kamerlid en vrijgestelde
Aan den rand van den afgrond
De nood stijgt
Loonsverlaging
te Rotterdam
IJMUIDER HAVEN IN DEN ECONOMISCHEN MIST
Tachtig opcenten
DINSDAG 10 MEI
De functies onver-
eenigbaar?
HET BEROEPSKADER
Gevaar van inkrimping
De tekorten bij de
Spoorwegen
In de boekenweek
Telegram aan de Kamer
kun
fiOSSCHE WERKLIEDENBOND
Centrale Raadsvergadering
te Tilburg
Congres van de Ned. R.K. Onder-
officiersbond „St. Martinus
Het salarisvraagstuk
Geen ziekenfonds?
DE BLOEIENDE BETUWE
Bovenstaande foto illustreert wel overduidelijk de schrikbarende slapte, die er heerscht in het Noord zee-visscherijbedryf. Opgelegde
treilers in sombere rijen bijeen
Slechts drastisch ingrijpen kan aan
het door en door zieke trans
portwezen genezing
brengen
Het vervoer terug-
geloopen
Moordende concurrentie
UIT HET AUTOMOBIEL
BEDRIJF
De strijd tegen den chaos
VERKOOPPRIJZEN
DER KALIZOUTEN
Acte tot belangrijke prijsverlaging
Jeugddag te Gouda
HET CONFLICT IN DE
DRENTSCHE VENEN
Te Roswinkel het werk hervat
Het gemeentepersoneel met
3 percent gekort
HERNIEUWDE DEVOTIE
De Noodkist door Trichts straten
Dringend verzoek tot behandeling
van het wetsontwerp tot steun
aan de melkveehouderij
ke R. K. Bond van Overheidspersoneel
•>St. Paulus" heeft beslist, dat de functie
Van voorzitter vrijgestelde zijner or
ganisatie en die van Kamerlid niet gecom
bineerd kan blijven.
De heer Guit, wien deze beslissing trof,
blaakte zich de keuze niet moeilijk: het
Voorzitterschap van den bond ging bij hem
koven het kamerlidmaatschap; hij ging
neen uit de Kamer en bleef als voorzitter
Van „st. Paulus" in functie.
Hiermede was dit incidenteele geval
baar ieders genoegen opgelost.
Maar de vraag: kan een vrijgestelde
'evens Kamerlid zijn? was door het ge-
val opnieuw aan de orde gesteld en van
Vele zijden werden er nadere beschouwin-
6en aan gewijd.
Over het algemeen werd de beslissing
Van „st. Paulus" toegejuicht.
Een bezoldigd bestuurder heeft tot taak,
de bijzondere belangen van een bijzondere
gr°ep te behartigen, terwijl hij als Ka
merlid. zijn handelingen enkel en alleen
'bag laten leiden door overwegingen van
algemeen belang.
Het bestuur van „St. Paulus" wenscht
kjkbaar niet, dat zijn bezoldigd bestuur-
der zich als Kamerlid genoodzaakt kan
in het algemeen belang mede te wer-
en aan beslissingen, welke hij als vrijge
leide voor de belangen van een groep
Ê1genlijk zou moeten bestrijden.
inderdaad zal een Kamerlid-bezoldigd
Vakvereenigingsbestuurder zich zooals
r°f. van der Grinten het in „De Tijd"
bitdrukte uiteraard herhaaldelijk voor
^blijke
situaties en moeilijke gewetens-
c°nfiicten geplaatst zien, en er is dus veel
om de combinatie zooveel mogelijk
e vermijden.
Hu moet men in deze zaak o.i. echter
el goed onderscheiden:
ket is natuurlijk heel verklaarbaar, dat
eeb Vak-organisatie het Kamerlidmaat-
^kap voor haar vrijgestelden onge
acht acht, omdat de belangen dezer
b'ganisatie geschaad kunnen worden door
et optreden in de Kamer, waartoe die
fde vrijgestelden zich handelend
aar eer en geweten verplicht kunnen
Zieri.
Het beteekent echter nog geenszins,
at een bezoldigd vakbestuurder geen
°e3 Kamerlid zou kunnen zijn.
Jbist de heer Guit heeft o.i. het tegen-
eel daarvan bewezen: in zeer moeilijke
handigheden, toen de vakvereeniging
fllch biet hand en tand verzette tegen de
°°r de regeering voorgestelde salariskor-
'bg, heeft de heer Guit, die als Kamer-
het algemeen belang behartigen moest
b ervan op de hoogte was, welke buiten-
6e\Voon groote belangen hier voor land en
V°lk op het spel stonden, den grooten
Gelijken moed gehad, vóór het regee-
Hftgsvoorstel te stemmen.
Een en ander kan dus wel samengaan.
De Chris.-Hist. „Nederlander" drukt het
h°S sterker uit:
»Het staat niet zóó" aldus lezen wij
b genoemd blad „dat er een conflict
ehoeft te wezen tusschen hetgeen plicht
ab den vakbestuurder en hetgeen plicht
b het Kamerlid is.
Deen van beiden dienen zij een „be-
lapg»
S"; beiden komen zij op voor hetgeen
recht schijnt.
Natuurlijk zal de vakbestuurder als zoo-
had te Tilburg de centrale raadsver-
®rjng plaats van den Bossche Diocesane
g. -liedenbond. De vergadering werd vooraf-
2e?an b°or eene H. Mis, welke door Aalmoe-
0 bier Bannenberg voor de deelnemers werd
^gedragen in de kapel der Eerw. Zusters van
visitatie. Omstreeks half 12 werd de ver-
bering, welke gehouden werd in de groote
(Jq der R k. Werkliedenvereniging geopend
jje°r den Bondsvoorzitter A. v. Rijen, die met
arb i°°S op de tijdsomstandigheden de R. K.
2a eidersbeweging aanmaande actief en waak-
Wate blijven, de hoofden koel en de harten
Rb "n bouden. In z'n openingswoord wees
den tevens °P den goeden gang van zaken in
2 b Bossche Diocesane werkliedenbond, die
®wel finantieel als cultureel, ontwikkelend
0Q, bioreel 'n gunstig jaar achter zich heeft en
in dit jaar voor 'n degelijke groei en
waarborg biedt.
Jaarverslagen van secretaris en penning-
20 ester werden na enkele vragen hieromtrent
stat hoofdelijke stemming goedgekeurd. De
i^ uten en 't huishoudelijk reglement werden
de ^rband met de hernieuwde aanvrage van
ee koninklijke en kerkelijke goedkeuring aan
b!ge wijzigingen onderworpen.
V^lbteu werd de bijdrage voor de R. K. Uni-
rsiteit voor de afdeelingen met 2 jaar te ver-
I2veeb- Hierdoor kan bij gelegenheid van het
Sor*"jarig bestaan der universiteit de ronde
j, m van f 10.000 worden afgedragen en de
hip H- worden ingeschreven als „Bescher-
der Universiteit."
Vjr® heeren J. Peeters uit Boxmeer en F. van
led Eindhoven, werden gekozen als bestuurs
la voor het pensioenfonds,
jg e voorzitter deed nog mededeeling dat op
sturv^ en 15 Augustus a.s. een tweetal sociale
lp pGdagen zullen gehouden worden, n. 1. een
Eindhoven en een in Tilburg of Nijmegen.
ge biaand September is uitgekozen voor eeni-
Seestelijke meetings.
lied ben enkele weken zal de lang verbeide
gin renbundel voor de R. K arbeidersbewe-
'h S «Zang en arbeid" verschijnen en tegen
minieme prijs worden beschikbaar gesteld,
kond Slot van de vergadering sprak de Ver-
opw f fgevaardigde de heer Veldman nog 'n
bOhri woord en dankte namens 't ver
licht C'e Hossche Bond voor 't vele werk ver-
voor de Jonge Werkman.
eVen°k Hector Mommersteeg bepleitte nog
be financieele en moreele steun voor de
jSe Werkman,
lljj e vergadering was bezocht door 123 afdee-
«jg5eb met 203 stemgerechtigde afgevaardig-
danig een zaak in haar bepaalde vakver-
band zien èn zal het Kamerlid als zoo
danig dezelfde zaak zien in ander, bree
der verband en dies in ander licht.
Dus kan het zich voordoen, dat hij an
ders stemt.
Maar hiertegen is geen enkel bezwaar.
Want hij is geen Kamerlid geworden om
als zetbaas of stemmachine met bindend
mandaat te zeggen, wat een ander vindt
in casu: zijn organisatie. Doch hij is
gekozen, om in de Kamer en in zijn eigen
fractie het standpunt te doen kennen, dat
terzake door de vakbeweging ingenomen
wordt, opdat dit standpunt bekend zij en
opdat dus óók met dit standpunt gere
kend worden kan, wanneer de Kamerle
den en met name de leden van zijn frac
tie hun stem uiteindelijk bepalen gaan.
Doch hij stemt zelf; niet zijn organi
satie. Hij stemt als verantwoordelijk man
en dus vrij."
De vraag, of de functies van Kamerlid
en vrijgestelde al dan niet vereenigbaar
zijn, lijkt ons. niet met een enkel ja of
neen te beantwoorden.
Er hangt heel veel van af, in welken
persoon de beide functies vereenigd zijn,
èn hoe men de taak van een vrijgestelde
ziet.
Menschen met ruggegraat zooals de
heer Guit er een gebleken is kunnen
het Kamerlidmaatschap zeer zeker goed
vervullen, ook al wenschen zij de belan
gen der naast aan 't hart liggende groep
naar eer en geweten gezien in het licht
van het algemeen belang zoo krachtig
mogelijk te dienen.
De vak-organisatie heeft echter het
recht, van haar vrijgestelden te eischen,
dat zij de bijzondere belangen der orga
nisatie ook in 't bijzonder zullen beharti
gen en daarom zal er in de praktijk
maar al te gemakkelijk een zekere con
troverse ontstaan, wanneer de vrijgestelde
in Den Haag zijn plicht als Kamerlid
moet vervullen.
„St. Paulus" maakte daaraan een einde.
Wat zeker verstandig was, omdat daar
door moeilijke situaties worden voorko
men, niet omdat er in princiep en
steeds tegenstelling zou moeten gezien
worden tusschen het algemeen belang en
het groepsbelang.
De Nederlandsche R. K. Onderofficiersbond
,St. Martinus", hield Maandagmiddag de ope
ningsvergadering van haar tweedaagsch con
gres, in Hotel van Zebeu, te 's Gravenhage.
welke werd bijgewoond door den Bondsadvi-
seur, majoor-aalmoezenier Van Straelen.
de zes leden van het hoofdbestuur, afgevaar
digden van de afdeelingen Amersfoort, Am
sterdam, Arnhem, Bergen op Zoom, Breda, De
venter. Ede, Gorinchem, Den Haag, Haarlem,
's Hertogenbosch, Leiden, Nijmegen, Maastricht,
Utrecht, Venlo en de afd. technisch personeel
der Luchtvaart-afdeeling. Voorts was aanwezig
kapelaan A. de Wildt, geestelijk adviseur der
Haagsche afdeeling.
Na een korte begroeting door den afdeelings-
voorzitter opende de bondsvoorzitter, de heer
J. J. M. van 't Walderveen uit Amersfoort, het
drukbezochte congres met den christelijken
groet, waarna hij de openingsrede uitsprak,
waarbij hij den groei van den Bond met cijfers
uiteenzette en wees op de pogingen om bij de
overheid verbetering van de positie der leden te
verkrijgen. Een bijzonder woord van dank werd
gebracht aan den geestelijk-adviseur, majoor-
aalmoezenier van Straelen.
Spr gaf een overzicht van de moderne be
wapening, waarna hij met enkele woorden het
weermacht-vraagstuk hier te lande besprak.
Op de reeds vroeger uitvoerig besproken gron
den, ontraadde spr. het verder inkrimpen van
het'beroepskader. De landen rondom ons too-
nen duidelijk aan welke gevaren daaraan ver
bonden zijn. Weermacht in de handen van di
lettanten verhoogt deze gevaren, en brengt
zeer zeker geen beperking van uitgaven mede.
(Kolonel J. J. J. N o o r d m a n, hoofdaalmoe
zenier komt, met applaus begroet, de zaal bin
nen).
Zijn rede vervolgend zeide spr. ten aanzien
van het salarisvraagstuk, dat alles er op ge
zet moet worden, om te behouden wat men
thans heeft.
Samenwerking met het R. K. Werkliedenver
bond achtte spr. dan ook gewenscht.
Ten aanzien van het bevorderingsvraagstuk
merkte spr. op dat, hoe bescheiden de positie
van den onderofficier moge zijn, men toch op
dit oogenblik nog een bestaan heeft en sprak
het vertrouwen uit, dat de voorgestelde reor
ganisatie van de weermacht niet te veel slacht
offers zou maken.
Met een beroep op onderlinge samenwerking
besloot spr. zijn met applaus onderstreepte rede.
Aan H. M. de Koningin en aan Z. H. Excel
lentie Mgr. Jansen, aartsbisschop van Utrecht,
werden telegrammen van hulde verzonden.
De agenda bevatte een 20-tal punten, waar
onder het voorstel van de afdeeling Bergen op
Zoom, tot het oprichten van een ziekenfonds,
waarbij een uitvoerige toelichting is gevoegd.
Het prae-advies van het hoofdbestuur is even
als in 1928, afwijzend, terwijl het van een actie
voorgesteld door de afdeeling Leiden, om te
verkrijgen dat zij die vVÓór hun 20e levensjaar
zijn aangesteld, vanaf den datum van aan
stelling worden bezoldigd, in tegenstelling met
thans, n.l. met hun 20e levensjaar, geen succes
verwacht.
Het prae-advies op de voorstellen van Ber
gen op Zoom tot wijziging van de bezoldigings-
schaal, zooals door die afdeeling voorgesteld,
luidt dat dit voorstel niet op een directe of
binnen afzienbaren tijd op inwilliging kan reke
nen en hiermede een gunstiger tijd dient te
worden afgewacht.
H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Ju
liana hebben Zaterdagmiddag per auto een be
zoek gebracht aan de bloeiende Betuwe.
De heer S. A. Reitsma, hoofdredacteur van
„Spoor- en Tramwegen", oud-hoofdambtenaar
van de Staatsspoor en -tramwegen in Ned.-
Indië, schrijft naar aanleiding van de door
de directie der Ned. Spoorwegen aangekondig
de loonsverlaging in zijn blad, onder het op
schrift „Aan den rand van den afgrond" onder
meer het volgende:
Eenigen tijd geleden wees ik er op, dat de
Spoorwegen zich als gevolg van de hier te lan
de gevolgde verkeerspolitiek op een hellend
vlak bevonden en snel naar den financieelen
afgrond gleden. Dat de Nederlandsche Spoor
wegen zoo spoedig reeds aan den rand zouden
staan kon niemand vermoeden. Maar het feit,
dat de onafwendbare tekorten er zijn, maakt
het nog meer dan voorheen noodzakelijk, dat
de regeering, die in laatste instantie de ver
keerspolitiek beheerscht, den koers vaststelt,
waarin deze zich definitief zal bewegen ten
einde tot gezondere toestanden te komen.
Om zich een klaar denkbeeld te vormen van
de oorzaken der tekorten bij de Spoorwegen,
moet men zich duidelijk voor oogen stellen, dat
deze het gevolg zijn van geslonken vervoer. De
redenen van dit terugloopen van het vervoer
zijn tweeërlei.
Eerstens de tegenwoordige economische con
junctuur, de malaise, de tolbarrières, de con-
tingenteeringsvoorschriften, deviezenverorde-
ningen, e.t.q.
Daarnaast is echter de moordende concur
rentie van het motorverkeer een internationaal
verschijnsel, waartegen in de geheele beschaaf
de wereld met uitzondering van Nederland en
Nederlandsch-Indië, krachtig wordt gevochten,
de tweede oorzaak. Tegen het laatste kan de
strijd aangebonden worden. Dat nog nergens
een oplossing van het autovraagstuk is gevon
den, welke tot ieders bevrediging werkt, doet
niets ter zake. Dit mag geen aanleiding zijn
om stil te zitten en de bevoordeeling van het
autovervoer te laten voortduren tot het goed
functionneerende en voor de volkswelvaart van
Nederland onmisbare nationale spoorwegstel
sel vernietigd is. En op dit laatste loopt het
uit, want wezen voorzichtig gestelde berekenin
gen niet uit, dat de personen- en vrachtauto's
in 1930 ruim ƒ11.000.000 schade aan de Ne
derlandsche Spoorwegen berokkenden? Dit be
drag is in 1931 nog grooter geworden.
In de Nederlandsche Spoorwegen en in de
locaalspoor- en tramwegen werd ongeveer een
milliard gulden gestoken, welk kapitaal met
vernietiging bedreigd wordt, door in het land
overvloeiende van ijzeren wegen, landwegen,
kanalen en rivieren, in de eerstvolgende vüf
en twintig jaren een wegennet te bouwen voor
ƒ882.500.000, waarbij nog niet gerekend is op
de verbetering der tertiaire wegen, de kosten
der gemeentelijke „traversen", verkeerspolitie,
verlichting, parkeergelegenheden enz. Gezien
de doorbraken in de steden, die schatten gelds
kosten, zal een raming van het kapitaal, dat
voor de vernietiging der spoorwegen noodig is.
op twee milliard, te verdeelen over vijf en
twintig jaar, wel niet te hoog zijn. Dit bedrag
moet door de belastingbetalers grooten deels
rechtstreeks opgebracht worden. De vernieti
ging van het spoorwegvervoer door het motor
transport komt den Nederlandschen staatsbur
ger niet zoo goedkoop uit.
Vaak genoeg is er op gewezen, dat het niet
aangaat de spoorwegen de kosten van de baan
en het onderhoud zelf te laten betalen en het
motorverkeer nagenoeg vrijuit te laten gaan
om den spoorwegen den exploitatie- en ver-
voerplicht op te leggen, hen te' binden door
tariefs- en dienstregelingsvoorschriften, te be
lemmeren bij het Zondagsverkeer, schadever
goedingsplicht en regeling der dienst- en rust
tijden dwingend voor te schrüven en de auto
in al dergelijke zaken vrjj te laten als een vogel
in de lucht.
In den strüd om het bestaan vraagt het na
tionale instituut der Nederlandsche Spoorwegen
niet om hulp en steun noch om protectie
Het vraagt alleen om gelijkmaking der concur-
rentiemogeiykheden teneinde zich te kunnen
handhaven.
Tot nog toe is de stem der Nederlandsche
Spoorwegen vrüwel geweest als die van den
roepende in den woestyn.
Indien men thans by Waterstaat en ook
by Financiën inziet, dat het meer dan tyd
is om zich te bezinnen en het verkeerswezen
te land in overeenstemming te brengen met
de beginselen eener gezonde verkeerseconomie
dat elk verkeersmiddel zelf de lasten moet
opbrengen, welke het aan de gemeenschap be
zorgt, dat de concurrentievoorwaarden tus
schen de verschillende verkeersmiddelen gelijk
moeten zijn, m.a.w. dat ook op dit gebied geldt
geiyke plichten, geiyke rechten dan kan
nog verhinderd worden, dat het spoorweg
stelsel ineenstort en dat op den belastingbeta
ler een ondraagiyke last wordt gelegd.
Ideaal mag niet zijn over vijf en twintig jaar
één auto op dertig inwoners, een prachtig we
gennet, schitterende bruggen, een vrijgevochten
wegvervoer met een lange dageiyksche dooden-
lyst, hooge belastingen, een ineengeschrompeld
spoorwegnet, doch dient te wezen: by een mi
nimum van kosten voor de gemeenschap een
vervoer te land te krijgen, dat aan redeiyke
eischen beantwoordt en dit vervoer op de voor
de gemeenschap meest economische wijze be
dient.
Veel tijd om het roer om te werpen is er
niet. De spoorwegtekorten, die vermeden had
den kunnen worden, zqn er reeds. Slechts dras
tisch ingrypen kan aan het door en door zieke
transportwezen genezing brengen.
De Nederlandsche Unie van Chauffeurs en
overig personeel in het Automobielbedrijf, hield
een congres te 's-Gravenhage, waarin de vol
gende motie werd aangenomen:
„De algemeene vergadering van de Neder
landsche Unie van Chauffeurs en overig auto-
mobielpersoneel, aangesloten by den Centralen
Bond van Transportarbeiders, gehouden op 7
en 8 Mei te Den Haag;
gehoord de inleiding van den Unie-voorzitter
betreffende den chaos in het automobielbedryf
en de in verband met deze inleiding gevoerde
discussie;
spreekt als haar oordeel uit, dat in het auto
mobielbedryf ten aanzien van de concurrentie
in het bedrijf, den toestand van het gebezigd
materiaal, de controle op de nakoming van de
wetteiyke voorschriften enz., doch in het by-
zonder ten opzichte van de diensttyden van
de in het bedrüf werkzaam zünde arbeiders,
zeer ernstige misstanden bestaan;
voorts van meening zünde, dat deze misstan
den een groot gevaar vormen voor de publieke
veiligheid en directe of indirecte oorzaak zyn
van talryke ongevallen, welke by het verkeer
over den weg voorkomen;
doet een dringend beroep op de Regeering
en het Parlement om door het treffen van
wetteiyke maatregelen en andere voorzienin
gen in de eerste plaats door invoering aan de
op de beroepschauffeurs betrekking hebbende
bepalingen van de Arbeidswet 1919, aan de
velerlei wantoestanden, welke in het automo
bielbedryf heerschen, paal en perk te stellen;
besluit deze op te zenden aar. de Regeering
en de beide Kamers der Staten-Generaal.
De Dagelü'ksche Besturen van de drie Cen
trale Landbouworganisaties, t. w. den Christe-
lyken Boeren- en Tuindersbond in Nederland,
den Katholieken Nederlandschen Boeren- en
Tuindersbond en het Koninkiyk Nederlandsch
Landbouw Comité hebben met de vertegen
woordigers van de Verkooporganisatie der Ka
liproducten te Beriyn en Mulhouse en de Di
rectie van de N. V. Vereenigde Kalimaat-
schappy een conferentie gehouden te Amster
dam.
Van de züde der landbouworganisaties werd
gewezen op den hoogst ernstigen toestand,
waarin de land- en tuinbouw in Nederland ver
keert. Aangedrongen werd op een belangrijke
verlaging van den prüs der kalizouten. Indien
de prüs niet wordt verlaagd en de prijsverla
ging daarenboven niet belangrijk zou zün, zou
het kaliverbruik dat in Nederland zeer inten
sief is en dat thans reeds belangrijk is terug-
geloopen, zonder eenigen twüfel in nog grooter
mate verminderen.
Van de zijde van de Verkooporganisatie der
Kaliproducenten werd verklaard, dat men ten
volle overtuigd was van de moeilükheden waar
in de Nederlandsche land- en tuinbouw ver
keert, dat weliswaar ook de Kali-Werke, spe
ciaal in Duitschland, met ernstige financieele
moeilijkheden hebben te kampen, dat men
desniettemin bereid was bij de vasstelling van
den prüs der kalizouten met de moeilijkheden
van den Nederlandschen land- en tuinbouw ten
volle rekening te houden en dat men tot dit
doel onverwyid met de Kali Werke in overleg
zou treden.
Op tweeden Pinksterdag houdt het patronaat
„St. Jan" te Gouda een jeugddag.
Deze wordt voorafgegaan met een tentoon
stelling op het gebied van jeugdwerk en or
ganisatie, welke op len Pinksterdag door deken
B. M. J. van' Rooy zal worden geopend.
De Maandag wordt begonnen met een alge
meene H. Communie der patronaatsjongens
Des middags wordt een groote demonstratie
door de stad gehouden, tydens welke op ver
schillende punten een spreekkoor zal worden
gGZCgCl.
Des avonds is er in de schouwburgzaal „Con
cordia" een groepenuitvoering met wedstrüd
voor de beste prestaties.
Omtrent het conflict in het Drentsche veen-
bedryf kan worden gemeld, dat in het district
Roswinkel hedenmorgen door de arbeiders het
werk werd hervat, zy besloten Zaterdagochtend
tot aanvaarding van 10 pCt. loonsverlaging,
zooals door de werkgevers was voorgesteld.
Te Emmen-Erfscheidenveen duurt de staking
nog voort. Er hebben zich hier enkele feiten
van sabotage voorgedaan op een der veenderijen
waar met eigen menschen werd gewerkt. De
burgemeester van Emmen heeft hierin aanlei
ding gevonden tot het uitvaardigen van een
tweetal verordeningen ingevolge artikel 219 der
Gemeentewet. In de eerste wordt aan ieder
de verplichting opgelegd, zich aan iederen be
ambte der Koninklijke Marechaussee of politie
op eerste aanvraag bekend te maken, onder op
gave van reden van aanwezigheid ter plaatse,
waar zü zich bevinden. Bovendien is ieder ge
houden ten opzichte van het verkeer te gehoor
zamen aan de bevelen door politiebeambten te
geven.
In de tweede verordening wordt het volgende
bevel uitgevaardigd gedurende dezen tijd van
stoornis der openbare orde. In verband met ge
schillen in het veenbedrijf wordt het verblijf
binnen de gemeente ontzegd aan allen niet-
inwoners dezer gemeente, die in dezen tijd
hebben aangespoord of aansporen rechtstreeks
of zijdelings tot wanorde in het openbaar of
tot daden die stoornis der openbare orde ten
gevolge kunnen hebben. Personen, die zich daar
aan schuldig hebben gemaakt of schuldig maken
kunnen na aanzegging van het „ontzeggings-
besluit" door de politie over de gemeentegrens
gezet worden.
Deze verordeningen zü'n Zaterdagmiddag en
hedenmorgen in werking getreden.
Tevens is de politie te Emmenerscheidenveen
versterkt met een aantal manschappen der
marechaussee.
In het district Bargeroosterveen, waar de
staking eveneens nog voortduurt, heeft zich geen
enkele ongeregeldheid voorgedaan.
Na dagenlange beraadslagingen heeft de
Raad van Rotterdam Maandagavond besloten
de loonen van het gemeente-personeel met
3 pet. te korten. Dit voorstel werd met 25 tegen
18 stemmen aangenomen.
Tegen stemden S. D. A. P., C. P. H. en R. S. P.
Voorts werd met 24 tegen 19 stemmen be
sloten de opcenten op de hoofdsom van de
gemeentefondsbelasting te bepalen op 80. By
de tegenstemmers had zich ditmaal gevoegd
de vertegenwoordiger van de Staatkundig Ge
reformeerde Party.
Voor het eerst sinds bijna drie eeuwen heeft
de Maastrichtsche bevolking het noodig geoor
deeld in den hoog gestegen nood de Noodkist
rond te dragen om gezameniyk aan den schuts
patroon der stad uitkomst te vragen in de be
proevingen van crisis en malaise, welke licht
erger mogen worden genoemd dan pest en oor
log welke vroeger de poorten der stad rammei
den.
't Ronddragen der Noodkist is Zondag ge
weest 'n moment van indrukwekkende betee-
kenis in de geschiedenis der Katholieke Maas
stad, welke dien dag een Middeleeuwsch
schouwspel bood van ongekende devotie.
Een driedaagsch Triduum in de machtige
Servaeskerk was de waardige voorbereiding tot
dezen plechtigen ommegang en Pater Carolus
Tesser O.F.M. heeft in de harten der Maas
trichtenaren drie avonden achter elkander de
begeestering geslagen, welke Zondagavond de
straten der stadswijken, zelfs daar waar 't Ker-
misvertier lokte, deed uitsterven.
Nauweiyks had in de Servatiuskerk 't Mise
rere geklonken, had van den kansel Pater Ca
rolus' geestdriftig woord opnieuw aangemaand
tot gebed, als nooit te voren gehoord, of 't de
votie-kruis opende den plechtigen ommegang.
Tienduizenden trokken biddend door de oudste
straten der eerbiedwaardige stad. Voorop de
vrouwen, dan het kostbare reliek de Nood
kist en de zilveren buste van St. Servaes,
gevolgd door de beide Dekens der Stad, den
Commissaris der Koningin, 8en Burgemeester,
leden van den Raad, alle pastoors en kape
laans en talryke ordelingen.
Toen sloten zich de mannen aan. Zoo werd
de Noodkist door Trichts straten gevoerd, een
levende gebedschoraal, welke ruim een uur
op indrukwekkende wijze de toeschouwers tot
denken stemde.
De St. Servaeskerk vermocht geen plaats te
bieden aan de ontelbare deelnemers van den
Bedetocht, toen de beide relieken opnieuw op 't
koor geplaatst waren. De Hoog Eerw. Deken
Wouters celebreerde een plechtig Lof, tot slot
van dezen bede-tocht, welke voorzeker 'n mach
tige uiting is geweest van hernieuwde devotie
tot den Schutspatroon der stad.
PrifefceMraad
„Catholica non leguntur" is een oud verwijt,
dat onze vaderen gaarne gebruikten tegen de
mannen van de liberale wetenschap: „De ka
tholieke boeken worden niet gelezen". Ofschoon
dit verwijt allengs minder waarheid begint te
bevatten voor wat betreft de wetenschap, is
het toch nog steeds van eenige kracht. Er
worden te weinig katholieke boeken gelezen. De
boekenweek, die thans is ingezet, bewyst het
alweer. Voor de étalages ziet men bijkans geen
katholieke boeken; het schünt wel, dat één
Roomsche appel in de mand nog altyd iuu-
trale fruit tot schand maakt!
Maar hebben wü nog het recht, deze oude
spreuk: „Catholica non leguntur" uit te spre
ken op een toon van verwüt aan andersdenken
den? Is het nog wel de waarheid, dat met
katholieke schrijvers geen rekening wordt ge
houden, alsof ze in het geheel niet bestonden?
Wij meenen vaak het tegendeel te kunnen
constateeren. In neutrale bloemlezingen zü'n de
katholieke schryvers altyd vertegenwoordigd.
Men spreekt in alle kringen over de jongere
katholieke letterkunde als over een verrassende
openbaring van de katholieke levenskracht in
Nederland. Alleen in eigen kring is men daar
van nog weinig doordrongen. Mén meent nog,
dat het maar beter is, heelemaal niets te lezen.
Een katholieke radio, een katholieke pers, een
katholieke school, een katholieke staatspartij,
een katholieke vakbeweging hebben wü' met
geestdrift in het leven geroepen en met groote
offers tot blrei gebracht. Wij dulden nauwelijks,
dat er critiek wordt uitgebracht op deze in
stellingen, omdat wü maar al te goed weten,
hoeveel ze gekost hebben aan inspanning en
offerzin.
Maar een katholieke litteratuur heeft ons
altijd een beetje koud gelaten. Wü hebben er
altyd wat sceptisch tegenover gestaan. Wü
hebben altyd gedacht, dat de litteratuur er was
om critiek op uit te brengen, zelfs als men ze
niet kent! Onze neiging om te waarschuwen
hebben wü altyd wat eenzijdig botgevierd op
het boek. Propaganda voor het boek hebben wü
altüd als iets gevaarlüks beschouwd.
En wanneer de boekenweek ons weer eens de
gelegenheid geeft om vast te stellen, hoe weinig
het katholieke boek naar evenredigheid nog
meetelt op de Nederlandsche boekenmarkt,
zeggen we rustig: „Catholica non leguntur".
Het is nu eenmaal zoo. De katholieke boeken
worden weinig gelezen. En wü berusten daarby.
„Catholica non leguntur!" Maar zou dit oude
verwüt niet tegen ons zeiven te keeren zün?
Zou het niet veranderd moeten worden in
„Catholici non legunt?": „De katholieken lezen
niet!"
Wij maken zooveel propaganda voor katho
lieke dingen. Wij strüden zoo gaarne voor de
goede zaak. Welk een reusachtige propaganda
zou het zün, wanneer in deze week ieder ka
tholiek voor zün overtuiging uitkwam en een
katholiek boek kocht!
Er valt voor ons, katholieken, héél wat ach
terstand in te halen!
De drie Centrale Landbouworganisaties, de
Alg. Ned. Zuivelbond en de Bond van Kaas
producenten hebben Maandag 9 Mei 1932 het
volgende telegram aan de Tweede Kamer der
Staten-Generaal gezonden.
„In verband met de steeds voortschrüdende
daling van de prijzen der zuivelproducten ver
zoeken de drie Centrale Landbouworganisaties,
de Alg. Ned. Zuivelbond en de Bond van Kaas
producenten de Tweede Kamer beleefd doch
zeer dringend de behandeling van het wetsont
werp tot steun aan de melkveehouderü met alle
kracht te bespoedigen.
De nood stügt met den dag étt
iedere dag vraagt nieuwe slachS*
offer s."