uitvoering van den geest daarvan, en die uitvoering moet zoo loyaal mogelijk zijn. Op de vraag van den heer van de Bilt: het komt voor, dat een oude weduwe vroe ger ikomsten had uit het garnalenpellen en komt zij nu in aanmerking voor een uit keering, wil ik antwoorden, dat het garna lenpellen niet is genoemd onder de bedrij ven in art. 1 van de Zuiderzeesteunwet. In dien bedoelde weduwe alleen op dezen grond steun zou vragen, zou dit naar mijn mee ning moeten worden geweigerd, maar ik re sumeer, uitvoeriger en meer concreet geloof ik, dat ik niet verantwoord ben den geach- ten afgevaardigde te antwoorden, omdat hij zal begrijpen, dat ik zonder advies en zonder nadere overweging niet gaarne een uit spraak zou willen doen. Burgerlijke Stand. Geboren: Nicolaas. z. van Johs. de Wit en J. Zijp; Eva Maria, d. van G.' de Lange en A. Koopman; Maria Johanna, d. van P. J. Groot en C. J. M. Stuyt. Ondertrouwd: Jan Middelveld, 21 j., en Aaltje Humme, 21 j.; Bruno Herman Lugt, 23 j., en Akke Kampen, 25 j. Overleden: Antje Joosten, 74 j„ wed. van Paulus Hertog; Cornells Hoeve, 81 J., ongeh. Intrekking rijbewijs De bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen is ontzegd: aan C. Vestering, chauffeur, wonende al hier, voor een termijn van een jaar, inge gaan op 23 Januari 1932. Visscherij en Zuiderzeesteunwet Gis teren ontving de burgemeester het volgende telegram: „Indien thans aan visschers en visschers- knechts voldoende middelen tot levenson derhoud gaan ontbreken, wordt in het al gemeen aangenomen, dat zulks een gevolg is van de afsluiting. Inkomende aanvragen toepassing art. 13, zullen omgaande worden afgedaan." Bovenstaand telegram was afkomstig van de Generale Commissie inzake Zuiderzee steunwet. Burgerlijke stand Geboren: Grietje Aukje, dochter van Comelis Jans en Saakje Hoekstra. Ondertrouwd: Pieter Magereeuw en Dieu- wertje Langedijk. Overleden: Petrus van der Vliet, oud 71 jaren, echtgen. van Adriaantje Vlaar. Sophia Christina Sjakes, oud 71 jaren, weduwe van Hendrik Spaanenburg. Jubileumconcert Donderdag 18 Febru ari, 8 uur namiddags, zal het muziekgezel schap „De Eendracht", in verband met het 35-jarig bestaan een Jubileumconcert geven in het café „De Doele". St. Deus Dedit In de vroegere afdee- ling van St. Deus Dedit komt nieuw leven. Haar vertegenwoordiger is als adviseerend lid aan de Werkverschaffings-commissie toegevoegd. Het ledental is sterk gegroeid, mede doordat aan georganiseerden 10 pCt. meer wordt uitbetaald dan aan ongeorga niseerden. Donderdag 18 Februari zullen de heeren Kuiper en Loerakker in het patronaatsge bouw spreken over het doel en de beteeke nis van „St. Deus Dedit". R. K. Kiesvereeniging Maandag hield de R. K. Kiesvereeniging Aalsmeer I haar jaarvergadering. De voorzitter opende met den Christelijken groet en sprak een kort welkomstwoord. De secretaresse, mej. A. Hoogeboom, en de penningmeester, de heer A. O. de Boer, kre gen voor accurate notulen en richtig gehou den beheer der gelden het applaus der vergadering en een welgemeend dankwoord van den voorzitter. De afgevaardigde naar de Haarlemsche vergaderingen, de heer C. Hoogeboom, bracht keurig verslag uit en werd op dezelfde wijze beloond. De aftredende bestuursleden, de secreta resse en de heer P. J. Buskermolen, werden bij acclamatie herkozen. Nu volgden mededeelingen. De voorzitter kon de mededeeling doen, dat op Woensdag 24 Februari, half 8, de Kiesvereeniging de hooge eer zal te beurt vallen, dat alle drie de Kamerleden, door de katholieken van Noord-Holland afgevaar digd, op bezoek komen. De heer Kortenhorst zal dan een rede houden over de tegenwoordige crisis, terwijl ook de heer Ch. v. d. Bilt en mejuffrouw A. Meijer de vergadering zullen toespreken. HU spoorde de 40 aanwezige leden ten zeer ste aan, voor deze vergadering zooveel moge- lUk propaganda te maken, opdat de groote zaal vol moge zUn. Ook aan de dames werd het verzoek ge richt, dien avond, daar ook een dame het woord zal voeren, aanwezig te zUn. Volgden nog een kleine verloting, een kort dankwoord en sluiting met den ChristelUken groet. Chr. Naastenliefde Maandagavond hield de Chr Naastenliefde haar jaarvergadering in het Vereenigingsgebouw. De voorzitter, de heer Jn. Steltenpool, heette allen van harte welkom en opende met den chr. groet. In zijn openingsrede wierp spr. een terugblik op 1931 dat wel het meest ongunstige jaar geweest is in finan cieel opzicht. Doch voor de vereeniging is het een zeer gunstig jaar geweest, omdat wU tot de overtuiging zijn gekomen, hoe nuttig en noodig deze instelling is, vooral nu in de""! to-ovo11"" t"d. Een aanboring dan ook, dat ieder zUn zoons zoodra hU 18 jaar zijn, opgeeft ais lid van de Naastenliefde, is dan ook vrijwel overbodig. Medegedeeld werd dat de afd. Wervershoof 65 leden telt, waar 82 werkdagen zijn ver vuld voor 8 leden; de afd. Andijk telt 71 leden, waar 351 werkdagen ziin vervuld voor 7 leden, de afd. LagedUk telt 55 leden, waar 418 werkdagen zijn vervuld voor 9 leden. Uit het verslag van den nenningmeester biukt dat is ontvangen f 129.08 en uitgege ven f 93.45, aldus is het batig saldo f 35.63. De controlecommissie verklaarde alles in orde te hebben bevonden, waarna een dank woord van den voorzitter volgde. De aftredende bestuursleden in de afdee- lingen Wervershoof en AndUk werden bU acclamatie herkozen, terwUl in de vacatures in de afd. LangendUk, wegens aftreding en niet herkiesbaarstelling van de heeren Jb Koomen en Jn. Mol, na stemming werden benoemd de heeren N. v. d. Geest en F. Sch&pe. Op voorstel van het bestuur werd dit jaar evenals vorige Jaren ƒ215 afgedragen aan het vereenigingsgebouw, tevens 2.50 aan de afd. van den L.T.B. Het volgende punt was een voorstel van het bestuur om door de leden der vereeni ging de overleden leden grafwaarts te dra gen. Na het voor en tegen te hebben besproken werd het voorstel van het bestuur met 49 tegen. 3 stemmen aangenomen. De heer K. Meester bracht hierna als voorzitter van de afd. AndUk een woord van dank aan de leden voor de royale hou ding, inzake het vervullen van werkbeurten, in het afgeloopen jaar. BU de rondvraag dankten enkele leden voor de hulp tUdens hun ziekte. De voorzitter deelde mede, dat jonge tuin ders die na twee jaar zich nog niet hebben opgegeven als lid, niet meer als lid kunnen toetreden. Getracht zal worden de H. Mis, die jaar- lUks op den feestdag van den H. Petrus en Paulus wordt gelezen voor de levende en overleden leden der vereeniging, versteld te krijgen op een Zondag omstreeks dien tUd, omdat deze feestdag niet meer als Zon dag wordt gevierd. De heer Meester bracht dank aan den voorzitter dat hij wederom zUn benoeming heeft aangenomen en feliciteert hem met zUn herbenoeming. De GeestelUk Adviseur, de weleerw. heer kapelaan Van Vliet, maakte de opmerking dat dit de eerste algemeene vergadering is welke hij meemaakt. Z.Eerw feliciteert den voorzitter met zUn herbenoeming. In ver band met de slechte tUdsomstandigheden spoorde Z.Eerw. de vereeniging extra aan de Chr. Naastenliefde zooveel mogehjk bU te staan om haar aan haar doel te doen beantwoorden. De voorzitter sloot de vergadering onder dank aan allen met den Christelijken groet. DE UITTOCHT. Wederom zUn enkele Volendammers naar andere gewesten vertrokken, hun dierbaar visschersdorpje achterlatend. ZU gaan in andere deelen van het land een vischzaak beginnen. Zal het gaan als een karavaan van altoos doortrekkende Volendammers, die „Volen dam" en de woestijn verlaten en trachten elders een oase te vinden? L. T. B. In de jaarvergadering van den L T. B. zUn tot bestuursleden her- en ge kozen de heeren J. C. Poel en A. Hettinga. deze laatste In de plaats van den heer Blom, die bedankt had. Hedenmorgen is de heer N. J. Warnier, die gisteren zUn 40-jarig jubileum als deur waarder aan de Haarlemsche Rechtbank herdacht, in het Paleis van Justitie, in büzUn van rechtbank, balie, alle ambte naren en zUn familie, officieel gehuldigd. Allereerst voerde mr. G. Sluis, president van de rechtbank, namens dit college het woord. „Het is een bU zonder voorrecht", zeide hU, „wanneer men 80 jaar wordt en zUn taak nog in volle gezondheid kan verrichten. Gedurende de 40 jaren die gU hier bent, hebt ge velen zien komen en gaan. GU zUt gebleven en hebt altUd met groote opgewektheid uw taak vervuld. Ge hebt steeds getoond een goed deurwaarder te zijn. Enkele jaren geleden hebt ge ge meend uw werk buiten de rechtbank aan Jongeren over te moeten dragen, maar hier bent ge werkzaam gebleven en hebt ge uw werkzaamheden met bekwaamheid en stipt heid verricht. Ge hebt uw ambt lief. Het moet thans een zeer groote voldoening voor u zUn, op een zoo'n langen diensttUd terug te kunnen zien. Het heeft H. M. de Koningin behaagd, u de gouden medaille, verbonden aan de Orde van Oranje Nassau, te verleenen. In afwachting van den tUd, dat u deze zal worden uitgereikt, veroorloof ik mU u namens de rechtbank dit kleine onder- scheidlngsteeken te overhandigen". De boofdgriffier, mr. Dijkstra, spelde hierna den jubilaris het door de rechtbank verleende onderscheidingsteeken op de borst en sprak eenige vriendelUke woorden. Spr. herinnerde aan den tijd. dat de heer Warnier werkzaam was ten parkette van den Officier van Justitie en de groote over gang die zU'n benoeming tot deurwaarder aan de rechtbank voor hem had teweeg gebracht. „De rechtbank hoopt van uw diensten nog vele jaren gebruik te kunnen maken". De Off. v. Just., mr. Roeters van Lennep, wenschte den Jubilaris in een geestige toe spraak geluk. „Ge zult voor ons een voor beeld zUn, wegens de wUze waarop gU altUd Uw taak vervuld hebt". Namens de Haarlemsche balie sprak mr. dr. W. P. Vis den jubilaris toe. Allereerste wenschte spr. den heer Warnier geluk met de hem door HJd. de Koningin verleende onderscheiding. „GU was een goed deur waarder", zeide spr. „Hoe bescheiden de taak van een deurwaarder ook lijkt, zU is toch van groote beteekenis. Wanneer men dan ook zegt, dat iemand een goed deurwaarder is, dan wil dat heel wat zeggen. GU bezit die eigenschap, die niet veel deurwaarders be zitten en die voor hen toch zoo noodzake- lUk is: gU hebt tact. WU zien hier den tachtigjarige met een opgewektheid zUn taak verrichten, die be wondering wekt. In de eerste plaats zeg ik U dank voor datgene, dat gU voor de Haar lemsche balie hebt gedaan en nog doet." De heer Warnier dankte diep ontroerd voor de zoo overstelpend vele bewijzen van sympathie die hU in ontvangst had moeten nemen. Men zegt: „Waar het hart vol van is, loopt de mond van over. maar toch is dit spreekwoord niet altijd juist; mUn hart is vol, maar ik kan mUn gevoelens niet uiten. De grondtoon hiervan is dankbaarheid, groo te dankbaarheid jegens allen, die dezen dag voor mU tot een zoo onvergetelyke hebben gemaakt." AUTO TEGEN EEN MUUR. Gistermiddag kwam de vrachtauto van den aardappelhandelaar v. D. uit Haarlem met groote vaart uit de Noorder Tuiniorp- laan te O verveen rUden. Toen de auto de Zuider Tuindorplaan in zou rUden. werd de bocht te groot genomen en kwam de wagen met kracht tegen den muur van het kan toorlokaaltje der „Woningbouwver. Bloe- mendaal". De muur was steviger dan de auto, zoodat de laatste er 't slechtste af kwam. Met Ingedrukte radiaeur en gebroken voor-as moest hU door een kraanwagen wor den weggesleept. PersoonlUke ongelukken hadden niet plaats. heet de nieuwste potpourri van Nico Dostal. Prijs f 1.20, Komt U van den schitterenden inhoud even kennis ne men, óf even een telefoontje 14273, en U heeft hem thuis m NIEUWE GRACHT MAKELAAR P. HOOGEVEEN Lz. (wegens overlUden van de eigenaresse van een desbetreffend magazUn) waar onder HEERENKAMER-AMEUBLEMENT, Engelsehe dames-schrijfbureautjes, Rietmeubelen, Buffetten, Dressoirs, Boeken- en Linnenkastjes, Cylinder-bureau. 1 en 2-persoons Bureau-ministre, SALONAMEUBLEMENT, SLAAPKAMER AMEUBLEMENT, Ledikanten, Bedstellen, Dekens, Tafel- en Divankleeden, Kristal, Glas- en Aardewerk, enz. Voorts groote en kleine Brandkast, alsmede een collectie Bonzo's, Kingcharles en andere gëimiteerde dieren. Tenslotte: Telefunken Radio met electr. dynamischen luidspreker, in prima staat, te hooren op den kijkdag, DONDERDAG ajs. van 10—3 uur. 65 84 VROOM DREESMANN

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 6