gemeenten in nood Boterinvoer in Duitschland de Rimboe Slechte politiek MAANDAG 9 MEI Op! Ten burgeroorlog! HET TWENTHE—RIJN KANAAL STUDENTENBEZOEK AAN ROTTERDAM NATIONAAL KEGEL CONCOURS De R. K. Studentenvereeniging „St. Olof" uit Tilburg bracht een bezoek aan haar zustervereenigin g „St. Laurentius" te Rotterdam. Het gezelschap maakte een boottocht door de havens. De eerste resultaten van het meer voudige douanentariefBoter- uitvoer met meer dan de helft teruggegaan HET KAMERLID SCHAPER JOS. VAN WELY O. P, Benoemd tot professor te Rome GRONINGER LANDARBEIDERS Geen collectief contract Gedenkteeken Deken P. van Beurden Naam en onderscheidingsteeken Dr. J. C. Hartogs overleden Burgemeester Mr. Sichterman van Almelo installeerde ten Gemeentehuize de Commis sie ter voorlichting van het Gemeentebestuur omtrent alle aangelegenheden den aanleg van havens in verbinding staande met het Twen- the-Rijnkanaal betreffende, verkort „Haven- waarover het laatste woord wel niet spoe dig gesproken zal zijn. De raad der gemeente Helmond besloot n.l. volgend adres te verzenden: „De gemeenteraad enz.: overwegende, dat ten gevolge van de heerschende economische crisis de uitgaven wegens armwezen, steunverleening, werk verschaffing, etc. in deze gemeente onrust barend toenemen, terwijl anderzijds de bronnen, die met het inkomen, vermogen en bedrijfsleven verband houden een aan zienlijke vermindering van belastingop brengst geven; overwegende, dat waar door dezelfde oor zaken in 't meerendeel van de industrie gemeenten van Nederland de belastingdruk de grens van het toelaatbare reeds heeft overschreden, het. voor die gemeenten on mogelijk is om bovenomschreven lasten te dragen, nog veel minder te blijven dragen; overwegende, dat deze crisis niet is van plaatselijken aard, maar evenals voor de meeste andere landen ook voor Nederland van nationale beteekenis en daarom ook de nationale volkséénheid en het landsbelang vorderen, dat crisisuitgaven als deze niet voor een zoodanig deel, als thans ge schiedt, gedragen worden door de inwoners van de zwaarst getroffen gemeenten, maar door alle inwoners van het Rijk; overwegende, dat alleen het Rijk in staat is deze crisisuitgaven door middel van alge- meene belastingheffing over al zijn inwo ners naar draagkracht en billijkheid te ver deden; besluit: het bovenstaande ter kennis te brengen van de Vereeniging van Neder- landsche Gemeenten te 's-Gravenhage met verzoek om bij de Regeering stappen te doen opdat de finantieele gevolgen van de voortdurende crisis geheel door het Rijk worden gedragen." Het is geen kleinigheid wat de gemeente raad van Helmond hier vraagt: een alge- meene Rijkskrisisheffing tot steun aan de gemeenten, die door de krisis noodlijdend geworden zijn! Er zit veel sympathieks in het plan: in derdaad is de krisis niet van plaatselijken aard en ook niet van plaatselijke beteeke nis, en het is daarom billijk, da' de las ten zooveel mogelijk nationaal verdeeld worden. En met de noodlijdende gemeenten kan men des te meer medelijden hebben, naar mate zij bij de nieuwe Rijksregeling min of meer het slachtoffer geworden zijn van haar vroegere zuinigheid. Maarhoe zal het Rijk in deze nare tijden een algemeene krisisheffing aan durven? Het Rijk heeft zelf al de grootste moeite, zijn begrooting sluitend te maken, en in de naaste toekomst zullen de Rijksmiddelen zóó zeer in opbrengst dalen, dat het Rijk jr tenslotte vrijwel even wanhopig komt voor te staan als de gemeenten, die nu en niet zonder reden om hulp roepen. Toen de communisten op 1 Mei in het Concertgebouw te Amsterdam vergaderden om daar hun revolutiegeest uit te vieren, hebben zij naar thans uit „De Tribune" blijkt een schrijven ontvangen van hun partijgenooten, die op dat oogenblik te Amersfoort in militairen dienst waren. Hoort, wat „De Tribune" uit dit merk waardig schrijven onthult; de Moskoviti- sche wapenbroeders schreven: „Wij, arbeidersjongens in het soldatenpak, zijn ons bewust van de taak, die van ons verlangd wordt in dezen strijd. Wij hebben besloten onze kameraden te overtuigen en te organiseeren in het front van de revolutio naire massa-actie tegen de oorlog, die in China reeds is begonnen en die thans de Sovjet-grenzen bedreigt. Wij beschouwen de reglementen van het revolutionaire militaire zakboek, dat in het leger is verschenen, en met groot enthousias me door de soldaten is ontvangen, en waar tegen de geheele legerleiding een woedende campagne voert, als de wet, waarnaar wij handelen moeten. Wij verwachten, dat de arbeiders al hun kracht zullen inspannen, om ervoor te zor gen, dat 't leger, dat als instrument moet die nen tegen de Sovjet-Unie, aan de zijde van de arbeiders een instrument wordt voor do verdediging van de Sovjet-Unie en voor de nederlaag van het Hollandsche imperialisme, in den burgeroorlog, die wij moeten voorbe reiden. Leve het Roode eenheidsfront van arbei ders, boeren en soldaten. Op voor de verdediging van de Sovjet- Unie! Tegen de imperialistische oorlog! Voor de burgeroorlog!" 't Klinkt allemaal tamelijk kwajongens achtig. Maar brutaal is het toch bovenmate, niet zoozeer, dat enkele op hol geslagen heethoofden zoo'n briefje sturen aan een communistische vergadering, maar dat „De Tribune" zooiets laat drukken. De heertjes zeggen, dat zij den burger oorlog voorbereiden: vóór den burgeroorlog! Vragen zij er eigenlijk zélf 'niet om, onschadelijk gemaakt te worden, alvorens zij tijd en gelegenheid krijgen om hun medeburgers neer te paffen?! De stand tot en met Donderdag 5 Mei van het Nationaal Kegelconcours te Haarlem is als volgt: Korpswedstrijd Baan C. Afdeeling B. 1. G. Eendracht Haarlem met 323; 2. S. S. S. Haar lem met 310; 3. Onderling Genoegen A'dam met 309; 4. Z. E. K. Z. Alkmaar met 305; 5. Intiem Amsterdam met 300. Korpswedstrijd voor Dames. 1. Onder Ons G. P. II Den Haag met 290; 2. E. V. A. II Den Helder met 287; 3. de Volharding II met 283; 4. S. S. S. II met 278; 5. R. en R. II met 277. Korpswedstr d voor Dames. 1. Onder Ons Alkmaar 285; 2 Gooi Om Delft 272; 3. Rust Roest Delft 271. Hoogste Korpswerpers. Afdeeling A. 1. H. Frantzen Haarlem 78; 2. S. de Jong Haarlem 71; 3. S. Feenstra Amsterdam 70. Afdeeling B. 1. Fr. Kroning Amsterdam 70; 2. Jacobs Den Helder 69. Hoogste Dames werpster: Mej. de Haas Delft 67. Vrije Baanwedstrijd gewone tell. 1. Jos. v. d. Eisen Haarlem 4544; 2. H. v. Duijnen Haar lem 4543; 3. N. P. Visser Haarlem 4542; 4. J. Kroger Den Haag 44; 5. Mevr. de Bruin Haarlem 42. Meesterschap van Haarlem. 1.' L. Ketellap per Haarlem 182; 2 N. Tummers Heemstede 180; 3. N. Bruseker Amsterdam 178; 4. Ooster huis Den Haag 169 (24); 5. Jos. v. d. Eisen Haarlem 169 (21); 6. Vroom Den Haag 168. Personeele Wedstrijd Enkele Kaart. 1. Mevr. v. d. Heijden Delft 42; 2. B. Paanakker Haar lem 40 (3 x 9)3. H. Frantzen Haarlem 40 (1x9); 4. J. Nieman Amsterdam 39; 5. J. v. d Wolk Den Haag 39. Personeele Wedstrijd Serie Kaart. 1 v. Vliet Amsterdam 107; 2. N. P. Visser Haarlem 103 (15) 3. P. Boonsma Amsterdam 103 (14); 4. E. Limper Amsterdam 102; 5. H. Frantzen Haarlem 101. Vrije Baanwedstrijd Dames gew. tel. 1. Mevr. de Bruin Haarlem 45; 2. Mevr. de Lange Alk maar 43 2 x 41; 3. Mevr. Hogenooten Delft 4337; 4. Mevr. Kollrrm Alkmaar 2 x 41; 5. Mevr. Boom Alkmaar 41. Vrije Baanwedstrijd Hamburger tell. 1 Mevr. de Bruin Haarlem 114; 2. Mevr. Met (Zwager) Alkmaar 102; 3. Mevr. Schouten Haarlem 101; 4. Mevr. Heidendaal Haarlem 100; 5. Mevr. Denkers Zandvoort 98. Vaste Baanwedstrijd gewone t-11. 1. J. KölL man Alkmaar 4 x 45; 2. H. Frantzen Haarlem 4543; 3. N. Tummers Haarlem 4541; 4. L. Ketellapper Haarlem 44 3 x 43; 5. J. Beeren Haarlem 4340 Vrije Baanwedstrijd Hamb. telling. 1. L. Ketellapper Haarlem 114; 2. D. Bremer, Haar lem 110; 3. H. van Duijnen Haarlem 108 2 x 106; 4. Vooren Utrecht 108 90; 5. Vroom, Den Haag 108. Vaste Baanwedstrijd Hamburger telling. 1. L. Ketellapper Haarlem 2 x 120; 2. D. Bremer Haarlem 120114; 3. H. van Duijnen Haarlem 120; 4. J. Köllmann Alkmaar 114; 5. J. Gene- faas Alkmaar 110. Parenwedstrijd. 1. Mevr. Heidendaal en H. van Duijnen Haarlem 4847; 2. Mevr de Bruin en J. Veró'el Haarlem 4841; 3. Mevr. Den kers en H. Denkers Zandvoort 4543; 4. Mevr. Leeksma en J. Leeksma Den Haag 45; 5. Mevr. Kollman en J. Kollman, Alkmaar 44. Duowedstrijd. 1. L. Ketellapper en D. Bre mer Haarlem 80; 2 Mevr. de Bruin en Mevr. Schouten Haarlem 78; 3. Ginneken en Borkus Den Haag 77; 4. Eykholt en Masse Alkmaar 76; 5. L, Heideman en Klinkhamer Amster dam 75. dachten te komen. In dit verband zij een uit lating vermeld van de „Preisberichtstelle beim deutschen Landwirtschaftsrat", naar aanleiding van een artikel in de Deutsche „Allgemeine Zei- tung" van 27 April j.l. In de D. A. Z. blijkt er weer eens van de zijde der industrie te zijn aangedrongen op normale, d.i. proportio- neele contingenteering bij den boterinvoer. En de „Preisberichtstelle" schrijft nu ongeveer als volgt: Wij gaan op dit artikel in en wel omdat daarin een gedachte wordt uitgewerkt, welke in het vervolg een geschikte basis schijnt te zijn voor onze boterpolitiek, n.l. globale contingen teering. Met die methode kan ook de Duitsche landbouw meegaan. Zijn leiders hebben reeds den 3den Maart j.l. een contingenteering van den boterinvoer verlangd. De Duitsche land bouw zal zich dan ook wel niet in principe tegen deze plannen van contingenteering verzetten. Zal, wat voor de zuivelbereiders het belangrijk ste is, gezien deze feiten, onze regeering te Berlijn voor den dag komen? Reeds enkele dagen worden de betrokkenen in de vaderland- sche pers weer in beweging gehouden met enkele tegenstrijdige berichten inzake Duitsch- Nederlandsche onderhandelingen over den boterinvoer in Duitschland. Er is, nu al weer maanden geleden, vanwege het Comité voor Economisch Verweer aan de regeering een concreet voorstel ondersteund om in Duitschland een herziening van dit douane systeem te verkrijgen. Het eenige wat wij tot nu toe over deze zaak, een levenskwestie voor de Nederlandsche zuivelbereiding, kunnen gis sen, doet ons een bericht van „wel ingelichte zijde", dat dezer dagen in de bladen circuleerde, aan de hand en waarin gezegd wordt, dat de berichten van Duitsch-Nederlandsche onder handelingen inzake een verhooging van ons botercontingent naar Duitschland niet juist zijn en dat er alleen voorstellen tot verbetering en vereenvoudiging der douanemethoden zijn ge daan. Moeten er nu nog meer bewijzen geleverd worden van het feit, dat onze zuivelexport op Duitschland vernietigd wordt, vóórdat onze Re geering gebruik maakt van haar sterke positie tegenover Duitschland en concrete en scherp geformuleerde voorstellen doet? Wanneer het daar ooit de tijd voor was, dan is het toch zeker nu. noemd, omdat hij, wanneer hij uitgaat om in de rimboe te jagen of te spelen nog wel eens ver keerd loopt, den weg kwijt raakt en door de vermoeienissen pijnlijke voeten krijgt. Zoo'n pasgeboren Welp is dan nog blind. Heeft hij aan de eerste eischen voldaan (enkele vaardigheden en spelen), dan gaat zijn eerste oog open en krijgt hij één ster vóór op de pet; na volbren ging van de moeilijker eischen gaat ook zijn tweede oog open en wordt hij door zijn tweede ster „Twee-ster-welp". In de horde hoort ieder tij zijn eigen nest van grijze, witte, zwarte en brui ne wolven. Een van de welpen is de gids van het nest en draagt als onderscheiding twee gele bandjes om den arm, maar in tegenstelling met den patrouilleleider van de Verkenners heeft deze gids geen leiding of verantwoordelijkheid: hij is alleen de hulp van de Akeela. Bij de Verken ners is alles meer ingesteld op het aankweeken van zelfstandigheid, bij de Welpen is het nog maar de voorbereiding daartoe; daarom moet ook in een Verkennersgroep patrouillegeest heer- schen van de afzonderlijke patrouilles, terwijl de Welpen geen nestgeest hebben maar horde- geest. Er is in gesprekken en geschriften wel eens het bezwaar geopperd, dat deze dierensymbo- liek voor de jongens te „naturalistisch" zou zijn: zij zouden eenigszins worden „verdierlijkt", waarbij heetgebakerde naturen dan meestal al gauw praten van „heidensch gedoe". Behalve de onvoorzichtigheid om dergelijke uitdrukkingen spoedig te gebruiken, geloof ik dat hier wat de zaak betreft ook dikwijls onkunde in het spel is aangaande de praktijk en dikwijls zelfs aan gaande de theorie van het „spel van verken nen". Zeker, het zou mogelijk zijn het leven en handelen der dieren te plastisch aan jongens voor te stellen of hen te doen denken dat ze vervolmaakte dieren zijn en zoo te doen leven; maar is voor ons katholieken dikwijls het gevaar niet veel grooter, dat ook de natuur een en niet de minste van Gods rijke gaven is; en dat ook natuurlijk-goede handelingen door de bedoeling bovennatuurlijk-verdienstelijk kunnen worden? Wij kennen ook in de Liturgie rijke dieren- symboliek, en daar zal toch ook niemand een gevaar in zien, dat wij het voorgestelde met de voorstelling gaan vereenzelvigen. Of is mis schien daar het gevaar aanwezig, omdat de kerkelijke symboliek helaas zoo weinig door onze katholieken wordt gekend en begrepen?.. Wij gelooven intusschen wel, dat voldoende kennis van de theorie en praktijk van het ver kennen iedereen zal brengen tot de conclusie, dat in de dierensymboliek van het Verkenners- leven geen naturalisme in ongunstigen zin schuilt en nog minder animalisme maar dat het daar van groote opvoedkundige waarde In een onderhoud met het „Volksblad" heeft de heer Schaper tegengesproken, dat hij ook als Kamerlid zou bedanken. Hij verklaarde o.m.: „Mijn drieledige functie van Kamerlid, Ge deputeerde en partijfunctionaris is1 me te zwaar geworden. Ik ga me nu beperken tot de Kamer en de partij, om me daaraan volledig te kun nen wijden; De functie van Ged. was vroeger gemakke lijker te vervullen dan thans; ze eische de volle persoon en soms meer dan dat. Ik deed het werk gaarne, maar mijn eigenlijke levens taak, mijn werk voor de arbeidersklasse in het parlement, kwam er den laatsten tijd door in verdrukking. Daar komt nog bij, dat de gebeur tenissen in de partij, die aan de scheuring vooraf gingen, mij zeer hebben aangegrepen. Wanneer je gedurende bijna een halve eeuw je hebt gewijd aan de organisatie der arbeiders klasse en de partij steentje voor steentje hebt opgebouwd, dan gaat het je aan je hart en vergt het veel van je zenuwen als je ziet, hoe niets ontziende sloopers bezig zijn de party omver te halen. Gelukkig is de partij opgewas sen gebleken tegen de sloopershand, maar toen voel je na zoo'n geschiedenis, sterker dan ooit, dat het dageiyksche partijleven je noodig heeft. Met September hoop ik met frisschen moed mijn taak in de Tweede Kamer weer op te nemen." en toezag of de jonge wolven de wet van de>r -'e naleefden. Dat is natuuriyk de leider of leid ster, die de jonge wolven leert, hoe zy sterk worden en zich nuttig kunnen maken. Shere Khan was de groote dreigende tijger; een echte opschepper, die niet handig genoeg was om te jagen en wilde dieren te vangen, en daarom in de buurt van een dorp rondzwierf en daar kalveren en geiten doodde en zelfs een weer- loozen man, als hy hem tenminste slapend aantrof. Zoo zijn er ook onder jongens wel eens Shere Khan's: groote, nydig uitziende jongens, die de kleineren bedreigen, maar op slot van rekening lafaards zijn. Tabaqui was de gluipe rige jakhals, die probeerde door vleierijen met iedereen bevriend te worden, maar zijn eenig doel was om wat afval te krügen: hij is een echte kliekjesgast. Zoo kunnen er ook wel jon gens zijn, die zich dwaas aanstellen en de men- schen lastig vallen om een stuiver of wat snoep goed, maar nooit bereid zijn om eenig werk te doen. zy staan gauw klaar om te schelden, als ze maar op een veiligen afstand staan, want in werkelijkheid zijn ze bang. Dan zijn er in de rimboe ook nog Bandarlog, de apen, die geen wet hebben zooals de wolven en alleen over dingen praten, die ze van anderen hebben af geluisterd; ze houden zichzelf voor heel gees tig, maar in werkelijkheid weten ze niets en zijn dwaas; ze bluffen vreeseiyk over wat ze gaan doen, maar doen tenslotte niets; ze kweb belen in plaats van te werken. Niemand in de rimboe wil dan ook wat met Bandarlog te ma ken hebben, evenmin als de welpen graag hoo- ren dat ze geen goede jonge wolven, maar als Shere Khan en Tabaqui zyn. Nog drie dieren uit de rimboe zullen wy noemen omdat daar aan meestal de naam van de assistent-leidster is ontleend: Raksha, de zorgzame moeder-wolf; Baloe, de verstandige goedmoedige beer, die de jonge wolven in de Wet van de rimboe onder wees, en Bagheera, de groote zwarte panter, die in de boomen kon klimmen en zich in de avondschaduwen ongezien kon voortbewegen; hij was een dappere handige jager met een goedig hart, die Mowgli leerde hoe hij zyn voedsel moest jagen en bemachtigen. Vooral wie het boek van Ruduard Kipling „Door wolven opgevoed" kent, kan zich ge makkelijk begrijpen, welk een heerlijk terrein hier geboden wordt aan de fantasie om aller lei spannende rimboeverhalen en spelen uit te denken en uit te voeren, die behalve dat ze graag door de jongens worden gespeeld ook zoo gemakkelijk zijn aan te wenden tot verbetering van de gewone jongensfouten en tot vorming van het karakter. De bekende dichter en apologeet Pater Jos. van Wely O. P., professor aan het Dominika- nenklooster te Zwolle, is benoemd tot Professor in de Apologie aan het Collegium Angelicum te Rome. Als dichter werkte pater van Wely mede aan „Van onzen Tijd", „De Katholiek" en ,De Beiaard", waarin zijn cyclus „Vader onze Vader" verscheen. In 1923 en 1926 verschenen zyn twee bundels poëzie by de Amsterdamsche Uitgeversmaat- maatschappij „De Gulden Ster", getiteld: „Va der onze Vader" en „Advent". Wat de katholieken in den loop der eeuwen zoo dikwijls hebben gedaan, de natuurlijk goe de vormen met nog heerlijker inhoud vullen, kan ook in de Verkennersbeweging zoo ryk ge beuren. Dit is zeker ook geheel in den geest van den stichter. Baden Powell heeft bij de voorbe reiding van zijn systeem ook meerdere malen een onderhoud gehad met Kardinaal Bourne en met dezen juist de verhouding van het ver kennen tot den godsdienst besproken. Op raad van Kardinaal Bourne heeft toen Baden Powell zich hiermee verder niet bemoeid en dat overgelaten aan de godsdienstige richtingen zelf. Hiermee is de Verkennersbeweging ge spaard gebleven van 'n soort vagen natuurgods dienst, maar hebben wij dan ook den plicht dit mooie opvoedsysteem met den rijken vorm van onzen geloofsinhoud tot een heerlijk geheel te maken, waarbij het Verkennerssysteem geheel intact kan biyven. Hierom moeten wy ook niet vooringenomen staan tegenover dit dierensymbolisme, maar ons als Katholieken er juist sterk toe aangetrok ken gevoelen. Hoe heeriyk voor onze Welpen het verhaal van Broeder Wolf uit het leven van St. Franciscus! De wolf van Gubbio, eerst de vijand der menschen en de schrik der stad, wordt de vriend van St. Franciscus, een soort wachthond van de stad. Die geschiedenis wordt zoo graag door de kleine wolfjes gehoord, die later Verkenner willen worden: nu zyn ze nog jonge wolven, wild en onbetrouwbaar, maar als zü later hun belofte als Verkenner gedaan heb ben worden zy als wachthonden en bescher mers aan de deur van Gods Kerk, sterk en be trouwbaar! Zoo kunnen wy de symbolen uit het dieren leven met hun aan den enthousiasten jongens geest aangepast ideaal op zichzelf reeds goed nog veredelen door den rijkdom die ons Geloof ons op alle terrein geeft en ze zoo meer invloed op den jongensgeest doen hebben dan de zuivere verstandsmensch, wiens fantasie door het dorre leven is afgestompt, kan ver moeden. TH. VAN DER LUGT, pr. A.D.V.G. voor Haarlem. De christeiyke en katholieke landarbeiders bonden in de districten oostelijk Groningen, Uwelingo, Hoogeland en Marne hebben zich vereenigd met de werkgeversvoorstellen. De moderne bonden hebben zich echter met groote meerderheid van stemmen tegen de werkge versvoorstellen uitgesproken. In verband hiermede heeft het hoofdbestuur der moderne organisatie aan de werkgevers meegedeeld, dat het op den grondslag van de aangeboden loonen voor 1932'33 geen collec tief contract kan afsluiten. Het gedenkteeken op het graf van wyien Deken van Beurden te Apeldoorn, is thans ge plaatst. Op Hemelvaartsdag was er gelegenheid het monument, dat 'n geschenk van de parochianen is, te bezichtigen. De leden der wolvenfamilie hebben natuur lijk ook allen een eigen naam. Een jongen, die Welp wil worden, wordt eerst „nieuweling" tot dat hy de Welpenwet, de geheime teekens, den groet en den horderoep kent. (Over dat al les hoop ik in een volgend artikel nog terug te komen). Kent hy die, dan wordt hy als „Teer- poot" tot de horde toegelaten en mag de Wel penuniform dragen. „Teerpoot" wordt hy ge- Tengevolge van een hartverlamming is te Bazel overleden dr. J. C. Hartogs, directeur van de Eerste Nederlandsche Kunstzyde-fabrieken te Arnhem.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 5