VAN OEN
werkkracht
Dl VQ JAN DE NI VAN HET BIJENDORP
VzL/ LANGS
DONKERE PADEN
DE TERUGKEER VAN
MR. LLOYD GEORGE
Sprocien komen vroeg in
t
66 jaar en nog
„winkelmeisje''
E.mz TJ. VA.'J ALTHUIS Co.
BRIEVEN UIT ENGELAND
„Christus is
verrezen!"
het voorjaar, koop tijdig een pot
Sprutol. Bij alle Drogisten.
ii
v
RADIO-OMROEP
-i
Kaar het Engelsch door J. Scheepens
Bellamy straat 5—7, Telefoon 80009
UTT
Een spijtig en verbitterd
staatsman. Vrijhandel
het eenige redmiddel.
Een continentaal offensief
tegen Ottawa? De En-
gelsche natie en de Uni
versiteiten.
Londen, 21 Maart 1932.
Mr. Lloyd George, volkomen hersteld van
de ziekte, die hem geurende de crisisweken
van het vorige Jaar tot werkloosheid, en
vervolgens tot een reis naar streken met een
geneeskrachtiger klimaat gedwongen had.
fleert >•!-u?e week zijn terugkeer tot het
daadtVïTel.'fre politieke teven ingeluid met
een redevoering voor eenige honderden leden
der Junior Liberal Club.
Volkomen hersteld enjeugdiger dan
ooit. Deze man, die zijn zeventigste levens
jaar ingaat, was physiek. maar vooral gees
telijk merkwaardig jong. Hij was in het laat
ste opzicht misschien t e jong. Men is ge
neigd hem te vergelijken met zekere dames
op leeftijd, die zoo aantrekkelijk konden zijn
indien zij zich minder jeugdig aanstelden.
Wanneer hij zijn onverwelkbare jeugd
maar aanwendde om de opbouwende wijs
heden van een beiaard en ervaren man te
verkondigen met de kracht en de geestdrift
van een jongeling! Maar hij poogt veeleer de
onbeheerschtheid en de felheid van zijn nim-
mer-eindigende jeugd te wettigen met het
prestige van zijn leeftijd en zijn loopbaan.
Hij heeft den Eersten Minister, mr. Bald
win, en vooral zijn voormalige liberale col
lega's in het Nationale Kabinet persoonlijk
aangevallen met een sarcasme dat meer ge
tuigde van moedwil dan van geest; hij heeft
den vrijen teugel gelaten aan een spijt, een
verbittering, die het gezag zijner woorden
ondermijnden; hij heeft al te opvallend ge
poseerd als de houwdegen der polemiek, als
de Razende Roelant der openbare tribune,
en heel zijn stijl droeg meer de sporen van
zijn medewerking aan de rumoerige Ameri-
kaansche 'Hearstbladen dan van het Eerste-
Ministerschap, dat hij jarenlang bekleed
heeft.
Persoonlijke gekrenktheid kleurde heel zijn
rede. Die gekrenktheid is verklaarbaar. Ge
durende de periode, die voorafging aan de
algemeene verkiezingen van October zag hij
zich verlaten door al zijn partijgenooten. Wa
ren dezen allen oprecht? Waren er niet velen
onder hen die onder het voorwendsel de be
langen van het land boven die der partij te
stellen, het zinkende liberale schip verlieten
enministersposten aanvaardden? Mis
schien. Maar dit geeft mr. Lloyd George
niet het recht óf de goede trouw óf het ge
zond verstand verdacht te maken van allen
die anders handelden of oordeelden dan hij.
Het geeft hem zeker niet het recht over Gir
John Simon, mr. Runciman en vooral sir
Herbert Samuel te spreken met zulk een
vulgairen spot dat wij ons erover verwon
deren hoe hij, de onfeilbare, jarenlang heeft
kunnen samenwerken met zulk.... politiek
gespuis.
De financieele en economische crisis van
het najaar was hooge ernst. Mr. Lloyd
George heeft erover gesproken als over een
truc. door de conservatieven op touw gezet
om de liberalen in de val te lokken en pro
tectie; te doen zegevieren. Met evenveel re-
'tfch zou men kunnen beweren dat een in-
Qteker de zon laat ondergaan om onder de
begunstiging van den nacht een huis binnen
te sluipen.
Waaraan dacht mr. Lloyd George zelf in
die crisisdagen?
Hij heeft het ons verteld. In de Kamer
van den Eersten Minister was een bijeen
komst gehouden, waarop een gemeenschap
pelijke campagne der Labourpartij en der
liberalen voor vrijhandel beraamd was. Maar
toen de crisis uitbrak, verloren de andere
liberalen het hoofd, en lieten zich inpalmen
door de conservatieve protectionisten.
Mr. Lloyd George is nooit een orthodox
partijman geweest. Hij bewees dit gedurende
den oorlog, toen mr. Asquith en sir John
Simon het orthodoxe liberalisme hooghiel
den. Hij is nooit een orthodox vrijhandelaar
geweest. Dit bleek eveneens gedurende en
na den oorlog. Hij heeft gestaan aan het
hoofd eener coalitie, zes jaren lang. Hij heeft
al datgene gedaan waarvoor hij thans de
liberalen in het kabinet zoo onbarmhartig
vonnist. En zijn eenige argument is, dat
juist vóór het uitbreken der crisis een vrij
handels-verbond tusschen liberalen en la
bours op komst was.
Maar een ieder kent de eigenlijke oorzaak
van mr. Lloyd George's vrijhandels-ortho-
doxie. De positie der Labourregeering begon
na twee jaren onhoudbaar te worden door
de toenemende ontevredenheid in liberale
kringen over haar spilziek beleid. Viel het
kabinet, dan was het ook gedaan met de
macht van mr. Lloyd George, die sinds 1929
op de wip gestaan had. Vrijhandel was het
voorwendsel, waarvoor de liberale leider zijn
collega's en vooral de kiezers poogde te win
nen voor een bestendiging van het Labour-
regiem, en waarmede hij zelfs na de val
van dit regiem, toen algemeene verkiezingen
onder .nationaal" etiket uitgeschreven wa
ren, tegen de nieuwe coalitie bleef ageeren,
in de hoop dat, evenmin als in 1929, een der
partijen de meerderheid zou krijgen, zoodat
hij met de hem trouw gebleven liberalen op
nieuw de feitelijke macht iri handen zou
hebben.
Wij weten thans hoe schromelijk hij zich
vergist heeft. Maar niet zonder diepere oor
zaak is de verpletterende nederlaag geweest
van het Lloyd George-liberalisme, dat thans
in het Lagerhuis nog slechts vertegenwoor
digd wordt door hemzelf, zijn zoon, zijn
dochter en zijn schoonzoon. Die diepere oor
zaak was dat mr. Lloyd George om redenen
van partijbelang en persoonlijken invloed de
Labourregeering aan het bewind gehouden
had tot het hoofd dier regeering zelf in het
levensbelang der natie een eind eraan ma
ken moest.
De oude partijverhoudingen zijn door de
crisis feitelijk vernietigd geworden. Mr. Lloyd
George kijkt achter zich, en aanschouwt de
jammerlijke ruïnes van het liberalisme. Hij,
de steeds jeugdige, zal echter ook voor zich
uitblikken, op zoek naar nieuwe wegen De
Nationale regeering zal eenmaal afgedaan
hebben gelijk Lloyd George's coalitie-bewind
in 1922 ineenstortte. Dan heeft de man, die
een nieuwe partij achter zich heeft, kansen-
Streeft mr. Lloyd George naar de vorming
van zulk een partij uit ds resten van het
iiberalisme. in bondgenootschap met geest
verwante Labour-elementen? Waarschijnlijk.
Zijn rede was een eerste oproep. Deze bijna
zeventigjarige werkt, als een beginnend po
liticus, opnieuw voor zijn toekomst. Tragisch
en, ondanks alles, bewonderenswaardig.
Het Duitsche steenkolen-
embargo.
Er heerscht te Londen onmiskenbare ont
stemming tegen Duitschland wegens de in-
Pot 90 ct., Tube 50 ct. Zeep 60 ct.
derdaad zeer ernstige beperking, door dat
land aan den invoer van Britsche steenkool
opgelegd. Van 1 April af wordt het Britsche
aandeel met 50.000 ton per maand tot 40.000
ton verminderd.
Van Duitsche zijde beroept men zich op
de moeilijkheden der eigen steenkoolindustrie
en op de ernstige schaarschte aan buiten-
landsche betalingsmiddelen, argumenten, die
op zichzelf volkomen juist zijn, maar de
maatregelen tegen Britsche steenkolen toch
slechts zeer gedeeltelijk verklaren.
In het Lagerhuis heeft mr. Runciman me
degedeeld, dat te Berlijn een krachtig pro
test ingediend is en dat zelfs reeds besnre-
kingen gevoerd zijn. Deze schijnen even
wel nog tot geen resultaat geleid te hebben
Met Frankrijk heeft Engeland moeilijk
heden van overeenkomstigen aard. Men krijgt
den indruk dat de voornaamste landen van
het Continent een soort steenkolen-offensief
tegen Engeland op touw gezet hebben.
Of Frankrijk „bijbedoelingen" heeft, weet
men hier niet. ofschoon men het vermoedt
Dit vermoeden evenwel is bijna aangegroeid
tot zekerheid, nu er omtrent de eigenlijke
Duitsche beweegredenen in het geheel geen
twijfel meer bestaat. Een hoog regeerings-
ambtenaar te Berlijn heeft namelijk te ken
nen gegeven dat het embargo „een zuivel
politieke maatregel is, welke beoogt Enge-:
land te dwingen naar de Conferentiezaal
te gaan".
Wat beteekent dit? Het embargo is in
strijd met het Engelsch-Duitsche handels
verdrag van 1924. Het geldt immers niet voor
steenkool uit andere landen, -zoodat „discri
minatie" plaats heeft ten nadsele van En
geland. Duitschland ontkent dit niet. Maar
het voert aan dat het verdrag van 1924
steunde op Engelands positie als vrijhan
delsland, en dat. nu een aigeheele wijziging
gekomen is in de Britsche fiscale politiek,
verdragsherziening noodzakelijk is. De juist
heid hiervan ontkent men te Londen niet,
maar terecht stelt men zich op het stand
punt dat het verdrag, zoolang het bestaat,
ook geëerbiedigd moet worden, en men is
geneigd het Duitschland kwalijk te nemen
dat het een der bepalingen bewust schendt
met het klaarblijkelijk doel „Engeland te
dwingen naar de Conferentiezaal te gaan
Gaf de Britsche regeering toe, dan zouden
andere lar.den, en op de eerste plaats Frank
rijk, geen oogenblik aarzelen het Duitsche
voorbeeld te volgen. Merkwaardig is het ze
ker dat ondanks de geringe symcathie tus
schen Praijs en Berlijn verscheidene Fran-
sche bladen Duitschlands houding tegenover
Engeland in deze zaak warm verdedigd heb
ben.
Hierachter schuilt trouwens meer. Duitsch
land wenscht zoo spoedig mogelijk met En
geland over herziening van het verdrag van
1924 te onderhandelen, om de Rijksconferen
tie te Ottawa, die in Juli gehouden wordt,
vóór te zijn. Is Engeland door nieuwe Euro-
peesche handelsverdragen gebonden, dan be
staat er alle kans dat Ottawa een negatief
resultaat zal opleveren. Te Londen be
schouwt men derhalve het steenkolen-em
bargo als de inleiding tot een groot offen
sief tegen de Rijksconferentie, waarvan
Duitschland met de rest van het Europee-
sche vasteland waarschijnlijk niets liever
wenscht dan de totale mislukking.
Dit verklaart in dit bijzondere geval de
sympathie van Frankrijk voor het Duitsche
optreden. Zoowel de Franschen als de Duit-
schers zullen, indien in Juli tot een ver-
doorgevoerd Rijkspreferentie-stelsel besloten
wordt, veel afzetgebied verliezen, niet alleen
in Engeland, maar ook in de overzeesche
deelen van het Britsche Gemeentebest.
Zoowel te Parijs als te Berlijn heeft En
geland op ondubbelzinnige wijze te kennen
gegeven dat het niet bereid is over nieuwe
handelsverdragen te onderhandelen, alvorens
de conferentie te Ottawa achter den rug is.
Duitschland poogt Engeland tot onderhan
delingen te dwingen door maatregelen tegen
dsn steenkolen-invosr. Frankrijk, voorzich
tiger en minder plomb In zijn methodes,
heeft reeds maanden vóór Duitschland het
zelfde doel nagestreefd door drastische ver
mindering van het Britsche quota.
Engeland is er zeker het land niet naar
te zwichten voor dergelijke pressie. Wat er
ook juist moge zijn in de Duitsche bewerin
gen, de methode, welke Berlijn toegepast
t»
t»
V
t»
Z{j denkt niet aan ophouden.
Hoe trotsch is deze vrouw op haar werk
kracht! Maar uit haar brief, dien wij hier
onder afdrukken, zult U zien, dat ze reden
heeft om trotsch te zijn.
„Ik ben 66 en 15 jaar lang ben ik nu al
assistente in een zeer drukke manufacturen
zaak. Tegenwoordig sta ik van 9 uur 's mor
gens tot 7 uur 's avonds achter de toonbank.
Het zal nu ongeveer drie jaar geleden zijn,
dat ik begon Kruschen te nemen, en ik
ben er vast van overtuigd, dat mijn tegen
woordige energie het gevolg is van „de kleine
dagelijksche dosis". Voordat ik Kruschen
Salts nam had ik wel aanvallen van galzucht
en leed aan een aigeheele vermoeidheid,
zoodat ik het gevoel kreeg, dat ik spoedig
mijn werk zou moeten opgeven. Hoe 't ook
zij, nu denk ik daar niet over, hoewel ik
spoedig gepensioneerd zal worden. De tijd
voor pensioeneering zou voor alle employé's
gemakkelijk vijf jaar later gesteld kunnen
worden, als ze ook allen Kruschen Salts
namen." Mevr. E. W.
Hetzjj U nog in Uw volle jeugd bent, of
dat Uw beste jaren reeds voorbij zijn, het is
nooit te vroeg en nooit te laat om met „de
kleine, dagelijksche dosis" te beginnen. Niets
dan dat kleine beetje Kruschen Salts, dat
U niet proeven zult, in Uw eersten kop thee
of koffie, dat is Kruschen-wet voor vol
maakten en ongestoorden levenslust. Kru
schen is een ideale comb'natie van zes na
tuurlijke zouten, welke de lever, nieren en
spijsverteringsorganen aansporen tot een
gezonde, geregelde functionneering. Daar
door bewerken zij een inwendigs zuiverheid
en een frisschen, gezonden bloedsomloop.
Nieuw, gezuiverd bloed zal elke vezel van
Uw lichaam doorstroomen. Begin morgen
direct met Kruschen Salts. In den tijd van
een week zult U zich al zoo heerlijk gezond
voelen en jonger zeker, ontegenzeggelijk
jonger. En dan zult U, als zoovele andoren,
erkennen, dat U liever Uw ontbijt zoudt
missen dan Uw „kleine, dagelijksche dosis"
Kruschen.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar
bij alle apothekers en drogisten a 0.90 en
1.60 per flacon.
heeft, is verwerpelijk en kan slechts kwaad
bloed zetten, hetgeen des te meer te betreu
ren is omdat de Engelsch-Duitsche betrek
kingen zich thans jaren achtereen, zonder
een enkele hapering, op de vriendschappe-
Hjkste wijze ontwikkeld hebben. Er is één
punt, met betrekking waartoe Duitschland
in het verkeer met Engeland bovendien
uiterst voorzichtig moet zijn, n.l.: de strikte
eerbiediging van verdragen En er is een an
der punt dat Duitschland in zijn eigen be
lang in het oog moet houdende uitvoer
van Duitschland naar Engeland was in 1931
driemaal zoo groot als de uitvoer van Enge
land naar Duitschland. Zelfs onder een ta
rievenstelsel, en met Rijksvoorkeursrechten,
zal Duitschland nog jaren lang vee' meer
aan Engeland verdienen dan Engeland aan
Duitschland.
Op Ottawa stelt men hier hooge verwach
tingen; misschien ten onrechte. Maar in
ieder geval zal iedere poging van derden om
zich tusschen Engeland en de Dominions te
stellen, hier zeer ongunstig opgenomen wor
den.
OxfordCambridge
Zaterdag heeft Londen drie sportgebeurte
nissen van den eersten rang meegemaakt:
de jaarlijksche bootrace tusschen Oxford en
Cambridge de Rugby International tusschen
Engeland en Schotland te Twickenham, en
de League-Match tusschen de twee aspiran
ten voor de Cup Final, Arsenal en Newcastle
United.
Sommige enthousiasten hebben het klaar
gespeeld getuigen te zijn van twee dier spor
tieve gebeurtenissen, maar te oordeelen naar
de onafzienbare drommen Londenaars en
provinciale bezoekers, die naar de rivier en
de sportterreinen trokken, moeten er weini
gen geweest zijn, die niet minstens één der
wedstrijden bijgewoond hebben.
De „University bootrace" heeft steeds de
meest algemeene belangstelling. zy is elk
jaar opnieuw het groote sport-evenement bij
uitnemendheid. Er zijn oneindig veel meer
Engelschen die behoorlijk met een voetbal
weten om te gaan dan die behoorlijk weten
te roeien, maar de „bootrace" is veel meer
dan een roeiwedstrijdhet is een wedloop
tusschen twee universiteiten, neen, tusschen
twee nationale instellingen, die tot de dier
baarste Britsche tradities behooren. De
stramme grootma, wier Jongste kleinzoon te
Oxford studeert, of wier zoon of echtgenoot
te Oxford gestudeerd heeft, is niet gelukkig
wanneer ze dien dag „haar" jniversiteit
niet aan het werk gezien heeft. Men behoeft
volstrekt niets van roeien af te weten om
belang te stellen in de boot-race. Iedere En-
gelschman acht zich eenigszins persoonlijk
betrokken bij elke venerabele nationale tra
ditie, en zulk een traditie zijn Oxford en
Cambridge.
Iedere Engelschman stelt zich ook partij.
De natie is dien dag verdeeld in Oxonianen
en Cambrianen. Natuurlijk wordt er parti
culier druk gewed, maar dit verklaart de be
langstelling slechts gedeeltelijk. De voor
naamste oorzaak is dat een ieder zichzelf,
van het oogenblik af waarop hij leerde den
ken, schijnt ingepraat te hebben dat hij in
een of andere Indirecte betrekking staat tot
een der beide universiteiten. Laat de verloof
de van het dienstmeisje een broer hebben
die tuinman is bij den vader van een stu
dent .te Cambridge, en dit is voor de tante
van "t dienstmeisje reeds voldoende om zich
te verbeelden dat zij steeds met Cambridge
gedweept heeft. Zü zal op den dag der boot-
race met overtuiging het donkerblauwe lint
van Cambridge dragen, en na afioop, als
Cambridge, zijn gewoonte sinds 1924 ge
trouw, de overwinning behaald heeft, een
medelijdenden en eenigszins minachtenden
In het jaar 1921, de week na Paschen,
was in de groote zaal der voornaamste druk
kerij van Petersburg een lezing over een
anti-godsdienstig onderwerp aangekondigd.
Het talrijke publiek, hoofdzakelijk menschcn
uit den werkenden stand, gedroeg zich aan
vankelijk rustig en wachtte de dingen af, die
komen g'ngen. De spreker, een jonge man,
hield snel en overtuigd, als een goed inge
speelde gramofoonplaat, een rede, waarbij
hij alleen met enkele vreemde woorden niet
goed wist om te springen. Volgens zijn woord
waren alle godsdiensten bedrog van priesters
en regeeringen, uitvloeisels van economische
slavernij. De proletarische revolutie, die wel.
dra komen gaat, zal dit opium van het volk
vernietigen, Christus heeft nooit bestaan en
de naïve legende van zijn nieuwe verrijzenis
heeft absoluut geer; zin. Voor hen was Lenin
de eeuwige god en Christus bestond alleen
maar in de fantasie der volkeren.
De voorzitter achtte het raadzaam de
voordracht nogmaals kort samen te vatten,
daar zij „te hoog" getyeest was, daarom her
haalde hij ze nog eens in „vereenvoudigde"
goed verstaanbare taal.
En zoo ziet gij, kameraden, dat in plaats
van de Paapsche Pacchen binnenkort de ge-
heele menschheid een goddelooze Paschen zal
vieren, een revolutionnair Paaschfeest. Dat
wordt in afzienbaren tijd met behulp van het
proletariaat volbracht
Enkele bijvalsbetuigingen werden gehoord.
De voorzitter was blijkbaar geneigd het zwij
gen van het volk als een gunstig verschijn
sel te beschouwen. Ik moet eerlijk bekennen,
dat ook ik, die toch geen onervaren opmer
ker ben, de houding der vergadering niet
begreep. Sommige arbeiders hadden een on
doorgrondelijke, eenigszins ironische uitdruk
king op het gezicht, anderen keken treurig.
Allen, die met betrekking tot de anti-religi-
blik toewerpen aan de ongelukkige dragers
en draagsters van het Oxoniaansche licht
blauw, die haar pad kruisen.
Van het oogenblik af waarop ieder lid der
Engelsche natie zou ophouden zich te ver
beelden bijzonder geïnteresseerd te zijn in
Oxford of in Cambridge, zou ook de belang
stelling voor de jaarUjksche roeidemonstra-
tie. waarvan niet het tiende deel der „toe
schouwers" iets zien kan, in minder dan
geen tijd uitsterven.
VRIJDAG 25 MAART 1932.
HUIZEN, 298 M. Uitsluitend K. R. O.-
Uitzending. 8.00—9.00 Goede Vrijdag-ge
dachten. 11.0012.00 De Liturgie van den
Goeden Vrijdag. 12.15 KRO-Kunstensemble
oJ.v. P. Lustenhouwer, 1.45 The Crucifixion"
van Stainer (Gramofoonpl.). Trinity Choir,
M. Andrews (orgel) en solisten (o.a. Richard
Crooks). 2.30 Uitzending v. d. plechtigheden
op de H. Landstichting bij Nijmegen. 4.00
Pauze. 5.00 Gramophoonpl. 7.30 Politiebe
richten. 7.45 Vas Dias. 8.0010.00 „Het leven
en sterven onzes Heeren" naar het Passiespel
van Oberammergau. Met muzikale medewer
king van de Schola Cantorum o.l.v. Hubert
Cuypers.
..HILVERSUM, 1875 M. 6.45—7.00 en 7.30—
7.45 Gymnastiekles. 8.00 Gramofoonpl. 10 30
VARA-septet o.l.v. Is. Eyl. 11.15 vervolg
VARA-septet: 12.00 Concert door de „Schola
Cantorum'' o.l.v. Hubert Cuypers. Orgel:
Adolph Cuypers. 1.00 Voordracht door Kom
mer Kleyn. 1.30 Gramofoonpl. 2.004.00 Re
sidentie-orkest o.l.v. Albert van Raalte. O.a.
onvoltooide, Schubert. In de pauze Grama-
foonplaten; Hierna vervolg concert o.a.
Ouv. en Karfreitagszauber uit ..Parsifal",
Wagner. 4.00 Piano-recital door Joh. Jong.
5 00 VARA-orkest o.l.v. H. de Groot en Gra
mofoonpl. 11.30—12.00 Gramofoonplaten.
..DAVENTRY, 1554 M. 10.35 Morgenwijding.
10.50 Tijdsein en berichten. 3.20 Het orkest
van de Royal Air Force ol.v. R. P. O'Don-
nell. M.m. v. H. Williams (tenor). 4.35 Het
Gershom Farkington kwintet mm.v. Gladys
Ripley (alt). 5.50 BBC—Theater-orkest o.l.v.
euze kwestie het woord wenschen, om over
het gehoorde te debatteeren, d.w.z. degenen,
die dus nog geloovig zijn, kunnen hun mee-
ning naar voren brengen.
„Staat u mij toe te spreken?" vroeg een
grijze priester uit de achterste rijen, een
man met een bleek mager gezicht.
Er ontstaat eenige beweg'ng onder het pu
bliek de meesten Keer en zien om en be
ginnen onder elkaar te spreken. Een golf
van nieuwsgierige opwinding trilt door de
zaal.
„Zeker, burger kom asjeblief hier op het
podiumantwoordt de voorzitter bemin
nelijk. Alleen verzoek ik u, niet van het
thema af te wijken en niet langer dan tien
minuten te- spreken."
„Twee minuten zijn voldoende".
„Goed, goed, gaat uw gang," lacht vrien
delijk de president.
De priester begeeft zich langzaam naar
den lessenaar, maakt een buiging voor hét
publiek en zegt rustig en met diepe over
tuiging;
„Christus is verrezen!"
„Hij is werkelijk verrezen!" antwoordt hem
in dreunend accoord de overgroots meerder
heid der aanwezigen. De priester wendt zich
daarop nogmaals naar rechts en naar links
en herhaalt zijn Paaschgrost, en het publiek
beantwoordt niet minder enthousiast, als in
kcor, zijn groet.
„Ik heb gezegd" en met deze woorden
wendt de opponent zich tot den voorzitter
en gaat doodkalm naar zijn plaats terug, dea
president in de grootste verwarring achter,
latend.-
Minutenlang bleef het stilPlotseling
breekt er een stormachtig handgeklap los,
bevestigend de oude waarheid:
„Christus is verrezen!"
L. Woodgate. 6.50 Goede Vrijdags Kerkdienst.
7.50 Parsifal van Richard Wagner. M.m. v.
Muriel Brunskill en Harold Williams. BBC
Symphonie-orkest o.l.v. Sir Henry Wood.
(Vanuit Queens Hall). 8.50 Tijdsein en Be
richten. 9.05 Vervolg van de fragmenten uit
„Parsifal", Wagner.
PARIJS .„RADIO PARIS". 1725 M. 8.05;
12.50 en 9.05 Gramofoonpl. 9.20 Concert in
de Pleyel Zaal door het Partjsche Sympho
nie-orkest ol.v. Maurice Ravel. M.m.v. Witt
genstein.
..KALUNDBORG, (1153 M.) 11.20—12.20
Mogens Hansens orkest. 2.204 20 Otto Fes
sels orkest. 7.208.20 Vocale muziek uit de
16de eeuw. M.m. v. Palestrina-koor o.l.v. M.
WSldike. 8.20910 Klassieke Muziek o.l.v.
Gröndahl (Frithjof of Ingeborg). 9.10 Klas
sieke Muziek ol.v. Gröndahl. 0.a, Trauer-
symphonie, Locatelli en uit „Wassermusik"
van Handel.
"lANGENEERG, (473 M.) 6 20—7.45 Con
cert uit Hamburg. 10.5011,35 Orgelconcert
door Prof. Hans Eachem. 12.201.50 Con
cert v. h. Boedapester Strijkkwartet 3.20—
3.50 Koorconcert uit Hamburg. 3.50—5.20éon-
cert o.l.v. Eysoldt. M.m. v. Eysoldt en Wieisch
(plano) en Pensis (viool). 7.20 Grosse Messe
nr. 3 in f-moll" van Bruckner door orkest
en kamerkoor van de Werag mm. v. Solisten-
Leiding' Buschkötter.
ROME, (441 M.) 8.05 Piano-recital door
Claudio Gasperoni. 8.20 Symphonieconcert
o.l.v. Santarelli. O.a. Lied uit .Parsifal",
Wagner.
BRUSSEL, (508 en 338 M.) 508 M.: 12.35—
2.05 Gramofoonpl. 5.20 Concert o.l.v. Meule-
mans. 6.206.50 Gramofoonpl. 8.20 Kwartet,
C. Franck (Gramofoonpl.). 9.20 Concert oJ.v.
Meulemans. O.a. Aria uit „De Messias",
Handel; Nocturne, Borodin. 338 M.: 12.35—
2.05 Gramofoonpl. 5 20 Concert o.l.v. Fr. An-
dré. 6:50 Gramofoonpl. 8.20 Goede Vrijdag
concert o.l.v. F. André M.m. v. Mevr. J.
Wayler (sopraan). Oa. Ases Tod, Grïeg en
aria uit „Tannhauser", Wagner. 9.20 Vervolg
concert. O a. Onvoltooide Symphonie, Schu
bert en. uit „Parsifal", Wagner.
..ZEESEN. 1635 M. 5.20 Matthaus-Passion
van J. S. Bach (Uit Leipzig). Koor. orkest
en solisten olv. Prof. Dr. D. Karl Straube.
9.20 Berichten en hierna 3de acte van Wag
ner's Parsifal o.l.v. Robert F. Denzier.
i
4
4
4 -
4
4
4
4
•4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
4
<n
4
4
4
4
4
t-xr>edeu-
®o®°!f>
35. Daarna ging Jaap eens rustig de winkelstraat van net
dorp in om te kijken of ze met alles net zoo goedkoop
waren als de bijen. Hij zag een hoedenwinkeltje en slcop
voorzichtig binnen. Den mooisten hocgen zijden hoed nam ie
weg en toen ie een klein jong wespje zag loopen, deed ie
den hoed over het diertje en zag je alleen nog maar een
hoogen hoed met twee beentjes er onder uit tippelen. Jaap
vond dat zoo'n reusachtig leuk gezicht, dat ie hard lachen
moest.
36. Een eindje verder zag Jaap den notaris van de Wespen met
z'n twee dcchters wandelen. De Notaris had een groote
tasch ender z'n arm en was erg vriendelijk tegen de twee
meisjes. Jaap liep stiekum achter hun aan en greep de
tasch van den Notaris vast. Daarna gaf ie hem een tik op
z'n hoed en trok gekke gezichten tegen de twee meisjes.
Die vonden dat zoo leuk, dat ze er echt plezier in hadden.
Quaker beslaat voor 65 uil
koolhydraten, die de werkkracht op peil houdon.
Het bevat verder vetten en mineralen, kortom
alles wat In een gezond makend voedsel
behoort aanwezig te zijn.
66
Mijnheer Humphrey- schudde droefgeestig
het noofd en c.s. Jim onsretvïife.ó een
ander man geworden was. sinds zijn tweede
huwelijk. Het was jammer, ontzettend jam
mer. doch het was nu eenmaal een feit.
wp.iraoa ritts t veiandeien viel.
Nu kunnen we eens praten, zei Peter, ter
wijl hij. zijn stoel bij het vuur schoof. Ik ben
uiterst benieuwd, Carina, te vernemen, of dit
idee, om naar Rome te gaan, van u komt oi
van valer.
Het was geheel een idee van je vader, rk
zou er niet aan gedacht hebben het hem
voor te stellen. Je wsèt wel, dat hij het ge-
voor vervelend vindt, Linfold te moetten
vprlaten.
Weet u wel, dat ik blfj ben, dat het
plan van vader uit gaat? sprak de jongeman
ernstig.
Ze gevoelde als bij intuïtie, dat ofschoon
hij half vreesde, dat ze hem vragen zou naar
de reden van zijn gedrag, hij toch in zekeren
zin verlangde dat hij het doen zou.
Carina zag hem doordringend aan.
Ben je zoo blij? Waarom, vroeg ze.
Omdat, als het idee van hem komt,
hij niemand een verwijt zal kunnen doen!
was het antwoord.
Verwijten? vroeg zij verwonderd. Peter
sprak dubbelzinnige taal. Maar waarom zou
hij iemand iets kunnen verwijten?
Wel, dat hangt er natuurlijk van af,
hoe alles afloopt.
Zij meende, dat de tijd gekomen was, om
duidelijk te spreken.
Peter, zei ze. Ik begrijp volstrekt niet
wat je bedoelt je geeft me geen voldoen
den uitleg. Maar ik zou je willen waarschu
wen, toch vooral je vader geen onaange
naamheden te willen bezorgen. Ik geloof
toch, dat je wel gezien hebt, dat hij niet erg
gunstig jegens je gestemd was.
Dat is een aardige manier, om een
razende woede te beschrijven, riep Peter
lachend uit.
Ja, maar het was je eigen schuld. Je
hebt een tekort aan eerlijkheid betoont, zoo
wel tegenover je vader, als tegenover mij
Dat is niet goed, zie je. Haar stem was
zacht, en terwijl zij sprak, legde zij lief
kozend haar hand op die van Peter.
Peter sloeg een arm om haar hals en fluis
terde: Carina!
Ze maakte zich zacht uit de omhelzing los
en vroeg: Wat is er, beste jongen?
Je weet. dat lk het u zeggen zou als ik
kon. Maar ik doe het liever niet. Dat is ook
beter. Ge moet alleen niet denken, dat er
iets verkeerds gebeurt! Als dat zoo was, zou
ik het u wel vertellen zou ik er behoefte
aan hebben, het u te verteilen. Gij zijt altijd
zoo'n goede vriendin voor mij geweest een
goede, echte kameraad!
Zijn stem beefde een weinig.
Het is alleraardigst van je, Peter, dat
je me dat zegt. Maar ik kan nimmer je
vaders plaats innemen. Hij heeft het eerste
recht op je vertrouwen en je liefde.
Haar toon was lichtelijk terneergeslagen
en gedrukt.
Natuurlijk, dat weet ik wel. Maar ik
kan hem niet geven, wat ik u geef!
Ik wilde, dat je me dat maar niet zei
Peter.
Hij zag haar glimlachend aan.
Gij zijt een wonderlijke vrouw, verze
kerde hij haar.
Toch ben ik blij, dat je verheugd bent,
dat je met ons naar Rome mag!
O, lk kan u niet zeggen, hoe blij! Ik
heb er naar verlangd ja, er zelfs voor
gebeden, om er heen te gaan!
Deze woorden waren voor Carina de eer
ste openbaring van hetgeen er omging in
Peter's hart. Ze verlichtten ais het ware den
even te voren nog zoo donkeren en onzeke-
ren toestand. En een angstig voorgevoel be
kroop haar. Gedurende meer dan twee jaar
had Peter haar met geen woord meer over
godsdienst gesproken. Er was veel gebeurd
in die twee jaren. Hij was van de Eton-
school naar Woolwich gegaan, en een ge
heel nieuwe wereld van belangen en ver
maken en werkzaamheden was zijn dee)
geworden. En nu hij van jongen bezig was
man te worden, had hij dit nieuwe leven
leeren liefhebben. Thuis had hij zijn vadei
eiken Zondag zonder mopperen naar de
kerk gevolgd. Ze dacht, dat misschien de
nieuwe omgeving en nieuwe gewaarwordin
gen zijne ideeën ten oDzichte van het geloof
veranderd zouden hebben.
Zelfs nu waren zijne woorden nog maar
een onbeteekenende waarschuwing voor haar
geweest, maar toch stemde het haar angstig.
Ze begreep, dat het zijn fijne tact was.
welke juist uit eerbied voor haar hem be
lette zich geheel aan haar in vertrouwen
over te geven. En het werd haar droef te
moede. Niet, zoo dacht Carina bij zichzelf,
dat zij er niet naar verlangde, dat Peter eens
katholiek zou worden, want zij verlangde in
werkelijkheid daarnaar met al de vurigheid
van haar goede hart, maar zij wist. dat hij
dan heel wat stormen zou moeten trotsee-
ren, en zij vreesde, dat het hem ten slotte
in het gezicht van de haven nog aan moed
zou gaan ontbreken.
Jim keerde terug en vond hen beiden bij
het haardvuur.
Ik geloof, dat het goed zal zijn, als we
Jackson meenemen. Je wilt toch niet. dat
het meisje naar Tony om zal zien? vroeg hij.
Neen Jackson kan voor mij zelf en
voor Tony zorgen. Ze zal het alleraardigst
vinden, om mee te gaan.
Haar stem had dien vroolijken, vastbe
raden klank, welke bij Jim steeds den door
slag gaf.
Zoudt ge Maandag klaar kunnen zijn?
Dat geeft ons drie dagen. We kunnen met
den vroegtrein n«ar Newhaven vertrekken.
Uitstekend, Jim.
Peter, zeg aan juffrouw Parkinson, dat
je zaken in orde moeten zijn. En als je nog
iets noodig hebt, is het 't beste, dat je mor
gen maar naar Lintown gaat.
Heel goed, vader.
Peter had zijn plaats bij het vuur aan zijn
vader afgestaan, en hij sloeg nu beiden gade,
terwijl zij de verdere voorbereidingen be
spraken. Heimelijk bewonderde hij de wijze,
waarop Carina zijn vader wist te leiden.
Voor zoover hij zich herinneren kon, was
niemand hierin ooit zoo uitstekend geslaagd
En gegeven het fiere, onafhankelijke, jaloer-
sche, onprettige karakter, was zij er in zeke
ren zin wonderlijk in geslaagd, hem te tem
men. Zijn uitbarstingen van woede waren
veel minder talrijk en hevig dan vroeger.
Het was, alsof hij geleerd had, er zich over
te schamen..,...
Carina naast hem geleek welhaast een
klein, jong meisje, en niemand zou bet haar
hebben aangezien, dat zij zulk een sterken
wil had, en een zoo vurig en vastberaden
karakter
Met naar als bondgenoot, meende Peter,
meest alles ten slotte goed uitvallen. En ze
was zijn bondgenoot ze moest het 'zijn.
Hij sloop de kamer uit en liet beiden alleen.
Hij gëvoeldë, dat als hij in die intieme sfeer
bleef, hy in staat zou zyn om voorbarige
mededeelingen te doen over wat er in zyn
hart omging, vertrouwend op Carina's zach-
ten invloed om hem ongerept door de moei-
iykheden heen te voeren.
Peter vindt het buitengewoon heeriyk,
dat we'naar Rome gaan! zei Carina ten
slotte tot Jim, toen zy alleen waren.
Hy trok haar tot zich en zy zocht steun
aan zijn zijde, alsof zy vermoeid was.
Je hebt gelyk, zei hy, als er iets niet
in den haak geweest was, zou hy niet zoo
biy zyn geweest, dat we een reisje gaan ma
ken. Hoe het zij, hy is er uiterst verheugd
om. Ik veronderstel, dat hy ons later wel
eens alles zal vertellen, zei hy.
Zeker, dat geloof ik ook. stemde Carina
toe. En haar stem klonk koel en vast.
Heb je hem niet gevraagd, wat er aan
de hand was?
O neen, ik wil zyn vertrouweiykheld
niet forcesren.
(Wordt vervolgd).
Df ("PA Gaal mee met uw tijd.
IlïStuurt uw wasch naar de
- NIJVERHEID