I
ONTSTAAN EN ONTWIKKELING DER GETALLEN
a>ï irnn'v."K",W7B!< it- <>-
B,l II
a rrr i
c,t 11 X h -f
D) xrmn777üs 3
0L P y S 5 m K K£ V
tn r
1 ZI4 5 E
k)z3x u7xr
p
X
p
at
y
WOENSDAG 20 APRIL
Geheimzinnige teekens
Primitieve schrijfwijze
- 4 7
DUITSCHE ZENDERS
Langenberg blijft
I
i
I
I
I
Het eerste begin
i ii in iv v vi vn vin ix x xx l c dm
Telramen
Arabieren de grond
leggers
12349678$ 10 20 50 100 1000
1 2 3 4 5 6 7 8 5 10 2 5 50 100 1000
1 2 3 4 5 6 7 8 5 10 25 50 100 1000
12345678$ 10 20 25 50
12345678$ 10 20 25 50
8
B 1
F)
G)
9 3 7 6 9 f i z, 1
387651311
Indische Dienst
Posterijen
H^l r p o 7 Y A 1*
12345678910
3M T I V 6 7 ft 9 6
1234567 8 3 O
O
1 2
3 4 5 6 7 8 9
M 23 4567 8 S
De uitzendingen van Alten,
Munster en Keulen stopgezet
LABORATORIUM
VOLKSGEZONDHEID
Voor reorganisatie zijn geen
termen
ERNSTIG AUTO-ONGELUK
Indisch arts omgekomen
AANSLAG OP EEN EMPLOYE
VERDUISTERING DOOR
EEN KASSIER
Verdachte heeft te groot geleefd
AANVARING MET DE „IRENE"
Mist en verkeerde manoeuvre
de oorzaken
VERGISSING VAN EEN
MACHINIST
Botsing het gevolg
AUTO-BOTSING OP DEN
HAARLEMMERWEG
250 boete geëischt
Wagenbestuurder van de Gooufihe
veroordeeld
Bedrieglijke bankbreuk
ARNHEM VERHOOGT
ZIJN BELASTINGEN
Het behoud der landgoederen
Warnsborn en Vijverberg
WIJZIGING INDISCHE
BEGROOTING
Meening der Tweede Kamer
EEN ZEEMANSCLUB
OVERVALLEN
„De strijdende arbeidersbeweging"
BOSCHBOUW IN ONS LAND
Amerikaansche belangstelling
zU»
I
Telken jare tegen Kerstmis wordt een nieu
we kalenderstroom de wereld ingezonden en in
die lawine, waaronder wij schier bedolven ra
ken is meer kaf dan koren. Zoo is dan ook het
lot van menigen kalender in dien tijd de prul-
Iemand. Het is dan ook zeer moeilijk om op
dat gebied met iets nieuws en practisch te ko
men, maar in het afgeloopen jaar kwam tegen
de jaarwisseling een van Londens grootste
banken, Lloyd's Bank, met een heel aardige
surprise. Zij schonk aan haar klanten en be
langstellenden een aardig boekje, dat opgevou
wen en in een lijstje gestoken als kalender
dienst doet (men vouwt het telkens zoo, dat de
betreffende maand aan den voorkant komt)
en in ijdele uren leerzame ontspanning brengt.
In die kleine brochure toch vinden wij een kort
historisch overzicht van het ontstaan der ge
tallen, hoe die zich voorts in den loop der
eeuwen hebben gewijzigd en ten slotte gewor
den zijn tot onze hedendaagsche cijfers. Het
leuke van het boekje is, dat het geheel is sa
mengesteld door personeel van deze bankinstel
ling, die blijkens de knappe illustraties van de
zen leerrijken kalender over bekwame teeke
naars beschikt, die in de teekenkunst blijkbaar
even goed thuis zijn als in handelsrekenen!
De natuur heeft den mensch uitgerust met
tien vingers en tien teenen en vindingrijk als
de mensch van den oertijd af geweest is, met
een groot aanpassingsvermogen, dienden deze
natuurlijke telmachines als basis van het reke
nen. van de oergetallen. Men ziet nog men-
schen, die eikaars taal niet verstaan door ge
baren handelen over een transactie, zij die nog
zoo primitief b.v. aankoop van fruit bij wilden,
wier taal men niet verstaat. Door het opste
ken van eenige vingers zal de eene partij aan
geven, hoeveel bananen zij b.v. wil koopen, de
andere wat zij daarvoor hebben moet. Door de
hand eenige malen op te steken krijgt men
veelvouden van vijf, door beide eenige malen
op te steken veelvouden van tien en zoo is
het geen wonder dat het tientallig stelsel bij
vrijwel alle volkeren ingang vond, het lag het
meest voor de hand. Alleen de Britsche natie
en sommigen harer dominions (Zuid Afrika en
Australië) maken daarop een uitzondering, zij
gebruiken het twaalftallig stelsel.
Door verschillende bewegingen met de han
den te maken kon men op deze wijze de meest
ingewikkelde getallen aangeven en dat systeem
vinden wij in de Latijnsche cijfers terug, b.v.
de IV (vijf vingers min één), de IX (tien min
één). Een aanverwant systeem is dat van de
Assyriërs, die ongeveer dezelfde methode volg
den als een kroegbaas op een lei het aantal
borrels opschreef, dat zijn gasten hem schuldig
waren, door nX een aantal streepjes te zetten
Dit oervolk had een zeer ingewikkeld schrift en
kegelschrift, dat men heeft kunnen ontcijfe
ren, nadat verschillende geleerde professoren
daar langdurige studies van hadden gemaakt
door deze tegels, die duizenden jaren in den
schoot der aarde hebben gelegen, aan een nauw
keurig onderzoek te onderwerpen.
De streepjes voor de enkelvoudige getallen
waren kegelvormig, naar beneden spits en de
tientallen hadden den vorm van liggende pijl
punten zoodat de cijfers, die overeenkwamen
met onze er uitzagen als op illustratie A is
aangegeven.
Men moet zich er over verwonderen, dat de
Assyriërs en de Babyloniërs, die het in de
sterrenkunde in dien tyd al ver hadden ge
bracht zij wisten toch reeds dat het jaar
365 dagen, 6 uren en 11 minuten telde zich
van zulke omslachtige cijfers bedienden om
hun ingewikkelde berekeningen te maken.
Een ander volk uit de oudheid, dat het in
de astronomie eveneens heel ver had gebracht,
waren de Egyptenaren. Ook zij bedienden zich
van strepen voor hun getallenstelsel. Het komt
in groote trekken overeen met het vorenge
noemde en hun cijfers zagen er uit als op
illustratie B.
De Assyriërs schreven op klei. De Egyptena
ren waren al weer een stap verder, hun schrijf
papier was minder omvangrijk, gemakkelijker
te hanteeren. Zij bedienden zich van de papy
rusrol, welke gemaakt werd van den bast van
waterriet, dat in een dunne laag aangebracht
werd op dunne weefsels en daarna glad ge
polijst werd. Aangezien deze getallen veel te
omslachtig waren, te veel ruimte innamen,
kreeg men al spoedig een vereenvoudigde
schrijfwijze en de acht streepjes van de 8 wer
den herleid tot: (BI). Deze „Kollewijnscne
getallen werden docr de groote handelslieden
van dien tijd, de Phoeniciërs overgenomen en
verbeterd en ten slotte zagen de voor dien tijd
nieuwe getallen er uit als illustratie C aan
toont.
OVer de Latijnsche of Romeinsche cijfers be
hoeven wij niet verder uit te weiden. Zij zijn
bekend genoeg en ook hier valt weer op hoe
moeilijk het voor rekenkunstenaars in die dagen
geweest moet zijn om met deze plaats- en tijd-
roovende getallen ingewikkelde calculaties te
maken. Voor hen, die soms een jaartal op een
gebouw willen aflezen, geven wij nog even een
getallentabel van dit systeem:
1234567 8 9 10 20 50100 500 1000
De oude Joden hadden ook in hun tijd reeds
een hoogen trap van beschaving bereikt en
daarmee hield natuurlijk de astronomie gelij
ken tred en het is ons bekend, dat zij ook het
tientallig stelsel als basis hadden, want in den
Bijbel komen wij herhaaldelijk meervouden van
10 tegen, zoo b.v. Abraham die den Heer ver
zoekt bij de vernietiging van Sodom vijftig
rechtschapen menschen in het leven te laten,
dc maten van Salomon's tempel zijn in het
decinale stelsel etc. Geluk de oude Grieken
gebruikten de Hebreeuwers in afwijking met
de Assyriërs, de Babyloniërs en Egyptena
ren en Romeinen geen strepen als basis
voor hun getallen, maar letters uit hun al-
fabeth. Dit doen wij in sommige gevallen heden
nog, b.v. bij meetkunde door de hoeken aan te
duiden met Grieksche letters, zoo ook bij het
opsommen van argumenten in plaats van le,
2e. 3e: a) b) c) Het is Descartes ge
weest, die deze methode ook bij Algebra volgde
en de bekenden in een vergelijking aanduidde
met a, b en c en de onbekenden met x, ij en z.
Welnu, deze methode van het volk Israël was
een groote stap in de goede richting en voer
de tot groote vereenvoudiging van het aan
duiden der getallen, waardoor de omslachtige
teekens kwamen te vervallen; hun cijfers za
gen er uit als op illustratie D.
De Grieken gebruikten eerst een combinatie
van letters en streepjes en pi, stelde 5 voor
(het was de eerste letter van he t woord
pen te (vijf) en zoo werd ook de eerste letter
van Deka (tien), de letter Delta; het tee-
ken 10: X de eerste letter van Chiloi
(1000); een hokje om een teeken beteekende
dat het met 5 vermenigvuldigd moest
worden dus 50 (X). Later adopteerden de
Grieken de Hebreeuwsche methode en gebruik
ten hun letterteekens voor de aanduiding van
getallen en zoo zagen hun cijfers er uit als
illustratie E aangeeft.
In den aanvang gebruikte men hoofdletters,
die later door kleine leters werden vervangen,
om een onderscheid te maken tusschen de let
ter- en cijferteekens.
Deze getallen zooals wij ze tot nu toe de re
vue lieten passeeren waren al een stap naar
een bevredigende oplossing, maar zij hadden
een groot gebrek: men kon er bijna niet mee
rekenen en dit werd ondervangen door het ge
bruik van telramen, wanneer het ingewikkelde
berekingen gold. Met zulke telramen leeren wü
wij in onze jeugd de eerste beginselen van het
rekenen en op Java zien wij Chineesche kas
siers daarmee aan het werk, die er even snel
mee kunnen calculeeren als wij met de meest
moderne en dure rekenmachines!
Het zijn de Hindoes geweest, die de oplos
sing vonden, die zoo eenvoudig was als het Ei
van Columbus. Waarom was het rekenen met
deze getallen schier onmogelijk? Omdat de 0
ontbrak. Er was geen variatie van getallen!
De eerste getallen der Hindoes, die aan het
zelfde euvel leden als alle hiervoor genoemde
systemen zagen er uit als illustratie F aan
geeft.
De 0 ontbrak hierin en zoo waren de tien
vouden van de 10 de honderd en duizendtallen
en werden dus ook dienovereenkomstig ge
maakt. Ook werd de 2 langzamerhand van de
twee horizontale streepjes een Z en dat is
bijna al de 2 zooals wij die kennen. In oude
handschriften zien wij dikwijls boven de 1 een
punt, afkomstig van het teeken boven de
Grieksche letters.
De Arabieren zijn feitelijk de grondleggers
van ons getallenstelsel zooals wij het nu toe
passen. Hoe zij in Europa zijn gekomen, is niet
bekend. Er zijn twee mogelijkheden nX door
invoer uit het Oosten via de Middellandsche-
zeehavens in de Levant of door de verovering
van Spanje door de Mooren in 711 toen zij den
beslissenden slag bij Xeres de la Frontera won
nen. Zij troffen daar een stelsel aan zonder 0,
dat men het Ghobar-stelsel noemde; het ver
toont al groote gelijkenis met onze hedendaag
sche cijfers: zie illustratie G.
De Arabieren maakten er ten slotte van, wat
illustratie H aangeeft.
In de twaalfde eeuw zagen de cijfers er uit
als op illustratie I.
Volgens andere theoriën is de evolutie als
volgt gewest, olgens de hoekentheorie (zie
illustratie J).
Volgens de theorie dat zij afgeleid zijn uit
het zegel van Salomo, dat de vorm had als op
llustratie K.
Dan is er nog een cirkeltheorie en er zijn
natuurlijk nog heel wat andere veronderstel
lingen. Men tast echter over het algemeen
over den waren gang van zaken in het duister
en wij laten het aan den lezer over om zich
hierover zijn eigen opinie te vormen.
I JI It lit «lil HM
100
1000
100
1000
100
700 1000
Bestemd voor uitzending naar N.-Indië: J.
Kerkhove, gedipl. hoofdopzichter b.h. Martne-
Eïablissement te Soerabaja, Haarlem.
Verlofgangers N.-Indië: J. W. Welters,
schoolhoofd b. h. O.W.L.O., Brussel; D. J. Ger
ritsen, accountant 1ste kl. b. d. Alg. Reken
kamer, Zwolle; mej. M. M. Scholte, contr. 2de
kl. b. d. P.T.T.-dienst, 'sGravenhage; W. Vis
ser, schoolhoofd b. h. O.WL.O,, Scheveningen;
mr. R. van Hinloopen Labberton, president der
Weeskamer te Soerabaja, Amsterdam.
Met 16 Mei is aangewezen als directeur van
het P.T.T.-kantoor te Enkhuizen de referen
daris 2e kl. der P.T.T., A. M. Dijkstra, thans
dir. van het P.T.T.-kantoor te Bolsward.
De bijzonderheden
omtrent deze cijfers
vindt men in het arti
kel: „Ontstaan en ont
wikkeling der getal
len".
Op last van het Duitsche ministerie der
posterijen zijn de uitzendingen van de drie
nevenzenders van den Westdeutschen Rund
funk, n.l. Aken .Munster en Keulen, thans
definitief stopgezet. Slechts de groote zender
te Langenberg blijft nog werken. De reden
hiervan is, volgens de officieele mededeelingen,
dat in Duitschland het aantal zenders ver
kleind wordt, zij het ook, dat de energie der
overblijvende moet worden versterkt, om in
"net geheele ressort een goede ontvangst mo
gelijk te maken. Dit is dan cok de feitelijke
reden, waarom men indertijd de antenne
energie van Langenberg op 75 K.W. heeft ge
bracht. Alleen daardoor kon in het geheele
ressort een zoo krachtig veld worden verkregen,
dat overal een goede ontvangst mogelijk was,
ook met een voudige toestellen. Docr de neven
zenders, die tot dusver voor het Gleichwellen-
systeem noodig waren, overbodig te maken,
wordt tevens de ontvangst op grootere afstan
den vergemakkelijkt.
Het punt, waar het nu om gaat, is de vraag
of het veld inderdaad in het geheele ressort
krachtig genoeg is. Vanwege de posterijen
zijn weliswaar na het in werking stellen van
den versterkten zender te Langenberg op ver
schillende punten metingen verricht, die „aan
de verwachtingen hebben beantwoord", doch
de Westdeutsche Rundfunk is er niet zoo ge
rust op. Om te beginnen is men nu voor de
uitzendingen op één zender aangewezen, zoo
dat de luisteraars het maar toevallig moeten
treffen, dat hun toestel goed werkt op die
golflengte (472.4 M. of 635 kilohertz). Boven
dien vindt men in Aken, Keulen en Munster
zeer vele luisteraars, wier toestellen met
kristaldetectors zijn uitgerust; vanaf de eerste
jaren van den omroep hebben zij in hun
woonplaats een zender en dus ook een
krachtig veld gehad, waardoor zij met de
eenvoudigste antennes konden volstaan, terwijl
zij thans voor het meerendeel Langenberg
slechts kunnen hooren .wanneer zij een antenne
op het dak plaatsen. Zelfs de bezitters van
eenvoudige, goedkoope tweelamps-toestellen en
bij uitzondering zelfs drielampstoestelien
zonder hoogfrequentversterker, hebben reden
tot klagen. De meeste drielampstoestelien
zonder hoogfrequentversterker en zelfs vele
goede tweelampstoestellen waarborgen echter
een goed ontvangst van Langenberg, dikwijls
zonder dakanteiine.
Een andere moeilijkheid is, dat vele luiste
raars, wier radiotoestel niet meer geheel in
orde is, de oude plaatselijke zenders toch nog
wel konden hooren, terwijl zij nu hun pro
gramma's moeten missen, omdat zij b.v. geen
geld hebben voor nieuwe lampen. In vele ge
vallen is echter een kwestie van wat zorg:
men moet het toestel nauwkeuriger instel
len en de terugkoppeling voorzichtig aan
draaien, dan wel of het toestel is stoffig ge
worden of vertoont andere materieele ge
breken. Er komen nog tal van andere bezwaren
bij: bezitters van batterijtoestellen moeten de
anodespanningen laten nazien; in verband met
de grootere golflengte van Langenberg wor-
der verwisselbare spoelen vervangen door an
dere van een grooter aantal windingen (75
100) en in vele gevallen moet de antenne ver
lengd worden. De primitieve antennes in den
vorm van springveeren bedden, naaimachines,
kachelpijpen, gas- en waterleidingen e. d. kun
nen als regel in het geheel niet meer dienst
doen. Waar vele luisteraars niet in staat zijn
zelf de fout te vinden en de noodige maat
regelen te nemen, heeft de Westdeutsche Rund
funk een specialen hulpdienst ingesteld, die
vooral in Aken, Munster en Keulen zelf en in
de naaste omgeving derzer steden ijverig aan
het werk is gegaan en geheel kosteloos hulp
verleend aan de gedupeerde luisteraars. Zoo
tracht de omroepmaatschappij de gevolgen van
de stopzetting der zenders, die zij niet heeft
kunnen terughouden, voor luisteraars in
haar ressort zooveel mogelijk weg te nemen
en het moet gezegd worden, dat haar radio
experts hierin bij een hoog percentage, der
gevallen ook slagen. Slechts bij een kleine
4 pet. der gevallen was dit niet mogelijk. Bij
iets meer dan 5 pet. moeten nieuwe lampen
worden ingezet, bij ongeveer 24 pet. andere
spoelen of soortgelijke onderdeelen. Bij 13.5
pet. behoefde slechts het ontvangtoestel door
den expert op Langenberg te worden ingesteld!
En ten slotte was bij 38 pet. de antenne of
aardleiding ondeugdelijk, waarbij in de meeste
gevallen door zeer geringe veranderingen ver
betering van den toestand werd verkregen.
Op de vragen van het lid der Tweede Kamer
mevrouw De VriesBruis betreffende een on
derzoek naar den toestand in het Centraal
Laboratorium voor de Volksgezondheid te
ütrceht en de naar aanleiding daarvan geno
men maatregelen, antwoordt de minister van
Arbeid, Handel en Nijverheid het volgende:
In 1931 is een onderzoek ingesteld, doch niet
naar den toestand in het Centraal Laborato
rium voor de Volksgezondheid te Utrecht.
Er bestonden geruimen tijd moeilijkheden
tusschen den directeur van het laboratorium
en het hoofd van de bacteriologische afdeeling.
Een brief van den directeur heeft den minis
ter aanleiding gegeven een onderzoek in te
stellen naar die moeilijkheden.
Het onderzoek heeft er toe geleid, dat, in
afwachting van de te nemen beslissing, het
hoofd van de bacteriologische afdeeling belast
werd met een speciaal onderzoek, dat van nut
was voor het vaccinatievraagstuk, welk onder
zoek buiten het laboratorium, ook in het bui
tenland, moest worden ingesteld.
Sinds dien is de persoonlijke verhouding in
het laboratorium verbeterd; de moeilijkheden
bleven niet tot de beide daarbij rechtstreeks
betrokken personen beperkt.
Van de onvolledige of onjuiste resultaten
van belangrijke onderzoekingen is geen sprake
geweest. Een paar malen hebben geruchten
daarover in de pers de ronde gedaan, maar die
zijn bij onmiddellijk daarop ingewonnen rap
port van den directeur volkomen onjuist ge
bleken.
Voor een hernieuwd onderzoek of voor reor
ganisatie zijn geen termep.
DJOKJAKARTA, 18 April (Aneta). Een
automobiel, bestuurd door den luitenant Kui
pers, heeft den heer Soedjono, Indisch arts bij
het Krankzinnigengesticht te Magelang, aan
gereden. Het zwaargewonde slachtoffer werd
overgebracht naar het Militair Hospitaal, waar
hij aan de bekomen' verwondingen is overleden.
BANDOENG, 18 April (Aneta). Een Euro-
peesche employe van een melkerij te Lembang
is door een zestal Inlanders, die hem met stok
ken, goloks en een bijl hadden opgewacht, deer
lijk toegetakeld. Het slachtoffer verkeert niet
in levensgevaar. De daders van den aanslag
werden gearresteerd. Het schijnt dat de aanlei
ding tot hun daad gelegen is in een vrouwen
kwestie.
Zooals wij reeds in het kort mededeelden,
diende voor de vijfde Kamer der Haagsche
Rechtbank de zaak tegen den 44-jarigen kas
sier der firma Heldring Pierson L. J. J. L.,
gedetineerd, verdacht dat hij te 's-Gravenhage,
in het tijdvak gevormd door de jaren 1920 tot
en met 1S31 herhaalde malen opzettelijk gel
den, in totaal ongeveer 55 65.000 gulden,
althans een lager geldsbedrag, toebehoorende
aan de firma Heldring Pierson, welke gel
den hij als kassier van genóemde bankiers
zaak had ontvangen, zich wederrechtelijk heeft
toegeëigend.
In deze zaak waren door het O. M., waar
genomen door mr P. Blok, drie getuigen ge
dagvaard.
Verdachte werd door mr. J. Rolandus Hage-
doorn als raadsman bijgestaan.
Als eerste getuige werd gehoord de firmant
der firma H. P., jhr. J. A. G. Sandberg, die
op een vraag van den president antwoordde,
dat hij geconstateerd had, dat in December j.l.
bij de kascontrole een bedrag van 65.000.
bleek te kort te zijn.
Op een vraag van mr. Rolandus Hagedoorn,
deelde get. mede, dat L. het recht had over
kasgelden te disponeeren bij de Nederlandsche
Bank en de chèques als procuratiehouder te
onderteekenen.
De volgende getuige, de procuratiehouder
der bank K., heeft met den vorigen getuige
de boeken gecontroleerd en het tekort gecon
stateerd. Toen na enkele dagen de kas toch
klopte, werd een onderzoek ingesteld en toen
bleek dat het tekort bij de NederL Bank door
verdachte was opgenomen.
Get.de Gr. verklaarde, dat zijn collega L.
tegenover hem heeft bekend de verduisterin
gen te hebben gepleegd.
Mr. A. C. E. M. de Gr., advocaat en pro
cureur te Den Haag, wordt, na door den pre
sident mr de Joncheere, op verzoek van ver
dachte van zijn ambtseed te zijn ontslagen,
als getuige décharge gehoord.
In November 1930 is verdachte bij getuige
op kantoor gekomen en legde deze de zaak
bloot, daarbij mededeelend, dat de firma tegen
benadeeling door derden was verzekerd.
Met de firma B. Franco Mendes te Am
sterdam is toen getracht een schikking te tref
fen, doch de door getuige aangewende pogin
gen om middels afbetaling van eenige dui
zenden guldens per jaar, de zaak in der minne
te schikken, hadden geen succes.
Verder verklaarde mr. de Gr. dat L. sedert
jaren zeer gebukt ging onder hetgeen hij mis
dreven had.
Verdachte bekende het hem ten laste ge
legde.
President: Waar is het geld gebleven?
Het is een groot bedrag.
V e r d. zegt, dat hij o.a. zijn broer heeft ge
holpen en speculeerde.
President: Dat is bekend, doch het ver
klaart niet het verdwijnen van zulk een be
drag. U is de eenige die het weet.
Hierop verklaarde verdachte op de vraag hoe
hij ruim zes en een half duizend gulden per
jaar zoek bracht, dat hij te groot hééft ge
leefd en café's en schouwburgen bezocht.
Mr. Blok requisitoir nemend, ving aan op te
merken, dat hij geen verontschuldigingen voor
de gedragingen van verdachte kon vinden. De
vraag, hoe hij in dé gelegenheid was deze ver
duisteringen 'te plegen, zonder dat er iets van
gemerkt is, wordt beantwoord door de verkla
ringen van verdachte, dat hij steeds de te
korten aanzuiverde door op de Ned. Bank te
disponeeren.
Spr. is van meening, dat afgezien van de
controle, er toch altijd een behoorlijke marge
voor vertrouwen over moet blijven en dit is
door verdachte beschaamd.
Dat verdachte spijt zou hebben gehad, blijkt
niet uit het feit, dat hij is blijven doorgaan
met gelden te verduisteren. Er is een groot be
drag zoek geraakt en spr. vraagt een ernstige
straf, gelijk reeds door ons werd gemeld, n.l.
twee jaren en zes maanden gevangenisstraf.
Mr. Rolandus Hagedoorn besprak de ten laste
legging, welke stelt dat 65.000 in tien jaar
is verduisterd. Dit zal zeer moeilijk te bewij
zen zijn aan de hand van hetgeen gebleken
is uit het onderzoek bij de Bank.
Pleiter gaat na hoe verdachte, door een
erfenis in 1913 verkregen, speculant is ge
worden, hetgeen hem noodlottig is gebleken.
Vervolgens bespreekt pleiter de vertrouwens
kwestie en zegt, dat er een onbeperkt vertrou
wen heerschte.
De verduisterde gelden heeft L. niet voor
zich zelf alleen behouden. Velen zijn door hem
geholpen en steeds heeft verd. getracht zijn
fout te herstellen.
Vervolgens spreekt pleiter nog over de spe
culatie en de wijze waarop zulks door perso
neel aan banken geschiedt. Van wegstoppen
of verbrassen is niets gebleken, wèl staat het
vast, dat L. veel te groot heeft geleefd.
Pleiter eindigt met de uiterste clementie te
verzoeken.
Uitspraak 3 Mei a.s.
De Raad voor de Scheepvaart te Amsterdam
deed uitspraak in zake de aanvaring tijdens
mist van den stoomtrawler „Irene" IJM. 89 met
het Zweedsche stoomschip „Sigrid Matthies-
sen" nabij het Haaks lichtschip.
De Raad voor de Scheepvaart meent, d^t de
primaire oorzaak van de aanvaring ongetwij
feld de destijds heerschende mist is. Dit neemt
evenwel niet weg, dat de secundaire oorzaak te
vinden is in verkeerd manoeuvreeren aan de
zijde van het Zweedsche schip. De wijze, waar
op de Sigrid Matthlessen" heeft gemanoeu
vreerd is duidelijk. Nadat Op goed geluk met
volle kracht hard S.B.-roer is gegeven, is in
middels de trawler uit den mist te voorschijn
gekomen. Daarna is nog door het Zweedsche
schip volle kracht vooruit met hard B.B.-roer
gegeven, klaarblijkelijk om te trachten het in
de richting van den voorsteven van den trawler
zwenkende achterschip van het Zweedsche
vaartuig alsnog vrij te krijgen van dien voor
steven, doch die manoeuvre kon niet meer
baten, omdat door de groote vaart van eerst-
gemeld schip, in verband met de scherpe zwen
king naar stuurboord, het achterschip van het
Zweedsche vaartuig reeds te ver in de richting
van den voorsteven van den trawler was ge
komen. In de gegeven omstandigheden kan aan
den schipper van den trawler niet met grond
worden verweten dat hij niet de vereischte
maatregelen tot voorzichtigheid heeft getroffen.
De Raad voor de Scheepvaart te Amsterdam
deed uitspraak in zake:
a. het botsen tegen de kade te Londen van
het motorschip „Neptunus";
b. de klacht van den hoofdinspecteur van
de Scheepvaart tegen den schipper van ge
noemd vaartuig, terzake van het naar zee ver
trekken zonder geldig bewijs van zeewaardig
heid na aanvaring.
De Raad is van oordeel dat het stooten van
het schip tegen de kade te Londen is veroor
zaakt door een daad van den machinist, hienn
bestaande dat hij den motor volle kracht ach
teruit in plaats van volle kracht vooruit heeft
laten werken, en door zijn verzuim om zich
daarvan te overtuigen, ook niet toen het hem
uit het herhaaldelijk overhalen van de tele
graaf duidelijk moest zijn, dat er aan de uit
voering der ontvangen order iets haperde. Hoe
wel de machinist voor deze fout ten volle aan
sprakelijk is, hebben hier twee omstandighe
den een rol gespeeld, welke de vergissing van
den machinist hebben begunstigd, en wel: ten
eerste dat de motor niet in den stopstand ge
bracht was na het laatste gebruik, een mis
bruik, waarop de Raad reeds herhaaldelijk
heeft gewezen, en ten tweede dat van dek, toen
werd bemerkt, dat de order „volle kracht voor
uit" niet juist werd uitgevoerd, in plaats van
het voortdurend overhalen der telegraaf, niet
eerst „stop" is getelegrafeerd en eerst daarna
vooruit, waardoor wellicht de machinist nog
tijdig zijn fout zou hebben hersteld. De Raad
is van oordeel dat aan den machinist een straf
van schorsing moet worden opgelegd.
Wat de klacht betreft, deze kan, naar
's Raads oordeel niet gegrond worden ver
klaard. De twee aanvaringen hadden plaats,
nadat de reis was aangevangen en zonder dat
na die aanvaringen een haven is aangedaan.
De Raad strafte den machinist door hem de
bevoegdheid te ontnemen om als machinist te
varen op een schip als bedoeld bij art. 2 der
schepenwet voor den tijd van 14 dagen.
De tegen den schipper ingedienden klacht
werd ongegrond verklaard.
Voor de Vijfde Kamer der Arrondissements
rechtbank te Amsterdam had zich een Amster-
damsch koopman te verantwoorden, verdacht
van veroorzaken van zwaar lichamelijk letsel
door schuld.
Op een zeer mistigen ochtend in September
van het vorig jaar reed de koopman met zijn
auto op den Haarlemmerweg in de nabijheid
van het Kruithuis. Hij haalde een auto in, die
eveneens in de richting Haarlem reed, met een
snelheid van ongeveer 40 K.M. per uur. Bij het
passeeren kwam verd. met zijn auto gedeeltelijk
op de linkerheift van den weg. Op hetzelfde
oogenblik daagde uit de richting Haarlem een
andere auto op. bestuurd door den industrieel
D. J. van Houten te Laren. Vóór de bestuur
ders gelegenheid hadden te remmen, botsten
beide auto's tegen elkaar aan. De voertuigen
werden totaal vernield, terwijl de beide be
stuurders ernstig gewond werden. Tegen den
Amsterdamschen koopman werd een vervolging
ingesteld wegens veroorzaken van zwaar licha
melijk letsel door schuld. Verd. verklaarde, nog
steeds geen strafbaar feit te zien in hetgeen
hij had gedaan. Hij verwonderde er zich over,
dat hij en niet zijn tegenligger werd vervolgd.
De inspecteur van de verkeerspolitie L. A. A.
Cohen, als deskundige gehoord, achtte, gezien
de betrekkelijk geringe breedte van den Haar
lemmerweg, die volgens hem slechts aan drie
voertuigen naast elkaar ruimte biedt, bij een
dergelijken dichten mist, die verd. het uitzicht
binnen zijn remweg belette, het voorbijrijden
met een dergelijke snelheid hoogst onvoor
zichtig.
Een deskundige décharge, ir. H. A. Schleur-
holts Tichelaar, meende dat het ongeval aan
den tegenligger was te wijten, die meer rechts
had moeten rijden.
De Officier van Justitie, mr. B. Kist, achtte
in een uitvoerig requisitoir de schuld van ver
dachte, die z.i. onder deze omstandigheden niet
had mogen passeeren, bewezen. Hij gaf toe, dat
den tegenligger ook wel eenige schuld trof,
maar aan de hand van jurisprudentie toonde
hij aan, dat dit verd. niet disculpeerde, maar
slechts van invloed kon zijn op de strafmaat.
Spr. eischte dan ook 250.— boete, subs. 25
dagen hechtenis, terwijl hij intrekking van het
rijbewijs niet requireerde; uit hoofde van het
door verd. bekomen letsel, zoo overwoog de
Officier, zal verd. voortaan wel voorzichtiger
rijden.
De verdediger mr. Vroom was van meening,
dat de tegenligger veel roekeloozer had gereden
dan zijn cliënt. Hij vergeleek diens wijze van
rijden bij die van een levensmoede. PI. meende,
dat vrijspraak zou moeten volgen.
Vonnis 3 Mei.
De Vijfde Kamr: der Arrondissements-
Rechtbank te Amsterdam veroordeelde een
wagenbestuurder van de Gooische tram tot een
geldboete van 25 subsidiair tien dagen hechte
nis.
Op 7 September j.l. reed verd. als wagen
bestuurder van de Gooische tram bij Diemen
in de richting Muiden. Op een gegeven oogen
blik moest een auto, eveneens in de richting
Muiden rijdend, uitwijken en werd door de
tram aangereden en licht beschadigd.
Aan den wagenbestuurder was ten laste ge
legd, dat hij geen snelheid had verminderd toen
de veiligheid van het verkeer dit gebood.
Door de politie werd te Weert aangehouden
de landbouwer K., die wetende dat zijn fail
lissement was aangevraagd al zijn vee, land
bouwgereedschappen etc. verkocht met het
doel hierdoor te ontkomen aan zijn verplichtin
gen jegens zijn verschillende schuldeischers,
meldt „De Morgen".
K., die dan ook enkele dagen later failliet
werd verklaard, is naar Roermond op transport
gesteld, terwijl het verkochte vee, land en ak-
kersgeréedschappen en dergelijke bij de koopers
in beslag genomen zijn.
De belangrijke bedragen, die den bouw van de
vaste brug over den Rijn binnenkort van de
gemeentekas zal vergen en de overschrij
ding van de begrooting van Maatschappelijk
Hulpbetoon met 150.000, hebben den Gemeen
teraad van Arnhem in zijn jongste zitting doen
besluiten het aantal opcenten op de hoofdsom
der gemeentefondsbelasting te verhoogen en te
brengen van 70 op 75. Van de 5 nieuwe opcen
ten zullen 2 opcenten dienen als compensatie
voor het uit de bruggelden te vormen brug-
fonds, terwijl de opbrengst van de drie andere
aangewend kan worden tot versterking van de
gewone middelen.
Door den wethouder van financiën werden
voorts verschillende bezuinigingsmaatregelen
aangekondigd, o. a. een herziening van de
loonen en salarissen van het gemeentepersoneel,
een reorganisatie der politie, enz.
Na ampe'e discussie werd goedgekeurd het
voorstel van B. en W. om aan de Stichting
„Gelderseh Landschap" ten behoeve van den
aankoop der landgoederen Wamsbom en Vij
verberg een subsidie te verleenen van 3500
per jaar, voorloopig voor den tijd van vijf
jaren. De gemeente Arnhem garandeert tevens
een rente van 3 pCt. en een aflossing van 1
pCt. 'sjaars van de door de Stichting uit te
schrijven obligatieleening groot 150.000 en
verklaart zich bereid eventueel niet geplaatste
obligaties over te nemen; tenslotte garandeert
de gemeente een rente van 3 34 pCt. en een
aflossing van 2 pCt. van de door de Stichting
bij de Gemeentespaarbank te sluiten le hypo
thecaire geldleening van 200.000.
Voor den bouw van een nieuw sportgebouw
op het sportpark aan den Kluizeweg werd
33000 beschikbaar gesteld en 1250 voor de
aanschaffing van een eenvoudige fotografische
en dactyloscopische inrichting ten dienste van
de politie.
Volgens het verslag der Tweede Kamer over
het wetsontwerp tot goedkeuring van het be
sluit van den Gouv.-Generaal van Ned.-Indië
tot nadere wijziging en aanvulling van afdee
ling III van de begrooting van Ned.-Indië voor
1932, verklaarden verscheidene leden, die reeds
herhaaldelijk hadden te kennen gegeven dat
zij niet wilden medewerken aan de versterking
van de Indische middelen door verhooging van
den druk van de indirecte belastingen, dat zij
op dezen grond ook aan dit ontwerp hun stem
niet zouden geven.
Sommige leden, die in beginsel een zelfde
standpunt innamen, verklaarden ditmaal de
zijde der regeering te kunnen kiezen, wijl het
thans door haar gedane voorstel belasting van
een genotmiddel betreft.
Bij vele andere leden bestond tegen den voor
gestelden maatregel niet alleen geen bezwaar,
doch zij beschouwden deze heffing als een van
de meest aangewezen middelen om de inkom
sten van Indië te vermeerderen.
Het Tweede Kamerlid De Visser heeft aan
den Minister van Justitie de volgende vragen
gesteld:
Is het der Regeering bekend, dat op 31 Maart*'
j.l. door de politie te Rotterdam een inval
werd gedaan in het gebouw van de Internatio
nale Zeemansclub, waarbij 29 zeelieden werden
gearresteerd?
Is het met instemming van de Regeering.
dat door de politie van dezen inval tevens ge
bruik werd gemaakt tot het plegen van huis
zoeking, waarbij kasten, enz. werden ontsloten,
terwijl werd geweigerd een bevel tot huiszoe
king te toonen?
Staat een dergelijk optreden niet gelijk met
het plegen van huisvredebreuk en is de Regee
ring bereid tegen hen, die de bedoelde huis
zoeking hebben verricht, maatregelen te tref
fen?
Is het der Regeering ook bekend, dat het
bestuur en de aanwezige leden van de Zee
mansclub voornoemd aan den lijve werden ge'
visiteerd en in de localen van de club een
onderzoek naar het voorhanden zijn van wape
nen is ingesteld, welke niet aanwezig bleken
te zijn?
Is het waar, dat 28 van de gearreseterde
vreemdelingen over de grens zijn geleid, waar
van 1 naar Finland werd gedeporteerd, waai'
deze man, in verband met de uitwijzing als
communist wellicht ook als zoodanig zal wor
den aangemerkt, als gevolg waarvan hij met
eenige jaren gevangenisstraf wordt bedreigd?
Meent de Regeering, dat tegen de strijdende
arbeidersbeweging en tegen hier te lande ver
toevende, haar niet welgevallige arbeiders, ook
al maken zij zich aan geen enkele overtreding
schuldig, maatregelen als de gesignaleerde ge
oorloofd zijn?
Zoo neen, wil de Regeering dan tegen her
haling maatregelen treffen?
Men schrijft ons:
Sedert ruim een week maakt mr, A. Ring-
land, inspecteur van het Staatsboschbeheer in
Noord-Amerika en tijdelijk verbonden aan het
Amerikaansche gezantschap te Londen, een
studiereis in ons land. De Amerikaansche re
geering heeft hem nJ. opgedragen, de boscn-
cultuur in Europa te bestudeeren, alsmede de
daarbij gevolgde politiek en de opleiding van
hen, die de bosschen beheeren. Reeds bezocht
hij, voorgelicht door de betrokken houtvesters,
de bebosschingen, die onder leiding van het
Staatsboschbeheer op Texel, in Schoort en in
Drenthe worden uitgevoerd. Voorts bezag htb
vergezeld van den directeur van het Staats
boschbeheer, enkele landgoederen en bosschen.
om zich een beeld te kunnen vormen van de
resultaten, bereikt met de toepassing der
Boschwet 1922 en der Natuurschoon wet 1928.
Eén dag zal worden gewüd aan de bezichtiging
van de houtvesterijen van H. M. de Koningin
te Apeldoorn. Voorts staan op het program®*
verschillende tochten naar belangrijke werken
der Nederlandsche Heidemaatschappij, zooaJ*
de bebosschingen op het landgoed „de Utrecht
te Hilvarenbeek en die onder Bakel en GC'
mert. Ook is het de bedoeling, nog een bezoek
aan de Staatshoutvesterijen bij Kootwijk el
Breda te brengen, terwijl eveneens een bezoc"
aan de Landbouw-Hoogeschool op het Pv°'
gramma staat.
Van den stand van het iepenziekteonderzoe
hebben prof. dr. Westerdijk en dr. Buisman oP
het bekende laboratorium te Baam den hee
Ringland op de hoogte gebracht. g
Genoemde heer, die een groote belangstelling
toont voor hetgeen hier te lande op het
bied van de boschcultuur en houtteelt
schiedt, interesseert zich bijzonder voor d®
scheppenden arbeid op onze woeste grond®1'
omdat de bebossching van terreinen, die than»
zijn kaalgekapt, of waarvan de bosschen
IC"
verbrand, voor Noord-Amerika met zijn SJl
verminderende boschoppervlakte een aetue
vraagstuk vormt.