RIJKSPOSTSPAARBANKWET c Gp de bruiloft van oom Henk DE VIJANDEN VAN HET BIJE VRIJDAG 6 MEI Wetsontwerp aangenomen Discussies over den Economischen Raad Kon zijn sokken niet aankrijgen m FEUILLETON Gabraël Garcia ore no OP HET BINNENHOF Ook alarm-pistolen zullen onder de Vuurwapen-wet vallen Minister Donner met een revolver V uurwapen-wet Vervaarlijke demon stratie Economische Raad PRINSES JULIANA'S VERJAARDAG Viering te Genève llllilIilllflIllllIllilllllllIlllllllllllIllllIM TEGEN HET MENGGEBOD VAN BOTER VERHAAL VAN DEN DAG Tot drie jaar veroordeeld TREINWAGEN OP AUTO- BANDEN Den Haag, 4 Mei 1932. Voordat heden Minister Donner zijn wijzi ging van de Vuurwapenwet 1919 verdedigen kon, moest allereerst een opvolger voor wijlen den heer van Vuuren in de Gemengde Commissie voor de Stenographic gekozen worden, voor welke functie de leider der Katholieke fractie, prof. Aalberse, werd uitverkoren. En voorts diende een wijziging van de Postspaarbank vooraf te gaan, die twee ministers, Jhr. de Geer en Mr. Reymer, achter de tafel riep, doch slechts van één afgevaardigde, den anti- revolutionnair Mr. de Wilde, een korte en vrij ondergeschikte opmerking ontlokte. Zonder hoofdelijke stemming werd deze wijziging aan vaard. Zij komt in hoofdzaak hierop neer, dat van de Rijkspostspaarbank een zelfstandige rechtspersoon gemaakt wordt. Deze metamor phose is noodig, omdat de Nederlandsche Bank krachtens haar octrooi geen Staatsfondsen in beleening mag aannemen van den Staat zelf. En aangezien in de toekomst waarschijnlijk de talrijke millioenen, thans in verband met de crisis bij de Rijkspostspaarbank belegd, bij ver andering van de conjunctuur weer zullen wor den opgevraagd, was het wenschelijk, deze be lemmering voor de beleening van Staatsfond sen door de Rijkspostspaarbank weg te nemen en door middel van eigen rechtspersoonlijkheid aan dit Instituut grooter liquiditeit te ver schaffen. De wijziging van de Vuurwapenwet 1919 be oogt op de eerste plaats aan het begrip vuur wapen meerdere uitbreiding te geven, zoodat b.v. ook alarmpistolen onder de wet zullen val len, en ten tweede de 6anctie op het onbevoegd voorhanden hebben van vuurwapenen uit te breiden. De bepaling, die het bezit van bepaalde genoemde vuurwapenen eerst dè,n strafbaar stelde, zoo niet aan een bevel tot inlevering gevolg gegeven werd, wordt daartoe thans uit de wet gelicht. De bezwaren van de heeren Tilanus, Schaep- man en van Voorst tot Voorst, dat de onorde lijke elementen door deze verscherping der wet een voorsprong krijgen op de ordelievende bur- gerse die ter hunner beveiliging gaarne over een wapen beschikken en daartoe vaak geen kans krijgen, omdat de vergunning hun geweigerd wordt, bleek de Minister niet te deelen. Immers, het principe van de wet, het stelsel wordt niet gewijzigd. En voorts vroeg Mr. Donner aan Baron v. Voorst of het weigeren van het con sent misschien niet een gevolg kan zijn van het feit, dat ten plattelande bijna steeds ver gunning- voor een jachtgeweer wordt aange vraagd en de burgemeester daaruit tot de aan wezigheid van andere neigingen dan die tot self-defense besluit. Dat de alarmpistolen onder de wet gebracht worden, had vooral majoor Schaepman ver droten. De Minister heeft dezen maatregel ge motiveerd door erop te wijzen, dat op de eerste plaats deze apparaten gemakkelijk tot een wer kelijk wapen zijn om te vormen iets, wat de heer Schaepman voor de meeste typen ont kent, omdat zij van te zwak metaal zijn ver vaardigd en in hun nieuwen staat slechts ge vaar voor den hanteerder zouden opleveren en verder dat de alarmpistolen reeds bij ver schillende gelegenheden, o.a. den bankoverval in de Veerlaan te Rotterdam en den roofoverval op het postkantoor te Ginneken, als instrument tot afdreiging hebben dienst gedaan. Niettemin hield de Katholieke afgevaardigde voet bij stuk. Hij zette den Minister als het ware het pistool op de borst door zeer technisch na mens de Commissie van Rapporteurs een amen dement, dat uitzonderingen mogelijk maakte te gaan verdedigen. Waarna de bewindsman een doosje met de bewuste apparaten liet aan rukken en zoo vervaarlijk met zulk een, zij het ongeladen „wapen" ging demonstreeren.' dat de voorzitter, tot wien nu eenmaal ieder in de Kamer den plicht heeft, zich te richten, droog jes opmerkte: „Zoudt U zich in dit geval maar niet liever tot Uzelf richten?" Eind van het lied was een compromis. De Commissie van Rapporteurs trok haar amen dement in en de Minister wijzigde het betref fend artikel in dier voege, dat thans bij Alge- meenen Maatregel van Bestuur nader wordt is inderdaad beter, dat de techniek meer onder. wet zullen vallen. Een wijs besluit. Want het is inderdaad beter, da de echnlek meer onder legde administratie tevoren nadere regelen stelt dan dat later de rechter allerlei grensgevallen moet gaan uitmaken. Zonder hoofdelijke stemming ging het ont werp erdoor, al lieten de communisten aan- teekenen, dat zjj tegen waren. De regeling, al dus woordvoerder De Visser, kwam neer op ontwapening van het proletariaat en bewape ning der bourgeoisie. De heeren bleven dus con sequent. Want reeds in 1890 sprak Domela Nieuwenhuis in dien trant. De tweede helft van den middag heeft de Kamer benut, om de Algemeene Beschouwingen over het ontwerp tot instelling van een Econo- mischen Raad af te werken. Er was een zevental sprekers, de heeren van Braambeek, van Voorst tot Voorst, Kortenhorst, Knottenbelt, Slote- maker de Bruine en Minister Verschuur, met nadruk door den voorzitter van Schaik bij zijn nieuwen titel „Minister van Eco nomische Zaken en Arbeid" tot antwoorden opgeroepen, heeft in een bondige en vaak gees tige rede zijne gedachten over het ter tafel lig gend ontwerp, de vervulling van een door de Kamer lang gekoesterden wensch, ontvouwd. Van bereidwilligheid tot gemeen overleg gaf de bewindsman daarbij reeds blijk. Tegenover de vrij algemeene critiek op het losse verband en het gebrek aan éénheid in het ontworpen „zonnestelsel", waarin de Economische Raad het centrale lichaam is en de vaste commissies, de bijzondere commissies en de erkende advies colleges (Middenstandsraad en Nijverheidsraad) de „planeten" zijn vergelijking van den heer Kuiper bleek hij niet ongenegen, een tege moetkomende houding aan te nemen tegenover de amendementen van Braambeek en Slotema- ker, die hier de banden dichter aansnoeren. Vanzelf worden dan, doordat de heer van Braambeek in ieder geval de commissies hare adviezen via de centrale van den Eco- nomischen Raad aan de Ministers wil doen uitbrengen, deze nevenlichamen minder zelfstandig en vervalt ook het grondwettelijk bezwaar, dat in de thans ontworpen regeling deze commissies immers óók vaste advies colleges niet bij de wet wcyden ingesteld- Een meer organische samenstelling met ver tegenwoordiging van. werkgevers- en arbeiders zijde, door den heer Kuiper even op het tapijt gebracht, lijkt Minister Verschuur hier minder aangewezen dan in den Hoogen Raad van Ar beid, waar de sociale vraagstukken aan de orde zijn. Terecht heeft Dr. Kortenhorst in dit ver band ook gewezen op de desillusies met de Commissie van de Economische Politiek, die dusdanig was samengesteld. Dat de landbouw in het gekozen systeem meer op den voorgrond zou komen verwach ting, gekoesterd door baron van Voorst is natuurlijk niet de bedoeling geweest. De opzet is juist, alle groepen van economische belangen zoo zorgvuldig mogelijk aan elkaar te toetsen en tegen elkander af te wegen. Het nationaal belang staat voorop. Nu eens zal dit nationaal belang in de scheepvaart, dan weer in den landbouw, een derde maal in de industrie aan den dag treden. En daarachter te komen daarover de Regeering onafhankelijk en ob jectief voor te lichten, is het doel van het ont worpen adviessysteem. Al is Minister Verschuur niet zoo naïef, thans opeens een ommekeer en een opbloei allerwegen te verwachten, hij heeft redelijk goede ver wachtingen, dat het nieuwe stelsel betere re sultater, zal afwerpen dan de oude methode waarbij meer opportunistisch, meer te hooi en te gras advies werd gezocht. Bij de behandeling der artikelen en amen dementen komen we natuurlijk nog nader op allerlei détailzaken terug. De Nederlandsche Vereeniging te Genève heeft niettegenstaande de moeilijke tijdsom standigneden toch Prinses Juliana's verjaardag niet onopgemerkt willen laten voorbijgaan. Een damescomité bestaande uit de dames Mesritz, Roze'aar en Kuijlaars, vereenigde op den 30sten April des 's middags de kinderen der leden in het clublokaal en werden deze daar onthaald terwijl allerlei spelletjes gespeeld werden en de president der Vereeniging een kort geschiedkundig overzicht gaf van de af stamming van onze Prinses. Des avonds vereenigden de leden zich aan een eenvoudigen maaltijd in het restaurant „Hungaria" en hadden zich daarbij verschei dene leden der Nederlandsche delegatie gevoegd. Aanwezig waren o.a. prof. Rutgers, prof. Mo resco en mevrouw, Generaal Van Tuinen en mevrouw, Vice-Admiraal Surie, de heeren Gauw Van Ginkel en Ruechlin en de consul Van Notten. De president der vereeniging, de heer Denis Mesritz, stelde een dronk in op de gezondheid der Prinses, de consul te Genève, de heer J. C van Notten, dronk in een zeer toegejuichte rede op het Koninklijk Huis. Tenslotte cankte prof. Rutgers de Nederlandsche Vereeniging voor het arrangeeren van dit gezellige feestje Er werd een telegram van gelukwenschen ge zonden aan Hare Koninklijke Hoogheid. Had een half uur nnodig om op te staan Al vijftig jaar rheumatiek Vijftig jaar verdroeg deze man uit Dordrecht zijn pijnen.... toen ontdekte hij dat hij er in een paar maanden af kon zijn. Uit den brief dien hij schrijft kunt U zien dat zijn rheumatiek zeer ernstig was. ,Van mijn 11e tot mijn 60e jaar werd ik steeds door hevige pijnen gekweld. Mijn werkzaam heden brachten mede, dat ik 's morgens heel vroeg op moest, maar het gebeurde vaak, dat ik alleen voor het uit komen meer dan een half uur noodig had. Verder moest ik net als een kind geholpen worden om mijn sokken aan te trekken enz. Thans na het gebruik van slechts 3 flesschen Kruschene beveel ik het uit dank baarheid voor mijn genezing, die aan dezelfde kwaal lijdt, ten zeerste aan." Dordrecht. J. F. U moet de rheumatiek dooden, voordat zij U neervelt. Zorg dat de rheumatiek U niet steeds erger in haar klauwen krijgt, zoodat Uw ge pijnigde gewrichten U ten slotte noodzaken het bed te houden. Zoek de grondoorzaak van Uw rheumatiek, NU, en neem maatregelen die oorzaak te verwijderen, Rheumatiek is -iet ge volg van een teveel aan urinezuur in het li chaam. Twee bestanddeelen in Kruschen Sal*» hebben het vermogen urinezuur op te lossen. Alle bestanddeelen van dit zout helpen de na tuur deze opgeloste kristallen door de natuur lijke kanalen te verwijderen. Verder z .1 er weer andere zouten in Kruschen die gisting van het voedsel in de ingewanden voorkomen en hou den daarbij niet alleen de vorming van urine zuur tegen, doch ook van andere lichaamsgiften die de gezondheid ondermijnen. Onthoudt dus dat het „de kleine, dagelijksche dosis" Kruschen Salts is die Uw lichaam verre houdt van de ketenen der rheumatiek. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten 0.90 en 1.60 per flacon. (Adv.) 105. Toen Jaap de koningin zag, werd le weer ernstig. „Jaap," begon de koningin, „Je hebt heel goed voor alles gezorgd. Doe me een plezier en sluit het feest. Ga dan aan het werk, opdat onze vijanden ons niet uitlachen." Buigend hoorde Jaap de koningin aan en beloofde haar nog vlijtiger dan anders te zullen werken. 100. Toen Jaap van het feesten uitgerust was, ging le weer aan het honingverzamelen. Hij had een plank gevonden en die zóó gelegd, dat le op een wagentje regelrejcht den korf binnen kon glijden. Dat ging zóó vlug en zóó leük, dat Jaap wel twinti' keer achter mekaar den korf in en uit wipte. Nadat Vrijdag in Den Haag een dergelijke vergadering was gehouden, hadden de Neder landsche Margarinehandel en de Nederlandsche Bond voor den Margarinehandel Dinsdagavond een bijeenkomst belegd in Krasnapolsky om te protesteeren tegen het menggebod van room boter en margarine. In de bijeenkomst, welke onder leiding stond van den heer B. Israel, secretaris van den Ne- I Wim Vèrstraelen kwam zelden bij zijn oom derlandschen Margarine Detailhandel, werd het de Villa-wijk, hoewel diens zoon Frans zijn woord gevoerd door den heer H. C. Brinkers, boezemsvriend was, van den dag af, dat ze die het laakte, dat bij het voorbereiden van beiden voor het eerst naar school waren ge- deze zaak geen rekening is gehouden met de gegaan. Sindsdien waren ze als broer naast el- belangen van melangeurs en detaillisten. kaar opgegroeid, hadden ze de helft van hun Door roomboter met margarine te mengen zal jaren samen doorgebracht. Frans was meer bij de margarine haar goeden naam kwijtraken en Wim thuis, dan bij zijn eigen moeder. Wim zal het melangeverbruik sterk afnemen. ging echter zelden met Frans mee naar huis. Spr. verzette zich ook tegen het invoeren van 06 oorzaak daarvan was oom Henk zelf, die merken, welker werking precies dezelfde zijn zal steeds een groote stilte beval in zijn mooie wo- als die van banderolles en waardoor de hande- ning. De jongens voelden zich veel vrijer bij laren geen controle meer zullen kunnen uit-1 den vroolijken vader van Wim, voor wien de oefenen op hetgeen zij verkoopen. stilte een zeldzaam iets was geworden, omdat Voorts pleitte spr. ervoor het mengpercenta- I bij veel kinderen had. ge lager te stellen en de uitvoering van het Wim en Frans waren nu twee-en-drieëntwin- menggebod op te dragen aan de Crisis Zuivel en altijd was het zoo gebleven. De laatste Centrale. weken echter was er verandering gekomen. Op den avond van oom Henk's verjaardag bracht Wim een van zijn weinige bezoeken. Toch werd BRANDSTirHTINfï FN I »de ze102®1116 ëast" met ronde hartelijkheid 11^rl 1ontvangen. Het was er echt gezellig. Het licht UITLOKKING val^-de schemerranmp spreidde een zachten schijn over de feestelijke tafel, speelde vonkend in de kristallen glaasjes van tante's best ser vies, kleurde de gezichten met een rose teint, Oomhartelijk gefeliciteerd hoor, nog vele De Vierde Kamer van de Amsterdamsche I Jar5n! ,iEante"" Frans.... ja, je meisje ook rechtbank heeft uitspraak gedaan in de straf- natuurllJK-en dan m'n lieve nicht Marie zaak tegen een vroegeren postbode en bloem bollenhandelaar te Uithoorn, die terecht stond wegens brandstichting en uitlokking van brand stichting, Een café, gelegen aan de z.g.n. „Vuurlijn" te De Kwakel, gemeente Uithoorn, dat aan ver- I gef. De hand van Maria nog in de zijne, kijkt Wim verder.... in een paar blauwe oogen van „Juffrouw...." „Hoor die!juffrouw!" lacht Maria. „Ik dachte toebehoorde, brandde in den nacht van 1:an best merken, dat je hier niet te dikwijls 5 op 6 Juni af. komt. Dat is Lenie Hermans, jongen!een Verdachte was brandstichting ten laste ge- vriendin van me. Lenie.... deze jongeman is legd, gepleegd in Juli 1928. Toen ontstond de meest bescheiden neef uit de familie: Wim brand in het schuurtje bij het café, doch het I Vemtraelen!" vuur werd gebluscht. Ten tweede was hem po- Wim drukt zacht de hand van het meisje, ging tot uitlokking van brandstichting in het momPeï'; a'® een schietgebed. Marie lacht café ten laste gelegd; deze poging had geen ondeu&end, terwijl ze een stoel bijschuift naart succes gehad, daar de caféhoudster niet op de Frans- voorstellen van verd. was ingegaan. Ten derde nie Hermans.... van den Valkenweg mis was verd. ten laste gelegd, dat hij zelf in den „VV 'ns ™eer gezien tochwat nacht van 5 op 6 Juni brand had gesticht in daï..kmd m,°°!e °°gen genoemd café. Ten slotte zou hij zijn vroegeren Wim,steek ns op. Een glaasje wijn?" compagnon in den bloembollenhandel en diens "„a,af vrouw hebben uitgelokt, brand te stichten in L, n avo wal?n dle bezoeken veevul- hun huis aan den Amsteldijk te Uithoorn. Het dlger geworden.Wim bleef lang zitten als echtpaar was op zijn voorstellen ingegaan en de P1?r+™' hi^ W„ j maar al.te goed: vrouw had brand gesticht. Het vuur kon spoe- lauwe °og®n, warei\' dle 6611 dig worden gebluscht. De man en de vrouw wer- wanorde in zijn kalm gedi den veroordeeld wegens brandstichting. Verdachte bleef gedurende de behandeling van de zaak voor de rechtbank die drie da gen in beslag nam ontkennen, brand te heb ben gesticht of te hebben uitgelokt. leen, en toch wou ik je graag 'ns alleen spre ken. 'k Zag in de Vinkenlaan, dat je naar huis ging, en toen ben 'k achterom geloopen, om je te ontmoeten." Het gaat goed, nu hij eenmaal op weg is.,., meteen de kogel maar door de kerk!.... „Lenie.... ik zal ronduit zeggen, waarom ik alleen wou sprekenLenieik hou van je en.... ik....!" Daar zit hij.... toch vast! Een vroolijke, heldere lach klinkt door den vredigen avond. „Daar zal ik 'ns voor den gek gehouden worden door „den meest bescheiden neef" van MariaJe kent me niet eens.... Een paar keer heb je me gezienenJe houdt van mezoo pardoes!.... De volgen de week zie je 'n andermooier meisje.... en Lenie Hermans kan aan haar tweede liefde beginnen. Dat is tegenwoordig gewoon.... maar ik bedank daarvoor.... ik blijf liever ouderwetsch. „Meisjeals je wist, hoe goed ik 't meen.. ouderwetsch-goed! Stel me een poos op do proef. Ik kan wachtenals ik maar weet, dat ik met m'n eerlijke bedoeling 'n kans heb. Neem 't niet aan, als een verliefde bui van een avond't zou me spijten, als je 't zoo be greepLenieHemel, hoe nou verder? Zijn wangen branden. Er valt een wreede pauze tusschen beiden. Wim tenslotte: „Geef me tenminste 'n hand Lenie, dat je aan m'n eerlijkheid wilt gelooven." Kort, stevig pakt hü de weifelende hand en na een hopeloos „dag Lenie" ontsnapt hij haastig door het donkere laantje, naar huis. veroorzaakten. gedachtenleven „Zeg.... Frans".... Het was een zachten lente-avond, die de beide vrienden tot een flinke wandeling had uitge De Officier van Justitie eischte wegens brand- noodiSd- stichting, poging tot uitlokking van brand- g Franslk wou Je lets vragen stichting en uitlokking van brandstichting een ™aar ,je ,m?et ?r nlet\mee lachen-" Frans ziet gevangenisstraf van vier jaar met aftrek van de j11 ,:e, 111 de ernstige oogen en plaagt op voorloopige hechtenis. I vaderlijken toon. „Wat kan het zijn, dat je De rechtbank, heden vonnis wijzend, sprak ^eugdig hart bezwaart, m'n zoon?" verd. vrij van het hem ten laste ge legde in sub 1: de brandstichting in het schuurtje. De rechtbank achtte de brandstich ting in het café, poging tot uitlokking van „Nee Frans, doe me 'n plezier't is ernst!" Nou kom op.... wat is er dan?" Die Lenie Hermans Aha!zoo-zoo!je hart gestolen? Kan brandstichting en de uitlokking tot brandstich- kwaad J01?!611- En da" zo°'n liave die ting in het woonhuis van zijn compagnon wet- vrlf^d?" NrJ hart terugge" tig en overtuigend bewezen. vraagd..... Nog heelemaal met met haar ge- De rechtbank overwon? dat de dnnr „„-d sf>roken?Daar moet Je als de drommel bij en tofc brand"|of.... zou het een.... verstandsverduistering stichting overgaat bewijst, hoe verd. een maat- zijn, van voorbijgaanden aard?" lacht hij toch schappelijk gevaarlijk man is en een strenge wee'r Str4Lfn?^TH^H^ „v, J „Schei nou 'ns uit met dien onzin. Ik meen ctiAffr^ brandstichting, uitlokking tot brand- het zoo ernstig als het kan.Ik ben dol op dachte verr^rWM1g' ,werdver- dat meisje! Maar ik weet niet hoehoe ik drie iaren 66X1 gevangemsstraf van haar zal zeggen. Jij bent verloofd, jij hebt dat 'allemaal meegemaaktgeef, jij me nou 'ns een goeden raad, ,Jaehontmoet je haar nooit op den weg?" „Schrijf 'r 'n brief!" „Ben je gek! Stel je voor, dat ik niet de minste kans heb." Woensdagmorgen arriveerde in ons land de be- „Kom morgen bij ons. Op Woensdagavond is kende Micheline-auto op rails. Op het station Lenie altijd bij Marie. En jadan speel je te Roosendaal, het eerste Nederlandsche station op de piano een keer of vier die mop.... hoe waar de wagen aankwam, bevonden zich zeer heet ie ook weer?"eh„Ohne dich kann veel belangstellenden. Om ruim tien uur kwam ich nicht leben! Die kent ze"en dan begrijpt de wagen met een kalme vaart en volkomen ge- ze bliksemsgoed, dat het niet in orde is met ruischloos het station binnengereden en stopte jeha-ha! op de middelste lijn tusschen het eerste en .Baten we over iets anders praten," onder tweede perron. breekt Wim geprikkeld den plagenden lach. Allereerst werden eenige douane-formaliteiten ,.'t Spijt me dat ik er over begonnen ben." vervuld, waarna de vertegenwoordigers der Mi- „Wim, nou is 't werkelijk uit, echt! Kom chelin-fabrieken namens de directie der Neder- morgenavondik zal zorgen dat je d'r alleen landsche Spoorwegen door ir. Kater begroet kan spreken en zeg haar eerlijk en ronduit werden. I dat je...." Ze waren in de Vinkenlaan ge- De wagen maakt den indruk van een gewone k°nmn autobus, zoowel in uiterlijken vorm als wat de „Kerel.... daar.... onder de lantaarn inrichting betreft. Hij loopt op met lucht ge- daar gaa.t.Z8"", l3, 'r! Laat nu ka"s vulde banden met een spanning van zes atmos- ?iefc voorbijgaan Ze gaat naar huis natuurlijk. iLoop jij hier achterom den Singel af, hard! pheer. De motor wordt met gewone benzine ge dreven. De wagen heeft in totaal een gewicht van 4800 K.G. en kan een snelheid behalen van dan ontmoet je d'r in het laantjehoe heet 'tehwaar de dokter woont, je weet wel. Vooruit nou. loopen Het gaat vanzelf per uur- Verschillende remproeven, die heeint, maar!" Frans duwt Wim on can? op het stationsemplacement werden genomen verliepen schitterend. je begint maar!" Frans duwt Wim op gang, die t werktuigelijk op een drafje zetTwee oude n- i»ti, j i j mannekes draaien zich op hun wandelstok om, 10-50 vertrok de wagen in de richting om den „haastigen klant" verwonderd na te Breda, over Tilburg en Den Bosch naar Utrecht kijken. Allerlei vragen rijzen in den verwarden Woensdagmiddag tegen half twee is op het kop van den hollenden Wim: „Wat zal ze Centraal Station te Utrecht de autotrein op I denken.wat moet ik zeggen.zou ik maar luchtbanden, de Micheline, aangekomen. Hon- teruggaan.... zou Frans niet staan schateren derden nieuwsgierigen hadden zich op het per- in de Vinkenlaan?" ron verzameld en daarbij voegden zich nog de De Singel is ten einde.... nu het laantje.... reizigers, die tusschen de aansluitingen in „wat is 't daar donker.maar één lantaam- eemgen tijd hadden. Het oponthoud heeft nog tje.... 'k ga nu maar kalm verder, anders gaat geen minuut geduurd. ze op de vlucht voor me," hijgt hij bij zichzelf. Onder de aanwezigen bevond zich een aan- „Waarachtig daar komt zeAls dit goed tal spoorwegautoriteiten, t.w. de Chef van het afloopt"! Centraal Station te Utrecht, eenige Inspecteurs Dichterbij gekomen houdt hij zijn passen in: en Ingenieurs. De snelle start van het voertuig „Dag LenieHij neemt zijn hoed af en doet denken aan electrische treinen. De Miche- veegt met den zakdoek langs zijn dampend line is daarna naar de werkplaatsen van de voorhoofd. spoorwegen in Utrecht gereden, waar het voer- „Lenieje moet 't'me niet kwalijk nemen tuig blijft tot de volgende week. Dan zullen er dat ik je op deze plek en op dezen tijd staande eenige demonstraties worden gegeven. houd, om je iets te vregen. Ik zie je nooit al- Weken zijn voorbijgegaan. Wim is stiller ge worden. Hij heeft Lenie niet meer ontmoet. Frans heeft „z'n gezicht" gehouden. Wim noch Lenie zijn meer naar de Villawijk geweest. Oom Henk heeft de uitnoodiging voor zijn zilveren feest mondeling gebracht en er niet vergeten bij te voegen, dat geen jongeman van meer dan twintig wordt toegelaten, zonder dame. Wim heeft met ernstig gezicht beloofd zijn best te zullen doen....?.... De weken gaan haar geregelden gang. De avond van het zilveren feest is eindelijk aan gebroken. In het huis van de Villawijk heerscht een vroolijke drukte. De meeste gasten zijn al bin nen, staan hier en daar in groepjes te keuvelen. Oom Henk loopt met een glimmend gezicht van den een naar den ander, en is in zijn beste hu meur. De .zilveren" tante is als altijd druk bezig hier en daar voor alles en nog wat te zorgen. Frans en Marie tellen stoelen, schuiven bij, verplaatsen naamkaartjes.... „Waar blijft Wim, Frans?" „Z'n dame halen, vader," is het prompte antwoord. „Zullen we maar gaan zitten?" Twee stoelen blijven onbezet Even later onder den welkomstgroet van oom komt Wim binnen.... alleen. „Wel verduiveld, deugniet!" onderbreekt de bruidegom zijn speech: „Toch durft ie 't wa gen „Oom, ik heb u vanmorgen al gezegd, dat ik nog 'n laatste poging zou doen, maar helaas ook deze is mislukt...." Onder een daverend hoera voor „den verstokten vrijgezel" worden hem twee stoelen aangewezen. Frans zit tegen over hem, en lacht maarlacht.... De stemming wordt bij het verstrijken van de uren al vroolijker. Wim vermaakt zich best met de andere jongelui, al had hij dolgraag gewilda dat Lenie op den anderen stoel had ge zeten. „Dansen! Och Wim, speel even ééh'Val.... Je hebt tóch geen dame," zegt Frans guitig. „Vooruit dan, omdat je 't zoo mooi vraagt, di plaaggeest." Ohne dichzou je nog altijd 'ns geven, niet? Of is dat geen wals?" Wina laat zijn stemming niet bederven en speelt tot ze niet meer kunnen. „Nou aanstonds 'n polonaise, Wim!" hijgt oom, die met de bruid niet voor de jongelui heeft ondergedaan. „Zou dat gaan? Dan kun nen we allemaal meedoen!" .Marie kan 'n polonaise spelen, vader," zegt Frans ,,ze is in de keuken, ik zal d'r even halen." Marie komt en de paren stellen zich op. Frans: „Och Wim, er staan nog wat flesschen wijn in de keuken. Wil je die even krijgen? Je kan toch niet meedoen Wim naar de keuken, de wijs fluitend van de polonaise. „Als ik ze maar vinden kan," mom pelde hü bü het binnengaan. „Wie is...." „Leniegoeden avond...." „Dag Wim!? Verwondering. „Hoe kom je hier?" „Frans kwam vanmiddag vragen, of ik van avond een paar uur wilde helpen, om koffie te zetten en broodjes te smeren en zoo.... Marie is toch alleen zei-d-ie, en dat zou 'n verrassing voor d'r zijn...." „Kom je heelemaal niet binnen?" „Needat durf ik niet „Mag ik hier even blijvennu Marie weg is?" „Wacht je dame dan niet?" „Ik ben alleen." „Alleen?" Stilte, waarin de muziek duidelük doorklinkt tot de keuken. ,,Och Lenie, doe me 'n plezier en wees voor één keer m'n dame, nuvoor de polonaise!.." „Voor één keer?met een sprekenden glans in de zachte oogen. „Voor altijd, zou heerlijk...." „Wim...." Meteen trekt hü haar mee naar binnen, 6luit zich aan achter de vroolüke rü- Oom die met tante, handen hoog vast, een poortje maakt voor de door-kruipende paren, laat verbaasd los om naar de laatste twee gasten te zien. „Wel verduiveld, deugniet!? ,,Oom, ik wou dat u maar eerder over 'n polonaise was begonnen!" Frans lacht maar, lacht.... 9 Eenmaal verlost van de voortdurende mili taire bedreiging, was het lang verhoopte oogen- blik van den civielen en socialen opbouw van Ecuador gekomen. Doch met het vallen van den boom waren alle stronken en wortels nog niet uit den grond. Urvina, Robles en Franco hadden leger en magistratuur ruim voorzien van hunne creaturen en deze deden in het geheim alles om de Voorloopige Regeering te gen te werken en onmogehjk te maken. Vooral ap Garcia Moreno, de oorzaak van hun dé- o&cle was men fel gebeten. Uit was het met de plunderingen en afpersingen der bevolking en in hun razernü zou hü reeds in Guayaquil gevallen zijn als slachtoffer van een complot ware hü niet plotseling naar Quito opgeroepen 10 Januari 1861 werd te Quito de Nationale Vergadering geopend. Het Voorloopig Bewind werd bedankt voor zün schitterend werk. Gar cia Moreno werd tot President gekozen, welke verkiezing na de invoering van algemeen kies recht met verpletterende meerderheid beves tigd werd. Aanvankelijk weigerde hü de be noeming aan te nemen, de macht van den President reikte niet ver genoeg en was door de Algemeene Vergadering veel te veel inge kort. „De autoriteit ontwapenen", zeide hü, „is hetzelfde als de complete anarchie bevorderen." Züne vrienden wisten echter, met een beroep op zijn verleden en zijn liefde voor Ecuador hem tot aanneming te bewegen, hem hun steun toezeggende in het Congres. Verschillende van zijn voorstellen werden dan ook zonder moeite aangenomen, waaronder de verandering van de vlag van 1845, die door Urvina, Robles en Franco was bezoedeld, de instelling van den feestdag voor het Leger van O. L. Vrouw op 24 Sept. en een Concordaat met den H. Stoel; de reorganisatie van Leger en civielen dienst, onderwijs en publieke wer ken en tot slot den aanleg van een groote heirbaan van Quito over de Cordilleras naar Guayaquil. Na het reces der Kamers ging Garcia Mo reno direct aan den arbeid. Geschitterd had hij met pen en degen, thans nu hij de teugels van het bewind definitief in handen had ge kregen, zou hü schitteren als staatsman Evenals zijn eerste gestie in het leger was ook thans zün eerste zorg zich te orwingen van betrouwbare mannen. Vele posten waren onder vorige machthebbers vergeven bü wüze van beloomng, als middel om zich te kunnen verrüken ten koste van anderen. Kennis deed niets ter zake. Nu, Garcia Moreno was het best toevertrouwd een razzia te houden onder dit gespuis. Met groote oplettendheid en recht vaardigheid leidde hg persoonlek deze onder zoeken. Wie knoeide of misbruik maakte van zün ambt werd onverbiddelük ontslagen of te ruggezet in rang. Het Departement van Finan ciën, dat alleen maar tekorten aanwees, voor zag hij van een nieuw Reglement en een nieuw Bestuur van terzake kundige mannen. Te Quito stelde hü een soort Rekenkamer in ter contróle van de ambtenaren. Eens per jaar moesten dezen voorkomen om rekenschap af te leggen van arbeid en beheer. Wee dengene, op wien iets viel aan te merken. Hü werd on- middellük gevonnist, beboet ofwel ontslagen en persoonlijk zag hü de dossiers na. Om dé schuldboeken der Republiek weder in goeden staat te brengen en echte van gefingeerde schuldbekentenissen te schiften, zat hü dagen en weken over de boeken gebogen. De beurs- zwendelaars en smokkelaars genoten ook van zijn welverdiende belangstelling. Om zelf een goed voorbeeld te geven van onbaatzuchtigheid schonk hü den staat de helft van zün inkomen terug en besteedde de rest aan goede werken. Dit nobele exempel wekte de woede en wraak zucht zijner veelvuldige slachtoffers. Men vond zün jacht op schurken wel wat al te ü'verig en zün rechtvaardigheid niet te verdragen. De hervorming van het leger eischte spoed De Republiek ging ten gronde aan het Mili tarisme. De vorige Presidenten waren alleen door machtsmisbruik aan het Bewind kunnen blüven, vandaar dat het groote aantal mili tairen en oud-militairen een aparte kaste vormden in Ecuador, gewend om in het pu blieke leven gehoorzaamd en niet tegengespro ken te worden. Dit despotisme te breken was Garcia More no's eerste doel. Hü gaf strenge reglementen uit tegen de onzedelü'kheid, roof en afpersing en sloot alle weerspannigen zonder aanzien des persoons in het cachot op. De toch reeds vijandige stem ming groeide tot verzet; het broeide en gistte, doch Garcia Moreno zag en hoorde alles en onverbiddelük werden de schuldigen gestraft. Te Quito woonde o.a. generaal Ayarza, een veteraan uit de onafhankelükheidsoorlogen. Trotsch op zün titel en gewend aan oproeren en muiterüen, verzamelde hü een groep ontevre denen om zich heen, om een aanslag te ple gen op de Regeering. Goed geïnformeerd als Garcia Moreno was, liet hü hem aanstonds bü zijn kraag nemen en evenals een gewoon sol daat, een pak stokslagen toedienen. Razend vloog Ayarza op, uitroepdene: „Fusilleer me, zóó behandelt men geen generaal, veteraan uit den Onafhankelükheidsstrüd." Maar Garcia Moreno antwoordde üskoud: Je bent me nog geen schot kruit waard". Onder zün ijzeren vuist begrepen het leger en de militairen, dat het oude spel gedaan en het raadzaam was, zich niet langer tegen tucht en orde te verzetten. Nu de drie noodzakelüke voorwaarden aan wezig waren: betrouwbare beambten, een be grooting in evenwicht en een gedisciplineerd leger om den inwendigen vrede te bewaren, begon Garcia Moreno aanstonds die maatre gelen te nemen, die een waarachtig Christelüke beschaving zouden kunnen grondvesten en al dus den materieelen, intellectueelen en moree- len vooruitgang waarborgen. Om tot dit goede resultaat te komen, begon hü de scholen aan de religieusen toe te vertrouwen, die op ver zoek van den President gaarne van het buiten land kwamen toegestroomd. Onder hen ook de Jezuïeten en hü had het genoegen, zün voor 10 jaren geleden gedane belofte te kunnen in lossen door met hen het Te Deum te zingen in te Kathedraal. Doch niet alleen de scholen, ook de hospitalen stelde hü onder religieus per soneel. Onder al deze bedrüven door werd een begin gemaakt met den grooten weg van Quito naar Guayaquil. Het valt moderne menschen moeilük te ge looven, maar een weg voor wagens en voer tuigen bestond in 1860 nog niet in Ecuador. Reizen in de Republiek beteekende groote in spanning en gevaar. Niet alleen was het pas- seeren van het Hooggebergte van de Cordilleras levensgevaarlük wegens gebrek aan wegen en bruggen, maar ook daarbuiten werd het reizen bü de ropische stortbuien een vaak aangeboden gratis modderballet voor den moeizaam voort- tobbenden reiziger. Toch kostte het Garcia Moreno al zün welsprekendheid en overtui gingszin om het machtig werk tot stand te brengen. Men vroeg of hü gek geworden was om de laatste inkomsten van den staat te ver spillen aan een werk, waartegen geen enkel geldelük voordeel stond. Iedereen, die op de hoogte is van de ontzag gelijke kosten onzer hedendaagsche autowegen, vaak 1 millioen gulden per K.M., zal de be zorgdheid van vele van Ecuador's burgers be- grüpen. Eten weg over een hooggebergte op zijn laagste hoogte toch nog altüd 4000 M. boven den zeespiegel, over een afstand van 250 a 300 K.M., moet het Ecuador van die da gen met zijn uitgeplunderde en afgeperste be volking een offer geleken hebben, gelükstaande aan een complete financiëele ruïne. Maar Gar cia Moreno gaf geen krimp en zette door, on danks den tegenstand van vele kortzichtige menschen, wel begrüpende, dat deze levens ader voor een land, dat geheel verloren lag usschen de bergen, een dwingende noodzake lijkheid was niet alleen, maar ook een bron van veel welvaart voor de toekomst. Verder introduceerde hü de Australische Eucaliptus, welke verrassende resultaten op leverde. Geheel verdorde landstreken werden hierdoor in onmetelüke en weelderige bosschen omgetooverd en de droge provincie Chimboraro (waarin den gelüknamigen bergreus, 6300 M.) veranderde zelfs door den Eucaliptus geheel van klimaat. De Grondwet van Ecuador erkende de Ka tholieke godsdienst als de eenige en de ware, doch de praktijk hiervan was ver te zoeken. De kerk was tot slavin van den Staat verlaagd en daar de liberalen langen tüd het heft in handen hadden, laat zich denken, welke god- delooze en revolutionaire denkbeelden den Staat beheerschten. Daar het Congres een Concordaat met Rome had voorgesteld en aan genomen, benoemde Garcia Moreno een af gevaardigde om hierover te onderhandelen. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 16