De Valera spreekt
Geen accoord
te Londen
ALFONSO SLENTERAAR
Zware Chineesche
verliezen
Ierland gevangen
Ulster garnizoen
Regeeringsverk taring
van vijf minuten
Het nieuws van heden
Besprekingen te Genève
voortgezet
Weinig veranderde koers
te Belgrado
DE BAROMETER
RECORDVLUCHT VAN
DE ZEPPELIN
In 61 uur over Oceaan
Nieuwe Japansche divisies
naar Mandsjoerije
APRIL 1932
BUREAUX: NASSAULAAN 51 - TELEF. 13866
ABONNEMENTEN: voor Haarlem er
Agentschappen per week 25 cent;
per kwartaal 3.25; per post, per
kwartaal 3.58 bij vooruitbetaling.
VIJF EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 18044
ADVERTENTIEPRIJZEN:
Het moet trouw beloven aan
een vreemden souverein.
Amerika groote steun
in den strijd om
het recht
Ons plan stond onzen vrienden niet
aan, wij moeten dus het hunne
afwachten (Flandin)
Te Moabit is het proces begonnen tegen den kunsthandelaar Otto
Wacker, die in 1928 een groot aantal schilderijen in den handel ge
bracht heeft met nagemaakte handteekening van Vincent van Gogh.
De verdediger van Wacker aan het woord, naast hem de beklaagde.
X
VERGETEN
HONDEN
„Ik vermoed, dat de troep verdeeld
is onder de nieuwe ministers
en dat Alcada Zamora
er een heeft"
DETECTIVES SCHADUWEN
Toekomstvisioenen
Dagblad uitgegeven door de N.V. Drukkerti
De Spaarnestad, Haarlem - Telefoon 13866
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
Per losse regel: 30 ets. Ingez Meö 50 ets per regel
Idem op pag. één: 65 cents oer regel.
Bij contract ste^k verlaagde prijzen.
Voor de kleine annonces „OMROEPERS' zie de rubric*'
TELEFOONNUMMER: 13866
XVan onzen naar Ierland gezonden
correspondent)
Ab Jove.... Om naar bij het begin te
beginnen.... In het gouvernements
paleis van Merrion street In Dublin,
te een bescheiden nauwelijks gemeubileerd
hoekkamertje heb ik anderhalf uur zitten
Praten met den heer De Valera, en indien
^in drukke werkzaamheden geen einde ge-
teaakt hadden aan ons onderhoud, zou ik
Saarne nog langer zijn gebleven, zóózeer
fascineerde mij de geheel bijzondere figuur
Van den beroemden revolutionair. Op een
teng mager lichaam, gedrapeerd door een
®°ort gekleede jas van geestelijken snit, nog
Verhoogd door een buitengewoon langen
hals, balanceert de heer De Valera een
kleinen vogelkop. In het midden van zijn
Slicht brandt een soort van mystiek vuur
tet twee oneindig zwarte oogen. Het geheel
hikt op de verschijning der monniken van
^ubarran, wat niet te verwonderen is, want
P® Valera is voor de helft Spanjaard van
geboorte. Deze apostel is een mathematicus,
dit wil zeggen, dt hij aan den onuitblusch-
baren gloed van zijn politieke religie paart
de onverbiddelijke zachtheid van de weten
schappelijke logica. Zijn ideeën zijn, zelfs
te den vorm, niet veranderd in de elf jaren
die verloopen zijn, nadat ik het voorrecht
had een onderhoud met hem te hebben. In
dien de eischen als nieuw zich voordoen,
tedien de kwesties van den eed en der an
nuïteiten, die de Vrijstaat van Engeland
®telt in naam van de kleine grondbezitters,
°P het oogenblik weer aan de orde van den
dag zijn, dan is dat alleen, omdat deze twee
Vraagstukken in het Tractaat van 1921 zijn
°Pgenomen, maar het groote doel, het eind
doel is en blijft door identiek, hetzelfde.
Na bij mij geinformeerd te hebben, hoe
öe lersche zaken op het vasteland worden
beoordeeld, zeide de heer De Valera mij:
U meent waarschijnlijk, dat sedert onze
laatste ontmoeting wij onmetelijke vor
deringen naar de vrijheid hebben ge-
teaakt en uw publieke opinie denkt waar-
Schijnlijk, dat wij onverzadigbaar zijn. Ziet
eens, wij zijn in de positie van een gevan
gene, die gedurende lange jaren in zijn cel is
°Pgesloten geweest en aan wien men, bij
^Üze van gunst, toestaat zich een beetje vrij
te bewegen in den binnenhof van de ge-
Vangenis. U wilt toch niet beweren, dat
een man vrij is. Wij, afgevaardigden,
teoeten, voordat we zitting nemen in de
»T>ail" (lersche Kamer) naar een apart bu-
reau gaan en onzen naam teekenen in een
Agister, om daardoor te getuigen, dat wij
teouw beloven aan een vreemden souve-
teiii. Engelsche garnizoenen blijven maar
te verschillende van onze havens, en het
Noorder van ons eiland is politiek ge
komen gescheiden van Ierland, 't Is zelfs
teet eens een heele provincie. Van de negen
graafschappen van Ulster heeft men er
°hs drie gelaten. Waarom heeft men er ons
«es afgenomen? Omdat in de streek, die
teen het Noorden van Ierland noemt, om de
stad Belfast een kleine unionistische meer
derheid bestaat. Indien men ambitieuzer
*as geweest en er ook nog die drie andere
graafschappen had bijgenomen, dan zou er
Seen meerderheid meer zijn geweest. Door
°P deze manier grenzen te trekken, heeft
teen iet. gedaan, wat in Amerika „gerry-
teander" heet, wat een soort electorale
chirurgie beteekent. Het is een kunstmatige
Schepping. Het is een garnizoen, een brug-
Sehoofd. Men verwondert er zich veelal
°ver, dat wij, Ieren, nooit het verleden
Vergeten. Maar deze voortdurende uitda-
£teè, (jeze WOnde, die opengehouden wordt
door de Britsche propaganda is en blijft
een hinderpaal voor een waarachtigen
te"ede.
teij zyn vereenigd met Engeland door
teize geografische ligging en door onze ac-
'eve economische betrekkingen. Indien wij
^eheel vrij waren, indien Ierland een on
tvankelijke democratie was, geheel mees-
tet over zijn beslissingen en lotgevallen
binnen tijn eigen grenzen, dan zou ik voor
teij voorstander zijn van een politiek van
Seer vriendschappelijke entente met En-
Keiand. Maar zoolang op onzen bodem zich
een dreigend fort, tegen ons gericht, be
vindt, zoolang onze zes en twintig graaf
schappen bij wijze van spreken onder een
staat van ongewone bewaking moet leven,
V1 er nooit een waarachtige vriendschap
usschen de beide naties ontstaan."
..Maar op het oogenblik is de Ulster-
tevestie toch heelemaal niet urgent?"
De Valeraeens ter dood veroor
deeld, thans president
„In het program, dat mijn partij 12 Fe
bruari 1.1. heeft gepubliceerd, zegt het eer
ste artikel, dat wij er voor opkomen, dat de
eed voor de leden van het parlement
wordt afgeschaft. Het verdrag is op dit
punt dubbelzinnig. Wij zijn niet wettelijk
gedwongen deze formaliteit in onze grond
wet neer te leggen. Wij hebben trouwens
ten slotte het recht, om onze constitutie
te veranderen. Wij hebben het al dikwijls
gedaan en het statuut van Westminster
van 1930 erkent uitdrukkelijk, dat dit
recht een privilegie is van ieder Dominion.
Op dit punt zijn we werkelijk onhandel
baar, want het betreft hier niet, zooals een
vreemdeling zou gelooven, een kwestie van
eigenliefde. Er is een veel grooter belang
in het spel: de moreele eenheid van het
land namelijk en wat daaruit volgt: de
mogelijkheid van een waarachtig democra
tisch bewind in Ierland. U zult er nooit
onze republikeinsche elementen toe krijgen
een regeering te erkenen, die deze ver
plichting in onze grondwet zou laten staan.
De revolutionnaire agitatie zal net zoo
lang duren, tot deze verplichting is opge
heven. Ik zou er nog aan kunnen toevoe
gen, dat het verdrag van 1921 onderteekend
is onder de bedreiging met oorlog, die het
resultaat zou zijn geweest van een drei
gend ultimatum.
En nu de tweede hervorming, die wij
willen invoeren, die van de annuïteiten.
Deze eisch berust op economische redenen
van den eersten rang. De drie millioen
pond, die we elk jaar aan Engeland beta
len, omdat onze pachters den grond heb
ben teruggekregen, die hun rechtens toe
kwam en de twee millioen pond, die be
stemd zijn voor de Engelsche gepension-
neerde ambtenaren, drukken zwaarder op
ons budget dan de herstelannuïteiten op
het Duitsche budget. Het grootste gedeelte
van die sommen komt Engeland nóch wet
telijk, nóch moreel toe. We willen die
sommen voor ons zelf houden, ze weer op
nemen in de inkomsten van de schatkist
en ze gebruiken voor de opheffing en ople
ving van den landbouw. Men denkt wel
licht, dat ons land met die eischen een on
wettig en gevaarlijk conflict met Engeland
begint, maar men vergeet, dat we niet
zonder middelen van actieve verdediging
zijn. Ik kan u verzekeren, dat we aan
Amerika een grooten steun hebben... Her
innert u zich onze eerste nationale leening.
Er waren drie honderd duizend inteeke-
naars. Denkt U aan die talrijke meetings.
Leest u eens die talrijke telegrammen, die
ik dagelijks krijg. Herinnert u zich, dat
er millioenen Amerikaansche burgers als
Ieren zijn geboren en dat er nog meer mil
lioenen zijn van lersche afstamming.
Vergeet u ook niet, dat bij de behande
ling van het vredestractaat Wilson als
voorwaarde aan Lloyd George heeft opge
legd, om een regeling met Ierland te tref
fen. Wij hebben rijkelijk bijgedragen aan
de grootheid en voorspoed van het Em
pire in alle Dominions. Ons ras verdient op
voet van gelijkheid behandeld te worden
door de Angelsaksels. Ook onder econo
misch gezichtspunt. Als de Engelschen
onze beste klanten zijn wij zijn ook hun
beste klanten. Zij weten wel, dat zij als
importeurs en transiteurs groot profijt
van ons trekken. Zekere Engelsche ha
vens zouden geruïneerd worden, als ons vee
er niet meer werd aangevoerd. Ook verze
keringsmaatschappijen en zelfs stoom
vaartlijnen. Wij zijn niet zoo zwak als men
wel gelooft. Men kan ons niet door honger
dwingen. Indien wij onzen landbouw ont
wikkelen, zullen wij op het gebied van
voedselvoorziening ons zelf kunnen be
druipen. Evenals in 1921 ben ik ook thans
nog van meening, dat er twee nabuurlan
den zijn, die zich in harmonie kunnen
ontwikkelen, op voorwaarde echter, dat
ze geheel op voet van gelijkheid staan. Dan
zullen we werkelijk een democratische re
publiek kunnen stichten. Tot nog toe is de
republiek nog vertroebeld door den wetti
gen opstand tegen uitzonderingsmaatrege
len. Dit zou ten voordeele van den vrede
zijn en vooral in het voordeel van Enge
land, aan welk land wij eminente diensten
kunnen bewijzen. In dezen geest van
kracht en sterkte, maar ook van verzoe
ning zal ons bewind overeenkomstig zijn
verkiezingsprogram antwoord geven aan
het Engelsche gouvernement."
LONDEN, 7 April. (Reuter). De commissie
der vier mogendheden-conferentie, gevormd
door de hoofden der vier delegaties, bestudeer
de den geheelen dag de Donau-kwestie. De bij
eenkomst werd kort na 5 uur vanmiddag geslo
ten. MacDonald en Grandi verlieten tezamen
als eersten per auto het ministerie van Buiten-
landsche Zaken. Eerst veel later vertrok Von
Bülow en daarna pas Flandin. Het werk der
commissie is beëindigd.
Ofschoon over de resultaten van heden niets
is bekend gemaakt, verluidt toch, dat er bij de
besprekingen van dezen middag even weinig
eenstemmigheid werd bereikt als by die van
vanochtend.
Verschillende vraagstukken kwamen op het
tapijt, waarover Italië en Duitschland zich eerst
rustig wilde beraden, zoodat men verwacht, dat
de conferentie morgen zal worden verdaagd, om
dan vermoedelijk over enkele dagen te Genève
te worden voortgezet.
De Fransche delegatie-leider Flandin ant
woordde een journalist, die hem vroeg of het
gunstig verloopen was op de conferentie van
heden: „Ik vrees van niet".
Italië en Duitschland tegen een
Donaublok.
Nader meldt Reuter, dat de Fransche en
Britsche gedelegeerden met nadruk betoogden,
dat Frankrijk en Engeland geen nieuwe mil
lioenen bij wijze van leeninger op crediet kon
den toestaan, wanneer de Donaustaten niet op
hechte grondslagen gericht worden naar een
welvarenden toestand.
Grandi drong er op aan, dat met de Donau
staten afzonderlijk zou worden onderhandeld;
zi. is de vorming van een blok van vijf niet
alleen nutteloos, doch gevaarlijk.
Von Bülow betoogde, dat de vorming van
een Donaugroep Tsjecho-Slowakije zou ver
rijken, de eenige onder de 5 Donaustaten welke
in hooge mate geïndustrialiseerd is, de andere
4 landen zouden er niet bi' gebaat zijn.
Ofschoon Duitschland de grootste Donau-
markt is, wil het op de meest directe wijze
steun verleenen door een eenzijdige preferentie,
doch dan moesten de andere staten hetzelfde
doen.
De Fransche delegatieleider Flandin had Don
derdagavond een lang onderhoud met Mac
Donald over de moeilijkheden ter Donauconfe-
rentie en bovendien over tal van andere kwesties
Door een journalist ondervraagd, zeide Flan
din betreffende de vier mogendhedenconferentie,
dat het eenige wat te doen staat is, de bespre
kingen te verdagen totdat Duitschland en Italië
nieuwe inlichtingen kunnen hebben ingewon
nen aangaande de oplossing, welke zy mogeiyk
achten voor het herstel van Centraal Europa,
wy hadden een plan, aldus Flandin, maar dit
plan staat onze vrienden niet aan. wy zyn
daarom verplicht, het hunne af te wachten.
EX-koning Alfonso houdt er 'n nieuwe
levenswijsheid op na sedert hij de
Fransche grens heeft overschreden
om een schuilplaats te zoeken. Hij volgt
een politiek van meesterlijke dadeloosheid
voorzooverre het herwinnen van zijn troon
aangaat. „Er is tijd te over," zegt hij; „het
volk van Spanje zal binnenkort de Bour
bons terug willen hebben. Intusschen is t
een variatie voor ons allemaal!"
Hij weet dat er in Spanje een groote groep
royalisten is, die zich rondom zijn vaandel
zouden scharen, als hij morgen terugkeerde.
Maar Alfonso is een verstandig man. De tijd
is nog niet rijp. Als hij gereed is, zal hijzelf
den tijd tot rijpheid brengen.
Hij mist natuurlijk vele van de genoegens
van het koningschap, maar hij schijnt erg
blij te zijn, dat hij van al het vertoon van
datzelfde koningschap af is. „Wat ik het
meeste mis," vertelde hij onlangs tegen een
vriend van mij, „is mijn troep van zeven
New-Foundlanders, die de trots van mijn
kennels waren. We hebben wat samen ge
stoeid, ik rekende deze zeven rakkers tot
mijn beste vrienden. Het is mijn eigen
schuld. In'de haast van mijn vertrek uit
Spanje heb ik ze vergeten, en eerst toen
wij over de grens waren, schoot de gedachte
mij door mijn hersenen: „En de honden!"
Jammer. Niet dat ik bezorgd voor ze ben,
daar ik vermoed, dat de troep verdeeld is
onder de nieuwe ministers, en dat Alcada
Zamora er een heeft. Zij zouden in goede
handen zijn maar alles samen, wilde ik,
dat ik ze hier had!"
Alfonso reist af en toe ver weg om een
dag op de vogeljacht te gaan, een sport,
waar hij bijzonder gek op is. Hij is een ge
oefend scherpschutter en heeft een scherp
gezicht. Zijn weitasch is gewoonlijk vol na
een dag jagen. „Niets smaakt beter, dan ge
vogelte, dat je zelf geschoten hebt," merkt
hij lachend op, als hij een vette fazant in
zijn tasch stopt.
Doch hoezeer ook een vurig sportsman, is
BELGRADO, 7 April. (V. D.) De nieuwe re-
geering-Marinkowitsj heeft zich gisteren aan
de Skoepsjina voorgesteld.
De minister-president heeft een verklaring
voorgelezen, welke met groote spanning was
verwacht, doch welke door haar kortheid een
verrassing vormde.
Dr. Marinkowitsj sprak nauwelijks vyf minu
ten, waarna de zitting onmiddellijk gesloten
werd. Zyn verklaringen waren tegenstrijdig.
Eenerzijds constateerde hy, dat de nieuwe regee
ring de politiek van de oude regeering denkt
voort te zetten, doch anderzijds, dat zü den
terugkeer tot normale politieke omstandighe
den hoopt te bespoedigen. Bovendien zal de re
geering bijzondere aandacht schenken aan de
economische crisis en wat de buitenlandsche
politiek betreft de tot nu toe gevolgde gedrags
lijn voortzetten.
De minister-president Marinkowitsj vertrekt
Zaterdag naar Genève, waar hy Joego-Slavië
op de Ontwapeningsconferentie vertegenwoor
digt.
In politieke kringen is men van meening. dat
hy bij deze gelegenheid zal trachten met Tar-
dieu over de verleening van een crediet binnen
korten tyd te onderhandelen. Het aftreden van
generaal Zivkowitsj en zijn vervanging door
Marinkowitsj wordt eveneens hiermede in ver
band gebracht. Men wyst er op. dat Marinko
witsj door zün goede relaties met Frankrijk de
geschikte persoon is, die wellicht nog voor de
verkiezingen in Frankrijk de onderhandelingen
met Frankrijk over een leening tot een goed
einde kan brengen.
Alfonso geenszins enkel maar een liefhebber
van physieke bezigheid. Hij is een boeken
liefhebber ook, en houdt veel van lezen. De
markies van Villaviciosa vertelde mij, dat
ter gelegenheid van een jachtpartij in de
Sierra de Gredos, eensklaps werd gemerkt,
dat de koning weg was!
„Waar is de koning?" Allen van het ge
zelschap begonnen te zoeken. Twintig minu
ten lang zwierven zij door de boschjes, klom
men op de rotsen en speurden het. land
schap af, terwijl de angst ieder oogenblik
steeg.
Misschien had hij een ongeluk gehad. Mis
schien was hij buiten kennis. Misschien
zij durfden er niet aan denken was hij
dood. Waar was hij toch heengegaan?
Waarom dook hij niet op?
Tot groote opluchting van allen, klonk er
een kreet. Een der zoekers had Alfonso ont
dekt. Hij zat rustig achter een rotsblok en
las in een pas verschenen werk over „De
Constitutie van Uruguay", dat hij in zijn zak
had meegenomen uit de paleisbibliotheek te
Madrid.
Deze bibliotheek stond direct onder de lei
ding der Bourbons en bevatte meer dan
300.000 deelen. Graaf de las Navas, eerste
bibliothecaris in het koninklijk paleis, had
er de zorg voor.
Deze graaf de las Navas vertelde mij, hoe
verheugd de kleine koning was geweest,
toen hij op zevenjarigen leeftijd verlof kreeg
om een boek uit de bibliotheek te leenen.
Het heette „Vertelsels en fabels voor kin
deren" en beviel hem zoo, dat hy het uit zijn
hoofd kon opzeggen.
„Toen hij grooter werd en begon te leeren.
richtten wij een particuliere bibliotheek in
voor hem persoonlijk," vertelde de graaf
verder. „Maar hij vroeg mij vaak om boeken
uit de groote bibliotheek en dat waren er
steeds over militaire, historische, politieke
en administratieve onderwerpen. Z.M. blijft
ook nu nog vaak op tot vroeg in den
morgen en zit dan boeken te lezen over ge
schiedenis van vorsten en strategie. Eens zal
deze studie hem weer te pas komen, als hij
den troon van Spanje voor zich zal op-
eischen."
ALS koning gaf Alfonso instructie, om
kleine bibliotheken te plaatsen in de
verschillende vertrekken, die be-
wond werden door koninklijke personages,
die op bezoek waren. Zulks gebeurde ook,
toen president Loubet, de koning van Siam,
koning Manuel van Portugal, de koning van
Italië en anderen zijn gast waren.
Laat ons thans afscheid nemen van Al
fonso, den koning zonder troon. Wij kunnen
een laatsten blik op hem slaan, terwijl hij
slentert langs de boulevards van Fontaine-
bleau, hoed op één oog, terwijl hij op de hem
eigen wijze af en toe aan zijn das trekt,
zwaaiend met zijn wandelstok en goedkeu
rend het spel van het leven om zich heen
opnemend.
Hij glimlacht; de zon is warm. De wijn in
de kleine cafétjes is goed, even goed als de
roode oogst van zijn Spaanschen geboorte
grond. De menschen zijn prettig. Het leven
is niet zoo kwaad voor een koning, die geen
troon heeft. Hij werpt zijn hoofd in de
hoogte met een plotselingen lach, en hij
gaat op een cafétafeltje toe, op zij van den
weg.
Twee mannen, die achter hem hebben ge
kuierd, gaan in de buurt zitten. Zij zijn
waakzaam, met oogen, die van links naar
rechts speuren. Het zijn detectives, die den
koning als zijn schaduw volgen en hem be
waken.
En als dan Alfonso zijn wijn slurpt, wor
den zijn oogen nadenkend, verdiept in be
schouwing kijkt hij in den rijken rooden
wijn, als zag hij in zijn purperen diepten
visioenen van verleden en toekomst. Hij heft
het hoofd op met plotselinge beslistheid, en
zijn gezicht vertoont een vastberadenheid.
Zijn houding is die van een man, in wien
plannen vaste gestalte aannemen, in wien
droomen op het punt staan tot werkelijkheid
te worden. Hij is geen weekeling. Alfonso
heeft de grootste van mannelijke eigen
schappen moed. Hij is niet iemand, die
het opgeeft en wellicht voor wij het be
seffen, zal hij zijn poging doen om zijn rech
ten te heroveren en zullen de Bourbons op
nieuw regeeren in Spanje.
(Nadruk verboden).
LOUIS LUCIEN.
Mecklenburg-Strelitz van
Marxisme bevrijd!
SCHWERIN, 7 April (Vb.) De fracties
van de Duitsch nationale Volksparty en van de
nationaal-socialistische Duitsche Arbeiders
partij deelen mede dat in een conferentie dei-
beide fracties de regeeringscoalitie en de regee-
ringsvorming in MecklenburgStrelitz werd
vastgesteld. De beide partijen werken samen
om den staat geheel van het Marxisme te be
vrijden. Staatsminister Dr. von Michael zal
zonder nieuwe verkizingen aan het bewind blii-
ven.
Korte doch hevige brand in de Ondebrngsteeg
te Amsterdam. Vier menschen met moeite
gered.
Ontzaggelijke sensatie bij het Circns Gleich in
de hoofdstad. Het levende projectiel verkeerd
terecht gekomen.
Windhoos op Schiphol. Vier machines bescha
digd.
Verduistering van 15.000 te Rotterdam.
Het vermiste meisje uit 's Gravenhage tn
Frankrijk teruggevonden.
Tegen den chauffeur bij de Bossche Hanzebank
eischte de Rechtbank twee en een half jaar ge
vangenisstraf met aftrek van preventief.
Een internationale dievenbende in havensteden.
Twintig arrestaties te Antwerpen.
Het werkloosheidscijfer in Duitschland met
98000 verminderd.
Geen eenstemmigheid op de Donauconferentle
bereikt. Besprekingen worden waarschijniyk te
Genève voortgezet.
J. J. WEBER ZOON
OPTICIENS FABRIKANTEN
Groote Houtstraat 166 Haarlem
Barometerstand 9 uur vm.: 754. Vooruit
gaande.
PERNAMBUCO, 7 April. (Reuter.) De „Grar
Zeppelin" is om 5.14 uur plaatselijke tyd) vlot
geland. Aan boofd was alles wel. De tweede
Zuid-Amerika-reis van dit jaar is hiermede
in den recordtijd van ongeveer 61 uur afgelegd,
hetgeen in hoofdzaak te danken is aan den
noordelijken, soms noord-oostelijken wind,
welke de snelheid van het luchtschip ongeveer
met 30 K.M per uur verhoogde.
MOEKDEN. 7 April (Vb.) In de nabyheió
van de grens tusschen Mandsjoerye en Korea
heeft aan den Chineeschen Oosterspoorweg
een felle slag gewoed tusschen Japansche troe
pen onder generaal Tamon en ongeregelde ChL
neesche troepen. Volgens Japansche legerbe-
richten zouden 500 Chineezen zyn gedood en
3000 gewond, terwijl hun eigen verliezen slechts
9 dooden en 36 gewonden zouden bedragen.
De troepen van generaal Tamon namen de stad
Fansjang in en marcheerden op in de richting
van Han.
Het Japansche oppercommando deelt mede,
dat in verband met het slechter worden van
den toestand in Mandsjoerye de Japansche
regeering besloten heeft twee Japansche divi
sies naar Mandsjoerije te zenden.
Volgens een Japansche opgave bevinden zich
op het oogenblik in Mandsjoerye 30.000 man
Japansche troepen.
De vroegere ambassadeur te Moskou, Tanaka,
die door de Japansche regeering naar Mands
joerije is gezonden om den politieken toestand
te bestudeeren. is te Dairen aangekomen. Hier
verklaarde hy aan de journalisten, dat hij door
de Japansche rgeering gezonden is om de be
trekkingen tusschen Poe Yi en de Japansche
regeering te regelen.
Naar officieel wordt medegedeeld, heeft de
Chineesche regeering bepaald, dat het brief,
en geldverkeer tusschen de Chineesche repu
bliek en Mandsjoerye moet worden gestaakt,
daar de regeering Poe Yi de Chineesche post
beambten heeft afgezet.
Volgens een officieel Tas-bericht uit Sjang
hai kan elk oogenblik het afbreken der Ja.
pansch-Chineesche onderhandelingen verwacht
worden. De Japansche vertegenwoordigers biy-
ven weigeren een vasten termijn voor het te
rugtrekken hunner troepen te aanvaarden, ter.
wijl de Chineesche delagtie uit Nanking de
strikte opdracht heeft ontvangen geen tegemoet
komendheid te toonen. Men verwacht dan ook
dat de onderhandelingen reeds na de volgende
zitting zullen borden afgebroken.
Verder verwacht men. dat een hervatten der
vijandelykheden dan onvermijdelyk zal zyn.
Hierop wyzen zoowel Chineesche troepenbewe
gingen als reorganisaties van Japansche troe
pen.
Aan Chineesche zyde gaat men voort de
noofdstad Nanking koortsachtig te versterken
tegen eventueele aanvallen van Japansche oor.
logsschepen.