gemeenten in nood
Boterinvoer in Duitschland
de Rimboe
Slechte
politiek
MAANDAG 9 MEI
Op! Ten burgeroorlog!
HET TWENTHE—RIJN
KANAAL
STUDENTENBEZOEK AAN ROTTERDAM
NATIONAAL KEGEL
CONCOURS
De R. K. Studentenvereeniging „St. Olof" uit Tilburg bracht een
bezoek aan haar zustervereenigin g „St. Laurentius" te Rotterdam.
Het gezelschap maakte een boottocht door de havens.
De eerste resultaten van het meer
voudige douanentariefBoter-
uitvoer met meer dan de
helft teruggegaan
HET KAMERLID SCHAPER
JOS. VAN WELY O. P,
Benoemd tot professor te Rome
GRONINGER LANDARBEIDERS
Geen collectief contract
Gedenkteeken
Deken P. van Beurden
Naam en onderscheidingsteeken
Dr. J. C. Hartogs overleden
Burgemeester Mr. Sichterman van Almelo
installeerde ten Gemeentehuize de Commis
sie ter voorlichting van het Gemeentebestuur
omtrent alle aangelegenheden den aanleg van
havens in verbinding staande met het Twen-
the-Rijnkanaal betreffende, verkort „Haven-
waarover het laatste woord wel niet spoe
dig gesproken zal zijn.
De raad der gemeente Helmond besloot
n.l. volgend adres te verzenden:
„De gemeenteraad enz.:
overwegende, dat ten gevolge van de
heerschende economische crisis de uitgaven
wegens armwezen, steunverleening, werk
verschaffing, etc. in deze gemeente onrust
barend toenemen, terwijl anderzijds de
bronnen, die met het inkomen, vermogen
en bedrijfsleven verband houden een aan
zienlijke vermindering van belastingop
brengst geven;
overwegende, dat waar door dezelfde oor
zaken in 't meerendeel van de industrie
gemeenten van Nederland de belastingdruk
de grens van het toelaatbare reeds heeft
overschreden, het. voor die gemeenten on
mogelijk is om bovenomschreven lasten te
dragen, nog veel minder te blijven dragen;
overwegende, dat deze crisis niet is van
plaatselijken aard, maar evenals voor de
meeste andere landen ook voor Nederland
van nationale beteekenis en daarom ook de
nationale volkséénheid en het landsbelang
vorderen, dat crisisuitgaven als deze
niet voor een zoodanig deel, als thans ge
schiedt, gedragen worden door de inwoners
van de zwaarst getroffen gemeenten, maar
door alle inwoners van het Rijk;
overwegende, dat alleen het Rijk in staat
is deze crisisuitgaven door middel van alge-
meene belastingheffing over al zijn inwo
ners naar draagkracht en billijkheid te ver
deden;
besluit: het bovenstaande ter kennis te
brengen van de Vereeniging van Neder-
landsche Gemeenten te 's-Gravenhage met
verzoek om bij de Regeering stappen te
doen opdat de finantieele gevolgen van de
voortdurende crisis geheel door het Rijk
worden gedragen."
Het is geen kleinigheid wat de gemeente
raad van Helmond hier vraagt: een alge-
meene Rijkskrisisheffing tot steun aan de
gemeenten, die door de krisis noodlijdend
geworden zijn!
Er zit veel sympathieks in het plan: in
derdaad is de krisis niet van plaatselijken
aard en ook niet van plaatselijke beteeke
nis, en het is daarom billijk, da' de las
ten zooveel mogelijk nationaal verdeeld
worden.
En met de noodlijdende gemeenten kan
men des te meer medelijden hebben, naar
mate zij bij de nieuwe Rijksregeling min of
meer het slachtoffer geworden zijn van
haar vroegere zuinigheid.
Maarhoe zal het Rijk in deze nare
tijden een algemeene krisisheffing aan
durven?
Het Rijk heeft zelf al de grootste moeite,
zijn begrooting sluitend te maken, en in de
naaste toekomst zullen de Rijksmiddelen
zóó zeer in opbrengst dalen, dat het Rijk
jr tenslotte vrijwel even wanhopig komt
voor te staan als de gemeenten, die nu
en niet zonder reden om hulp roepen.
Toen de communisten op 1 Mei in het
Concertgebouw te Amsterdam vergaderden
om daar hun revolutiegeest uit te vieren,
hebben zij naar thans uit „De Tribune"
blijkt een schrijven ontvangen van hun
partijgenooten, die op dat oogenblik te
Amersfoort in militairen dienst waren.
Hoort, wat „De Tribune" uit dit merk
waardig schrijven onthult; de Moskoviti-
sche wapenbroeders schreven:
„Wij, arbeidersjongens in het soldatenpak,
zijn ons bewust van de taak, die van ons
verlangd wordt in dezen strijd. Wij hebben
besloten onze kameraden te overtuigen en te
organiseeren in het front van de revolutio
naire massa-actie tegen de oorlog, die in
China reeds is begonnen en die thans de
Sovjet-grenzen bedreigt.
Wij beschouwen de reglementen van het
revolutionaire militaire zakboek, dat in het
leger is verschenen, en met groot enthousias
me door de soldaten is ontvangen, en waar
tegen de geheele legerleiding een woedende
campagne voert, als de wet, waarnaar wij
handelen moeten.
Wij verwachten, dat de arbeiders al hun
kracht zullen inspannen, om ervoor te zor
gen, dat 't leger, dat als instrument moet die
nen tegen de Sovjet-Unie, aan de zijde van
de arbeiders een instrument wordt voor do
verdediging van de Sovjet-Unie en voor de
nederlaag van het Hollandsche imperialisme,
in den burgeroorlog, die wij moeten voorbe
reiden.
Leve het Roode eenheidsfront van arbei
ders, boeren en soldaten.
Op voor de verdediging van de Sovjet-
Unie!
Tegen de imperialistische oorlog! Voor de
burgeroorlog!"
't Klinkt allemaal tamelijk kwajongens
achtig.
Maar brutaal is het toch bovenmate,
niet zoozeer, dat enkele op hol geslagen
heethoofden zoo'n briefje sturen aan een
communistische vergadering, maar dat
„De Tribune" zooiets laat drukken.
De heertjes zeggen, dat zij den burger
oorlog voorbereiden:
vóór den burgeroorlog!
Vragen zij er eigenlijk zélf 'niet om,
onschadelijk gemaakt te worden, alvorens
zij tijd en gelegenheid krijgen om hun
medeburgers neer te paffen?!
De stand tot en met Donderdag 5 Mei van
het Nationaal Kegelconcours te Haarlem is als
volgt:
Korpswedstrijd Baan C. Afdeeling B. 1. G.
Eendracht Haarlem met 323; 2. S. S. S. Haar
lem met 310; 3. Onderling Genoegen A'dam
met 309; 4. Z. E. K. Z. Alkmaar met 305; 5.
Intiem Amsterdam met 300.
Korpswedstrijd voor Dames. 1. Onder Ons
G. P. II Den Haag met 290; 2. E. V. A. II Den
Helder met 287; 3. de Volharding II met 283; 4.
S. S. S. II met 278; 5. R. en R. II met 277.
Korpswedstr d voor Dames. 1. Onder Ons
Alkmaar 285; 2 Gooi Om Delft 272; 3. Rust
Roest Delft 271.
Hoogste Korpswerpers. Afdeeling A. 1. H.
Frantzen Haarlem 78; 2. S. de Jong Haarlem
71; 3. S. Feenstra Amsterdam 70.
Afdeeling B. 1. Fr. Kroning Amsterdam 70;
2. Jacobs Den Helder 69.
Hoogste Dames werpster: Mej. de Haas Delft
67.
Vrije Baanwedstrijd gewone tell. 1. Jos. v. d.
Eisen Haarlem 4544; 2. H. v. Duijnen Haar
lem 4543; 3. N. P. Visser Haarlem 4542;
4. J. Kroger Den Haag 44; 5. Mevr. de Bruin
Haarlem 42.
Meesterschap van Haarlem. 1.' L. Ketellap
per Haarlem 182; 2 N. Tummers Heemstede
180; 3. N. Bruseker Amsterdam 178; 4. Ooster
huis Den Haag 169 (24); 5. Jos. v. d. Eisen
Haarlem 169 (21); 6. Vroom Den Haag 168.
Personeele Wedstrijd Enkele Kaart. 1. Mevr.
v. d. Heijden Delft 42; 2. B. Paanakker Haar
lem 40 (3 x 9)3. H. Frantzen Haarlem 40
(1x9); 4. J. Nieman Amsterdam 39; 5. J. v. d
Wolk Den Haag 39.
Personeele Wedstrijd Serie Kaart. 1 v. Vliet
Amsterdam 107; 2. N. P. Visser Haarlem 103
(15) 3. P. Boonsma Amsterdam 103 (14); 4.
E. Limper Amsterdam 102; 5. H. Frantzen
Haarlem 101.
Vrije Baanwedstrijd Dames gew. tel. 1. Mevr.
de Bruin Haarlem 45; 2. Mevr. de Lange Alk
maar 43 2 x 41; 3. Mevr. Hogenooten Delft
4337; 4. Mevr. Kollrrm Alkmaar 2 x 41; 5.
Mevr. Boom Alkmaar 41.
Vrije Baanwedstrijd Hamburger tell. 1 Mevr.
de Bruin Haarlem 114; 2. Mevr. Met (Zwager)
Alkmaar 102; 3. Mevr. Schouten Haarlem 101;
4. Mevr. Heidendaal Haarlem 100; 5. Mevr.
Denkers Zandvoort 98.
Vaste Baanwedstrijd gewone t-11. 1. J. KölL
man Alkmaar 4 x 45; 2. H. Frantzen Haarlem
4543; 3. N. Tummers Haarlem 4541; 4. L.
Ketellapper Haarlem 44 3 x 43; 5. J. Beeren
Haarlem 4340
Vrije Baanwedstrijd Hamb. telling. 1. L.
Ketellapper Haarlem 114; 2. D. Bremer, Haar
lem 110; 3. H. van Duijnen Haarlem 108 2 x
106; 4. Vooren Utrecht 108 90; 5. Vroom, Den
Haag 108.
Vaste Baanwedstrijd Hamburger telling. 1.
L. Ketellapper Haarlem 2 x 120; 2. D. Bremer
Haarlem 120114; 3. H. van Duijnen Haarlem
120; 4. J. Köllmann Alkmaar 114; 5. J. Gene-
faas Alkmaar 110.
Parenwedstrijd. 1. Mevr. Heidendaal en H.
van Duijnen Haarlem 4847; 2. Mevr de Bruin
en J. Veró'el Haarlem 4841; 3. Mevr. Den
kers en H. Denkers Zandvoort 4543; 4. Mevr.
Leeksma en J. Leeksma Den Haag 45; 5. Mevr.
Kollman en J. Kollman, Alkmaar 44.
Duowedstrijd. 1. L. Ketellapper en D. Bre
mer Haarlem 80; 2 Mevr. de Bruin en Mevr.
Schouten Haarlem 78; 3. Ginneken en Borkus
Den Haag 77; 4. Eykholt en Masse Alkmaar
76; 5. L, Heideman en Klinkhamer Amster
dam 75.
dachten te komen. In dit verband zij een uit
lating vermeld van de „Preisberichtstelle beim
deutschen Landwirtschaftsrat", naar aanleiding
van een artikel in de Deutsche „Allgemeine Zei-
tung" van 27 April j.l. In de D. A. Z. blijkt er
weer eens van de zijde der industrie te
zijn aangedrongen op normale, d.i. proportio-
neele contingenteering bij den boterinvoer. En
de „Preisberichtstelle" schrijft nu ongeveer als
volgt: Wij gaan op dit artikel in en wel omdat
daarin een gedachte wordt uitgewerkt, welke in
het vervolg een geschikte basis schijnt te zijn
voor onze boterpolitiek, n.l. globale contingen
teering. Met die methode kan ook de Duitsche
landbouw meegaan. Zijn leiders hebben reeds
den 3den Maart j.l. een contingenteering van
den boterinvoer verlangd. De Duitsche land
bouw zal zich dan ook wel niet in principe tegen
deze plannen van contingenteering verzetten.
Zal, wat voor de zuivelbereiders het belangrijk
ste is, gezien deze feiten, onze regeering te
Berlijn voor den dag komen? Reeds enkele
dagen worden de betrokkenen in de vaderland-
sche pers weer in beweging gehouden met
enkele tegenstrijdige berichten inzake Duitsch-
Nederlandsche onderhandelingen over den
boterinvoer in Duitschland.
Er is, nu al weer maanden geleden, vanwege
het Comité voor Economisch Verweer aan de
regeering een concreet voorstel ondersteund om
in Duitschland een herziening van dit douane
systeem te verkrijgen. Het eenige wat wij tot
nu toe over deze zaak, een levenskwestie voor
de Nederlandsche zuivelbereiding, kunnen gis
sen, doet ons een bericht van „wel ingelichte
zijde", dat dezer dagen in de bladen circuleerde,
aan de hand en waarin gezegd wordt, dat de
berichten van Duitsch-Nederlandsche onder
handelingen inzake een verhooging van ons
botercontingent naar Duitschland niet juist zijn
en dat er alleen voorstellen tot verbetering en
vereenvoudiging der douanemethoden zijn ge
daan. Moeten er nu nog meer bewijzen geleverd
worden van het feit, dat onze zuivelexport op
Duitschland vernietigd wordt, vóórdat onze Re
geering gebruik maakt van haar sterke positie
tegenover Duitschland en concrete en scherp
geformuleerde voorstellen doet? Wanneer het
daar ooit de tijd voor was, dan is het toch
zeker nu.
noemd, omdat hij, wanneer hij uitgaat om in de
rimboe te jagen of te spelen nog wel eens ver
keerd loopt, den weg kwijt raakt en door de
vermoeienissen pijnlijke voeten krijgt. Zoo'n
pasgeboren Welp is dan nog blind. Heeft hij aan
de eerste eischen voldaan (enkele vaardigheden
en spelen), dan gaat zijn eerste oog open en
krijgt hij één ster vóór op de pet; na volbren
ging van de moeilijker eischen gaat ook zijn
tweede oog open en wordt hij door zijn tweede
ster „Twee-ster-welp". In de horde hoort ieder tij
zijn eigen nest van grijze, witte, zwarte en brui
ne wolven. Een van de welpen is de gids van
het nest en draagt als onderscheiding twee gele
bandjes om den arm, maar in tegenstelling met
den patrouilleleider van de Verkenners heeft deze
gids geen leiding of verantwoordelijkheid: hij
is alleen de hulp van de Akeela. Bij de Verken
ners is alles meer ingesteld op het aankweeken
van zelfstandigheid, bij de Welpen is het nog
maar de voorbereiding daartoe; daarom moet
ook in een Verkennersgroep patrouillegeest heer-
schen van de afzonderlijke patrouilles, terwijl
de Welpen geen nestgeest hebben maar horde-
geest.
Er is in gesprekken en geschriften wel eens
het bezwaar geopperd, dat deze dierensymbo-
liek voor de jongens te „naturalistisch" zou zijn:
zij zouden eenigszins worden „verdierlijkt",
waarbij heetgebakerde naturen dan meestal al
gauw praten van „heidensch gedoe". Behalve de
onvoorzichtigheid om dergelijke uitdrukkingen
spoedig te gebruiken, geloof ik dat hier wat de
zaak betreft ook dikwijls onkunde in het spel is
aangaande de praktijk en dikwijls zelfs aan
gaande de theorie van het „spel van verken
nen". Zeker, het zou mogelijk zijn het leven en
handelen der dieren te plastisch aan jongens
voor te stellen of hen te doen denken dat ze
vervolmaakte dieren zijn en zoo te doen leven;
maar is voor ons katholieken dikwijls het gevaar
niet veel grooter, dat ook de natuur een en niet
de minste van Gods rijke gaven is; en dat ook
natuurlijk-goede handelingen door de bedoeling
bovennatuurlijk-verdienstelijk kunnen worden?
Wij kennen ook in de Liturgie rijke dieren-
symboliek, en daar zal toch ook niemand een
gevaar in zien, dat wij het voorgestelde met de
voorstelling gaan vereenzelvigen. Of is mis
schien daar het gevaar aanwezig, omdat de
kerkelijke symboliek helaas zoo weinig door
onze katholieken wordt gekend en begrepen?..
Wij gelooven intusschen wel, dat voldoende
kennis van de theorie en praktijk van het ver
kennen iedereen zal brengen tot de conclusie,
dat in de dierensymboliek van het Verkenners-
leven geen naturalisme in ongunstigen zin
schuilt en nog minder animalisme maar
dat het daar van groote opvoedkundige waarde
In een onderhoud met het „Volksblad" heeft
de heer Schaper tegengesproken, dat hij ook
als Kamerlid zou bedanken. Hij verklaarde o.m.:
„Mijn drieledige functie van Kamerlid, Ge
deputeerde en partijfunctionaris is1 me te zwaar
geworden. Ik ga me nu beperken tot de Kamer
en de partij, om me daaraan volledig te kun
nen wijden;
De functie van Ged. was vroeger gemakke
lijker te vervullen dan thans; ze eische de
volle persoon en soms meer dan dat. Ik deed
het werk gaarne, maar mijn eigenlijke levens
taak, mijn werk voor de arbeidersklasse in het
parlement, kwam er den laatsten tijd door in
verdrukking. Daar komt nog bij, dat de gebeur
tenissen in de partij, die aan de scheuring
vooraf gingen, mij zeer hebben aangegrepen.
Wanneer je gedurende bijna een halve eeuw je
hebt gewijd aan de organisatie der arbeiders
klasse en de partij steentje voor steentje hebt
opgebouwd, dan gaat het je aan je hart en
vergt het veel van je zenuwen als je ziet, hoe
niets ontziende sloopers bezig zijn de party
omver te halen. Gelukkig is de partij opgewas
sen gebleken tegen de sloopershand, maar toen
voel je na zoo'n geschiedenis, sterker dan ooit,
dat het dageiyksche partijleven je noodig heeft.
Met September hoop ik met frisschen moed
mijn taak in de Tweede Kamer weer op te
nemen."
en toezag of de jonge wolven de wet van de>r -'e
naleefden. Dat is natuuriyk de leider of leid
ster, die de jonge wolven leert, hoe zy sterk
worden en zich nuttig kunnen maken. Shere
Khan was de groote dreigende tijger; een echte
opschepper, die niet handig genoeg was om te
jagen en wilde dieren te vangen, en daarom
in de buurt van een dorp rondzwierf en daar
kalveren en geiten doodde en zelfs een weer-
loozen man, als hy hem tenminste slapend
aantrof. Zoo zijn er ook onder jongens wel eens
Shere Khan's: groote, nydig uitziende jongens,
die de kleineren bedreigen, maar op slot van
rekening lafaards zijn. Tabaqui was de gluipe
rige jakhals, die probeerde door vleierijen met
iedereen bevriend te worden, maar zijn eenig
doel was om wat afval te krügen: hij is een
echte kliekjesgast. Zoo kunnen er ook wel jon
gens zijn, die zich dwaas aanstellen en de men-
schen lastig vallen om een stuiver of wat snoep
goed, maar nooit bereid zijn om eenig werk te
doen. zy staan gauw klaar om te schelden, als
ze maar op een veiligen afstand staan, want
in werkelijkheid zijn ze bang. Dan zijn er in de
rimboe ook nog Bandarlog, de apen, die geen
wet hebben zooals de wolven en alleen over
dingen praten, die ze van anderen hebben af
geluisterd; ze houden zichzelf voor heel gees
tig, maar in werkelijkheid weten ze niets en
zijn dwaas; ze bluffen vreeseiyk over wat ze
gaan doen, maar doen tenslotte niets; ze kweb
belen in plaats van te werken. Niemand in de
rimboe wil dan ook wat met Bandarlog te ma
ken hebben, evenmin als de welpen graag hoo-
ren dat ze geen goede jonge wolven, maar als
Shere Khan en Tabaqui zyn. Nog drie dieren
uit de rimboe zullen wy noemen omdat daar
aan meestal de naam van de assistent-leidster
is ontleend: Raksha, de zorgzame moeder-wolf;
Baloe, de verstandige goedmoedige beer, die de
jonge wolven in de Wet van de rimboe onder
wees, en Bagheera, de groote zwarte panter, die
in de boomen kon klimmen en zich in de
avondschaduwen ongezien kon voortbewegen;
hij was een dappere handige jager met een
goedig hart, die Mowgli leerde hoe hij zyn
voedsel moest jagen en bemachtigen.
Vooral wie het boek van Ruduard Kipling
„Door wolven opgevoed" kent, kan zich ge
makkelijk begrijpen, welk een heerlijk terrein
hier geboden wordt aan de fantasie om aller
lei spannende rimboeverhalen en spelen uit te
denken en uit te voeren, die behalve dat ze
graag door de jongens worden gespeeld ook zoo
gemakkelijk zijn aan te wenden tot verbetering
van de gewone jongensfouten en tot vorming
van het karakter.
De bekende dichter en apologeet Pater Jos.
van Wely O. P., professor aan het Dominika-
nenklooster te Zwolle, is benoemd tot Professor
in de Apologie aan het Collegium Angelicum te
Rome.
Als dichter werkte pater van Wely mede aan
„Van onzen Tijd", „De Katholiek" en ,De
Beiaard", waarin zijn cyclus „Vader onze Vader"
verscheen.
In 1923 en 1926 verschenen zyn twee bundels
poëzie by de Amsterdamsche Uitgeversmaat-
maatschappij „De Gulden Ster", getiteld: „Va
der onze Vader" en „Advent".
Wat de katholieken in den loop der eeuwen
zoo dikwijls hebben gedaan, de natuurlijk goe
de vormen met nog heerlijker inhoud vullen,
kan ook in de Verkennersbeweging zoo ryk ge
beuren. Dit is zeker ook geheel in den geest van
den stichter. Baden Powell heeft bij de voorbe
reiding van zijn systeem ook meerdere malen
een onderhoud gehad met Kardinaal Bourne en
met dezen juist de verhouding van het ver
kennen tot den godsdienst besproken. Op raad
van Kardinaal Bourne heeft toen Baden
Powell zich hiermee verder niet bemoeid en dat
overgelaten aan de godsdienstige richtingen
zelf. Hiermee is de Verkennersbeweging ge
spaard gebleven van 'n soort vagen natuurgods
dienst, maar hebben wij dan ook den plicht dit
mooie opvoedsysteem met den rijken vorm van
onzen geloofsinhoud tot een heerlijk geheel te
maken, waarbij het Verkennerssysteem geheel
intact kan biyven.
Hierom moeten wy ook niet vooringenomen
staan tegenover dit dierensymbolisme, maar ons
als Katholieken er juist sterk toe aangetrok
ken gevoelen. Hoe heeriyk voor onze Welpen
het verhaal van Broeder Wolf uit het leven
van St. Franciscus! De wolf van Gubbio, eerst
de vijand der menschen en de schrik der stad,
wordt de vriend van St. Franciscus, een soort
wachthond van de stad. Die geschiedenis wordt
zoo graag door de kleine wolfjes gehoord, die
later Verkenner willen worden: nu zyn ze nog
jonge wolven, wild en onbetrouwbaar, maar als
zü later hun belofte als Verkenner gedaan heb
ben worden zy als wachthonden en bescher
mers aan de deur van Gods Kerk, sterk en be
trouwbaar!
Zoo kunnen wy de symbolen uit het dieren
leven met hun aan den enthousiasten jongens
geest aangepast ideaal op zichzelf reeds
goed nog veredelen door den rijkdom die ons
Geloof ons op alle terrein geeft en ze zoo meer
invloed op den jongensgeest doen hebben dan
de zuivere verstandsmensch, wiens fantasie
door het dorre leven is afgestompt, kan ver
moeden.
TH. VAN DER LUGT, pr.
A.D.V.G. voor Haarlem.
De christeiyke en katholieke landarbeiders
bonden in de districten oostelijk Groningen,
Uwelingo, Hoogeland en Marne hebben zich
vereenigd met de werkgeversvoorstellen. De
moderne bonden hebben zich echter met groote
meerderheid van stemmen tegen de werkge
versvoorstellen uitgesproken.
In verband hiermede heeft het hoofdbestuur
der moderne organisatie aan de werkgevers
meegedeeld, dat het op den grondslag van de
aangeboden loonen voor 1932'33 geen collec
tief contract kan afsluiten.
Het gedenkteeken op het graf van wyien
Deken van Beurden te Apeldoorn, is thans ge
plaatst.
Op Hemelvaartsdag was er gelegenheid het
monument, dat 'n geschenk van de parochianen
is, te bezichtigen.
De leden der wolvenfamilie hebben natuur
lijk ook allen een eigen naam. Een jongen, die
Welp wil worden, wordt eerst „nieuweling" tot
dat hy de Welpenwet, de geheime teekens,
den groet en den horderoep kent. (Over dat al
les hoop ik in een volgend artikel nog terug te
komen). Kent hy die, dan wordt hy als „Teer-
poot" tot de horde toegelaten en mag de Wel
penuniform dragen. „Teerpoot" wordt hy ge-
Tengevolge van een hartverlamming is te
Bazel overleden dr. J. C. Hartogs, directeur van
de Eerste Nederlandsche Kunstzyde-fabrieken
te Arnhem.