Si8, ,°i rï^ fc-STi? sss ras? Bij het Muziekconcours van den R. K. Bond van Harmonie- en Fanfarecorpsen in Noord-Holland r w- ,en a**r ï-s Te houden op S en 12 Juni te Haarlem Noord ZATERDAG 4 JUNI STADSNIEUWS VOOR DEN POLITIERECHTER R.K. Harmonie „St. Caecilia" Jubileer end corps ELCK WAT WILS TREKJES No. 760 De compagnons van dTgewicmen'echter'- VerbeUrdverklaring DE NAZÖRGDIENST TE HAARLEM Een leerzame excursie FRANSCHE EN NEDER- LANDSCHE TEEKENKUNST Concert in den Hout „Euterpe" COMITé VAN KATHOLIEKE ACTIE Ter inleiding van de verslagen, welke in de bomende dagen in ons blad zullen verschijnen van bovengenoemd concours, meenen we niet beter te kunnen doen dan in ons blad het Voorwoord af te drukken, waarmee pastoor W. essing van de St. Bavo-parochie te Haarlem- im°rd 200 ■'uist en geestig de feestelijkheden welke in de komende dagen in Haar- 5 Noorderkwartier zullen plaats hebben, actoor Dessing schrijft dan: 1 Februari 1932 jubileerde onze R.K. Harmo- evereeniging „st. Caecilia" bij gelegenheid aam haar 12^-jarig bestaan. Blijkbaar naar Von i-1Öins van dit jubilé geniet zij dit jaar de het r om als gastvrouwe op te treden bij j e houden concours op Zondag 5 en 12 ^geschreven door den R.K. Bond van lan*°nie- en Fanfarecorpsen in Noord-Hol- ikAd-,Puu °or der vecipieerende vereeniging deel van hp t in de vreugde en feeststemming iedere ur en werkende leden, wijl het voor denswaaim-0Chie een groote eer en een benij- vereenisin 8 voorrecht is, een goede Harmonie- °P R.nn J!8,te bezitten, die vast gefundeerd is Muziek Jf?. grondslag, frissche ,geett gezonde, gepaste vroolijkheid, hart, 0 evensvreugde. Muziek verblijdt het voor'een ™Pint ..den geest, doet den mensch Geen snw 2ij,n zorgen vergeten, stroef of u 200 strak, geen gezicht zoo van een tZ ^eageert nog wel op de kitteling roffel 0D pp °Pf?rtje' Hoe kan een marsch- Waarbii k gespannen trommelvel, maar van%vtwSPï,aak is van melodie, alleen vaardige bewetw Slag' het lichaam in doen stappen on vrmnf" en de massa voort kan een lustig gestrekenmaat"beweging! Hoe van dagen in de stri danswijsje zelfs ouden De ufttrekkende mS6 beenen varen! heele stad op de bppn muziek brengt een der orgel met uit uGn een echt Schwartwal- °u<ierklankt waar Passer^ zwellenden sonoren Ptfpen, is een weiri^ buiten lekker bovenuit Zie het Zov l Van de straat een orgelman het In de volksbuurt, als leven vormt Dan lPunt van het straat- brand het te hon den de jongens van Hilde- de straat, hun rinv,U in buis, dan hebben ze te galmen. Tn po?6111, no°dig om het eens uit uit, hebben zp ,vaart joelen ze de huizen wiegen moeders onds de cadans te pakken, °P de dansmaat »^ar sckreeuwende zuigelingen de volkje een one^f0,Jmproviseert het krielen- gepomadeerd tlw bal en waagt zelfs het atelier-dametje ?!?°i'"heert3e of deftig-doend kuiten-flikker J? u°htige zwaaipas'jes een ordening aan! helpt geen politie-ver- Doch van muziek vende, stichtende w l °°k vormende, bescha- voeligste en teerste^ Ult' Zij brengt de Be" ziel in beweging 8X011 van 's menschen Muziek houdt den mensch vroom, geloovig en goed. Een ziel, die bidt, is gestemd tot jubel ei, zang. Dat moet ge aan de Benedictijnen vragen! Nooit werden zuiver-blije liederen gehoord uil den mond van een ongeloovig of zedenbeder vend volk. „Böse Menschen haben keine Lieder", zegt daarom de Duitscher terecht! Geeft den men schen hun geloof en godsdienst weer terug en allen zullen weer zingen, en zingen is ziele- blijdschap, is vrede en geluk. Een Harmonie-Vereenigkig kan daarom een mooi apostolaat van onzen tijd vervullen; ook zij past ln het kader vooral van het huidig ge compliceerd geestelijk gemeenschaps-leveu. Schatten we daarom haar invoed op- en be- teekenis voor een parochie niet gering. Ze weet geestdrift en bezieling, vuur en leven te bren gen in onverschillige en koude harten. Wat kan het toch zoo dikwijls gezongen: „Aan U, o Ko ning der eeuwen" of: „Roomschen dat zijn wij", begeleid door koper of hout, nog altijd de groo te massa het heilig enthousiasme voeren en in laaie gloed zetten! Wiens ziel trilt niet van vrome aandoening, wanneer de Harmonie of Fanfare met de zingende bedevaartganger» uittrekt en bij plechtigen processie-gang de de vote Maria-liederen uit he, koper blaast?! oa, een Roomsche Harmonie-vereeniging is een „begeleidende" Apologie van de Katholieke ge dachte, een onontbeerlijk stuk propaganda materiaal van de Katholieke daad. Nu ieder Katholiek tegenwoordig doordron gen behoort te zijn van zijne verplichtingen ten opzichte van de Roomsche gemeenschap en ieder van zijn talenten, capaciteiten of werkkracht dient bij te dragen tot weder-op- bouw van de christelijke maatschappij, zien we in openbare uitvoeringen en te houden concoursen meer en meer het didaktische, leerzame en stichtende nut. Uit alle richtin gen des lands zullen ze naar hier komen, om in onderlinge „harmonie" elkanders krachten te meten en in edelen wedijver elkaar den overwinningspalm te bekampen. Vrouwe Musica gaat hoogtij vieren. Haarlem-Noord ziet verlangend naar de con- coursdagen uit. Den respectieven deelnemers zal een waardi ge ontvangst en joyeuse entrée bereid worden. Speciaal de St. Bavo-parochie zal, hopen we, door hare belangstellende tegenwoordigheid toonen, dat zij niet alleen het bezit van een eigen Harmonie-vereenigng, maar ook de komst van zeer vele zuster-vereenigingen naar het concours dankbaar weet te waardeeren. Tot zoover pastoor Dessing. Verder zij hier zeer bijzonder gememoreerd de belangstelling in het concours, getoond door Z. H. Exc. Mgr. Aengenent, en door den HoogEdelachtbaren heer Maarschalk, Burge meester van Haarlem, terwijl zeker ook wel mag worden vermeld, dat het Gemeentebe- in Haarlem alles heeft gedaan om den opzet van het concours te doen slagen. Verder zij nog meegedeeld dat de Jury voor de komende concoursdagen is samengesteld uit de heeren Theo v. d. Bijl, Amsterdam; A. L. Hazebroek, Haarlem; S. Vlessing, IJmuiden, terwijl de officieele ontvangst op de Zondagen 5 en 12 Juni plaats heeft te 12 uur in het Gymnastieklokaal der R.K. school aan de Eemstraat, gelegen nabij de R.K. Kerk St. Bavo te Haarlem Noord (eindpunt lijn 3), en te half één in de Rijnstraat de Marschwedstrijd zal worden gehouden. Het concoursterrein is gelegen achter de boerderij van den heer J. J. v. Schie, Rijks straatweg 340, alwaar de concertwedstrijd om half twee zal beginnen. Mogen de zorgen van bestuur en diverse feest-comité's met duurzaam en dankbaar succes beloond worden, en het concours door zonnig, droog weer worden begunstigd. Politiek gespoelde jnonden In een fabriek te Edam werkten verschillende Volendammers, die soms zwaren arbeid moesten verrichten. Een hunner was van meening, dat een bepaalde bezigheid bij een machine der mate enerveerend was, dat ze boven de krachten van een mensch ging. Weshalve be sloot hij te staken, waartoe hij, ook als voor zitter van zijn organisatie, het recht aanwezig achtte. In het schaftlokaal werd druk over het geval gesproken, doch een van de kameraden, tevens gemeenteraadslid van Volendam, noemde het gedrag van den staker onbehoorlijk. Hij noemde het werk niet zwaar en de directie kon niets opdragen, wat menschelijk gesproken, bijna onuitvoerbaar was. De voorzitter van de organisatie ontstak toen in woede en adresseerde aan den edelachtbare de volgende woorden: Je bent een verrader en een valsche, gemeente Judas. Ieder zal het met ons eens zijn, dat dergelijke woorden niet parle mentair zijn, maar dat ze in drift gemakkelijk uitgesproken kunnen worden. Een aanklacht bij den burgemeester volgde en gisteren kwam de zaak voor den Haarlem- schen politierechter. Na dien gedenkwaardigen dag had verdachte zijn mede-arbeiders inge licht, hoe ze zich tegenover het raadslid had den te gedragen, waardoor het geval nog slech ter werd. De officier van justitie constateerde, dat de leelijke Judas-woorden inderdaad gezegd waren, maar hij vond het jammer, dat men de zaak niet in der minne geschikt' had. Politiek is aan dit geval niet vreemd en politieke monden zijn lang niet altijd gespoeld, men leze slechts de verslagen van de Tweede Kamer. Als uit de debatten van ons Lager Huis aanklachten wegens beleedigingen gedestilleerd werden, zou er heel wat voor den dag komen. Spreker eischte, omdat de beleediging bewe zen is 3.— boete of 1 dag hechtenis, waar mede de politierechter zich accoord verklaarde. „Jongens, beken maar nooit" In vroeger dagen moet eens in een der cellen van het gerechtsgebouw op een muur ge schreven zijn: „Jongens beken maar nooit". Inderdaad lijkt het heel eenvoudig met een strak gezicht te ontkennen, maar wanneer men eenige duizenden verdachten terecht heeft zien staan ligt de conclusie voor de hand, dat je er maar al te dikwijls verder mee van huis komt. De edelachtbare heeren rechters kennen het bekende smoesje! Dat heeft een los werkman uit Aalsmeer gisteren weer kunnen hooren. Hij stond terecht wegens mishandeling van een ambte naar in functie. In den avond van 17 April fietste hij zonder licht en toen een sergeant van de militaire politie hem aanhield sloeg hij hem midden in het gezicht en waarschuwde hem voor een mes, dat hij in zijn zak zou hebben. Even later kwam een vlijmscherp, eigenaardig gevormd mes te voorschijn en wanneer de politieman zijn aanvaller niet een klap met de karabijn gegeven zou hebben, waren er wel- Miv°ne.Waren ze vrienden geworden. rrdir-Ho h toen als leerling-journalist op 't T,C"e*?u van „De Avondbode"., knipte bii van ri Uit de groote bladen, hield 't boek dp Hp corresP°ndenten, corrigeerde, haai vin He np,4 ,nam de telefonische berichten op jubileum, of 'n berichMe ZZ" n„ongemk' n -f uerichtje te maken van de oPening of verbouwing van 'n zaak. Willem werkte op de administratie afdeelina van dezelfde krant. "mimstratie-aiaeenng Tien, twaalf maal ner Ha„ Als Willem salaris-verhooging k'reec dan was Max nèt zoo blij als Willem zelf en omgekeerd was het precies hetzelfde De eene avond zaten ze bij Max 0p z'n ka dertjede andere avond bij Willem En dan werd de heele krant van voor tnr «a»n...- en dan wees Max aam „Dit berichtje is van mijen dit verslag en déar, dat stukje van 't Kantongerecht ooki" „Zoo? Mag je al naar 't Kantongerecht? „Nouen ófvandaag voor 't eerst ®h ik heb 'r 'n complimentje voor gehad van e hoofdredacteur.... hij zei, dat ik op die elfde manier maar moest doorgaan." „Fijn zeg! Eventjes lezen, hoor! Ja, leuk.... at heb je aardig beschreven van dat groen- hi5üVr°ï,''e met die emgeiikte gewichten. En uude dat mensch zoo verschrikkelijk, toen de m;nsch"teikkeerdglngmee Z waT Z°°alS, bg.t was vermoedelijk 'n weduwvrouw, die moest scharrelen om d'r kostje bij-elkaar te krijgen. Gelukkig was de kantonrechter wat menschlievender dan die ambtenaarze mag van de week nog es komen praten met 'men dan zal ze d'r gewichten wel weer terug krijgen." „Ja, dat heb je tenminste d'r b gezet." „Hoe vind je 't anders?" „Ja.... aardig...." ,,'t Schijnt je toch niet heelemaal te beval len „Nouom je eerlijk te zeggen: 'n beetje dramatisch „Dat was 't ook.... je hadt er bij moeten wezen. En daar beginnen die misselijke lui van de publieke tribune nog om te lachen ik had ze wel 'n stoel naar hun kop kunnen gooien „Dat neem je toch 'n beetje te zwaar op, Max. Die lui komen naar 't kantongerecht om 'n aardigheidje te hebben. En 't was toch geen moordzaak! Wat was 't voor 'n mensch, die groentevrouw?" „Klein en dik.... met 'n wipneusje." „Precies.... en zóó'n vrouw zien ze huilen om 'n paar gewichtendat werkt op de lachspieren.... daar moet je aan wennen, an ders Max keek z'n vriend met 'n verbaasd glim lachje aan.... en zei: „Kerel.... zoo hoor ik jou voor 't eerstdie wil mij nota-bene gaan zeggen hoe ik m'nnee maar.... zegben jij je roeping misgeloopen? Had je misschien liever op de redactie gezeten in plaats van op de administratie?" „Da's best mogelijk" ontweek Wim de blik van Max. Dit was een van de vele „met-elkaar-mee- levende" gesprekjes tusschen de beide vrien den... en misschien ook wel een van de be langrijkste voor later. °P 'n avond kwam Wim met 'n verhaaltje op de proppenzoo maar es met potlood neergekrabbeld op 'n stuk of zes uitgescheurde cahier-velletjes. Met 'n aarzelend gebaartje schoof ie 't smoezelig-witte gevalletje naar Max.... en zei: „Bekijk jij dit eerst es.... en als je 't „niks" vindt.... verscheur 't dan met een maar." h Max bekeek de blaadjes alsof het gewwn- tige documenten warenbegon toen aire ts lezen Wim deed alle moeite om z'n spanning te verbergenzag, dat Max nu en dan lacn soms goedkeurend knikte.... en eindelijk velletjes weer samen vouwde. Nou?" "ja.... wel leuk geloof 'k.... 'n beetje over dreven misschien „Verscheuren dan maar?" „Om de bliksem niet! Ik zal 't aan de boo redacteur laten zien.... misschien is t 1 voor 't Zondagsblad't Is toch h heelemaal van je eigen, hè Wim?" „Zoo waar als ik hier naast je zit. „Goedik zal 'm nog niet zeggen,dat van jou isik vertel 'm gewoon, dat n nis 't me gegeven heeft." De hoofdredacteur liet 't verhaaltje arie weken liggenen dacht er pas weel toen ie even 't nauw zat met copie v Zondagsblad. Hij las 'ten kwam er naar Max met de woorden: „Zeg1da1 getje is wel aardig.... maar 'n beetje - dreven-komisch hier en daarte goe P aardigheden óók 'n paar... Neem dingetje es onderhanden, Maxfr.0,. war schrappen en veranderen.... dat 1 J wel toevertrouwd denk ik. Maar van w dat stukje eigenlijk?" Van van Wim Nolsters, meneer.... mn vriend.... hij is hier op de administratie- afdeeling." o Hie? Kilkdas merkwaardigik wist niet? dat diehm.... d'r zit toch wel iets in jaik vond 't óók direct 'n leuk stuk je."... enne.... ik weet toevalligals hier es 'n plaatsje vrij kwam.... dat ie dan veel liever „Zoo? Nouwe zullen es kijken.... ik moet dan nog es wat anders van 'm zien.... enfinzeg 'm nog maar niks voorlooplg hij zit daar nog goed." „Jazoo is 't toch veel beter" bekende Wim eerlijk toen ze samen 't stukje in 't Zon licht ongelukken gebeurd. Nu nam de aanval ler de vlucht en hij was denzelfden avond niet meer te achterhalen. Twee dager daarna ontdekte de sergeant het heerschap en zoo doende moest deze zich in Haarlem verant woorden. Hij ontkende alles, hij was daar niet ge weest en overigens kan men in het donker iemand niet herkennen. Hij gaf een alibi voor den bewusten avond op, maar later bleek, dat het niet klopte en dat hij een afspraakje met een vriend gemaakt had om „dit en dat" te verklaren. De officier van justitie hechtte niet veel waarde aan de ontkenning, temeer daar de politieman streng volhardde bij zijn verklaring en herkenning. Ook het strafregister van verdachte bleek niet geheel blanco te zijn. Juist, omdat verdachte door zijn ontkenning het werk van politie en rechter zooveel moei lijker gemaakt had, eischte de officier 6 weken gevangenisstraf. De politierechter maakte er een maand van. De man bromde en dreigde met hooger be roep. Verkeerde bloemenliefhebbers Twee twintig-jarige bloemenventers uit Am sterdam fietsten naar Aalsmeer en gingen een „kijkje nemen" op de Coöperatieve Veiling aldaar. Ze zagen kans om op een slimme manier 32 bossen lathyrus en 23 takken seringen te stelen, doch voor ze terug in Mokum waren, waren ze met bloemen en al door de politie gearresteerd. Niet iedereen steelt met succes, dat blijkt nu alweer! Heel bedeesd zaten ze in het beklaagden bankje en bekenden deemoedig. Hoewel de offi cier het feit ernstig noemde, nam hij toch in aanmerking, dat de beide knapen nog nimmer met de politie in aanraking waren geweest. Ze werden veroordeeld tot een voorwaarde- lijken gevangenisstraf van 14 dagen met een proeftijd van drie jaar en betaling van een boete van twee gulden. Eerlijk erkenden ze, dat de bloemen in dit ge val wel wat duur gekocht waren! Zooals wel als algemeen bekend mag wor den verondersteld, heeft de gemeente Haarlem onder haar vele diensten er ook een, die zich uitsluitend bezig houdt metj de zorg voor de maatschappelijk-onvolwaardigen. Deze Nazorgdienst, die in 1925 opgericht werd (de eigenlijke nazorg te Haarlem dateert reeds van 1922) omvat, behalve het onderwijs voor het zwakzinnige kind in de drie scholen voor buitengewoon onderwijs, (twee openbare en één R.K.), ook de zorg voor hen, die, na dit onderwijs doorloopen te hebben, weer in de maatschappij terugkeeren en die o.a. bestaat in het verschaffen van een werkkring, het oplos sen van eventueele conflicten tusschen den werkgever en den onvolwaardige en dergelijke, en tenslotte ook in moreele hulp. Evenals echter de normale kinderen ook ver schillend van aanleg en intellect zijn, zoo vindt men onder de geestelijk-achterlijke kinderen ook sommige, die geheel en al maatschappelijk ongeschikt zijn en dus niet bij de overige kun nen worden ingedeeld. Deze zondert men daarom af in een aparte bias, de z.g. „bezinkingsklas". (In groote steden zooals Amsterdam, enz., wordt dat een z.g. „"be- zinkingsschool". Nu begrijpt ieder wel, dat men dergelijke kin deren na het doorloopen van de school niet zoo maar zonder meer in de maatschappij kan te rugsturen. Om nu toch aan deze kinderen eenvoudigen, productieven arbeid te verschaffen en hen niet aan de willekeur van het maatschappelijk leven bloot te stellen, heeft men in een veertiental steden werkinrichtingen opgericht, eerst voor jongens later ook voor meisjes, waar deze onge lukkige kinderen door, voor hen geschikten, handenarbeid toch zooveel mogelijk in hun on derhoud kunnen voorzien. Wel heeft op dit gebied het particulier initia tief reeds veel goeds gedaan en doet dit thans nog (o.a. mag hier wel even de goede zorgen van de Vereeniging „Haarlemsche Werkinrich ting", gememoreerd worden, die uitsluitend uit particuliere gelden, kostgeld, eventueele gezins hulp e.d. voor geestelijk onvolwaardigen betaalt, en ook de Stichting „Kennemerland" voor licha melijk gebrekkigen, die vooral voor de blinden zorgt,) maar toch eerst, dank zü de groote sub sidies 200 300 per kind) van de gemeente (ir Noord-Holland en drie andere provincies ook van de provincie)kon door een apart daar voor ingestelden dienst de verzorging van de werkinrichtingen ter hand genomen worden. Waren deze werkinrichtingen tot dusverre alleen aan het Donkere Spaarne gevestigd, thans heeft men successievelijk de afdeeling voor meisjes overgebracht naar het schoolgebouw, Parklaan 108, en de afdeeling voor mannen en jongens gedeeltelijk naar de hulpschool aan do Keystraat. Ideaal is deze toestand natuurlijk allerminst; dat zou hij eerst wezen, als alle afdeelingen in een gemeenschappelijk gebouw met gelijkvloer- sche zalen ondergebracht konden worden, maar toch mag in breeden kring wel eens de aandacht gevestigd vorden op het vele goede, dat hier gepresteerd wordt. En daarom waren dan ook, op uitnoodiging van het hoofd van bovengenoimden Dienst, den heer Schuyt, de vertegenwoordigers van de pers bijeengekomen om onder zijn leiding met eigen oogen de werkwijze in de werkinrichtingen eens van nabij gade te slaan. Allereerst werd het schoolgebouw aan de Park laan bezocht, waar in twee klaslokalen een twaalftal meisjes van 1735 jaar onder leiding van mej. C. Kolkmeyer, druk aan den arbeid was. Ieder meisje zit aan een bepaalden, voor haar geschikten weefstoel, waarmee ze, al naar haar aanleg, eenvoudige tot meer kunstige werk stukken, zooals lakens, doeken, tafelkleedjes en dergelijke, weeft, terwijl soms als hulpmid del een duidelijke aanwijzing van de opvolgen de handgrepen is aangebracht. De werktijd is van 9 tot half vijf met een tus- schenruimte van 2 uur, terwijl 's avonds nog onderwijs genoten wordt, dat, naar men ons verzekerde, eenigszins zwaarder is dan het on derwijs dat aan de gewone avondscholen gege ven wordt. Ook over den afzet der gemaakte artikelen mag niet geklaagd worden, daar de gemeente, zoowel als particulieren, regelmatig koopt, zoo dat er van malaise nog gelukkig geen sprake is. Na dit bezoek volgde er een aan de werkin richting op het Donkere Spaarne, waar de vlechterij en de borstelmakerij is ondergebracht. Vroeger waren hier de militaire kleedingma- gazijnen gevestigd, thans zijn er alleen nog maar de voorraadruimten voor de gemeente, waarin ook verpleegden diensten verrichten, en daarmee een goed loon verdienen, zoo deelde men ons mede. Allerlei matten worden hier gevlochten, zoo als cocosmatten, biezenmatten, enz., terwijl ook voor de gemeente matten gemaakt worden, die dan voorzien worden van de letters G. H. In hetzelfde lokaal is ook de borstelmakerij ondergebracht en interressant is het te zien, hoe uit het materiaal ten slotte een borstel of een stoffer te voorschijn komt. Op de bovenverdieping werken de blinden. Hier worden uit wat biezen en een plankje allerlei manden en koffers gefabriceerd; ook stoelen van particulieren worden er gerepa reerd en mattenkloppers gevlochten, enfin, alles wat maar van biezen of riet gemaakt kan wor den, wordt hier vervaardigd. Als slot werd nog een bezoek gebracht aan de Hulpschool in de Keystraat waar, vanwege de groote ruimte, die daarvoor noodig is, de bamboevlechterij is ondergebracht. Eenige jon gemannen maken hier schotten, die in den tuinbouw gebruikt worden. Bü een excursie als deze leert men in korten tvjd het zoo nuttige en vruchtbare werk van den Nazorgdienst kennen en waardeeren! De „Haarlemsche Orkest Vereeniging" geeft een Volksconcert in den Hout op Zondag 5 Juni te half drie, onder leiding van Marinus Adam. Uitgevoerd zullen worden: 1. Ouverture „Orpheus in der Unterwelt", Offenbach 2. Fantasie „Lakmé" Deiibes 3. Künstlerleben (Wals) Joh. Strauss 4. Fantasie „Carmen" Bizet 5. Ouverture „Mignon" Thomas 6. Twee Hongaarsche dansen Brahms 7. Ballet „Coppelia" Deiibes Woensdagavond gaf het Haarlemsch Sympho- nie Orkest Euterpe een concert in het Gesticht Meer en Bosch te Heemstede. Dat dit concert in goede aarde viel, bewees het daverend ap plaus na ieder nummer. De soliste, mevr. Heerding, begeleidde het orkest op voorbeeldige wijze. Den directeur, den heer J. A. Meng, en zijn orkest werd aan het slot in een rede, gehouden door een van de broeders, dank gebracht. Ge hoopt werd daarbij, het orkest spoedig nog eens te mogen hooren optreden. ZONDAG 5 Juni: Fietstocht van de Ned. Roomsche Reisvereeniging naar Noordwijk aan Zee. MAANDAG bestemd oor godsdienstige veree- nigingen; geen andere vergaderingen uitschrij ven. DINSDAG 7 Juni 7 uur: Vergadering van het R.K. Armbestuur van de parochie van O. L. Vrouw. 8 uur: Repetitie van de R.K Zangvereeni- ging „St. Caecilia" in gebouw „St. Bavo" 8.30 uur: Vergadering van de Reddingsbri gade „St. Franciscus" in het Militairengebouw. Zoetestraat 14. DONDERDAG 9 Juni 8 uur: Bureauverga dering van de R.K. Reclasseeringsvereeniging in het St. Vincentiusgebouw, Groenmarkt 22. VRIJDAG 10 Juni, 8 uur: Repetitie van de R.K. Mandolineclub „Sancta Lucia" in „Cen traal", Groote Houtstraat 176. ZATERDAG 11 Juni, 2 uur: Excursie van de Ned. Roomsche Reisvereeniging naar de kwee- kerij aan de Cleverlaan. Ten einde eikaars bezoek niet te hinderen of te bemoeilijken, wordt allen R.K. vereenigingen dringend verzocht bij het uitschrijven van ver gadering envooraf overleg te plegen met het Algemeen Secretariaat, mej. W. van der Sin gel, Kleverparkweg 187. Telefoon 1271, en bij vaststelling hiervan onmiddellijk mededeeling to doen. In Teyler's Museum te Haarlem. Wie voortreffelijke teekenkunst wil bewon deren, alsmede unieke gravures, zou goed doen 'n bezoek te brengen aan Teyler's Museum, dat steeds kosteloos toegankelijk is. Het is geopend eiken werkdag (behalve 's Maandags) van 11— 4 uur; voorts iederen eersten Zondag der maand van 14 uur. De teekenkunst, die men daar thans bezich tigen kan, is in hoofdzaak van den grooten Franschen landschapsschilder Claude Gellée, dit (genaamd) Claude Lorrain, geboren te Chamagne in het jaar 1600 (toen men in Hol land bij Nieuwpoort lustig aan 't vechten was!); overleden te Rome in 1682. De schilder bereikte derhalve den hoogen leeftijd van 82 jaar. Hij werkte bijna al die jaren in de Campagna van Rome. Daar, rond de stad der Pausen, in het zonnige land, kon men hem aantreffen, rusteloos werkend naar de machtige en schoone natuur. Een beroemd Duitsch kunst-historicus en tijd genoot van Lorrain trof hem daar eens aan, ijverig teekenend tusschen de rotsformaties, jong, vol ambitie. Op de hier te beschrijven expositie is een teekening aanwezig, welke naar men aanneeipt dit moment weergeeft. Te midden van schoon gestapelde rotsblok ken zit een artistiek uitziend jeugdig persoon, met wijd geranden hoed (met een subtiel kleurtje even geaccentueerd) ernstig te teeke nen. Voorts ontdekten wij, ter expositie, zes zeer goede reproducties naar teekeningen van den meester uit zijn groot teekenboek „Liber Veri- tatis." Een merkwaardigheid is dit boek stellig, daar Claude hierin twee honderd teekeningen naar eigen schilderijen had verzameld, als bewijs stukken, dat hij inderdaad van een of ander eigen werk de schilder was. Men scheen toen dus ook reeds, evenals thans, oneerlijkheden te plegen met doeken van groote meesters: Vincent. Werd den meester nu betwist (stelt u voor!) zijn eigen schilderij gemaakt te hebben, dan toonde Lorrain zijn teekening, naar het door hem vervaardigd schilderwerk, in zijn boek „Liber Veritatis"! Van vele teekeningen van Claude Lorrain hebben we nog weer eens kunnen genieten. Het zijn meest gewasschen penteekeningen, in brui nen toon. Aan sommige dezer kunststukken kan men zien, dat niemand minder dan Rembrandt van Lorrain geleerd moet hebben Het is alles heerlijke kunst en toch ook, in de techniek, dikwijls zoo eenvoudig. Vooral was de meester vaardig in het sterk uitdrukken van objecten als boomen, rotsen, enz. Mooie gravures zijn er van zijn machtige schilderijen, landschappen met zilveren stroomen en heuvelende valleien, (Lorrain was de eerste die een dalende zon dorst te schilderen), zoo prachtig gedroomd, zoo zielvol, dat de droom des genialen kunstenaars in teere lijnen en (op de schilderijen) in warme, schoone kleuren wer kelijkheid werden! Verder zijn, van dien tijd, vertegenwoordigd, b.v.: Poussin, Courtois, Callot, de la Ftige, Bouchardon, c.a. Van Jean Oudry ziet men een paar geestige teekeningen, ter verluchting van een komischen roman: Ze stellen voor: rond trekkende komedianten, die, in een kasteel, employ kregen. Het zijn lieden vol zotternij, die zij ook in de deftige vertrekken „plegen" van 't kasteel. Een der tooneelspelers is stiekum onder een bed gekropen, met de bedoeling, waarschijnlijk, om zijn collega wat te storen in diens nachtrust. Ongelukkigerwijze echter is hij hopeloos met zijn voet vast geraakt in een pot-de-chambre. Men ziet nu op de tweede plaat het enorme moment, waarin de dorpssmid want die moest er aan te pas komen! het hinderlijk object door midden tracht te krijgen. Het slachtoffer is natuurlijk de risée van de vele omstanders! In de verdere vitrines vindt men de 18e eeuwsche Fransche schilderkunst vertegen woordigd, waaronder als hoofdfiguur: Antoine Watteau, geboren te Valenciennes 1654, gestor ven te Nogent sur Marne in 1721. Watteau was een fijne schilder en teekenaar van figuren en portretten. Zijn lijnen onder scheiden zich door een teedere vastheid en een eenigszins gestyleerde levenswaarheid. We bewonderden van hem een portret van P. P. Rubens op diens dertig jarigen leeftijd. Interessant om Rubens levenswaar te zien af gebeeld. Geestige gravures zagen we nog, als van dien rondzingenden dokter, gezeten op een ezel. „Voyez-vous ce „docteur" sur son digne mon- t'ure, Qu accompagnent Pjerrot, suivie d'autre bousons?" Een vermakelijke paat, vol humor en geest. Men leeft als 't ware in den ouden tijd, men voelt zijn sfeer. In de bovenzaal hangen nog een aantal teekeningen van enkele Hollandsche meestersteekenaars b.v. Haverman. Van hem bewonderden we de teer-gelijnde portretten van Frederik van Eeden, Lodewijk van Deyssel en van anderen, 't Zijn en blijven meesterstukken, waarvan één reeds een gang naar „Teyler" waard zou zijn. K. de H. dagsblad lazen. „Dat heb je netjes opgeknapt Maxik had 't te leuk gemaakt, 't Is na tuurlijker geworden." Wim mocht na 'n poosje, als t wat druk was op de redactie, wel es naar de rechtbank of naar 'n uitvoering van 'n gymnastiek-ver- eeniging, om 'n verslagje te maken. En Max kreeg gaandeweg óók ander werk Op 'n keer mocht ie zelfs naar 'n voorstelling van 't beroepstooneel Er waren twee perskaartenen natuurlijk nam ie Wim mee. In de pauze maakten ze al aanteekenin- genen na afloop gingen ze naar Max z'n kamér, om samen 't verslag te maken.... ver anderden, verbeterdenkortom ze vulden elkaar aanen de hoofdredacteur was goed over 't verslag te sprekenvooral 't oordeel over 't stuk vond ie raakmaar dit alles zei ie niet waar Max bij was. 't Duurde niet zoo heel lang meer, of Max werd de vaste toonel-recensenten z'n ver slagen werden met veel belangstelling gelezen. Niemand wist, dat de vrienden ze samen schreven. „Als je zoo ziet" vond Wi mop 'n keer „wat er over 't algemeen gespeeld wordt en wat bij 't publiek 't best inslaat.... dan is 't niet eens zoo'n kunst om 'n tooneelstuk te schrijven. „Nou, kereldan doe je 't!" lachte Max.... maar Wim vond 't 'n erg verdacht lachjeen vroeg om nadere opheldering. 'sAvonds begreep ie 't.... want toen liet Max hem 'n schema zien voor 'n tooneel stuk „Heb jij dat gemaakt?" Max knikte. „En daar heb je me niks van gezegd!" ,3ekijk 't maar es" zei Max.... precies zooals Wim toen sprak met dat verhaaltje „En als je 't „niks" vindt.... verscheur 't dan meteen maar." „Dat heb je goed onthouwe, gannef!" begon Wim meteen te lezenen 'n kwar tiertje later vroeg ie droog: „Moet 't 'n tooneel- spel worden.... of 'n blijspel?" „Natuurlijk 'n tooneelspel, sufferdzie je dat nog niet eens?" Wim keek bedenkelijk.... en vroeg toen weer: „Wou je 't alléén maken?" „Nee.... met jou samendat spreekt van zelf.... 't is nog maar 'n ideetje zoo „Heel aardig.... maar.... weer wat zwaar op de handweet je 't nog van dat Kan tongerecht-verslag? En dat de hoofdredacteur toen óók zei.... wat ik gezegd had?" „Tenminste.... zooiets.... niet zoo erg als jij." „De menschen komen naar de schouwbrg, Max, om 'n vroolijke avond te hebbenom de zorgen van de dag es weg te lachen...." „Maar d'r zijn er toch ook, die „O ja.... maar geen vijf en twintig pro centen voor die zorgen andere schrijvers welheuschNou, afijn.... ik wil graag samen doen.... het „te veel" van jou neem i k wegen jij doet 't zelfde met 't „te veel van mij".... je weet nog wel.... van m'n verhaaltje." En ze gingen aan 't werk.... dezelfde avond nog. 't Schoot nog niet hard opde eene avond drie blaadjesde andere avond tweeen dan telkens 'n beetje ruzie.... omdat Max te sentimenteel wou naar Wim's ideeen Wim te mal naar Max' idee.... Er kwam nog meer stagnatie toen Wim ook aan de redactie kwam en ze de grootste helft van de avonden bezet waren voor vergaderin gen e.d. Maar na 'n klein half jaar was er 'n stuk en 't ging naar 'n uitgeverdie 't direct kocht. Dat was n feest voor de twee vrien den.... en ze begonnen 'n week later alweer aan 'n anderDat viel zóó naar hun zin uit, dat ze t waagden het naar 'n tooneel- directie te sturen. En 't werd aangenomen. De dagblad-pers was over 't algemeen best over de eerste opvoering te spreken'n aardig amusement-stuk van 5t lichte, meest gewilde genre". Wim was in z'n nopjes. De speciale tooneelpers sprak van ,,'n klucht zonder letterkundige waarde". Max was woest Maar Wim wist hem aan 't verstand te brengen, dat ie zich daar niets van moest aan trekkende hoofdzaak was, dat 't publiek zich kostelijk amuseerde en dat 't geen prul genoemd werd. Ze schreven nog vier blijspelen, telkens on der dezelfde schuilnamenen ze kregen werkelijk 'n soort beroemdheid. Toen opeensom 'n meeningsverschil over 'n nieuw stuk.... kregen ze hoogloopende ruzie't was te lang goed gegaanen de vriendschap was uit. Op 't redactie-bureau behandelden ze elkaar als collega's.... meer om de schijn.... maar bij elkaar thuis kwamen ze niet meer. En Max ging 'n stuk schrijven heelemaal naar z'n eigen zin. En Wim ging 'n stuk schrijven.... ook hee lemaal naar z'n eigen zin. Dat van Max werd, om de oude relatie, niet direct geweigerd door de tooneeldirectie.... maar 't scheelde toch niet veel. Op zijn her haald aandringenmet z'n overtuiging er bij, dat 't moest inslaan.... werd 't opge voerd 't Had geen succes. En Max was blij, dat Wim intusschen aan 'n ander blad verbonden was.... zag ie ten minste z'n gezicht niet. 't Stuk van Wim werd óók aangenomen, hoe wel niet zoo enthousiast Het stuk viel als 'n baksteen. En na de opvoering zat Wim in 'n restaurant z'n verdriet te verdrinken Althans hij was daar aardig mee bezig toen Max aan hetzelfde tafeltje kwam zitten, 'n Poosje zwegen ze. Toen vroeg Wim: „Ben je d'r geweest?" Max knikte. En vroeg drie minuten later: „Ben jij bij 't nijne geweest toen?" Wim knikte.... en vroeg: „Wat wil je drin ken van me?" „Niks..Ga meewat wandelenof wil je niet?" 'n Half uur later zaten ze op de kamer van Max. Keken elkaar es aanen zeiden, bijna teglijk: „Weer samen?" Toen gingen de handen in elkaar. Vier maanden daarna werd er wéér 'n nieuw ituk opgevoerd. 't Had 'n daverend succes. G. N.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 9