De Valera spreekt Geen accoord te Londen ALFONSO SLENTERAAR Zware Chineesche verliezen Ierland gevangen Ulster garnizoen Regeeringsverk taring van vijf minuten Het nieuws van heden Besprekingen te Genève voortgezet Weinig veranderde koers te Belgrado DE BAROMETER RECORDVLUCHT VAN DE ZEPPELIN In 61 uur over Oceaan Nieuwe Japansche divisies naar Mandsjoerije APRIL 1932 BUREAUX: NASSAULAAN 51 - TELEF. 13866 ABONNEMENTEN: voor Haarlem er Agentschappen per week 25 cent; per kwartaal 3.25; per post, per kwartaal 3.58 bij vooruitbetaling. VIJF EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 18044 ADVERTENTIEPRIJZEN: Het moet trouw beloven aan een vreemden souverein. Amerika groote steun in den strijd om het recht Ons plan stond onzen vrienden niet aan, wij moeten dus het hunne afwachten (Flandin) Te Moabit is het proces begonnen tegen den kunsthandelaar Otto Wacker, die in 1928 een groot aantal schilderijen in den handel ge bracht heeft met nagemaakte handteekening van Vincent van Gogh. De verdediger van Wacker aan het woord, naast hem de beklaagde. X VERGETEN HONDEN „Ik vermoed, dat de troep verdeeld is onder de nieuwe ministers en dat Alcada Zamora er een heeft" DETECTIVES SCHADUWEN Toekomstvisioenen Dagblad uitgegeven door de N.V. Drukkerti De Spaarnestad, Haarlem - Telefoon 13866 NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Per losse regel: 30 ets. Ingez Meö 50 ets per regel Idem op pag. één: 65 cents oer regel. Bij contract ste^k verlaagde prijzen. Voor de kleine annonces „OMROEPERS' zie de rubric*' TELEFOONNUMMER: 13866 XVan onzen naar Ierland gezonden correspondent) Ab Jove.... Om naar bij het begin te beginnen.... In het gouvernements paleis van Merrion street In Dublin, te een bescheiden nauwelijks gemeubileerd hoekkamertje heb ik anderhalf uur zitten Praten met den heer De Valera, en indien ^in drukke werkzaamheden geen einde ge- teaakt hadden aan ons onderhoud, zou ik Saarne nog langer zijn gebleven, zóózeer fascineerde mij de geheel bijzondere figuur Van den beroemden revolutionair. Op een teng mager lichaam, gedrapeerd door een ®°ort gekleede jas van geestelijken snit, nog Verhoogd door een buitengewoon langen hals, balanceert de heer De Valera een kleinen vogelkop. In het midden van zijn Slicht brandt een soort van mystiek vuur tet twee oneindig zwarte oogen. Het geheel hikt op de verschijning der monniken van ^ubarran, wat niet te verwonderen is, want P® Valera is voor de helft Spanjaard van geboorte. Deze apostel is een mathematicus, dit wil zeggen, dt hij aan den onuitblusch- baren gloed van zijn politieke religie paart de onverbiddelijke zachtheid van de weten schappelijke logica. Zijn ideeën zijn, zelfs te den vorm, niet veranderd in de elf jaren die verloopen zijn, nadat ik het voorrecht had een onderhoud met hem te hebben. In dien de eischen als nieuw zich voordoen, tedien de kwesties van den eed en der an nuïteiten, die de Vrijstaat van Engeland ®telt in naam van de kleine grondbezitters, °P het oogenblik weer aan de orde van den dag zijn, dan is dat alleen, omdat deze twee Vraagstukken in het Tractaat van 1921 zijn °Pgenomen, maar het groote doel, het eind doel is en blijft door identiek, hetzelfde. Na bij mij geinformeerd te hebben, hoe öe lersche zaken op het vasteland worden beoordeeld, zeide de heer De Valera mij: U meent waarschijnlijk, dat sedert onze laatste ontmoeting wij onmetelijke vor deringen naar de vrijheid hebben ge- teaakt en uw publieke opinie denkt waar- Schijnlijk, dat wij onverzadigbaar zijn. Ziet eens, wij zijn in de positie van een gevan gene, die gedurende lange jaren in zijn cel is °Pgesloten geweest en aan wien men, bij ^Üze van gunst, toestaat zich een beetje vrij te bewegen in den binnenhof van de ge- Vangenis. U wilt toch niet beweren, dat een man vrij is. Wij, afgevaardigden, teoeten, voordat we zitting nemen in de »T>ail" (lersche Kamer) naar een apart bu- reau gaan en onzen naam teekenen in een Agister, om daardoor te getuigen, dat wij teouw beloven aan een vreemden souve- teiii. Engelsche garnizoenen blijven maar te verschillende van onze havens, en het Noorder van ons eiland is politiek ge komen gescheiden van Ierland, 't Is zelfs teet eens een heele provincie. Van de negen graafschappen van Ulster heeft men er °hs drie gelaten. Waarom heeft men er ons «es afgenomen? Omdat in de streek, die teen het Noorden van Ierland noemt, om de stad Belfast een kleine unionistische meer derheid bestaat. Indien men ambitieuzer *as geweest en er ook nog die drie andere graafschappen had bijgenomen, dan zou er Seen meerderheid meer zijn geweest. Door °P deze manier grenzen te trekken, heeft teen iet. gedaan, wat in Amerika „gerry- teander" heet, wat een soort electorale chirurgie beteekent. Het is een kunstmatige Schepping. Het is een garnizoen, een brug- Sehoofd. Men verwondert er zich veelal °ver, dat wij, Ieren, nooit het verleden Vergeten. Maar deze voortdurende uitda- £teè, (jeze WOnde, die opengehouden wordt door de Britsche propaganda is en blijft een hinderpaal voor een waarachtigen te"ede. teij zyn vereenigd met Engeland door teize geografische ligging en door onze ac- 'eve economische betrekkingen. Indien wij ^eheel vrij waren, indien Ierland een on tvankelijke democratie was, geheel mees- tet over zijn beslissingen en lotgevallen binnen tijn eigen grenzen, dan zou ik voor teij voorstander zijn van een politiek van Seer vriendschappelijke entente met En- Keiand. Maar zoolang op onzen bodem zich een dreigend fort, tegen ons gericht, be vindt, zoolang onze zes en twintig graaf schappen bij wijze van spreken onder een staat van ongewone bewaking moet leven, V1 er nooit een waarachtige vriendschap usschen de beide naties ontstaan." ..Maar op het oogenblik is de Ulster- tevestie toch heelemaal niet urgent?" De Valeraeens ter dood veroor deeld, thans president „In het program, dat mijn partij 12 Fe bruari 1.1. heeft gepubliceerd, zegt het eer ste artikel, dat wij er voor opkomen, dat de eed voor de leden van het parlement wordt afgeschaft. Het verdrag is op dit punt dubbelzinnig. Wij zijn niet wettelijk gedwongen deze formaliteit in onze grond wet neer te leggen. Wij hebben trouwens ten slotte het recht, om onze constitutie te veranderen. Wij hebben het al dikwijls gedaan en het statuut van Westminster van 1930 erkent uitdrukkelijk, dat dit recht een privilegie is van ieder Dominion. Op dit punt zijn we werkelijk onhandel baar, want het betreft hier niet, zooals een vreemdeling zou gelooven, een kwestie van eigenliefde. Er is een veel grooter belang in het spel: de moreele eenheid van het land namelijk en wat daaruit volgt: de mogelijkheid van een waarachtig democra tisch bewind in Ierland. U zult er nooit onze republikeinsche elementen toe krijgen een regeering te erkenen, die deze ver plichting in onze grondwet zou laten staan. De revolutionnaire agitatie zal net zoo lang duren, tot deze verplichting is opge heven. Ik zou er nog aan kunnen toevoe gen, dat het verdrag van 1921 onderteekend is onder de bedreiging met oorlog, die het resultaat zou zijn geweest van een drei gend ultimatum. En nu de tweede hervorming, die wij willen invoeren, die van de annuïteiten. Deze eisch berust op economische redenen van den eersten rang. De drie millioen pond, die we elk jaar aan Engeland beta len, omdat onze pachters den grond heb ben teruggekregen, die hun rechtens toe kwam en de twee millioen pond, die be stemd zijn voor de Engelsche gepension- neerde ambtenaren, drukken zwaarder op ons budget dan de herstelannuïteiten op het Duitsche budget. Het grootste gedeelte van die sommen komt Engeland nóch wet telijk, nóch moreel toe. We willen die sommen voor ons zelf houden, ze weer op nemen in de inkomsten van de schatkist en ze gebruiken voor de opheffing en ople ving van den landbouw. Men denkt wel licht, dat ons land met die eischen een on wettig en gevaarlijk conflict met Engeland begint, maar men vergeet, dat we niet zonder middelen van actieve verdediging zijn. Ik kan u verzekeren, dat we aan Amerika een grooten steun hebben... Her innert u zich onze eerste nationale leening. Er waren drie honderd duizend inteeke- naars. Denkt U aan die talrijke meetings. Leest u eens die talrijke telegrammen, die ik dagelijks krijg. Herinnert u zich, dat er millioenen Amerikaansche burgers als Ieren zijn geboren en dat er nog meer mil lioenen zijn van lersche afstamming. Vergeet u ook niet, dat bij de behande ling van het vredestractaat Wilson als voorwaarde aan Lloyd George heeft opge legd, om een regeling met Ierland te tref fen. Wij hebben rijkelijk bijgedragen aan de grootheid en voorspoed van het Em pire in alle Dominions. Ons ras verdient op voet van gelijkheid behandeld te worden door de Angelsaksels. Ook onder econo misch gezichtspunt. Als de Engelschen onze beste klanten zijn wij zijn ook hun beste klanten. Zij weten wel, dat zij als importeurs en transiteurs groot profijt van ons trekken. Zekere Engelsche ha vens zouden geruïneerd worden, als ons vee er niet meer werd aangevoerd. Ook verze keringsmaatschappijen en zelfs stoom vaartlijnen. Wij zijn niet zoo zwak als men wel gelooft. Men kan ons niet door honger dwingen. Indien wij onzen landbouw ont wikkelen, zullen wij op het gebied van voedselvoorziening ons zelf kunnen be druipen. Evenals in 1921 ben ik ook thans nog van meening, dat er twee nabuurlan den zijn, die zich in harmonie kunnen ontwikkelen, op voorwaarde echter, dat ze geheel op voet van gelijkheid staan. Dan zullen we werkelijk een democratische re publiek kunnen stichten. Tot nog toe is de republiek nog vertroebeld door den wetti gen opstand tegen uitzonderingsmaatrege len. Dit zou ten voordeele van den vrede zijn en vooral in het voordeel van Enge land, aan welk land wij eminente diensten kunnen bewijzen. In dezen geest van kracht en sterkte, maar ook van verzoe ning zal ons bewind overeenkomstig zijn verkiezingsprogram antwoord geven aan het Engelsche gouvernement." LONDEN, 7 April. (Reuter). De commissie der vier mogendheden-conferentie, gevormd door de hoofden der vier delegaties, bestudeer de den geheelen dag de Donau-kwestie. De bij eenkomst werd kort na 5 uur vanmiddag geslo ten. MacDonald en Grandi verlieten tezamen als eersten per auto het ministerie van Buiten- landsche Zaken. Eerst veel later vertrok Von Bülow en daarna pas Flandin. Het werk der commissie is beëindigd. Ofschoon over de resultaten van heden niets is bekend gemaakt, verluidt toch, dat er bij de besprekingen van dezen middag even weinig eenstemmigheid werd bereikt als by die van vanochtend. Verschillende vraagstukken kwamen op het tapijt, waarover Italië en Duitschland zich eerst rustig wilde beraden, zoodat men verwacht, dat de conferentie morgen zal worden verdaagd, om dan vermoedelijk over enkele dagen te Genève te worden voortgezet. De Fransche delegatie-leider Flandin ant woordde een journalist, die hem vroeg of het gunstig verloopen was op de conferentie van heden: „Ik vrees van niet". Italië en Duitschland tegen een Donaublok. Nader meldt Reuter, dat de Fransche en Britsche gedelegeerden met nadruk betoogden, dat Frankrijk en Engeland geen nieuwe mil lioenen bij wijze van leeninger op crediet kon den toestaan, wanneer de Donaustaten niet op hechte grondslagen gericht worden naar een welvarenden toestand. Grandi drong er op aan, dat met de Donau staten afzonderlijk zou worden onderhandeld; zi. is de vorming van een blok van vijf niet alleen nutteloos, doch gevaarlijk. Von Bülow betoogde, dat de vorming van een Donaugroep Tsjecho-Slowakije zou ver rijken, de eenige onder de 5 Donaustaten welke in hooge mate geïndustrialiseerd is, de andere 4 landen zouden er niet bi' gebaat zijn. Ofschoon Duitschland de grootste Donau- markt is, wil het op de meest directe wijze steun verleenen door een eenzijdige preferentie, doch dan moesten de andere staten hetzelfde doen. De Fransche delegatieleider Flandin had Don derdagavond een lang onderhoud met Mac Donald over de moeilijkheden ter Donauconfe- rentie en bovendien over tal van andere kwesties Door een journalist ondervraagd, zeide Flan din betreffende de vier mogendhedenconferentie, dat het eenige wat te doen staat is, de bespre kingen te verdagen totdat Duitschland en Italië nieuwe inlichtingen kunnen hebben ingewon nen aangaande de oplossing, welke zy mogeiyk achten voor het herstel van Centraal Europa, wy hadden een plan, aldus Flandin, maar dit plan staat onze vrienden niet aan. wy zyn daarom verplicht, het hunne af te wachten. EX-koning Alfonso houdt er 'n nieuwe levenswijsheid op na sedert hij de Fransche grens heeft overschreden om een schuilplaats te zoeken. Hij volgt een politiek van meesterlijke dadeloosheid voorzooverre het herwinnen van zijn troon aangaat. „Er is tijd te over," zegt hij; „het volk van Spanje zal binnenkort de Bour bons terug willen hebben. Intusschen is t een variatie voor ons allemaal!" Hij weet dat er in Spanje een groote groep royalisten is, die zich rondom zijn vaandel zouden scharen, als hij morgen terugkeerde. Maar Alfonso is een verstandig man. De tijd is nog niet rijp. Als hij gereed is, zal hijzelf den tijd tot rijpheid brengen. Hij mist natuurlijk vele van de genoegens van het koningschap, maar hij schijnt erg blij te zijn, dat hij van al het vertoon van datzelfde koningschap af is. „Wat ik het meeste mis," vertelde hij onlangs tegen een vriend van mij, „is mijn troep van zeven New-Foundlanders, die de trots van mijn kennels waren. We hebben wat samen ge stoeid, ik rekende deze zeven rakkers tot mijn beste vrienden. Het is mijn eigen schuld. In'de haast van mijn vertrek uit Spanje heb ik ze vergeten, en eerst toen wij over de grens waren, schoot de gedachte mij door mijn hersenen: „En de honden!" Jammer. Niet dat ik bezorgd voor ze ben, daar ik vermoed, dat de troep verdeeld is onder de nieuwe ministers, en dat Alcada Zamora er een heeft. Zij zouden in goede handen zijn maar alles samen, wilde ik, dat ik ze hier had!" Alfonso reist af en toe ver weg om een dag op de vogeljacht te gaan, een sport, waar hij bijzonder gek op is. Hij is een ge oefend scherpschutter en heeft een scherp gezicht. Zijn weitasch is gewoonlijk vol na een dag jagen. „Niets smaakt beter, dan ge vogelte, dat je zelf geschoten hebt," merkt hij lachend op, als hij een vette fazant in zijn tasch stopt. Doch hoezeer ook een vurig sportsman, is BELGRADO, 7 April. (V. D.) De nieuwe re- geering-Marinkowitsj heeft zich gisteren aan de Skoepsjina voorgesteld. De minister-president heeft een verklaring voorgelezen, welke met groote spanning was verwacht, doch welke door haar kortheid een verrassing vormde. Dr. Marinkowitsj sprak nauwelijks vyf minu ten, waarna de zitting onmiddellijk gesloten werd. Zyn verklaringen waren tegenstrijdig. Eenerzijds constateerde hy, dat de nieuwe regee ring de politiek van de oude regeering denkt voort te zetten, doch anderzijds, dat zü den terugkeer tot normale politieke omstandighe den hoopt te bespoedigen. Bovendien zal de re geering bijzondere aandacht schenken aan de economische crisis en wat de buitenlandsche politiek betreft de tot nu toe gevolgde gedrags lijn voortzetten. De minister-president Marinkowitsj vertrekt Zaterdag naar Genève, waar hy Joego-Slavië op de Ontwapeningsconferentie vertegenwoor digt. In politieke kringen is men van meening. dat hy bij deze gelegenheid zal trachten met Tar- dieu over de verleening van een crediet binnen korten tyd te onderhandelen. Het aftreden van generaal Zivkowitsj en zijn vervanging door Marinkowitsj wordt eveneens hiermede in ver band gebracht. Men wyst er op. dat Marinko witsj door zün goede relaties met Frankrijk de geschikte persoon is, die wellicht nog voor de verkiezingen in Frankrijk de onderhandelingen met Frankrijk over een leening tot een goed einde kan brengen. Alfonso geenszins enkel maar een liefhebber van physieke bezigheid. Hij is een boeken liefhebber ook, en houdt veel van lezen. De markies van Villaviciosa vertelde mij, dat ter gelegenheid van een jachtpartij in de Sierra de Gredos, eensklaps werd gemerkt, dat de koning weg was! „Waar is de koning?" Allen van het ge zelschap begonnen te zoeken. Twintig minu ten lang zwierven zij door de boschjes, klom men op de rotsen en speurden het. land schap af, terwijl de angst ieder oogenblik steeg. Misschien had hij een ongeluk gehad. Mis schien was hij buiten kennis. Misschien zij durfden er niet aan denken was hij dood. Waar was hij toch heengegaan? Waarom dook hij niet op? Tot groote opluchting van allen, klonk er een kreet. Een der zoekers had Alfonso ont dekt. Hij zat rustig achter een rotsblok en las in een pas verschenen werk over „De Constitutie van Uruguay", dat hij in zijn zak had meegenomen uit de paleisbibliotheek te Madrid. Deze bibliotheek stond direct onder de lei ding der Bourbons en bevatte meer dan 300.000 deelen. Graaf de las Navas, eerste bibliothecaris in het koninklijk paleis, had er de zorg voor. Deze graaf de las Navas vertelde mij, hoe verheugd de kleine koning was geweest, toen hij op zevenjarigen leeftijd verlof kreeg om een boek uit de bibliotheek te leenen. Het heette „Vertelsels en fabels voor kin deren" en beviel hem zoo, dat hy het uit zijn hoofd kon opzeggen. „Toen hij grooter werd en begon te leeren. richtten wij een particuliere bibliotheek in voor hem persoonlijk," vertelde de graaf verder. „Maar hij vroeg mij vaak om boeken uit de groote bibliotheek en dat waren er steeds over militaire, historische, politieke en administratieve onderwerpen. Z.M. blijft ook nu nog vaak op tot vroeg in den morgen en zit dan boeken te lezen over ge schiedenis van vorsten en strategie. Eens zal deze studie hem weer te pas komen, als hij den troon van Spanje voor zich zal op- eischen." ALS koning gaf Alfonso instructie, om kleine bibliotheken te plaatsen in de verschillende vertrekken, die be- wond werden door koninklijke personages, die op bezoek waren. Zulks gebeurde ook, toen president Loubet, de koning van Siam, koning Manuel van Portugal, de koning van Italië en anderen zijn gast waren. Laat ons thans afscheid nemen van Al fonso, den koning zonder troon. Wij kunnen een laatsten blik op hem slaan, terwijl hij slentert langs de boulevards van Fontaine- bleau, hoed op één oog, terwijl hij op de hem eigen wijze af en toe aan zijn das trekt, zwaaiend met zijn wandelstok en goedkeu rend het spel van het leven om zich heen opnemend. Hij glimlacht; de zon is warm. De wijn in de kleine cafétjes is goed, even goed als de roode oogst van zijn Spaanschen geboorte grond. De menschen zijn prettig. Het leven is niet zoo kwaad voor een koning, die geen troon heeft. Hij werpt zijn hoofd in de hoogte met een plotselingen lach, en hij gaat op een cafétafeltje toe, op zij van den weg. Twee mannen, die achter hem hebben ge kuierd, gaan in de buurt zitten. Zij zijn waakzaam, met oogen, die van links naar rechts speuren. Het zijn detectives, die den koning als zijn schaduw volgen en hem be waken. En als dan Alfonso zijn wijn slurpt, wor den zijn oogen nadenkend, verdiept in be schouwing kijkt hij in den rijken rooden wijn, als zag hij in zijn purperen diepten visioenen van verleden en toekomst. Hij heft het hoofd op met plotselinge beslistheid, en zijn gezicht vertoont een vastberadenheid. Zijn houding is die van een man, in wien plannen vaste gestalte aannemen, in wien droomen op het punt staan tot werkelijkheid te worden. Hij is geen weekeling. Alfonso heeft de grootste van mannelijke eigen schappen moed. Hij is niet iemand, die het opgeeft en wellicht voor wij het be seffen, zal hij zijn poging doen om zijn rech ten te heroveren en zullen de Bourbons op nieuw regeeren in Spanje. (Nadruk verboden). LOUIS LUCIEN. Mecklenburg-Strelitz van Marxisme bevrijd! SCHWERIN, 7 April (Vb.) De fracties van de Duitsch nationale Volksparty en van de nationaal-socialistische Duitsche Arbeiders partij deelen mede dat in een conferentie dei- beide fracties de regeeringscoalitie en de regee- ringsvorming in MecklenburgStrelitz werd vastgesteld. De beide partijen werken samen om den staat geheel van het Marxisme te be vrijden. Staatsminister Dr. von Michael zal zonder nieuwe verkizingen aan het bewind blii- ven. Korte doch hevige brand in de Ondebrngsteeg te Amsterdam. Vier menschen met moeite gered. Ontzaggelijke sensatie bij het Circns Gleich in de hoofdstad. Het levende projectiel verkeerd terecht gekomen. Windhoos op Schiphol. Vier machines bescha digd. Verduistering van 15.000 te Rotterdam. Het vermiste meisje uit 's Gravenhage tn Frankrijk teruggevonden. Tegen den chauffeur bij de Bossche Hanzebank eischte de Rechtbank twee en een half jaar ge vangenisstraf met aftrek van preventief. Een internationale dievenbende in havensteden. Twintig arrestaties te Antwerpen. Het werkloosheidscijfer in Duitschland met 98000 verminderd. Geen eenstemmigheid op de Donauconferentle bereikt. Besprekingen worden waarschijniyk te Genève voortgezet. J. J. WEBER ZOON OPTICIENS FABRIKANTEN Groote Houtstraat 166 Haarlem Barometerstand 9 uur vm.: 754. Vooruit gaande. PERNAMBUCO, 7 April. (Reuter.) De „Grar Zeppelin" is om 5.14 uur plaatselijke tyd) vlot geland. Aan boofd was alles wel. De tweede Zuid-Amerika-reis van dit jaar is hiermede in den recordtijd van ongeveer 61 uur afgelegd, hetgeen in hoofdzaak te danken is aan den noordelijken, soms noord-oostelijken wind, welke de snelheid van het luchtschip ongeveer met 30 K.M per uur verhoogde. MOEKDEN. 7 April (Vb.) In de nabyheió van de grens tusschen Mandsjoerye en Korea heeft aan den Chineeschen Oosterspoorweg een felle slag gewoed tusschen Japansche troe pen onder generaal Tamon en ongeregelde ChL neesche troepen. Volgens Japansche legerbe- richten zouden 500 Chineezen zyn gedood en 3000 gewond, terwijl hun eigen verliezen slechts 9 dooden en 36 gewonden zouden bedragen. De troepen van generaal Tamon namen de stad Fansjang in en marcheerden op in de richting van Han. Het Japansche oppercommando deelt mede, dat in verband met het slechter worden van den toestand in Mandsjoerye de Japansche regeering besloten heeft twee Japansche divi sies naar Mandsjoerije te zenden. Volgens een Japansche opgave bevinden zich op het oogenblik in Mandsjoerye 30.000 man Japansche troepen. De vroegere ambassadeur te Moskou, Tanaka, die door de Japansche regeering naar Mands joerije is gezonden om den politieken toestand te bestudeeren. is te Dairen aangekomen. Hier verklaarde hy aan de journalisten, dat hij door de Japansche rgeering gezonden is om de be trekkingen tusschen Poe Yi en de Japansche regeering te regelen. Naar officieel wordt medegedeeld, heeft de Chineesche regeering bepaald, dat het brief, en geldverkeer tusschen de Chineesche repu bliek en Mandsjoerye moet worden gestaakt, daar de regeering Poe Yi de Chineesche post beambten heeft afgezet. Volgens een officieel Tas-bericht uit Sjang hai kan elk oogenblik het afbreken der Ja. pansch-Chineesche onderhandelingen verwacht worden. De Japansche vertegenwoordigers biy- ven weigeren een vasten termijn voor het te rugtrekken hunner troepen te aanvaarden, ter. wijl de Chineesche delagtie uit Nanking de strikte opdracht heeft ontvangen geen tegemoet komendheid te toonen. Men verwacht dan ook dat de onderhandelingen reeds na de volgende zitting zullen borden afgebroken. Verder verwacht men. dat een hervatten der vijandelykheden dan onvermijdelyk zal zyn. Hierop wyzen zoowel Chineesche troepenbewe gingen als reorganisaties van Japansche troe pen. Aan Chineesche zyde gaat men voort de noofdstad Nanking koortsachtig te versterken tegen eventueele aanvallen van Japansche oor. logsschepen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 1