LEEKEPREEKEN
JAPAN EN CHINA
Alsnog: het crisis-pachtontwerp
DE VLIEGRAMP IN INDIE
ZATERDAG 16 APRIL
Nog een slachtoffer
Motie-Knottenbelt
NIEUWE VEEZIEKTE
De veeartsenij'kundige dienst
neemt maatregelen
MAN DOODGEREDEN
NEDERLAND-BELGIE
Het Belgische elftal
wederom .verzwakt
Onbetrouwbaar
Geen haar beter
Tokio wenscht slechts wapen-
stilstandsonderhande
lingen te Sjanghai
WAT BRENGT VOLKENBOND?
OPLICHTING VAN SCHEEPS
BOUWMAATSCHAPPIJEN
Ver kleur bare inkt
WAAR IS JOZEF ORVAN?
Na verduistering weggebleven
NIET TE VROEG ERBIJ!
Samen 144 jaar oud
WIELRIJDSTER AANGEREDEN
Dood van zijn fiets gevallen
Van het Binnenhof
BEDEVAARTSKERK
TE BRIELLE
Plechtige consecratie door
Mgr. Aengènent
STAKING AAN DE WERK
VERSCHAFFING TE
MAASTRICHT
Driehonderd betoogers voor het
stadhuis
WAARSCHUWING
DE RIJKSMIDDELEN
Opbrengst over Maart 1932
Aan den dood ontsnapt
435
KERK EN VREDE
De oorlog is een historisch gegroeid
kwaad! Dat was de conclusie van onze
vorige beschouwing. De natuurlijke en in
zich lofwaardige zucht tot zelfbehoud en
zelfverdediging voerde ten eerste tot per
soonlijke bewapening, daarna tot georga
niseerde defensie. En nu is het fatale in
de geschiedenis van het oorlog-voeren, dat
eer- en heerschzuchtige en landhongerige
vorsten en diplomaten het er maar al te
vaak heenstuurden, dat er een schijn van
billijkheid ontstond, waarop zij een tegen-
Partij konden aanvallen en overweldigen.
Dit was dus een grof misbruik van een
machtsmiddel, dat enkel als noodweer kan
Worden toegestaan. Hoe zulke oorlogsma
kers soms jaren lang in het geheim werk
ten om op een voor hen goed gelegen
oogenblik een strijd te beginnen, blijkt
meestal eerst langen tijd daarna, wanneer
geschiedschrijvers vergeelde papieren uit
archieven opdelven. Hoe kan men nu 'bij
®en dergelijken stand van zaken van de
Kerk eischen om den oorlog te verbieden of
te voorkomen. Wie de vredes-encycliek van
Benedictus XV nog eens naleest ziet daarin
Zeer juist allerlei menschelijke ondeugden,
als heersch- en hebzucht, hoogmoed en
Valsche vaderlandsliefde, als de eigenlijke
®n diepe oorzaken van den oorlog aangege
ven. Daarom moet de strijd gaan tegen
die ondeugden en vóór een verandering in
de mentaliteit van volkeren en individuen.
Deze kant van het vraagstuk is zeker
biet nieuw. Velen willen er zelfs niet meer
Van hoor en; halen hun schouders op en
2eggen: het is een dooddoener, waarmee
men nooit tot een einde komt! Men wil
radicaler middelen: de Kerk moet helpen
om den dienstplicht te verbieden; den
oorlog zonder meer veroordeelen en dienst
weigering tot een christelijke deugd ver
klaren. In menig Roomsch hoofd spookt
de hersenschim, dat de Katholieken onder
een anti-oorlogsleiding van hun kerkelijke
overheden mét de socialisten samen den
Oorlog voor goed zouden kunnen uitban
ben. Uit allerlei correspondenties is ons dit
Verlangen duidelijk geworden.
De idealisten, die aldus droomen, geven
zich geen rekenschap van de werkelijkheid.
Bractisch zou dit streven gesteld het
Werd ondernomen niets uithalen. Op de
ëerste plaats stoort het overgroote deel
Van de wereld zich niet aan leiding van
tie Katholieke Kerk, noch aan socialistische
Congresbesluiten.
Veronderstel eens, dat West-Europa en
Amerika tot ontwapening zouden komen.
Dan staan daar de millioenen in Rusland en
Azië gereed om het afgedankte oorlogstuig
op te koppen en straks tegen de ontwapen
den te gebruiken. Want het is een oude
baarheid, dat niets zóó zeer den lust van
baachthebbers prikkelt als het gezicht van
toeerloosheid van anderen.
Maar onze eerste veronderstelling op zich
Zelf was al een onmogelijkheid. Kan iemand
bich indenken, dat b.v. Frankrijk bereid
zijn legerorganisatie en zijn subsidies
*an de nieuwe oostelijke landen op te ge-
Ven? in welk een onmogelijke positie zou
Kerk de Katholieken brengen, wanneer
*'j hen verplichtte principieele dienstwei
geraars te worden? En welke ernstige ge-
V°lgen zouden daaruit voor de Kerk zelf
Voortvloeien! Daarnaast stelle men zich
Van de socialistische hulp niet veel voor.
*b neutrale landen, waar weinig oorlogs
gevaar is en de publieke opinie sterk anti-
'bilitairistisch, hebben zij een grooten mond.
^tiar daar, waar herinneringen uit den
Oorlogstijd nog steeds den zucht naar een
stevige landsverdediging levendig houden,
toringen zij zich in allerlei bochten om de
techtmatigheid en noodzakelijkheid van
®eb militaire organisatie te kunnen blijven
oetocgen.
Men ziet dus, dat ook practisch de eisch
ftan de Kerk om tegen de bewapening op
komen, een onmogelijk verlangen is.
Koe is het nu mogelijk, dat er zulk een
^roote geestesverwarring op dit punt
beerscht en dat overigens goede, christelijke
Menschen de Kerk blijven verwijten om
Opportunistische redenen haar plicht ten
opzichte van den vrede te verzaken? Zelfs is
benige afdwaling, menig geval van uitein-
Oelijken geloofsafval hieraan toe te schrij
ven.
De verderfelijke dwaling schuilt hierin,
tot men het geestelijk karakter van de
Kerk te veel uit het oog verliest en deze
®°tidelijke instelling te veel naar mensche-
'Jke instituten afweegt, 't Is wel merkwaar-
dat er over het algemeen een afkeer
Sen kerkelijke geboden en verboden, tegen
T^Srijpen van de Kerk in menschelijke han-
riibgen bestaat. Hoeveel oppositie heeft
k onder Katholieken al niet verwekt en
Ütt steeds verwekken het verbod om ze-
er Rnr""t boeken te lezen, anti-godsdien-
Se of frivole tooneel- en bioscoopvoor-
ilingen te bezoeken, lid te zijn van niet-
j btholieke vakvereenigingen enz. t Zijn
st heel dikwijls dezelfde menschen, die
b de Kerk het recht ontzeggen om op
j^2e wijze in hun „particuliere inzichten"
jjj te grijpen, die haar verwijten, dat zij
^et tegen het militairisme optreedt, 't Is
j^lst hetzelfde als in een gezin, waar een
bd door zijn ouders wordt vermaand, om
lichtzinnig te zijn, om gevaarlijken
m ga,bg te vermijden en teter zijn gods-
a 6llstPlichten na te komen en dat zou
toeifW0°rden: laat tocil begaan, ik weet
ket best, wat ik doen moet; zorgt gij,
S(. ar' dat ik in de toekomst een rijk be-
an krijgt, vrij van dagelijksche zorgen,
2 doet gij genoeg!
V Saat het met de houding van heel
iv6r Katholieken tegenover de Kerk. Men
'b ®iv,et 2°o graag den allereersten en voor
aten plicht van Christus' Bruid, om
n.l. de zielen te helpen zalig te worden.
Dit moet geschieden door leering, door ver
klaring van de Evangeliën; door uitleg van
de zedewet; door het toedienen der sacra
menten; door het in standhouden van een
eeredienst" en daarmee het volk in ^e ge
legenheid te stellen om zijn allereersten
plicht te doen, n.l. God te aanbidden. Deze
oude waarheden worden al te gemakkelijk
als van zelf sprekend op zij gezet. Er ont
staat een zekere sleur, een houding van:
nu ja, dat spreekt alles zoo van zelf, dat wij
daarover niet behoeven te praten! En on-
dertusschen vergeet men deze allervoor
naamste taak der Kerk en gaat iets anders
van haar eischen. De Kerk moet den vrede
aan de menschen geven, den oorlog voor
komen, den dienstplicht zelfs afschaffen!
Alsof daarmee nu alles bereikt was; alsof
daarmee de hemel op aarde was gehaald
en er verder niets meer te wenschen over
bleef! De oplossing zou veel eenvoudiger
zóó te stellen zijn: wanneer alle menschen
naar de voorschriften van de Kerk, dat is
naar de leer van Christus leefden; wanneer
zij allen de naastenliefde beoefenden, dus
haat en nijd, tweespalt, laster en kwaad
spreken uit hun handel en wandel banden,
dan zou er van oorlog nooit sprake zijn.
Juist, zegt men, maar dat is een onmoge
lijkheid. De mensch is nu eenmaal van na
ture tot kwaad geneigd; hoe zeer ook te
betreuren, zullen er altijd lasteraars en
kwaadsprekers, nijdigaards en eerzuchti-
gen blijven, die onvrede in hun omgeving
stichten!
Accoord, maar hiermee is tevens het ant
woord gegeven aan hen, die vragen: waar
om lost de Kerk het vraagstuk van vrede
en oorlog niet op? De Kerk kan vermanen,
kan bedreigen met goddelijke straffen; kan
de menschen op het afschuwelijke van de
zonde wijzen, daarmee is het kwaad niet
uit de wereld. Christus Zelf heeft een vrees
lijk wee over den ergernisgever uitgespro
ken en tegelijkertijd geconstateerd, dat de
ergernis altijd blijven zal. In zooverre de
oorlog uit den kwaden aanleg van den
mensch voortkomt, de crisis is in het woe
den van de verkeerde hartstochten der
volkeren tegen elkander, in zooverre is ieder,
ook de Kerk, onmachtig op een bepaald
oogenblik een oorlog te voorkomen. De
consequentie hiervan leidt vanzelf tot be
wapening uit zelfverdediging en als ideaal:
gelijktijdige, internationale ontwapening.
En ziehier de houding, die de Kerk dé
laatste jaren na den grooten oorlog heeft
aangenomen; de eenig logische; de eenig
mogelijke.
Om billijk en redelijk te zijn moet men
alleen bij het groote kwaad, dat oorlog heet,
de gevallen menschelijke natuur niet op zij
zetten en streven naar een paradijstoestand,
die niet meer mogelijk is. Evenals al het
andere kwaad in de wereld moet men ook
het monster van den oorlog vóór alles be
strijden door herstel der wereld in christe-
lijken geest, waartoe alle verstandige vre-
despropaganda tot bewerking van de pu
blieke meening evengoed als de individueele
opvoeding tot de naastenliefde in al haar
vertakkingen behoort.
HOMO SAPIENS.
GENèVE, 15 April. Morgen komt de com.
missie-van-negentien bijeen, om een onderzoek
in te stellen naar de Japansch.Chineesche si
tuatie.
Van welingelichte zijde te Tokio wordt ver.
nomen, dat de Japansche delegatie te Genève
opdracht heeft ontvangen, om te weigeren deel
te nemen aan de commissie-van-negentien,
indien deze commissie toestemt in het Chinee-
sche voorstel, dat de commissie zich zal beperken
tot de behandeling van de voorwaarden voor
den wapenstilstand.
Japan beschouwt dit Chineesche voorstel als
een manoeuvre, om zich niet genoodzaakt te
zien tot het sluiten van een overeenkomst te
Sjanghai. Japan is bereid den loop van de
onderhandelingen te Sjanghai mede te deelen
aan den Volkenbond, indien men dit wenscht,
doch weigert deze onderhandelingen naar Ge.
nève te verplaatsen.
De Chineesche delegatie te Genève heeft
het Volkenbondssecretariaat een uitvoerig do.
cument doen toekomen. Het is een historisch
overzicht van de gebeurtenissen te Sjanghai
en van de wapenstilstandsonderhandelingen
sinds 4 Maart.
Het ministerie van oorlog te Tokio deelt
mede, dat verscheidene troepen-eenheden, die
te Sjanghai verblijven, opdracht hebben ge
kregen naar Japan terug te keeren.
Tsjang Kai Sjek optimistisch.
NANKING, 15 April. (V. D.) Maarschalk
Tsjang Kai Sjek heeft te Nanking een rede
gehouden over den politieken toestand te
Sjanghai. Ondanks het mislukken der onder
handelingen is de toestand daar aanzienlijk
verbeterd. Zelfs wanneer de onderhandelingen
thans definitief afgebroken zouden worden,
zou Japan geen militaire maatregelen meer
ondernemen. De Chineesche regeering zal haar
eisch tot verdere ontruiming der andere Chi
neesche gebieden handhaven. Na deze actie zal
China ook stappen doen tegen de regeering
van Poeyi in Mandsjoerije.
De Japansche vertegenwoordiger in de en
quête-commissie van den Volkenbond naar
den toestand in Mandsjoerije heeft opdracht
ontvangen, den voorzitter van de commissie,
Lytton, aan te raden bij Dairen Mandsjoerije
binnen te gaan, omdat daar absolute veiligheid
kan worden verzekerd.
Een aantal detachementen heeft opdracht
ontvangen uit Korea naar het gebied rond
Chinchow te gaan, teneinde de daar gesneu
velde soldaten te vervangen en patrouille
diensten tegen de bandieten te verrichten.
Vermoedelijk is deze maatregel genomen om
de Volkenbonds-commissie, we ke ook Chin
chow zal bezoeken, te bescherm ;n.
SOERABAJA, 15 April (Aneta). De over
blijfselen van de verongelukte Dornier Wall-
vliegboot met de vermiste inzittenden, zijn nog
niet gevonden. Waarschijnlijk is het wrak weg
gespoeld.
Een lichter met duikers spoedt zich naar de
plaats waar de ramp geschiedde.
De majoor-konstabel C. W. Christiani, de
eenige inzittende, die tot nu toe werd opge
pikt, is aan de ernstige brandwonden overle
den.
Uit de gevangenis te Amsterdam is naar het
Huis van Bewaring te Rotterdam overgebracht
de Noord-Afrikaan Abbas Ali, die daar zal te
recht staan wegens oplichting van verschillen
de scheepsbouwmaatschappijen.
Bovendien is zijn uitlevering door België ver
zocht. De man heeft het vorige jaar in ver
schillende havensteden van Europa, in het bij
zonder te Duinkerken, op zeer geraffineerde
wijze gplichtingen gepleegd. Speciaal zocht hij
de scheepen uit, die de haven maar kort aan
deden. Hij deed zich dan voor als eigenaar van
een kantoor, dat verschillende schecpsbe-
noodigdheden kon leveren. Wanneer hij een
bestelling kreeg, werd deze prompt uitgevoerd
en werd den kapitein 'n nota ter accoord-tee-
kening voorgelegd. Deze nota was evenwel met
verkleurbaren inkt geschreven, zoodat de man,
nadat het schip vertrokken was, een blanco
nota voorzien van een handteekening van den
kapitein in zijn bezit had.
Hij vulde dan de nota met veel hooger posten
in, inde het bedrag bij den agent van de Maat
schappij bij het hoofdkantoor en kreeg zoo
doende groote bedragen in handen. Eerst
wanneer de kapitein na een reis van maanden
terug kwam, werd dan het bedrog ontdekt.
Maar de man was dan gevlogen. Ook is het
voorgekomen dat de kapitein zijn schriftelijke
offerte beantwoordde met een briefje dat hij
van zijn aanbieding geen gebruik kon maken.
Op deze wijze kreeg de man dan ook hand-
teekeningen, die hij namaakte om valsche
nota's te kunnen indienen. In November van
het vorige jaar kwam hij te Rotterdam, waar
hij o.a. de firma Ruys Co. heeft opgelicht.
Hij is daarna naar Amsterdam vertrokken,
waar hij wegens oplichting volgens weer andere
methoden werd gepakt en in de gevangenis ge
zet. Onlangs kwam uit dat de in Amsterdam
in de gevangenis zittende man dezelfde moest
zijn als de oplichter van de scheepsbouwmaat
schappijen, zoodat hij thans naar Rotterdam is
overgebracht in afwachting van zijn berech
ting aldaar.
De Commissaris van Politie van het bureau
Spaarndammerstraat 100, Amsterdam (C.)
verzoekt de opsporing, aanhouding en bericht
omtrent den minderjarigen Joseph Henri
Orvan, geb. te Amsterdam, 5 Sept. 1916, kan
toorbediende, die sedert 2 April 1.1. wordt ver
mist. Hij durft vermoedelijk niet thuis ko
men, omdat hij zich aan verduistering heeft
schuldig gemaakt. Hij is op 2 April j.l. voor het
laatst te omstreeks 1.30 uur n.m. gezien te
Wormerveer.
Signalement: lang 1.60 M., tamelijk breed
van postuur, blond haar met scheiding rechts,
bruine oogen, roode neus.
Gekleed: grijze rijbroek met veter aan de
knieën dichtgemaakt, grijze sportkousen, zwar
te nieuwe lage schoenen, licht overhemd met
slappen boord en grijzen zelfstrikker, donker
grijze overjas; is blootshoofd. Hij is in het bezit
van een rentekaart ten name van Van Brin-
kom en van een kwitantie op naam van J. Leui-
ken.
Woensdag zijn op het gemeentehuis te Apel
doorn in den echt verbonden de 85-jarige G.
Lamark, zonder beroep, wonende aldaar en de
59-jarige mej. E. de Jong, wed. van F. J. Ver
goed, eveneens te Apeldoorn. De man trouwde
voor het eerst.
Donderdagmiddag reed in de Voorstraat te
Utrecht een vrachtauto in de richting van de
binnenstad. Op hetelfde oogenblik reed een an
dere auto de Begijnenstraat in terwijl een wiel-
rijdster uit die straat kwam.
De bestuurder van eerstgenoemden wagen
kon de wielrijdster een oogenblik niet zien. Hij
verminderde zijn snelheid niet en kon de wiel
rijdster niet meer ontwijken .hoewel hij daar
toe nog wel pogingen deed. Het gevolg was, dat
de wielrijdster kwam te vallen en ernstige ver
wondingen aan het been, een schouderfractuur
en een hoofdwonde bekwam. De dame is per
G.G.D. naar de Academische klinieken over
gebracht. De politie heeft de zaak in onder
zoek.
Te Schijndel is de twintigjarige van Z. van
zijn fiets gevallen en met het hoofd op een
ijzeren hek terecht gekomen. Hij v*as onmid
dellijk dood. Volgens medische verklaring is
hij echter aan hartverlamming bezweken.
DEN HAAG, 15 April '32.
De Tweede Kamer heeft heden allereerst het
restje van het Pachtontwerp-Ebels nog wat ge
fatsoeneerd. De volgende week Woensdag volgt
de stemming. Het had ook vandaag reeds
en misschien zonder oproepen der namen
kunnen zijn aangenomen, doch het is beter, dat
eerst tallooze veranderingen eens netjes ter
Landsdrukkerij in den tekst worden opgenomen.
Heden zijn er nog een tweetal wijzigingen bij
gekomen. Op de eerste plaats is door overne
ming van een amendement-Beumer de terug
werkende kracht van de regeling ingeperkt. Ar
tikel 11 bepaalde oorspronkelijk, dat de wet van
toepassing zijn zou „op alle termijnen van
pachtprijzen, vervallen op of na 1 November
1931, ook indien deze reeds mochten zijn be
taald." Thans geldt zij slechts voor pachtter-
mijnen, vervallen na 12 Februari 1932 den dag,
waarop het ontwerp bij de Kamer werd inge
diend.
Voordat de heer Ebels tenslotte het amende
ment overnam, heeft zich een debat afgespeeld
tusschen eenerzijds den voorsteller van het ont
werp, gesecondeerd door Baron van Voorst tot
Voorst en den Sociaal-democraat de Boer, die
ook de talrijke gevallen, waarin op 1 November
j. L, een vasten vervaldatum, te hooge pacht
prijzen zijn betaald, alsnog voor tusschenkomst
van de Kamer van Crisispachtzaken in aanmer
king wilden doen komen, anderzijds de heeren
mr. Goseling en de voorsteller van het amen
dement mr Beumer, die met den Minister van
Justitie van oordeel waren, dat de terugwerkende
kracht van een wet en dat zeer zeker, als zij
tijdelijk in verband met buitengewone omstan
digheden in het burgerlijk recht ingrijpt steeds
zoo beperkt mogelijk moet worden gehouden.
D partij, waarin de bewindsman, wederom zijn
„hypothetisch gevoelen" blootleggend, meedeed,
won het. En achteraf is dit ook voor de pach
ters, die de heeren Ebels, van Voorst tot Voorst
en de Boer wilden helpen, zoo erg niet. Immers,
wat belet de Kamer voor Crisispachtzaken, als
deze zelfde pachters voor den volgenden ter
mijn, die op 1 Mei a.s. vervalt, zuchten en zij
beslissen moet, in welke mate zij hen van de
betaling van dien termijn ontheffen zal, re
kening te houden met het feit, dat zij reeds op
1 November eene betaling deden, welke eigenlijk
redelijkerwijze niet van hen kon worden ge
vergd?
Tenslotte is tengevolge van overneming van
een desbetreffend amendement-Goseling een
artikel 12 aan de wet toegevoegd omtrent den
duur harer werking. De heeren Ebels c.s. had
den geen vasten geldigheidsduur in hun ont
werp gelegd, omdat de noodregeling vanzelf zou
ophouden te gelden, wanneer de loopende pacht-
contracten zouden zijn geëindigd. Maar omdat
pachtcontracten dikwijls voor een lange reeks
van jaren worden aangegaan, gaf de Kamer er
toch maar de voorkeur aan, op dit stuk eene
bepaling in de wet op te nemen. Zij vereenigde
zich op de formuleering door de heeren Gose
ling en Fleskens bedacht. Deze luidt: „Zoodra
de heerschende buitengewone tijdsomstandighe
den hebben opgehouden te bestaan, doch in
ieder geval vóór 1 Januari 1936, zal aan de Sta-
ten-Generaal een voorstel van wet worden ge
daan, waarbij de intrekking van de wet, zoomede
de overgang tot den normal toestand wordt
geregeld."
Thans zal dus als Woensdag a.s. de Tweede
Kamer het ontwerp aan-ar >'dt de heer Ebels
in den Senaat het vrijzinnig-democratisch voor
stel moeten gaan verdedigen. Een ietwat eigen
aardige taak in verband me. het feit, dat de re
geling door toedoen van de heeren Beumer en
Goseling en door den invloed, dien de Minister,
d< artoe uitgenoodigd, uitoefende, een wel zeer
gewijzigde gedaante heeft aangenomen. Op die
wijze zal hij wat hij aan deze zijde van het Bin
nenhof in combinatie met zijn fractiegenoot
mr. Oud bestreed, aan gene zijde moeten gaan
verdedigen!
Wat te zeggen van het debat naar aanleiding
van de bekende en in December - zoo zonderüng
uit de liberale fractie opgedoken motie-Knot
tenbelt?
De toelichting, die de voorzitter, van de Vrij
heidsbondsfractie erop gegeven heeft, maakte
de zaak niet veel duidelijker. De motie wil door
de Kamer doen uitspreken, „dat tal van bur
gerrechtelijke overeenkomsten een belemmering
vormen om te komen tot een spoedige verla
ging van de productiekosten en van de kosten
van levensonderhoud, en knoopt daaraan de
uitnoodiging aan de Regeering vast, „te bevor
deren, da* daartegen tijdelijke maatregelen
worden genomen."
Iedereen heeft deze motie indertijd aldus ge
ïnterpreteerd, dat mr. Knottenbe" al die over
eenkomsten, die aan verlaging van de produc
tiekosten in den weg staan, eenvoudig wilde
ontbinden, nietig verklaren, wijzigen, in ieder
geval aldus aanpakken, dat een nieuwe verbin
tenis in plaats van de oude belemmerende zou
treden.
Deze interpretatie echter is ernaast geweest,
naar hij vandaag opmerkte, al gaf hij toe, dat
de redactie der motie tot dusdanigen uitleg aan
leiding gaf. Het bleek nu, dat hij meer het oog
had op eene regeling gelijk door het ontwerp-
Ebels nu voor de pachtovereenkomst getroffen
wordt. Althans zoo hebben wij het begrepen,
want 'het werd ook thans niet concreet en hel
der aangetoond, wat precies de bedoeling is.
We hadden verwacht, dat de heer Knotten
belt een geheel repertoire van „tal van burger
rechtelijke overeenkomsten" aan de Kamer zou
voorleggen en althans schematisch zou aange
ven, hoe nu het geheel van de verplichtingen,
voortvloeiend uit al die in elkaar grijpende en
elkander beïnvloedende verbintenissen, tot klei
ner proporties, tot lager peil zou kunnen worden
teruggedrukt. Toch niets van dat alles! Alleen
de te hooge huren en de te hooge loonen wer
den behandeld, vooral de laatste. En zoo
waanden we ons verplaatst in de sfeer van de
Algemeene Beschouwingen over de Rijksbegroo-
ting en van de diverse voorjaarsinterpellaties
en had het debat niets eigens, vooral toen de
ex-interpellant Hiemstra zich fel tegen de
loonsverlaging, door mr. Knottenbelt opnieuw
verdedigd, verzette. Deze sociaal-democratische
afgevaardigde zag geheel terecht de groote
oorzaak in de stelselloosheid der huidige pro
ductiewijze en, man van de „daad", noodigde hij
de Regeering uit, maatregelen aan de Kamer voor
te leggen, die aan die stelselloosheid een einde
kunnen maken. We dachten zoo, dat de huidige
productiewijze internationaal is. Nederland al
leen kan daarin toch maar bedroefd weinig ver
andering brengen.
De vrijzinnig-democratische aanvoerder mr.
Marchant heeft zijn liberalen confrater mee-
doogenloos in het zonnetje gezet. Evenals de heer
Hiemstra ontkende hij, dat de hooge loonen cri
sisoorzaak zijn. Veleer zag hij één oorzaak
op andere ging hij niet in, wijl de inleider van
het debat het, ondanks zijn motie, die een
breed opgezet betoog had doen verwachten, het
óók niet had gedaan in de te hooge huren.
Die leiden er b.v. toe, dat de kleinhandelsprij
zen de daling van de prijzen in den groothandel
niet voldoende volgen, omdat zij op den winke
lier een te zwaren last leggen. En de oorzaak
dier te hooge huren ziet hij in het feit, dat de
eigenaren der panden den geest des tijdST niet
verstaan. Doch juist wat hieraan een einde zou
kunen maken, eene herleving van de Huurcom-
missiewet, wilde mr. Knottenbelt pas in de al
lerlaatste instanties. Zijn panacee was eigenlijk,
althans vandaag in zijn toelichting, alleen de
loonsverlaging, die hij op een of andere wijze
door ingrijpen van overheidswege ten aanzien
van de collectieve arbeidsovereenkomsten be
reiken wil. Hoe, dat werd ook alweer niet dui
delijk aangegeven. Bovendien gelden de collec
tieve contracten vrijwel alle zeer kort, reden,
waarom een analoge regeling, als die voor de
pacht getroffen, hier niet op haar plaats is.
Dinsdag a.s. wordt het debat misschien be
langrijker, komen er wellicht meer constructieve
gedachten. Heden was het maar zoo zoo en
een pijnlijke affaire voor dengene, die de ver
wachtingen van een knap en breed gefundeerd
advies aan de Regeering leelijk beschaamde.
Woensdag 27 April zal Z.H.Exc. Mgr. J. D.
J. Aengenent de nieuwe Bedevaartskerk te
Brielle consacreeren bij gelegenheid van de 25e
Bedevaart der Theologanten van het Groot Se
minarie te Warmond.
De plechtigheden beginnen des morgens om
8 uur; Pontificale H. Mis omstreeks 10 uur.
Eenigen tijd geleden openbaarde zich in de
Rijnstreek, ir de gemeente Bodegraven, een ziek
te onder het rundvee, die gelukkig beperkt bleef
tot een drietal boerderijen.
Het verloop der ziekte was snel en doodelijk.
De Rijksseruminrichting, het wetenschappelijk
instituut van den Veeartsenijkundigen Dienst
stelde onmiddellijk een onderzoek in en het ge
lukte de ziekte te onderkennen. Het bleek te zijn
een zeldzaam voorkomende infectieziekte, ge
naamd de ziekte van Aujerky, voor zoover be
kend voorkomende vooral in Brazilië.
Het lijden valt niet onder de bepalingen der
Veewet, evenwel trachtte de Inspecteur van den
Veeartsenijkundigen Dienst van het district,
de Vink, in samenwerking met den practiseeren-
den dierenarts, het gemeentebestuur en de
veehouders uitbreiding der ziekte te voor
komen.
Sedert eenige weken deden zich geen nieuwe
ziektegevallen voor, deze week echter wel.
In verband hiermede stelde de Directeur
van den Veeartsenijkundigen Dienst, prof. dr.
Berger, vergezeld van den Inspecteur van den
Veeartsenijkundigen Dienst, in algemeenen
dienst, 't Hooft en den Inspecteur de Vink
voornoemd een onderzoek ter plaatse in.
Heden zal prof. dr. Berger met deze Inspec
teurs, dr. Lourens, den directeur van de Rijks
seruminrichting, dr. Frenkel, den directeur van
het Staatsveeartsenijkundig Onderzoeksinsti
tuut en met den practiseerenden dierenarts, A.
Burggraaf te Bodegraven een bespreking hou
den, terwijl a.s. Maandag een bespreking zal
plaats hebben met het bestuur van de afdee-
ling Bodegraven van de Hollandsche Maatschap
pij van Landbouw, waarbij ook de burgemees
ter van Bodegraven zal worden uitgenoodigd.
Men heeft hoop de uitbreiding op groote
schaal der ziekte te voorkomen.
Voor den uitvoer bestaat niet het minste ge
vaar, daar de hier te lande gebruikelijke qua
rantaine aan het uit te voeren vee alle waar
borgen biedt om tijdig eventueele gevallen te
onderkennen.
Vrijdagmiddag is op de Conradkade tusschen
Laan van Meerdervoort en Groot Hertoginne-
laan te Den Haag, een ernstig ongeluk gebeurd.
Een man bevond zich op de trambaan, juist
toen een wagen van lijn 11 met groote snelheid
kwam aanrijden. De man kon niet meer weg
komen en werd door den wagen gegrepen en
overreden.
Deerlijk verminkt werd hij onder de tram uit
gehaald: de dood was reeds ingetreden.
Het slachtoffer is de 26-jarige A. J. P„ wonen
de aan de Laan van Meerdervoort, die tot voor
korten tijd in een zenuwinrichting werd ver
pleegd.
Vrijdag legden aan de werkverschaffing op
den „Cannerberg" te Maastricht ruim twee
honderd arbeiders het werk neer. In vereeni-
ging met een honderdtal arbeiders der werk
verschaffing te Limmel, die eveneens in sta
king waren gegaan, begaven zij zich naar het
stadhuis, doch de burgemeester weigerde hen
te woord te staan. Vervolgens trokken de sta
kers naar de woning van den Commissaris der
Koningin, die een deputatie heeft ontvangen.
Toen zfj later opnieuw aan het stadhuis kwa
men, deelde de burgemeester mee, dat hij bij
niet-hervatting van het werk afdoende maat
regelen zou nemen.
Ernstig wordt gewaarschuwd tegen een zeke
ren jongen man Jan Bek, onlangs ontslagen
uit de gevangenis te Haarlem. Hij doet zich
voor als vurig katholiek en misbruikt daarbij
tevens het naamkaartje van een kapelaan in
Haarlem. Hij is een geraffineerde bedrieger, en
In het Belgische elftal is op het laatste
oogenblik een wijziging gekomen. In verband
met een blessure van den achterspeler Nou-
wens, is deze vervangen door den reserve
speler Lavigne van de R. C. Brussel.
Behalve voor Hoydonckx heeft men dus
thans ook voor Nouwens een invaller moeten
kiezen, hetgeen voor de achterhoede een aan
merkelijke verzwakking beteekent.
In verband met het feit, dat Lavigne reserve
was is voor hem als reserve aangewezen Chan-
traine van de FC Luik.
De reservedoelman Badjou kan eveneens
niet meekomen, voor hem is de doelverdedi-
ger van Berchem Sport Woestadt gekozen.
De Rijksmiddelen hebben over de maand
Maart 1932 opgebracht: 34.702.447.22, terwijl ge
raamd was een opbrengst van ƒ34.850.714.16.
Over dezelfde maand van het vorig jaar was
de opbrengst 37.949.140.80.
De Gemeentefondsbelasting bracht op in
Maart 1932 ƒ6.965.762.60 en de inkomsten aan
opcenten op de vermogensbelasting bedroegen
551.439.68.
PrifekdMraad
Er zijn heel wat pogingen aangewend om
van de S.D.AJ. te weten te komen, of zij
in dagen van gevaar voor land en volk be
trouwbaar zal zijn en het wettig gezag zal
steunen.
In 't eerst zaten onze sociaal-demokra-
ten, zoowel in de Kamer als in de pers,
met dat gevraag danig verlegen, en in
de eerste verlegenheid wisten zij zich geen
betere houding te geven dan de houding
van: „Waar moei je je mee!? Met welk
recht durf je van ons een kategorisch ant
woord vragen??"
Geleidelijk echter kwamen de heeren tot
de bevinding, dat ze deze quasi-verontwaar
digde rol niet eeuwig konden blijven spelen
en dat er toch zooiets als 'n antwoord ge
geven moest worden, wilde de S.DAJP. niet
als een revolutionnaire partij beschouwd
worden en de minder prettige consequen
ties daarvan te dragen krijgen.
Toen hebben ze Jantje van Leiden uit
zijn graf opgediept en hem de moeilijkheid
voorgelegd: „Jantje, wat zullen wij zeg
gen?"
En Jantje, u-e nog nooit om een antwoord
verlegen zat, opende zijn mond en sprak:
„Wanneer men van u lieden eischt, dat
gij u omtrent u— geheime bedoelingen ver
klaart, zegt dan, dat een dergelijke verkla
ring „waardeloos" zou zijn, aangezien nie
mand van te voren weten kan, wat hij in
eenige toekomstige situatie zal doen".
De ondervragers waren over deze vondst
zeer tevreden, ze stopten Jantje weer in
z'n graf en ze volgden rijn raad.
Sinsdien heet het, dat een verklaring
„waardeloos" zou zijn.
„Waardeloos", en daarmee uit!
Dezer dagen heeft de S.D.A.P. deze „ver
klaring" weer eens herhaald in haar hoofd
orgaan „Het Volk".
Laten we de heeren aan him „verklaring"
houden:
Ze weten dus niet, wat zij in bepaalde
omstandigheden zullen doen, of zij wan
neer zich een of andere „revolutionnaire
situatie" voordoet aan het wettig gezag
trouw of niet trouw zullen zijn; zij zullen
naar bevind van zaken handelen.
Het zij zoo.
Maar dan hebben de sociaal-demokraten
zich met hun „verklaring" ook een brevet
van onbetrouwbaarheid uitgereikt.
Voor goed.
Men zal de heeren dus in de gaten moeten
houden.
„Het Volk" noemt het „eerlijke politiek",
dat de sociaal-demokraten geen verklaring
wenschen af te leggen omtrent hun plan
nen in geval van revolutionnaire situaties;
voor óns beteekent de verklaring, dat
men geen verklaring afleggen wilon
betrouwbaarheid.
't Is wellicht om bij voorbaat dit verwijt
te ontgaan, dat „Het Volk" den sociaal-
demokraten ten deze goed gezelschap wil
bezorgen door te beweren, dat de Katho
lieke arbeiders op dit stuk geen haar beter
zijn:
„Ook de katholieke vakbeweging" zoo
schrijft het blad „kan, als zij eerlijk
wil zijn, niet van te voren een „verkla
ring" afleggen over de houding, die zij bij
het optreden van een revolutionnaire situ
atie zal aannemen. In 1918 heeft zij zich
in Duitschland achter de revolutie gesteld;
zelfs hier in Nederland heeft zij toen over
wogen, wat haar standpunt zou zijn. Te
recht zag zij dus in, dat iedere nieuwe po
litieke toestand op zichzelf moet worden
beoordeeld.
Zij, de Roomsche arbeiders, doen in der
gelijke gevallen niet anders dan wij; het
verschil is, dat wij het eerljk, erkennen en
daarom voor geen „verklaringen" te vin
den zijn."
Feit is natuurlijk, dat de S.D.A.P. haar
onbetrouwbaarheid alleen maar zoo eer
lijk erkent, omdat zij de halfrevolution-
naire massa niet van zich durft stooten
en inderdaad van de eerste de beste „re
volutionnaire situatie" gebruik, of liever
misbruik zal maken, wanneer zij, na de
kansen gewikt en gewogen te hebben, zal
meenen, met revolutie het gezag in handen
te kunnen krijgen.
Indien „Het Volk" eenige studie ge
maakt had van de leer der Katholieke
Kerk omtrent het wettig gezag, zou zij
van de katholieke arbeidersbeweging niet
een zelfde onbetrouwbaarheid veronder
steld hebben:
Omverwerping van het wettig gezag en
het scheppen en uitbuiten van „revolution
naire situaties" tot dit doel, is voor den
Katholiek nu eenmaal taboe.
Zich achter de revolutie stellen, wanneer
deze eenmaal een feit is geworden en
praktisch het eigenlijke gezag gevestigd
heeft (zoodat tegenkanting nog grootere
onheilen zou veroorzaken), is heel iets an
ders dan wat de sociaal-demokraten na
eerst zelf de „revolutionnaire situatie" op
geroepen en geschapen te hebben in
duistere dagen eenmaal hopen te bewerk
stelligen.
Katholieken hebben geen draaierij-vooraf
noodig.
Te Veghel kwam een negenjarig meisje bij
het plotseling oversteken der straat ondereen
zwaren vrachtauto. De kleine kwam midden
vóór den wagen te liggen. De chauffeur remde
krachtig, maar de auto schoof over het kind
heen. Niet weinig verbaasd stonden de hevig
verschrikte toeschouwers, toen zij even later
het meisje lachende onder den vrachtauto van
daan zagen komen.