Si8, ,°i rï^ fc-STi? sss
ras?
Bij het Muziekconcours van den R. K. Bond
van Harmonie- en Fanfarecorpsen in
Noord-Holland
r w- ,en a**r ï-s
Te houden op S en 12 Juni
te Haarlem Noord
ZATERDAG 4 JUNI
STADSNIEUWS
VOOR DEN POLITIERECHTER
R.K. Harmonie „St. Caecilia" Jubileer end corps
ELCK WAT WILS
TREKJES No. 760
De compagnons
van dTgewicmen'echter'- VerbeUrdverklaring
DE NAZÖRGDIENST TE
HAARLEM
Een leerzame excursie
FRANSCHE EN NEDER-
LANDSCHE TEEKENKUNST
Concert in den Hout
„Euterpe"
COMITé VAN KATHOLIEKE
ACTIE
Ter inleiding van de verslagen, welke in de
bomende dagen in ons blad zullen verschijnen
van bovengenoemd concours, meenen we niet
beter te kunnen doen dan in ons blad het
Voorwoord af te drukken, waarmee pastoor W.
essing van de St. Bavo-parochie te Haarlem-
im°rd 200 ■'uist en geestig de feestelijkheden
welke in de komende dagen in Haar-
5 Noorderkwartier zullen plaats hebben,
actoor Dessing schrijft dan:
1 Februari 1932 jubileerde onze R.K. Harmo-
evereeniging „st. Caecilia" bij gelegenheid
aam haar 12^-jarig bestaan. Blijkbaar naar
Von i-1Öins van dit jubilé geniet zij dit jaar de
het r om als gastvrouwe op te treden bij
j e houden concours op Zondag 5 en 12
^geschreven door den R.K. Bond van
lan*°nie- en Fanfarecorpsen in Noord-Hol-
ikAd-,Puu °or der vecipieerende vereeniging deel
van hp t in de vreugde en feeststemming
iedere ur en werkende leden, wijl het voor
denswaaim-0Chie een groote eer en een benij-
vereenisin 8 voorrecht is, een goede Harmonie-
°P R.nn J!8,te bezitten, die vast gefundeerd is
Muziek Jf?. grondslag,
frissche ,geett gezonde, gepaste vroolijkheid,
hart, 0 evensvreugde. Muziek verblijdt het
voor'een ™Pint ..den geest, doet den mensch
Geen snw 2ij,n zorgen vergeten,
stroef of u 200 strak, geen gezicht zoo
van een tZ ^eageert nog wel op de kitteling
roffel 0D pp °Pf?rtje' Hoe kan een marsch-
Waarbii k gespannen trommelvel,
maar van%vtwSPï,aak is van melodie, alleen
vaardige bewetw Slag' het lichaam in
doen stappen on vrmnf" en de massa voort
kan een lustig gestrekenmaat"beweging! Hoe
van dagen in de stri danswijsje zelfs ouden
De ufttrekkende mS6 beenen varen!
heele stad op de bppn muziek brengt een
der orgel met uit uGn een echt Schwartwal-
°u<ierklankt waar Passer^ zwellenden sonoren
Ptfpen, is een weiri^ buiten lekker bovenuit
Zie het Zov l Van de straat
een orgelman het In de volksbuurt, als
leven vormt Dan lPunt van het straat-
brand het te hon den de jongens van Hilde-
de straat, hun rinv,U in buis, dan hebben ze
te galmen. Tn po?6111, no°dig om het eens uit
uit, hebben zp ,vaart joelen ze de huizen
wiegen moeders onds de cadans te pakken,
°P de dansmaat »^ar sckreeuwende zuigelingen
de volkje een one^f0,Jmproviseert het krielen-
gepomadeerd tlw bal en waagt zelfs het
atelier-dametje ?!?°i'"heert3e of deftig-doend
kuiten-flikker J? u°htige zwaaipas'jes een
ordening aan! helpt geen politie-ver-
Doch van muziek
vende, stichtende w l °°k vormende, bescha-
voeligste en teerste^ Ult' Zij brengt de Be"
ziel in beweging 8X011 van 's menschen
Muziek houdt den mensch vroom, geloovig en
goed. Een ziel, die bidt, is gestemd tot jubel ei,
zang. Dat moet ge aan de Benedictijnen vragen!
Nooit werden zuiver-blije liederen gehoord uil
den mond van een ongeloovig of zedenbeder
vend volk.
„Böse Menschen haben keine Lieder", zegt
daarom de Duitscher terecht! Geeft den men
schen hun geloof en godsdienst weer terug en
allen zullen weer zingen, en zingen is ziele-
blijdschap, is vrede en geluk.
Een Harmonie-Vereenigkig kan daarom een
mooi apostolaat van onzen tijd vervullen; ook
zij past ln het kader vooral van het huidig ge
compliceerd geestelijk gemeenschaps-leveu.
Schatten we daarom haar invoed op- en be-
teekenis voor een parochie niet gering. Ze weet
geestdrift en bezieling, vuur en leven te bren
gen in onverschillige en koude harten. Wat kan
het toch zoo dikwijls gezongen: „Aan U, o Ko
ning der eeuwen" of: „Roomschen dat zijn wij",
begeleid door koper of hout, nog altijd de groo
te massa het heilig enthousiasme voeren en in
laaie gloed zetten! Wiens ziel trilt niet van
vrome aandoening, wanneer de Harmonie of
Fanfare met de zingende bedevaartganger»
uittrekt en bij plechtigen processie-gang de de
vote Maria-liederen uit he, koper blaast?! oa,
een Roomsche Harmonie-vereeniging is een
„begeleidende" Apologie van de Katholieke ge
dachte, een onontbeerlijk stuk propaganda
materiaal van de Katholieke daad.
Nu ieder Katholiek tegenwoordig doordron
gen behoort te zijn van zijne verplichtingen
ten opzichte van de Roomsche gemeenschap
en ieder van zijn talenten, capaciteiten of
werkkracht dient bij te dragen tot weder-op-
bouw van de christelijke maatschappij, zien
we in openbare uitvoeringen en te houden
concoursen meer en meer het didaktische,
leerzame en stichtende nut. Uit alle richtin
gen des lands zullen ze naar hier komen, om
in onderlinge „harmonie" elkanders krachten
te meten en in edelen wedijver elkaar den
overwinningspalm te bekampen.
Vrouwe Musica gaat hoogtij vieren.
Haarlem-Noord ziet verlangend naar de con-
coursdagen uit.
Den respectieven deelnemers zal een waardi
ge ontvangst en joyeuse entrée bereid worden.
Speciaal de St. Bavo-parochie zal, hopen we,
door hare belangstellende tegenwoordigheid
toonen, dat zij niet alleen het bezit van een
eigen Harmonie-vereenigng, maar ook de
komst van zeer vele zuster-vereenigingen naar
het concours dankbaar weet te waardeeren.
Tot zoover pastoor Dessing.
Verder zij hier zeer bijzonder gememoreerd
de belangstelling in het concours, getoond
door Z. H. Exc. Mgr. Aengenent, en door den
HoogEdelachtbaren heer Maarschalk, Burge
meester van Haarlem, terwijl zeker ook wel
mag worden vermeld, dat het Gemeentebe-
in Haarlem alles heeft gedaan om den
opzet van het concours te doen slagen.
Verder zij nog meegedeeld dat de Jury voor
de komende concoursdagen is samengesteld uit
de heeren Theo v. d. Bijl, Amsterdam; A. L.
Hazebroek, Haarlem; S. Vlessing, IJmuiden,
terwijl de officieele ontvangst op de Zondagen
5 en 12 Juni plaats heeft te 12 uur in het
Gymnastieklokaal der R.K. school aan de
Eemstraat, gelegen nabij de R.K. Kerk St.
Bavo te Haarlem Noord (eindpunt lijn 3), en
te half één in de Rijnstraat de Marschwedstrijd
zal worden gehouden.
Het concoursterrein is gelegen achter de
boerderij van den heer J. J. v. Schie, Rijks
straatweg 340, alwaar de concertwedstrijd om
half twee zal beginnen.
Mogen de zorgen van bestuur en diverse
feest-comité's met duurzaam en dankbaar
succes beloond worden, en het concours door
zonnig, droog weer worden begunstigd.
Politiek gespoelde jnonden
In een fabriek te Edam werkten verschillende
Volendammers, die soms zwaren arbeid moesten
verrichten. Een hunner was van meening, dat
een bepaalde bezigheid bij een machine der
mate enerveerend was, dat ze boven de
krachten van een mensch ging. Weshalve be
sloot hij te staken, waartoe hij, ook als voor
zitter van zijn organisatie, het recht aanwezig
achtte.
In het schaftlokaal werd druk over het geval
gesproken, doch een van de kameraden, tevens
gemeenteraadslid van Volendam, noemde het
gedrag van den staker onbehoorlijk. Hij noemde
het werk niet zwaar en de directie kon niets
opdragen, wat menschelijk gesproken, bijna
onuitvoerbaar was.
De voorzitter van de organisatie ontstak toen
in woede en adresseerde aan den edelachtbare
de volgende woorden: Je bent een verrader en
een valsche, gemeente Judas. Ieder zal het met
ons eens zijn, dat dergelijke woorden niet parle
mentair zijn, maar dat ze in drift gemakkelijk
uitgesproken kunnen worden.
Een aanklacht bij den burgemeester volgde
en gisteren kwam de zaak voor den Haarlem-
schen politierechter. Na dien gedenkwaardigen
dag had verdachte zijn mede-arbeiders inge
licht, hoe ze zich tegenover het raadslid had
den te gedragen, waardoor het geval nog slech
ter werd.
De officier van justitie constateerde, dat de
leelijke Judas-woorden inderdaad gezegd waren,
maar hij vond het jammer, dat men de zaak
niet in der minne geschikt' had. Politiek is aan
dit geval niet vreemd en politieke monden zijn
lang niet altijd gespoeld, men leze slechts de
verslagen van de Tweede Kamer. Als uit de
debatten van ons Lager Huis aanklachten
wegens beleedigingen gedestilleerd werden, zou
er heel wat voor den dag komen.
Spreker eischte, omdat de beleediging bewe
zen is 3.— boete of 1 dag hechtenis, waar
mede de politierechter zich accoord verklaarde.
„Jongens, beken maar nooit"
In vroeger dagen moet eens in een der cellen
van het gerechtsgebouw op een muur ge
schreven zijn: „Jongens beken maar nooit".
Inderdaad lijkt het heel eenvoudig met een strak
gezicht te ontkennen, maar wanneer men eenige
duizenden verdachten terecht heeft zien staan
ligt de conclusie voor de hand, dat je er maar
al te dikwijls verder mee van huis komt.
De edelachtbare heeren rechters kennen het
bekende smoesje!
Dat heeft een los werkman uit Aalsmeer
gisteren weer kunnen hooren. Hij stond
terecht wegens mishandeling van een ambte
naar in functie. In den avond van 17 April
fietste hij zonder licht en toen een sergeant van de
militaire politie hem aanhield sloeg hij hem
midden in het gezicht en waarschuwde hem
voor een mes, dat hij in zijn zak zou hebben.
Even later kwam een vlijmscherp, eigenaardig
gevormd mes te voorschijn en wanneer de
politieman zijn aanvaller niet een klap met de
karabijn gegeven zou hebben, waren er wel-
Miv°ne.Waren ze vrienden geworden.
rrdir-Ho h toen als leerling-journalist op 't
T,C"e*?u van „De Avondbode"., knipte
bii van ri Uit de groote bladen, hield 't boek
dp Hp corresP°ndenten, corrigeerde, haai
vin He np,4 ,nam de telefonische berichten op
jubileum, of 'n berichMe ZZ" n„ongemk' n
-f uerichtje te maken van de
oPening of verbouwing van 'n zaak.
Willem werkte op de administratie afdeelina
van dezelfde krant. "mimstratie-aiaeenng
Tien, twaalf maal ner Ha„
Als Willem salaris-verhooging k'reec dan
was Max nèt zoo blij als Willem zelf en
omgekeerd was het precies hetzelfde
De eene avond zaten ze bij Max 0p z'n ka
dertjede andere avond bij Willem
En dan werd de heele krant van voor tnr
«a»n...- en dan wees Max aam
„Dit berichtje is van mijen dit verslag
en déar, dat stukje van 't Kantongerecht ooki"
„Zoo? Mag je al naar 't Kantongerecht?
„Nouen ófvandaag voor 't eerst
®h ik heb 'r 'n complimentje voor gehad van
e hoofdredacteur.... hij zei, dat ik op die
elfde manier maar moest doorgaan."
„Fijn zeg! Eventjes lezen, hoor! Ja, leuk....
at heb je aardig beschreven van dat groen-
hi5üVr°ï,''e met die emgeiikte gewichten. En
uude dat mensch zoo verschrikkelijk, toen de
m;nsch"teikkeerdglngmee Z waT Z°°alS,
bg.t was vermoedelijk
'n weduwvrouw, die moest scharrelen om d'r
kostje bij-elkaar te krijgen. Gelukkig was de
kantonrechter wat menschlievender dan die
ambtenaarze mag van de week nog es
komen praten met 'men dan zal ze d'r
gewichten wel weer terug krijgen."
„Ja, dat heb je tenminste d'r b gezet."
„Hoe vind je 't anders?"
„Ja.... aardig...."
,,'t Schijnt je toch niet heelemaal te beval
len
„Nouom je eerlijk te zeggen: 'n beetje
dramatisch
„Dat was 't ook.... je hadt er bij moeten
wezen. En daar beginnen die misselijke lui
van de publieke tribune nog om te lachen
ik had ze wel 'n stoel naar hun kop kunnen
gooien
„Dat neem je toch 'n beetje te zwaar op,
Max. Die lui komen naar 't kantongerecht om
'n aardigheidje te hebben. En 't was toch geen
moordzaak! Wat was 't voor 'n mensch, die
groentevrouw?"
„Klein en dik.... met 'n wipneusje."
„Precies.... en zóó'n vrouw zien ze huilen
om 'n paar gewichtendat werkt op de
lachspieren.... daar moet je aan wennen, an
ders
Max keek z'n vriend met 'n verbaasd glim
lachje aan.... en zei: „Kerel.... zoo hoor ik
jou voor 't eerstdie wil mij nota-bene
gaan zeggen hoe ik m'nnee maar....
zegben jij je roeping misgeloopen? Had
je misschien liever op de redactie gezeten in
plaats van op de administratie?"
„Da's best mogelijk" ontweek Wim de blik
van Max.
Dit was een van de vele „met-elkaar-mee-
levende" gesprekjes tusschen de beide vrien
den... en misschien ook wel een van de be
langrijkste voor later.
°P 'n avond kwam Wim met 'n verhaaltje
op de proppenzoo maar es met potlood
neergekrabbeld op 'n stuk of zes uitgescheurde
cahier-velletjes. Met 'n aarzelend gebaartje
schoof ie 't smoezelig-witte gevalletje naar
Max.... en zei: „Bekijk jij dit eerst es.... en
als je 't „niks" vindt.... verscheur 't dan met
een maar." h
Max bekeek de blaadjes alsof het gewwn-
tige documenten warenbegon toen aire
ts lezen
Wim deed alle moeite om z'n spanning te
verbergenzag, dat Max nu en dan lacn
soms goedkeurend knikte.... en eindelijk
velletjes weer samen vouwde.
Nou?"
"ja.... wel leuk geloof 'k.... 'n beetje over
dreven misschien
„Verscheuren dan maar?"
„Om de bliksem niet! Ik zal 't aan de boo
redacteur laten zien.... misschien is t 1
voor 't Zondagsblad't Is toch h
heelemaal van je eigen, hè Wim?"
„Zoo waar als ik hier naast je zit.
„Goedik zal 'm nog niet zeggen,dat
van jou isik vertel 'm gewoon, dat n
nis 't me gegeven heeft."
De hoofdredacteur liet 't verhaaltje arie
weken liggenen dacht er pas weel
toen ie even 't nauw zat met copie v
Zondagsblad. Hij las 'ten kwam er
naar Max met de woorden: „Zeg1da1
getje is wel aardig.... maar 'n beetje -
dreven-komisch hier en daarte goe P
aardigheden óók 'n paar... Neem
dingetje es onderhanden, Maxfr.0,.
war schrappen en veranderen.... dat 1 J
wel toevertrouwd denk ik. Maar van w
dat stukje eigenlijk?"
Van van Wim Nolsters, meneer.... mn
vriend.... hij is hier op de administratie-
afdeeling."
o Hie? Kilkdas merkwaardigik
wist niet? dat diehm.... d'r zit toch wel
iets in
jaik vond 't óók direct 'n leuk stuk
je."... enne.... ik weet toevalligals hier
es 'n plaatsje vrij kwam.... dat ie dan veel
liever
„Zoo? Nouwe zullen es kijken.... ik
moet dan nog es wat anders van 'm zien....
enfinzeg 'm nog maar niks voorlooplg
hij zit daar nog goed."
„Jazoo is 't toch veel beter" bekende
Wim eerlijk toen ze samen 't stukje in 't Zon
licht ongelukken gebeurd. Nu nam de aanval
ler de vlucht en hij was denzelfden avond
niet meer te achterhalen. Twee dager daarna
ontdekte de sergeant het heerschap en zoo
doende moest deze zich in Haarlem verant
woorden.
Hij ontkende alles, hij was daar niet ge
weest en overigens kan men in het donker
iemand niet herkennen. Hij gaf een alibi voor
den bewusten avond op, maar later bleek, dat
het niet klopte en dat hij een afspraakje met
een vriend gemaakt had om „dit en dat" te
verklaren.
De officier van justitie hechtte niet veel
waarde aan de ontkenning, temeer daar de
politieman streng volhardde bij zijn verklaring
en herkenning.
Ook het strafregister van verdachte bleek
niet geheel blanco te zijn.
Juist, omdat verdachte door zijn ontkenning
het werk van politie en rechter zooveel moei
lijker gemaakt had, eischte de officier 6 weken
gevangenisstraf.
De politierechter maakte er een maand van.
De man bromde en dreigde met hooger be
roep.
Verkeerde bloemenliefhebbers
Twee twintig-jarige bloemenventers uit Am
sterdam fietsten naar Aalsmeer en gingen een
„kijkje nemen" op de Coöperatieve Veiling
aldaar. Ze zagen kans om op een slimme
manier 32 bossen lathyrus en 23 takken seringen
te stelen, doch voor ze terug in Mokum waren,
waren ze met bloemen en al door de politie
gearresteerd. Niet iedereen steelt met succes,
dat blijkt nu alweer!
Heel bedeesd zaten ze in het beklaagden
bankje en bekenden deemoedig. Hoewel de offi
cier het feit ernstig noemde, nam hij toch in
aanmerking, dat de beide knapen nog nimmer
met de politie in aanraking waren geweest.
Ze werden veroordeeld tot een voorwaarde-
lijken gevangenisstraf van 14 dagen met een
proeftijd van drie jaar en betaling van een
boete van twee gulden.
Eerlijk erkenden ze, dat de bloemen in dit ge
val wel wat duur gekocht waren!
Zooals wel als algemeen bekend mag wor
den verondersteld, heeft de gemeente Haarlem
onder haar vele diensten er ook een, die zich
uitsluitend bezig houdt metj de zorg voor de
maatschappelijk-onvolwaardigen.
Deze Nazorgdienst, die in 1925 opgericht
werd (de eigenlijke nazorg te Haarlem dateert
reeds van 1922) omvat, behalve het onderwijs
voor het zwakzinnige kind in de drie scholen
voor buitengewoon onderwijs, (twee openbare
en één R.K.), ook de zorg voor hen, die, na dit
onderwijs doorloopen te hebben, weer in de
maatschappij terugkeeren en die o.a. bestaat in
het verschaffen van een werkkring, het oplos
sen van eventueele conflicten tusschen den
werkgever en den onvolwaardige en dergelijke,
en tenslotte ook in moreele hulp.
Evenals echter de normale kinderen ook ver
schillend van aanleg en intellect zijn, zoo vindt
men onder de geestelijk-achterlijke kinderen
ook sommige, die geheel en al maatschappelijk
ongeschikt zijn en dus niet bij de overige kun
nen worden ingedeeld.
Deze zondert men daarom af in een aparte
bias, de z.g. „bezinkingsklas". (In groote steden
zooals Amsterdam, enz., wordt dat een z.g. „"be-
zinkingsschool".
Nu begrijpt ieder wel, dat men dergelijke kin
deren na het doorloopen van de school niet zoo
maar zonder meer in de maatschappij kan te
rugsturen.
Om nu toch aan deze kinderen eenvoudigen,
productieven arbeid te verschaffen en hen niet
aan de willekeur van het maatschappelijk leven
bloot te stellen, heeft men in een veertiental
steden werkinrichtingen opgericht, eerst voor
jongens later ook voor meisjes, waar deze onge
lukkige kinderen door, voor hen geschikten,
handenarbeid toch zooveel mogelijk in hun on
derhoud kunnen voorzien.
Wel heeft op dit gebied het particulier initia
tief reeds veel goeds gedaan en doet dit thans
nog (o.a. mag hier wel even de goede zorgen
van de Vereeniging „Haarlemsche Werkinrich
ting", gememoreerd worden, die uitsluitend uit
particuliere gelden, kostgeld, eventueele gezins
hulp e.d. voor geestelijk onvolwaardigen betaalt,
en ook de Stichting „Kennemerland" voor licha
melijk gebrekkigen, die vooral voor de blinden
zorgt,) maar toch eerst, dank zü de groote sub
sidies 200 300 per kind) van de gemeente
(ir Noord-Holland en drie andere provincies
ook van de provincie)kon door een apart daar
voor ingestelden dienst de verzorging van de
werkinrichtingen ter hand genomen worden.
Waren deze werkinrichtingen tot dusverre
alleen aan het Donkere Spaarne gevestigd, thans
heeft men successievelijk de afdeeling voor
meisjes overgebracht naar het schoolgebouw,
Parklaan 108, en de afdeeling voor mannen en
jongens gedeeltelijk naar de hulpschool aan do
Keystraat.
Ideaal is deze toestand natuurlijk allerminst;
dat zou hij eerst wezen, als alle afdeelingen in
een gemeenschappelijk gebouw met gelijkvloer-
sche zalen ondergebracht konden worden, maar
toch mag in breeden kring wel eens de aandacht
gevestigd vorden op het vele goede, dat hier
gepresteerd wordt.
En daarom waren dan ook, op uitnoodiging
van het hoofd van bovengenoimden Dienst, den
heer Schuyt, de vertegenwoordigers van de pers
bijeengekomen om onder zijn leiding met eigen
oogen de werkwijze in de werkinrichtingen eens
van nabij gade te slaan.
Allereerst werd het schoolgebouw aan de Park
laan bezocht, waar in twee klaslokalen een
twaalftal meisjes van 1735 jaar onder leiding
van mej. C. Kolkmeyer, druk aan den arbeid
was.
Ieder meisje zit aan een bepaalden, voor haar
geschikten weefstoel, waarmee ze, al naar haar
aanleg, eenvoudige tot meer kunstige werk
stukken, zooals lakens, doeken, tafelkleedjes
en dergelijke, weeft, terwijl soms als hulpmid
del een duidelijke aanwijzing van de opvolgen
de handgrepen is aangebracht.
De werktijd is van 9 tot half vijf met een tus-
schenruimte van 2 uur, terwijl 's avonds nog
onderwijs genoten wordt, dat, naar men ons
verzekerde, eenigszins zwaarder is dan het on
derwijs dat aan de gewone avondscholen gege
ven wordt.
Ook over den afzet der gemaakte artikelen
mag niet geklaagd worden, daar de gemeente,
zoowel als particulieren, regelmatig koopt, zoo
dat er van malaise nog gelukkig geen sprake is.
Na dit bezoek volgde er een aan de werkin
richting op het Donkere Spaarne, waar de
vlechterij en de borstelmakerij is ondergebracht.
Vroeger waren hier de militaire kleedingma-
gazijnen gevestigd, thans zijn er alleen nog
maar de voorraadruimten voor de gemeente,
waarin ook verpleegden diensten verrichten, en
daarmee een goed loon verdienen, zoo deelde
men ons mede.
Allerlei matten worden hier gevlochten, zoo
als cocosmatten, biezenmatten, enz., terwijl ook
voor de gemeente matten gemaakt worden, die
dan voorzien worden van de letters G. H.
In hetzelfde lokaal is ook de borstelmakerij
ondergebracht en interressant is het te zien,
hoe uit het materiaal ten slotte een borstel of
een stoffer te voorschijn komt.
Op de bovenverdieping werken de blinden.
Hier worden uit wat biezen en een plankje
allerlei manden en koffers gefabriceerd; ook
stoelen van particulieren worden er gerepa
reerd en mattenkloppers gevlochten, enfin, alles
wat maar van biezen of riet gemaakt kan wor
den, wordt hier vervaardigd.
Als slot werd nog een bezoek gebracht aan
de Hulpschool in de Keystraat waar, vanwege
de groote ruimte, die daarvoor noodig is, de
bamboevlechterij is ondergebracht. Eenige jon
gemannen maken hier schotten, die in den
tuinbouw gebruikt worden.
Bü een excursie als deze leert men in korten
tvjd het zoo nuttige en vruchtbare werk van
den Nazorgdienst kennen en waardeeren!
De „Haarlemsche Orkest Vereeniging" geeft
een Volksconcert in den Hout op Zondag 5 Juni
te half drie, onder leiding van Marinus Adam.
Uitgevoerd zullen worden:
1. Ouverture „Orpheus in der Unterwelt",
Offenbach
2. Fantasie „Lakmé" Deiibes
3. Künstlerleben (Wals) Joh. Strauss
4. Fantasie „Carmen" Bizet
5. Ouverture „Mignon" Thomas
6. Twee Hongaarsche dansen Brahms
7. Ballet „Coppelia" Deiibes
Woensdagavond gaf het Haarlemsch Sympho-
nie Orkest Euterpe een concert in het Gesticht
Meer en Bosch te Heemstede. Dat dit concert
in goede aarde viel, bewees het daverend ap
plaus na ieder nummer.
De soliste, mevr. Heerding, begeleidde het
orkest op voorbeeldige wijze.
Den directeur, den heer J. A. Meng, en zijn
orkest werd aan het slot in een rede, gehouden
door een van de broeders, dank gebracht. Ge
hoopt werd daarbij, het orkest spoedig nog eens
te mogen hooren optreden.
ZONDAG 5 Juni: Fietstocht van de Ned.
Roomsche Reisvereeniging naar Noordwijk aan
Zee.
MAANDAG bestemd oor godsdienstige veree-
nigingen; geen andere vergaderingen uitschrij
ven.
DINSDAG 7 Juni 7 uur: Vergadering van
het R.K. Armbestuur van de parochie van
O. L. Vrouw.
8 uur: Repetitie van de R.K Zangvereeni-
ging „St. Caecilia" in gebouw „St. Bavo"
8.30 uur: Vergadering van de Reddingsbri
gade „St. Franciscus" in het Militairengebouw.
Zoetestraat 14.
DONDERDAG 9 Juni 8 uur: Bureauverga
dering van de R.K. Reclasseeringsvereeniging
in het St. Vincentiusgebouw, Groenmarkt 22.
VRIJDAG 10 Juni, 8 uur: Repetitie van de
R.K. Mandolineclub „Sancta Lucia" in „Cen
traal", Groote Houtstraat 176.
ZATERDAG 11 Juni, 2 uur: Excursie van de
Ned. Roomsche Reisvereeniging naar de kwee-
kerij aan de Cleverlaan.
Ten einde eikaars bezoek niet te hinderen of
te bemoeilijken, wordt allen R.K. vereenigingen
dringend verzocht bij het uitschrijven van ver
gadering envooraf overleg te plegen met het
Algemeen Secretariaat, mej. W. van der Sin
gel, Kleverparkweg 187. Telefoon 1271, en bij
vaststelling hiervan onmiddellijk mededeeling
to doen.
In Teyler's Museum te Haarlem.
Wie voortreffelijke teekenkunst wil bewon
deren, alsmede unieke gravures, zou goed doen
'n bezoek te brengen aan Teyler's Museum, dat
steeds kosteloos toegankelijk is. Het is geopend
eiken werkdag (behalve 's Maandags) van 11—
4 uur; voorts iederen eersten Zondag der maand
van 14 uur.
De teekenkunst, die men daar thans bezich
tigen kan, is in hoofdzaak van den grooten
Franschen landschapsschilder Claude Gellée,
dit (genaamd) Claude Lorrain, geboren te
Chamagne in het jaar 1600 (toen men in Hol
land bij Nieuwpoort lustig aan 't vechten was!);
overleden te Rome in 1682.
De schilder bereikte derhalve den hoogen
leeftijd van 82 jaar. Hij werkte bijna al die
jaren in de Campagna van Rome. Daar, rond
de stad der Pausen, in het zonnige land, kon
men hem aantreffen, rusteloos werkend naar
de machtige en schoone natuur.
Een beroemd Duitsch kunst-historicus en tijd
genoot van Lorrain trof hem daar eens aan,
ijverig teekenend tusschen de rotsformaties,
jong, vol ambitie.
Op de hier te beschrijven expositie is een
teekening aanwezig, welke naar men aanneeipt
dit moment weergeeft.
Te midden van schoon gestapelde rotsblok
ken zit een artistiek uitziend jeugdig persoon,
met wijd geranden hoed (met een subtiel
kleurtje even geaccentueerd) ernstig te teeke
nen.
Voorts ontdekten wij, ter expositie, zes zeer
goede reproducties naar teekeningen van den
meester uit zijn groot teekenboek „Liber Veri-
tatis."
Een merkwaardigheid is dit boek stellig, daar
Claude hierin twee honderd teekeningen naar
eigen schilderijen had verzameld, als bewijs
stukken, dat hij inderdaad van een of ander
eigen werk de schilder was.
Men scheen toen dus ook reeds, evenals thans,
oneerlijkheden te plegen met doeken van groote
meesters: Vincent.
Werd den meester nu betwist (stelt u voor!)
zijn eigen schilderij gemaakt te hebben, dan
toonde Lorrain zijn teekening, naar het door
hem vervaardigd schilderwerk, in zijn boek
„Liber Veritatis"!
Van vele teekeningen van Claude Lorrain
hebben we nog weer eens kunnen genieten. Het
zijn meest gewasschen penteekeningen, in brui
nen toon.
Aan sommige dezer kunststukken kan men
zien, dat niemand minder dan Rembrandt van
Lorrain geleerd moet hebben
Het is alles heerlijke kunst en toch ook,
in de techniek, dikwijls zoo eenvoudig.
Vooral was de meester vaardig in het sterk
uitdrukken van objecten als boomen, rotsen,
enz. Mooie gravures zijn er van zijn machtige
schilderijen, landschappen met zilveren stroomen
en heuvelende valleien, (Lorrain was de eerste
die een dalende zon dorst te schilderen), zoo
prachtig gedroomd, zoo zielvol, dat de droom
des genialen kunstenaars in teere lijnen en (op
de schilderijen) in warme, schoone kleuren wer
kelijkheid werden!
Verder zijn, van dien tijd, vertegenwoordigd,
b.v.: Poussin, Courtois, Callot, de la Ftige,
Bouchardon, c.a. Van Jean Oudry ziet men een
paar geestige teekeningen, ter verluchting van
een komischen roman: Ze stellen voor: rond
trekkende komedianten, die, in een kasteel,
employ kregen. Het zijn lieden vol zotternij,
die zij ook in de deftige vertrekken „plegen"
van 't kasteel. Een der tooneelspelers is stiekum
onder een bed gekropen, met de bedoeling,
waarschijnlijk, om zijn collega wat te storen
in diens nachtrust. Ongelukkigerwijze echter
is hij hopeloos met zijn voet vast geraakt in
een pot-de-chambre.
Men ziet nu op de tweede plaat het enorme
moment, waarin de dorpssmid want die
moest er aan te pas komen! het hinderlijk
object door midden tracht te krijgen. Het
slachtoffer is natuurlijk de risée van de vele
omstanders!
In de verdere vitrines vindt men de 18e
eeuwsche Fransche schilderkunst vertegen
woordigd, waaronder als hoofdfiguur: Antoine
Watteau, geboren te Valenciennes 1654, gestor
ven te Nogent sur Marne in 1721.
Watteau was een fijne schilder en teekenaar
van figuren en portretten. Zijn lijnen onder
scheiden zich door een teedere vastheid en een
eenigszins gestyleerde levenswaarheid.
We bewonderden van hem een portret van
P. P. Rubens op diens dertig jarigen leeftijd.
Interessant om Rubens levenswaar te zien af
gebeeld.
Geestige gravures zagen we nog, als van dien
rondzingenden dokter, gezeten op een ezel.
„Voyez-vous ce „docteur" sur son digne mon-
t'ure, Qu accompagnent Pjerrot, suivie d'autre
bousons?"
Een vermakelijke paat, vol humor en geest.
Men leeft als 't ware in den ouden tijd, men
voelt zijn sfeer. In de bovenzaal hangen nog
een aantal teekeningen van enkele Hollandsche
meestersteekenaars b.v. Haverman.
Van hem bewonderden we de teer-gelijnde
portretten van Frederik van Eeden, Lodewijk
van Deyssel en van anderen, 't Zijn en blijven
meesterstukken, waarvan één reeds een gang
naar „Teyler" waard zou zijn.
K. de H.
dagsblad lazen. „Dat heb je netjes opgeknapt
Maxik had 't te leuk gemaakt, 't Is na
tuurlijker geworden."
Wim mocht na 'n poosje, als t wat druk
was op de redactie, wel es naar de rechtbank
of naar 'n uitvoering van 'n gymnastiek-ver-
eeniging, om 'n verslagje te maken.
En Max kreeg gaandeweg óók ander werk
Op 'n keer mocht ie zelfs naar 'n voorstelling
van 't beroepstooneel
Er waren twee perskaartenen natuurlijk
nam ie Wim mee.
In de pauze maakten ze al aanteekenin-
genen na afloop gingen ze naar Max z'n
kamér, om samen 't verslag te maken.... ver
anderden, verbeterdenkortom ze vulden
elkaar aanen de hoofdredacteur was goed
over 't verslag te sprekenvooral 't oordeel
over 't stuk vond ie raakmaar dit alles
zei ie niet waar Max bij was.
't Duurde niet zoo heel lang meer, of Max
werd de vaste toonel-recensenten z'n ver
slagen werden met veel belangstelling gelezen.
Niemand wist, dat de vrienden ze samen
schreven.
„Als je zoo ziet" vond Wi mop 'n keer
„wat er over 't algemeen gespeeld wordt
en wat bij 't publiek 't best inslaat.... dan is
't niet eens zoo'n kunst om 'n tooneelstuk te
schrijven.
„Nou, kereldan doe je 't!" lachte
Max.... maar Wim vond 't 'n erg verdacht
lachjeen vroeg om nadere opheldering.
'sAvonds begreep ie 't.... want toen liet
Max hem 'n schema zien voor 'n tooneel
stuk
„Heb jij dat gemaakt?"
Max knikte.
„En daar heb je me niks van gezegd!"
,3ekijk 't maar es" zei Max.... precies
zooals Wim toen sprak met dat verhaaltje
„En als je 't „niks" vindt.... verscheur 't dan
meteen maar."
„Dat heb je goed onthouwe, gannef!"
begon Wim meteen te lezenen 'n kwar
tiertje later vroeg ie droog: „Moet 't 'n tooneel-
spel worden.... of 'n blijspel?"
„Natuurlijk 'n tooneelspel, sufferdzie je
dat nog niet eens?"
Wim keek bedenkelijk.... en vroeg toen
weer: „Wou je 't alléén maken?"
„Nee.... met jou samendat spreekt
van zelf.... 't is nog maar 'n ideetje zoo
„Heel aardig.... maar.... weer wat zwaar
op de handweet je 't nog van dat Kan
tongerecht-verslag? En dat de hoofdredacteur
toen óók zei.... wat ik gezegd had?"
„Tenminste.... zooiets.... niet zoo erg als
jij."
„De menschen komen naar de schouwbrg,
Max, om 'n vroolijke avond te hebbenom
de zorgen van de dag es weg te lachen...."
„Maar d'r zijn er toch ook, die
„O ja.... maar geen vijf en twintig pro
centen voor die zorgen andere schrijvers
welheuschNou, afijn.... ik wil graag
samen doen.... het „te veel" van jou neem
i k wegen jij doet 't zelfde met 't „te veel
van mij".... je weet nog wel.... van m'n
verhaaltje."
En ze gingen aan 't werk.... dezelfde avond
nog.
't Schoot nog niet hard opde eene
avond drie blaadjesde andere avond
tweeen dan telkens 'n beetje ruzie....
omdat Max te sentimenteel wou naar Wim's
ideeen Wim te mal naar Max' idee....
Er kwam nog meer stagnatie toen Wim ook
aan de redactie kwam en ze de grootste helft
van de avonden bezet waren voor vergaderin
gen e.d.
Maar na 'n klein half jaar was er 'n stuk
en 't ging naar 'n uitgeverdie 't direct
kocht. Dat was n feest voor de twee vrien
den.... en ze begonnen 'n week later alweer
aan 'n anderDat viel zóó naar hun zin
uit, dat ze t waagden het naar 'n tooneel-
directie te sturen.
En 't werd aangenomen.
De dagblad-pers was over 't algemeen best
over de eerste opvoering te spreken'n
aardig amusement-stuk van 5t lichte, meest
gewilde genre". Wim was in z'n nopjes.
De speciale tooneelpers sprak van ,,'n klucht
zonder letterkundige waarde". Max was woest
Maar Wim wist hem aan 't verstand te
brengen, dat ie zich daar niets van moest aan
trekkende hoofdzaak was, dat 't publiek
zich kostelijk amuseerde en dat 't geen prul
genoemd werd.
Ze schreven nog vier blijspelen, telkens on
der dezelfde schuilnamenen ze kregen
werkelijk 'n soort beroemdheid.
Toen opeensom 'n meeningsverschil over
'n nieuw stuk.... kregen ze hoogloopende
ruzie't was te lang goed gegaanen de
vriendschap was uit.
Op 't redactie-bureau behandelden ze elkaar
als collega's.... meer om de schijn.... maar
bij elkaar thuis kwamen ze niet meer.
En Max ging 'n stuk schrijven heelemaal
naar z'n eigen zin.
En Wim ging 'n stuk schrijven.... ook hee
lemaal naar z'n eigen zin.
Dat van Max werd, om de oude relatie, niet
direct geweigerd door de tooneeldirectie....
maar 't scheelde toch niet veel. Op zijn her
haald aandringenmet z'n overtuiging er
bij, dat 't moest inslaan.... werd 't opge
voerd
't Had geen succes.
En Max was blij, dat Wim intusschen aan
'n ander blad verbonden was.... zag ie ten
minste z'n gezicht niet.
't Stuk van Wim werd óók aangenomen, hoe
wel niet zoo enthousiast
Het stuk viel als 'n baksteen.
En na de opvoering zat Wim in 'n restaurant
z'n verdriet te verdrinken
Althans hij was daar aardig mee bezig toen
Max aan hetzelfde tafeltje kwam zitten,
'n Poosje zwegen ze.
Toen vroeg Wim: „Ben je d'r geweest?"
Max knikte.
En vroeg drie minuten later: „Ben jij bij 't
nijne geweest toen?"
Wim knikte.... en vroeg: „Wat wil je drin
ken van me?"
„Niks..Ga meewat wandelenof
wil je niet?"
'n Half uur later zaten ze op de kamer van
Max.
Keken elkaar es aanen zeiden, bijna
teglijk: „Weer samen?"
Toen gingen de handen in elkaar.
Vier maanden daarna werd er wéér 'n nieuw
ituk opgevoerd.
't Had 'n daverend succes.
G. N.