I ONTSTAAN EN ONTWIKKELING DER GETALLEN a>ï irnn'v."K",W7B!< it- <>- B,l II a rrr i c,t 11 X h -f D) xrmn777üs 3 0L P y S 5 m K K£ V tn r 1 ZI4 5 E k)z3x u7xr p X p at y WOENSDAG 20 APRIL Geheimzinnige teekens Primitieve schrijfwijze - 4 7 DUITSCHE ZENDERS Langenberg blijft I i I I I Het eerste begin i ii in iv v vi vn vin ix x xx l c dm Telramen Arabieren de grond leggers 12349678$ 10 20 50 100 1000 1 2 3 4 5 6 7 8 5 10 2 5 50 100 1000 1 2 3 4 5 6 7 8 5 10 25 50 100 1000 12345678$ 10 20 25 50 12345678$ 10 20 25 50 8 B 1 F) G) 9 3 7 6 9 f i z, 1 387651311 Indische Dienst Posterijen H^l r p o 7 Y A 1* 12345678910 3M T I V 6 7 ft 9 6 1234567 8 3 O O 1 2 3 4 5 6 7 8 9 M 23 4567 8 S De uitzendingen van Alten, Munster en Keulen stopgezet LABORATORIUM VOLKSGEZONDHEID Voor reorganisatie zijn geen termen ERNSTIG AUTO-ONGELUK Indisch arts omgekomen AANSLAG OP EEN EMPLOYE VERDUISTERING DOOR EEN KASSIER Verdachte heeft te groot geleefd AANVARING MET DE „IRENE" Mist en verkeerde manoeuvre de oorzaken VERGISSING VAN EEN MACHINIST Botsing het gevolg AUTO-BOTSING OP DEN HAARLEMMERWEG 250 boete geëischt Wagenbestuurder van de Gooufihe veroordeeld Bedrieglijke bankbreuk ARNHEM VERHOOGT ZIJN BELASTINGEN Het behoud der landgoederen Warnsborn en Vijverberg WIJZIGING INDISCHE BEGROOTING Meening der Tweede Kamer EEN ZEEMANSCLUB OVERVALLEN „De strijdende arbeidersbeweging" BOSCHBOUW IN ONS LAND Amerikaansche belangstelling zU» I Telken jare tegen Kerstmis wordt een nieu we kalenderstroom de wereld ingezonden en in die lawine, waaronder wij schier bedolven ra ken is meer kaf dan koren. Zoo is dan ook het lot van menigen kalender in dien tijd de prul- Iemand. Het is dan ook zeer moeilijk om op dat gebied met iets nieuws en practisch te ko men, maar in het afgeloopen jaar kwam tegen de jaarwisseling een van Londens grootste banken, Lloyd's Bank, met een heel aardige surprise. Zij schonk aan haar klanten en be langstellenden een aardig boekje, dat opgevou wen en in een lijstje gestoken als kalender dienst doet (men vouwt het telkens zoo, dat de betreffende maand aan den voorkant komt) en in ijdele uren leerzame ontspanning brengt. In die kleine brochure toch vinden wij een kort historisch overzicht van het ontstaan der ge tallen, hoe die zich voorts in den loop der eeuwen hebben gewijzigd en ten slotte gewor den zijn tot onze hedendaagsche cijfers. Het leuke van het boekje is, dat het geheel is sa mengesteld door personeel van deze bankinstel ling, die blijkens de knappe illustraties van de zen leerrijken kalender over bekwame teeke naars beschikt, die in de teekenkunst blijkbaar even goed thuis zijn als in handelsrekenen! De natuur heeft den mensch uitgerust met tien vingers en tien teenen en vindingrijk als de mensch van den oertijd af geweest is, met een groot aanpassingsvermogen, dienden deze natuurlijke telmachines als basis van het reke nen. van de oergetallen. Men ziet nog men- schen, die eikaars taal niet verstaan door ge baren handelen over een transactie, zij die nog zoo primitief b.v. aankoop van fruit bij wilden, wier taal men niet verstaat. Door het opste ken van eenige vingers zal de eene partij aan geven, hoeveel bananen zij b.v. wil koopen, de andere wat zij daarvoor hebben moet. Door de hand eenige malen op te steken krijgt men veelvouden van vijf, door beide eenige malen op te steken veelvouden van tien en zoo is het geen wonder dat het tientallig stelsel bij vrijwel alle volkeren ingang vond, het lag het meest voor de hand. Alleen de Britsche natie en sommigen harer dominions (Zuid Afrika en Australië) maken daarop een uitzondering, zij gebruiken het twaalftallig stelsel. Door verschillende bewegingen met de han den te maken kon men op deze wijze de meest ingewikkelde getallen aangeven en dat systeem vinden wij in de Latijnsche cijfers terug, b.v. de IV (vijf vingers min één), de IX (tien min één). Een aanverwant systeem is dat van de Assyriërs, die ongeveer dezelfde methode volg den als een kroegbaas op een lei het aantal borrels opschreef, dat zijn gasten hem schuldig waren, door nX een aantal streepjes te zetten Dit oervolk had een zeer ingewikkeld schrift en kegelschrift, dat men heeft kunnen ontcijfe ren, nadat verschillende geleerde professoren daar langdurige studies van hadden gemaakt door deze tegels, die duizenden jaren in den schoot der aarde hebben gelegen, aan een nauw keurig onderzoek te onderwerpen. De streepjes voor de enkelvoudige getallen waren kegelvormig, naar beneden spits en de tientallen hadden den vorm van liggende pijl punten zoodat de cijfers, die overeenkwamen met onze er uitzagen als op illustratie A is aangegeven. Men moet zich er over verwonderen, dat de Assyriërs en de Babyloniërs, die het in de sterrenkunde in dien tyd al ver hadden ge bracht zij wisten toch reeds dat het jaar 365 dagen, 6 uren en 11 minuten telde zich van zulke omslachtige cijfers bedienden om hun ingewikkelde berekeningen te maken. Een ander volk uit de oudheid, dat het in de astronomie eveneens heel ver had gebracht, waren de Egyptenaren. Ook zij bedienden zich van strepen voor hun getallenstelsel. Het komt in groote trekken overeen met het vorenge noemde en hun cijfers zagen er uit als op illustratie B. De Assyriërs schreven op klei. De Egyptena ren waren al weer een stap verder, hun schrijf papier was minder omvangrijk, gemakkelijker te hanteeren. Zij bedienden zich van de papy rusrol, welke gemaakt werd van den bast van waterriet, dat in een dunne laag aangebracht werd op dunne weefsels en daarna glad ge polijst werd. Aangezien deze getallen veel te omslachtig waren, te veel ruimte innamen, kreeg men al spoedig een vereenvoudigde schrijfwijze en de acht streepjes van de 8 wer den herleid tot: (BI). Deze „Kollewijnscne getallen werden docr de groote handelslieden van dien tijd, de Phoeniciërs overgenomen en verbeterd en ten slotte zagen de voor dien tijd nieuwe getallen er uit als illustratie C aan toont. OVer de Latijnsche of Romeinsche cijfers be hoeven wij niet verder uit te weiden. Zij zijn bekend genoeg en ook hier valt weer op hoe moeilijk het voor rekenkunstenaars in die dagen geweest moet zijn om met deze plaats- en tijd- roovende getallen ingewikkelde calculaties te maken. Voor hen, die soms een jaartal op een gebouw willen aflezen, geven wij nog even een getallentabel van dit systeem: 1234567 8 9 10 20 50100 500 1000 De oude Joden hadden ook in hun tijd reeds een hoogen trap van beschaving bereikt en daarmee hield natuurlijk de astronomie gelij ken tred en het is ons bekend, dat zij ook het tientallig stelsel als basis hadden, want in den Bijbel komen wij herhaaldelijk meervouden van 10 tegen, zoo b.v. Abraham die den Heer ver zoekt bij de vernietiging van Sodom vijftig rechtschapen menschen in het leven te laten, dc maten van Salomon's tempel zijn in het decinale stelsel etc. Geluk de oude Grieken gebruikten de Hebreeuwers in afwijking met de Assyriërs, de Babyloniërs en Egyptena ren en Romeinen geen strepen als basis voor hun getallen, maar letters uit hun al- fabeth. Dit doen wij in sommige gevallen heden nog, b.v. bij meetkunde door de hoeken aan te duiden met Grieksche letters, zoo ook bij het opsommen van argumenten in plaats van le, 2e. 3e: a) b) c) Het is Descartes ge weest, die deze methode ook bij Algebra volgde en de bekenden in een vergelijking aanduidde met a, b en c en de onbekenden met x, ij en z. Welnu, deze methode van het volk Israël was een groote stap in de goede richting en voer de tot groote vereenvoudiging van het aan duiden der getallen, waardoor de omslachtige teekens kwamen te vervallen; hun cijfers za gen er uit als op illustratie D. De Grieken gebruikten eerst een combinatie van letters en streepjes en pi, stelde 5 voor (het was de eerste letter van he t woord pen te (vijf) en zoo werd ook de eerste letter van Deka (tien), de letter Delta; het tee- ken 10: X de eerste letter van Chiloi (1000); een hokje om een teeken beteekende dat het met 5 vermenigvuldigd moest worden dus 50 (X). Later adopteerden de Grieken de Hebreeuwsche methode en gebruik ten hun letterteekens voor de aanduiding van getallen en zoo zagen hun cijfers er uit als illustratie E aangeeft. In den aanvang gebruikte men hoofdletters, die later door kleine leters werden vervangen, om een onderscheid te maken tusschen de let ter- en cijferteekens. Deze getallen zooals wij ze tot nu toe de re vue lieten passeeren waren al een stap naar een bevredigende oplossing, maar zij hadden een groot gebrek: men kon er bijna niet mee rekenen en dit werd ondervangen door het ge bruik van telramen, wanneer het ingewikkelde berekingen gold. Met zulke telramen leeren wü wij in onze jeugd de eerste beginselen van het rekenen en op Java zien wij Chineesche kas siers daarmee aan het werk, die er even snel mee kunnen calculeeren als wij met de meest moderne en dure rekenmachines! Het zijn de Hindoes geweest, die de oplos sing vonden, die zoo eenvoudig was als het Ei van Columbus. Waarom was het rekenen met deze getallen schier onmogelijk? Omdat de 0 ontbrak. Er was geen variatie van getallen! De eerste getallen der Hindoes, die aan het zelfde euvel leden als alle hiervoor genoemde systemen zagen er uit als illustratie F aan geeft. De 0 ontbrak hierin en zoo waren de tien vouden van de 10 de honderd en duizendtallen en werden dus ook dienovereenkomstig ge maakt. Ook werd de 2 langzamerhand van de twee horizontale streepjes een Z en dat is bijna al de 2 zooals wij die kennen. In oude handschriften zien wij dikwijls boven de 1 een punt, afkomstig van het teeken boven de Grieksche letters. De Arabieren zijn feitelijk de grondleggers van ons getallenstelsel zooals wij het nu toe passen. Hoe zij in Europa zijn gekomen, is niet bekend. Er zijn twee mogelijkheden nX door invoer uit het Oosten via de Middellandsche- zeehavens in de Levant of door de verovering van Spanje door de Mooren in 711 toen zij den beslissenden slag bij Xeres de la Frontera won nen. Zij troffen daar een stelsel aan zonder 0, dat men het Ghobar-stelsel noemde; het ver toont al groote gelijkenis met onze hedendaag sche cijfers: zie illustratie G. De Arabieren maakten er ten slotte van, wat illustratie H aangeeft. In de twaalfde eeuw zagen de cijfers er uit als op illustratie I. Volgens andere theoriën is de evolutie als volgt gewest, olgens de hoekentheorie (zie illustratie J). Volgens de theorie dat zij afgeleid zijn uit het zegel van Salomo, dat de vorm had als op llustratie K. Dan is er nog een cirkeltheorie en er zijn natuurlijk nog heel wat andere veronderstel lingen. Men tast echter over het algemeen over den waren gang van zaken in het duister en wij laten het aan den lezer over om zich hierover zijn eigen opinie te vormen. I JI It lit «lil HM 100 1000 100 1000 100 700 1000 Bestemd voor uitzending naar N.-Indië: J. Kerkhove, gedipl. hoofdopzichter b.h. Martne- Eïablissement te Soerabaja, Haarlem. Verlofgangers N.-Indië: J. W. Welters, schoolhoofd b. h. O.W.L.O., Brussel; D. J. Ger ritsen, accountant 1ste kl. b. d. Alg. Reken kamer, Zwolle; mej. M. M. Scholte, contr. 2de kl. b. d. P.T.T.-dienst, 'sGravenhage; W. Vis ser, schoolhoofd b. h. O.WL.O,, Scheveningen; mr. R. van Hinloopen Labberton, president der Weeskamer te Soerabaja, Amsterdam. Met 16 Mei is aangewezen als directeur van het P.T.T.-kantoor te Enkhuizen de referen daris 2e kl. der P.T.T., A. M. Dijkstra, thans dir. van het P.T.T.-kantoor te Bolsward. De bijzonderheden omtrent deze cijfers vindt men in het arti kel: „Ontstaan en ont wikkeling der getal len". Op last van het Duitsche ministerie der posterijen zijn de uitzendingen van de drie nevenzenders van den Westdeutschen Rund funk, n.l. Aken .Munster en Keulen, thans definitief stopgezet. Slechts de groote zender te Langenberg blijft nog werken. De reden hiervan is, volgens de officieele mededeelingen, dat in Duitschland het aantal zenders ver kleind wordt, zij het ook, dat de energie der overblijvende moet worden versterkt, om in "net geheele ressort een goede ontvangst mo gelijk te maken. Dit is dan cok de feitelijke reden, waarom men indertijd de antenne energie van Langenberg op 75 K.W. heeft ge bracht. Alleen daardoor kon in het geheele ressort een zoo krachtig veld worden verkregen, dat overal een goede ontvangst mogelijk was, ook met een voudige toestellen. Docr de neven zenders, die tot dusver voor het Gleichwellen- systeem noodig waren, overbodig te maken, wordt tevens de ontvangst op grootere afstan den vergemakkelijkt. Het punt, waar het nu om gaat, is de vraag of het veld inderdaad in het geheele ressort krachtig genoeg is. Vanwege de posterijen zijn weliswaar na het in werking stellen van den versterkten zender te Langenberg op ver schillende punten metingen verricht, die „aan de verwachtingen hebben beantwoord", doch de Westdeutsche Rundfunk is er niet zoo ge rust op. Om te beginnen is men nu voor de uitzendingen op één zender aangewezen, zoo dat de luisteraars het maar toevallig moeten treffen, dat hun toestel goed werkt op die golflengte (472.4 M. of 635 kilohertz). Boven dien vindt men in Aken, Keulen en Munster zeer vele luisteraars, wier toestellen met kristaldetectors zijn uitgerust; vanaf de eerste jaren van den omroep hebben zij in hun woonplaats een zender en dus ook een krachtig veld gehad, waardoor zij met de eenvoudigste antennes konden volstaan, terwijl zij thans voor het meerendeel Langenberg slechts kunnen hooren .wanneer zij een antenne op het dak plaatsen. Zelfs de bezitters van eenvoudige, goedkoope tweelamps-toestellen en bij uitzondering zelfs drielampstoestelien zonder hoogfrequentversterker, hebben reden tot klagen. De meeste drielampstoestelien zonder hoogfrequentversterker en zelfs vele goede tweelampstoestellen waarborgen echter een goed ontvangst van Langenberg, dikwijls zonder dakanteiine. Een andere moeilijkheid is, dat vele luiste raars, wier radiotoestel niet meer geheel in orde is, de oude plaatselijke zenders toch nog wel konden hooren, terwijl zij nu hun pro gramma's moeten missen, omdat zij b.v. geen geld hebben voor nieuwe lampen. In vele ge vallen is echter een kwestie van wat zorg: men moet het toestel nauwkeuriger instel len en de terugkoppeling voorzichtig aan draaien, dan wel of het toestel is stoffig ge worden of vertoont andere materieele ge breken. Er komen nog tal van andere bezwaren bij: bezitters van batterijtoestellen moeten de anodespanningen laten nazien; in verband met de grootere golflengte van Langenberg wor- der verwisselbare spoelen vervangen door an dere van een grooter aantal windingen (75 100) en in vele gevallen moet de antenne ver lengd worden. De primitieve antennes in den vorm van springveeren bedden, naaimachines, kachelpijpen, gas- en waterleidingen e. d. kun nen als regel in het geheel niet meer dienst doen. Waar vele luisteraars niet in staat zijn zelf de fout te vinden en de noodige maat regelen te nemen, heeft de Westdeutsche Rund funk een specialen hulpdienst ingesteld, die vooral in Aken, Munster en Keulen zelf en in de naaste omgeving derzer steden ijverig aan het werk is gegaan en geheel kosteloos hulp verleend aan de gedupeerde luisteraars. Zoo tracht de omroepmaatschappij de gevolgen van de stopzetting der zenders, die zij niet heeft kunnen terughouden, voor luisteraars in haar ressort zooveel mogelijk weg te nemen en het moet gezegd worden, dat haar radio experts hierin bij een hoog percentage, der gevallen ook slagen. Slechts bij een kleine 4 pet. der gevallen was dit niet mogelijk. Bij iets meer dan 5 pet. moeten nieuwe lampen worden ingezet, bij ongeveer 24 pet. andere spoelen of soortgelijke onderdeelen. Bij 13.5 pet. behoefde slechts het ontvangtoestel door den expert op Langenberg te worden ingesteld! En ten slotte was bij 38 pet. de antenne of aardleiding ondeugdelijk, waarbij in de meeste gevallen door zeer geringe veranderingen ver betering van den toestand werd verkregen. Op de vragen van het lid der Tweede Kamer mevrouw De VriesBruis betreffende een on derzoek naar den toestand in het Centraal Laboratorium voor de Volksgezondheid te ütrceht en de naar aanleiding daarvan geno men maatregelen, antwoordt de minister van Arbeid, Handel en Nijverheid het volgende: In 1931 is een onderzoek ingesteld, doch niet naar den toestand in het Centraal Laborato rium voor de Volksgezondheid te Utrecht. Er bestonden geruimen tijd moeilijkheden tusschen den directeur van het laboratorium en het hoofd van de bacteriologische afdeeling. Een brief van den directeur heeft den minis ter aanleiding gegeven een onderzoek in te stellen naar die moeilijkheden. Het onderzoek heeft er toe geleid, dat, in afwachting van de te nemen beslissing, het hoofd van de bacteriologische afdeeling belast werd met een speciaal onderzoek, dat van nut was voor het vaccinatievraagstuk, welk onder zoek buiten het laboratorium, ook in het bui tenland, moest worden ingesteld. Sinds dien is de persoonlijke verhouding in het laboratorium verbeterd; de moeilijkheden bleven niet tot de beide daarbij rechtstreeks betrokken personen beperkt. Van de onvolledige of onjuiste resultaten van belangrijke onderzoekingen is geen sprake geweest. Een paar malen hebben geruchten daarover in de pers de ronde gedaan, maar die zijn bij onmiddellijk daarop ingewonnen rap port van den directeur volkomen onjuist ge bleken. Voor een hernieuwd onderzoek of voor reor ganisatie zijn geen termep. DJOKJAKARTA, 18 April (Aneta). Een automobiel, bestuurd door den luitenant Kui pers, heeft den heer Soedjono, Indisch arts bij het Krankzinnigengesticht te Magelang, aan gereden. Het zwaargewonde slachtoffer werd overgebracht naar het Militair Hospitaal, waar hij aan de bekomen' verwondingen is overleden. BANDOENG, 18 April (Aneta). Een Euro- peesche employe van een melkerij te Lembang is door een zestal Inlanders, die hem met stok ken, goloks en een bijl hadden opgewacht, deer lijk toegetakeld. Het slachtoffer verkeert niet in levensgevaar. De daders van den aanslag werden gearresteerd. Het schijnt dat de aanlei ding tot hun daad gelegen is in een vrouwen kwestie. Zooals wij reeds in het kort mededeelden, diende voor de vijfde Kamer der Haagsche Rechtbank de zaak tegen den 44-jarigen kas sier der firma Heldring Pierson L. J. J. L., gedetineerd, verdacht dat hij te 's-Gravenhage, in het tijdvak gevormd door de jaren 1920 tot en met 1S31 herhaalde malen opzettelijk gel den, in totaal ongeveer 55 65.000 gulden, althans een lager geldsbedrag, toebehoorende aan de firma Heldring Pierson, welke gel den hij als kassier van genóemde bankiers zaak had ontvangen, zich wederrechtelijk heeft toegeëigend. In deze zaak waren door het O. M., waar genomen door mr P. Blok, drie getuigen ge dagvaard. Verdachte werd door mr. J. Rolandus Hage- doorn als raadsman bijgestaan. Als eerste getuige werd gehoord de firmant der firma H. P., jhr. J. A. G. Sandberg, die op een vraag van den president antwoordde, dat hij geconstateerd had, dat in December j.l. bij de kascontrole een bedrag van 65.000. bleek te kort te zijn. Op een vraag van mr. Rolandus Hagedoorn, deelde get. mede, dat L. het recht had over kasgelden te disponeeren bij de Nederlandsche Bank en de chèques als procuratiehouder te onderteekenen. De volgende getuige, de procuratiehouder der bank K., heeft met den vorigen getuige de boeken gecontroleerd en het tekort gecon stateerd. Toen na enkele dagen de kas toch klopte, werd een onderzoek ingesteld en toen bleek dat het tekort bij de NederL Bank door verdachte was opgenomen. Get.de Gr. verklaarde, dat zijn collega L. tegenover hem heeft bekend de verduisterin gen te hebben gepleegd. Mr. A. C. E. M. de Gr., advocaat en pro cureur te Den Haag, wordt, na door den pre sident mr de Joncheere, op verzoek van ver dachte van zijn ambtseed te zijn ontslagen, als getuige décharge gehoord. In November 1930 is verdachte bij getuige op kantoor gekomen en legde deze de zaak bloot, daarbij mededeelend, dat de firma tegen benadeeling door derden was verzekerd. Met de firma B. Franco Mendes te Am sterdam is toen getracht een schikking te tref fen, doch de door getuige aangewende pogin gen om middels afbetaling van eenige dui zenden guldens per jaar, de zaak in der minne te schikken, hadden geen succes. Verder verklaarde mr. de Gr. dat L. sedert jaren zeer gebukt ging onder hetgeen hij mis dreven had. Verdachte bekende het hem ten laste ge legde. President: Waar is het geld gebleven? Het is een groot bedrag. V e r d. zegt, dat hij o.a. zijn broer heeft ge holpen en speculeerde. President: Dat is bekend, doch het ver klaart niet het verdwijnen van zulk een be drag. U is de eenige die het weet. Hierop verklaarde verdachte op de vraag hoe hij ruim zes en een half duizend gulden per jaar zoek bracht, dat hij te groot hééft ge leefd en café's en schouwburgen bezocht. Mr. Blok requisitoir nemend, ving aan op te merken, dat hij geen verontschuldigingen voor de gedragingen van verdachte kon vinden. De vraag, hoe hij in dé gelegenheid was deze ver duisteringen 'te plegen, zonder dat er iets van gemerkt is, wordt beantwoord door de verkla ringen van verdachte, dat hij steeds de te korten aanzuiverde door op de Ned. Bank te disponeeren. Spr. is van meening, dat afgezien van de controle, er toch altijd een behoorlijke marge voor vertrouwen over moet blijven en dit is door verdachte beschaamd. Dat verdachte spijt zou hebben gehad, blijkt niet uit het feit, dat hij is blijven doorgaan met gelden te verduisteren. Er is een groot be drag zoek geraakt en spr. vraagt een ernstige straf, gelijk reeds door ons werd gemeld, n.l. twee jaren en zes maanden gevangenisstraf. Mr. Rolandus Hagedoorn besprak de ten laste legging, welke stelt dat 65.000 in tien jaar is verduisterd. Dit zal zeer moeilijk te bewij zen zijn aan de hand van hetgeen gebleken is uit het onderzoek bij de Bank. Pleiter gaat na hoe verdachte, door een erfenis in 1913 verkregen, speculant is ge worden, hetgeen hem noodlottig is gebleken. Vervolgens bespreekt pleiter de vertrouwens kwestie en zegt, dat er een onbeperkt vertrou wen heerschte. De verduisterde gelden heeft L. niet voor zich zelf alleen behouden. Velen zijn door hem geholpen en steeds heeft verd. getracht zijn fout te herstellen. Vervolgens spreekt pleiter nog over de spe culatie en de wijze waarop zulks door perso neel aan banken geschiedt. Van wegstoppen of verbrassen is niets gebleken, wèl staat het vast, dat L. veel te groot heeft geleefd. Pleiter eindigt met de uiterste clementie te verzoeken. Uitspraak 3 Mei a.s. De Raad voor de Scheepvaart te Amsterdam deed uitspraak in zake de aanvaring tijdens mist van den stoomtrawler „Irene" IJM. 89 met het Zweedsche stoomschip „Sigrid Matthies- sen" nabij het Haaks lichtschip. De Raad voor de Scheepvaart meent, d^t de primaire oorzaak van de aanvaring ongetwij feld de destijds heerschende mist is. Dit neemt evenwel niet weg, dat de secundaire oorzaak te vinden is in verkeerd manoeuvreeren aan de zijde van het Zweedsche schip. De wijze, waar op de Sigrid Matthlessen" heeft gemanoeu vreerd is duidelijk. Nadat Op goed geluk met volle kracht hard S.B.-roer is gegeven, is in middels de trawler uit den mist te voorschijn gekomen. Daarna is nog door het Zweedsche schip volle kracht vooruit met hard B.B.-roer gegeven, klaarblijkelijk om te trachten het in de richting van den voorsteven van den trawler zwenkende achterschip van het Zweedsche vaartuig alsnog vrij te krijgen van dien voor steven, doch die manoeuvre kon niet meer baten, omdat door de groote vaart van eerst- gemeld schip, in verband met de scherpe zwen king naar stuurboord, het achterschip van het Zweedsche vaartuig reeds te ver in de richting van den voorsteven van den trawler was ge komen. In de gegeven omstandigheden kan aan den schipper van den trawler niet met grond worden verweten dat hij niet de vereischte maatregelen tot voorzichtigheid heeft getroffen. De Raad voor de Scheepvaart te Amsterdam deed uitspraak in zake: a. het botsen tegen de kade te Londen van het motorschip „Neptunus"; b. de klacht van den hoofdinspecteur van de Scheepvaart tegen den schipper van ge noemd vaartuig, terzake van het naar zee ver trekken zonder geldig bewijs van zeewaardig heid na aanvaring. De Raad is van oordeel dat het stooten van het schip tegen de kade te Londen is veroor zaakt door een daad van den machinist, hienn bestaande dat hij den motor volle kracht ach teruit in plaats van volle kracht vooruit heeft laten werken, en door zijn verzuim om zich daarvan te overtuigen, ook niet toen het hem uit het herhaaldelijk overhalen van de tele graaf duidelijk moest zijn, dat er aan de uit voering der ontvangen order iets haperde. Hoe wel de machinist voor deze fout ten volle aan sprakelijk is, hebben hier twee omstandighe den een rol gespeeld, welke de vergissing van den machinist hebben begunstigd, en wel: ten eerste dat de motor niet in den stopstand ge bracht was na het laatste gebruik, een mis bruik, waarop de Raad reeds herhaaldelijk heeft gewezen, en ten tweede dat van dek, toen werd bemerkt, dat de order „volle kracht voor uit" niet juist werd uitgevoerd, in plaats van het voortdurend overhalen der telegraaf, niet eerst „stop" is getelegrafeerd en eerst daarna vooruit, waardoor wellicht de machinist nog tijdig zijn fout zou hebben hersteld. De Raad is van oordeel dat aan den machinist een straf van schorsing moet worden opgelegd. Wat de klacht betreft, deze kan, naar 's Raads oordeel niet gegrond worden ver klaard. De twee aanvaringen hadden plaats, nadat de reis was aangevangen en zonder dat na die aanvaringen een haven is aangedaan. De Raad strafte den machinist door hem de bevoegdheid te ontnemen om als machinist te varen op een schip als bedoeld bij art. 2 der schepenwet voor den tijd van 14 dagen. De tegen den schipper ingedienden klacht werd ongegrond verklaard. Voor de Vijfde Kamer der Arrondissements rechtbank te Amsterdam had zich een Amster- damsch koopman te verantwoorden, verdacht van veroorzaken van zwaar lichamelijk letsel door schuld. Op een zeer mistigen ochtend in September van het vorig jaar reed de koopman met zijn auto op den Haarlemmerweg in de nabijheid van het Kruithuis. Hij haalde een auto in, die eveneens in de richting Haarlem reed, met een snelheid van ongeveer 40 K.M. per uur. Bij het passeeren kwam verd. met zijn auto gedeeltelijk op de linkerheift van den weg. Op hetzelfde oogenblik daagde uit de richting Haarlem een andere auto op. bestuurd door den industrieel D. J. van Houten te Laren. Vóór de bestuur ders gelegenheid hadden te remmen, botsten beide auto's tegen elkaar aan. De voertuigen werden totaal vernield, terwijl de beide be stuurders ernstig gewond werden. Tegen den Amsterdamschen koopman werd een vervolging ingesteld wegens veroorzaken van zwaar licha melijk letsel door schuld. Verd. verklaarde, nog steeds geen strafbaar feit te zien in hetgeen hij had gedaan. Hij verwonderde er zich over, dat hij en niet zijn tegenligger werd vervolgd. De inspecteur van de verkeerspolitie L. A. A. Cohen, als deskundige gehoord, achtte, gezien de betrekkelijk geringe breedte van den Haar lemmerweg, die volgens hem slechts aan drie voertuigen naast elkaar ruimte biedt, bij een dergelijken dichten mist, die verd. het uitzicht binnen zijn remweg belette, het voorbijrijden met een dergelijke snelheid hoogst onvoor zichtig. Een deskundige décharge, ir. H. A. Schleur- holts Tichelaar, meende dat het ongeval aan den tegenligger was te wijten, die meer rechts had moeten rijden. De Officier van Justitie, mr. B. Kist, achtte in een uitvoerig requisitoir de schuld van ver dachte, die z.i. onder deze omstandigheden niet had mogen passeeren, bewezen. Hij gaf toe, dat den tegenligger ook wel eenige schuld trof, maar aan de hand van jurisprudentie toonde hij aan, dat dit verd. niet disculpeerde, maar slechts van invloed kon zijn op de strafmaat. Spr. eischte dan ook 250.— boete, subs. 25 dagen hechtenis, terwijl hij intrekking van het rijbewijs niet requireerde; uit hoofde van het door verd. bekomen letsel, zoo overwoog de Officier, zal verd. voortaan wel voorzichtiger rijden. De verdediger mr. Vroom was van meening, dat de tegenligger veel roekeloozer had gereden dan zijn cliënt. Hij vergeleek diens wijze van rijden bij die van een levensmoede. PI. meende, dat vrijspraak zou moeten volgen. Vonnis 3 Mei. De Vijfde Kamr: der Arrondissements- Rechtbank te Amsterdam veroordeelde een wagenbestuurder van de Gooische tram tot een geldboete van 25 subsidiair tien dagen hechte nis. Op 7 September j.l. reed verd. als wagen bestuurder van de Gooische tram bij Diemen in de richting Muiden. Op een gegeven oogen blik moest een auto, eveneens in de richting Muiden rijdend, uitwijken en werd door de tram aangereden en licht beschadigd. Aan den wagenbestuurder was ten laste ge legd, dat hij geen snelheid had verminderd toen de veiligheid van het verkeer dit gebood. Door de politie werd te Weert aangehouden de landbouwer K., die wetende dat zijn fail lissement was aangevraagd al zijn vee, land bouwgereedschappen etc. verkocht met het doel hierdoor te ontkomen aan zijn verplichtin gen jegens zijn verschillende schuldeischers, meldt „De Morgen". K., die dan ook enkele dagen later failliet werd verklaard, is naar Roermond op transport gesteld, terwijl het verkochte vee, land en ak- kersgeréedschappen en dergelijke bij de koopers in beslag genomen zijn. De belangrijke bedragen, die den bouw van de vaste brug over den Rijn binnenkort van de gemeentekas zal vergen en de overschrij ding van de begrooting van Maatschappelijk Hulpbetoon met 150.000, hebben den Gemeen teraad van Arnhem in zijn jongste zitting doen besluiten het aantal opcenten op de hoofdsom der gemeentefondsbelasting te verhoogen en te brengen van 70 op 75. Van de 5 nieuwe opcen ten zullen 2 opcenten dienen als compensatie voor het uit de bruggelden te vormen brug- fonds, terwijl de opbrengst van de drie andere aangewend kan worden tot versterking van de gewone middelen. Door den wethouder van financiën werden voorts verschillende bezuinigingsmaatregelen aangekondigd, o. a. een herziening van de loonen en salarissen van het gemeentepersoneel, een reorganisatie der politie, enz. Na ampe'e discussie werd goedgekeurd het voorstel van B. en W. om aan de Stichting „Gelderseh Landschap" ten behoeve van den aankoop der landgoederen Wamsbom en Vij verberg een subsidie te verleenen van 3500 per jaar, voorloopig voor den tijd van vijf jaren. De gemeente Arnhem garandeert tevens een rente van 3 pCt. en een aflossing van 1 pCt. 'sjaars van de door de Stichting uit te schrijven obligatieleening groot 150.000 en verklaart zich bereid eventueel niet geplaatste obligaties over te nemen; tenslotte garandeert de gemeente een rente van 3 34 pCt. en een aflossing van 2 pCt. van de door de Stichting bij de Gemeentespaarbank te sluiten le hypo thecaire geldleening van 200.000. Voor den bouw van een nieuw sportgebouw op het sportpark aan den Kluizeweg werd 33000 beschikbaar gesteld en 1250 voor de aanschaffing van een eenvoudige fotografische en dactyloscopische inrichting ten dienste van de politie. Volgens het verslag der Tweede Kamer over het wetsontwerp tot goedkeuring van het be sluit van den Gouv.-Generaal van Ned.-Indië tot nadere wijziging en aanvulling van afdee ling III van de begrooting van Ned.-Indië voor 1932, verklaarden verscheidene leden, die reeds herhaaldelijk hadden te kennen gegeven dat zij niet wilden medewerken aan de versterking van de Indische middelen door verhooging van den druk van de indirecte belastingen, dat zij op dezen grond ook aan dit ontwerp hun stem niet zouden geven. Sommige leden, die in beginsel een zelfde standpunt innamen, verklaarden ditmaal de zijde der regeering te kunnen kiezen, wijl het thans door haar gedane voorstel belasting van een genotmiddel betreft. Bij vele andere leden bestond tegen den voor gestelden maatregel niet alleen geen bezwaar, doch zij beschouwden deze heffing als een van de meest aangewezen middelen om de inkom sten van Indië te vermeerderen. Het Tweede Kamerlid De Visser heeft aan den Minister van Justitie de volgende vragen gesteld: Is het der Regeering bekend, dat op 31 Maart*' j.l. door de politie te Rotterdam een inval werd gedaan in het gebouw van de Internatio nale Zeemansclub, waarbij 29 zeelieden werden gearresteerd? Is het met instemming van de Regeering. dat door de politie van dezen inval tevens ge bruik werd gemaakt tot het plegen van huis zoeking, waarbij kasten, enz. werden ontsloten, terwijl werd geweigerd een bevel tot huiszoe king te toonen? Staat een dergelijk optreden niet gelijk met het plegen van huisvredebreuk en is de Regee ring bereid tegen hen, die de bedoelde huis zoeking hebben verricht, maatregelen te tref fen? Is het der Regeering ook bekend, dat het bestuur en de aanwezige leden van de Zee mansclub voornoemd aan den lijve werden ge' visiteerd en in de localen van de club een onderzoek naar het voorhanden zijn van wape nen is ingesteld, welke niet aanwezig bleken te zijn? Is het waar, dat 28 van de gearreseterde vreemdelingen over de grens zijn geleid, waar van 1 naar Finland werd gedeporteerd, waai' deze man, in verband met de uitwijzing als communist wellicht ook als zoodanig zal wor den aangemerkt, als gevolg waarvan hij met eenige jaren gevangenisstraf wordt bedreigd? Meent de Regeering, dat tegen de strijdende arbeidersbeweging en tegen hier te lande ver toevende, haar niet welgevallige arbeiders, ook al maken zij zich aan geen enkele overtreding schuldig, maatregelen als de gesignaleerde ge oorloofd zijn? Zoo neen, wil de Regeering dan tegen her haling maatregelen treffen? Men schrijft ons: Sedert ruim een week maakt mr, A. Ring- land, inspecteur van het Staatsboschbeheer in Noord-Amerika en tijdelijk verbonden aan het Amerikaansche gezantschap te Londen, een studiereis in ons land. De Amerikaansche re geering heeft hem nJ. opgedragen, de boscn- cultuur in Europa te bestudeeren, alsmede de daarbij gevolgde politiek en de opleiding van hen, die de bosschen beheeren. Reeds bezocht hij, voorgelicht door de betrokken houtvesters, de bebosschingen, die onder leiding van het Staatsboschbeheer op Texel, in Schoort en in Drenthe worden uitgevoerd. Voorts bezag htb vergezeld van den directeur van het Staats boschbeheer, enkele landgoederen en bosschen. om zich een beeld te kunnen vormen van de resultaten, bereikt met de toepassing der Boschwet 1922 en der Natuurschoon wet 1928. Eén dag zal worden gewüd aan de bezichtiging van de houtvesterijen van H. M. de Koningin te Apeldoorn. Voorts staan op het program®* verschillende tochten naar belangrijke werken der Nederlandsche Heidemaatschappij, zooaJ* de bebosschingen op het landgoed „de Utrecht te Hilvarenbeek en die onder Bakel en GC' mert. Ook is het de bedoeling, nog een bezoek aan de Staatshoutvesterijen bij Kootwijk el Breda te brengen, terwijl eveneens een bezoc" aan de Landbouw-Hoogeschool op het Pv°' gramma staat. Van den stand van het iepenziekteonderzoe hebben prof. dr. Westerdijk en dr. Buisman oP het bekende laboratorium te Baam den hee Ringland op de hoogte gebracht. g Genoemde heer, die een groote belangstelling toont voor hetgeen hier te lande op het bied van de boschcultuur en houtteelt schiedt, interesseert zich bijzonder voor d® scheppenden arbeid op onze woeste grond®1' omdat de bebossching van terreinen, die than» zijn kaalgekapt, of waarvan de bosschen IC" verbrand, voor Noord-Amerika met zijn SJl verminderende boschoppervlakte een aetue vraagstuk vormt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 6