Een rood manifest De Valera twee vuren k VWah GOD-LOOZEN SPRÜTOL NA HET PAASCHCONGRES VAN DE S.B.A.P. Vliegen„Dit Paaschei is niet meer te lijmen...." Nachtelijke achtervolging AUTOBANDIETEN WOENSDAG 6 APRIL SPROETEN komen vroég ?n t Auto-bandieten BRIEVEN UIT ENGELAND M. Tardieu te Londen (««WMIMNINM ••A Nu kok Vliegen geen kans gezien heeft, de beide Paasch-ei-helften Albarda en Pimmen weer aan elkaar te lijmen, nu de scheuring in de S.D.A.P, tot een feit geworden is en de leiding der S.D.A.P. althans zeker voorloo- pig verzwakking en verwarring voor de roode arbeidersbeweging verwacht, nu heeft het roode partijbestuur zich in een uitvoerig mani fest tot de arbeiders gericht. Ten eerste om de taktiek der partijleiding in bet conflict nog eens te motlveeren en te recht vaardigen, ten tweede om de met haar min of meer bevriende arbeiders ertoe op te wek ken, de (door de scheuring) in de partij open- Êevallen plaatsen aan te vullen. In haar eersten opzet is het partijbestuur zeer Soed geslaagd, althans voor den objectieven be- oordeelaar. Het is een feit, dat de linkervleugelaars, die partij verlieten, in afdeelingen en congres sen der partij zeer ruime gelegenheid gekregen bebben om him inzichten te verdedigen, niet blinder ook in de pers, nJ. in het z.g. discussie blad „De Sociaal-Democraat", waarin allen hun taeeningen vaak ook de zotste! werkelijk **'tjer dan vrij konden propageeren. Dit was echter zoo lezen wij in het roode fnanifest den leiders van den linkervleugel biet genoeg: Zy organiseerden zich binnen de S.D.A.P. tot een oppositiepartij. Zy belegden, plaatselijk, ge westelijk en landelijk, bijeenkomsten ter bestrij- ®hg van de taktiek der partij. Zij richtten link- ache studie-clubs, debating-clubs en anders-ge- baamde organisaties op binnen de partij. Zy stichtten, driemaal achtereen, een eigen blad, dat het orgaan en het bindmiddel was *an de georganiseerde oppositie in de party. Zy zetten deze party-ontbindende methode *°ort, ondanks de herhaalde verzoeken der par tei-congressen om daaraan een einde te maken. Zy bouwden een party in de party. Zulke dingen kan geen enkele party op den *hur doorstaan. De S.D.A.P. heeft ook wy erkenden dat herhaaldelijk een reeks van jaren groote lankmoedigheid vertoond, maar.... eindeiyk *as het geduld der party uitgeput: Het Paaschcongres verlangde met een over weldigende meerderheid, dat alle leden zich zou- ^en gedragen naar de regelen door de congres- 660 gesteld, dat zy zouden afzien van afzonder- Uike organisaties binnen de party, van georga- biseerde oppositie binnen de party, van stelsel matige bedreiging der eenheid. De leiders van den linkervleugel hebben dat biet gewild, zy hebben zich niet aan de vol- °nien redeiyke en gematigde besluiten van het Partycongres, met zeer groote meerderheid ge- bomen, willen onderwerpen, zy zyn overgegaan tot de uitvoering van een plan, dat zy klaarbiy- keiyk reeds lang hadden opgevat en uitgewerkt: zyn zonder noodzaak uit de S.D.A.P. getre- <ien en zy hebben een nieuwe party gesticht. Terecht heet het verder in het manifest: Deze nieuwe party heeft geen reden van be- Voorzoover haar leden sociaal-democra- b zyn, is voor hen in de S.D.A.P. plaats, recht 60 gelegenheid om den stryd te voeren. Voorzoover zy communisten zyn, kunnen zy do communistische party onderdak vinden. pjljiten de O.S.P.-kringen zal men het over dit *Ües in algemeen wel eens zyn of worden. in dit opzicht zal het manifest dan ook Wel succes hebben. Df echter het tweede doel van het manifest e opengevallen plaatsen in de party aange- vbid te krygen) eveneens bereikt zal-worden? Daar zyn wy niet zoo zeker van. De partijleiding moge al een beroep doen op e arbeidersklasse, „op de duizenden mannen en bouwen, jong en oud, die, hoewel vervuld van Vertrouwen in de sociaal-democratie, zich nog ^let by de S.D.A.P. aansloten", zy' moge ans het oogenblik gekomen noemen, waarop "dat verzuim" moet worden goedgemaakt, en m°ge ook het schrikbeeld oproepen, dat de "kapitalistische" tegenstanders der S.D.A.P. van verzwakking der party een „brutaal ge- /b'k" zouden maken „in het nadeel der ar- 'dersklasse", wy betwyfelen, of er genoeg zaam arbeiders in Nederland in de termen val- ®b om de opengevallen plaatsen in de SJDA.P. bezetten: Voor wie de party niet linksch genoeg s. is steeds plaats geweest in de communis- Sche party en sedert Paschen ook in de O.S.P. bi van de overige afgescheiden linksche groe- ^b maar te zwygen); v°°r wie de party zich tot op heden niet echtsch genoeg toonde, is in de huidige •D-A.P. evenmin plaats; vanwege de partyiei- ^bg is immers nu reeds herhaaldeiyk plechtig *erzekerd, dat de SJD.A.P. den volmaakt zelfden koers zal blyven volgen. De aanwas zou dus moeten komen van de Üoozen, die tot thans toe weinig waarde echtten aan den principieelen, den socialisti- ®oben strijd der S.D.A.P. en daarom het lid maatschap niet begeerden. Denzulken is het .b.v. aan de stembus te doen om (ten onrechte) verhoopt di- ffct materieel voordeel dan om het „heilig oaal", dat de S.D.A.P. heel, heel in de verte boel, heel vaag meent te ontwaren. Denkt men echter in deze tyden katholieke b christeiyke arbeiders tot zich te kunnen «ken een doel, waarop ten congresse nog ®r nadrukkelijk gewezen is dan zal de bj-ijleiding zeer zekei bedrogen uitkomen, ho katholieke en de ehristeiyke arbeiders be- Vg reb immers niet tot degenen, die „hoewel tieVUlc* vaa vertrouwen in de sociaal-democra- kath^k nog 11161 by de S.D.A.P. aansloten": de ^«loiieke en christeiyke arbeiders missen ten brnale dat vertrouwen; zy weten, dat het 'absme een utopie is en dat zy wat boven b kS uitgaat hun geloof niet zouden kunnen 6 °bden, indien zy zich aan het socialisme ergaven. Dit deel der arbeidersmassa zal ter vervan- *big van de uitgetreden O.S.P.-groep dus ker niet aan de Albarda'sche Paasch-ei-helft 'aatgelijmd kunnen worden. De .Proletarische Freidenkeropposition", zooals de Oostenrijksche Godloozenbeweging zich noemt, publiceert in „Kampfbereit" haar werkprogram, naar welks verwezen lijking nu met alle krachten gestreefd moet worden. De strijdleus is: „Klasse tegen klasse!" en in dezen kamp mag niet tegen de Kerk „geknipoogd" worden. De massa vooral de vrouwen en de jeugd moet aan den invloed der Kerk onttrokken worden. De pauselijke encycliek over het Huwe lijk heeft zoo heet het aan de positie der vrouw niets veranderd; zij is de „sla vin van haar man en de familie". Dan wordt storm geloopen tegen paragraaf 144 en het Oostenrijksche Huwelijksrecht. Wat daarvoor in de plaats zal komen wordt in 't program der Godloozen wijselijk verzwe gen. Doch een hunner vrouwelijke propa gandisten, dr. Maria Frischauf, geeft daar omtrent opheldering in haar lezingen met lichtbeelden over „Het leven der vrouw in Sovjet-Rusland": „Wat is 't huwelijk?" Twee, die van elkaar houden en tezamen wonen. Bekoelt de liefde, nu, dan gaan ze eenvoudig van elkaar. Voor de eventueele kinderen wordt wel gezorgd." (Door den Staat namelijk). Een geregistreerde relatie dus, die elk oogenblik en zoo vaak men vil her-registreerd kan worden. Het woord „moeder" wordt hier een afgedaan begrip, want de Staat verzorgt het kind. Nog veel gewichtiger is (naar dit pro gram) de stryd om de jeugd, „die al even onbeperkt aan den paapschen willekeur is uitgeleverd". Ze wordt in de „geestelijke zielenvang-asylen" gedreven, waar de toe komstige kaders voor de fascistische strijd- brekers en terreurbenden gevormd en ge drild worden. De jeugd moet „bevrijd wor den van 't godsdienstgift", dat haar voor klassenstrijd onbruikbaar maakt. Vooral op het platteland moet deze leus populair ge maakt worden; daar moet men „tegen de Kerk als grootgrondbezitster en uitbuit ster" optreden. Om vat te krijgen op het leger van werk- loozen, moet aan alle werklooeenkassa's doelmatig gewerkt worden. Vooral moet men tegen de kerkelijke charitas optreden, want bij werkloozen „is een pakket levens middelen nog altijd sterker dan de heer lijkste beschrijvingen: hoe eenmaal T So cialisme er uit zal zien". Daarom moet de werkzaamheid der kerkelijke charitas „ont maskerd" worden. Ter bevordering der God-loosheid in Oostenrijk wordt tenslotte geëischt: „Treedt in massa uit de Kerk! Meldt uwe kinderen af van 't godsdienstonderricht! Strijdt mede voor scheiding van Kerk en Staat! Voor scheiding van Kerk en school! Voor afschaffing der congrua en van allen onderstand aan den clerus! Voor absolute onteigening van alle kerkgoederen ten bate der werkloozen en invaliden, der arme boe ren en dakloozen! Strijdt mede tegen kerk gebouwen, voor goedkoope woningen. Tegen het dreigende concordaat!" Een „rijk" programma dus! En ter verwezenlijking eischt dit „stormplan" vóór den eersten Mei de oprichting van tien nieuwe onderafdeelingen der „Revolution- naire Vrijdenkers-oppositie" in Weenen, en van niet minder dan 60 op het platteland. Leerzaam is vooral, hoe de afschuwelijke God-loozen-actie in Oostenrijk socialistisch „ingesteld" is. lang, dan kunnen ook Duitschland en Italië zeer nuttig werk doen. Ontbreekt evenwel sa menwerking tusschen Londen en Parijs, dan kunnen de beide andere landen zoo goed als niets uitrichten om de eenvoudige reden dat zy niet over de nooditj middelen beschikken. Duitschland zelf staat voortdurend bloot aan nieuwe inflatie en een quasi-staatsbankroet. Italië's positie is verre van bevredigend. Een economische ineenstorting der Donaustaten zou Duitschland opnieuw aan het wankelen kunnen brengen en ook op Italië haar In vloed doen gelden. Wickham Steed sprak gisteren in de „Sunday Times" de meening uit dat de Fransch-Britsche tweedracht sinds 1919 de voornaamste oorzaak geweest is van Europa's moeilykheden. Alleen herstel van de samenwer king tusschen de beide landen maar dan in het belang van heel Europa kan den chaos, welke met een bankroet van Donau-Europa zou aanvangen, voorkomen. Dit is de reden, waar om Tardieu met zyn Britsche collega's overleg pleegt, alvorens de vier-mogendheden-confe- rentie aanvangt. Het is ditmaal zeer hooge ernst. De wegen worden den laats ten tyd onveilig gemaakt door bandieten in automobielen die het vooral voorzien hebben op afgelegen gara ges en benzine-depots. De vorige maand heeft een garagehouder aan den grooten weg van Londen naar het noorden twintig mylen voorby Huntingdon, niet minder dan driemaal bezoek gehad van zulke boosdoeners. Op zekeren avond, tegen het midden van Maart, vond hij vier ge wapende kerels in zyn garage; hij verjoeg hen met een revolver. In den nacht van 30 op 31 Maart had hy zich met zyn knecht verdekt opgesteld, daar hy rekende op een nieuwe raid. De beide mannen waren met revolvers gewa pend, en een auto stond gereed ten einde „on- genoode gasten" onmiddellyk te achtervolgen. Om twee uur in den nacht kwamen dezen aan. zy braken de garagedeur open, maar onmid deliyk hierop ontstak de eigenaar alle electri- sche lampen, en schoot op de indringers die, ofschoon beiden gewapend, ylings in hun auto sprongen en wegreden. De vervolging over den stikdonkeren weg ving aan. De streek ten noor den van Huntingdon is schaarsch bevolkt, en op dit nachtelyk uur waren de vervolgers ge heel op zichzelf aangewezen. Na zes-en-dertig kilometers afgelegd te hebben, kwamen zy de bandieten dicht op de hielen, doch zy hadden nu het oude stadje bereikt, en verloren daar in de nauwe bochtige straten het spoor voor zy de hulp der plaatseiyke politie hadden kunnen inroepen. Den volgenden morgen werd de auto der roovers by Edmonton, ten noorden van Londen, onbeheerd aan den weg gevonden. Dienzelfden Vrijdag werden in Londen en omliggende graafschappen niet minder dan vijf aanvallen door auto-bandieten uitgevoerd, mee- rendeels op winkels, maar ook het landhuis van sir John Reith, den Directeur-Generaal der British Broadcasting Corporation, werd half leeggeplunderd. Natuuriyk hebben de kerels het vooral «p juwelierswinkels voorzien. De politie is door deze plotselinge uitbarsting van banditisme eenigszins verrast, en juweliers en goudsmeden beginnen zichzelf te beschermen. Een der voor naamste winkeliers in Regentstreet heeft Zater dag vuurwapenen aan den ingang van zyn zaak geïnstalleerd. De Bond van Goudsmeden heeft een spoedvergadering belegd, en de Bond van Juweliers zal waarschijnlijk hetzelfde doen. Verzekeringsmaatschappijen hebben den verze kerden winkeliers doen weten dat een betere bescherming en scherper bewaking hunner ma gazijnen en voorraden gewenscht is. voorjaar. Koop tijdig f|«^§0^Tub^^0cLZee^60c^^^ane^dirog^ter^ Londen, 4 April. Vrijdag heeft het kabinet-De Valera vyf-en- een half uur beraadslaagd over het antwoord op de nota der Londensche regeering inzake den eed en de land-annuïteiten. De ministers van den Vrystaat waren het hierover niet eens geweest. Theoretisch bestaan er tusschen hen geen meeningsverschillen. Zy zijn allen vol bloed-Republikeinen. Maar hun meeningen loo- pen uiteen ten aanzien van het praktische vraagstuk, in hoeverre het wenschelyk en mo gelijk is thans hun theorieën te verwezenlyken. De Valera is zich wel er van bewust, dat hy thans een verantwoordeiyk minister is, die re kening heeft te houden met de realiteit, onver schillig of deze hem aangenaam is of niet. Zelts indien hy zonder groot economisch nadeel vooi zyn land Engeland voor het voldongen feit van afschaffing van den eed en zelfs verloochening van het verdrag kon stellen, zou hij rekening er mee hebben te houden, dat de kleine La- bourfractie, die zijn ministerieel leven in han den heeft, dit waarschijnlyk niet zou dulden. Een aantal zyner collega's daarentegen is veeleer geneigd het oor te leenen aan de Re- publikeinsche extremisten, die van geen ondei- handellngen en geen compromis met Londen willen weten. Het kabinet in zijn geheel staa., aldus tusschen twee vuren. Mr. De Valera is thans den repub'ikeinschen organisaties te ge matigd, en zoo ondervindt hy thans de moei- lijkheden waarvoor de meeste extremistische leiders komen te staan, wanneer eenmaal de regeeringsverantwoordeiykheid op hen rust. Vrijdagnacht zyn de leden van het kabinet het eens geworden over de hoofdiynen van het antwoord. Volgens die lijnen zal een ontwerp- nota opgesteld worden, welke in het begin de zer week aan het kabinet zal worden voorge legd, en dus niet vóór Dinsdag, maar waar- schynlyk eerst een paar dagen daarna, in het bezit der Britsche regeering zal zijn. De eenstemmigheid onder de leden van hei Iersche kabinet is dus hersteld, op zichzeli een belangrijk en geruststellend feit. Meer is evenwel op het oogenblik officieel niet bekend. En toch hecht men hier groote waarde aan be richten uit Dublin, volgens welke De Valera een „ronde-tafel"-conferentie met Engeland zou voorstellen over de aangelegenheden be treffende den eed en de land-annuïteiten. Hei zou zyn wensch zyn „persoonlijk contact tus schen de beide regeeringen te vestigen". Dit is ongetwyfeld de eenige manier, waarop, in deze of in gene richting, met eenige moge lykheid iets bereikt kan worden. Dat de Brit sche regeering een voorstel tot het houden eener conferentie ernstig overwegen zal, wordt te Londen van officieuze zijde verzekerd. Indien de zaken zóó staan, dan zijn er alle redenen om te hopen, dat een scherp conflict zal uitblijven. Engeland heeft zich nooit op hei standpunt gesteld, dat het Iersche verdrag niet gewyzigd kan worden; het zou zich evenwei verzet hebben tegen een eenzijdige wijziging door Ierland. Van het oogenblik af waarop hei tot onderhandelen bereid is, opent Ierland ook den weg tot resultaten, die het zeer zeker niet had kunnen verkrijgen door Engeland te stel len voor voldongen feiten. In dit verband is het van belang, dat de Ier sche regeering reeds medegedeeld heeft verte genwoordigers te zullen zenden naar de Rijks- conferentie te Ottawa. Zoowel in Canada als in Australië en Nieuw-Zeeland heeft het optreden van den Vrijstaat met betrekking tot den eeu groote ontstemming verwekt. De Australische regeering heeft Ierlands houding zelfs in een ministerraad ernstig besproken, terwijl volgens een telegram in de „Daily Express", dat wy evenwel voor niet geloofwaardig houden, de Canadeesche regeering voornemens zou zijn Ierland niet toe te laten tot de conferentie te Ottawa, indien het zijn standpunt ten aanzien van den eed niet wijzigt. Nu is de eeds-kwestie een zuiver Iersch-En- gelsche aangelegenheid, waarmee de overige Dominions niets hebben uit te staan. Ierlanas status als Dominion berust niet uitsluitend op den eed, doch op het heele Iersch-Engeische verdrag, en in het bijzonder op art. 1, waarin de Dominion status nadrukkelijk vastgesteld wordt. Zendt De Valera vertegenwoordigers naar Ottawa, dan geeft hij hiermede te ken nen, dat hy Ierland nog steeds als een lid der Britsche Statengemeenschap beschouwt, en hei zou een ongeloofelyke domheid van Canada of van een der andere Britsche landen zyn, indien zij de Iersche gedelegeerden uitsloten en aldus zelf te kennen gaven den Vrystaat niet langei als een Dominion te erkennen. Niets zou den extremistisehen Republikeinen in Ierland aan genamer kunnen zijn! Zuid-Afrika verkeerde, toen het kabinet- Hertzog pas aan het bewind gekomen was, in vele opzichten in dezelfde positie als thans Ier land. Zyn deelname aan de Ryksconferentie te Londen in 1926 heeft er evenwel zeer veel toe bijgedragen de betrekkingen met Groot-Brii- tannië te verbeteren. Gisteren is M. Tardieu te Londen aangeko en, vergezeld van M. Flandin, den Franschen minister van financiën. Eerst heden vangen dt besprekingen officieel aan op het Foreign Oi- fice, maar gistermiddag heeft M. Tardieu reea,- een onderhoud met mr. MacDonald in Dow- ningstreet gehad, en dezen, benevens sir John Simon, mr. Neville Chamberlain en andere mi nisters, later ontmoet aan een maaltijd aan de Fransche ambassade. Vanavond keert M. Tar dieu naar Parijs terug, terwyi M. Flandin hier bïyft om de vier-mogendheden-conferentie by te wonen. De Fransch-Engelsche besprekingen zyn ais het ware de proloog van deze conferentie. Wy wagen het niet vooruit te loopen op de gebeurtenissen. Voor het oogenblik willen wij slechts pogen de vraag te beantwoorden: waarom is M. Tardieu naar Londen gekomen; waartoe is het noodig dat Fransch-Engelsch overleg aan de besprekingen tusschen de vier groote mogendheden voorafgaat? De mogelykheid bestaat dat sir John Simon, toen hy het de vorige maand te Genève en Parijs met M. Tardieu eens werd over zekere algemeene beginselen der Fransch-Britsche politiek, verder gegaan is dan Mr. MacDonald (die pas een oogoperatie ondergaan had en tydelyk „hors combat" was) wenschelyk achtte. Wy hébben deze mogelykheid nog kort geleden onder de oogen gezien, en het is niet onwaarschijnlijk, dat de Fransche premier een uitnoodiging ontvangen heeft om naar Londen te komen, omdat de tusschen hem en sir John Simon overeengekomen po litieke beginselen fciet ten volle de goedkeuring van het Britsche kabinet wegdroegen. Dit evenwel is slechts byzaak. De hoofdzaak is dat de toestand in Middel-Europa, en voornamehjk in de z.g. Donau-staten, niet alleen te Londen, maar ook te Parys, groote bezorgdheid heeft verwekt. Het is ongeveer een jaar geleden, dat de crisis in Oostenrijk de onmiddeliyke oor zaak werd van een noodlottige verscherping der wereldcrisis. De staatslieden vreezen niets zoozeer als een herhaling van de gebeurte nissen van 1931. Oostenryk en Hongarije op de eerste plaats, maar ook de andere Donau staten moeten in het algemeen belang finan cieel en economisch geconsolideerd worden. Frankrijk heeft een douane-verbond voorge steld, een denkbeeld dat slechts kan worden uitgevoerd indien alle groote mogendheden medewerken, en indien geen harer en voor- namelyk Frankrijk en Duitschland, poogt er politieke munt uit te slaan. Maar de twee eenige Europeesche mogendheden die materieel n staat zyn de Donau-landen op de been te louden of weder op den been te brengen, zyn Sngeland en Frankrijk. Werken deze samen, niet ter bevordering van specifiek Fransche oi j Britsche of Fransch-Britsche belangen in centraal Europa, doch in het algemeen be-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 5