Droevig Oudejaar te Kerkdriel Het Congres voor Kleuterzorg Personeelsuitgaven Regenproeven Mr, J. T. Linthorst Homan overleden Oud-commissaris der Koningin in Drente Nedérlandsche weldadigheid ZATERDAG 28 MEI RIJKSVELDWACHTER VERMOORD De drie daders, gebroeders, in hooger beroep voor het Arnhemsche Hof Tegen elk 13 jaar geëischt Verhoor der verdachten Getuigenverhoor a décharge Requisitoir BRANDSTICHTING Twee en een half jaar geëischt RECHTSZAAK TEGEN DE „TRIBUNE" De verdediger aan het woord Het drama te Putbroek Samenstelling van de Rechtbank Op 8 Juni a.s. voor BRANDSTICHTING In hooger beroep Veldwachter door een strooper bedreigd DE GRAF ZEPPELIN Binnenkort enkele landingstochten naar ons land Passagiers gaan mee Felle brand te Echteld TIEN WONINGEN VERNIELD Records van zonneschijn en regenval in 1930 Veraart voor de microfoon Mr. Linthorst Homan DE OCEAANVLIEGSTER Causerie voor de radio 347 VAN ALLES EN VAN OVERAL 24 EN 25 JUNI A.S. Zuigelingen en schoolkinderen verzorgd; de kleuters leggen hel loodje 'n Dringende noodzaak Nieuwe verlaging van de verlof swed d en voorgesteld Dringende noodzaak Opening school in Zuid-Frankrijk VOOR DE SCHATKIST ZANDWAGEN CONTRA AUTO Twee gewonden MILITAIRE FRAUDE TE BREDA Nieuwe instructie tegen den sergeant OVERVAL TE WINSCHOTEN De daders aangehouden Vechtpartij te Loosduinen (Vervolg). Het getuigenverhoor wordt voortgezet. De 15-jarige A. Verdonk was erbij geweest, dat Tap in den vooravond, toen de drie gebrs. R. luidkeels aan het zingen waren, hen ge waarschuwd heeft Tot driemaal toe heeft Tap zijn waarschuwing herhaald. Ook heeft hij ge zien dat Tap met een blinkend voorwerp sloeg; hij hoorde Jenna daarop roepen: ,,Hij slaat me dood." President: „En wat is er toen gebeurd?" Getuige: Eerst gleed Tap van den dijk, gevolgd door Gerard en Johannes en even later door Jenna. Beneden aan den dijk zag getuige een kluwen van menschen door en over elkaar kruipen en slaande bewegingen maken. President: „Heb je niet hooren roepen: «Steek, steek!" of: „We zullen je afmaken!"? Getuige haalt de schouders op. President: En heb je later niet hooren roepen: ,.Hij is kapot"? Getuige: „Dat weet ik niet." President: Hebben andere personen in vloed op je uitgeoefend, dat je je nu zoo wei nig meer herinnert?" Getuige: „Neen". President: Wat heb je nu eigenlijk wel gehoord? Dat Tap hen waarschuwde om met het zingen op te houden? Getuige: „Neen, ik heb het zelf niet ge hoord; maar van hooren zeggen." (Er ontstaat eenige beweging over de tegenstrijdige verkla ringen van dezen jeugdigen getuige). De volgende getuige is Gijsbert de Jong. Hij heeft de glijpartij van den dijk gezien, doch verder er niet op gelet, wat er daarna ge beurde. President: ,Heb je niet gehoord: „Vat het mes" en: „we zullen je kapot steken"? Getuige: „Ja". Verdachte Johannes: Deze getuige is achterlijk. Hij kan niet eens op de klok kijken! Mr. Roobol (tot getuige): „Hoe laat is het nu?" Getuige (kijkt op zijn horloge): „Bijna 12 uur!" (Dat blijkt juist te zijn). yerdachte Johannes: „Dan heeft hij het in dien tusschentijd geleerd!" De volgende getuige is J. de Roos te Kerk driel. Deze heeft de zuster van de jongens tot hen hooren zeggen: „Steek hem (Tap) maar kapot!" Mr. Roobol: „Hebt u geen ruzie met de zuster van de verdachten?" Getuige knikt bevestigend. President: „Maar dat heeft toch geen in vloed op uwe verklaringen?" Getuige: „Ik sta hier om de waarheid te zeggen!" Mr. Roobol: „Deze getuige zou gezegd heb ben. dat hjj de jongens zou sparen, maar de zuster van de drie R.'s de das wel zou om doen. Getuige ontkent dit gezegd te hebben. Rijksveldwachter Kamphuis verklaart dat de bevolking van Kerkdriel, waar hij eenige ja ren gedetacheerd was, nogal ruw van aard en vrij sterk tegen het gezag gekant is. Rijksveldwachter van der Lee te Kerkdriel doet verklaringen omtrent het vinden van het mes, dat hij op 29 April onder een hoop strooisel bij den Hintham heeft aangetroffen op aanwij zingen van mr. Roobol. De gemeente-veldwachter J. Koenders verklaart dat de gebrs. R. niet buitengewoon slecht, maar evenmin erg gunstig bij de politie staan aangeschreven. Hierna wordt verdachte Gerard R. voorge roepen. President: „Legt u dezelfde verklaringen af als voor de rechtbank te Tiel?" Verdachte: „Neen". President: ,Hebt u dan voor de recht bank de waarheid niet gezegd?" Verdachte: „Ja wel, op één punt na!" Hij verklaart vervolgens dat hij op Oudejaarsavond omstreeks 11 uur met z'n twee andere broers het café van V. heeft verlaten. (Op verzoek van dezen verdachte worden zijn beide broers uit de rechtszaal verwijderd tijdens zijn ver hoor). Verdachte doet vervolgens een omstandig ver haal over de ontmoeting met veldwachter Tap op den dijk. Jenna werd met Tap handgemeen en terwijl verd. zich omdraaide om eenige klappen te ontwijken, gleed hij van den dijk. Hij was bijna geheel versuft. Hij geeft toe, dat hij plotseling wild js geworden en een mes heeft getrokken. Daarmede heeft hij geslagen. Meer weet verd. zich niet van de worsteling te herinneren. President: ,Bn voor de rechtbank heb je verklaard, dat je wel degelijk met een mes hebt gestoken, evenals Jenna, terwijl Johannes niets heeft gedaan. Je was dus niet zoo suf als je nu wel wilt doen voorkomen". Verdachte: „Ik vermoed maar dat het zoo gegaan." De beide andere verdachten wer den weer tot de rechtszaal toegelaten, waarna de president hun mededeelde, wat hun broer G. verklaard heeft. De zitting wordt te 1 uur geschorst tot kwart voor twee. Na de pauze wordt de verdachte Johannes R. verhoord. De president leest verdachte voor, hetgeen hij voor de rechtbank te Tiel heeft verklaard. Verdachte J. licht deze verklaring nader toe. Hij stond boven aan den dijk, terwijl Gerard en Jenna onder aan den dijk met Tap aan het vechten waren. Later zag hij Gerard met een mes steken, terwijl hij iemand hoorde rochelen. Hij is toen naar beneden gegaan om zijn broer van Tap af te trekken. Daarop heeft Gerard den veldwachter tegen het hoofd geschopt. Johannes is toen naar huis gegaan. Even later kwam Jenna thuis, die een wond aan den duim en een schram in het gezicht had. Ook Gerard was gewond; hij bloedde aan den arm. Raadsheer mr. v. d. Flier: „Hoe kwamen de bloedvlekken op uw kleeren?" Verdachte J.: „Die kreeg ik toen ik mijn broer van Tap aftrok." Verdachte houdt vol, dat hij den veldwachter niets gedaan heeft. Getuige dr. Hulst toont aan, dat zich ook op den rug van Johannes' jas bloedsporen be vonden. Dat kan toch moeilijk ontstaan zijn bij het bukken om de vechtenden te scheiden. Verdachte: „Dat bloed is er op gekomen, doordat mijn broer zijn jas over de mijne heeft gehangen". Mr. Roobol: „Geen enkele deskundige zal kunnen bewijzen, hoe dat bloed op die jas is gekomen". Daarna wordt verdachte Jenna voorgeroepen De kleedingstukken, die hij voor de rechtbank te Tiel heeft aangewezen, als die welke hij op oudejaarsavond droeg, zegt hij, toen niet te hebben aan gehad. Alleen het vest, de sokken en de onderbroek, die hem getoond worden, heeft hij dien avond gedragen. Jenna vertelt vervolgens hoe het dien avond gegaan is, toen zij het café van V. verlaten hadden. Hij liep steeds eenige passen voor zijn andere broers uit en heeft onderweg nog met twee buurjongens staan praten. Toen de veld wachter zijn broers, die terugkwamen om naar huis te gaan, aansprak, liep hi) naar hen terug. Tap bedreigde Gerard en Johannes met zijn klewang en Jenna is toen op hem ingeloopen. Daarbij is hij op den grond gevajfcn en den dijk afgegleden. Hij is echter meteen weer op gestaan en den dijk weer opgeloopen om naar huis te gaan. Op den dijk voegden zijn broers zich bij hem en samen zijn zij naar huis gegaan. Toen zijn broer Gerard binnenkwam, zag Jenna dat hij zijn mes in de hand had. Jenna heeft het hem afgenomen en het buiten ergens verstopt. Hierna wordt het getuigenverhoor voortgezet. Gehoord wordt de 19-jarige G. J. d e J o n g, die persisteert bij zijn voor de rechtbank afgelegde verklaring, dat hij in het begin van den avond door Jenna met zijn mes is bedreigd. Later heeft hij er bij gestaan, dat Tap de gebrs. R. sommeerde met zingen op te houden. Van de vechtpartij aan den dijk heeft hij niets gezien. Hij was van het gebeurde geschrokken en di rect naar huis gegaan. De kolenhandelaar H. J. Lahey, als getuige decharge gehoord, verklaart, dat hij vroeger eens door Tap is geverbaliseerd. Getuige kent Tap als een „dienstklopper", die er steeds op uit is om de menschen er by te lappen. Verschillende andere getuigen a decharge, die door den verdediger zijn aangebracht, om aan te toonen, dat Tap elke gelegenheid aangreep om proces-verbaal op te maken, weten weinig of niets te vertellen. Get. v. M. uit Driel, zwager van de verdach ten, heeft Jenna's duim den avond van den moord verbonden. Het bloed liep er met een straaltje uit. Volgens get. heeft verd. Gerard dien avond, sprekend over Tap verklaard: „Ik heb het gedaan, en ik zal er de straf voor op me nemen". Get. zegt, dat verd. G. zulks zeide te willen doen om zijn broers uit de gevangenis te houden. Voor de rechtbank te Assen stond terecht F. P., te Amsterdamscheveld, thans gedeti neerd, die er van verdacht werd, in den nacht van 5 op 6 Maart jX zyn woning in brand te hebben gestoken, terwijl hy wist dat zijn vrouw in de woning te bed lag. Verd. bekende de ten laste legging. De officier van justitie eischte een gevange' nisstraf van twee jaar en zes maanden. Uitspraak over 14 dagen. Klokslag 4 uur neemt de Proc.-Generaal, Mr. A. A. C n o p i u s, requisitoir. Spr. wyst er op, dat er van de zyde van de verdediging ge tracht is in deze zaak stemming te maken tegen Tap, door verschillende getuigen dé charge aan te brengen die door Tap bekeurd zyn. Daartegenover leest spr. eenige verkla ringen voor van enkele superieuren van Tap, die hem pryzen als een uitstekend en kalm politieman. Spr. teekent de mentaliteit van de bevolking als een van ruwe geaardheid. Hun haantje moet koning kraaien. Spr. is van meening, dat meer dan één ver dachte met een mes heeft gestoken. Het meest waarschyniyke is, dat twee der verdachten de steken hebben toegebracht, terwyi de andere op Tap lag om hem weerloos te maken. Dat de kleeren van alle drie verdachten van boven tot onder vol bloed zaten, wijst er volgens spr. op. dat ze met z'n drieën tegelük bezig geweest zyn. De opzet van alle drie om zwaar lichame- ïyk letsel toe te brengen acht spr. aanwezig. Ook al zou een der verdachten niet gestoken hebben, dan nog meent spr., dat elk der ver dachten ten volle mededader is en verantwoor delijk moet worden gesteld voor het gebeurde. De houding van de verdachten by de verschil lende instanties der behandeling van deze zaak wettigt geen enkele clementie. Van eenig berouw is by de verdachten geen sprake. Spr. eischt tenslotte bevestiging van het in eersten aanleg gewezen vonnis, n.l. tegen elk der verdachten 13 jaar gevangenisstraf. De verdachten hoorden onbewogen het requi sitoir aan. De verdediger, Mr. Roobol, bestrijdt de opvatting van den Proc.-Generaal, dat hy in dit geval den politieman, die als slachtoffer van zyn plicht is gevallen, zwart heeft willen maken. Hy heeft het slechts noodig gevonden het Hof duideiyk te maken, dat veldwachter Tap inderdaad wat driftig was en er daartoe meermalen toe kwam krasser op te treden dan de omstandigheden noodzakelyk maakten. Op Oudejaarsavond is het nu eenmaal ge woonte, dat men wat luidruchtig is helaas dikwyis door drankmisbruik en dat er veel menschen langs den weg zyn. Daar behoort de politie rekening mede te houden. Pleiter acht den getuige-deskundige Dr. Hulst zeer hoog. maar deze menschen verklaren wel meer din gen, die verder gaan dan wat de wetenschap hun geleerd heeft. Dr. Hulst bepaalde zich niet tot zijn kennis omtrent de bloedsporen en het verschil der vier bloedsgroepen, doch ging op zyn manier het gebeurde reconstrueeren. Een dergeiyke wyze van doen is niet op wetenschap, doch op praatjes gebaseerd. Het onderzoek der kleedingstukken op de bloedvlekken heeft geen enkel bewys kunnen opleveren. Die kleeren zyn door elkaar gekomen en zoodoende is het heel goed mogeiyk, dat het bloed van het eene kleedingstuk op het andere is gekomen. De be wering, dat er twee messen zyn gebruikt, is buitengewoon gevaariyk en heeft niets te maken met de wetenschap van Dr. Hulst. Elk ander mensch, die zyn verstand laat gaan, kan tot een andere opvatting komen met precies hetzelfde recht. De eerste tenlastelegging, doodslag, is ook in Tiel reeds opgegeven. Het Hof kan dit naast zich neerleggen. Doch ook het subsidiair ten laste gelegde, zware mishandeling den dood* ten gevolge hebbende, is niet houdbaar, daar het optreden van Tap tot het gebeurde aan leiding is geweest. De verdachte Gerard heeft uit noodweer gehandeld, hy heeft het mes pas getrokken, nadat de veldwachter hem met zqn klewang geslagen had. Pleiter drong tenslotte aan op vryspraak van Johannes en Jenna en clementie, zoo mogeiyk vryspraak, voor den verdachte Gerard. De uitspraak wordt hierna bepaald op heden over 14 dagen. De Rechtbank te Roermond is in verband met de rechtzaak, welke Dinsdag 31 Mei be treffende de moordzaak te Putbroek aanvangt, als volgt samengesteld: President Mr. J. C. H. Coenegracht, Mr. M van der Grinten en Mr. F. A. J. Marres, rech ters, Mr. P. Geradts, griffier. Het O. M. wordt waargenomen door Mr. Dr. P. J. W. Rieter. Verdediger is Mr. Tripels var. Roermond. De behandeling van de rechtszaak zal twee dagen duren. De „Tribune"-zaak zal Woensdag 8 Juni a.s. voor de Vierde Kamer der Amsterdamsche Rechtbank worden behandeld. De directeur van de „Tribune", de heer Kuyper en de medewer kers van dit blad ir. T. A. Struyk en mr. A. S. de Leeuw zullen zich wegens beleediging te ver antwoorden hebben. Naar wy vernemen heeft de winkelier P. L. S. te Delft, die door de Haagsche Rechtbank is veroordeeld tot drie jaren gevangenisstraf, wegens opzetteiyke brandstichting in zijn win kel aan de Breestraat te Delft, tegen dit vonnis hooger beroep aangeteekend en is hy tevens in verzet gekomen tegen zijn gevangenneming. De 27-jarige A. B. B. moest voor het Arn hemsche Gerechtshof terecht staan, omdat hij op 2 September 1931 in de gemeente Haaks bergen den veldwachter van H. met doodslag heeft bedreigd. B. was aan *t jagen op verboden terrein. Toen de veldwachter hem wilde aanhouden, richtte hij het geweer op hem en riep: „Kom geen stap nader, anders schiet ik je dood." De Almelosche Rechtbank veroordeelde B. tot f 15 boete, wegens wederrpannigheid en tot drie maanden voorwaardeiyk wegens be dreiging. De Officier van Justitie kwam hiertegen in hooger beroep. Voor het Gerechtshof ontkende verdachte het hem ten xaste gelegde. De veldwachter H. bleef by zyn eerst- afgelegde verklaring, onkele getuigen kwamen verklaren, dat zy niets hadden gehoord van een bedreiging. Voorts werd verklaard door een zwager van verdachte, dat verdachte niet op verboden terrein aan het jagen was. De advocaat-generaal, mr. Visscher, achtte het ten laste gelegde bewezen en eischte wegens bedreiging met doodslag, twee maanden ge vangenisstraf. Mr. Hattink, uit Almelo pleitte vrijspraak. Uitspraak over 14 dagen. Wy kunnen mededeelen dat na maandenlange voorbereidingen is komen vast te staan, dat het luchtschip de „Graf Zeppelin", hetwelk de be roemde tochten naar het Noordpoolgebied en de tochten naar Zuid-Amerika heeft gemaakt, behoudens de goedkeuring van de regeerings- en gemeenteiyke autoriteiten, binnenkort lan dingstochten naar ons land zal maken. De lan ding van de „Graf Zeppelin" zal plaats hebben op het vliegveld Waalhaven-Rotterdam en op het groote nieuwe Vliegveld Twente. Voor deze landingen der Zep worden eenige honderden manschappen door een specialen lan- dingsdeskundige geïnstrueerd, terwyi op de ge noemde vliegvelden de technische voorzieningen zullen worden aangebracht, welke voor deze landing van den luchtreus worden vereischt. De Graf Zeppelin blijft ongeveer een uur op de vliegvelden in handen van de landings troepen en tevens verankerd, teneinde de passa giers die te Friedrichshafen aan boord zijn ge komen, uit te laten en nieuwe passagiers op te nemen, waarby de op het terrein aanwezige toeschouwers dus goede gelegenheid hebben het beroemde luchtschip te bezichtigen. Deze landingstocht naar Nederland zyn mo gelijk geworden door het streven van de Rotter- damsche Aero Club in samenwerking met de Nationale Luchtvaartschool benevens door de N.V. Luchtvaartterrein Twente en door den hee- Jac. Kleiboer in wiens handen de organi satie is van dit luchtvaartevenement zoowel te Rotterdam als in Twente. Het is zeer verheu gend voor de betrokken luchtvaart-instituten, dat zy er na langdurige onderhandelingen in geslaagd zijn de Zeppelin-Werke bereid te vin den een landingsvlucht naar Nederland te ondernemen alvorens binnenkort haar regel matige tochten naar Zuid-Amerika weder voort te zetten. Donderdagmiddag ongeveer half vier brak door onbekende oorzaak brand uit in een blok van tien woningen, hetwelk toebehoort aan de Diaconie te Echteld. De windrichting was der mate ongunstig, dat van redding van net blok geen sprake was. De brandweer riep de assis tentie in van de motorbrandspuit. Niet ver hinderd kon worden, dat het geheele blok af brandde en thans nog slechts een rookende puinhoop is overgebleven. De huizen waren verzekerd. De inboedels der bewoners konden niet meer gered worden, doch gingen in vlam men op. Slechts twee inbloedels war.n verze kerd. Omtrent de oorzaak vernemen wy nog, dat hoogstwaarschynlijk het feit, dat kinderen met lucifers hebben gespeeld, oorzaak is gewor den, dat de woningen een prooi der vlammen werden. Persooniyke ongevallen vonden niet plaats Sedert eenigen tyd verschenen in de pers geregeld berichten, overgenomen uit verschil lende Russische bladen (Wetsjernjaja Moskwa, e.a.), waarin melding wordt gemaakt van ge slaagde proeven voor het neerslaan van wolken in de omgeving van Moskou en Leningrad. Voorts wordt medegedeeld, dat de Sovjetregee- ring in beide steden groote organisaties heeft gesticht onder leiding van verschillende voor aanstaande hoogleeraren en ingenieurs, welke zich tot taak hebben gesteld de weersgesteld heid gunstig te beïnvloeden. In verbond hiermede zal het ongetwyfeld velen interesseeren, dat de heer A. Veraart Zondag a.s., van 3.30 uur tot 4 uur, voor de K.R.O.-microfoon zal spreken over records van zonneschyn en regen in 1930. De heer Veraart zal in zyn lezing trachten aan te toonen, dat juist in de maanden, waarin hy zyn verschil lende proefnemingen deed, proefnemingen over verschillende waarvan nimmer in de pers is bericht, belangrijke resultaten zijn verkregen. Zoo heeft byvoorbeeld in Juni 1930 het aantal uren zonneschyn (261) beduidend meer bedra gen dan ooit tevoren in Nederland waargeno men. Tot dusverre bedroeg het gemiddelde aantal over de vyf hoofdstations 194, het maxi mum aantal 244 in 1917. In Amsterdam (Hor tus-Botanicus) bedroeg het zelfs 284.7, terwyi aldaar tevoren nooit meer dan 246 uren werden waargenomen. Dit aantal is het grootste, ooit in Nederland op een der stations in Juni ge constateerd. Indertyd is in de Nederlandsche en in de buitenlandsche pers uitvoerig melding gemaakt van het feit, dat op 11 Juni 1930, circa 12 uur. op de Zuiderzee en in de omgeving van Mui- derberg wolken zyn neergeslagen. Het (s ge bleken, dat daarna het aantal uren zonne schyn, dat in de tweede en derde dekade van Juni dikwyis beduidend minder is, te Amster dam constant boven 54% is gebleven. Op geen Op het buiten „Overcinge" te Havelte is Vrij dag na een langdurige ongesteldheid, op 58- jarigen leeftijd overleden Mr» J. T. Linthorst Homan, oud-Commissaris der Koningin in de Provincie Drente. De teraardebestelling zal a.s. Dinsdagmiddag te Havelte geschieden. Mr. Jan Tymens Linthorst Homan werd te Assen geboren op 2 October 1873. Na het Gym nasium te Assen te hebben doorloopen, bezocht hy de Universiteit te Groningen, waar hy van 1893—1897 rechtswetenschappen studeerde. Na zün doctoraal examen te hebben afgelegd, ves tigde Mr. Linthorst Homan zich als advocaat procureur te Assen. Vele jaren was hy lid der Provinciale Staten van Drente. In 1917 werd hy tot Commissaris der Koningin in die provincie benoemd. De overledene was o.m. secretaris van het Ge nootschap van Landbouw in Drente, voorzitter van het Koninkiyk Nederlandsch Landbouw Co mité, Commissaris van de Centrale Landbouw Onderlinge. Tijdens den oorlog was Mr. Lint horst Homan in 's-Gravenhage werkzaam als voorzitter der commissie voor voeding van mensch en dier, als uitvoerend lid voor de com missie van het handelsverkeer met het buiten land (interdepartementale commissie) en voor zitter van het Landbouw-exportbureau. Mr. Linthorst Homan was Ridder der Orde van den Nederlandschen Leeuw, Grootofficier der Oranje Nassau-Orde, Commandeur der Huisorde van Oranje. Verleden jaar is Mr. Linthorst Homan wegens gezondheidsredenen als Commissaris der Konin gin afgetreden. Hij werd toen als zoodanig opge volgd door Mr. Dr. R. H. baron de Vos van Steen wyk. der hoofdstations is ooit, zoolang er waarne mingen verricht worden, in alle dekaden een zoodanig percentage bereikt. Was Juni 1930 de zonnigste maand sinds het begin der waar nemingsreeks in 1899, Juli was de natste Juli maand sinds eenigszins volledige waarnemin gen bestaan (sinds 1855). De hoeveelheid neer slag, gemiddeld over het geheele land, bedroeg 142 m.m. tegen 71 m.m. normaal. Dank zy het groote aantal uren zonneschyn in Juni 1930, heeft de zomer van dat jaar, on danks zwaren regenval, beduidend meer zonne schyn gehad dan normaal, t.w. 653 tegen 570 normaal. Het regenrecord van Juli 1930 is byna uitsluitend veroorzaakt door den regenval in het centrum van het land. In de provincie Utrecht vielen 170 m.m., op de Veluwe 178 m.m Daarentegen bedroeg de regenval in Overysel slechts 121 m.m., in Drente slechts 110 m.m. en in Groningen 109 m.m. In Zeeland viel 115 m.m., zoodat noch het Zuidwestelük, noch het Noordoosteiyk deel van het land aandeel heeft gehad in het record. Over het halfjaar Juni 1930 tot ongeveer November 1930, heeft de regenval in een aantal plaatsen meer dan de totale gemiddelde jaarsom van 691 m.m. be dragen. Daar de verschillende proefnemingen, ook die waarvan de pers geen gewag heeft gemaakt, gehouden zyn in Juli, Augustus en October 1930 in de provincie Noord-Holland, Zuid-Hol land, Utrecht en Gelderland, en op de betrok ken dagen de neerslag in de omgeving, waar de proefnemingen plaatsvonden 4 h 5 maal grooter was dan in andere provincies, meent de heer Veraart het verband aan te kunnen toonen tusschen de gehouden proefnemingen en de daarna opgetreden weersomstandig heden. Waar sommigen meehen, dat de groote ener gie, waarmede de natuur werkt, een beletse! vormt voor het welslagen van pogingen tot technisch ingrijpen, zal de heer Veraart verder aantoonen, dat het juist dank zy deze ontzag- ïyke energie mogeiyk is, resultaat te bereiken mits men het gunstige oogenblik kiest. Zondag a.s. des avonds te 8.20 uur zal de Amerikaansche vliegster, miss Ear hart, die Zaterdag J.I. haar transatlantischen vlucht vol bracht door de Engelsche B.B.C.-microfoon een causerie houden, welke door den Katholieken Radio Omroep wordt uitgezonden. Den 24sten en den 25sten Juni a.s. zal te 's Gravenhage het tweede Congres voor Kleuter zorg worden gehouden en naar aanleiding daar van heeft het bestuur, waarin o.a. zitting hebbèn de Haagsche Wethouder Mr. Dr. S. de Vries Czn., Dr. C. M. Mol, Dr. J. C. Streng en Dr. C. J. Brinkman, de pers uitgenoodigd tot een confe rentie, om haar, en door haar ook het publiek van de noodzakeiykheid van een dergeiyk con gres te overtuigen, in de hoop, dat velen zich by het secretariaat van het Congres, Waldeck- Pyrmontkade 4 te 's Gravenhage, als lid zullen opgeven. Op die conferentie hield Dr. Mol een inleiding, waaruit bleek, hoeveel ook reeds sedert lang gedaan wordt in het belang van de zuigelingen en van de schoolgaande kinderen, met het resul taat, dat de sterfte en de ziektefrequentie aan- merkeiyk afnamen, de kinderen van den daar- tusschen gelegen leeftyd, dus van 1 tot 6 jaar, min of meer aan hun lot werden overgelaten. Nederland is, dank zy de geringe zuigelingen en schoolkinderensterfte, het land met ongeveer het laagste sterftecyfer ter wereld, maar dit cyfer zor nog veel gunstiger kunnen zyn, wan neer ook voor de kleuters beter gezorgd werd dan tot-nu-toe het geval is. Wel is de vereeniging „Naar het Strand" der tien Jaar geleden te 's Gravenhage reeds met de zorg voor de kleuters begonnen, met de oprich ting van een dagverbiyf voor de kleinen, wel heeft ook Arnhem een mooi dagverblijf benevens een consultatiebureau en heeft de Amsterdam sche vereeniging .Trein 8.28" er twee, terwyi dergeiyke inrichtingen na het eerste congres voor Kleuterzorg in 1929 wel zijn vermeerderd, maar de uitkomst is toch nog lang niet zooals men had mogen verwachten. Het sterftecijfer onder de kleuters is in Ne derland nog lang niet gunstig, waartoe vooral ook de besmetteiyke kinderziekten veel by- dragen. En dan is er nog de rachitis (Engelsche ziekte) waaraan nauweiyks een kind in Neder land ontsnapt. Die ziekte is wel niet doodeiyk, maar bereidt den bodem voor vele andere z'ek- ten en is ook aanleiding tot lichaamsmisvor mingen: menschen die men op lateren leeftyd met kromme ruggen, bochels en waterhoofden ziet rondloopen, hebben byna allemaal in hun jeugd rachitis gehad. By vrouwen is rachitis meermalen oorzaak van een vervorming van het bekken, wat veelal zware bevallingen als gevolg heeft. De zuigelingenzorg is voorafgegaan aan de kleuterzorg, omdat daar de nood nog veel groo ter was, maar nu daar de gevaren zyn gekeerd, moet de kleuterzorg dan ook volgen en dat is nog lang niet in voldoende mate het geval. Want, al is de sterfte onder de kleuters niet zoo groot, als vroeger die onder de zuigelingen, volgens de statistiek van 1924 was de sterfte van de kinderen van 1 tot 4 jaar toch nog bijna 7 maal zoo groot als die onder de kinderen van 5 tot en met 14 jaar. En wanneer men nu weet, dat er ongeveer 900.000 kleuters in Nederland zyn, vrijwel evenveel als het aantal schoolkinderen, zal men begrijpen, dat alleen al met het oog op de sterfte een intensieve kleuterzorg noodzakelyk is. Het ziektecyfer onder de kleuters is evenwel nog oneindig veel grooter dan het betrekkeiyk toch nog zoo hooge sterftecyfer wat er door die byna een millioen kleuters aan lichameiyk leed, ontstaan door ziekte, wordt geleden, is niet in woorden uit te drukken. Die ziekten zyn meestal niet erg levensgevaariyk; zy zyn echter wel ernstig uit een oogpunt van gezondheids zorg, want zy kunnen biyvende schade berok kenen, in het bizonder by een vlugge opeen volging. Het veelvuldig voorkomen van allerléi ziekten en aandoeningen by kleine kinderen, die toch min-of-meer ongemerkt een scnadeiyken invloed uitoefenen en nog lang hun sporen kun nen nalaten, leidt er biykbaar toe, dat men er aan gewend raakt en daardoor te weinig op bestryding is bedacht. Onbekendheid van ouders en opvoeders met de mogeiykheden van kleuterzorg is aanleiding dat in een aantal gevallen, die nogal eens klei nigheden ïyken, zonder het inderdaad te zyn, de medicus niet werd en wordt gekend. Dit heeft weer tot gevolg gehad, dat het in zicht, dat juist hier vele voorzieningen noodig zyn, ook tot de medische wereld betrekkelijk laat is doorgedrongen op het oogenblik echter vindt in die kringen de kleuterzorg meer en meer belangstelling en het is te voorzien, dat de sociale geneeskunde in het algemeen steeds meer beoefenaren en belangstellenden zal gaan vinden. Van samenwerking met universiteiten, practiseerende medici, autoriteiten, opvoeders, enz., kan voor de studie der kleuterzorg veel verwacht worden. Op het eerste, in 1929 te Amsterdam gehouden congres is gesproken over moraliteit (sterfte) en morbiditeit (het ziek zyn) der kleuters; den kleuter in het huisgezin; de gezondheidseischen voor kleuterschoolgebouwen; de bemoeienis der overheid met de bewaarplaatsen voor kleine kin deren in sociaal-hygiënisch opzicht; de uitzen ding en uitbesteding van kleuters; orthopaedic; verschillende kleuterziekten en de organisatie van kleuterzorg. Op het a.s. tweede congres zullen weer ver schillende belangryke onderwerpen van alle kanten bekeken worden, naar aanleiding van in leidingen van verschillende vooraanstaande per sonen op dit speciale gebied. Prof. Scheltema uit Groningen zal het onder werp inleiden: Internationale studie en samen werking op het gebied der kleuterbescherming; de Amsterdamsche kinderarts N. I. Heybroek: Voeding en kleeding van den kleuter; de arts Chr. Mol uit Etten (N.B.)Medisch-hygiënische voorzorg en geneeskundig schooltoezicht op de bewaarschool; ir. J. Leupen, Amsterdam: Eischen, te stellen aan den bouw en de inrich ting van scholen van voorbereidend onderwys, kinderbewaarplaatsen en kinderdagverbiyven; Mevr. J. RiemersReurslag, Amsterdam: Speel tuinen voor kleuters; Mej. G. G. M. de Vos, arts Rotterdam: Het onderwys in kleuterverzorging; Mej. P. H. C. Tibout, zenuwarts, A'dam: Gees- teiyke hygiëne voor kleuters; W. L. van Andel, tandarts, Amsterdam: Tandverzorging voor kleuters en dr. C. J. Brinkman, gemeente-arts Amsterdam: Kleuterzorg in organisch verband. Enkele van deze onderwerpen, die naar men ziet, te zamen de kleuterverzorging in den uit- gebreidsten zin omvatten, zyn ook reeds gedeel telijk op het eerste congres behande'd, maar bieden nog vele punten ter bespreking. Een be langrijk verschil met het eerste congres is, dat ditmaal ook de geesteiyke hygiëne zal worden besproken, waarby de bedoeling voorzit, niet om te treden op het terrein der opvoeding, of van het onderwys, maar om de inzichten van de sociale geneeskunde met die van de opvoeders te vergeiyken en te pogen tot een goed geheel te komen. Het tweede Congres voor Kleuterverzorging belooft een uiterst belangryke bespreking te zullen worden, over wat er voor onze, tot nogtoe zoo stiefmoederiyk bedeelde kleuters gedaan kan worden; het is dan ook te hopen, dat velen, geneeskundigen zoowel als leeken (onderwyzers en ook ouders), van hun belangstelling biyk zul len geven, door zich als lid op te geven. ARTHUR TERVOOREN. BATAVIA, 27 Mei (Aneta). By den Volks raad is een ontwerp ingediend tot wijziging van de ordonnantie inzake tydelijke verminde ring van alle verlofstractementen, waardoor deze korting per 1 Juli a.s. van 5 op 10 pCt. zal zijn gebracht. In de Memorie van Toelichting wordt opgemerkt, dat de Regeering zich tot verdere tydeiyke verlaging genoopt zag in ver band met de dringende noodzaak tot verder® bezuiniging op de personeelsuitgaven. De voorgestelde verlaging van de verlofs- wedden is gereeder te aanvaarden in verband met de daling van de kosten van levensonder houd in Nederland, waartoe de Regeering ver- wyst naar het Maandblad van het Centraal Bureau voor de Statistiek van 30 Januari 1932, waarin geconstateerd wordt, dat het levens onderhoud van een ambtenaarsgezin sedert 1925 met 16 pCt. is gedaald. De voorgestelde vermindering zal een bezuiniging opleveren van 300.000.per jaar. Op 19 Juni zal, onder voorzitterschap van den Nederlandschen gezant, Jhr. Loudon, het ge meentehuis eo de school, welke in Hollandschen styi zyn opgetrokken, en aan de gemeente AI- feuille Lagerde door Nederland aangeboden zyn ter vervanging van de gebouwen, die door de overstroomingen in 1930 zyn verwoest, officieel in gebruik worden genomen. De Minister van Financiën maakt bekend, dat door hem van een onbekende met grooten dank is ontvangen een obligatie, groot 1000, der 4 pCt. Staatsleening 1931 met coupon 1 Juni 1932 e.v. ter vernietiging, tot eenige ver lichting van de financieele lasten van het Ryk. Vrijdagmiddag omstreeks half drie wilde de chauffeur van een zandwagen op de Bollelaan te Naarden uitwyken voor een kleinen auto, die uit de richting van Huizen kwam. De zand wagen reed hierdoor door een hek en kantelde. De bestuurder, de 30-jarige H. uit Bussum, en een naast hem zittende jongen, B., uit Bussum. geraakten onder den wagen, zy zyn naar de Majellastichting vervoerd. De eerste had een zware hersenschudding en eenige beenbreuken gekregen. De jongen is er beter afgekomen. Volgens ooggetuigen reed de zandwagen met zeer groote snelheid. De auditeur-militair by den Krqgsraad te 's-Hertogenbosch heeft een nieuwe instructie gelast tegen L. A. v. d. V., sergeant-kok by het 6e Reg. Inf. te Breda, beklaagd van medeplich tigheid aan de malversaties by de militaire administratie te Breda. De strafzaak van beklaagde voor behandeling voor den Krijgsraad aanvankeiyk bepaald op 30 Mei a.s., is dientengevolge voor onbepaalden tyd uitgesteld. Te Winschoten zijn twee personen, wonend® te Oostwold, gearresteerd. De aangehoudenen bekenden den overval by de familie Scheeve te Winschoten te hebben gepleegd. In verband met de ernstige vechtparty ®n gepleegde wederspannigheid tegen de politie» welke eenige dagen geleden in een café te Loos" duinen heeft plaats gehad, vernemen wU. da de vier personen, die gearresteerd waren, d°° den rechter-commissaris zyn verhoord. Na dit verhoor is een van hen, de 23-jarig® J. L., voorloopig in vryheid gesteld; de overig® zyn echter in het Huis van Bewaring i11® sloten.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 16