VAN DEN I^JHETOH vxL/ langs 50E VOJANDilNI VA INI HET iBJEIM DONKERE PADEN HOTEL AFGEBRAND Acht duizend gulden schade Ook Uw handen DE STANDAARD" DIEFSTAL VAN RIJDENDE AUTO'S Groentehandelaren in Limburg beschermen him wagen PAASCHVUUR STOKEN BOSCH- EN HEIDEBRANDEN IN BRABANT LAAG WATER DOODGEREDEN FILMNIE UWS STUDIO-JORIS-IVENS RADIO-OMROEP Een overeenkomst im ACTIVITEIT VAN IR. SOEKARNO Nnar het Engelsch door J. Scheepens Hedennacht omstreeks half een is door tot nu toe onopgehelderde oorzaak brand ontstaan in het bekende dorpshotel te Die. verbrug, gelegen aan (Je kruising van den Rijksweg AssenMeppel en den straatweg Diever—Dwingelo. Op het oogenblik dat de brand uitbrak, kwam de eigenaar van het hotel, de heer Blok, juist thuis. Hij snelde het brandende gebouw in en slaagde erin zijn vrouw en drie kinderen te redden. Bij zijn verdere pogingen om nog enkele voorwerpen in vei ligheid te brengen, werd de heer Blok door den rook bedwelmd en raakte hij bewuste loos. Men wist hem echter spoedig uit het huis te halen, waarna hij weer bij kennis kwam. Gasten bevonden zich niet in 't hotel. De brandweer uit Diever en Dwingelo was spoedig ter plaatse, doch kon weinig tegen de vuurzee uitrichten. Het ge bouw, dat uit de 18de eeuw dateert en in den ouden tijd als posthuis werd gebruikt, is tot den grond toe afgebrand. Een in de nabijheid van het huis staande schuur kon worden behouden. In het hotel was tevens gevestigd het plaatselijk kantoor van de Ne. derlandsche Tramwegmaatschappij, dat door het vuur geheel is verwoest. Ook eenig geld ging verloren Het blusschingswerk was om vijf uur he. denmorgen afgeloopen. De schade bedraagt ongeveer 8000 en wordt door verzekering gedekt. Sinds eenigen tijd geschiedt van Neder land uit meestal des nachts een druk ver voer van groenten per vrachtauto met aan hangwagen naar Duitschland. In het Noord I jim burgsch-Duitsche grensgebied komt het •■lans bij herhaling voor, dat personen op den aanhangwagen klimmen en een deel der goederen er af gooien, waarna deze door handlangers in veiligheid worden gebracht. Zoo werden dezer dagen van een vrachtauto met aanhangwagen in de Luyerbosschen bij Mor 24 balen uien van 50 K.G. elk, 26 kisten sla, 12 kisten komkommers en een groote party prei en seldery ontvreemd. De dieven waren zelfs van den aanhangwagen op den vrachtauto geklommen, zonder dat de chauf feur iets bemerkt had, bericht het „Handels blad". Een groente-expediteur die reeds «enige malen slachtoffer van deze diefstallen werd, is er thans toe overgegaan prikkeldraad langs den bovenkant van den wagen te spannen ten einde te voorkomen, dat er die ven tijdens het rijden opspringen. Gemengd Bedenkelijke afloop Te Hatert werd by wijze van Paaschvuur stoken een perceel dor grasland in vlammen gezet. Intusschen nam het vuur dusdanige uitbreiding aan, dat ernstig gevaar ontstond voor aantasting van in de nabyheid gelegen dennenbosschen. Door blusschingswerk van verscheidene toegeschoten personen kon ten slotte het Paaschvuur, dat groote afmetin gen had aangenomen en heftig brandde, worden gedoofd. De politie heeft de daders opgespoord. eischen verzorging en het eenige juiste mid del daarvoor is Purol. Gewond, ruw of rood worden zij weer spoedig gaaf, zacht en blank Ongekende voorjaarsbuit van den vuurwolf Men schryft ons uit Noord-Brabant: Hebben wü ruim een maand geleden erop gewezen, dat tengevolge van den zeldzaam drogen winter het gevaar voor bosch- en heidebranden tijdens het voorjaar en den zomer van 1832 zeer groot zou zijn, wat sindsdien is geschied, heeft de gekoesterde vrees maar al te zeer bewaarheid. Byna geen dag in de maand Maart is voorbijgegaan of van bosch- en heidebranden, dan in dit, dan in dat deel der provincie Noord-Brabant, werd melding gemaakt. Naar ingewyden verzekeren, heeft sinds menschenheugenis de vuurwolf in het Brabantsche bosch- en heideland niet zoo'n geweldigen voorjaars buit gemaakt als in de thans geëindigde maand Maart het geval was. Overal zoekt hy zyn prooi: in het Westen in de mooie heidestreken der omgeving van Reuphen, in het centrum der provincie rondom Tilburg, en in het Oosten regeerde de tyran op drieste wüze zoowel in de Peel als in de Meiery en de Brabantsche Kempen. Óm een globalen indruk te geven van den omvang der schade, die tot nu toe, niet tegenstaande het voorjaar feiteiyk nauwe- ïyks begonnen is, geleden werd, diene dat, zonder de vele gras- en beemdbranden m aanmerking te nemen, reeds etteiyke duizendtallen hectaren heide, veen en bosch in vlammen zyn op gegaan. In velerlei opzichten wordt thans alles beproefd om het dringende gevaar zooveel mogeiyk te bezweren. Vooral daar in het Brabantsche land, waar aan schitterend na tuurschoon groote, soms onherstelbare scha de kan worden toegebracht, neemt men van overheidswege preventieve maatregelen. Zoo zyn byvoorbeeld ten aanzien der beroemde Oisterwyksche bosschen de voorschriften ter voorkoming van bosch- en heidebranden reeds thans door het gemeentebestuur van toepassing verklaard, wat gepaard gaat met streng politietoezicht op de handhaving van het rookverbod. Ook elders zyn vervroegde maatregelen ter kennis van het publiek gebracht. De reddende regen. Intusschen, terwyi wy dit schryven, zwie pen regenvlagen over de helde. De eerste formeele regen der laatste weken. Het dorre heide- en grasdek wordt nat en klampig. En niet alleen de boer, die voor zyn veldgewas sen om regen snakt, herademt, maar ook de minnaars van heide en bosch, die weven, dat tegen het dreigende vuurwolfgevaar geen beter wapen bestaat dan dat van den red denden regen. De Waal voor Nymegen heeft een onge kend lagen stand voor den tijd van het jaar. Heden was de stand 7171 NA.P. en was er nog 8 cM. val. De scheepvaart ondervindt nog geen hin der. Een breed vak der bedding langs de kade ligt droog. De jongen G. A. M. te Angeren die te Bemmei door de Veluwsche Stoomtram is overreden is thans aan de gevolgen over. leden. Bestaat 60 jaar Vrijdag 1 April 1932 bestaat het anti.revo- lutionnaire dagblad „De Standaard" zestig jaar. Toen 1 April 1872 het eerste nummer van dit orgaan verscheen, was daarmede een lievelingsdenkbeeld van den grooten Groen van Prinsterer in vervulling gegaan. Deze had reeds van 1850 tot 1855 „De Nederlan der-Nieuwe Utrechtsche Courant" geredi geerd. Het blad verdween, doch in 1861 werd een nieuw A.-R. orgaan opgericht, het week. blad „De Heraut", onder leiding van dr. Schwartz, later bygestaan door dr. Barger. Op 9 December werd te Amsterdam gesticht de Heraut-vereeniging en zy verzocht dr. A. Kuyper als hoofdredacteur van „De Heraut" op te treden. Kuyper drong er in de ver- eeniging met steeds feller kracht op aan een dagblad op te richten. Op 7 Maart 1872 viel het besluit om „De Standaard" uit te geven en op 1 April verscheen het eerste nummer. Administrateur werd de heer J. H. Kruyt en ook hij gaf zich met volle overtuiging aan het nieuwe blad. Welhaast vijftig jaar heeft dr. Kuyper „De Standaard" geleid. 18 November 1919 bevatte het Wad het laatste politieke artikel van den A.-R. leider. TydehJk werd daarop de leiding toevertrouwd aan een commissie, bestaande uit de heeren prof. mr. A. Anema, H. Coiyn, A. W. P. Idenburg, J. Schouten, mr. A. J. do Wilde en A. Zijlsitra. Het was een over. gangstoestand, welke duurde tot 1 April 1922. Op dien datum aanvaardde dr. H. Coiyn het hoofdredacteurschap. En thans bestaat het blad zestig jaar. Het ''mag terugzien op een tydperk van groote ac tiviteit, ontwikkeld in het belang van de anti-revolutionnaire beginselen, welke „De Standaard" mede heeft helpen uitdragen. Daarvoor past een woord van hulde. Daar om ook bieden wij onze oprechte gelukwen- schen aan by dit verheugend krantenjubi. leum. Experimenteele geluidsfilms in kleuren Terwyi Joris Ivens in Rusland films maakt zyn de leden van de studio-Ivens voortgegaan met hun experimenten en zoo werd als eerste resultaat Woensdag j.l. in de projectiekamer van Capé op een pers bijeenkomst een drietal filmpjes van Wil lem Bon vertoond, n.l. „Danse rituelle du feu" van De Falla, „Bolero" van Ravel en een Jazz. wy noemen hier de namen der muziek stukken omdat de films bedoelen te zyn niet een visueel rhythme, door geluid onder steund, doch omgekeerd: geluidsrhythme (in casu muziek) door zichtbare beweging (in casu in kleuren) begeleid en zelfs versterkt. De visuallteit dient hier dus het auditieve element en hiermede komen deze experi menten feiteiyk zeker voor een groot deel buiten het terrein van de film, ook de geluidsfilm te staan. Het eerste filmpje heeft ons bovendien, in tegenstelling met zyn bedoeling, te meer overtuigd van de oude stelling, dat het vi- sueele beeld primair is in de waardeering. 45. Nu begon het er toch gevaariyk uit te zien. Jaap vluchtte de keuken in, maar z'n vrouw was direct achter hem. Ze nam een strijkyzer (dat had ze zeker wel eens by de men- schen afgekeken) en wilde Jaap er mee gooien. Maar het kwam tegen de ruiten terecht en al de borden, die op de aanrecht stonden vielen rinkelend op den vloer. 46. Toen Mevrouw de Bie eindeiyk een beetje gekalmeerd was, zei ze tegen Jaap: „Ik wil zelf naar de wespen gaan om te hooren of alles wat je verteld hebt waar is". Nou, dat was geen pretje, maar Jaap wilde maar weer gauw vrede hebben en zoo gingen Meneer en Mevrouw de Bie op stap naar de wespen. Het was een knap gemonteerd experiment, dat de beeldmontage vaak verrassend deed samenvallen met het muzikale rhythme. Het tweede filmpje wilde onderzoeken of een beeldrhythme in kleuren sterker het geluid ondersteunt dan een rhythme in wit en zwart. Ook hier moest het antwoord lui den, dat in de eerste plaats van versterking in die richting geen sprake was en in de tweede plaats, dat de kleuren eer vertroe belend dan verhelderend werken. (Hetgeen natuurlijk niet zeggen wil, dat het prin- cipieele geval hier werd uitgevochten). Het derde filmpje gaf meer perspec tief, was zelfs even een verrassing, doch niet om de theorie die er aan ten grond slag lag, want ook hier overheerschte het beeld. Hoogstens zou men kunnen toege ven dat geluid en beeld milder in elkaar opgingen dan gewoonlyk het geval is. Aan dit derde filmpje heeft J. Huisken zyn medewerking verleend. De voorstelling werd ingeleid door Lou Lichtveld (den musicus, den man van het geluidsrhythme!) die het streven van de experimentators toelichtte. Hy verklaarde nadrukkeiyk dat de drie filmpjes puur als experiment bedoeld waren en niet bestemd waren voor openbare ver tooning. Wellicht had de Studio-Ivens daarom beter gedaan om deze nog uiterst prille ex perimenten niet aan „de pers", doch slechts aan enkele geestverwanten te laten zien. Dit werk is nog in den vollen zin vak studie voor insiders. Dbg. VRIJDAG 1 APRIL 1932. HUIZEN, 1875 M. Algemeen Programma, verzorgd door de NCRV, 8.00 Schriftlezing. 8.15—9.30 Gramofoonpl. 10.30 Ziekendienst. 11.00 Gramofoonpl. 12.15 Concert. H. Her mann (viool), T. G. v. d. Haar (viool), H. v. d. Horst Jr. (cello) en Mevr. R. A. v. d. HorstBleekrode (piano). 2.002.30 Wenken omtrent Baby-verzorging. 3.00 Concert. Mej. A. Hermes (alt), B. Misset (bas-bariton), G. Beths (viool) en P. Halsema (piano). 5.00 Postzegelhalfuurtje. 5.30 Halfuurtje voor amateur-fotografen. 6.00 Causerie door H. J. Stelnvoort. 6.30 Radio-dokter. 7.00 Causerie door A. J. Herwig. 7.45 Causerie over Reizen in Duitschland. 8.00 Concert door de HOV oJ.v. F. Schuurman. Haydn-Programma. O.a. Symphonie d-dur, Nr. 104. 9.00 W. van Rys- wyk: Smaragd, saffier en robyn. 9.301030 Vervolg concert. O.a. Ochsen-menuet en Symphonie concertante. Ca. 10.00 Vaz Dlas. 10.30—11.30 Gramofoonplaten. HILVERSUM, 298 M. 6.45—7.00 en 7.30— 7.45 Gymnastiekles. 8.00 Gramofoonpl. 10.30 VARA-septet oJ.v. Is. Eyl. 11.15 Vervolg VARA-septet en Gramofoonpl. 12.00 Gramo foonpl. 12.30 AVRO-Kamer-orkest o.l.v. L. Schmidt. 2.00 J. H. Kruyff Jr.: Wenken .voor kampeerders. 2.30 AVRO-Klein-Orkest o.l.v. N. Treep en Gramofoonpl. 4.00 Piano-recital Joh. Jong. 5.00 VARA-orkest o.l.v. H. de Groot en Gramofoonpl. 7.00 VARA-orkest (Vervolg). 7.45 VARA-orkest (Vervolg). 10.05 Vaz Dias. 10.45—12.00 Gramofoonplaten. DAVENTRY, 1554 M. 10.35 Morgenwyding. 10.50 Tydsein, Berichten. 11.05 Lezing. 12.20 E. Starkey en zyn orkest. 1.05 Orgelconcert H. Dawson. 1.50—2.50 Gramofoonpl. 4.20 Mo- schetto's orkest. 5.35 Kinderuur. 6.20 Berich ten. 6.50 Fr. Merrick speelt Haydn's Piano sonates. 7.10, 7.25 en 7.50 Lezingen. 8.20 Ope rette-concert. Revue-koor, Theater-orkest en solisten o.l.v. Woodgate. O.a. operettes van Sullivan en Jones. 9.20 Berichten en lezing. 9.55 „To any Husband", hoorspel van Anne Parlane. 10.35 Victor Olof sextet. O.a. Suite „Le roi s'amuse", Dèlibes en Menuet, Boc- cberini. 11.20—12.20 Savoy Hotel Orpheans. PARIJS „RADIO-PARIS", 1725 M. 8.05, 12.50 Gramofoonpl. 8.20 Haydn-concert. M. m. v. koor en orkest o.l.v. Eugène Bigot. 0.a. Oxford-Symphonie en „Die Jahreszeiten", KALUNDBORG, 1153 M. 2.50—4.20 Concert uit Rest. „Wivex". 730—9.20 Vanuit het Odd Fellow Huis: Radio-Symphonie-orkest o.l.v. Egisto Tangog m.m.v. koor en solisten. .Re quiem" van Verdi. 9.4011.50 Moderne Dans muziek vanuit Rest. ,Ritz". LANGENBERG, 473 M. 6.25—7.20, 10.40— 11.20 Gramofoonpl. 12.20—1.50 Concert o.l.v. Eysoldt. 4.205.20 Concert uit Frankfurt. 7.35 Variété voor orkest. M.m.v. orkest van werk- looze musici uit Dortmund o.l.v. P. van Kem pen. Hierna tot 10.20 Concert o.l.v. Wolf. 10.20—11.20 Concert uit Café Schwerthof. BRUSSEL, 508 en 338 M. 508 M.: 12.35— 2.05 Gramofoonpl. 5.20 Concert oJ.v. Meule- mans. 6.20 en 6.50 Gramofoonpl. 8.20 Concert o.l.v. Kumps. O.a. Fant. „Mignon", Thomas: Les Erynnies, ballet, Massenet. 338 M.: 12.35 2.05 Gramofoonpl. 5.20 Concert o.l.v. Kumps. 6.20 en 6.50 Gramofoonpl. 8.20 Con cert o.l.v. Fr. André. 0.a. Fant. „H5,nsel und Gretel", Humperdinck; Coin d'Enfants, De bussy. ROME, 441 M. 7.10 Gramofoonpl. 8.05 Ope rette „II paese dei campanelli", van Lom- bardo en Ranzato. Orkestleiding: Alberto Paoletti. ZEESEN, 1635 M. 7.35 Opera „Rodelinda" van G. F. Handel. 8.20 „Das Bleiche Ster ben", hoorspel van Gregor Jarcho. 9.50 Be richten. 10.05 Ged. uitzending v. d. „Schle- sier-Kundgebung". Hierna Vrooiyk uurtje. (Tooneel en zang). NR. Wy maken U attent op de drie- maandeiyksche golflengte-wisseling van Hil versum en Huizen, aanvangende 1 April. Huizen zendt vanaf dien datum op 1875 M., Hilversum op 298 M. HET 't Was een heel net en aardig vrouwtje, die Lize van Spang, maar een beetje streng voor haar Dorus. Niet als zou ze hem tyran- niek en met yzeren hand beheerschen, inte gendeel, haar regeering was zacht en ho ningzoet, maar toch altijd een regeering. Ze was nameiyk een vleister en wist zóó aardig te wenschen en te verlangen, dat Dorus zich gelukkig achtte, al haar wenschen te bevre digen. Wanneer ze byv. zei: „Dorus, lieve man, als Je je dit of dat zou willen afwennen, zou ik niet meer weten hoe lief ik je heb", dan antwoorde Dorus: „Wel vrouwtje, dat had ik al lang willen doen, maar telkens heb ik het vergeten; goed, dat Je me er aan herinnert!" Op deze wyze had Lize haar Dorus al menig ding afgewend. Zoo dronk hy geen sterken drank meer. ook geen bier of wyn. Hy kwam in geen herbergen en bezocht geen feestavondjes, en had z'n afkeer van kippen in liefde voor dit pluimvee omgezet. Ook had hy het kaarspel opgegeven en de kaar ten in het vuur geworpen, hy spuwde niet meer op den vloer, trok z'n klompen voor de deur uit, enz. Ten slotte wist Dorus niet meer, wat zyn vrouwtje hem nog afwennen zou. O ja: het eten. Dorus zou ook daarop wellicht gezegd htebben: „dat had ik ai lang willen doen," maar het eten gunde Lize haar Doras wel. Ze had echter op iets anders reeds lang haar misnoegde blikken geworpen en dat met zachte toespelingen aangeduid: de ta- bakspyp en de tabakszak van Dorus, de akelige rook, die in de kleeren drong en de schoone gordijnen bedierf en het alles be halve naar rozenolie riekende overbiyfsel in de pyp werden haar steeds onverdraagiyker. Nu was Dorus echter even onafscheideiyk van z'n pyp, als van de ooren aan z'n hoofd. Op de toespelingen van z'n vrouw gaf hy geen acht. Hy was Oost-Indisch doof aan dat oor en snapte maar niet wat zy bedoel de. Wel brak hy zich het hoofd met de vraag, hoe hy een emstigen aanval zou af slaan. Op zekeren dag was Lize zóó poeslief, dat Dorus dadeiyk lont rook en zich schrap zette. Toen nu z'n vrouwtje zei: „Dorus, wat zie Je tegenwoordig bleek, scheelt er wat aan?" antwoordde hy: „Ik ben nooit zoo flink ge weest, vrouwtje." „Maar je kleur, Dorus, je kleurik kan er soms 's nachts niet van slapen als ik denk dat je de tering zou kunnen krijgen." „Ja vrouwtje, ik heb het met willen zeg gen, maar je ziet ook bleek, of eigeniyk geel. Daarover maak ik me al lang bezorgd. Als Je maar geen geelzucht of levertering krijgt; je hebt wel eens last van de gal gehad, niet?" Lize was ontsteld. Op zoo'n tegenwerping had Te niet gerekend. Dat was ze van haar Dorus niet gewoon. Zoo iets had hy nog nooit geprobeerd. Na een poosje begon ze weer heel lief en vleiend: „Dorus, lieve man, ik had een ver zoekdat zal je me toch niet afslaan?" „Wel neen, zeker niet," antwoordde Do rus, „maar ik had ook een verzoek, dat je eveneens moet inwilligen." „Zeker lieve man, zeker." „Dus, als ik aan je verzoek voldoe, zal Je ook het myne inwilligen, niet waar?" vroeg Dorus. „Natuuriyk, myn hand er op," sprak Lize, plechtig. „Nu, laat dan maar eens hooren." „Dorus", sprak ze toen op vleienden toon, „wees zoo goed en geef mij Je pypen en je tabakszak en wat daar nog meer bijhoort; ik ben zoo bang, dat je van het vele rooken de tering zult krygen." Boven verwachting bereidwillig antwoord de Dorus: „Heel graag, Lize, had dat maar eer gezegd." „Dik dan rook je niet meer, hè?" „Geen enkelen trek meer, hoor." ,3e bent een beste man. Dorus." ,3a Lize, maar je bent ook 'n heel best vrouwtje," vleide Dorus nu op zyn beurt. „Wees zoo vriendeiyk en geef my je kof fiemolen, den koffiepot en wat er nog meer by hoort. Ik ben bang, dat je van het vele koffiedrinken nog eens de geelzucht krygt." Het lieve vrouwtje werd vuurrood. Een oogenblik nog aarzelde zy; maar zy schaam de zich om haar woord te breken. Bijna haastig sprak zy: „Heel graag, Dorus." „En je drinkt dus geen koffie meer, hè?" „Geen droppel meer, hoor." De overeenkomst was gesloten. Lize nam de rookbenoodigóheden van haar man in ontvangst en sloot ze weg in haar kast. Het zelfde deed Dorus met het koffie-gerei van Lize. Nu begon er een treurige tyd voor den man, maar ook voor de vrouw. Beiden ondervonden ze even smartelijk het gemis van den troost huns harten en beiden zagen ze in de(n) ander de oorzaak van hun gemis. Twee dagen later hadden ze alle twee de overeenkomst al te niet willen doen, maar geen van hen wilde de eerste zyn. Na een week bleven van beide zyden de vriendelyke woorden weg en nog twee dagen later spraken ze geen enkel woord meer tegen elkander. Ze keken elkaar echter wel aan met alles behalve vriendelyke blik ken, doch na nogmaals veertien dagen ge beurde dat zelfs niet meer, al zetten ze dan ook beiden een gezicht als drie dagen slecht weer. Het werd Doras eindeiyk te erg. Op deze manier zou hij met z'n pyp ook nog z'n vrouw verliezen. Hy bedacht een krijgslist en toen ze op zekeren dag weer zwygend bij elkaar in de keuken zaten, stond Doras plotseling op en haalde het koffiegerei van z'n vrouw voor den dag. Deze zette groote oogen op, maar Doras zei niets, maakte het vuur aan, zette water op en ging koffie ma len. De geur der gemalen koffie drong het vrouwtje overheeriyk in den neus. Ze keek haar man 'n oogenblik verbaasd aan en vroeg: „Wat ga je doen?" „Koffie zetten, zooals je ziet, vrouwtje." „Voor wie?" „Voor my. jy mag ze niet hebben." „jy ook niet." „Hoho, waarom niet? My is alleen het tabak rooken verboden." Niet lang daarna dampte de koffie in een groote kom. Dorus slurpte ze met welbeha gen op. Z'n Lize keek hem als het ware eiken slok uit den mond en snoof begeerig den heeriyken geur op. Na een poosje vroeg Dorus: Ook 'n beetje?" „O, bewaar my?' zuchtte het vrouwtje. „Ik word er akelig van." Dorus dronk met nog meer smaak een tweede bakje en smakte met de ong, Lize kon zich byna niet meer bedwingen. Die kostelijke geur werkte overweldigend. Toen stond ze eensklaps op en snelde naar de voorkamer. Heel gauw kwam ze terug met een pyp en den tabakszak, zy stopte een PÜP, stak den brand er in en begon te paf fen en te dampen als een huzaar. Nu begon Dorus te snuiven en zocht elk rookwolkje met den neus te vangen. Daarby lachte hy als een boer, die kiespyn heeft. Na een poosje vroeg Lize: „Ook eens stoppen?" „Dank je," antwoordde Dorus, „ik word al onwel als ik er aan denk." Dat was nu bij Dorus het geval nu juist niet, maar voor Lize begon al spoedig alles te draaien. Ze werd doodsbleek, de pyp viel uit d'r handen en zy zelf zonk byna bewus teloos achterover. Verschrikt sprong Dorus op en hielp haar overeind. Ze kon echter niet staande biyven. Hy moest haar te bed brengen. Daar zuchtte en lamenteerde zy alsof haar laatste uur gekomen was. En. Dorus riep: „Lize, wat is het dan, wat is het dan. wat is het toch? Moet ik den dok ter halen?" Daar schoot hem een reddende gedachte te binnen. Hy snelde naar de keuken en haalde een kop koffie. De vrouw liet zich gewillig de bruinen drank ingeven en vroeg nog een tweede kopje. Dorus bracht een tweede en een derde en toen viel Lize in een diepen slaap. Drie uren later werd zij wakker en vroeg weer om een kopje en toen ze dit genoten had, was ze tamelijk wel. Doras ging naar de keuken en stopte zich een pyp. Nu de overeenkomst verbroken was, achtte hij zich ook niet meer gebonden. Hy klppte juist de eerste pyp uit, toen Lize nog ameiyk bleek de keuken binnen trad. Een oogenblik keken ze elkaar aan en be gonnen toen beiden te lachen. „Wat zyn we toch dwaas geweest, hiV vroeg ze. „Kom, kom vrouwtje, neem nog een bakje." Lize dronk nog een vyfde kopje en Dorus stopte zich een tweede pyp en dampte als een locomotief. De oude overeenkomst werd verbroken en een nieuw contract gesloten. Volgens dit mocht Lize dageiyks vyf kopjes koffie drinken en Dorus vyf pypen tabak rooken. En deze overeenkomst is van kracht gebleven en opgevolgd tot op den huidigen dag. BATAVIA, 30 MAART (ANETA) Tèn aanzien van de besloten vergadering, welke Ir. Soekamo met Inheemsche studenten hield, publiceert de Bintang Timoer by- zonderheden. Het blad deelt mede, dat de bedoeling van deze vergadering was te weten te komen wat Ir. Soekamo wiL De byeen- komst bracht daarover echter geen uitsluit sel. Het blad concludeert dat Ir. Soekamo thans een salon-leider is. Hy zal party moeten kiezen of zyn invloed geheel ver liezen. 70 Ach, vader, ik zou zoo graag de Hoog mis in St. Pieter hebben by gewoond! Dat doet iedereen hier in Rome! Carina gaat er ook heen! Laten wy met haar mee gaan, vader! Over zyn jong gelaat gleed *n schaduw van teleurstelling. Maar juist omdat hy er zoo vurig naar verlangde, wilde Mallory er niet in toestemmen. Mallory fronste de wenk brauwen en sprak: Ik heb liever, dat je my vergezelt naar de Engelsche Kerk. Peter at in stilte voort. Maar het ontbyt had een aschsmaak gekregen in zün mond. In Rome te zyn en dan nog niet eens toe stemming te bekomen om de Hoogmis in St. Pieter bij te wonen!.... Die gedachte was absurd, bespottelijk.... en tragisch! En op eens zag hy in zyn vader al diens bekrom penheid. diens onverdraagzamen geest, vol vooroordeelen. Een man die zich zelf gevan gen hield in de enge, denkbeeldige grenzen van zijn eigen positie, die bang was voor cri- tiek, en zich liet leiden door hetgeen de ka tholieken zoo terecht „het menschelijk op zicht" noemden. Peter voelde nu het ondraagiyke van dien keten van afhankelükheid van zyn va der. Hy wilde vry zyn, bovenal in geeste- ïyke zaken. Mallory, tot het uiterste geprikkeld door het stilzwijgen en het ondoorgrondeiyk gedrag van zijn zoon, sprak op korten toon: Wees niet vervelend, Peter. Je gedraagt je als een kind, dat koppig wordt als het zyn zin niet krygt! Hij keek naar Carina, die zich niet in het gesprek had gemengd. Ondersteunde zy z'n zoon in zyn zwygenden opstand? Doch haar gelaat verried geen enkele emotie. Ze scheen zich geheel afzüdig te houden van hun on- eenigheid, met die eigenaardige, eenigszins onverschillige houding, die zy dan wist aan te nemen. Je geeft er toch niet om, dat je alleen moet gaan? zei Jim. Volstrekt niet. Toch zou het wel aardig zyn geweest als gij en Peter met me mee hadt kunnen gaan. Haar zachte, vriendelijke stem kalmeerde Jim. Een anderen keer, misschien. Maar Pe ter en ik mogen vandaag onze eigen kerk niet vergeten, al zyn we in Rome. We moe ten ons herinneren, dat wy Engelschen zyn en onze eigen kerk hebben, waartoe wy, den hemel zy dank, behooren. kwam het opeens onverstandig van Peter's hppen. Jim trok de wenkbrauwen op. Des te beter. Maar daarom behoef Je dat toch niet op zóó'n toon te zeggen? Hü keek zyn zoon streng aan. Wat betee- kende die dubbelzinnige uitval van zyn zoon? Mallory was besloten er niet verder op in te gaan. Carina stond op. Ik moet weggaan, indien ik er op tyd wil zyn. De dienst begint om half tien. Toen zy voorby Peter kwam, legde zy een oogenblik de hand op diens schouder. jy en vader moeten 'n anderen keer maar eens met me mee gaan. Jajazei Peter vurig, terwijl hy opsprong en haar naar buiten volgde. Hij wenschte niet met zyn vader alleen te blij ven, nu. Jim was klaarbiykelijk in een krib- belige stemming. Mallory stak een sigaret aan en begaf zich naar de leeszaal, waar hy oppervlakkig een aantal Engelsche bladen doorsnuffelde, welke op de lange rekken hingen in het midden boven de groene tafel. Er was iets in het optreden van Peter, dat hem in de war ge bracht had en oude verdenkingen had wak ker geschud, welke reeds lang waren inge sluimerd. Hy scheen bitter teleurgesteld over het feit, dat hy genoodzaakt was zich met zyn vader naar de Engelsche kerk te bege ven, een teleurstelling, geheel niet in overeen stemming met de grootte van het offer, dat hy daarvoor had moeten brengen. Maar Jim wist, dat hy verstandig gehandeld had, door hem er toe te dwingen. Er schuilde gevaar in zulk een gevoelig, gemakkeiyk te beïnvloeden jongmensch te onderwerpen aan den machtigen toover van Rome. Had hy zelf niet gewaar geworden, hoe de geheimzinnige invloed by sommige gelegenheid werkte op zijn eigen hart en ver beelding? Al had hy dan dien invloed be streden met al de beslistheid en de kracht van zyn sterken wil? Hy behoefde slechts te denken aan den Kerstnacht, toen hy in Lin- town naast Carina was neergeknield. Hy had er gedurende langen tyd den geheimzmnigen invloed van ondergaan, hoezeer hy er zich tegen verzette. En voor Peter moest de ka tholieke godsdienst een dubbele aantrek kingskracht hebben, omdat het Carina's godsdienst was. Jim zuchtte. Hy was vergeten, sinds ge- ruimen tyd te vreezen, dat zyn eigen daad verkeerde gevolgen met zich zou kunnen brengen. Toen hy met Carina in het huwe- lyk trad, was hy geen jonge man meer ge weest. Niemand kon hem beschuldigen van jeugdige onbezonnenheid en toch had hy haar, een goede katholieke vrouw, uitverko ren om zyn echtgenoote te zyn, de moeder van zijn kinderen en de stiefmoeder van zyn zoon en erfgenaam. Maar zyn geweten, door allerlei spitsvondigheden in slaap gesust, was toch nooit volkomen gerust geweest. Steeds had hy gevreesd de wrange vrucht te zullen plukken van dat ééne oogenblik van onbe zonnenheid en onvoorzichtigheid. En het zou onzinnig zijn geweest, om Carina te beschul digen van iets, waaraan hy zelf ds eerste schuld droeg. Ja, hy had toegestaan, dat haar wil geregeerd werd door zyn liefde tot haar. Een oogenblik had hy getracht, haar op te geven, doch hy was er niet in geslaagd. En zeker had hy goed gehandeld. Ze was voor hem een liefhebbende, trouwe gade ge weest, ze was de teedere moeder voor zijn kind, haar invloed op Peter was zacht ge weest en verstandig. Van den eersten dag harer komst op Linfold had zy zich tegen over zyn jongen prachtig gedragen. Ze had hem onderworpen door haar teederheid en haar gratie.... Jim slingerde zijn krant neer: hy had er geen woord uit gelezen, want zyn gedachten maakten hem woedend, in plaats van hem te overtuigen van zyn volkomen onschuldig heid. Hy had Carina een vry volledige vry- heid ten opzichte van Peter toegestaan, maar zy moest de grenzen niet overschryden. Elke inbreuk daarop zou hy streng tegen gaan. Waar het godsdienstzaken gold, vertrouwde hy geen enkelen katholiek: dat was een deel van zyn geërfd geloof. Misschien dat hij ten gunste van Carina een kleine uitzondering gemaakt had, omdat zy zoo tactisch en met beleid kon optreden, een voorzichtigheid, welke zy slechts in het geval der Carters gedeelteiyk uit het oog verloren had. Maar Humphrey had al eens gezegd, dat men nooit te weten kwam, hoe een roomsche vrouw onder de macht stond van haar biechtvader, die haar dingen kon gebieden, waaraan zy anders nooit zou denken. Tevergeefs trachtte hij dien morgen de vervelende gedachten, welke hem kwelden, te verdrijven. Het was misschien dom geweest, zijn zoon zoo spoedig naar Rome mee te nemen. Hy had gerekend op zyn groote be langstelling in de bouwvallen en oude mo numenten. Gedurende het psalmgezang, dien morgen, merkte Mallory op, dat Peter de lippen hard nekkig opeengeklemd hield. En hy kreeg zelf sterk den indruk, dat, ofschoon zijn lichaam naast hem zat, zijn jonge geest ver, zeer ver vandaar verwyide. Carina had na dien eersten Zondag, te Ro me doorgebracht, altyd het gevoel, alsof zy leefde aan den rand van een vulkaan, waar van de aardkorst elk oogenblik in kon stor ten, hen allen bedelvend onder de puinhoo- pen. Ze wist nu met vry groote zekerheid, dat het 't katholieke geloof was, hetwelk Peter zoowel te Linfold als thans te Rome had be zig gehouden en nog hield. Naar alle waar- schyniykheid was hy thans in de laatste phase van den stryd. In haar eigen hart maakte Carina als het ware iets van den zwa- ren strijd mee. Het was, alsof zij zyn eigen vrees deelde: het leek, alsof sommige slagen ook op haar neerkwamen en haar verwond den. (Wordt vervoledi

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 7